Stadsrand Noord-Oost Utrecht: een fotowandeling langs knelpunten en kansen voor de wandelinfrastructuur Stichting Wandelplatform-LAW, juni 2005
Een wandelexcursie op papier 1. Inleiding Het Noord-Oosten van Utrecht is aantrekkelijk voor wandelaars: veenweidegebied en een uitloper van de Utrechtse Heuvelrug. Helaas is de situatie op dit moment dusdanig dat de toegankelijkheid van het landschap voor wandelaars verre van optimaal is. En dan is Utrecht nog niet eens het beroerdste voorbeeld. Voornaamste oorzaak is de inkapseling van de stad door grootschalige infrastructuur, waardoor het gebied rondom de stad wordt opgedeeld in afzonderlijke compartimenten. Om die onderling voor wandelaars te verbinden zijn goede oversteekmogelijkheden nodig, die bovendien op de juiste plaats gesitueerd moeten zijn. Daar ontbreekt het vaak aan. Ook de toegankelijkheid binnen elk compartiment laat te wensen over. De infrastructuur is (voor wandelaars) slecht ontworpen, de verkeersveiligheid is onvoldoende en er wordt niet goed samengewerkt tussen verschillende instanties. Kortom: geen samenhangend netwerk van wandelmogelijkheden. De foto s op de volgende pagina s zijn allemaal gemaakt op 7 juni 2005 tijdens een wandeltocht (de rode lijnen op de kaart). Elke pagina illustreert een veel voorkomend probleem voor wandelaars. Nogmaals: het voorgaande is niet alleen illustratief voor de situatie rond Utrecht, maar voor veel gebieden in het hele land.
2. De wandelaar is gedwongen de weg te delen met gemotoriseerd verkeer en fietsers. Om veilig en aantrekkelijk te kunnen wandelen is het belangrijk dat er goede verkeersmaatregelen getroffen worden. De plattelandswegen in dit gebied zijn soms wel afgesloten voor sluipverkeer tijdens de spits, maar niet iedereen houdt zich eraan, en ook buiten de spits wordt er veel gebruik van gemaakt door auto s. Wandelaars zijn veelvuldig aangewezen op dit soort wegen, omdat alternatieven ontbreken. Op dit moment is het maken van een ommetje in deze stadsrand niet mogelijk zonder gebruik te maken van onveilige verbindingen.
3. Stadsrand niet optimaal ontsloten: mogelijkheden om te wandelen over agrarisch land blijven onbenut. Het aanleggen van wandelstroken en paden over agrarisch land kunnen ervoor zorgen dat een gebied beter ontsloten wordt voor wandelaars. Dergelijke verbindingen zijn aantrekkelijk en verkeersveilig omdat ze exclusief toegankelijk zijn voor wandelaars. De realisatie van deze paden in stadsrandgebieden blijft achter door het ontbreken van een goede algemeen geldende vergoedingsregeling voor de agrariër. Daarnaast ontbreekt vaak de wil om mee te werken omdat er in deze gebieden een grote druk is op de agrarische grond. Ook heerst er angst voor overlast en vandalisme. Een goede vergoedingsregeling en de juiste inrichtingsmaatregelen kunnen dit oplossen.
4. Stadsrand niet optimaal ontsloten: verboden toegang Tijdens de wandeling in dit gebied stuiten we regelmatig op borden verboden toegang. Vaak is het onduidelijk of een terrein rechtmatig is afgesloten, of dat er sprake is van een openbare verbinding die door de eigenaar illegaal is voorzien van dergelijke bebording. De Wegenwet (met een openbare legger ) zou deze gang van zaken moeten regelen, maar deze wet functioneert nauwelijks meer. In het geval van overheidsterrein, zoals op de foto links, is het de vraag of het werkelijk nodig is om een weg af te sluiten. Omdat juist de onverharde en aantrekkelijke verbindingen kwetsbaar en afhankelijk zijn van bescherming door de Wegenwet is het nodig dat deze wet herzien wordt.
