Vergoedingen voor proefpersonen en onderzoekers

Vergelijkbare documenten
Vergoedingen voor proefpersonen en onderzoekers

Standard Operating Procedure

Algemene informatie. Medisch wetenschappelijk onderzoek

Standard Operating Procedure

Standard Operating Procedure

Standard Operating Procedure

AMC Uitvoeringsrichtlijnen: Goedkeuring medisch-wetenschappelijk onderzoek door de Raad van Bestuur

ccmo-richtlijn Externe Toetsing

Standard Operating Procedure

Bijlage 2 bij het Convenant PSI Samenstelling en werkwijze toetsingscommissie

Standard Operating Procedure

Veel gestelde vragen Melden voorvallen/bijwerkingen bij geneesmiddelenonderzoek

Therapeutisch versus niet-therapeutisch onderzoek bij minderjarige en wilsonbekwame proefpersonen

Standard Operating Procedure

Actuele ontwikkelingen ten aanzien van toetsen van medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen

Informatie inzake de bijlage proefpersonenverzekering bij de proefpersoneninformatie Toelichting voor de onderzoeker

Ethiek van voedingsonderzoek in een niet-westerse setting

Titel van het onderzoek: De rol van de vorming van neutrofiele extracellulaire traps (NETs) in sikkelcelziekte.

Vragen en antwoorden over de gegevenssectie van de model-pif

EU verordening no 536/2014 betreffende klinische proeven met geneesmiddelen voor menselijk gebruik

Criteria voor het beoordelen van onderzoeken en projecten vanuit het perspectief van patiënten

Informatiebrief PGx Lung cancer studie

Includeer hem maar in de studie. De familie is onderweg!

DIFFERENT STEPS IN DRUG DEVELOPMENT: FROM THEORETICAL CONCEPT TO ACCESS FOR PATIENTS ROLE OF THE ETHICAL COMMITTEES

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Herziene CCMO-richtlijn Beoordeling onderzoekscontracten

Formulier Voortgangsrapportage

1. Er is sprake van medisch wetenschappelijk onderzoek én

SOP aanleveren en afhandelen WMO onderzoek METC Onze Lieve Vrouwe Gasthuis, versie 1, juli


Informatie voor patiënten en toestemmingsformulier behorende bij het onderzoek:

Recente ontwikkelingen in de ethische normen voor medisch-wetenschappelijk onderzoek

Rapport Institutioneel Onderzoek

INFORMATIEBRIEF EN TOESTEMMINGSFORMULIER VOOR GEZONDE VRIJWILLIGERS

Model informatiebrief Met voorbeeldpassages en toestemmingsformulieren

INFORMATIE DEELNAME MEDISCH-WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK EN TOESTEMMINGSVERKLARING VOOR DE PROEFPERSOON MET EEN LONGEMBOLIE

Informatie betreffende wetenschappelijk onderzoek getiteld:

Inhoud onderzoeksdossier

Handleiding Goedkeuringsprocedure Raad van Bestuur Zuyderland wetenschappelijk onderzoek

Bent u gevraagd voor medisch wetenschappelijk onderzoek?

Standard Operating Procedure

INFORMATIE DEELNAME MEDISCH-WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK EN TOESTEMMINGSVERKLARING VOOR DE PROEFPERSOON MET EEN TROMBOSEBEEN

5. Goedkeuring deelname door de toetsende METC 6. Start- en einddatum onderzoek 7. Rekening

Proefpersoneninformatie voor deelname aan medisch-wetenschappelijk onderzoek

Jouw GCP up-to-date in 45 minuten. Marieke Meulemans, oprichter GCP Central

EU verordening no 536/2014 betreffende klinische proeven met geneesmiddelen voor menselijk gebruik

Aanvraagformulier Subsidie Wetenschappelijk Fonds NVFB

Titel van het onderzoek: Bepaling van Zink en het Ontstekingseiwit PTX3 bij Patiënten met Sikkelcelziekte (ZIP studie)

