Bespreekbaar maken van seksuele gezondheid: Train-de-Trainer handleiding voor religieuze leiders



Vergelijkbare documenten
Werkblad beschrijving interventie Voor goed beschreven

Van huidige situatie naar gewenste situatie

Reflectiegesprekken met kinderen

Verbetertraject Zeggenschap / Kwaliteit van Bestaan sector Lichamelijke Gehandicaptenzorg

Trainershandleiding Brugklas Bikkels. Inkijkexemplaar

Je doel behalen met NLP.

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Communiceren met je puber Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van jongeren van jaar

Leerstraf TACt Individueel. Informatie voor jongeren

Spel: Wat heb ik geleerd dit jaar?

TRAINING 1. Tijd: Onderwerp: Waarom Resultaat Werkvorm Materiaal

COMMUNICATIE training. effectief communiceren met iedereen

Trainer aan het woord

Creatief en flexibel toepassen van Triplep. Maarten Vos Doe, laat zien, lach, oefen en geef applaus

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding

SPEELWIJZE LEIDERSCHAPSSPEL

Effectieve samenwerking: werken in driehoeken

INTERVISIE ALGEMEEN INLEIDING

Perspectief 3 e editie 3 hv Project duurzaamheid

Coalitielid met hart en ziel

Inleiding. Autisme & Communicatie in de sport

4 INZICHTEN. De vier inzichten in dit boekje zijn gebaseerd op de uitkomsten van het Trainer-Kind-Interactieonderzoek,

ADHD en lessen sociale competentie

Wie ben jij? HANDLEIDING

FAALANGST DE BAAS! TRAINING 1. faalangst. de baas! training.

sollicitatie gesprek Handleiding droombanen voor Technisch talent

Grenzeloze vrijheid? Discussiebijeenkomst tienerclub

MEE. Ondersteuning bij leven met een beperking. Vrienden & Relaties

Cursushandleiding. Tja, wat zal ik zeggen, met cliënten in gesprek over spiritualiteit

Leergang Ambtelijk Secretaris II

PeerEducatie Handboek voor Peers

Aanbod Persoonlijke Vaardigheden

Deze gevoelens en emoties blijven bestaan totdat jij er aan toe bent om ze te uiten.

Meningsvorming: jij en vluchtelingen

Aan de slag blijven. Schematisch overzicht van thema s, leerdoelen en inhoud

Het houden van een spreekbeurt

Training. Vergaderen

Intervisie. Helpende Z&W versnelde leerroute. ROC Mondriaan, School voor Zorg en Welzijn, Leiden

Afgesproken verdeling van de boeken over de groepen

Ontwikkeling. Opleiding Persoonlijke Ontwikkeling

Een overtuigende tekst schrijven

Docentenhandleiding KIES VAARDIG! klas 1/2 VMBO-TL/HAVO/VWO

Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP)

Motiverende gespreksvoering

Sollicitatiegesprekken volgens de STAR methode

JUST BE YOU.NL. Het mooiste wat je kunt worden is jezelf! 23 tips voor direct meer zelfvertrouwen. Marian Palsgraaf -

Over taaie taboes en lastige liefdes

Tot een geloofsgesprek komen. I Ontmoeten

Groep 8 Verdiepingsles: Lagerhuis (dubbele les) Groep 8 Verdiepingsles: Lagerhuis voorbereiding. Leerkrachtinformatie

GRAAG STELLEN WIJ ONS AAN U VOOR

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN

Lesmateriaal bij de voorstelling: Zwemmen Zonder Mouwen

Bedrijfsverbetering TRAININGSMODEL

Criteria. Communicatie? Dat is toch logisch! Of niet?

Antreum RAPPORT PF. Test Kandidaat Administratienummer: Datum: 01 Sep de heer Consultant

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Moeilijke kindervragen

Eindverslag SLB module 12

Alles is genade en Stel, ik zoek een kerk

Evaluatieverslag mindfulnesstraining

OPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE. Ondersteuningsmagazijn. Beroepstaak E Beginner

Sollicitatietraining: op weg naar stage & werk

Sociaal netwerk. Handleiding voor begeleiders

Afasie. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

STAPPENPLAN VOOR EEN ROOKVRIJE SPEELTUIN

WELKOM BIJ BOMBERBOT! LES 2: SEQUENTIES I LES 2: SEQUENTIES I WAAR GAAT DEZE LES OVER? INTRODUCTIE

Onderwijskundige Visie

Presenteren & Promoveren 2014

HOE GEEF IK DE WEEK VORM? Handvatten voor de invulling van een werkplek tijdens de Week van de Mobiliteit

Ik geloof, geloof ik. Levensbeschouwelijk dossier Griftland college Bovenbouw. Mijn naam en klas:

Effectieve samenwerking: werken in driehoeken

SPEELWIJZE WERKPLEZIER SPEL - Bladzijde 1 / 11

360 feedback 3.1 M. Camp Opereren als lid van een team Omgaan met conflicten Omgaan met regels

Voorbereidende workshop voor maatschappelijke organisaties

MEDIACONTACT SITUATIE

Handleiding Plannen van Zorg BBL-CombiCare Gehandicaptenzorg Verzorgende-IG/Medewerker Maatschappelijke Zorg

Doorbreek je belemmerende overtuigingen!

