Agendapunt Onderwerp 6 Gemeenschappelijke Regeling Basismobiliteit

Vergelijkbare documenten
Raadsvoorstel. Agendapunt Onderwerp 10 Basismobiliteit

Voorstel (concept-besluit) 1. De kadernota Op Weg, Basismobiliteit: regionale visie en kaders vast stellen.

AAN DE GEMEENTERAAD Brummen, 19 mei De Kadernota 'OP WEG, Basismobiliteit: regionale visie en kaders ' vast te stellen

Besluitenlijst d.d. d.d. d.d. [X]Akkoordstukken [ ]Openbaar -- [ ]Besloten --

themabijeenkomst Basismobiliteit 8 juni 2015

Agendapunt Raadsvergadering 17 juni 2015 Portefeuillehouder Wethouder M.J.J. Melissen Begrotingsprogramma Samenwerking op gebied van basismobiliteit

Regio Rivierenland Team Onderzoek & Ontwikkeling J.S. de Jongplein WG Tiel Telefoon Businessplan: Basismobiliteit Fase 2

Nota van uitgangspunten. voor regionale samenwerking op het gebied van. Basismobiliteit

GEMEENTE BOEKEL. Onderwerp : Concept kadernota 2017 GR Kleinschalig Collectief Vervoer (KCV) Brabant Noordoost (Regiotaxi)

11 Vijfde wijziging gemeenschappelijke regeling GGD Noord- en Oost Gelderland en positionering Jeugdgezondheidszorg.

Besluitenlijst d.d. d.d. d.d. [ ]Akkoordstukken -- [X]Openbaar [ ]Besloten --

De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Apeldoorn, Brummen, Deventer, Epe, Hattem, Heerde, Lochem, Voorst, Zutphen;

Besluitvorming duurzaamheid doelgroepenvervoer

Kennisnemen van stand van zaken ophef stadsregiotaxi en doorstart met doelgroepenvervoer

Volmacht aan Arnhem voor uitvoeren aanbesteding doelgroepenvervoer

Presentatie Doelgroepenvervoer Ronald de Haas, projectleider 5 januari 2016

Raadsvergadering. Onderwerp Gemeenschappelijke Regeling Regionale Dienst Werk en Inkomen (GR RDWI)

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Beste collega s, Met vriendelijke groet, Gerard Vrenken Raadsgriffier Tilburg. Stadhuisplein 130, 5038 TC Tilburg * Postbus 90155, 5000 LH Tilburg

CONCEPT-VOORSTEL AAN DE RAAD: Raadsvergadering d.d. 19 dec 2017 NR.: RI

Voorstel aan college van Burgemeester en Wethouders

Datum Agendapunt Documentnummer. 28 juni 2016 R09S009/z

Regionaal projectplan Basismobiliteit 2015

O P L E G N O T I T I E B E S L U I T V O R M E N D

CONCEPT-KADERNOTA OP WEG. Visie en kaders voor regionale samenwerking op Basismobiliteit

ALt. * Akkoord conform het voorstel. B&W voorstel. Datum vergadering 1 7 Hij~l Z015. Beslissing. Samenwerkingsovereenkomst Basismobiliteit

GEMEENTE SCHERPENZEEL. Raadsvoorstel

Beoogd effect Een adequate, professionele en efficiënte organisatie voor de gemeentelijke informatie- en communicatietechnologie.

Aan de raad van de gemeente Lingewaard

Raadsvergadering. Beoogd effect Toekomstbestendige sociale werkvoorziening voor speciale groepen op de arbeidsmarkt.

advies: In te stemmen met de Nota van Uitgangspunten aanbesteding vervoer (CVV-deel) Basismobiliteit voor de Europese aanbesteding. Burg.

OP WEG. Kadernota Basismobiliteit Datum: 30 april 2015

Toelichting Gemeenschappelijke Regeling Omnibuzz (versie ) Inleiding

Discussienota commissie

Gemeenschappelijke regeling Uitvoeringsorganisatie Jeugdzorg IJsselland

Agendapunt. Op grond van artikel 192 van de gemeentewet is de raad het bevoegd orgaan om de begroting tussentijds te wijzigen.

NOTITIE Algemeen Bestuur (agendapunt 4g)

Gemeenschappelijke regeling Uitvoeringsorganisatie Jeugdzorg IJsselland

Beantwoording schriftelijke vragen Groen Links over aanbesteding doelgroepenvervoer

Zijn in het voorstel één of meer van de volgende aspecten van toepassing?

voorstel wijziging gemeenschappelijke regeling Omnibuzz

COLLEGEVOORSTEL. Onderwerp Wijziging Gemeenschappelijke Regeling Promen

INFORMATIEF OVERZICHT VAN DE BESLUITVORMING IN DE RAADSVERGADERING D.D. 17 juni Overzichtnr.: 05

Bijlage 02 Uitgangspunten inkoop vervoer ronde 2 (vraagafhankelijk vervoer)

