ONTHAALKLAS ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS S.O. - TUSSENDOELEN vertrekkende vanuit omzendbrief onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers, 23 juli 2001

Vergelijkbare documenten
Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid

2.5!"FAMILIETREKJES. # basistaak DOEL MATERIAAL ORGANISATIE VERLOOP

NEDERLAND VIERT 100 JAAR DE STIJL DESTIJLUTRECHTAMERSFOORT.NL ONTDEK HET IN UTRECHT & AMERSFOORT! LESSUGGESTIES 100 JAAR DE STIJL GROEP 1 T/M 4

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid

door Sanne Pittomvils Werkbundel Thema School Basiswoordenschat Doewoorden

Een nieuwkomer onder de toetsen

ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS, EEN ZORG VOOR ELKE VLAAMSE SCHOOL VADEMECUM

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Met vereende (leer)krachten

3.6 MET ÉÉN LUCIFER! basistaak DOEL MATERIAAL ORGANISATIE VERLOOP TIP TAALAANBOD

Kinderrechten. Doelstellingen. Materiaal

Handleiding basiswoordenschat.

Groot gelijk?! Gelijke onderwijskansen in Vlaanderen 23 november 2004

Is er een universiteit in Leuven? Kan je 3 vakken op de secundaire school opnoemen? Wat betekent tarieven? Een actieve quiz!

Les 11. Meetkundige begrippen. Lijnen. een gebogen lijn een gebroken lijn een rechte. Een rechte benoemen we met een kleine letter.

Mirjams mama en moekie

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

Ontdek je kracht voor de leerkracht

Rapport Lotje H. Naam Lotje H. Geboortedatum School/Locatie Boogschutter 0-7. Schooljaar Aanmaakdatum

KIJK! Lijst van: Schooljaar: Groep: Leraar: Datum gesprek 1e rapport: Datum gesprek 2e rapport: KIJK! 1-2 Bazalt Educatieve Uitgaven

Leerplan OVSG. Verbondenheid door middel van rituelen tijdens speciale gelegenheden. Jenthé Adriaens, Elise Buts & Sharis Vertommen

GODS GEZIN. Studielessen voor 4-7 jarigen

HALLO! HOE GAAT HET MET JOU?

BIJEENKOMST 1- KENNISMAKING

Liefde, voor iedereen gelijk?

Schooljaar INFO-BROCHURE. OnthaalKlas voor Anderstalige Nieuwkomers. Oudenaarde

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Leerlijn en tussendoelen rekenen groep 1 en 2 basisonderwijs* 1

Lesbrief: Lekker ontspannen? Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

Lesopdracht. Benodigdheden (ochtend) Leerdoelen voor de kinderen. Lesinhoud. Verteltafel rondom het prentenboek Rupsje nooit genoeg

MUSEUMLES IN HET VAN ABBEMUSEUM Groep 7 en 8

De boom staat op de berg Door Kim Wagemans

Thema 1 Concentratie. Waarom? Wanneer? Hoe? Kringgesprek

Handleiding voor de leerkracht

Thema school. Deze werkbundel is van:

Lessuggestie Tranen met tuiten

Hoe til je met 1 lucifer 15 andere lucifers op? De opvang van anderstalige nieuwkomers in de beginperiode

Lesideeën bij het boek:

Activiteit 8. Taal Kringgesprek Ik ben bang... Doelen. Materiaal. Voortaak

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

MAAL- en DEELTAFEL van ZES

- ontdekken dat stilte en rust helpen om een gepaste uitdrukking te vinden voor gevoelens.

Steekkaart: nummer 5W

Vertel eens - aanpak van Aidan Chambers

Drents Museum. Wat als de stoel van meneer Rietveld kon praten? Groep 3 Les 1 Pratende dingen

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering. De kinderen: - maken kennis met het thema. - kunnen hun kennis met elkaar delen.

Les 7 de meter: een groeimeter maken en meten met de meter.

Een les cardboards maken in aansluiting op het dag project Een beestenboel op school.

