Geachte raden, staten, colleges, burgemeesters en commissaris, 1. Het Evaluatierapport Grondbank en ROZ

Transcriptie

1 Regionale Ontwikkelingsorganisatie (ROZ) Bijlage 3.3 AB ROZ en Grondbank 30 september 2013 Aan: - de gemeenteraden van Gouda, Rotterdam, Waddinxveen en - de colleges van Burgemeester en Wethouders van Gouda, Rotterdam, Waddinxveen en - de burgemeesters van Gouda, Rotterdam, Waddinxveen en - Provinciale Staten van Zuid-Holland - het college van Gedeputeerde Staten van de Zuid-Holland - de Commissaris van de Koning van de provincie Zuid-Holland Grondbank RZG Postbus CJ Den Haag Drs. R.A.M. van der Sande voorzitter ROZ en Grondbank W.G.J. Wijntjes secretaris Ons kenmerk Uw kenmerk Bijlagen Datum 12/ Evaluatierapport - ontwerp- Liquidatieplan Onderwerp: Evaluatierapport Grondbank en ROZ en voorstel tot opheffing van de gemeenschappelijke regeling ROZ Geachte raden, staten, colleges, burgemeesters en commissaris, 19 september 2013 Het Algemeen Bestuur van de Regionale Ontwikkelingsorganisatie (ROZ) stelt u voor te besluiten tot opheffing van de gemeenschappelijke regeling ROZ per 1 januari Het Algemeen Bestuur is tot dit voorstel gekomen na bespreking van het Evaluatierapport over de Grondbank en de ROZ. In deze brief lichten wij het voorstel toe. Ook gaan wij in op de besluitvorming die nodig is voor de opheffing van de ROZ. 1. Het Evaluatierapport Grondbank en ROZ Volgens de gemeenschappelijke regelingen Grondbank en ROZ hebben de deelnemers zich verplicht om de toepassing en werking van de regelingen uiterlijk vòòr 1 juli 2014 te evalueren. Uitgangspunt voor de evaluatie is het streven om de evaluatie in deze raadsperiode, derhalve vòòr maart 2014, af te ronden. In het evaluatierapport is zowel aandacht besteed aan de Grondbank als aan de ROZ. Provincie Zuid-Holland Gemeente Gouda Gemeente Rotterdam Gemeente Waddinxveen Gemeente

2 Pagina 2/5 Over de Grondbank is geconcludeerd: 1. De belangrijkste opdracht voor de Grondbank in de komende jaren is het voeren van een strategisch uitnamebeleid en het verwerven van meer inkomsten uit het beheer van de gronden. 2. Het bestuur van de Grondbank zal scenario's uitwerken voor de gronden met toekomstperspectief op de korte termijn en voor de gronden die eerst op langere termijn worden benut. Voor deze laatste gronden zal worden gezocht naar tijdelijke bestemmingen met een hogere opbrengst. 3. De overige gronden en ook opstallen zonder strategisch perspectief zullen tegen marktwaarde te koop worden aangeboden. 4. De tekst van de gemeenschappelijke regeling voor de Grondbank behoeft geen wijzigingen. 5. De looptijd van de Grondbank blijft ongewijzigd tot 1 januari De evaluatie van de Grondbank in 2018 moet uitwijzen of de Grondbank, bij een succesvol verloop van het uitnamebeleid, per 1 januari 2020 kan worden opgeheven. Over de ROZ is geconcludeerd: 1. De ROZ heeft een belangrijke taak gehad bij het afstemmen van de verschillende ontwikkelingen in de polder en bij het vormgeven van de kwaliteitsbewaking. 2. De crisis heeft de ontwikkeling van de Zuidplapolder zoals voorzien in het Intergemeentelijk Structuurplan (ISP) en in de Nota Koersbepaling sterk vertraagd. De gemaakte afspraken zijn herijkt door aanpassing van de programmering van de woningbouw, glastuinbouw en bedrijventerreinen in het OSK De groene inrichting staat onder druk door bezuinigingen bij het Rijk en herprioritering bij de provincie Zuid-Holland. De bovenplanse verevening en het kostenverhaal op particuliere initiatiefnemers is een kwetsbaar punt gebleken. 4. De huidige programmering leidt de komende jaren tot kleinschalige ontwikkelingen die gefaciliteerd worden door de gemeenten en Waddinxveen. De uitvoering van de plannen is aan de private initiatiefnemers. 5. De provincie heeft als meest betrokken partij binnen de ROZ en als uitvoerder van de Hoofdplanstructuur het initiatief genomen tot onderhandeling met om in onderling overleg tot het vaststellen van een door te leveren bijdrage aan de hoofdplanstructuur te komen. De provincie en sluiten naar verwachting in oktober 2013 een overeenkomst over de door te leveren bijdrage van de hoofdplanstructuur. Op basis daarvan zou de ROZ de ontwerp-verschuldigheid aan kunnen intrekken.