Arnhem ţ â. iiiiiiiiigiiitigiiiiiiiiiiiiii 0 3 FEB 2016 GEMEENTE BEUNİNGEN INGEKOMEN INĴ februari 2016

Advies: Akkoord te gaan met de in bijgevoegde brief aangegeven technische wijzigingen en deze ter besluitvorming aan de raad voor te leggen

Bestuur en Publieke Dienstverlening

I Aan de leden van de Participatieraad

GEMEENTE NUTH Raad: 22 maart 2016 Agendapunt: RTG: 8 maart 2016

Beslisdocument college van Peel en Maas

OV Visie Holland Rijnland Midden-Holland

: 14 april 2014 : 12 mei : dhr. G.H.J. Weierink : Onderwerp: Synchronisatieproces Planning- & controlcyclus Montfoort en IJsselstein

Raadsvoorstel. H.P. Mittendorff 28 november oktober De raad wordt voorgesteld te besluiten:

Raadsvoorstel Governance samenwerking jeugdhulp H-10 en derde wijziging Gemeenschappelijke regeling Inkoopbureau H-10 Zaakid

Beoogd effect een efficiënte en klantgerichte uitvoering van de taken op het vlak van belastingen, met geminimaliseerde bedrijfsrisico's.

Datum: Adviserend

Nota van Uitgangspunten regionale aanbesteding van het doelgroepenvervoer

De inspraakreacties op de concept-kadernota Basismobiliteit regionaal gebundeld

Raadsvoorstel. Agendanummer: Datum raadsvergadering: Onderwerp:

Gemeenschappelijke regeling Noaberkracht Dinkelland Tubbergen

Toestemming tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord

Gemeenschappelijke regeling Sallcon

Afwegingskader bestuurlijke samenwerking

CONCEPT-KADERNOTA OP WEG. Visie en kaders voor regionale samenwerking op Basismobiliteit

Samen sterk in het sociaal domein

BV mobiliteitsplatform doeigroepenvervoer

Ondertekening overeenkomsten t.b.v. voortzetting regionale

Collegebesluit Collegevergadering: 18 januari 2019

GEMEENTE NUTH Raad: 16 december 2014 Agendapunt: RTG: 2 december 2014

VOLGNUMMER DATUM ORGANISATIEONDERDEEL Sociale zaken

Renswoude, 5 april 2016 Nr.: Behandeld door: J. van Dijk Onderwerp: instellingsbesluit bestuurscommissie basismobiliteit Regio FoodValley

Datum: Informerend. Datum: Adviserend. 15 februari 10 mei 6 juli 2017

Agendapunt Onderwerp 6 Beleidsplan openbare verlichting

Kenmerk: ASchösser Vaals, Agendapunt nr MV-014 Raadsvergadering d.d

Raadsvoorstel. Wij stellen voor: Transformatieagenda Wmo en haar omgeving. besluitvormend de raad van de gemeente Teylingen

IJsselstein. Raadsvoorstel. agendapunt I. Aan de raad van de gemeente IJsselstein. Zaaknummer Programma Regie

Gemeente r Bergen op Zoom

Onderwerp Wijziging Modulaire Gemeenschappelijke Regeling (MGR) en GR WNO (Breed)

Datum raadsvergadering donderdag 4 juni 2015

Onderwerp Tussentijdse rapportage samenwerking belastingen Lisse/Noordwijk - Besluitvormend

Gemeente V Hellendoorn

Oplegvel Collegebesluit

Advies aan de gemeenteraad

aan kopie van datum regioraad

Raadsvoorstel. Onderwerp. Status. Voorstel. Inleiding. Ag. nr.: Reg. nr.: Datum:

Gemeenschappelijke regeling Uitvoeringsorganisatie Jeugdzorg IJsselland

Raadsvoorstel. 1. Samenvatting. Agenda nr. 4

Projectplan Basismobiliteit Regio FoodValley

B&W Vergadering. Dossiernummer 1431 Vertrouwelijk Vergaderdatum 21 februari 2017 Agendapunt

Datum: 24 augustus 2012 Nummer raadsnota: BI Onderwerp: Aangaan Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant

Aan de raad van de gemeente Wormerland

Raadsvergadering, 9 december Voorstel aan de Raad. Onderwerp: Samenvoeging GGD Eemland en GGD Midden- Nederland

Heleen van Rosmalen. Geachte griffie(r),

AGENDAPUNT NO. 16. AAN DE RAAD

Artikelgewijze toelichting. Inleiding

Actualisatie berekening basismobiliteit regio Achterhoek. Rapport

Onderwerp: Gewijzigde begroting 2014, ontwerpbegroting 2015 en scenariokeuze transitie werkvoorzieningsschap Zaanstreek-Waterland (Baanstede).

