Van alles één! Taaljournaal Lessuggestie groep 4 cat. eind -d/-t. Onderwerp Woorden met de klank /t/ op het eind die je schrijft als -d of -t.

Vergelijkbare documenten
Kwartetten met klinkers

TAAL IN STAPPEN. ik vorm + t, rest d/t: Les 1

Zwijsen. jaargroep 4. naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs. rekentrainer. jij. Bezoek alle leuke dingen. Teken de weg.

optellen 1 Doel: plaats bepalen op de getallenlijn 2 Doel: optellen met de rekentekens + en 3 Doel: optellen van concreet naar abstract Herhalen

Handleiding. UNICEF Handleiding lessuggestie Gedicht groep 7-8. Gedicht

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

blok 11 groep 4 Malmberg s-hertogenbosch

Lesdoelen De kinderen herkennen voorzetsels in een zin. Materiaal Oefenblad instaples 1 taal Antwoordblad instaples 1 taal. Lesduur 25 minuten

Lesdoelen De kinderen kunnen aanhalingstekens gebruiken.

Handleiding. UNICEF Handleiding lessuggestie Schoolplein groep 3-4. Schoolplein

De wereld in getallen 4 Lessuggestie groep 8 Werkbladen

Dag 3 Geluidengedichten

Muziekslim. Muziekslim

LEERKRACHTGEDEELTE ACTIVITEIT: MIJN KAR MOOIE KAR

Argus Clou Aardrijkskunde Groep 3 Proeflessen Mensen op wielen Malmberg, s-hertogenbosch 2

De Drakendokter: Gideon

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

groep 8 blok 7 antwoorden Malmberg s-hertogenbosch

Voordoen (modelen, hardop denken)

Korte cursus Sinterklaasgedichten schrijven

RAAR, MAAR WAAR! LESSUGGESTIE KINDERBOEKENWEEK 2015

In dit thema staat het creëren van een goede groepssfeer centraal. Les 2 Samenwerken Deze les gaat over helpen, geholpen worden en samenwerken.

LEERKRACHTGEDEELTE ACTIVITEIT: TALENTENBANK

Lesdoelen De kinderen leren dat er woorden zijn die de (soort)naam voor mensen en dieren aanduiden en maken kennis met de term zelfstandig naamwoord.

Kijk na! Buiten spelen

Thema brief thema Dierentuin

Voorbeeld spaarkaart. Voorbeeld spaarkaart

WOORDEN VERANDEREN. grap. glas. kras. grijs NIEUWE WOORDEN MAKEN. sterk - kers. ster. Kies een woord uit het woordpakket. gras -

Gratis spellen bij kern 4 Spel 1: Tik aan Spel 2: Een verlanglijstje schrijven Spel 3: Prentenboeken lezen Spel 4: Rijmpjes maken

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Effectief spellingonderwijs

Groep Inleiding. 2. Het invullen van leerling informatie. 3. Maken van voorbeelden voor de testafname

LEERKRACHTGEDEELTE ACTIVITEIT: ZEG HET MET EEN T- SHIRT

Problemen kunnen oplossen

Schrijfopdracht 4 Hoe overtuig ik mijn ouder(s)?

Veilig leren lezen Aftelkalender Sinterklaas: hoeveel nachtjes slapen nog? - Versie 2013

KOPIEERBLADEN. THEMA 5: Ik wil ridder worden! Plantyn - TotemTaal - Thema 5: ik wil ridder worden!

Voordoen (modelen, hardop denken)

Schoolbrede start (15 min) Zie hoofdstuk Schoolbrede start.

Voor jezelf? Les 1 Welkom!

LES. les 1 rap rat, rap! THEMA 5. dit kan ik al! deze les gaat over... de a van rat. aan de slag! man, man, man SPELLINGBOEK

Uitleg bij de spellingskaartjes.

Getallen. 1 Doel: getallen plaatsen op de getallenlijn. 2 Doel: getallen invullen op het 60-veld. 3 Doel: 5-structuur aangeven.