3 Pagina 3/5 6. Het DB ROZ ziet geen betekenisvolle opdracht voor de ROZ in de komende 10 jaar en sluit aan bij de besluitvorming over het rapport van de Taskforce Ontwikkeling polder tot ontvlechting van de verantwoordelijkheden van de publieke partners en het daarbij onderscheid maken tussen regie en uitvoering. 7. De ROZ als samenwerkingsvorm heeft zijn functie gehad. De opgave voor de polder is aanzienlijk teruggebracht; de "zwaar" opgetuigde samenwerkingsvorm van de gemeenschappelijke regeling is teveel van het goede. 8. Het DB komt tot de slotsom dat de ROZ per 1 januari 2015 kan worden opgeheven. Het AB van de ROZ stelt de deelnemers voor om hiermee in te stemmen. 9. De financiële en personele gevolgen van de opheffing worden volgens de gemeenschappelijke regeling ROZ vastgelegd in het Liquidatieplan, vast te stellen door het Algemeen Bestur van de ROZ. 10. De herverdeling van het takenpakket, over wie gaat wat doen en wie is waarvoor verantwoordelijk na de opheffing van de ROZ wordt uitgewerkt. Extra aandacht is nodig voor de overdracht van de subsidietaken van de ROZ zodat de subsidiegelden ook na 2015 behouden blijven voor de polder, voor de kwaliteitsbewaking en voor de onderlinge afstemming van de gebiedsontwikkeling. Het Algemeen Bestuur onderschrijft het Evaluatierapport en stemt in met de conclusies. Voor de ROZ betekent dit dat de procedure tot opheffing door het Algemeen Bestuur in gang wordt gezet. 2. Opheffing en liquidatie: gevraagde besluiten Op basis van de Evaluatienota ROZ heeft het DB geconstateerd dat de eind 2011 in gezette lijn van ontvlechten van verantwoordelijkheden van de deelnemers in de ROZ zich verder heeft ontwikkeld en dat er een brede ondersteuning van de opheffing van de ROZ bestaat. Anderzijds is gebleken uit zowel de zienswijzen bij de ontwerpbegroting als die bij het ontwerp OSK, dat door een aantal leden aandacht wordt gevraagd voor het oplossen van het probleem van afstemming van programmering, die van borging van de kwaliteit en van de subsidiebeschikkingen aan de ROZ. Hierover kan het volgende worden opgemerkt. Kwaliteitontwikkeling. Het geldende Handboek Kwaliteit gaat uit van de in het ISP opgenomen - voor woningen noodzakelijk geachte Hoofdplanstructuur. Deze