TOEKOMSTSPEL - overzicht talenten van de talentenzoektocht,

de bal het secretariaat de fietsenstalling het toilet het toiletpapier de trap

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke

Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken

Samenvatting Nederlands Redekundig ontleden

De Kunstenaar. Korte lessenserie bij het gelijknamige prentenboek. Doelgroep Groep 6-8. Leerdoelen

De aarde viert feest

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

KIJKWIJZER MOEILIJKHEID ACTIVITEITEN. 1. Wereld onderwerp. van eenvoudig naar complex

- ontdekken dat stilte en rust helpen om een gepaste uitdrukking te vinden voor gevoelens.

Benodigdheden: A. Inleiding: kringgesprek 15 minuten.

LEERKRACHTGEDEELTE ACTIVITEIT: ZEG HET MET EEN T- SHIRT

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS

Schooljaar OKAN INFOBROCHURE. OnthaalKlas voor Anderstalige Nieuwkomers. Oudenaarde

Bijlage 6: Schetsbordverhaal Zacheüs

Opdrachten Oppervlakte

Rol van de leerkracht

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 2 Het lichaam

Grafieken jaar. Rekenles over het maken van grafieken. Rekenen. 60 minuten. Weerstation, data, grafieken

bedoeld wordt met hoeveelheidbegrippen als: alle, geen, niets, veel, weinig, meer, minder, evenveel. Ordent hoeveelheden om ze te Groep 1 Groep 2

Arrangement: Sport en spel

LEESTIP. Speel- & Leerbrief MEI Marja Baeten. Pedagogisch kader kindercentra 0-4 jaar ZE KOMEN VOOR DE VRIENDJES! MEI 2015.

Tuin van Heden 2 Werken met kunst in de kerstperiode

Tuin van Heden 1 Werken met kunst in de kerstperiode

TOELICHTING REKENEN MET BREUKEN

RONDE 1: INBREKEN IN DE KLAS Didactische praktijken ter ondersteuning van gelijke onderwijskansen in het KLEUTERONDERWIJS

Steekkaart: nummer 3B

Over taaie taboes en lastige liefdes

WELKE VAKKEN DOE JIJ GRAAG?

10 Stappen voor het maken van een Mindmap

Iedereen een stem? Lesvoorbereiding. Verwondering

De planeten Reis door het zonnestelsel

Lesbrief Assenstelsels. Versie 1

Workshop Handleiding. Striptekenen deel 1. wat is jouw talent?

TEKENEN. beeldende vorming. Vlakvullingen. hoofdstuk 13: vlakvulling

EINDTERMEN en ONTWIKKELINGSDOELEN Zoektocht in het Maascentrum. A. Eindtermen voor het basisonderwijs vanaf 01/09/2010

Tussendoelen Oriëntatie op ruimte (Oriëntatie op mens en wereld) 1/6

G 1 Tangram: figuren leggen

Ko observatielijst/ Kern(tussen)doelen TULE SLO Van November 2006

O P D R A C H T E N B O E KJ E V

1. Hele getallen/ Tellen en getalbegrip. Peuters BP MP EP. Streefdoelen/ leerlijn Rekenontwikkeling (peuters)

Thema 6. Thema 1. Thema 8. Thema 2. Thema 5. Thema 3. Thema 7. Thema 4

L E S V O O R B E R E I D I N G

WORKSHOP CREATIEF SCHRIJVEN: POËZIE

8a De 'Los het op!-kaarf

A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door

Zonnevangers met een functie

MUSEUMLES IN HET VAN ABBEMUSEUM Groep 5 en 6

LEERKRACHTGEDEELTE ACTIVITEIT HOE-FILE: HOE MAAK IK HET UIT? VAN LIEF NAAR EX.