5. Stadsrand niet goed ontsloten: ontoegankelijke ecologische zones Het gebied ten Noord-Oosten van de stad is mede aantrekkelijk vanwege de ecologische waarde. Er zijn dassen gesignaleerd in het gebied, en een deel is bestemd als Ecologische Hoofdstructuur. Alle ingrepen voor de fauna-migratie ten spijt: de toegankelijkheid van dit gebied voor wandelaars wordt er niet groter op. Nieuwe ecologische verbindingen worden aangelegd zonder dat de negatieve gevolgen voor de wandelinfrastructuur daarbij gecompenseerd worden. Werk met werk maken, goede inrichtingsmaatregelen treffen, en beide belangen tegelijkertijd in ogenschouw nemen kunnen ervoor zorgen dat het gebied er niet alleen in ecologisch opzicht op vooruit gaat.
6. Ecologische passages bieden mogelijkheden om wandelpaden te realiseren Dit viaduct in de A27 is voor het wandelen een schoolvoorbeeld van een gemiste kans. Er is onder het viaduct een faunapassage aangelegd die wordt afgezonderd van het overige verkeer door een stevige, maar onaantrekkelijke schutting. Voor wandelaars is het kiezen: of gebruik maken van het drukke fietspad, of zichzelf een weg banen door een smalle strook ongemaaid gras. Met wat meer creativiteit en integraal denken had hier een prachtige gecombineerde wandelfauna verbinding kunnen worden gerealiseerd. Vaak wordt recreatief medegebruik al op voorhand uitgesloten, zonder dat er actief gekeken is naar mogelijkheden om recreatie te combineren met de ecologische functie.
7. Overwegen worden afgesloten De eeuwenoude Twisslaan was tot een aantal jaren geleden een prachtige onverharde doorgaande verbinding naar de Heuvelrug. In het kader van het veiligheidsbeleid van Pro Rail werd een groot aantal onbeveiligde overgangen afgesloten, ongeacht het werkelijke veiligheidsrisico ter plaatse (in dit geval nooit een ongeval; aan beide zijden klaphekjes; goed zicht). Op de Twisslaan kwam een groot hek. Door deze afsluiting is het nu niet meer mogelijk om een rondje te lopen in dit gebied. Wandelaars die vanuit Utrecht naar het bos willen moeten nu flink omlopen over de fietsstrook die te zien is op de bovenste foto. Een zorgvuldiger afweging van belangen voordat overgegaan wordt tot afsluiting is hard nodig. Aan recreatief gebruik hoort daarbij een zwaar gewicht toegekend te worden.
8. Regelingen medegebruik paden en wegen niet bekend bij het publiek Volgens de wegenverkeerswet zijn fietspaden ook toegankelijk voor wandelaars. Dat is niet algemeen bekend onder zowel fietsers als wandelaars, terwijl wandelaars vaak wel geacht worden van het fietspad gebruik te maken. Dat levert vaak ergernis en onveilige situaties op. In Duitsland wordt dit opgelost door een gecombineerd bord (foto linksonder). Het ook in Nederland invoeren van een dergelijk verkeersbord communiceert de geldende regels beter naar het publiek.
9. Wegontwerp onvoldoende toegesneden op wandelaars Viaducten vormen belangrijke schakels om van het ene gebied naar het andere te kunnen wandelen. Ze zijn echter zelden voor wandelaars ingericht. Er ontbreken vaak goede wandelstroken, of ze lopen dood op een niet onderhouden grasstrook. Het zijn daardoor onveilige en onaantrekkelijke plaatsen. Bij ontwerp en aanleg van grootschalige infrastructuur moet de plaats van de wandelaar in het verkeer nadrukkelijker worden meegenomen.
10. Veel ontbrekende schakels in doorgaande wandelverbindingen Een aantrekkelijk wandelgebied kenmerkt zich door een goed aaneengesloten netwerk van wandelmogelijkheden. Dat betekent dat er niet alleen aandacht moet zijn voor de verbindingen zelf, maar ook voor het doorgaande karakter ervan: de verbindende schakels zijn daarin cruciaal. Onderweg kwamen we legio voorbeelden tegen van situaties waar aan de het doorgaande karakter van een verbinding geen enkele aandacht was besteed. Duidelijke oversteekplaatsen en wandelstroken ontbreken. Een integrale visie vastgelegd in een wandelpadenplan zorgt ervoor dat er ook aandacht is voor het gehele netwerk van wegen en paden.