4 Pagina 4/5 Hoofdplanstructuur wordt herijkt. Daarnaast moet rekening worden gehouden met de gewijzigde economische omstandigheden. Er is crisis, het kwaliteitsbeleid zou zich meer moeten richten op het in beweging krijgen van de ontwikkelende actoren en daarom flexibeler moeten worden gedefinieerd. In de faciliterende rol van de overheden kan het ambititekader in economisch onzekere tijden vertrouwen wekken, ontwikkelpotenties aangeven en richting gaven aan ontwikkelingen in de polder. Het Plan van Aanpak Van Kwaliteitshandboek naar -ambitie is inmiddels vastgesteld en wordt uitgevoerd in nauwe samenwerking met de gemeente en de overige partners. Dit zal leiden tot een bestuurlijke rapportage aan het dagelijks bestuur van de ROZ in het eerste kwartaal van Na vaststelling in de ROZ zal de ROZ aan de deelnemers voorstellen de uitwerking als leidraad te hanteren bij de verdere ontwikkeling in de polder. Het document is daarnaast input voor het in gebiedsprofiel Bentwoud-Rottemeren dan naar verwachting in 2014 door de provincie in overleg met betrokkenen zal worden opgesteld. Afstemming van programmering. De provincie heeft op verzoek van PS het initiatief genomen tot het opstellen van een Herijkingsstudie Ontwikkeling polder. In deze studie wordt door de provincie aangegeven hoe de ontwikkeling met het oog op de Stip op Horizon zou kunnen gaan plaatsvinden. De provincie streeft nog steeds naar vaststelling van haar Herijkingstudie in dit najaar. V.w.b. de afstemming van de ontwikkeling van de polder na opheffing van de ROZ wordt voorgesteld een informeel overleg in te stellen dat voorafgaand aan de DB vergadering van de Grondbank bijeen komt. Naast de deelnemers van de Grondbank neemt ook het Hoogheemraadschap aan dit overleg deel. Het overleg richt zich op de voortgang van de ontwikkeling van de polder en de eventueel benodigde afstemming tussen de deelnemers. Tevens kan afstemming van de programmering met de Grondbank plaatsvinden. De provincie is bereid dit overleg te faciliteren.. Subsidies. Op dit moment voert de directeur ROZ overleg met het Ministerie van IenM over mogelijke decentralisatie c.q. overdracht van de subsidiebeschikkingen en met de provincie over de subsidiebeschikking Glastuinbouw. De laatst genoemde discussie zal naar verwachting voor het eind van het jaar worden in een afrekening van het subsidie. Als geen overeenstemming met het Ministerie van IenM zou gaan ontstaan over decentralisatie c.q.het overdragen van de subsidiebeschikkingen naar een van de deelnemers zou kunnen worden overwogen om voor het onderdeel subsidiebeschikkingen de ROZ in liquidatie te houden. Op deze wijze blijven de rechtspersoon en de bestaande subsidiebeschikking NRB in stand. Het AB is van mening dat met de afspraken over: Kwaliteitsontwikkeling, Afstemming en Subsidies kan worden over gegaan tot het opheffen van de ROZ. In artikel 40 van de gemeenschappelijke regeling ROZ is de opheffing geregeld.

5 Pagina 5/5 De gemeenschappelijke regeling ROZ is aangegaan door de raden, colleges van Burgemeester en Wethouders en burgemeesters van de gemeenten Gouda, Rotterdam, Waddinxveen en en door Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en de Commissaris van de Koning van de provincie Zuid-Holland. Formeel dienen deze organen te besluiten tot opheffing van de ROZ. Als de deelnemers vertegenwoordigend twee derde van de stemrechtverdeling daartoe besluiten, wordt de regeling per 1 januari 2015 opgeheven. De stemrechtverdeling is provincie Zuid-Holland 4, 3, Gouda 1, Rotterdam 1 en Waddinxveen 1. In een Liquidatieplan ROZ worden vervolgens de financiële en personele gevolgen geregeld. Dit wordt vastgesteld door het Algemeen Bestuur, nadat de deelnemers zijn gehoord. Een ontwerp van het Liquidatieplan is bijgevoegd. Wij verzoeken u te bewerkstellingen dat de daartoe bevoegde organen hun standpunten over het evaluatierapport Grondbank en ROZ, over het voorstel tot opheffing van de ROZ en over het ontwerp-liquidatieplan ROZ vóór 1 december 2013 aan de secretaris worden bekendgemaakt, zodat het Algemeen Bestuur ROZ in haar vergadering op 16 december 2013 / medio januari 2014 de benodigde besluiten kan nemen. Het Algemeen Bestuur van de Grondbank en het Algemeen Bestuur van de ROZ, Secretaris, Voorzitter, W.G.J. Wijntjes R.A.M. van der Sande