Inhoud Methode Materiaal Timing V: Eigenschap: De som van de hoeken in een driehoek is gelijk aan 180.

leerlingbrochure nld Door: Jolanthe Jansen

Transcriptie:

ONTHAALKLAS ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS S.O. - TUSSENDOELEN vertrekkende vanuit omzendbrief onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers, 23 juli 2001 Tussendoelen 1 1.1 voeren mondeling geformuleerde instructies voor concrete handelingen in de hier-en-nu klascontext uit Neem de twee afbeeldingen en leg ze naast elkaar. Je moet / Jullie moeten precies op de lijnen knippen. Ik wil dat je/jullie eerst goed kijkt/kijken en dan een figuur uitkiest/uitkiezen. We gaan nu de afbeelding goed bekijken. Doe dat niet zo vlug. Je mag / Jullie mogen niet direct antwoorden: eerst goed kijken. Kun je / Kunnen jullie eerst even luisteren? Wil je (eens even) aan het bord komen? Kom eens kijken. Doe dat niet zo vlug. Pas op dat je niet te vlug knipt, (want...) Mag ik even kijken naar je oplossing? 1.2 begrijpen mondeling geformuleerde mededelingen, vragen en reacties van de leerkracht met betrekking tot concrete gebeurtenissen in de klascontext en tot handelingen die zijzelf uitvoeren in de klas en/of in het kader van schoolse opdrachten Kijk: dit is een tangrampuzzel. Kijk: deze lijnen zijn recht en deze zijn krom. Kijk goed: op deze afbeelding zie je een klas met 12 leerlingen. Inderdaad: op deze foto staat de leerkracht naast de tafel. En waar zie je hem op de andere foto? Kijk: het water loopt weg uit het buisje. Kunnen jullie zien welk dier staat afgebeeld? Hoeveel stoelen zie je op de linkse afbeelding? Welke figuur heb je gemaakt/gekozen/...? Wie heeft de oplossing gevonden? Heeft iedereen nu een blad papier? Wie heeft (g)een blauwe stift? Wie heeft een meetlat nodig? Wat heb je nodig? Heb je iets nodig? Wil je een andere schaar? Neem je deze of die figuur? Dit blad is voor jou. Van wie is deze ringmap? Is dat van jou? Prima. Uitstekend. Dat ziet er goed uit. 1.3 begrijpen de gangbare vaste formules voor een aantal sociale plichtplegingen en voor het oplossen van communicatieproblemen Dag. Goeiemorgen. Tot morgen. Tot volgende week. Tussendoelen anderstalige nieuwkomers onthaalklas secundair onderwijs 1

Alstublief/Alsjeblief. Bedankt. Dankjewel. Excuseer. Sorry. Het spijt me. Het is niet erg. Gelukkige verjaardag. Proficiat. Ik begrijp je niet (goed). Wat zeg je? Zeg dat nog eens. / Herhaal dat nog eens (even). / Kan je dat nog eens zeggen/herhalen? Begrijpen jullie dat? 1.4 begrijpen vragen en mededelingen in formele schoolse situaties die op henzelf betrekking hebben Hoe heet je? Waar kom je vandaan? Hoe oud ben je? Ben je ziek geweest? Heb je een briefje van de dokter? Je bent te laat. Is de bus niet gekomen? Kunnen je ouders donderdag naar school komen om met mij te praten? Je moet nu naar lokaal 2. Woordenschat en betekenisstructuren die de leerlingen receptief kunnen hanteren hebben o.m. betrekking op - de klasvoorwerpen: van schrijfmateriaal tot klasmeubilair - organisatievormen: van alleen werken tot werken per twee, per drie, in groep - plaatsaanduidingen: van de voorzetsels in-op-onder-achter-voor-naast-tussen tot uitdrukkingen als rechts/links van, aan het eind van de gang, op het gelijkvloers en naar de andere kant - de schoollokalen: van klaslokaal tot speelplaats naar toilet en refter - het bereiken van de school: van gangbare vervoermiddelen tot bushalte en trottoir - tijdsaanduidingen: van nu en eerst/dan/daarna tot straks en morgen - telwoorden - delen van het lichaam: van hoofd en mond tot been en voet over buik en rug - schoolse handelingen: belangrijke handelingen die in de klas geregeld moeten worden uitgevoerd, van zitten en kijken tot zoeken en raden - gedragssturing: van gebods- (Je moet hier knippen en Knip hier) en verbodsbepaling (Jullie mogen nog niet knippen) tot uitnodiging (Kun je/wil je dat even knippen?) over toelating (Jullie mogen nu knippen) en intentieverklaring (Ik zal dat even voor je knippen) - beschrijvende termen: van groot/klein en kort/lang naar donker/licht en hoog/laag over recht/schuin, veel/weinig en vol/leeg - uitdrukken van een oordeel: van Dat vind ik (te) moeilijk tot Dat heb je goed gedaan - vergelijking en gradatie van kwaliteiten: van nogal groot, heel groot en even groot tot groter en grootst over te groot - uitdrukken van gevoelens: boos-bang-blij-verdrietig - bezitsaanduidingen: van jou en niet van mij - vragen: van Heb je de twee mannetjes getekend? over wat? wie? waar? tot hoeveel? hoe? waarom? welk(e)? - verwijzingen naar verleden en toekomst: van We gaan daar nu aan beginnen tot Hoeveel mannetjes hebben jullie getekend? - ontkenningen: van Niet naast de lijn knippen tot Er ligt geen gom op de tafel Leerlingen die deze tussendoelen in mindere of meerdere mate hebben bereikt kunnen deelnemen aan lessen lichamelijke en plastische opvoeding en andere handelingsgerichte vakken. Tussendoelen anderstalige nieuwkomers onthaalklas secundair onderwijs 2