4.1 Het uitdelen van de antwoordbladen en de testboekjes.

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

Van je juf of meester krijg je een plaatje. Er zijn vier verschillende plaatjes.

Korte cursus sinterklaasgedichten schrijven

Kop. Romp. Lesbrief Seksualiteit Leerjaar 1-Profiel1,2,3

LESBRIEF. Laat uw leerlingen 10 minuten lezen in 7Days. Uw leerlingen mogen zelf weten welke artikelen ze deze 10 minuten lezen.

Bij de tijd Groep 6 thema 5, les 1 Gelijke rechten Werkblad 1. boos = geel arm = rood mis-lukt = blauw

Kern 4: huis-weg-bos-tak-hut

Kraters slaan. Rekenoefening groep 5&6. Doel. Materiaal. Voorbereiding. Beschrijving. groep 5&6 - Kraters slaan

SPELREGELS GO! INHOUD SPEL. PER SCHOOLTEAM (MAXIMAAL 28 TEAMLEDEN) 2 overzichtslijnen. 8 inhoudslijnen. spelregels

Spellen bij kern 2 Spel 1: Stickers plakken Spel 2: Wie maakt de meeste woorden? Spel 3: Woorden maken Spel 4: Zelf typen Spel 5: Letterboek maken

Kopieerblad 1. Wil jij ook ooit een droomhut? Begin dan nu alvast te sparen, want een droomhut is erg duur!

Thema 1 Activiteit 4. Een leesworm in de boekenhoek (2A) Ra ra ra, wat ben ik?

Instructie voor de afname

Schooljaar : Spelletjes in je taal- en rekenles

Kern 2: teen - een - neus - buik - oog. Spellen bij kern 2. In deze kern leert uw kind: Letters: t n b oo ee Woorden: teen - een - neus - buik - oog

groep 5/6 Thema: Water groep 1/2 groep 3/4 groep 7/8

LESBRIEF. Laat uw leerlingen 10 minuten lezen in 7Days. Uw leerlingen mogen zelf weten welke artikelen ze deze 10 minuten lezen.

HANDLEIDING BLOK 1, WEEK 1, LES 1 GROEP 4

Een verzorgingskaart maken voor je huisdier

Goochelen met woorden. illusie. magie. illusionist. Taal Handleiding Het Geheim groep 4-6. Woordenschat

Uitprobeerpakket. Toetsboek 4 groep 4 blok 6

Spelling Regelwoorden. Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6

") Ljt-3^ f)c% Voorbeeldles SO/Midden/Bovenbouw/Blok 1 We horen bij elkaar Les 2 a+b: Opstekers!

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

ROL, SCHUIF EN BEDEK. MEER DOBBELSTEENWERKBLADEN? Kijk op heutinkvoorthuis.nl AANTAL SPELERS: 2-4

lezen Veilig leren lezen Artikelen - Ringboekje: een veelzijdig leermiddel veilig leren Stickers en stramienbladen Vier verschillende ringboekjes

Spelenderwijs rijmen. Linda Willemsen.

Tips spelend leren kern 2

Tijdsplanning werkstuk groep 5

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid

ACTIVITEITEN GROEP 3 en 4

Argus Clou Geschiedenis Groep 4 Proeflessen [kop hoofdstuk] Malmberg, s-hertogenbosch 2

Nodig: foldermateriaal van kleding, flappen en stiften, werkblad: gesprekje met de buurvrouw, werkblad: spreekkaarten, gesprekje in een winkel.

De hele noot Deze noot duurt 4 tellen

De leerlingen leren omgaan met gevoelens van zichzelf en anderen, met name gevoelens die horen bij hun leeftijd.

