Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012

Vergelijkbare documenten
Hoofdstuk 21 Mantelzorg

Hoofdstuk 14. Mantelzorg

Hoofdstuk 31. Mantelzorg

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

De mening van de inwoners gepeild. Leefbaarheid 2015

18% 16% 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% jaar jaar jaar 65+ Man Vrouw Ja Nee. Deventer gemiddelde

Onderzoek en Statistiek Gemeente Lelystad Telefoon:

MONITOR TOEKOMST- SCENARIO S LELYSTAD 2018

Mantelzorg. Figuur 1. Mantelzorg per GGD regio. 2 van 6 Rapport Mantelzorg. Bron: Zorgatlas RIVM

Programma. 1. Presentatie onderzoek: Fadoua Achgaph uur. 2. Presentatie van organisaties uur Pluspunt MEE Activite

Betrokkenheid van buurtbewoners. Uitgevoerd door Dimensus in opdracht van gemeenten Leiden, Leiderdorp en Oegstgeest Vergelijking gemeenten 2015

Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016

1. Resultaten van het onderzoek

Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe

Wordt de mantelzorger lokaal ondersteund?

Recreatieve voorzieningen in Lelystad 2012

28 november Onderzoek: Mantelzorgen

3401 BK IJsselstein Postbus AA IJSSELSTEIN t f e

Cijfers ouderenmonitor 2010 gemeente Lochem - mantelzorg Een toelichting op de tabel staat onderaan.

Cijfers ouderenmonitor 2010 gemeente Elburg - mantelzorg Een toelichting op de tabel staat onderaan.

Sandwichgeneratie in de gemeente Haaren

Feiten en cijfers mantelzorg

Enquête mantelzorg in de gemeente Haren

Inhoudsopgave Inleiding Leeswijzer 1. Wet maatschappelijke ondersteuning 2. Het gesprek voorbereiden 3. Tot slot

Hoofdstuk 19. Vrijwilligerswerk (en mantelzorg)

MONITOR TOEKOMSTSCENARIO S LELYSTAD Onderzoek & Statistiek Gemeente Lelystad

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. School en werk 2007

Toelichting uitkomsten Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016

Onderzoek naar de belasting en ondersteuningsbehoefte van mantelzorgers in de gemeente Leeuwarden; factsheet

Preventief huisbezoek 75+

LelyStadsGeluiden. De mening van de inwoners gepeild. De leefsituatie van Lelystedelingen in 2008

Wmo-loket. In gesprek over wat u nodig heeft aan ondersteuning

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Landelijke Leefsituatieindex

ONDERZOEK MANTELZORGERS

Mensen met een chronische ziekte of beperking hebben voor hun ondersteuning bijna altijd te maken met meerdere wettelijke regelingen

29 november Onderzoek: Veranderingen in de zorg en mantelzorg

Kanteling Wmo Iedereen doet mee

Maatwerkdeel: Resultaten uit de schriftelijke enquëtë vöör H é gemeente Midden-Delfland

Klantonderzoek Wmo over 2014: Ervaringen van mantelzorgers

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Mantelzorg in s-hertogenbosch

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. Leefbaarheid, Veiligheid en welzijn 2007

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Inwonersenquête 2015

Cliëntervaringsonderzoek Wmo gemeente Simpelveld

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Ouderenmonitor

Gemeente Roosendaal. Klanttevredenheidsonderzoek Wmo over Concept. 11 augustus 2014

Cliëntondersteuning. Tips voor het keukentafelgesprek. Hoe kan ik mij voorbereiden op het gesprek met de Wmo-consulent van de gemeente?

Klanttevredenheid Wmo-verstrekkingen 2011

ONDERZOEK MANTELZORG ONDER LEERLINGEN MIDDELBARE SCHOLEN

Gemeente Hoogeveen laat zien waar goede zorg om draait. oktober 2017

Mantelzorgers en werk. Samenvattend rapport Kenmerk: November 2016

Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2011

2014, peiling 1 maart 2014

Cliëntervaringsonderzoek Wmo en Jeugdwet

INFORMATIE OVER VOEDING ZOEKEN EN BESPREKEN

Een onderzoek naar de ontwikkeling in omvang, kenmerken en ervaren belasting van mantelzorgers in Limburg tussen 2008/2009, 2012 en 2016

Participatie en gezondheid. Resultaten uit de Gezondheidsenquête 2016

Monitor Mantelzorg 2018

Rapportage Enquête Mantelzorgondersteuning 2012

Weinig mensen sociaal aan de kant

Rapport. Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren

Tevredenheidsonderzoek Wmo over 2009 Mantelzorgers Gemeente Heeze-Leende

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Bekendheid Norm Gezond Bewegen