Wetenschappelijk onderzoek met Karakter

PATIËNTINFORMATIE STUDIE NAAR HET EFFECT VAN INTRA ARTERIËLE

NRC-Studie. Nederlandse Vereniging voor Arthroscopie Rotator Cuff Studie

Model informatiebrief medisch onderwijsonderzoek Met voorbeeldpassages versie juli 2017

nwmo toetsingskader Eveline Loriaux projectleider 4 oktober 2017 Jaarcongres DCRF

Richtlijnen voor onderzoek. met vrijwilligers in het AMC. met geneesmiddelen, hulpmiddelen of ingrepen die niet eerder bij de mens zijn toegepast

European Clinical Trial Regulation: Kans voor Nederland. Annelies van Woudenberg, ClinOps-dag NVFG, 20 april 2017

EU verordening geneesmiddelenonderzoek

KLINISCH GENEESMIDDELEN- ONDERZOEK

Praktisch: Wetenschappelijk onderzoek in het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis. Procedure niet-wmo-plichtig klinisch wetenschappelijk onderzoek

Proefpersoneninformatie voor deelname aan medisch-wetenschappelijk onderzoek

Informatie en Informed Consent betreffende het onderzoek Effectiviteit van routinematig vernevelen bij beademde patiënten op de ICU

Wetenschappelijk onderzoek in het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis. Procedure niet-wmo-plichtig klinisch wetenschappelijk onderzoek

European Clinical Trial Regulation: Kans voor Nederland

De laatste versie van dit document is te downloaden op: Indienen documenten bij de METC UMC Utrecht

Procedure deelnemend aan multicenter WMO-plichtig klinisch wetenschappelijk onderzoek

Wetenschappelijk onderzoek met bestaande gegevens bij Dimence

Schiedamse Vest 180 Postbus LM Rotterdam. tel.:

1. Titel van het onderzoek: Primaire Baerveldt implant versus Trabeculectomie bij een oogdrukverlagende glaucoomoperatie.

Proefpersoneninformatie voor deelname aan medisch-wetenschappelijk onderzoek

HOVON 141 CLL. Instructies voor de deelnemende site: ICF studie template aanpassen naar een lokaal biobank ICF

Dexamethasone for Cardiac Surgery (DECS) trial (Studie naar dexamethason bij hartchirurgie)

Procedure multicenter WMO-plichtig klinisch wetenschappelijk onderzoek geïnitieerd vanuit het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis

Handleiding Goedkeuringsprocedure Raad van Bestuur Zuyderland voor wetenschappelijk onderzoek

Proefpersoneninformatie voor deelname aan medisch-wetenschappelijk onderzoek


Toelichting bij de richtlijn inzake de toetsingsprocedure multicenter-onderzoek en

Weten waar je aan toe bent?

Onderzoek naar kwaliteit van antistolling bij ouderen met een lage dosering acenocoumarol, en de invloed van preciezer doseren

Standard Operating Procedure

Aanmelden WMO-plichtig onderzoek

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Bijgaand ontvangt u het primaire besluit van de commissie over het hierna vermelde onderzoek.

Toelichting. Algemeen. Verbeteren positie arbeidsmarkt arbeidsgehandicapten

Standard Operating Procedure

Dotterbehandeling via de pols

Proefpersoneninformatie voor deelname aan medisch-wetenschappelijk onderzoek

Informatieformulier MRI onderzoek. Verbetering van MRI scan protocollen

Bijgaand ontvangt u het primair besluit van de commissie over het hierna vermelde onderzoek.