Tussendoelen 2 2.1 begrijpen mondeling geformuleerde informatie (mededelingen, vragen) en instructies m.b.t. een binnen de klas gebrachte wereld, gerelateerd aan de schoolse kennisdomeinen Kijk: op de derde prent is de cirkel groter. Ik ga nu zout bij het water voegen en roeren tot het zout oplost. Kijk: de olie blijft op het water liggen. Zijn de middelste vierkanten even groot? Stop je vingers even in de beker met water en laat het water er dan afdruppelen. Rol het glazen potje over de krant: zie je de letters groter worden? 2.2 reageren mondeling op gesloten vragen over fysische en cognitieve handelingen die ze uitvoeren en over informatie die ze krijgen (zoals die onder 2.1 is beschreven) (Zijn de middelste vierkanten even groot?) Nee. (Welk vierkant is groter?) Links. (Welke figuur heb je gekozen?) Cirkel 3. (Hoeveel cirkels vind je op de afbeelding?) Negen. (Wat denk je dat er gebeurt als ik nu het ei in het water leg? Zal het zinken of bovendrijven?) Zinken. 2.3 gebruiken de gangbare vaste formules voor het oplossen van communicatieproblemen Wat zegt u? / Hoezo? Ik begrijp u niet. / Ik begrijp niet wat u zegt. Wat bedoelt u? Wat betekent...? Wil u/kunt u dat nog eens zeggen/herhalen? Begrijpt u mij? Woordenschat en betekenisstructuren die de leerlingen receptief kunnen hanteren hebben betrekking op - 'elementen' uit de waarneembare werkelijkheid: planten, dieren en andere natuurverschijnselen, onderdelen van het menselijk lichaam, mensensoorten - de waarneembare handelingen die deze elementen uitvoeren - de waarneembare kenmerken die ze vertonen Tussendoelen 3 3.1 halen de hen gevraagde informatie uit mondeling geformuleerde teksten; deze teksten hebben betrekking op een wereld die (doordat hij zich in het verleden of op een andere plaats bevindt) noodzakelijk in taal wordt opgeroepen; een sterke (visuele en/of talige) contextualisering wordt hierbij geboden 3.2 reageren mondeling op vragen die gesteld worden naar aanleiding van aan hen voorgelegde informatie (zie 3.1) Tussendoelen anderstalige nieuwkomers onthaalklas secundair onderwijs 3

