Prenatale screening in Nederland: historisch en geografisch perspectief Oegstgeest, 26 september 2016 Prof.dr. Martina Cornel www.vumc.com/researchcommunitygenetics
Disclosure belangen spreker Geen (potentie le) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financie le) vergoeding Aandeelhouder Andere relatie, namelijk Martina Cornel werkt voor VUmc VUmc is de aanvrager van de vergunning voor NIPT
Prenatale screening Doel: gezondheid moeder en kind Bloeddruk, bloedgroep, Hb, HIV NIPT Resus bloedgroep Doel: reproductieve keuzes Chromosomale afwijkingen 3
4
PSIE Zwangerschap: PSIE: De Prenatale Screening Infectieziekten en Erytrocytenimmunisatie (PSIE) is een landelijk bevolkingsonderzoek waarbij een zwangere vrouw bloedonderzoek aangeboden krijgt in het eerste verloskundig consult (bij voorkeur vóór week 13 van de zwangerschap). De screening is erop gericht een aantal ernstige ziektes bij ongeboren en pasgeboren kinderen te voorkomen. (Rhesus negatieve moeders, HIV, syfilis, hepatitis B, antistoffen tegen bloedgroepen)
Screening vs. diagnostiek Test voor gezonde doelgroep Aanbod (van informatie) Levert schatting van risico op (onderscheid hoog vs. laag risico), daarna diagnostiek nodig Downscreening: vanaf 2007 alle zwangeren in NL geïnformeerd Diagnostiek Bijv. zwangeren die na een eerdere zwangerschap van minstens 16 weken een kind of foetus met een postnataal bewezen dan wel klinisch genetisch aannemelijk gemaakte chromosoomafwijking ter wereld hebben gebracht.
Vervolmaakte mens? Doel Gezondheidszorg: Lang gezond leven? 8
De Graaf GIM 2016 We estimate that the number of people with DS living in the United States has grown from 49,923 in 1950 to 206,366 in 2010 9
Impact prenatale screening op aantallen mensen met Down syndroom? Hoeveel mensen zijn er nu met Down syndroom? Wat zijn hun overlevingskansen? Aantallen geboorten Kans op Down syndroom bij een zwangerschap Leeftijdsverdeling van moeders Gebruik van prenatale screening en diagnostiek Zwangerschapsafbreking na prenatale diagnose 10
Geboortecijfers 1990 197.965 2000 206.619 2010 184.325 2015 170.510 Levend geboren kinderen per jaar in Nederland (bron: CBS) 11
Absolute of relatieve cijfers? Als Down syndroom (trisomie 21) bij 1 op 500 zwangerschappen voorkomt, betekent dat voor aantal zwangerschappen met DS: 1990 197.965 396 2000 206.619 413 2010 184.325 369 2015 170.510 341 Dus: geboortecijfers beïnvloeden aantallen zwangerschappen waarbij sprake is van Down syndroom 12
Aantallen geboorten Kans op Down syndroom bij een zwangerschap Leeftijdsverdeling van moeders Gebruik van prenatale screening en diagnostiek Zwangerschapsafbreking na prenatale diagnose 13
14
Morris 2002 J Med Screen Revised estimates 15
Ouders moeders, meer kans op DS Morris 2002 J Med Screen Revised estimates 16
Aantallen geboorten Kans op Down syndroom bij een zwangerschap Leeftijdsverdeling van moeders Gebruik van prenatale screening en diagnostiek Zwangerschapsafbreking na prenatale diagnose 17
18
Live births per maternal age category in the Netherlands for 2000 and 2014. Liping Fu, master thesis 2016, VU 19
Uitstel moederschap Loane 2013 EJHG 20
Aantallen geboorten Kans op Down syndroom bij een zwangerschap Leeftijdsverdeling van moeders Gebruik van prenatale screening en diagnostiek Zwangerschapsafbreking na prenatale diagnose 21
Cornel 1993 Hum Genet 22
Crombag 2015 Prenatal screening data were available for 24 657 women and overall uptake rate was 25.7%. The strongest association with FCT uptake was found for advanced maternal age (β 2.2; 95% CI [1.7, 2.8]). Grand multiparity had a significantly negative association with FCT uptake (β -4.3; 95% CI [-5.9, -2.7]). Positive associations were found for very high urbanisation (β 0.3; 95% CI [0.1, 0.4]) and high SES (β 0.2; 95% CI [0.0, 0.3]). 23