Waar staat je gemeente. Gemeente Enschede

(Over)belasting van mantelzorgers

NOORDZEE EN ZEELEVEN. 2-meting Noordzee-campagne. Februari GfK 2015 Noordzee en zeeleven Stichting Greenpeace Februari 2015

CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM

Studie naar de kwaliteit van de Zorg in Schijndel

Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen

Feiten en cijfers mantelzorg (en werk) Maak werk van mantelzorg. januari 16

Rapportage Preventief Huisbezoek Ouderen 2014

VRAGENLIJST. Mantelzorger

Dementiemonitor Mantelzorg 2016 Mantelzorgers over zorgbelasting en ondersteuning

Onderzoek naar wensen en behoeften op het gebied van dagbesteding van (kwetsbare) ouderen en hun mantelzorgers in het Schilderskwartier in Woerden

Trends in Mantelzorg. November Trends in Mantelzorg

VRAGENLIJST. Mantelzorger, baseline en vervolgmeting

Openingstijden Stadswinkel

Klantonderzoek Wmo over 2012 Ervaringen van Mantelzorgers. Pijnacker-Nootdorp

Gemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Feiten en cijfers. Werk en Mantelzorg. mei 17

CLIËNTERVARINGS- ONDERZOEK WMO

Cliënttevredenheidsonderzoek Wmo

waardering Zwolle Jonge mantelzorgers (jonger dan 18 jaar) zijn in de onderzoeken van de gemeente niet meegenomen,

Gemeentelijke Dienstverlening. Omnibus 2009

Toekomst van de mantelzorg

Feitenkaart Mantelzorgers

Burgerpanel Gorinchem. 1 e peiling: Sociale monitor. Juli 2014

Mantelzorgers op de arbeidsmarkt

fluchskrift

Arbeidsgehandicapten in Nederland

Sociaal netwerk bron van hulp en van zorg. Geeke Waverijn & Monique Heijmans

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Huisbezoekproject 75 jarigen

FINANCIELE ZEKERHEID. GfK September GfK 2015 Achmea Financiële Zekerheid september 2015

AAN BURGEMEESTER & WETHOUDERS. Onderwerp: Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016

Transcriptie:

Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012 Onderzoek en Statistiek Gemeente Lelystad Telefoon: 0320-278574 E-mail: lelystadspanel@lelystad.nl www.lelystadspanel.nl

Colofon Dit is een onderzoeksrapportage gemaakt door: Onderzoek en Statistiek Te downloaden op www.lelystad.nl/onderzoek onder de kop publicaties, burger- en panelpeilingen Gemeente Lelystad Onderzoek en Statistiek Postbus 91 8200 AB Lelystad T 0320 27 85 74 F 0320 27 82 45 e-mail: onderzoek@lelystad.nl Voor feiten en cijfers en overige onderzoeksrapporten kunt u terecht op onze website: www.lelystad.nl/onderzoek

Inleiding In oktober en november 2012 heeft Onderzoek en Statistiek het tweejaarlijkse leefsituatieonderzoek gehouden. Net als in 2006 en 2008 is in een extra vragenblok specifiek gevraagd naar: zorg ontvangen en zorg verlenen (mantelzorg). In deze rapportage komen eerst de ervaringen van mantelzorgers aan bod. Daarna komen de ervaren gezondheid en de gezondheidsbelemmeringen van de respondenten aan de beurt. De rapportage wordt afgesloten met de ontvangen diensten en ontvangen informele zorg. Kernpunten uit deze rapportage Meer vrouwen dan mannen verlenen mantelzorg. Vrouwen besteden hier gemiddeld meer uren per week aan, maar (jongere) mannen doen dit gemiddeld wel voor een langere periode achter elkaar. Mantelzorg wordt voornamelijk verleend aan iemand binnen de eigen familie, waarbij zorg voor ouders het meest voor komt, gevolgd door zorg voor iemand binnen het eigen gezin. Het aandeel inwoners dat mantelzorg verstrekt is gelijk aan voorgaande jaren. Het overgrote merendeel van de mantelzorgers verleent meerdere vormen van zorg. Het gemiddelde aantal uren dat mantelzorgers aan zorg besteden neemt toe. Het aandeel mantelzorgers dat aangeeft de zorg niet meer aan te kunnen is gelijk gebleven. Het Steunpunt mantelzorg en het gemeentelijk zorgloket worden, net als in 2008, door 7% van de mantelzorgers genoemd als bron van ondersteuning. Het aandeel inwoners dat de eigen gezondheid als goed ervaart neemt af. Mantelzorg Mantelzorg is de onbetaalde zorg die men geeft aan een bekende, zoals een partner, ouder, kind, buur of vriend(in), die voor een langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt is. Net als in 2006 en 2008 zegt ongeveer een op de vier respondenten in de afgelopen 12 maanden mantelzorg verleend te hebben. 18% verleend op het moment van het onderzoek nog mantelzorg en 7% heeft in de afgelopen 12 maanden wel mantelzorg verleend, maar verleend dit op het moment van het onderzoek niet meer. Zorg verlenen Welke mensen geven nu mantelzorg of hebben dit gegeven? De resultaten in tabel 1 laten zien dat leeftijd en geslacht van invloed zijn op de kans dat iemand mantelzorg verleent. Zo geven meer vrouwen dan mannen mantelzorg, en verlenen mensen van 40 jaar en ouder eerder mantelzorg dan mensen onder de 40 jaar. Tabel 1. Percentage inwoners dat mantelzorg verleent Mantelzorgers Totaal 25 % Leeftijd Geslacht 18-29 jaar 30-39 jaar 40-54 jaar 55+ jaar Man Vrouw Gegevens over het inkomen, de opleiding of de positie op de arbeidsmarkt levert geen inzicht op, op de vraag of ze mantelzorg verlenen. 16 % 15 % 29 % 32 % 20 % 30 %