Convenant Eenvormige Toetsing Gezondheidsonderzoek vanuit het Parelsnoer Instituut

Standard Operating Procedure

Waar draait het om bij de METC? Yvonne Donselaar

Derde evaluatie van de WMO

MDR (2017/745) en klinisch onderzoek - Implementatie in Nederland -

Modelreglement METC s

Handleiding. Investigational Medicinal Product Dossier (IMPD)

Proefpersoneninformatie voor deelname aan medisch-wetenschappelijk onderzoek

Onderzoeksopzet De Poort van Limburg gemeente Weert

Aanmelden medischwetenschappelijk

Europese verordening klinische proeven. Harrie Storms (VWS)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Transcriptie:

NOTITIE CCMO-statement Vergoedingen voor proefpersonen en onderzoekers 1. Inleiding Voor de hoogte van de vergoeding aan proefpersonen en onderzoekers bij deelname aan een klinisch onderzoek bestaan geen gedetailleerde voorschriften. De CCMO heeft verschillende in de literatuur beschreven modellen en mogelijke criteria bij de beoordeling geïnventariseerd. Deze worden beschreven in dit statement. Deze zijn ook voorgelegd aan de erkende METC s en besproken tijdens voorzittersoverleg van de erkende METC s. Op basis van de verschillende reacties en het resultaat van de discussie tijdens het voorzittersoverleg is tot een consensus gekomen voor vergoedingen welke aan het slot van dit statement is opgenomen. 2. Achtergrond In navolging van artikel 3, lid f van de WMO mag een medisch-ethische toetsingscommissie slechts een positief oordeel toekennen aan een onderzoek indien het redelijkerwijs aannemelijk is dat aan de proefpersoon te betalen vergoedingen niet in onevenredige mate van invloed zijn op het geven van toestemming voor deelneming aan het onderzoek. In artikel 3, lid g is eenzelfde bepaling vastgelegd ten aanzien van de vergoeding aan de onderzoeker cq de instelling: een positief oordeel mag alleen worden toegekend indien degene die het wetenschappelijk onderzoek uitvoert en de instelling waar dit onderzoek plaatsvindt, een vergoeding ontvangen die niet hoger is dan een bedrag dat in redelijke verhouding staat tot de aard, de omvang en het doel van het wetenschappelijk onderzoek. 3. Overwegingen die van belang zijn bij het bepalen van criteria voor vergoedingen aan proefpersonen en onderzoekers Met name bij onderzoek met gezonde vrijwilligers speelt de financiële vergoeding een belangrijke rol bij de beslissing voor deelname aan een onderzoek. Echter, deze vergoeding zou niet tot gevolg mogen hebben dat de proefpersoon bereid is risico s te nemen die hij/zij niet zou nemen als er geen vergoeding tegenover stond ( undue inducement ). Ook kan het bieden van een vergoeding tot gevolg hebben dat de proefpersoon informatie over zichzelf achterhoudt die hem/haar op grond van bijvoorbeeld inclusie- of 1-8 CCMO-statement - Vergoedingen voor proefpersonen en onderzoekers

stopcriteria zou uitsluiten. Tot slot kunnen vergoedingen invloed hebben op de selectie van proefpersonen en dus mogelijk ook op de wetenschappelijke integriteit van de studie. Ook bij onderzoekers kan de financiële vergoeding die zij ontvangen van té grote invloed zijn op hun beslissing om mee te werken aan de uitvoering van een klinisch onderzoek en proefpersonen te includeren. Gevaren hierbij kunnen zijn: er wordt geen volledige informatie aan de proefpersoon verstrekt en dus geen volledig geïnformeerde toestemming gekregen of men neemt het niet zo nauw met de in- en exclusiecriteria. Ook zijn voorbeelden bekend van het opvoeren van niet-bestaande proefpersonen om aan het gestelde quotum te komen. Een METC dient bovenstaande overwegingen te betrekken bij de beoordeling van de hoogte van de vergoedingen. 4. Modellen voor vergoedingen aan proefpersonen en onderzoekers Proefpersonen In de literatuur worden verschillende modellen beschreven voor het benaderen van de vraag hoe vergoedingen voor proefpersonen moeten worden vastgesteld (zie referentie 1 voor een overzicht). De drie meest gebruikte modellen zijn het market model, het wage payment model en het reimbursement model. Vergoedingen bij het market model zijn gebaseerd op het economische principe van vraag en aanbod: er wordt een zodanig bedrag neergelegd dat voldoende deelnemers voor de studie kunnen worden gerekruteerd. Het wage payment model gaat ervan uit dat deelname aan een onderzoek weinig kennis of vaardigheden vereist, maar wel tijd en inzet. Vergoeding volgens dit model betreft vaak betaling op basis van het tarief dat geldt voor laaggeschoold werk plus additionele vergoedingen voor onderzoekshandelingen. Bij het reimbursement model worden slechts onkosten vergoed die met het onderzoek samenhangen plus eventuele door deelname veroorzaakte misgelopen inkomsten. Alleen bij het market model worden risico s gecompenseerd en meegewogen bij het bepalen van de vergoeding. Immers, onderzoek dat gepaard gaat met veel risico s en weinig of geen voordeel voor de proefpersoon zal opleveren, zal beter beloond moeten worden om voldoende proefpersonen te rekruteren. Het is duidelijk dat het laten meewegen van risico s bij de vast- 2-8