Deelname screening Ongeveer één op de vier zwangeren (27%) laat Downscreening met combinatietest doen Redenen niet meedoen: Ieder kind is welkom Tegen abortus Down syndroom is niet ernstig Testeigenschappen geen 100% zekerheid vervolgdiagnostiek d.m.v. vruchtwaterpunctie (vlokkentest) door de prik veroorzaakte miskraam bij 0,3-0,5%
WPDT Aantal invasieve testen (vruchtwaterpuncties en vlokkentesten) daalde van 11.400 in 2001 tot 5.500 in 2013 DS werd prenataal gediagnosticeerd bij 179 in 2001 en 265 in 2013 Geleidelijke veranderingen, geen plotselinge trendbreuk bij 2007 (introductie combinatietest) 25
Aantallen geboorten Kans op Down syndroom bij een zwangerschap Leeftijdsverdeling van moeders Gebruik van prenatale screening en diagnostiek Zwangerschapsafbreking na prenatale diagnose 26
Deelname amniocentese/cvb Number of invasive tests % AC % CVS Number of positive DS diagnoses (%) Number of ToP (%) % AC ToP % CVS ToP 2001 11423 73.6 26.4 179 (1.56%) 158 (88.2%) 85.6 91.5 2002 11600 72.2 27.8 189 (1.62%) 177 (93.6%) 84.9 92.8 2003 10952 72.3 27.7 231 (2.10%) 217 (93.9%) 93.6 94.3 2004 9899 69.0 31.0 253 (2.55%) 226 (89.3%) 83.7 96.4 2005 9538 67.4 32.6 222 (2.32%) 175 (78.8%) 69.6 88.9 2006 8478 64.9 35.1 244 (2.87%) 201 (82.3%) 75.8 89.2 2007 8528 67.5 32.5 251 (2.94%) 206 (82.0%) 76.7 88.0 2008 8660 66.7 33.3 281 (3.24%) 240 (85.4%) 78.7 92.8 2009 8119 66.6 33.4 261 (3.21%) 233 (89.2%) 85.5 93.2 2010 7451 66.4 33.6 307 (4.12%) 266 (86.6%) 80.6 92.8 2011 7321 64.8 35.2 255 (3.48%) 190 (74.5%) 70.5 78.2 2012 6951 63.9 36.1 238 (3.42%) 187 (78.5%) 73.6 83.6 2013 5500 58.0 42.0 265 (4.81%) 197 (74.3%) 68.3 79.3 Masterthesis Liping Fu 2016 27
Abortus na positieve diagnose > 90% in 2002, 2003 74-79% in 2011-2013 28
Loane 2013 EJHG 29
Alles bij elkaar Aantallen geboorten Kans op Down syndroom bij een zwangerschap Leeftijdsverdeling van moeders Gebruik van prenatale screening en diagnostiek Zwangerschapsafbreking na prenatale diagnose 30
Hoeveel DS verwacht? Cornel 1993 Hum Genet 31
Hoeveel DS verwacht? Cornel 1993 Hum Genet 32
DS in NL op grond van CBS & WPDT Table 2. Estimated Down syndrome birth prevalence number per 10 0000 in the Netherlands for 2001-2013, based on numbers of expected DS births, termination of pregnancy and total livebirths. Expected DS AC_ToP CVS_ToP Actual DS* Total livebirths Birth prevalence per 10 000 2001 405 83 75 291 202603 14.4 2002 410 107 77 278 202083 13.7 2003 416 117 100 260 200297 13.0 2004 413 118 108 251 194007 12.9 2005 407 80 104 277 187910 14.7 2006 407 94 107 264 185057 14.3 2007 405 92 125 251 181336 13.8 2008 414 111 141 235 184634 12.7 2009 418 118 123 246 185158 13.3 2010 418 125 141 228 184325 12.4 2011 407 86 104 272 180020 15.1 2012 395 78 127 250 175972 14.2 2013 384 82 115 244 171426 14.2 Masterthesis Liping Fu 2016 33
Absoluut en relatief: hoeveel levendgeborenen met Down syndroom Relatief: 14 per 10.000 in 2001 en 2013 Absoluut 291 en 244 in 2001 en 2013 (daling levendgeborenen door daling geboortecijfers) 34
Afrondend Al tientallen jaren lang prenatale testen mogelijk Levendgeborenenprevalentie Down stabiel (14 per 10.000) Elders is het beeld divers Betere levensverwachting Er leven in NL meer mensen met Down syndroom dan vroeger In NL hele goede zorg voor mensen met Down syndroom Individuele keuze mogelijk tijdens zwangerschap Artsen (en anderen) zouden keuzes van (toekomstige) ouders moeten respecteren