2 8 AÜG /BdG Wijziging gemeenschappelijke regeling 1 J.A. Reddingius

Dienstverlening W. van den Beucken

Voordracht voor de raadsvergadering van 7 en 8 november 2012

Transcriptie:

Raadsvoorstel Raadsvergadering Afdeling en opsteller 21 september 2015 LO/MO/RJAM Bouw/0578-699494/r.bouw@heerde.nl Commissie Samenleving Portefeuille 1 september 2015 J. Pierik Van Der Snel Programma Samenleving Agendapunt Onderwerp 6 Gemeenschappelijke Regeling Basismobiliteit De raad besluit om: 1. Om op grond van artikel 8 derde lid van de Wet gemeenschappelijke regelingen in te stemmen met het verzoek van het college om toe te treden tot de gemeenschappelijke regeling Basismobiliteit. Inleiding In mei, juni en juli 2015 hebben de colleges en raden van de gemeenten Apeldoorn, Brummen, Deventer, Epe, Hattem, Heerde, Lochem, Voorst en Zutphen ingestemd met de Kadernota Op Weg (basismobiliteit) en daarmee met het juridisch verankeren van de regionale samenwerking op gebied van vervoer. Dit is uitgewerkt in de vorm een BedrijfsVoeringsOrganisatie (BVO) op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen. Een eerste aanzet voor de inrichting van deze regionale organisatie vindt u in het bedrijfsplan vervoerscentrale versie 1.0, welke ter kennisname als bijlage 2 is toegevoegd aan dit raadsvoorstel. Het aangaan van de bijgevoegde gemeenschappelijke regeling Basismobiliteit is een eerste stap in de richting van het daadwerkelijk realiseren van een regionale vervoerscentrale. Het aangaan van deze gemeenschappelijke regeling levert op termijn een besparing op ten opzichte van de situatie dat iedere gemeente afzonderlijk de verschillende vervoersstromen regelt 1. Gefaseerd brengen gemeenten verschillende vormen van maatwerkvervoer onder de regionale vervoerscentrale. Afspraken hierover legt iedere gemeente vast in een dienstverleningsovereenkomst met de vervoerscentrale. Het streven is dat per 1 januari 2018 alle gemeentelijke vervoersstromen onder de vervoerscentrale zijn gebracht. Initieel zal het inrichten van de vervoercentrale implementatie- en opstartkosten met zich meebrengen. De opdracht is deze vervoercentrale lean en mean te organiseren. De implementatieen opstartkosten kunnen in 2 jaar terugverdiend worden doordat de vervoercentrale het vervoer regionaal efficiënter plant voor de verschillende vervoerstromen. Wanneer het systeem optimaal functioneert zijn er minder voertuigen in de regio nodig, wat een besparing oplevert. 1 Uitkomst van onderzoek: 3D vervoersstromenanalyse, Forseti, 2013 1 / 10

Samenwerking Vervoersstromen gaan over gemeentegrenzen heen. Daarmee kan in samenwerking met andere gemeenten het aanvullend openbaar vervoer en het gemeentelijk maatwerkvervoer slimmer, efficiënter, klantvriendelijk en beter afgestemd op de mogelijkheden van inwoners, georganiseerd worden. Door samen te werken en het delen van kennis en kunde is het mogelijk om een deel van de opgelegde rijksbezuinigingen in het sociale domein en het openbaar vervoer zonder kwaliteitsverlies voor de gebruiker op te vangen. Bevoegdheid / Juridisch kader Zowel de provincie Gelderland als Overijssel hebben nieuwe OV-visies ontwikkeld. Samen met de provincie Gelderland is een Samenwerkingsovereenkomst Basismobiliteit 2017-2019 opgesteld. Deze overeenkomst regelt de overheveling van Regiotaxi, inclusief aanvullend openbaar vervoer, per 1 januari 2017, naar de gemeenten. Op 31 maart 2015 is deze overeenkomst namens de deelnemende gemeenten door de Burgemeester van Voorst getekend. De samenwerkingsovereenkomst die de Gelderse gemeenten zijn aangegaan met de provincie Gelderland is onderdeel van de voorliggende gemeenschappelijke regeling Basismobiliteit (artikel 7). De gemeente Deventer is in overleg met de provincie Overijssel over de overheveling van Regiotaxi Salland naar de regionale vervoercentrale. Eerdere besluitvorming en kaders Op 31 maart is de samenwerkingsovereenkomst (2017 2019) met de provincie getekend door de burgemeester van Voorst, in dezen gemandateerd door de burgemeesters van de overige Gelderse gemeenten. In de overeenkomst is geregeld dat bevoegdheden en middelen met ingang van 1 januari 2017 van de provincie over gaan naar de Regio-gemeenten. Deze overeenkomst regelt tevens dat de bevoegdheden en de daaraan gekoppelde middelen voor het OV deel van de Regiotaxi per 1 januari 2017 overgenomen kunnen worden door de regio. Op 6 juli 2015 heeft de raad de Kadernota Basismobiliteit Op Weg vastgesteld. Tijdens de gemeenteraad van 6 juli is door het college toegezegd dat de gemeenteraden uitgenodigd worden voor een regionale bijeenkomst over de kwalitatieve aspecten van het vervoer waarbij ook de mogelijkheid zou zijn om vragen te stellen over de financiële aspecten van het programma basismobiliteit. Aangezien deze bijeenkomst op 22 september plaatsvindt en besluitvorming ten aanzien van de gemeenschappelijke regeling Basismobiliteit geagendeerd staat voor 21 september, heeft het college gevraagd aan de regionaal programmamanager Basismobiliteit, om bij de Commissie van 1 september 2015 aanwezig te zijn. Eventuele technische vragen ten aanzien van het bedrijfsplan en de financiële uitwerking daarvan kunnen dan door hem beantwoord worden. Beoogd effect Per 1 januari 2017 regionaal een solide, efficiënt, klantvriendelijk en duurzaam vervoerssysteem gerealiseerd hebben. Het WMO regiotaxi-vervoer van de gemeente Heerde vanaf 1 januari 2017 bij de vervoercentrale onderbrengen. De overige vervoersstromen van de gemeente Heerde vervolgens gefaseerd bij de regionale vervoercentrale onderbrengen. Naast het inrichten van een slim vervoerssysteem beogen we de eigen vervoersoplossing van burgers en het reguliere openbaar vervoer meer dan nu te benutten. 2 / 10

