Module Informatie, advies en begeleiding Doelen van deze bijeenkomst Doelen voor de cursusbegeleider: b persoonlijk contact tot stand brengen tussen deelnemers en hulpverleners en verwijzers b overbrengen hoe belangrijk het is om het naslagboekje te bewaren voor vragen die zich later opdringen b informatie verzamelen over de mening van de cursisten betreffende de opzet en de inhoud van de cursus b (eventueel) bij de deelnemers polsen of er behoefte is aan vervolgbijeenkomsten en aan welke thema s dan aandacht besteed moet worden Leerdoelen voor de deelnemers: b weten bij wie en waar ze voor hun persoonlijke situatie informatie kunnen verkrijgen over woon, zorg- en welzijnsdiensten b hebben indien nodig of wenselijk op dit moment afspraken gemaakt met een seniorenadviseur en andere voorlichters en verwijzers b weten dat zij het naslagboekje moeten bewaren omdat ze dat later nodig kunnen hebben als zij hulp willen vragen b kunnen benoemen wat zij vinden van de opzet en de inhoud van de bijeenkomsten b (eventueel) aangeven over welke onderwerpen ze meer informatie willen in de komende bijeenkomsten 171
De bijeenkomst is als volgt opgebouwd: Tijd 120 min. Inhoud Werkvorm Materiaal bij deze bijeenkomst 5 min. Introductie 1 Welkom en uitleg over het programma van deze bijeenkomst. 1 Instructie voor de cursusbegeleider. 1.1 Programma uitgewerkt op fl ap of bord. 15 min. Evaluatie van de reeks bijeenkomsten 2 Smiley s toekennen aan foto s van bijeenkomsten. 2 Instructie voor de cursusbegeleider. 2.1 Kaartjes met smiley s. 30 min. Bespreken thema s voor eventuele vervolgbijeenkomsten 3 Sterassociaties, (indien wervings- en startbijeenkomst is uitgevoerd dan deze werkbladen gebruiken). 3 Richtlijnen voor gesprek, instructie voor de cursusbegeleider. 3.1 Sterassociaties. 10 min. Informatieboekje presenteren met toelichting 4 Toelichtend verhaal, boekje uitdelen. 4 Tekst van de toelichting. 4.1 Zelf te maken boekjes. 15 min. Pauze 45 min. Informatie ouderenadviseur en maatschappelijk werk i.v.m. follow-up. Voor degenen die dat wensen: gelegenheid om afspraken te maken voor persoonlijke gesprekken met diverse hulpverleners 5 Simulatiespel, een casus van een vrager en ouderenadviseur nagespeeld. Persoonlijke contacten van deelnemers met ouderenadviseur en maatschappelijk werker, indien lokaal aanwezig ook zorgconsulent of intermediair. 5 Instructie voor de cursusbegeleider voor het maken van afspraken met de hulpverleners. 5.1 Tekst casus. 172
1 Welkom en introductie Mondelinge informatie Doel Deelnemers: b kennen het doel van de bijeenkomst b kennen de onderdelen van het programma Tijdsduur 5 min. Materialen Programma van de bijeenkomst op fl ap Voorbereiding voor de cursusbegeleider Hang het programma zichtbaar voor iedereen op Werkvorm en inhoud b Heet alle aanwezigen welkom. b Licht het programma van deze dag toe. b Wijs tijdens de introductie en vervolgens in de loop van de bijeenkomst steeds aan bij welk onderdeel u bent. b Vertel dat dit de laatste bijeenkomst is en dat er ook wordt gesproken over wat er na de cursus mogelijk is. Bijeenkomst 8, werkvorm 1, werkblad 1 programma 173
Werkvorm 1 Werkblad 1 Het programma van vandaag Wat vond u van de bijeenkomsten? Onderwerpen voor vervolgbijeenkomsten Informatieboekje uitdelen Pauze Ouderenadviseur en maatschappelijk werk Afspraken voor persoonlijke gesprekken 174