De ontvangers Het merendeel van de mantelzorgers verleent zorg aan (schoon)ouders (35%) of iemand uit het eigen gezin (30%), zie grafiek 1. Pas op enige afstand volgen personen die minder dicht bij het kerngezin horen, zoals vrienden, overige familieleden en buren. Het aantal mensen dat zorg verleent aan iemand uit de eigen (schoon)familie is stabiel sinds 2006. Soort mantelzorg De respondenten is net als in 2008 gevraagd wat voor soort mantelzorg zij geven. 1 Er is in de soort zorg die wordt verleend geen belangrijke verandering te zien. Gezelschap, troost e/o afleiding geven is de vorm van mantelzorg die het meest voorkomt (67%), gevolgd door begeleiding en/of vervoer (53%) en hulp in de huishouding (47%). 40% van de mantelzorgers geeft aan te helpen bij geldzaken/administratie. Tot slot geeft rond de 20% aan te helpen bij het klaarmaken van maaltijden, persoonlijke en/of medische verzorging. De meeste mantelzorgers geven meer dan één vorm van mantelzorg (77%). Als er zorg wordt verleend aan iemand uit het eigen gezin of aan de (schoon)ouders, dan wordt door 38% van de mantelzorgers zelfs 4 of meer verschillende soorten zorg verleend. Gemiddeld besteden de mantelzorgers 12 uur per week aan het geven van zorg. Mannen geven gemiddeld 10 uur per week zorg en vrouwen 14 uur. Dit aantal uur is vrijwel gelijk voor alle leeftijdsgroepen. Niet verrassend is dat de zorg voor iemand uit het eigen gezin het meest tijdsintensief is. Gemiddeld wordt hier 23 uur per week aan besteed. Aan mantelzorg voor (schoon)ouders en overige familieleden wordt gemiddeld 9 uur per week besteed. Mantelzorg aan een vriend, kennis of iemand uit de buurt vergt wekelijks gemiddeld 5 uur. Duur van de mantelzorg Gemiddeld geven mensen in 2012 (al) 31 maanden mantelzorg (ruim 2,5 jaar). Mantelzorgers tussen de 45 en 54 jaar geven deze zorg met de gemiddelde duur van 48 maanden het langst. Er is daarbij geen verschil tussen mannen en vrouwen. Opvallend is dat er wel een verschil is in de groep van de mantelzorgers tot 45 jaar. Hier zijn mannen (24 maanden) duidelijk langer betrokken bij mantelzorg 1 Er kon worden gekozen uit de volgende soorten mantelzorg: Hulp in de huishouding (boodschappen, huishouding e.d.), Klaarmaken van de warme maaltijden, Hulp bij persoonlijke verzorging (wassen, aankleden e.d.), Hup bij medische verzorging, Gezelschap, troost, afleiding e.d., Begeleding en/of vervoer (bij bezoek aan arts, kapper e.d.), Regeling geldzaken en/ of andere administratie, Anders, namelijk