Argumenten Uitwerking kadernota Met het vaststellen van de Kadernota is gekozen voor het realiseren van een publieke vervoercentrale samen met acht andere gemeenten. De colleges hebben 19 mei 2015, onder voorbehoud van toestemming van de gemeenteraad, besloten de publieke vervoercentrale vorm te geven door middel van een bedrijfsvoeringsorganisatie (BVO). Het gedeeld eigenaarschap en gezamenlijk opdrachtgeverschap zijn het fundament van een duurzame samenwerking. De bedrijfsvoeringsorganisatie (BVO): Collegeregeling op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen. Enkelvoudig bestuur. Vooral geschikt en bedoeld voor uitvoeringstaken. Bestuurlijke drukte is door het enkelvoudige bestuur beperkt. Beleidsvorming blijft voorbehouden aan de deelnemende gemeenten. In de bijgevoegde regeling (bijlage 1) is de wijze waarop gemeenten wensen samen te werken verder uitgewerkt en verankerd. De rol van de gemeenteraad Toestemming Uw raad moet toestemming verlenen voor het aangaan van een gemeenschappelijke regeling. Dit is vastgelegd in artikel 1 van de Wet gemeenschappelijke regelingen. Uw raad kan toestemming onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang. Toegang tot het systeem De toegang tot het systeem is en blijft geregeld binnen de afzonderlijke gemeenten zelf. Beleidswijzigingen zullen de deelnemende gemeenten zo veel mogelijk gezamenlijk voorbereiden, maar beleidswijzigingen blijven voorbehouden aan de gemeenteraden. Heerde zal net als de andere samenwerkende gemeenten een dienstverleningsovereenkomst sluiten met de regionale vervoerscentrale waarin eventuele lokale wensen en afwijkingen vastgelegd worden, zodat deze in de uitvoering geborgd zijn. Over het onderwerp invulling lokale toegang gaat ook de Motie Gatekeeper, die is aangenomen in de gemeente Voorst (zie bijlage 3). Deze motie is ter kennisname bijgevoegd. Begroting en jaarrekening In de Wet gemeenschappelijke regelingen is geregeld dat de gemeenteraden een zienswijze kunnen indienen op de conceptbegroting. Aanvullend hierop is in artikel 21 van de gemeenschappelijke regeling Basismobiliteit (bijlage 1) opgenomen dat de conceptjaarrekening vòòr 15 april aan de gemeenteraden moet worden gestuurd. Planning en control-cyclus De planning en control-cyclus van de vervoercentrale loopt vooruit op de cyclus van de deelnemende gemeenten. De gemeenten moeten immers via hun reguliere begrotingscyclus tijdig de financiële en beleidsmatige informatie vanuit de vervoercentrale kunnen verwerken. Daarnaast beschrijft het meerjarenplan de doelstellingen en uitvoeringsstrategie van de vervoercentrale. 3 / 10