Groepsdiscussie 2 Evalueren met smiley s Doel Deelnemers: b kunnen benoemen wat zij vinden van de opzet en de inhoud van de bijeenkomsten Tijdsduur 15 min. Materialen b Voor elke deelnemer één set kaartjes met smiley s b Foto s die door de cursusbegeleider tijdens iedere bijeenkomst zijn gemaakt Voorbereiding voor de cursusbegeleider Leg setjes met kaarten en foto s klaar Werkvorm en inhoud b Geef de deelnemers een setje smiley s plus foto s van de bijeenkomsten. b Vraag de deelnemers om bij elke foto een smiley te leggen: f een blije smiley als men blij was f een verdrietige smiley als men niet blij was f een smiley moeilijk als men het niet makkelijk vond b Vraag aan het eind van de oefening of één deelnemer wil vertellen waar hij of zij tevreden (blij) over was. Vraag daarna aan iemand anders te vertellen waarover hij of zij ontevreden (verdrietig) was. Vraag tot slot aan een deelnemer of hij of zij iets heel moeilijk (te begrijpen) vond. b Neem de kaartjes vervolgens in en zeg dat u de reacties zult verwerken en voor een volgende cursus rekening zult houden met de opmerkingen van de deelnemers van deze cursus. Bijeenkomst 8, werkvorm 2, werkblad 1 t/m 3 evaluatiesymbolen 175
Werkvorm 2 Werkblad 1 Evaluatiesymbolen moeilijk
Werkvorm 2 Werkblad 2 Evaluatiesymbolen blij
Werkvorm 2 Werkblad 3 Evaluatiesymbolen verdrietig
3 Thema s voor volgende bijeenkomsten Evaluatie sterassociaties Doel Deelnemers: b denken na over welke onderwerpen zij graag meer informatie willen ontvangen Tijdsduur 30 min. Materialen De ingevulde sterassociaties van bijeenkomst 0 of een fl ap met lege sterren Voorbereiding voor de cursusleider b Hang sterassociaties op. b Hang lege fl ap op. Werkvorm en inhoud Indien er geen wervings- en startbijeenkomst is geweest: b Geef aan dat elke ster een thema van het afgelopen programma weergeeft b Vraag wat er is bijgebleven van het thema. b Vraag welke onderwerpen nog onvoldoende aan bod zijn gekomen. b Schrijf deze op. b Kijk of het mogelijk is een prioriteit aan te brengen waar men het liefst nog meer informatie over wil hebben. b Zeg dan dat er een keuze gemaakt moet worden. Met handopsteken kan duidelijk worden welke thema s de meeste stemmen krijgen. Noem een thema op. Vraag de deelnemers een hand op te steken als zij dat thema per se aan de orde willen laten komen. b Noteer hoeveel opgestoken handen er per thema zijn. De meest gekozen thema s kunnen mogelijk aan de orde komen in een volgende bijeenkomst. Indien er wel een wervings- en startbijeenkomst (0) is geweest: b Vertel dat bij de eerste kennismakingsbijeenkomst deze sterassociaties zijn opgesteld. b Kijk of het mogelijk is een prioriteit aan te brengen waar men het liefst nog meer informatie over wil hebben. b Zeg dan dat er een keuze gemaakt moet worden. Met handopsteken kan duidelijk worden welke thema s de meeste stemmen krijgen. Noem een thema op. Vraag de deelnemers een hand op te steken als zij dat thema per se aan de orde willen laten komen. b Noteer hoeveel opgestoken handen er per thema zijn. De meest gekozen thema s kunnen mogelijk aan de orde komen in een volgende bijeenkomst. 179 Bijeenkomst 8, werkvorm 3, werkblad 1 sterassociaties (eventueel van bijeenkomst 0)
Werkvorm 3 Werkblad 1 Sterassociaties Wonen Dagelijkse activiteiten
Werkvorm 3 Werkblad 2 Sterassociaties Contacten met anderen Hulp en verzorging
Werkvorm 3 Werkblad 3 Sterassociaties
4 Informatieboekje Mondelinge toelichting Doel Deelnemers: b weten dat ze het informatieboekje moeten bewaren omdat ze het nodig hebben als ze hulp willen vragen Tijdsduur 10 min. Materialen Informatieboekje Voorbereiding voor de cursusbegeleider Zorg dat er voldoende exemplaren van het informatieboekje aanwezig zijn Werkvorm en inhoud b Pak de stapel informatieboekjes. b Sla er één open en toon de inhoud aan de deelnemers. b Zeg dat dit een belangrijk boekje is voor iedereen. Hierin staan namen, adressen, telefoonnummers van de mensen die werken bij organisaties waarmee de deelnemers in deze cursus kennis hebben gemaakt. In de cursus heeft iedereen veel informatie gekregen. Die wordt makkelijk weer vergeten als er niet gelijk gebruik van wordt gemaakt. Het boekje kan helpen als de deelnemers over een poosje ineens moeten weten waar zij hulp kunnen vinden. b Vraag de deelnemers om het mee te nemen, aan hun kinderen te laten zien en daarna goed op te bergen, op een plaats waar ze het altijd makkelijk kunnen terugvinden. 183