11. Oversteken vaak gevaarlijk en onaantrekkelijk Aan druk verkeer valt in een stadsrand niet geheel te ontkomen, dus er zal op gezette tijden overgestoken moeten worden. Dat de wandelaar daarin vaak niet serieus genomen wordt is te zien op de bovenste foto s. Het gaat hier om de oversteek van de noorderlijke rondweg vanuit de wijk Overvecht naar het nieuwe recreatiegebied Noorderpark. Er zijn maar een beperkt aantal officiële oversteekplaatsen, die niet op de ingangen van het park aansluiten, waardoor er te ver omgelopen moet worden. Gevolg is het ontstaan van een aantal levensgevaarlijke informele oversteekplaatsen.
12. Oversteekplaatsen niet toegerust voor wandelaars Fietsverkeerslichten worden vaak aangestuurd door detectielussen. De lussen reageren niet op wandelschoenen: als er zich geen fietser aandient zit er niets anders op dan maar onbeveiligd over te steken. Drukknoppen op alle installaties verhelpt dit probleem. Een inrichting die beter toegesneden is op wandelaars/voetgangers maakt het bovendien een stuk aangenamer.
13. Verbeteren aansluiting van wandelpaden op bestaande infrastructuur Een voorbeeld van mogelijke oplossingen voor het laten doorlopen van wandelpaden is het maaien van grasstroken of het verleggen van het pad, zodat vrij gewandeld kan worden. Bovenstaande voorbeelden komen uit Duitsland.
14. Benutten van grasstroken Een gemaaide grasstrook is een prima wandelverbinding. Vaak zijn er in een gebied wel stroken te vinden die met kleine aanpassingen en een goed maaibeleid de toegankelijkheid als geheel flink kunnen verbeteren. De De foto linksonder is wederom een Duits voorbeeld.
15. Waterlopen en groene aders bieden goede mogelijkheden Waterlopen en groene spaken bieden vaak kansen om wandelverbindingen langs te realiseren. Dit is een voorbeeld uit Utrecht -Oost waar de drukke Waterlinieweg gepasseerd kan worden via een tunnel langs een smal kanaal. Het geluidsscherm van de weg is voorzien van materiaal waar planten tegenaan kunnen groeien.
16. Conclusies Zoals de foto s lieten zien nodigt het landschap rondom de stad uit tot een wandeling, maar is er veel mis met de voorzieningen. Een die-hard wandelaar zal zijn weg wel weten te vinden, maar de voetganger of ommetjes wandelaar zal er toch al snel voor kiezen om de auto te pakken en naar het bos te rijden. Het lijkt er op dat het realiseren van ecologische verbindingen en het afsluiten van spoorwegovergangen de automobiliteit stimuleert. En dat zou niet nodig hoeven zijn. Daarnaast is ook de optelsom van ontbrekende schakels tussen paden, slecht ontwerp van wegen en paden, het ontbreken van goede regelingen voor medegebruik en slechte juridische en planologische bescherming van kleinschalige verbindingen fnuikend voor de wandelinfrastructuur. Kortom, doordat er hier sprake is van een optelsom van oorzaken is er een taak voor het Rijk weggelegd om coördinerend en stimulerend op te treden. Het verbeteren van de huidige situatie vraagt enerzijds het samenwerken tussen verschillende bestuurslagen en sectoren op dit punt. Anderzijds is het huidige instrumentarium niet goed toegesneden op de taak het landelijk gebied en de stadsrand toegankelijk te houden (en te maken) voor de wandelaar. Verbetering daarvan is nodig om ook werkelijk tot actie over te kunnen gaan. Stichting Wandelplatform-LAW, juni 2005 Postbus 846, 3800 AV Amersfoort Tel. O33-465 36 60 www.wandelnet.nl