Monitoring opstart- en implementatiefase Eind 2015 en halverwege 2016 worden de gemeenteraden schriftelijk geïnformeerd over de voortgang omtrent de inkoop van het vervoer en de inrichting van de vervoercentrale, zodat u een vinger aan de pols kunt houden. Dit zal gebeuren middels actieve raadsinformatie. Privatiseren vervoercentrale In Voorst is op 29 juni 2015 de motie Paard voor de wagen aangenomen (zie bijlage 4) en in Apeldoorn op 9 juli 2015 de Motie Regiecentrale Kadernota Basismobiliteit (zie bijlage 5). In deze moties vragen deze raden expliciet, wanneer privatisering van de vervoercentrale aan de orde is, de gemeenteraden om toestemming te vragen. Het wijzigen van de vervoerscentrale, van een publieke organisatie naar een private organisatie, kan niet zonder toestemming van de gemeenteraden. In artikel 8 lid a van de gemeenschappelijke regeling is uitgesloten dat het bestuur regietaken of delen hiervan kan privatiseren zonder invloed van de gemeenteraden. Toe- en uittreding In hoofdstuk 9 van de gemeenschappelijke regeling Basismobiliteit staat welke regels gelden wanneer een partij wil deelnemen of uittreden of een vervoersstroom wil toevoegen of weghalen bij de vervoercentrale. Uittreden bepaalt iedere deelnemer zelf na toestemming van de gemeenteraad. Bij het uitreden is het vaststellen van een liquidatieplan vereist. Met dit liquidatieplan, dat opgesteld is door een onafhankelijke registeraccountant, moet tenminste tweederde van de deelnemers inclusief de uittreder instemmen. Een instemming van de uittreder is vereist zodat de uittreder niet geconfronteerd kan worden met een plan waar hij niet achter staat. Ook gedeeltelijk uittreden is geregeld zie artikel 22 lid 8 (bijvoorbeeld voor een specifieke vervoerstroom). Stemverhoudingen van het bestuur van de vervoercentrale In de eerste stemronde heeft elke gemeente één stem en geldt een normale meerderheid van stemmen. Als een lid van het bestuur van oordeel is dat een bepaald besluit ongewenste en onrechtvaardige gevolgen heeft voor de deelnemer die hij vertegenwoordigt, vindt herstemming plaats. Er komt pas een besluit tot stand als er een meerderheid is van 2/3 e van de stemmen 2 én tenminste de vertegenwoordigers van vijf gemeenten instemmen. Hiermee wordt recht gedaan aan de verschillen in omvang en financiële inbreng tussen gemeenten, maar wordt ook geborgd dat gemeenten elkaar bij een tweede ronde besluitvorming nodig hebben. Concreet betekent dit dat bij besluitvorming de gemeenten Deventer of Apeldoorn tenminste vier andere gemeenten nodig hebben. En Apeldoorn en Deventer samen hebben tenminste drie andere gemeenten nodig voor een besluit. Vertrekpunt is natuurlijk dat gemeenten in onderling overleg via een reguliere stemming besluiten waarbij iedere gemeente evenveel stem heeft. (Zie ook artikel 10 van de gemeenschappelijke regeling Basismobiliteit.) Schaalvoordelen regionale vervoerscentrale Schaalvoordelen worden optimaal benut wanneer de negen deelnemende gemeenten zoveel mogelijk gemeentelijk doelgroepenvervoer onder de vervoercentrale hebben gebracht. De voordelen zijn: Schaalvoordelen op inkoop en contractbeheer: Het is efficiënter om contractbeheer, inkoop etc. voor een groter vervoervolume vorm te geven dan voor de eigen gemeente alleen. Schaalvoordelen op bundeling van vervoersstromen. Hierdoor zijn er meer combinatiemogelijkheden qua inzet van voertuigen en de geboden dienstverlening door de vervoercentrale. Dit verhoogt de efficiëntie, omdat minder voertuigen nodig zijn. 2 Bij de herstemming (tweede stemronde) heeft Apeldoorn 16-voudig stemrecht en Deventer en Zutphen respectievelijk 10-voudig en 5-voudig stemrecht. De andere zeven deelnemers hebben 3-voudig stemrecht. Het aantal stemmen is als volgt bepaald: gemeenten krijgen per 10.000 inwoners 1 stem met een minimum van 3 stemmen per gemeente. 4 / 10

Gezamenlijk hebben we meer kennis en kunde, hierdoor ontstaan meer innovatie- en ontwikkelmogelijkheden. Maatschappelijk draagvlak Van 10 februari tot 17 maart 2015 was er inspraak mogelijk op de Kadernota Op Weg. Bij de start van de inspraakperiode zijn de gemeentelijke Wmo adviesraden tijdens een gezamenlijke bijeenkomst geïnformeerd. De inspraak heeft geleid tot aanpassingen van de Kadernota die in juli 2015 door alle negen gemeenteraden (na behandeling in twee ronden) is vastgesteld. Op 22 september 2015 organiseren de colleges een regionale bijeenkomst over de kwalitatieve kenmerken van het vervoer voor de gemeenteraden. Ook de adviesraden zijn op dit onderwerp nadrukkelijk betrokken en hebben hiertoe een tweede advies uitgebracht 3. De inspraakreactie van de WMO-adviesraad van de gemeente Heerde is behandeld bij de vaststelling van de Kadernota tijdens de gemeenteraad op 6 juli. Alle inspraakreacties worden verwerkt in de verdere uitwerking van de kwalitatieve aspecten van het vervoer. Bij een concrete invulling van de regels zullen tevens vervoersraden met daarin een vertegenwoordiging van de gebruikers van het vervoer nadrukkelijk worden betrokken en om een mening worden gevraagd. Huisvesting vervoercentrale De gemeentesecretarissen nemen een besluit over in welke gemeente de vervoercentrale gehuisvest wordt. Oorsprong taken vervoercentrale De regionale vervoerscentrale (BVO) bevat voornamelijk taken die voorheen waren belegd bij de provinciale beheerorganisatie en bij private partijen; vervoerders. Zie figuur 1. De taken met een dikker kader hebben de grootste omvang. Daarnaast gaat de vervoerscentrale ook beheer- en inkooptaken uitvoeren voor het Leerlingenvervoer en voor vervoer dat per 2015 is ondergebracht in de Wmo en de Jeugdwet (bijvoorbeeld vervoer naar dagbesteding). De omvang van deze gemeentelijke beheertaken zijn veel beperkter van omvang. Dit komt omdat bij het Leerlingenvervoer de vervoerder ook een aantal taken voor zijn rekening neemt. Zo verzorgt de vervoerder zelf het klanttevredenheidsonderzoek en de managementrapportages. Bovendien is het leerlingenvervoer vanwege de vaste routes minder fraudegevoelig, waardoor kan worden volstaan met minder gemeentelijke controle. Wat betreft het Jeugdwet-vervoer en het nieuwe Wmo-vervoer: dit vervoer regelen zorginstellingen vaak zelf. Gemeenten kopen dit bij hen in via de huidige raamovereenkomsten voor de zorginkoop. Figuur 1 Herkomst taken van de vervoerscentrale 3 Een enkele adviesraad heeft van het geven van een tweede advies afgezien. 5 / 10

