Bijlage (gemeenten HW) Voorstel opheffing Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Zuidhollandse Eilanden en aansluiting bij de GGD van de gemeenschappelijke regeling Regio Zuid-Holland Zuid Onze gemeente neemt met 14 andere gemeenten deel aan de gemeenschappelijke regeling Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Zuidhollandse Eilanden (GGD-ZHE) Het doel van de dienst is het behartigen van de gemeenschappelijke belangen van de deelnemende gemeenten op het gebied van de openbare gezondheidszorg. Door deelname aan deze regeling voldoet onze gemeente aan de wettelijke bepalingen uit de Wet Publieke Gezondheidszorg (WPG). De GGD-ZHE levert daarnaast aan gemeenten op verzoek maatwerk op andere gebieden, zoals de WMO. In juli 2008 heeft het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Zuidhollandse Eilanden (GGD-ZHE) in principe besloten tot opheffing van de regeling en ontmanteling van de organisatie. De deelnemende gemeenten dienen zich dan aan te sluiten bij respectievelijk de gemeenschappelijke regeling Openbare Gezondheidszorg Rotterdam- Rijnmond (OGZRR; de gemeenten op Voorne Putten, Rozenburg en Goeree-Overflakkee) en de gemeenschappelijke regeling Regio Zuid-Holland Zuid (ZHZ; de gemeenten in de Hoeksche Waard). 1. Aanleiding voor de liquidatie Het besluit is ingegeven door een aantal factoren: Regiocongruentie De Rijksoverheid streeft er naar de gebieden waarin GGD-en werken congruent te maken aan de veiligheidsregio s. Onze GGD voldoet hier niet aan. De gemeenten in de Hoeksche Waard behoren tot de veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid. De gemeenten op Voorne Putten Rozenburg en op Goeree Overflakkee behoren tot de veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. Deze gebiedsindeling zal door de Rijksoverheid worden afgedwongen. Bestuurlijke ontwikkelingen rond de Centra voor Jeugd en Gezin in relatie tot de schaalgrootte van de GGD-ZHE De bestuurlijke ontwikkelingen rond Centra voor Jeugd en Gezin kunnen leiden tot nieuwe afwegingen, waarbij de jeugdgezondheidszorg voor 4 tot 19-jarigen anders wordt georganiseerd. Voor de GGD-ZHE zou dit betekenen dat het organisatorische draagvlak voor de organisatie verder wordt aangetast. Raad 2009-12-14 agendapunt 12b bijlage raadsvoorstel HW 1
Noodzakelijke investeringen om de GGD-ZHE toekomstbestendig te maken Juist met het oog op de regiocongruentie is lange tijd de discussie gevoerd of de gemeenten in de Hoeksche Waard niet zouden moeten overstappen naar de GGD Zuid-Holland Zuid. In het voorjaar 2008 hebben deze gemeenten besloten deel te blijven nemen aan de GGD-ZHE. Hangende deze besluitvorming, die onzekerheid met zich bracht over het voortbestaan van de GGD-ZHE, is weinig geïnvesteerd in de organisatie van de dienst. Nadat de Hoeksche Waard-gemeenten hadden besloten binnen het verband van de eilanden te blijven, heeft het Algemeen Bestuur onderzoek laten doen naar de toekomstbestendigheid van de organisatie. Daar kwam uit dat er meer moet worden geïnvesteerd, waardoor de kosten voor de gemeenten zullen stijgen. Naast de dreigende opheffing door een afgedwongen regiocongruentie, heeft dit alles in het Algemeen Bestuur tot de conclusie geleid dat onze GGD in omvang te klein is om in de toekomst op een verantwoord niveau door te gaan en het in stand houden een rem zou kunnen zijn op nieuwe ontwikkelingen. Het Algemeen Bestuur heeft de gemeenten daarom voorgesteld de gemeenschappelijke regeling op te heffen en aansluiting te zoeken bij de GGD-en van respectievelijk Rotterdam-Rijnmond en Zuid-Holland Zuid. 2. Besluiten en acties vanaf juli 2008 Het Algemeen Bestuur heeft voor het transitie- en integratietraject een aantal randvoorwaarden geformuleerd: De kwaliteit van de dienstverlening blijft gehandhaafd op tenminste het huidige niveau; Het blijft mogelijk voor de gemeenten om de volledige huidige dienstverlening af te nemen van de nieuwe organisatie; De gemeenten behouden invloed en betrokkenheid op de taken en de taakuitvoering binnen de openbare gezondheidszorg; De decentrale werkwijze blijft in stand; Het kostenniveau blijft zo laag mogelijk; Voor het personeel wordt een zo goed mogelijke oplossing gezocht, waarbij uitgangspunt is dat de huidige werkzaamheden kunnen worden voortgezet en dat er geen gedwongen ontslagen plaatsvinden; Voor het transitie- en integratietraject worden voldoende financiële middelen beschikbaar gesteld; Het transitieproces mag de ontwikkeling van Centra voor Jeugd en Gezin op de Zuid- Hollandse Eilanden niet belemmeren. Voor de aansluiting bij de OGZRR respectievelijk GGD-ZHZ zijn contacten gelegd met de besturen en de directies van beide GGD-en. Beide GGD-en werken nauw samen in een transitietraject, waarbij ieder binnen zijn eigen verantwoordelijkheid werkt aan de opsplitsing van de werkzaamheden en verantwoordelijkheden en aan de overdracht van het Raad 2009-12-14 agendapunt 12b bijlage raadsvoorstel HW 2