Nieuwsbrief Gerdien Jansen Kindcoaching. Jaargang 2: Nieuwsbrief 3 (oktober 2013) Hallo allemaal,

Timemanagement? Manage jezelf!

Tijdschrift Kindermishandeling April 2013 Onderwijsspecial deel 2. 8 tips voor een goed gesprek met je leerling

Communiceren met de achterban

Stappenplan voor een rookvrij schoolterrein

> TAALWERKBLAD PARTICIPATIE

Spelregels voor de kaarten Beroepskwaliteiten en Leerpunten. Het Beroepskwaliteitenspel

Speak up! Wat is JA en wat NEE?

Waar een wil is, is een Weg!

Wat je voelt is wat je denkt! De theorie van het rationeel denken

SPEELWIJZE INSPIRATIESPEL

Ideeën presenteren aan sceptische mensen. Inleiding. Enkele begrippen vooraf

Handleiding. voor. praktijkbegeleiders

o Gericht op verleden o Focus op oordelen o Eenrichtingsverkeer o Passieve bijdrage van de medewerker o Gericht op formele consequenties

Leerstraf TACt. Informatie voor jongeren

Persoonlijk Actieplan voor Ontwikkeling

Ontdek je kracht voor de leerkracht

Draaiboek voor een gastles

- Elkaar leren kennen: warming-ups en spelletjes om het ijs te breken - 5 minuten zelfbewustzijn begrijpen anderen respecteren om de beurt iets doen

maandag 11 mei inleveren! STAGE BOEK 2015 VAN.AFDELING...

In gesprek met medewerkers over verzuim

Werk aan je winkel. Jongeren leren communiceren en zichzelf presenteren. Kirsten Barkmeijer & Johan Brokken

Een Positief. leer en leefklimaat. op uw school

VOORZITTERSTRAINING Op de Bok specialisatietraining

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Opa, wie is God? Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van kinderen van 0-8 jaar

Transcriptie:

Bespreekbaar maken van seksuele gezondheid: Train-de-Trainer handleiding voor religieuze leiders GGD Amsterdam, november 2011 Juan Walter, Soerdjpersad Biere, Ryan Mohammed Said Dilrosun, Helga Shirley Fredison, Harry Djagdewpersad Koendan, Nyamad Hossain Moenna, Franklin Erwin Ollivieira en Karen Prantl Mede mogelijk gemaakt door het Aids Fonds

Deze handleiding is te downloaden via www.gezond.amsterdam.nl. (Aspirant-)trainers en supervisors worden uitgenodigd om verbeteringen door te geven aan de GGD Amsterdam via edg@ggd.amsterdam.nl, zodat deze handleiding zich blijft ontwikkelen. GGD Amsterdam, Amsterdam 2011. Overname van (gedeelten van de) tekst is toegestaan, mits met juiste bronvermelding. Indien tekst gebruikt wordt voor commerciële doelstellingen dient altijd vooraf schriftelijke toestemming verkregen te zijn. ISBN 978-90-5348-188-2 2 GGD Amsterdam Train-de-trainer handleiding Bespreekbaar maken van seksuele gezondheid

Voorwoord Wij, zes religieuze leiders, en de GGD Amsterdam hebben de koppen bij elkaar gestoken om na te gaan hoe we verschillende denominaties aan het denken kunnen zetten over het bespreekbaar maken van seksuele gezondheid in de eigen religieuze en spirituele kring. Dagelijks ervaren wij de (onderdrukte) behoefte van de leden hun religieuze leider deelgenoot te maken van hun ervaringen. Maar wij geven niet thuis, omdat wij zelf niet weten hoe wij de balans kunnen vinden tussen dat wat onze Geschriften zeggen en dat wat de praktijk toont ten aanzien van seksuele gezondheid. Daarbij is het in de eerste plaats een vechten tegen de eigen vooroordelen. Deze training heeft ons geleerd eerst dicht bij jezelf te blijven en je eigen seksualiteit te (er-)kennen. Dan pas ben je in staat je te verdiepen in en begrip te tonen voor de seksualiteit van de ander. Werken aan een taboeonderwerp als seksuele gezondheid vraagt om geduld en vasthoudendheid. Deze eigenschappen zijn ruimschoots aanwezig in Juan Walter van de GGD Amsterdam met wie wij samenwerken. In de samenwerking wordt continu de gelijkwaardigheid tussen de verschillende partijen bevestigd. Zo hebben wij, religieuze leiders van het eerste uur, met de GGD Amsterdam een Train-de-Trainer (TdT-)cursus voor religieuze leiders ontwikkeld over het bespreekbaar maken van seksuele gezondheid. Voor u ligt het resultaat van deze gezonde, zakelijke liefdesrelatie. Wij hopen dat deze TdT-handleiding voor alle gebruikers een inspiratiebron is om de lange weg naar seksuele gezondheid gestaag te bewandelen. En wij hopen dat de handleiding iedereen die daar baat bij heeft aan de hand kan meenemen. Vol trots presenteren wij dan ook deze handleiding in de letterlijke betekenis van het woord: h a n d l e i d i n g. Suruj Biere, Ryan Dilrosun, Helga Fredison, Harry Koendan, Nyamad Moenna en Franklin Ollivieira, November 2011. 3