Regionale organisatiestructuur basismobiliteit In figuur 2 is de regionale organisatiestructuur geschetst zoals deze na oprichting van de bedrijfsvoeringsorganisatie zal zijn. Figuur 2: regionale organisatiestructuur basismobiliteit Wijze van verevenen van kosten De colleges van de deelnemende gemeenten hebben gekozen om de kosten van de vervoercentrale onderling te verdelen op basis van 2 modellen. Afhankelijk van de kostensoort is gekozen voor het best passende model voor verevening van deze kosten (zie uitwerking hieronder). model 1: De gebruiker betaalt Directe relatie tussen mate van gebruik en de te betalen kosten. Maakt doorbelasting aan derden mogelijk (provincie, instellingen) Vraagt om verdere uitwerking. Mate van detaillering is aan het bestuur. model 2: We zijn solidair met elkaar Verevening bijvoorbeeld naar rato van inwoneraantal. Te rechtvaardigen bij lage kosten en lastig te herleiden kosten naar een specifieke gemeente. Hierna geven we per kostensoort de richting aan. We onderscheiden de volgende kostensoorten: 1. Implementatie- en opstartkosten 2. Kosten vervoercentrale (beheer en regie) 3. Exploitatiekosten (vervoer) 6 / 10

Ad 1) Implementatie- en opstartkosten Gemeenten willen samenwerken, willen een ambitie realiseren, maar beschikken op dit moment niet over de exacte vervoervolumes. Ook moeten nog definitieve keuzes over het moment van instroom worden gemaakt. De incidentele implementatiekosten verdelen we daarom naar rato van het aantal inwoners. Denk aan opstartkosten voor beheer, personeel, communicatie, ritplanningstaken (ICT) en de aanbesteding van het vervoer. Tabel 1 geeft een overzicht van de verwachte implementatie- en opstartkosten per gemeente. Tabel 1 Inschatting bijdrage implementatie- en opstartkosten per gemeente % inwoneraantal 2015 2016 Apeldoorn 35% 70.999 293.646 Brummen 5% 9.544 30.062 Deventer 22% 44.310 139.575 Epe 7% 14.579 45.925 Hattem 3% 5.287 16.654 Heerde 4% 8.333 26.248 Lochem 7% 14.983 47.198 Voorst 5% 10.711 33.739 Zutphen 11% 21.255 66.953 TOTAAL GEMEENTEN 100% 200.000 700.000 Opmerking: Apeldoorn betaalt extra i.v.m. start leerlingenvervoer per juni 2016 De totale implementatie- en opstartkosten zijn geschat op circa 1 miljoen. Deze kosten zijn een eerste inschatting op basis van het huidige kennisniveau. Zie ook hoofdstuk 9 bedrijfsplan. Terugverdientijd implementatie- en opstartkosten De vervoerssamenwerking zoals die nu ontwikkeld wordt levert naar verwachting op termijn een structurele besparing op van tenminste 500.000,- per jaar (=5% van het vervoervolume). Dit is een voorzichtige aanname gezien de uitkomsten van de 3D vervoersstromenanalyse die in 2013 door Forseti is uitgevoerd. Deze aanname betekent dat de opstart- en implementatiekosten van in totaal circa 1 miljoen in twee jaar zullen zijn terugverdiend, wanneer de vervoerscentrale vanaf 2018 volledig benut wordt met de diverse vervoersstromen. Op basis van inwoneraantallen zou dit voor Heerde een besparing kunnen betekenen van 20.000,- (=4% van 500.000,-) per jaar. Ad 2 en 3) Kosten vervoercentrale & exploitatiekosten vervoer Het voorstel is om voor de kosten van de vervoercentrale (2) en de kosten van het vervoer (3) dicht bij de huidige vereveningswijze van Regiotaxi te blijven. In de aanloopfase is het wellicht niet mogelijk om een voorschotbedrag op basis van daadwerkelijk gebruik te bepalen omdat eenvoudigweg het werken met een vervoercentrale nieuw is en de kosten vooraf lastig exact in te schatten zijn. In dat geval zal door het bestuur gezocht worden naar een praktische tijdelijke oplossing. Conclusie 1.Implementatie- en opstartkosten: Verevening op basis van model 2: We zijn solidair met elkaar. Dit betekent verevening naar inwoneraantal. Specifieke herleidbare implementatiekosten zullen worden doorbelast aan de betreffende gemeente. 2.Kosten vervoercentrale (beheer en regie): Verevening op basis van model 1: De gebruiker betaalt. Vereveningswijze naar gebruik overeenkomstig de huidige werkwijze bij Regiotaxi. Het college werkt dit verder uit. 3. Exploitatiekosten (vervoer): Verevening op basis van model 1: De gebruiker betaalt. Vereveningswijze naar gebruik overeenkomstig de huidige werkwijze bij Regiotaxi. Het college werkt dit verder uit. 7 / 10