stelling van vergoedingen niet strookt met het doel het effect van undue inducement te beperken. In een evaluatie van bovenstaande modellen, komen Dickert en Grady (2) tot de aanbeveling om uit te gaan van het wage payment model, en wel om de volgende redenen: a. het beperkt het risico dat deelname in onevenredige mate bepaald wordt door de vergoedingen, b. vergoedingen worden gestandaardiseerd, c. vergoedingen zijn gebaseerd op de werkelijke bijdrage van de proefpersoon en bij gelijke bijdrage wordt dezelfde vergoeding uitbetaald. In de literatuur lijkt er consensus over te bestaan dat het wage payment model de voorkeur verdient bij het beperken van het risico dat deelname in onevenredige mate bepaald wordt door de vergoeding. Onderzoekers Er zijn geen modellen beschreven die zijn toegespitst op de vraag hoe moet worden omgegaan met vergoedingen aan onderzoekers. In een artikel van Pentz (3) wordt ervoor gepleit dat ook onderzoekers betaald worden volgens het wage-payment model. 5. Onderscheid tussen vergoeding gezonde vrijwilligers versus patiënten? De meeste literatuur over vergoedingen aan proefpersonen gaat over de betaling van gezonde vrijwilligers bij deelname aan onderzoek. Inderdaad ontvangen patiënten minder vaak een financiële vergoeding voor hun participatie dan gezonde vrijwilligers. Als argumenten om patiënten geen financiële vergoeding te geven worden vaak genoemd (zie referentie 2): a. de kwetsbaarheid van patiënten en b. de mogelijkheid dat patiënten klinisch voordeel kunnen hebben bij hun deelname. De kwetsbaarheid van patiënten heeft te maken met het probleem voor de patiënt om onderscheid te maken tussen de therapeutische behandeling en deelname aan onderzoek waaraan vaak geen klinisch voordeel verbonden is ( therapeutic misconception ). Daarbij maakt de afhankelijkheid die patiënten kunnen ervaren ten opzichte van de arts/onderzoeker hen kwetsbaarder in vergelijking met gezonde vrijwilligers. Toch voeren Dickert en Grady (2) aan dat deze argumenten geen rechtvaardiging zijn voor het niet betalen van patiënten voor deelname. Zij menen dat juist door patiënten een financiële vergoeding te bieden, het gemakkelijker voor hen is om onderscheid te maken tussen reguliere behandeling en deelname aan een wetenschappelijk onderzoek. Ook zouden zij bij 3-8