(ZAKELIJKE) TAALVERZORGING 1 NEDERLANDS

BLOK 1 thema 1 Kennismaking

Inhoud Voor de leerling Voor de leraar Algemeen

China. Chinese karakters. Vakgebied: Beeldende Vorming. Lesduur: 60 minuten

boos, gekwetst, opgelucht, spijt, teleurgesteld, verdrietig, vrolijk

Themales Wonen taalvrijwilliger/docent werkblad huizen

bijlagen groep 7 en 8

Gestrikt voor Vaderdag

LEERKRACHTGEDEELTE ACTIVITEIT: HET T-SHIRT IS BETER DAN HET BOEK

Figuren in Word. Vul de Wat weet ik al?-kaart in van les 7. Als je nog niet alles weet en kan, zoek het dan op in les 7.

Dag 1 Kaders vol kunst!

Routeboekje. bij Alles telt. Groep 3 Blok 1. Van...

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

China. Stadsgeluiden in China. 3 lessen rond geluiden in een Chinese stad. Vakgebied: Muziek. Lesduur: 60 minuten per les

Inhoudsopgave LES 1: NAAR SCHOOL LES 2: VRIJE TIJD LES 3: THUIS LES 4: NEDERLAND LES 5: TOEKOMST 126

Dag 2 Rare rijmende regels

Spreekopdrachten thema 3 Vervoer

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid

Waar is God? Leeftijd: 9-12 Thema: God Tijdsduur: 60+ min. Deze bijeenkomst gaat over de aanwezigheid van God onder de mensen.

Artikel - Ringboekje: een veelzijdig leermiddel

Transcriptie:

Onderwerp Woorden met de klank /t/ op het eind die je schrijft als -d of -t. Doel De kinderen leren het grondwoord met -d of -t op het eind herkennen binnen de meervoudsvorm. De kinderen leren de doelwoorden op -d of -t foutloos schrijven. De kinderen kunnen deze kennis toepassen op andere woorden van eenzelfde moeilijkheidsgraad. Vat hierna het gesprek samen. Vertel dat je aan de woorden honden [klemtoon op /d/] en katten [klemtoon op /t/] kunt horen dat je hond met een [d] en kat met een [t] moet schrijven. Laat de kinderen nu naar opdracht 1 kijken. Vraag: Wat zie je op tekening 1? Juist een kist. Maar hoe weet je nu of je dat met een -d of een -t schrijft? De kinderen zullen het woord langer maken. Zeg: Juist! Hoor je een / t/ op het eind van het woord, maak het woord dan langer. Dan hoor je of je een -d of een -t schrijft. Materiaal Voor elk kind kopieerblad 1a en 1b Voor de betere spellers kopieerblad 2a en 2b Rood en groen kleurpotlood / stift Dobbelsteen (per tweetal 1) Lesduur 30 minuten Toelichting In groep 5 biedt de methode in week 5, 6, 27 en 34 de spellingcategorie eind -d/-t aan. In groep 4 kunt u dit probleem al op een speelse wijze introduceren. Lesverloop Introductie & Instructie Deel kopieerblad 1a en 1b uit en laat de kinderen de illustratie bekijken. Vraag: Wat valt je op? Zien de kinderen de spelfout? Laat een van de kinderen uitleggen wat er mis is aan de spelling van de woorden kad en hont. Laat hen de woorden juist op het bord schrijven. De kinderen geven waarschijnlijk hun eigen interpretatie van de regel wanneer je -d of -t op het eind van een woord schrijft. Laat hen voorbeelden geven om hun regel toe te lichten. Vraag ook andere kinderen om de regel aan te vullen of duidelijker te maken. Zelfstandig werken Licht nu opdracht 1 en 2 op kopieerblad 1 toe en laat de grote groep kinderen de opdrachten zelfstandig maken. Met de kleine groep zwakke spellers bespreekt u opdracht 1 en 2 uitvoeriger. U maakt met hen een begin met elke opdracht. Hierna gaan deze kinderen ook zelfstandig aan het werk. Leg kopieerblad 2a en 2b klaar. Dit blad bestaat uit twee opdrachten en extra opdrachten voor de betere leerlingen. U kunt de opdrachten ook los knippen zodat het twee halve kopieerbladen worden. Vertel de kinderen dat wie klaar is met kopieerblad 1 een vervolgopdracht kiest. Vertel dat u er daarbij vooral op let of de woorden met -d en -t op het eind foutloos worden geschreven. Vertel dat op kopieerblad 2a en 2b ook andere woorden voorkomen dan die eerder besproken zijn. Begeleid de zwakke spellers bij het afmaken van opdracht 1 en 2 op kopieerblad 1a en 1b. Let erop dat zij de woorden goed spellen. Afsluiting Bespreek de opdrachten met de kinderen na. Let er daarbij vooral op dat de kinderen de regel toepassen om het woord te verlengen waardoor ze een d/t horen. Malmberg, s-hertogenbosch blz. 1 van 5