dan vrouwen (14 maanden). Ook nu speelt de sociale nabijheid een belangrijke rol. Voor iemand uit het eigen gezin wordt gemiddeld het langst gezorgd, gevolg door (schoon)ouders en andere familieleden. Belast voelen Net als voorgaande jaren voelt zo n 5% van de mantelzorgers zich zeer zwaar- of overbelast door de zorg die zij geven. Gemiddeld geven deze mensen 29 uur zorg per week. De groep die zich niet tot enigszins belast voelt geeft gemiddeld 10 uur zorg per week. Het verband tussen de belasting die men voelt en het aantal uren zorg dat men geeft is dan ook sterk. Het aantal uren dat een mantelzorger besteedt aan de zorg is sinds 2006 toegenomen van gemiddeld 9 uur per week naar gemiddeld 12 uur per week. Zoals in grafiek 2 te zien is, geldt voor al de verschillende belastingsniveaus dat er een toename in de zorgtijd is. Er valt voorzichtig te concluderen dat de belastbaarheid van mantelzorgers toe lijkt te nemen. Ongeveer vier op de tien mantelzorgers ontving één of meer vormen van ondersteuning. Steun van familie/ vrienden is met 71% de meest voorkomende vorm van ondersteuning. Daarnaast ontvangt (ontving) 31% steun van een professionele zorgverlener. Het steunpunt Mantelzorg en het gemeentelijk zorgloket wordt door 7% genoemd als bron van ondersteuning bij mantelzorg. Dit percentage is gelijk aan dat in 2008. Het aandeel mantelzorgers dat aangeeft behoefte te hebben aan (meer) ondersteuning bij het verrichten van mantelzorg schommelt rond de 20%. Had in 2006 17% behoefte aan (meer) ondersteuning, in 2008 was dit 23% en in 2012 is het 19%. Er zijn drie vormen van ondersteuning waar het meeste behoefte aan is: informatie en advies over de ondersteuningsmogelijkheden (24%) praktische hulp (bijv. klussendienst of ondersteuning in huishouden) (25%), en iemand die tijdelijk de zorg overneemt (25%). De behoefte aan ondersteuning is onder de mensen die zich tamelijk zwaar zeer zwaar of overbelast voelen groter (45%) dan onder de groepen die zich hooguit enigszins belast (15%) of nauwelijks belast (8%) voelen. Gezondheid Ongeveer vier op de vijf inwoners (78%) ervaart in 2012 zijn/haar eigen gezondheid (zeer) goed tot uitstekend. Dit is opvallend minder dan in 2006 (84%). Deze daling is, met uitzondering voor de jongste leeftijdscategorie, voor alle leeftijdsgroepen waar te nemen. In 2008 leek er ook al sprake te zijn van een afname, maar deze was in statistische opzicht niet als belangrijke verandering aan te merken. De gezondheidsbeleving van alle Nederlanders (2011) is net iets beter (80%). Landelijk is

er ook sprake van een lichte daling van de beoordeling van de eigen gezondheid. In 2006 was nog 82% 2 van mening dat de eigen gezondheid als (zeer) goed of uitstekend te typeren was. Zoomen we in op enkele bevolkingsgroepen, dan zijn er in Lelystad wel verschillen in gezondheidsbeleving. Hoe ouder men is hoe slechter men over de eigen gezondheid oordeelt. Ook laag opgeleiden scoren belangrijk lager dan het gemiddelde van Lelystad. Een en ander is te zien in grafiek 4. In tegenstelling tot in 2008 is er geen verschil in gezondheidsbeleving tussen mannen en vrouwen. Op de vraag of men last heeft van een langdurige ziekte, aandoening, handicap of ouderdomsklachten, geeft 43% een bevestigend antwoord. Dit is een belangrijke stijging ten opzichte van 2008 (39%) en 2006 (36%). Ook in 2012 zeggen laagopgeleiden en ouderen hier vaker last van te hebben. Van een verschil tussen mannen en vrouwen is niet langer sprake. Er is een grote samenhang tussen het hebben van een langdurige ziekte, aandoening of handicap en de waardering van de eigen gezondheid. 54% van de mensen die aangeven een aandoening te hebben waardeert de eigen gezondheid nog altijd als goed tot uitstekend. Dit is een aanzienlijk kleiner percentage dan onder de mensen die aangeven geen langdurige aandoening te hebben. Daarvan geeft 96% aan dat zij hun gezondheid als goed, zeer goed of uitstekend ervaren. Speciale diensten Aan de respondenten met een gezondheidsbeperking is gevraagd in welke mate zij zich belemmerd voelen in het uitvoeren van diverse activiteiten, zoals het uitvoeren van dagelijkse bezigheden, vrijetijdsbestedingen en/ of school/ werk. In totaal ervaart 75% van deze mensen voor minimaal één activiteit minstens een lichte belemmering. Dit komt neer op 32% van alle Lelystedelingen van 18 jaar en ouder. Dit aantal is iets lager dan in 2008. In tabel 2 staat een aantal speciale diensten dat wordt aangeboden. Iedereen die heeft aangegeven een langdurige aandoening te hebben is gevraagd of zij hier gebruik van maken, of zij hier geen gebruik van maken maar wel behoefte heeft aan het gebruik van speciale diensten, of dat men er geen gebruik van maakt en hier ook geen behoefte aan heeft. Van de mensen die een gezondheidsbeperking hebben maakt 15% gebruik van een of meerdere speciale diensten. Mensen die geen belemmering ervaren maken minder vaak gebruik van speciale diensten (3%) dan mensen die door hun gezondheidsbeperking wel een belemmering ervaren (18%). In totaal gaat het dan om 6% van de Lelystedelingen die gebruik maakt van speciale diensten. In tabel 2 staat weergegeven van welke ondersteunende diensten mensen met een gezondheidsbeperking gebruik maken. Zo is bijvoorbeeld te zien dat 6% van de mensen met een belemmering vanwege een gezondheidsbeperking een aanpassing aan de woning heeft. 2 Statline.cbs.nl