personeel. Bestuurlijk wordt het transitietraject aangestuurd door een Stuurgroep Transitie. Daarin zijn de besturen van de drie betrokken GGD-en vertegenwoordigd. De gemeenten zijn op eilandniveau nauw betrokken bij het transitietraject. Resultaat van het transitietraject is dat de gemeenten een aanbod hebben ontvangen voor deelname aan de gemeenschappelijke regelingen en voor een dienstverleningspakket vanaf 2010 dat nauw aansluit bij dat van onze GGD. Ook financieel worden de lijnen voor een viertal jaren doorgetrokken. De ontvangende GGD-en hebben daarbij bekeken welke formatie zij nodig hebben om de dienstverlening aan de ZHE-gemeenten voort te zetten. Daarop is een conceptplaatsingsplan opgesteld, waarin de ZHE-medewerkers worden toegewezen aan een van de GGD-en. In met name de ondersteunende functies worden nog enkele maatwerkoplossingen gezocht. Het Dagelijks Bestuur van de GGD heeft een liquidatieplan opgesteld, waarin alle aspecten van de liquidatie zijn opgenomen. Het liquidatieplan bevat een transitiebegroting en een liquidatiebegroting. Het liquidatieplan wordt vastgesteld in de vergadering van het Algemeen Bestuur van december 2009. Op grond van artikel 36 van de gemeenschappelijke regeling worden de raden vooraf gehoord. 3. Voorstel De gemeenschappelijke regeling GGD-ZHE is door de colleges van de deelnemende gemeenten aangegaan. De opheffing vergt volgens de regeling dan ook een besluit van de colleges. Ingevolge de Wet op de Gemeenschappelijke Regelingen moeten de Gemeenteraden toestemming geven aan de Colleges om een dergelijk besluit te nemen. Wij zijn voornemens te besluiten tot opheffing van de gemeenschappelijke regeling. Op grond van artikel 1 van de Wet op de Gemeenschappelijke Regelingen vragen wij u hiervoor toestemming. Op grond van het vorenstaande stellen wij u voor: 1. het college toestemming te verlenen voor: a. opheffing van de Gemeenschappelijke regeling tot de instelling en instandhouding van een Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst voor de Zuidhollandse Eilanden per 1 januari 2010; b. toetreding tot de specifieke taak als bepaald in artikel 6, lid II van de gemeenschappelijke regeling Regio Zuid-Holland Zuid per 1 januari 2010; een en ander zoals aangeboden bij brief van 12 oktober 2009 door het dagelijks bestuur van de GGD ZHE. Raad 2009-12-14 agendapunt 12b bijlage raadsvoorstel HW 3
2. in te stemmen met het liquidatieplan van de GGD ZHE. Een ontwerpbesluit treft u hierbij aan. Bij dit voorstel leggen wij u voor: a. De productafspraken van de GGD Zuid-Holland Zuid voor de gemeenten in de Hoeksche Waard, inclusief de financiële afspraken; b. Het liquidatieplan GGD-ZHE met transitiebegroting en liquidatiebegroting. Burgemeester en wethouders van. de secretaris, de burgemeester, Raad 2009-12-14 agendapunt 12b bijlage raadsvoorstel HW 4
conceptbesluiten De raad en het college van burgemeester en wethouders van <gemeente>, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft; Overwegende dat: de gemeente sinds 1993 deelneemt in de Gemeenschappelijke regeling Regio Zuid-Holland Zuid, laatst gewijzigd 1 juli 2009; de gemeente tot op heden niet deelneemt voor de specifieke taak Volksgezondheid van de Gemeenschappelijke regeling Regio Zuid-Holland Zuid; een expliciete vrijstelling, dan wel uitsluiting van de gemeente voor deze taak nooit in de regeling opgenomen is geweest, en kennelijk ook nooit anderzijds werd geformaliseerd, maar niettemin altijd stilzwijgend door alle deelnemende gemeenten, alsmede door het openbaar lichaam, is erkend c.q. gerespecteerd; het met het opheffen van de GGD Zuidhollandse Eilanden gewenst is om de taken op het gebied van de Wet publieke gezondheid te gaan uitvoeren op een schaal die qua gebied samenvalt met die van de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid; b e s l u i t ( e n ) : I. het college toestemming te verlenen voor opheffing van de Gemeenschappelijke regeling tot de instelling en instandhouding van een Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst voor de Zuidhollandse Eilanden met ingang van 1 januari 2010; II. in te stemmen met het liquidatieplan van de GGD Zuidhollandse Eilanden; III. met ingang van 1 januari 2010 toe te treden tot de specifieke taak als bepaald in artikel 6, lid II van de Gemeenschappelijke regeling Regio Zuid-Holland Zuid, welke luidt: II. Volksgezondheid: 1. De bevoegdheid tot het verzorgen van de openbare gezondheidszorg in het kader van de Wet publieke gezondheid en in het verlengde daarvan andere taken. 2. Het verzorgen van de jeugdgezondheidszorg, gezondheidsvoorlichting, epidemiologie, bevolkingsonderzoeken en algemene gezondheidszorg, waaronder infectieziektebestrijding, tuberculosebestrijding, vaccinatieprogramma=s en sanitaire controle. 3. Het operationeel verzorgen van medische aangelegenheden in het kader van de Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen ; Raad 2009-12-14 agendapunt 12b bijlage raadsvoorstel HW 5
IV. het college toestemming te verlenen toe te treden tot voornoemde specifieke taak van de Gemeenschappelijke regeling Regio Zuid-Holland Zuid. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van de griffier, de voorzitter, Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders op de secretaris, de burgemeester, Raad 2009-12-14 agendapunt 12b bijlage raadsvoorstel HW 6