5 Voorlichting over het werk van een ouderenadviseur, maatschappelijk werk Casussen en mondelinge informatie Doel Deelnemers: b weten bij wie en waar zij persoonlijk terechtkunnen voor advies en ondersteuning op het terrein van wonen, welzijn en zorg b weten dat zij, indien nodig, tijdens de bijeenkomst een afspraak kunnen maken met een ouderenadviseur en andere voorlichters en verwijzers Tijdsduur 45 min. Materialen Casussen Voorbereiding voor de cursusbegeleider b Lees vooraf de casus door. b Maak afspraken met de ouderenadviseur of voorlichter over de inleiding. Werkvorm en inhoud 15 min. casus of verhaal en informatie b Stel de ouderenadviseur / maatschappelijk werker voor aan de deelnemers. Leg uit dat er eerst een levensechte situatie uit het werk van deze mensen wordt nagespeeld of voorgelezen. Daarna wordt verteld wat een ouderenadviseur / maatschappelijk werker doet en voor welke vragen de deelnemers bij die persoon terechtkunnen. De casuïstiek is op verschillende manieren te gebruiken: f als rollenspel, te spelen door de cursusbegeleider en de ouderenadviseur; f te spelen door acteur en ouderenadviseur; f te vertellen als ervaringsverhaal. 184 30 min. b Vertel de deelnemers dat na deze voorlichting de ouderenadviseur en maatschappelijk werker nog bij de groep blijven. Deelnemers die dat willen, kunnen dan een afspraak maken voor een persoonlijk gesprek op een ander moment. Bijeenkomst 8, werkvorm 5, werkblad 1 casussen
Werkvorm 5 Werkblad 1 Casussen (Ontleend aan Draaiboek voorlichtingen aan Turkse ouderen en mantelzorgers. Utrecht: GG&GD, 2004.) 1 Deze casus gaat over een vrouw wier man is overleden. Twee zoons wonen nog thuis, haar twee dochters zijn getrouwd. Een van de dochters woont dichtbij en de andere woont in een andere stad. Zij vindt het steeds moeilijker om voor haar zoons te zorgen nu ze ouder wordt en veel last krijgt van haar gewrichten. Bovendien heeft ze diabetes. Een van haar zoons is ook ziek en heeft veel zorg nodig. De vrouw heeft niet zo veel contacten buitenshuis, ze voelt zich dikwijls eenzaam. Ook spreekt ze nauwelijks Nederlands. Wat kan de ouderenadviseur voor haar doen? Haar dochters helpen haar en hun broers zo veel mogelijk, maar onlangs heeft één dochter aangegeven dat zij dit niet goed meer met haar werk en haar gezin kan combineren. Tussen haar en haar zoons zijn de nodige spanningen en zij heeft eigenlijk niemand met wie ze daarover kan praten. De laatste tijd heeft ze steeds meer last van slapeloosheid, buikpijn en andere stressklachten. De ouderenadviseur kan vertellen over: b taalcursussen, koffi e-inloopochtenden en bewegingsactiviteiten voor ouderen; b de welzijnsorganisatie die ervoor kan zorgen dat zij wordt vervoerd naar de betreffende activiteit; b aanpassingen in huis die via het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) of de gemeente kunnen worden aangevraagd; b huishoudelijke hulp; b vrijwilligersdiensten, boodschappendienst en klussendienst; b maatschappelijk werk of cursussen van de Riagg die gericht zijn op het verminderen van spanningsklachten. 2 In deze casus komt een zoon naar de ouderenadviseur omdat de vader steeds meer gezondheidsklachten heeft en nauwelijks meer kan lopen. Bovendien spreekt de vader weinig Nederlands. Zij leven op de derde verdieping. Helaas is er geen lift en de zoon draagt de vader nu elke keer de trap op en af als hij voor behandeling naar het ziekenhuis of de fysiotherapeut moet. De ouderenadviseur geeft naar aanleiding van deze casus informatie over de mogelijkheden die er zijn. Voor het aanvragen van een andere woning is eerst een indicatie van het CIZ nodig. De ouderenadviseur brengt de situatie van het hele gezin in beeld. De thuiszorg geeft een cursus Zieken verzorgen thuis en besteedt hierin aandacht aan tiltechnieken.