Kanttekeningen De implementatiefase van de vervoerscentrale in 2015/2016 is een proces waarbij zich risico s voor kunnen doen. Deze risico s zijn benoemd en van maatregelen voorzien. In hoofdstuk 8 Risico s en maatregelen van het bedrijfsplan vindt u deze. Deze risico s zijn deels financieel afgedekt binnen de begroting van de opstart- en implementatiekosten waarin een post onvoorzien is opgenomen. Naast financiële risico s zien we maatschappelijke risico s; geen vervoer of beperkt vervoer zal direct tot problemen op maatschappelijk vlak leiden. Een aantal risico s uitgelicht: De vervoercentrale is mogelijk niet tijdig operationeel. De vervoercentrale moet per juni 2016 operationeel zijn voor het Leerlingenvervoer van Apeldoorn. Het eerste vervoer (regiotaxi-vervoer) vanuit Heerde zal vanaf 1 januari 2017 aan de vervoerscentrale toegevoegd worden. De centrale is dan al een half jaar operationeel en eventuele kinderziektes kunnen in deze periode al verholpen worden. Duurzaamheidseisen verhogen mogelijk de kosten. De KAN-regio (Knooppunt Arnhem Nijmegen) heeft opdracht gegeven een model te ontwikkelen waarmee de kosten van bepaalde keuzen op het gebied van duurzaamheid in kaart kunnen worden gebracht. We zullen de resultaten van dit onderzoek meenemen bij de aanbesteding van het vervoer. Naast het kostenaspect zal het aspect beschikbare tijd meewegen bij de te maken duurzaamheidskeuzes. Planning: eind 2015 zullen de colleges en het bestuur van de vervoercentrale de uitgangpunten voor de aanbesteding van het vervoer vaststellen. Ondernemers proberen via juridische procedures wijzigingen in gunning of contracten te bewerkstellingen. Om de kans hierop te beperken zullen we onder andere het bestek extra laten toetsen door een onafhankelijke deskundige. Tevens is de insteek om meerdere vervoerders een kans op vervoer te gunnen. Het tijdig starten van de aanbestedingsprocedure is hierbij ook van groot belang, zodat eventuele bezwaren geef effect hebben op de startdatum waarop de vervoercentrale operationeel wordt. Financiën De in dit document en het bedrijfsplan versie 1.0 (bijlage 2) genoemde implementatiekosten en structurele kosten zijn ramingen op basis van het huidige kennisniveau. Hierbij zijn aannames gedaan, die hierna zijn toegelicht. In de werkelijkheid kunnen de genoemde ramingen afwijken. Afwijkingen zullen via de reguliere planning en control cyclus worden gemeld. De komende tijd zal worden benut om het bedrijfsplan voor de vervoercentrale verder uit te werken en fijn te slijpen. Eind 2015 zal een volgende versie van het bedrijfsplan gereed zijn (versie 2.0) en door het college worden vastgesteld. Omvang vervoercentrale Op basis van ervaringen elders in het land gaan we er van uit dat de omvang van de kosten van de vervoerscentrale circa 15% van de omvang van het vervoervolume zal zijn. Omvang vervoer De inschatting van het vervoervolume is complex. Regelgeving is gewijzigd en ook het samenvoegen van vervoerstromen zal effect hebben op het volume. Bij de berekeningen gaan we er van uit dat de vervoercentrale in 2018 circa 10 miljoen vervoer aanstuurt. Dit is een voorzichtige inschatting gebaseerd op de vervoersbegrotingen van de deelnemende gemeenten. (Zie ook bijlage 3 van het Bedrijfsplan Begroting Wmo Regiotaxi en Leerlingenvervoer 2015-2018.) Aanvullend onderzoek in de tweede helft van 2015 zal meer duidelijkheid geven over de daadwerkelijke omvang van het vervoer. Uitgangspunt is dat naarmate er meer gemeentelijk vervoer ondergebracht wordt bij de beheercentrale de efficiëntie zal toenemen, omdat er meer mogelijkheden zullen ontstaan om 8 / 10

