BASISVOORBEELD: Wet van de comparatieve kosten (D. Ricardo)

Vergelijkbare documenten
Economie module 1. Hoofdstuk 1: Voor niks gaat de zon op.

Vraag 11. q 1 MK, MO MK ECONOMIE, EEN INLEIDING WAAROVER EN HOE SPREKEN ECONOMEN? S. COSAERT, A. DECOSTER & T. PROOST

De bouwstenen van een geglobaliseerde economie

Extra opgaven hoofdstuk 1

De wensen van mensen zijn onbegrensd. Hoe noemen we in de economie deze wensen? BEHOEFTEN. Categorie Vraag & Antwoord

p1 = 20 euro p2 =10 euro Budget = 100 euro Stel budgetvergelijking op en teken budgetlijn Budgetvergelijking: B = 20q q 2 Budgetlijn.

Emissielekken in België

Samenvatting Economie H1 t/m H3

Voorbeeld-Examenvragen (+ Antwoorden) DEEL INTERNATIONALE HANDEL

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5 en 6

UIT arbeidsdeling

Algemene probleemstelling

Proefexamen Inleiding tot de Algemene Economie november /7

Extra opgaven hoofdstuk 11

Oefeningen op monopolie

Voorbeeldexamen bij het werkcollege van Management Accounting & Controle

Eindexamen vwo economie I

Economie en ontwikkeling

Domein D: markt (module 3) vwo 4

Eindexamen economie 1-2 havo 2000-II

Oefeningen Producentengedrag

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART UUR

1. Lees de vragen goed door; soms geeft een enkel woordje al aan welke richting je op moet.

wisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590?

Samenvatting Economie MODULE 1 (H1,H2,H3)

Examen HAVO en VHBO. Economie 1,2 oude en nieuwe stijl

Hoofdstuk 1: Waar produceren

Inleiding tot de economie Test december 2008 H17 tem H25 VERBETERING 1

Eindexamen economie 1-2 vwo I

Loonkosten per product omhoog - Prijzen omhoog - Internationale concurrentiepositie omlaag

Inleiding tot de economie (HIR(b)) VERBETERING Test 14 november

Samenvatting Economie Module 4 Nederland en buitenland

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI UUR UUR

Valutamarkt. fransetman.nl

7,8. Samenvatting door een scholier 1939 woorden 26 april keer beoordeeld

Multiplicatoren: handleiding

Eindexamen economie havo I

HOOFDSTUK 21: DE VRAAGZIJDE DE REELE SFEER

ALGEMENE ECONOMIE /07

Hoofdstuk 1: Vraag en aanbod

Het internationaal HANDELSVERKEER

Examen Economie 30 januari 2012 Professor Koen Schoors

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

De spanning tussen de beperkte middelen (tijd en geld) en de oneindige behoeften van de mens = keuzestress.

Extra opgaven hoofdstuk 13

Praktische opdracht Wiskunde A Formules

Netto toegevoegde waarde: loon + huur + rente + winst Bruto toegevoegde waarde: waarde van verkopen waarde van productiebenodigdheden

Domein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl

De JetStar bestaat uit een reeks onderdelen die in de onderneming JetFun bvba worden geproduceerd.

Overheid en economie

Internationale handel H7 1. Internationale handel. Waarom importeren: Waar komt het vandaan?

Examen januari De productiemogelijkhedencurve in luilekkerland ziet er als volgt uit

Flashraming CBS: export zorgt voor economische groei

Onderzoeksvraag 3 Wat is de optimale productiegrootte op korte termijn?

Domein D: markt. 1) Noem de 4 (macro-economische) productiefactoren. 2) Groepeer de micro-economische productiefactoren bij de macroeconomische

Exportmarketing. Exportbevordering van Nederland naar Nieuw Zeeland.

