Is het ureumgehalte bij een patiënt met hematemesis of melena van diagnostisch belang?

Vergelijkbare documenten
De casus is bedoeld voor medisch studenten in de doctoraalfase van de opleiding.

BESLISBOOM MAAGKLACHTEN

Darmkanker screening zin of onzin? Lisette Saveur, Verpleegkundig specialist MDL-oncologie Antoni van Leeuwenhoek Amsterdam

23.2 Slik- en passagestoornissen

Faecaal calprotectine. Eva Lefevre 14 mei 2013

Antwoordformulieren open vragen

Helicobacter pylori in de nieuwe NHG-Standaard Maagklachten wat u er in 2013 van moet weten

Radboud u me Stofwisseling 2 30 mei uur

Nieuwe ESPGHAN richtlijnen bij obstipatie

Kern: Klager vindt dat verweerder niet adequaat heeft gereageerd op zijn klachten van ongewild gewichtsverlies.

Maagklachten. Diagnostiek volgens de NHG standaard

Antwoordformulieren open vragen

Regionale Samenwerkingsafspraak Zuidoost Brabant Maagklachten

Antwoordformulieren open vragen

Maag- darm- leverziekten september 2013 ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN

Voor deze casus is een fotosessie gemaakt met een oudere mannelijke patiënt.

Integratietoets Voorbereiding Toetsafname: 10 juli 2012

Acute gastrointestinale bloedingen. C. Verslype Maag-, Darm- en Leverziekten Manama ASO Interne Geneeskunde 22/11/2017

De casus is bedoeld voor medisch studenten in de doctoraalfase van de opleiding.

Bovenbuikklachten. Prof. dr. M.E. Numans

Antireflux operatie. Poli Chirurgie

Oesophaguscarcinoom Chirurgische Behandeling. Sylvia van der Horst, PA chirurgie Maart 2019

Integratietoets - her Voorbereiding Toetsafname: 24 juli 2012

Casus oncologie minisymposium dd

Divertikels en diverticulitis. Oorzaak en behandeling

Hoofdstuk 1: introductie van het proefschrift

GIO keten Gastro-Intestinale Oncologie keten. Marcel Groenen MDL-arts

Aan: Opleiders Inwendige Geneeskunde Regio Amsterdam II. Geachte collegae,

Refluxoperatie. Chirurgie. Beter voor elkaar

Onderbuikklachten. buikklachten

Acute graft-versus-host ziekte na een levertransplantatie: wat te doen? T.J.F. Snijders

NIERFUNCTIE STOORNISSEN juni 2015

50202 stofwisseling uur. Deze tentamenset kunt u na afloop meenemen. Het ANDERE deel ingevuld inleveren bij uw surveillant(e)

Process Mining in Hospitals. Prof.dr.ir. Hajo Reijers

VROEGER NU LATER DEZE STUDIE ONDERZOEKT DE BATEN VAN INNOVATIES BIJ MDL ZIEKTEN TERUGKIJKEND NAAR MAAGZWEREN EN VOORUITKIJKEND NAAR DARMKANKER

Programma RIOG reumatologie d.d. 23 november 2005

OPERATIES EN NOG VEEL MEER

3 onderwerpen. Irritable bowel syndrome (PDS) vanuit het Patientenperspectief

Op hoop van zegen Johan de Vries

Bovenbuiksklachten. Waar zit de bovenbuik precies? Slokdarmklachten. Dysfagie. André Smout. slokdarm Pijn in de bovenbuik. diafragma. bovenbuik.

TRAUMATISCH PANCREASLETSEL

CASUSSCHETSEN. Mevrouw B. heeft bloed laten prikken voor een keuring. Ze heeft geen klachten. De volgende schildklierwaarden werden gevonden:

Hepatitis E, wat moet je ermee?

Functiestoornissen van het. maag-darmkanaal. een geïllustreerde basisgids

Een hoestende longarts. Beroepsziekte? (werkte 3 maanden geleden kortdurend in Zuid Afrika!) Extensive Drug Resistant Tuberculosis (XDR-TB)???

De casus is bedoeld voor medisch studenten in de doctoraalfase van de opleiding.

Casus koorts uit tropen

Met buikpijn naar de huisarts

Functionele buikklachten

Toelichting op de Ondersteunerhonoraria B- segment. Versie

Analyse en behandeling bij verdenking op maligniteit bij de oudste ouderen

Antwoordformulieren open vragen

Zenker s divertikel. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Patiënteninformatie. Zenker s divertikel. Informatie over de behandeling van een uitstulping (divertikel) van de slokdarm terTER_

Hypercortisolisme (of toch niet?)