verschillende vervoersstromen te combineren. Door nu te kiezen voor een voorzichtige inschatting van het vervoersvolume, rekenen we ons niet op voorhand rijk. Een overzicht van de kosten vindt u in tabel 2. Tabel 2 Totaal overzicht kosten vervoercentrale en vervoer OVERZICHT KOSTEN INCIDENTEEL EN STRUCTUREEL Kosten 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 Kosten vervoercentrale (implementatie, regie en beheer) 30.000 0 200.000 700.000 1.500.000 1.500.000 1.500.000 Kosten vervoer -Vervoer volume vraagafhankelijk vervoer 0 0 0 0 5.000.000 5.000.000 5.000.000 -Vervoer routegebonden vervoer 0 0 0 1.000.000 3.500.000 5.000.000 5.000.000 Totaal vervoervolume 0 0 0 1.000.000 8.500.000 10.000.000 10.000.000 Totaal vervoercentrale & vervoer 30.000 0 200.000 1.700.000 10.000.000 11.500.000 11.500.000 Kosten vervoercentrale (beheer & regie) ten opzichte van vervoervolume 70% 18% 15% 15% Behaalde efficiency per jaar: uitgangspunt 5% van het vervoervolume 425.000 500.000 500.000 Rol Provincie De provincie Gelderland draagt financieel bij aan de vervoercentrale en het huidige Regiotaxi Vervoer. 4 Een overzicht van deze bijdrage vindt u in tabel 3. Tabel 3 Bijdrage Provincie Gelderland voor alle Gelderse gemeenten samen Kostensoort Beheerkosten 120.000 Exploitatiekosten aanvullend OV/ pilots t.b.v innovatie 5 Bijdrage Provincie Gelderland 455.367 Exploitatiekosten Wmo-Vervoer 803.719 Communicatie In de aanloop naar de nieuwe vervoerorganisatie zullen burgers, instellingen, medewerkers en overige betrokkenen worden geïnformeerd over de veranderingen. Dit zal verder worden uitgewerkt in een communicatie-/activiteitenplan. (Zie ook hoofdstuk 5 communicatie van het bedrijfsplan.) Uitvoering Na uw verkregen toestemming voor de gemeenschappelijke regeling wordt verder gegaan met de implementatie. Op hoofdlijnen is deze beschreven in het bedrijfsplan. In de periode van ambtelijke/ bestuurlijke besluitvorming inzake het bedrijfsplan wordt het implementatieplan verder uitgewerkt. De formele (juridische) start van de vervoercentrale is na oprichting van het bestuur van de vervoercentrale voorzien in november 2015. De vervoerscentrale is operationeel in juni 2016. En vanaf 1 januari 2017 werkzaam voor de gemeente Heerde, te beginnen met het regiotaxi-vervoer. Taken en verantwoordelijkheden worden gefaseerd overgedragen. In een dienstverleningsovereenkomst per gemeente wordt bepaald wanneer een gemeente welke 4 Indien een besluit van het algemeen bestuur of het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam, van het bestuur van de bedrijfsvoeringsorganisatie onderscheidenlijk het gemeenschappelijk orgaan naar het oordeel van gedeputeerde staten voor vernietiging in aanmerking komt, doen zij daarvan binnen tien dagen nadat het te hunner kennis is gekomen, mededeling aan Onze Minister die het aangaat. Zij geven hiervan tegelijkertijd kennis aan het orgaan dat het besluit nam en aan de deelnemende gemeenten, en zo nodig aan het orgaan dat met de uitvoering van het besluit is belast en aan de geadresseerde van het besluit). 5 Over de provinciale bijdrage voor het vervullen van de regietaak moeten nog aanvullende afspraken worden gemaakt. 9 / 10

vervoersstroom aan de vervoerscentrale overdraagt. Met ingang van 1 januari 2017 is de vervoercentrale in ieder geval volledig operationeel voor het huidige Regiotaxi-vervoer. Inwerkingtreding De regeling treedt in werking op de eerste dag die volgt op die waarop de deelnemer van de gemeente waarin de vervoercentrale is gevestigd, deze regeling overeenkomstig artikel 27, tweede lid, van de wet bekend heeft gemaakt. Advies commissie(s) Dit wordt ingevuld nadat het advies is behandeld in de commissievergadering. Heerde, 18 augustus 2015 Het college van Heerde drs. W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen, burgemeester B. van Zuthem, gemeentesecretaris Bijlagen: 1. Raadsbesluit 2. Gemeenschappelijke Regeling Basismobiliteit Ter inzage, beschikbaar via de website voor raadsleden via ibabs: 3. Bedrijfsplan Vervoerscentrale 1.0 4. Motie Gatekeeper (Voorst) 5. Motie paard voor de wagen (Voorst) 6. Motie regiecentrale kadernota basismobiliteit (Apeldoorn) Ter inzage: 7. Collegebesluit 10 / 10