Zijn in het voorstel één of meer van de volgende aspecten van toepassing?

Transcriptie

1 Onderwerp Nummer voorstel Datum voorstel Portefeuillehouder( s) Contactpersoon Afdeling Contactpersoon Contactpersoon Telefoon Programmanummer en -naam : 2e wijziging Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant. : : 27 februari 2018 P.A.M. van der Velden : Mevr. A.M.A. Vrijenhoek - de Vries : Stedelijke Ontwikkeling, Ruimtelijke Ordening : A. M.A. Vrijenhoek@bergenopzoom.nl : (0164) : 3. Fysiek domein Voorstel: Op grond van het bepaalde in artikel 51, lid 3 van de Wet gemeenschappelijke regelingen het college toestemming verlenen om in te stemmen met het besluit tot 2e wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant. Type voorstel: ~ Kaderstellend ~ Controlerend 0 Rest Zijn in het voorstel één of meer van de volgende aspecten van toepassing? Zijn doelen en/of effecten beschreven ~ 0 Financiële consequenties ~ 0 Inspraakverordening van toepassing ~ 0 Ja Nee Communicatieparagraaf: Deze wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant is afgestemd met de colleges van burgemeester en wethouders van 27 gemeenten en gedeputeerde staten van de provincie Noord-Brabant.

2 ~. Geme Bergen op Zoom ---::>- ~ Samenvatting: Op 1januari2016 is een wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen in werking getreden. Deze wetswijziging heeft tot gevolg, dat de gemeenschappelijke regelingen die voor die tijd zijn aangegaan aangepast moeten worden aan de gewijzigde tekst van de Wet. Deze situatie doet zich voor bij de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant. Alvorens door ons met de wijziging van de Gemeenschappelijke regeling kan worden ingestemd dient de raad op grond van artikel 51, derde lid van de Wet gemeenschappelijke regelingen toestemming te verlenen. De 2e wijziging beperkt zich tot: a. de aanpassingen als gevolg van de wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen; b. tekstuele aanpassingen in verband met "dubbelingen" in de regeling, omissies in de regeling, het verbeteren van de leesbaarheid van de regeling of het aanpassen van de regeling op basis van andere wettelijke voorschriften Bijlagen: (geef aan of een bijlage is bijgevoegd of ter inzage is gelegd; benoem en nummer deze bijlagen) In de bijlage is het verzoekschrift om in te stemmen met de 2e wijziging van de gemeenschappelijke regeling van de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant openomen. In dit verzoekschrift zijn de volgende stukken opgenomen: 1. De tekst van de regeling, zoals die luidt nadat de 2e wijziging door alle deelnemers is vastgesteld; 2. De Memorie van Toelichting op dit wijzigingsbesluit; 3. Een document waarin de verschillen tussen de thans geldende tekst en de aangepaste tekst in rood zijn aangegeven. mschri'ving :!

3 ~. Geme Bergen op Zoom ---::>- ~ Datum raadsvergadering Nummer Onderwerp 19 april 2018 : 2e wijziging Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant. Aan de gemeenteraad, Voorstel Op grond van het bepaalde in artikel 51, lid 3 van de Wet gemeenschappelijke regelingen het college toestemming verlenen om in te stemmen met het besluit tot 2e wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant. Inleiding De Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant is aangegaan door de colleges van burgemeester en wethouders van 27 gemeenten en gedeputeerde staten van de provincie Noord-Brabant. Het doel van deze gemeenschappelijke regeling is het verhogen van de kwaliteit van de vergunningverlening, het toezicht en de handhaving van milieu gerelateerde uitvoeringstaken binnen het omgevingsrecht. Op 1januari2016 is een wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen in werking getreden. Deze wetswijziging heeft tot gevolg, dat de gemeenschappelijke regelingen die voor die tijd zijn aangegaan aangepast moeten worden aan de gewijzigde tekst van de Wet. Deze situatie doet zich voor bij de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant. Met de wijziging van de Gemeenschappelijke regeling dienen alle colleges van de 27 aangesloten gemeenten en het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant in te stemmen. Alvorens door ons met de wijziging van de Gemeenschappelijke regeling kan worden ingestemd dient u op grond van artikel 51, derde lid van de Wet gemeenschappelijke regelingen toestemming te verlenen. Middels dit voorstel wordt om deze toestemming verzocht. Beoogd maatschappelijk effect/doelstelling In eerste instantie was het voornemen om gelijktijdig met de noodzakelijke wettelijke aanpassingen ook een aantal inhoudelijke wijzigingen mee te nemen welke onder andere betrekking hebben op de inrichting van de governance en de financieringstructuur van de dienst. Een zorgvuldige voorbereiding en besluitvorming van deze onderwerpen vraagt echter meer tijd. Het gelijk laten lopen van de besluitvorming over deze onderwerpen met een "technische" aanpassing van de regeling heeft tot gevolg, dat de regeling nog