CASUSSCHETSEN. Patient Hr. P., 75 jaar, is bekend met een prostaatcarcinoom met meerdere botmetastasen.

De interne acute zorg in MMC Veldhoven

Acute buik The GE perspective. Hoe acuut is de acute buik? ATLS principes. C irculation stop the bleeding!!

Pneumodilatatie van de slokdarm

Inbrengen van een PEG- sonde door de MDL-arts

Bestaande cascoo casus Blokboek buik blz 33 t/m 36 en docentenhandleiding blokboek blz 30 t/m 32

Interline augustus CHEMOTHERAPIE casusschetsen

Onderzoek van de slokdarm, maag en twaalfvingerige darm

Ontstekingsparameters in de huisartspraktijk. Warffum 2012

502c. Colonoscopie met zeer intensieve voorbereiding (met eventueel poliepectomie)

Compagnonscursus 2012

Toelichting op de Ondersteunerhonoraria B- segment. Versie

Transitie in de geneeskunde 6 Handen op 1 buik. Topzorg 2018

Radboudurne. Bloktoets Datum Aanvang Stofwisseling 2 29 mei uur

Echo-endoscopie van het maagdarmkanaal

Mevrouw B., 72 jaar, komt bij u omdat ze in de Libelle iets heeft gelezen over botontkalking.

24.4 Braken. Specifiek lichamelijk onderzoek. Specifieke anamnese. Probleemlijst. M. Eeftinck Schattenkerk

Process Mining in de Zorg. Ngi Dr.ir. Ronny Mans

De casus is bedoeld voor medisch studenten in de doctoraalfase van de opleiding.

Toelichting op de Ondersteunerhonoraria B- segment. Versie

*** Jaar Metaanalyse

UROLOGIE CASUSSCHETSEN

Endoscopische behandeling van Zenkers divertikel

CVA / TIA. Dr. Wim Verstappen, huisarts, medisch manager HOV

Process Mining in Ziekenhuizen

Obstipatie bij kinderen. Dr. Ilse Hoffman Kindergastro-enterologie U.Z. Gasthuisberg, Leuven

Achalasie (ziekte van de slokdarm)

INTERLINE DEVENTER CASUSSCHETSEN PALLIATIEVE SEDATIE

Medische Publieksacademie

Echo-endoscopie van het maagdarmkanaal

Casus MAGMA

Cardiologie. Verder na het hartinfarct.

Mevrouw Sanders meldt zich met buikpijn op het Centrum Eerste Hulp waar u dienst hebt als chirurg.

Prednison (corticosteroïden)

UROLOGIE casusschetsen

Plexus Coeliacus blokkade. Behandeling van pijn bij kanker bij het Pijnbehandelcentrum

Mevrouw B., 72 jaar, komt bij u omdat ze in de Libelle iets heeft gelezen over botontkalking.

Aanleiding tot het herzien van de werkafspraak Antistolzorg:

UROLOGIE ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN

Onderstaande vragen zijn van toepassing op de periode maanden postoperatief

Intercostaal blokkade met alcohol 96% Behandeling van pijn bij kanker bij het Pijnbehandelcentrum

Transcriptie:

Bloedingen in de tractus digestivus : R. Loffeld Casus 1 U heeft dienst en wordt gebeld door een huisarts: Collega, ik stuur u een man van 75 jaar met hematemesis Wat doet u? Patiënt A: tweemaal bloed gebraakt, voorheen al een week lang last van de maag met pyrosis, pijn in epigastrio en verminderde eetlust. Verder geen klachten, met name normaal defaecatiepatroon, geen aanwijzigingen voor melena. Medicatie: diclofenac in verband met pijn laag in de rug. O/ RR 130/80 pols 75 reg-eq. Verder geen afwijkingen. Wat wilt u verder nog weten? U bent bezig met deze patiënt en de verpleging komt binnen en zegt dat een patiënt is ingestuurd met melena (patiënt B). Deze patiënt, een man van 75 jaar, heeft een RR van 130/80 met een pols van 120 reg/eq. Om welke patiënt maakt u zich nu de meeste zorgen? Patient B heeft een Hb van 9.5 mmol/l. De bloedruk is inmiddels gedaald naar 100/60 met een polsfrequentie van 130. De achterwacht is van mening dat gezien dit Hb geen bloed besteld hoeft te worden. Bent u het hiermee eens? Patiënt A blijkt een Hb van 5.6 te hebben. Het ureum is 12.0 mmol/l. Hij blijft hemodynamisch volledig stabiel. Hij voelt zich verder goed. Heeft geen bijzondere klachten. Geeft u deze patiënt bloed? Is het ureumgehalte bij een patiënt met hematemesis of melena van diagnostisch belang? Wat zijn extra aandachtspunten bij een patiënt die ingestuurd wordt met een bloeding in de tractus digestivus? Wat te doen bij acenocoumarol gebruik? Couperen? Hoe? Met wat? Wat te doen bij gebruik van acetylsalicylzuur? Welke tekenen zijn van belang om te bepalen of een spoed endoscopie nodig is? U bent net klaar met het beleid van de twee patienten als er weer een melding komt van een patient met hematememsis. Het is een man van 45 jaar.