een vergoeding minder de verplichting voelen de arts/onderzoeker een gunst te bewijzen met hun deelname. Het argument dat patiënten klinisch voordeel hebben bij hun deelname gaat niet altijd op en zeker als ook gezonde vrijwilligers als controles deelnemen aan het onderzoek, zou het niet juist zijn onderscheid te maken tussen deze twee groepen inzake vergoeding. Dickert en Grady (2) concluderen dat hun analyse van de modellen van vergoedingen aan proefpersonen toegepast kan worden op zowel gezonde vrijwilligers als patiënten. Ook voor patiënten zou dus een vergoeding volgens het wage-payment model de voorkeur verdienen. Wellicht een ongewenst bijeffect van de betaling van patiënten is dat de relatie tussen de arts/onderzoeker en de patiënt een meer commercieel karakter krijgt. 6. Vergoedingen in Nederland Proefpersonen Er is nauwelijks literatuur beschikbaar over de hoogte van vergoedingen voor deelname van proefpersonen aan onderzoek binnen Nederland. Om een indruk te krijgen hoe vergoedingen voor proefpersonen worden bepaald, is bij verschillende klinische onderzoeksinstellingen informatie hierover verzameld. Op basis van de beschikbare informatie blijkt dat proefpersonen in Nederland betaald worden volgens het wage payment model. Hierbij wordt uitgegaan van het minimumloon, tijdsinvestering en belasting. Daarnaast worden ook reiskosten vergoed. Voor risico s die met het onderzoek gepaard gaan wordt geen compensatie gegeven. PRA meldt hierover op haar website dat het risico van deelname aan geneesmiddelenonderzoek voor vrijwilligers niet groter mag zijn dan het risico van deelname aan algemeen aanvaarde maatschappelijke activiteiten. Toch kunnen de risico s bij verschillende onderzoeken sterk verschillen. Hier wordt bij het vaststellen van de vergoeding echter geen rekening mee gehouden. Onderzoekers In de literatuur is geen informatie beschikbaar over vergoedingen aan onderzoekers binnen Nederland. Pentz (3) meldt dat onderzoekers (het gaat hier over de VS) over het algemeen betaald worden volgens het market model. Of dit ook geldt voor onderzoekers binnen Nederland, is niet bekend. Deze wijze van vergoeden lijkt op ethische bezwaren te stuiten (zie hierboven onder 3) en in het artikel wordt dan ook gepleit voor een vergoeding 4-8

volgens het wage payment model, waarbij dan als tarief een uurvergoeding van internisten wordt aangehouden. 7. Conclusies Vergoeding proefpersoon. Er lijkt internationaal consensus te bestaan over toepassing van het wage payment model bij het vaststellen van vergoedingen aan proefpersonen indien men wil voorkomen dat deelname in onevenredige mate wordt bepaald door de vergoeding. Dit model lijkt in Nederland al vaak gebruikt te worden door onderzoeksinstellingen. Vergoed worden: de tijdsinvestering (op basis van het minimumloon), de belasting en eventuele onkosten. Risico s worden niet meegewogen bij het vaststellen van de vergoeding. Gezien het belang van beperking van de invloed van de vergoeding op deelname en ook om zoveel mogelijk bij de bestaande praktijk aan te sluiten, is de CCMO van mening dat bij de beoordeling van vergoedingen inderdaad uitgegaan dient te worden van het wage payment model. Patiënt of gezonde vrijwilliger. De CCMO is, na eerder overleg met de erkende METC s, tot de conclusie gekomen dat patiënten en gezonde vrijwilligers niet gelijk te stellen zijn voor wat betreft het toepassen van vergoedingen. Dit heeft niet alleen te maken met het feit dat er vaak niet voldoende budget is om patiënten een vergoeding aan te bieden, maar ook zou het kunnen zijn dat de patiënt zich bijvoorbeeld niet geheel vrij voelt zich gedurende het onderzoek terug te trekken. Het type onderzoek (therapeutisch of niet-therapeutisch) en de fase van het onderzoek acht de CCMO een beter criterium om te bepalen of een vergoeding aan patiënten aangewezen cq acceptabel is. Uiteraard is er geen verplichting voor onderzoekers om deelnemers een financiële vergoeding aan te bieden. Vergoeding onderzoekers. Wat betreft de vergoeding voor onderzoekers is er minder houvast in de literatuur. Echter, om ook voor onderzoekers zoveel mogelijk uit te sluiten dat de vergoeding een te grote rol speelt bij de beslissing aan het onderzoek mee te doen, is de CCMO van mening dat ook hier dient te worden uitgegaan van het wage payment model. De vergoeding betreft de geïnvesteerde tijd plus eventuele gemaakte onkosten. Als tarief kan hier de uurvergoeding voor de betreffende beroepsgroep worden aangehouden. Verder is het daarbij van belang te weten aan wie het geld wordt betaald: aan de instelling waar de onderzoeker werkzaam is of direct aan de onderzoeker? Indien een onderzoeker in loondienst is bij een instelling, lijkt het niet acceptabel als de vergoeding (buiten de instelling om) di- 5-8