kopieerblad 1a Leuk! Wij twee honden! Wij een hont en een kad! Wij hebben twee katten. Opdracht 1 Lees de tekst onder elk plaatje. Hoor je een -t of een -d in het lange woord? Vul dan de goede letter in. Twee kisten. Drie broden. Twee boten. Een kis. Een broo. Een boo. Kijk, die paarden. Die kwasten zijn niet duur. Leuk, die eenden! 1,50 Een paar. Ik wil deze kwas. Die een gaat weg. Malmberg, s-hertogenbosch blz. 2 van 5

kopieerblad 1b Opdracht 2 Zie je de woorden met een streep in het versje? Is het woord goed geschreven? Kleur het groen. Is het woord niet goed? Kleur het rood. Hoor je een /t/ op het eind van het woord, maak het woord dan langer. Dan hoor je of je een -d of een -t schrijft. Elke dag trok ridder Dee Tee het land in. In de ene hand droeg hij een groot schilt. In zijn andere hant een zwaard. Zwart en sterk was zijn paart. De ridder wilde meer goud en geld. Zijn schad verborg hij in een grot, op een eiland diep onder de gront. Tot hij gevonden werd door een hond. Het baasje van de hont was de meit die voor de ridder werkte in zijn kasteel. Houd je mont, zei Dee Tee, dan krijg je een kisd met goud. Als u niet meer steelt, zei de meid, want dat is foud. Malmberg, s-hertogenbosch blz. 3 van 5

kopieerblad 2a Opdracht 1 Lees het woord en maak het langer. Schrijf dan de goede letter achter het woord. Kleur het woord dat anders is. kaar moor raa fou staar poor daa hou paar koor maa kou taar broo zaa zou flui weilan plan hoe zui zijkan lin moe rui voorhoof voe snui vierkan ran goe Opdracht 2 Kies elk een rij. Gooi om de beurt met de dobbelsteen. Doe jij de woorden met -t en gooi je 5? Schrijf dan het woord rekenfout foutloos over. Gooit de ander 3? Dan schrijft hij misdaad foutloos over. Wie heeft het eerst zijn rijtje vol? Woorden met een -t Woorden met een -d 1. voortent 2. kamerplant 3. schatkist 4. landkaart 5. rekenfout 6. pikzwart 1. voorbeeld 2. verliefd 3. misdaad 4. vraagwoord 5. vloerkleed 6. hoofdstad Malmberg, s-hertogenbosch blz. 4 van 5

kopieerblad 2b Extra opdrachten 1 Vul het tegengestelde woord in. Kies uit: ran, gezon, sta, antwoor, har, vervelen Niet in het dorp, maar in de. Niet lief, maar heel. Niet ziek, maar. Niet zacht, maar. Niet in het midden, maar aan de. Geen vraag, maar een. 2 Zoek steeds stukjes die in elkaar passen. Welke woorden kun je maken? Vul in op de lege plek: d of t. schap doo toch knoop lan zwem sta vrien hoof stil boo ba muts kaar Malmberg, s-hertogenbosch blz. 5 van 5