De patient heeft een forse hoeveelheid helder rood bloed gebraakt. De laatste tijd merkte hij dat zijn buik dikker geworden was. Hij gebruikt ruime hoeveelheden alcohol per dag. Wat wilt u nog meer weten? Lichamelijk onderzoek: RR 140/80 pols 85 Abdomen: bolle buik met shifting dullness, percussie passend bij ascites. Spoor icterus, palmair erytheem spoor perifeer oedeem Wat wilt u nog meer weten, welk aanvullend laboratoriumonderzoek is van belang? Op het einde van de dienst wordt mevr. P gestuurd, 85 jaar oud. In het verwijsbriefje staat dat patiente rood bloed verlies per anum heeft. Tevens zou haar defaecatiepatroon veranderd zijn. Wat wilt u nog meer weten? U constateert inderdaad helder bloed aan de handschoen bij RT. Vervolgens belt u de achterwacht met de mededeling dat er een lage tractus digestivusbloeding aanwezig is en dat er met spoed een endoscopie gedaan moet worden. Bent u het eens met deze visie? Casuistiek MDL : J van Meyel CASUS 1 Een 80-jarige patiënt komt op de EH met buikpijn en fors rectaal bloedverlies. Zijn medicatie bestaat uit 80 mg Acetylsalicylzuur en betablokker. Lichamelijk onderzoek. RR 125/75. Pols 76 r.a. Abdomen: soepel; diffuse drukpijn. Laboratoriumonderzoek. Hb 7.6, MCV 81. - Wat is uw differentiaal diagnose? - Waaruit bestaat uw diagnostiek? - Hoe behandelt u deze patiënt? CASUS 2 Een 24-jarige vrouw wordt naar uw spreekuur verwezen i.v.m. buikpijn. U verdenkt haar van een IBS. - Welke andere oorzaken moet u uitsluiten?

- Welke diagnostiek gebruikt u hiervoor? - Indien er sprake is van IBS, welke therapie stelt u voor? CASUS 3 Een 64-jarige patiënt komt op de polikliniek i.v.m. diarree gedurende circa een jaar. Lichamelijk onderzoek. Niet zieke man. RR 130/80. Pols 88 r.a. Overig onderzoek: g.a. - Welke aanvullende diagnostische gegevens zijn belangrijk? - Wat is uw differentiaal diagnose? - Welke diagnostiek gebruikt u? Literatuur De hoofdstukken diarree, IBS uit Up To Date Management of diverticulitis BMJ 2006;332;271-75 A 48-year-Old man with recurrent Gastrointestinal bleeding. New Eng J Med 2004;351:488-95 COIG Casuistiek MDL-motiliteit: P. Scholten Casus I. Een 60-jarige vrouw met in 2001 een mammacarcinoom klaagt over sinds 6 maanden progressieve dysfagie voor vast en vloeibaar voedsel. Af en toe branderig gevoel epigastrio. In 3 maanden 6 kg gewichtsverlies. Welke van de volgende diagnosen is meest waarschijnlijk en waarom? A. Zenker s divertikel B. Primaire achalasie C. Gastro-oesophageale reflux D. M.Parkinson E. Secundaire achalasie Welk aanvullend onderzoek zou je willen doen om de genoemde diagnosen te onderscheiden? Casus II. Een 45-jarige advocaat heeft progressieve dysfagie voor vast en vloeibaar voedsel sinds 18 maanden. Terugkijkend heeft hij al 8 jaar intermitterend dysfagieklachten gehad. In 6 maanden is hij 5 kg afgevallen. Een slikfoto toont het volgende beeld:

Wat is je meest waarschijnlijke diagnose en waarom? A. Diffuse slokdarmspasmen B. Achalasie C. Distaal slokdarm carcinoom D. Refluxziekte met slokdarmstenose E. Cardiacarcinoom Wat is je eerste keus van aanvullend onderzoek in deze casus? A. Slokdarm manometrie B. 24-u ph-metrie C. Maagontledigingsonderzoek D. Gastroscopie E. Endo-echografie Stel je hebt gekozen voor een slokdarm manometrie en na beoordeling hiervan stel je de diagnose primaire achalasie. Welke manometrische bevindingen zou je in dat geval verwachten? A. Hypotensieve LES met normale peristaltiek van de tubulaire slokdarm B. Normale LES-druk en hypertensieve peristaltische contracties in de tubulaire slokdarm C. Hypertensieve LES met hypertensieve simultane contracties van de tubulaire slokdarm D. Hypertensieve LES met normale relaxatie na slikken E. Hypotensieve LES met aperistalsis van de tubulaire slokdarm Wat is je therapie keuze en waarom? A. Botox-injectie in de LES B. Pneumo-dilatatie C. Vagotomie met anti-refluxprocedure

D. Medicamenteus met Ca-antagonisten E. Myotomie volgens Heller Casus III. Een 48-jarige vrouw met ernstige obstipatie (1x per 10 dagen ) wordt verwezen onder verdenking slow transit colon. Welke test is meest geschikt voor nadere diagnostiek en waarom? A. Marker studie B. Anorectale manometrie C. Defaecogram D. Ileo-coecale manometrie E. C13- galzout ademtest Er wordt motiliteitsonderzoek van het colon gedaan, waarbij opvallend weinig HAPC (=high amplitude peristaltic contractions) worden gemeten. Wat is de rol van deze HPAC s? A. Verplaatsing van coecuminhoud naar ileum B. Verplaatsing van faeces van proximaal naar distaal colon C. Verplaatsing van faeces van colon ascendens naar rectum D. Sequentiele contractie van interne en externe sfincter E. Verplaatsing van faeces van distaal naar proximaal rectum Literatuur: Spechler en Castell Gut 2001: 49: 145-151 Classification of oesophageal motility abnormalities Hirano Clinical Perspectives in Gastroenterology 2002 may/june 165-172 Achalasia Bassoti et al Am J Gastroenterol 1999;94:1760-1770 Colonic motility in man: features ìn normal subjects and in patients with chronic idiopathic constipation P.Scholten, MDL-arts Sint Lucas Andreas Ziekenhuis Casuïstiek bovenbuiksklachten/ NUD etc : Mike Craanen Een 25-jarige patiënt wordt verwezen met dyspeptische klachten naar de poli MDL. 1. Wat is uw DD? 2. Welk onderzoek vraagt u aan? Een 50- jarige patiënt wordt verwezen met dyspeptische klachten naar de poli MDL. 1. Wat is uw DD? 2. Welk onderzoek vraagt u aan Een 70- jarige patiënt wordt verwezen met dyspeptische klachten naar de poli MDL.

3. Wat is uw DD? 4. Welk onderzoek vraagt u aan Een 40-jarige patiënt met bovenbuiksklachten wordt door de huisarts verwezen voor gastroscopie. Tijdens scopie zijn er geen macroscopische afwijkingen aanwezig. 1. Neemt u biopten? 2. Zo ja, hoeveel, waar en waarom? 3. Zo nee, waarom niet? Bij een willekeurige patiënt met dyspeptische klachten wordt in de maagbiopten H. pylori aangetoond. 1. Behandelt u de patiënt voor deze infectie 2. Zo ja, hoe en waarom? 3. Zo nee, waarom niet? 4. Zo ja, controleert u op geslaagde eradicatie? Een patiënt met blanco VG wordt met spoed geopereerd wegens een maagperforatie, peroperatief berustend op een actief ulcus ventriculi. Post-operatieve gastroscopie na enkele weken wordt verricht. Biopten tonen een actieve H. pylori gastritis 1. Behandelt u deze infectie? 2. Zo ja, hoe? 3. Zo nee, waarom niet? 4. Controleert u op geslaagde eradicatie? 5. Indien 4 met ja beantwoord, op welke manier? Een patiënt uit een familie met erfelijk diffuus maagcarcinoom klaagt over dyspeptische klachten. 1. Wat is uw beleid?