4 langer blijft voortbestaan in strijd met de wettelijke regeling. Dat is ongewenst. Om die reden is er voor gekozen om deze 2e wijziging te beperken tot: a. de aanpassingen als gevolg van de wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen; b. tekstuele aanpassingen in verband met "dubbelingen" in de regeling, omissies in de regeling, het verbeteren van de leesbaarheid van de regeling of het aanpassen van de regeling op basis van andere wettelijke voorschriften. Uitwerking voorstel De meest in het oog springende veranderingen in de regeling zijn: 1. het in de regeling vastleggen onder welke voorwaarden gebruik gemaakt kan worden van de wettelijke mogelijkheid om als samenwerkingsverband deel te nemen in een gemeenschappelijke regeling of een private organisatie (artikel 3, leden 4. en 5.). Dat kan alleen als het gaat om de ondersteunende processen te verbeteren en als de raden en provinciale staten in de gelegenheid zijn gesteld om daarover wensen en bedenkingen kenbaar te maken; 2. het koppelen van de uitvoering van de wettelijke Basistaken aan hetgeen daarover in de wet is c.q. wordt bepaald (artikel 4, lid 2). Door deze bepaling wordt voorkomen, dat de regeling moet worden aangepast als de wetgeving wijzigt; 3. de beperking, dat de Omgevingsdienst alleen maar werkzaamheden kan verrichten in de "publieke sector" (artikel 7); 4. het expliciet vermelden van bestuurscommissies als bestuursorgaan (artikel 8). Aan deze commissies kunnen bevoegdheden van algemeen bestuur en/of dagelijks bestuur worden overgedragen. In artikel 21, lid 2 is bepaald dat deze commissies alleen kunnen worden ingesteld als de raden en provinciale staten daarover zijn gehoord; 5. een wijziging in de toekenning van bevoegdheden van algemeen bestuur en dagelijks bestuur. Deze wijzigingen zijn een direct gevolg van de aanpassing van de Wet gemeenschappelijke regelingen (artikel 14 en artikel 18); 6. een aangepaste regeling voor de inlichtingen- en verantwoordingsplicht. Intern als het gaat om de communicatie tussen dagelijks bestuur en algemeen bestuur (artikel 22) en extern als het gaat om de communicatie richting deelnemers (artikel 23) en de communicatie en verantwoording van leden van het algemeen bestuur richting de deelnemer, die zij vertegenwoordigen (artikel 24). Ook deze aanpassing berust op de wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen; 7. de benoeming van de directeur. De Wet gemeenschappelijke regeling schrijft voor dat de ambtenaren (waaronder dus ook de directeur) door het dagelijks bestuur worden benoemd. Om de rol van het algemeen bestuur te borgen is in de regeling opgenomen dat het dagelijks bestuur pas tot benoeming overgaat als het algemeen bestuur is gehoord (artikel 26, lid 2); 8. de verplichting om voor 15 april de algemene financiële en beleidsmatige kaders van het daarop volgende jaar te verstrekken aan de raden en provinciale staten (artikel 30). Deze tekst is overgenomen uit artikel 58b van de Wet gemeenschappelijke regelingen. In de toelichting op dit artikel is aangegeven dat er naar gestreefd wordt om deze kaders voor 1 februari aan de deelnemers te verstrekken; 9. voor begrotingswijzigingen die tot gevolg hebben, dat de totale bijdrage van de deelnemers stijgt als gevolg van de uitvoering van wettelijk overgedragen taken wordt de zienswijzeprocedure voorgeschreven (artikel 32); 2

5 Geme ~ - ---:::::---- ~ Bergen op Zoom 10. de data voor het vaststellen van de jaarrekening en de begroting zijn aangepast aan de data die in de Wet gemeenschappelijke regeling zijn opgenomen (artikel 31 en 33); 11. een verdere verfijning van de bevoegdheden en verantwoordelijkheden bij het beheren van het archief (artikelen 36 tot en met 38). Consequenties van het voorstel Op grond van het bepaalde in artikel 51, lid 3 van de Wet gemeenschappelijke regelingen kan de regeling alleen gewijzigd worden als de colleges met deze wijziging instemmen, nadat de colleges daartoe toestemming hebben verkregen van de gemeenteraden, onderscheidenlijk provinciale staten. Naar ons oordeel kan met de wijziging worden ingestemd. Om die reden stellen wij u dan ook voor om ons op grond van het bepaalde in artikel 51, lid 3 van de Wet gemeenschappelijke regelingen toestemming te verlenen om in te stemmen met het besluit tot 2e wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant. Toestemming kan volgens artikel 51, tweede lid van de Wet gemeenschappelijke regelingen slechts door u worden onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang. Indien u toestemming onthoudt aan dit voorstel is het voor ons niet mogelijk om in te stemmen met de wijziging en komt geen wijziging van de Gemeenschappelijke regeling tot stand. Risico paragraaf Geïdentificeerde risico's 2. Politiek-bestuurlïk en draa vlak x 3. lma o emeente x 4. Algemene en externe omgeving x 5. Veili heid x 6. Financiën x 7. Juridisch x 8. Plannin x x 10. Capaciteit organisatie en samenwerking partners x Beheersmaatregelen risico's hoog 1. Risico Effect Beheersmaatregel Verantwoordelijke 3

6 Alternatieven nvt Een ontwerpbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan. Het college van burgemeester en wethouders van Bergen op Zoom, De burgemeester Dhr.Th.J.M. Wingens MPA 4

7 ~ ~ Geme Bergen op Zoom --:::>----- ~ ~ De raad van de gemeente Bergen op Zoom; gezien het voorstel van het college van 27 februari 2018, nr. RVB ; gelet op het bepaalde in artikel 51, lid 3 van de Wet gemeenschappelijke regelingen; BESLUIT: Op grond van het bepaalde in artikel 51, lid 3 van de Wet gemeenschappelijke regelingen het college toestemming verlenen om in te stemmen met het besluit tot 2e wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van De griffier, De voorzitter, C.J.M. Terstappen 5