3.3 halen uit korte geschreven teksten (bvb. onderschriften bij afbeeldingen) m.b.t. onderwerpen waarrond ze voorafgaand mondelinge informatie hebben gekregen de informatie die hen wordt gevraagd Voorbeelden van teksten: Hoe leven de Toearegs? Hoe bouwden de Egyptenaren hun piramiden? Wat voor bezienswaardigheden zijn er in België te vinden? Hoe 'betaalde' men vroeger? Woordenschat en betekenisstructuren die de leerlingen receptief kunnen hanteren hebben betrekking op - 'elementen' uit de werkelijkheid van daar-en-toen: voorwerpen, mensensoorten (koopman, ridder, soldaat); de waarneembare handelingen die deze elementen uitvoeren en de waarneembare kenmerken die ze vertonen klassen van waarneembare elementen (woning, gesteente, materiaal, benodigdheden, vorm) Leerlingen die deze tussendoelen min of meer hebben bereikt kunnen deelnemen aan lessen die in grote mate worden geënt op de zintuigelijke werkelijkheid, bvb. bepaalde onderdelen van biologie of aardrijkskunde. Tussendoelen 4 4.1 halen de hen gevraagde informatie uit mondeling geformuleerde teksten; deze teksten hebben betrekking op een wereld die (doordat hij zich in het verleden of op een andere plaats bevindt) noodzakelijk in taal wordt opgeroepen en (visuele en/of talige) contextualisering wordt in beperkte mate geboden 4.2 reageren mondeling op vragen die worden gesteld naar aanleiding van aan hen voorgelegde informatie (zie 4.1 en 4.3) 4.3 halen de hen gevraagde informatie uit korte informatieve en instructiegevende geschreven teksten, waarbij (visuele en/of talige) contextualisering in ruime mate wordt geboden Voorbeelden van tekstonderwerpen: zie reeks 3 Woordenschat en betekenisstructuren: zie reeks 3 Tussendoelen 5 5.1 halen de hen gevraagde informatie uit informatieve teksten; deze teksten hebben betrekking op een wereld die (doordat hij vanuit een abstraherend perspectief wordt benaderd) noodzakelijk in taal wordt opgeroepen; contextualisering wordt daarbij in ruime mate geboden 5.2 reageren mondeling op vragen die worden gesteld naar aanleiding van aan hen voorgelegde informatie (zie 5.1) 5.3 reageren schriftelijk op gesloten vragen die worden gesteld naar aanleiding van aan hen voorgelegde informatie (zie 5.1) Tussendoelen anderstalige nieuwkomers onthaalklas secundair onderwijs 4

Voorbeelden van tekstonderwerpen: Wat en hoe van een gezonde voeding Hoe kan je zeer zware lasten tillen? Wat maakt wereldwonderen tot wereldwonderen? Een methode om hoogten te schatten Woordenschat en betekenisstructuren die de leerlingen receptief kunnen hanteren hebben betrekking op abstracte begrippen, zoals - algemene categorie-benamingen: bvb. stof, materie, manier/wijze, methode, techniek, middel, instrument, toestel, systeem, onderdeel, plaats/gebied, omgeving, milieu, tijd, periode/tijdstip, moment, handeling, gebeurtenis, proces, situatie, activiteit, toestand, verschijnsel, gewoonte, omstandigheid, element, factor, teken, symbool, enz. - logische verbanden: bvb. oorzaak, reden, factor, oorsprong, aanleiding, gevolg, resultaat, functie, doel, bedoeling, enz. Leerlingen die deze tussendoelen min of meer hebben bereikt kunnen o.a. deelnemen aan lessen aardrijkskunde of fysica in zover deze worden ondersteund via uitgebreide contextualisering (visualisering, 'kaderende' uitleg e.d.). Tussendoelen 6 6.1 halen de hen gevraagde informatie uit informatieve teksten; deze teksten hebben betrekking op een wereld die (doordat hij vanuit een abstraherend perspectief wordt benaderd) noodzakelijk in taal wordt opgeroepen; contextualisering wordt daarbij in beperkte mate geboden 6.2 reageren mondeling op vragen die worden gesteld naar aanleiding van aan hen voorgelegde informatie (zie 6.1) 6.3 reageren schriftelijk op gesloten vragen die worden gesteld naar aanleiding van aan hen voorgelegde informatie (zie 6.1) Voorbeelden van teksonderwerpen: zie reeks 5 Woordenschat en betekenisstructuren: zie reeks 5 Tussendoelen anderstalige nieuwkomers onthaalklas secundair onderwijs 5