Productiemodule in SAP Business One - Vergroot de waarde van uw producten en uw business

HT1: Vraag en aanbod - marktevenwicht

Prijsvorming bij monopolie

HOOFDSTUK 4: DE CONSUMENT 1. BEPALENDE FACTOREN VAN DE INDIVIDUELE VRAAG

Colhaize Goede service Lage prijs Goede service (A,8) (6,B) Lage prijs (8,C) (D,5)

Indexcijfer productie= indexcijfer werkgelegenheid x indexcijfer arbeidsproductiviteit 100

Oefeningen: Break-even analyse

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR

ANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 10

Samenvatting Economie Lesbrief werk H1 t/m 6

Oefeningen: Soorten marktvormen + Vraag en Aanbod + Marktevenwicht bij volkomen concurrentie

Examen HAVO. Economie 1

Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Module 14: Internationale Handel en Welvaart. Experimenteel lesprogramma nieuwe economie

Paragraaf 4.1 : Kwadratische formules

Hoofdstuk 1: Vraag en aanbod

Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3

De voorstellen van Vivant Beschrijving, kritiek en alternatief

Uitwerkingen hoofdstuk 4 Kostenindelingen en kostprijs

Als de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering.

1 De onderneming in de wereldeconomie

Samenvatting Economie Internationale Handel

Bedrijfseconomie samenvatting H1 Les 1

Oplossingen hoofdstuk 7

BREAK EVEN PUNT. Kostprijsberekening Hendrik Claessens

Bachelor Thesis De invloed van transportkosten op internationale specialisatie

Samenvatting Economie Module 1 + 2

Vwo 4. Module 1: Schaarste,geld en handel Domein: Ruil en schaarste

Break-Even Analyse. Vaste Kosten Variabele Kosten DE EXTRACOMPTABELE KOSTENCALCULATIE

Arbeid = arbeiders = mensen

Economie groeit met 0,7 procent

Inleiding We hebben gezien uit welke componenten het nationaal product en het nationaal inkomen bestaat.

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5, Arbeidsmarkt

3.1 De reis van een spijkerbroek. Willem-Jan van der Zanden

«Onderzoek naar het effect van handelsmissies op buitenlandse investeringen op een Belgische markt»

BREAK EVEN PUNT. Oefeningen Kostprijsberekening: Het Break Even Punt

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Module 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging

OVER OMZET, KOSTEN EN WINST

3 Bijzondere functies

K.0 Voorkennis. y = -4x + 8 is de vergelijking van een lijn. Hier wordt y uitgedrukt in x.

Categoriale inkomensverdeling

Eindexamen economie 1 havo 2001-II

Transcriptie:

BASISVOORBEELD: Wet van de comparatieve kosten (D. Ricardo) A. Gegeven: Aantal uren om 1 eenheid te produceren Landen Wijn Stof Binnenlandse 60 u. u. 80 u. 100 u. ruilverhouding (W/S) Veronderstel: a. dat er 00 arbeidsuren beschikbaar zijn in beide landen; b. vrije overdracht van de goederen van het ene land naar het andere; c. volledige tewerkstelling. Voor internationale handel was de binnenlandse productie en consumptie als volgt: Landen Wijn Stof eenheden 6 eenheden 6, eenheden eenheden Onderhandelingen tussen beide landen doen volgende ruilvoet ontstaan: 1 eenheid wijn = 1 eenheid stof B. Gevraagd: a. Welk land heeft een absoluut kostenvoordeel voor wijn en/of stof? b. Bereken de binnenlandse ruilverhouding. c. Bereken welk land een comparatief voordeel heeft voor wijn en/of stof. d. Stel grafisch de mogelijke productiecombinaties van beide landen voor. e. Bereken het voordeel dat beide landen uit de internationale handel halen, tabelvormig en grafisch.