rect aan de onderzoeker wordt betaald. Een andere afweging kan gemaakt worden als de onderzoeker als zelfstandig ondernemer gezien kan worden. Bij de beoordeling van de hoogte van vergoedingen kan een METC in eerste instantie gebruik maken van de informatie in het ABR-formulier. In sectie D van het ABR-formulier wordt gevraagd naar de (hoogte van de) vergoedingen aan de proefpersonen. In sectie G wordt gevraagd naar de (hoogte van de) vergoeding die de onderzoeker ontvangt. Ook wordt bij vraag G3a de suggestie gedaan om eventuele aanwezige financiële contracten bij te voegen. Tot op heden is er niet voor gekozen om het bijvoegen van financiële contracten verplicht te stellen. Echter, deze documenten zijn altijd opvraagbaar voor de METC. Samenvattend De belangrijkste elementen die als houvast dienen bij de beoordeling: enkele punten zijn niet eerder genoemd in de notitie, maar vloeien voort uit discussies met METC s bij het voorzittersoverleg Vergoeding aan proefpersonen: Gemaakte onkosten worden altijd vergoed; Een vergoeding is gebaseerd op tijdsinvestering op basis van het minimumloon en de belasting van het onderzoek; Een hogere vergoeding is niet uitgesloten, mits daarvoor voldoende redenen zijn; Risico is geen onderdeel van de vergoeding; Het type onderzoek (therapeutisch of niet-therapeutisch) en de fase van het onderzoek kunnen worden gebruikt om te bepalen of een vergoeding aan patiënten aangewezen cq acceptabel is. Vergoeding aan onderzoekers: Gemaakte onkosten worden altijd vergoed; Een vergoeding is gebaseerd op tijdsinvestering en de voor die beroepsgroep gangbare uurvergoeding; Een extra vergoeding is niet wenselijk; Persoonlijk gewin is niet acceptabel; Gewin voor de instelling of het onderzoeksinstituut is binnen redelijke grenzen wel acceptabel; 6-8

Afspraken over vergoedingen tussen opdrachtgever, uitvoerder en instelling moeten zijn vastgelegd in een contract. Dit contract is opvraagbaar bij de beoordeling van het onderzoeksprotocol. Tot slot De CCMO hanteert de in deze notitie beschreven uitgangspunten voor protocollen die bij haar ter beoordeling zijn ingediend. De beschreven uitgangspunten zullen verder als niet bindend maar wel richtinggevend gelden voor de erkende medisch-ethische toetsingscommissies (METC s). Reageren? De CCMO houdt zich aanbevolen voor reacties en ervaringen. Uw reactie kunt u sturen aan: ccmo@ccmo.nl CCMO Postbus 16302 2500 BH Den Haag De tekst van de CCMO-notitie Vergoedingen proefpersonen en onderzoekers staat ook op de site van de CCMO (www.ccmo.nl). 7-8

Literatuur Verwijzingen in tekst: 1. JM Sears, The payment of research subjects: ethical concerns. Oncology Nursery Forum 2001. V 28 (4): 657. 2. N Dickert, C Grady, What s the price of a research subject? Approaches to payment for research participation. New England Journal of Medicine 1999. V 341 (3): 198. 3. RD Pentz, Spreading it around: money for researcher and research participants. The Mount Sinai Journal of Medicine 2004. V 71 (4): 266. Overige relevante literatuur: LB Dunn, NE Gordon, Improving informed consent and enhancing recruitment for research by understanding economic behaviour. JAMA 2005. V293(5): 609. SJ Reiser, Research compensation and the monetarization of medicine. JAMA 2005. V293(5): 613. JP Bentley, PG Thacker, The influence of risk and monetary payment on the research participation decision making process. J Med Ethics 2004. V30(3): 293. 8-8