Tabel 2. Gebruik van diverse ondersteunende diensten door mensen met een gezondheidsbeperking 3 naar ervaren belemmering Gebruik Geen gebruik, wel gewenst Geen gebruik,niet gewenst Verpleging of verzorging door de thuiszorg Huishoudelijke hulp betaald door de gemeente Belem. Niet belem. Belem. Niet belem. Belem. Niet belem. 6 1 3 1 91 98 7 2 9 1 84 97 Maaltijden aan huis 1-2 1 98 100 Vervoerhulpmiddelen zoals rollator, rolstoel of scootmobiel 11 1 2 1 87 99 Aanpassingen in uw woning 6 1 4 1 90 99 Dagopvang/dagbesteding 2 1 2 1 96 99 Gezamenlijke maaltijden in een verzorgingshuis/ buurtcentrum 1-1 1 98 100 Mantelzorg ontvangen Mensen met een gezondheidsbelemmering hebben vaker behoefte aan ondersteuning, daarom is aan hen gevraagd of zij regelmatig niet-betaalde zorg krijgen. Eén op de vijf van hen gaf een bevestigend antwoord, wat neerkomt op 7% van alle Lelystedelingen. Dit is geen wezenlijk verschil met voorgaande jaren. Per week krijgen zij gemiddeld ruim acht uur zorg. Veruit de meeste mensen (70%) die mantelzorg ontvangen geven aan dat zij hulp krijgen met de huishoudelijke taken. Ongeveer de helft geeft aan dat vervoer naar en/ of begeleiding naar en bij activiteiten te krijgen. Hulp bij persoonlijke verzorging en andere vormen van mantelzorg komen duidelijk minder vaak voor. Tabel 3. Ontvangen van mantelzorg onder mensen die een belemmering ervaren en het gebruik van speciale diensten (%) Ontvangt geen mantelzorg Krijgt regelmatig mantelzorg Totaal Geen gebruik diensten 87 64 82 Wel gebruik diensten 14 37 18 De mensen die wel een langdurige aandoening hebben maar geen mantelzorg krijgen, maken vaak geen gebruik van special diensten (87%), zie tabel 3. Krijgt deze groep wel mantelzorg, dan wordt in een op de drie gevallen ook gebruik gemaakt van speciale diensten. Het komt weinig voor (14%) dat mensen met een langdurige aandoening gebruikt maakt van speciale diensten, zonder dat men gebruik maakt van mantelzorgers. 3 In verband met afrondingen is het totaal niet altijd precies 100.

Beknopte onderzoeksverantwoording Het leefsituatieonderzoek 2012 is uitgevoerd in oktober 2012. Er is een steekproef van 3.000 inwoners van 18 t/m 79 jaar uit de gemeentelijke basisadministratie getrokken. Ook zijn 1.500 leden van het LelyStadsPanel (LSP) benaderd. De steekproef had een respons van 30% en van het LSP 73%. In totaal hebben 1.994 inwoners meegewerkt aan het onderzoek. 74% van de panelleden en 26% van de respondenten uit de steekproef heeft de vragenlijst digitaal ingevuld. De overige respondenten, zowel uit de steekproef als panelleden hebben een schriftelijke enquête ingevuld. Om de onderzoeksresultaten representatief te maken voor de inwoners van de gehele stad is gewogen op de kenmerken geslacht, leeftijd, woningklasse op basis van WOZ waarde. Een en ander is uitgebreid te lezen in een apart rapport over de onderzoeksverantwoording.