C. Oplossing: a. kan zowel wijn als stof goedkoper maken dan. heeft dus een absoluut kostenvoordeel voor wijn en voor stof. Moet nu alles gaan produceren of zich specialiseren in 1 van beide goederen? b. : 1 E wijn kost 60 u. arbeid 1 E stof kost 80 u. arbeid 60 1 E wijn kost E stof 80 80 1 E stof kost E wijn 60 Binnenlandse ruilverhouding (W/S): 1 E wijn = E stof : 1 E wijn kost u. arbeid 1 E stof kost 100 u. arbeid 1 E wijn kost E stof 100 100 1 E stof kost E wijn Binnenlandse ruilverhouding (W/S): 1 E wijn = E stof c. In zijn de kosten voor wijn t.o.v de kosten voor stof LAGER dan in. 60u. < 80 u. u. 100 u. heeft een productievoordeel / een comparatief voordeel in wijn. In zijn de kosten van stof t.o.v. wijn HOGER dan in. 80 u. > 60u. 100 u. u. heeft een productievoordeel / een comparatief voordeel in stof. Elk land zal zich specialiseren in dat product waarin het een comparatief kostenvoordeel heeft. Dat product zal het exporteren ontstaan van internationale handel. zal zich specialiseren in wijn en zal zich specialiseren in stof. Nadien zullen ze ruilen (wijn tegen stof = ontstaan van internationale handel).

d. We berekenen het aantal eenheden per 00 arbeidsuren bij volledige specialisatie, op deze manier vinden we snijpunten van de productiemogelijkhedencurven (in ons geval steeds rechten!) met de coördinaatassen. De productiemogelijkhedencurve wordt ook transformatielijn genoemd. Landen Wijn Stof Binnenlandse ruilverhouding (W/S) 20 E 9,6 E 1 E De punten die op de transformatielijn liggen, zijn combinaties van wijn en stof die net haalbaar zijn (mits volledige benutting van de productiecapaciteit of volledige werkgelegenheid). Combinaties van wijn en stof gelegen onder de productiemogelijkhedencurve zijn zelfs haalbaar zonder de volledige productiecapaciteit te benutten. Combinaties van wijn en stof gelegen rechts van de productiemogelijkhedencurve zijn niet haalbaar gegeven de 1.200 arbeidsuren waarover beide landen beschikken. Eenheden wijn 20 Transformatielijn = productiemogelijkhedencurve van Na internationale handel Bij autarkie 0 6 8 1 20 Eenheden stof

Eenheden wijn Transformatielijn van 9,6 8 Na internationale handel 6, Bij autarkie 0 Eenheden stof e. We zullen aantonen dat beide landen een voordeel hebben door zich te specialiseren in dat product waarvoor men een comparatief kostenvoordeel heeft en daarna te ruilen (internationale handel). Voor internationale handel was de binnenlandse productie en consumptie als volgt: Landen Wijn Stof eenheden 6 eenheden 6, eenheden eenheden Indien zich specialiseert in wijn, dan produceert 20 E wijn. Indien zich specialiseert in stof, dan produceert stof. zal eenheden wijn willen ruilen voor eenheden stof met als het voor 1 E wijn > E stof krijgt. zal eenheden stof willen ruilen voor eenheden wijn met als het voor 1 E stof > E wijn krijgt. E stof < 1 E wijn < E stof

De ruilvoet (= gegeven) tussen en bedraagt: 1 E wijn = 1 E stof (dus beide landen zijn tevreden). produceert: produceert: 20 E wijn stof 8E wijn 8E stof zal 20 E wijn (productie bij specialisatie) wijn (productie voor specialisatie) = 8 E wijn ruilen en krijgt hiervoor 8 E stof in de plaats. Vergelijking situatie met en zonder internationale handel: WIJN STOF Landen voor na verschil voor na verschil 6, E 8 E - + 1,6 E 6 E E 8 E E + 2 E - Beide landen hebben voordeel in de situatie specialisatie + internationale handel. Wet van de comparatieve kosten De noodzakelijke, doch voldoende voorwaarde opdat er internationale handel zou zijn tussen 2 landen is dat de comparatieve kosten ongelijk zouden zijn.