De ontwikkelaars van de cursus in traditionele kleding Van links naar rechts staand: Tim Savenije (secretariële ondersteuning), Juan Walter, Helga Fredison, Roy Adhin (secretariële ondersteuning), Nyamad Moenna. Zittend: Suruj Biere, Franklin Ollivieira, Harry Koendan en Ryan Dilrosun. 4 GGD Amsterdam Train-de-trainer handleiding Bespreekbaar maken van seksuele gezondheid

Inhoudsopgave Inleiding 6 De opzet van de Train-de-Trainer cursus 8 Dag 1 11 Voorbereiding van les 1 11 Les 1.1: Kennismaken, samenwerken en leerdoelen 12 Les 1.2: De rol van religieuze leider 20 Dag 2 29 Les 2.1: Feedback en communicatieniveaus 29 Les 2.2: Reflecteren en gesprekstechnieken 35 Dag 3 44 Voorbereiding van les 3 44 Les 3.1: Seksualiteit en wat betekent het voor mij 45 Les 3.2: Infectieziekten, soa, hiv en aids 47 Dag 4 50 Voorbereiding van les 4 50 Les 4.1: Stigma & taboe 51 Les 4.2: Seksuele diversiteit 56 Dag 5 58 Les 5.1: De rol van trainer 58 Les 5.2: Het organiseren van een cursus 61 Dag 6 64 Les 6.1: Herhaling en oefening 64 Les 6.2: Herhaling en oefening 65 Overzicht van alle betrokkenen 66 Literatuurverwijzingen 67 Bijlagen: 68 1. Benamingen van religieuze leiders 68 2. Formulier Geheimhoudingsverklaring 69 3. Werkblad Speed-date kaarten 70 4. Werkblad Overtuigingen 72 5. Werkblad De eigen levenslijn 74 6. Afbeeldingen bij eigen veronderstellingen en vooroordelen 75 7. Werkblad Bomen 100 8. Evaluatieformulier 101 9. Voorbeeldcertificaat 107 5

Inleiding Deze handleiding beschrijft een Train-de- Trainer (TdT-)cursus voor religieuze 1 leiders van diverse gemeenschappen. Met deze handleiding kunnen religieuze leiders hun collega s trainen in het bespreekbaar maken van seksuele gezondheid bij hun achterban. Daarnaast kunnen de religieuze leiders hun collega s voorbereiden om in de toekomst zelf trainer te worden rond hetzelfde thema. De TdT-cursus voor religieuze leiders is ontstaan, nadat enkele zelforganisaties in Amsterdam de ervaring hadden dat hun projecten ter bevordering van seksuele gezondheid niet werden gesteund door hun religieuze leiders 2. Religie is sterk verweven binnen migrantengemeenschappen en religieuze leiders hebben daardoor een grote invloed binnen die gemeenschappen. De boodschap die geestelijken rond seksuele gezondheid uitdragen is meestal: Geen seks voor of buiten het huwelijk. Verder wordt er over het onderwerp vaak niet gesproken. Niet praten over seksuele gezondheid vergroot juist de kans op soa-/ hiv-infecties, seksueel misbruik en tienerzwangerschappen, die binnen sommige migrantengemeenschappen meer voorkomen (Stuart et al., 2002; De Graaf et al., 2005; Diepenmaat et al., 2006; Garssen, 2008; Vriend et al., 2010). Wanneer religieuze leiders nu een manier vinden 1 Religie is een complex begrip en er bestaan veel verschillende definities van. In deze handleiding is religie gebruikt als een neutrale term die het gemeenschappelijke van alle concrete geloven probeert te benoemen (Van de Donk et al., 2006). 2 De GGD Amsterdam werkt jaarlijks samen met zelforganisaties, religieuze organisaties en sleutelfiguren aan seksuele gezondheid. Hierover is ook een handleiding geschreven voor functionarissen in de gezondheidsbevordering: Zelforganisaties aan zet: werken aan seksuele gezondheid volgens de community benadering (Prantl et al., 2011). Deze handleiding is begin 2012 te downloaden via www.gezond.amsterdam.nl. om het woord van God te verbinden met de dagelijkse werkelijkheid, kunnen zij hun achterban ondersteunen bij het bereiken van seksuele gezondheid en helpen zij stigmatisering van hun naasten voorkomen. De GGD Amsterdam en Surinaamse religieuze leiders ontwikkelden hiervoor een Train-de-Trainer cursus voor religieuze leiders. Deze ontwikkeling is gestart in de vorm van het Surinameproject, dat samen met het Surinaamse Nationaal AIDS Plan (NAP) werd uitgevoerd. Redenen om het project binnen de Surinaamse gemeenschap op te starten waren: Oververtegenwoordiging van Surinamers binnen de soa- en hiv-survey; Relatief veel gevallen van tienerzwangerschappen; Veel voorkomende gevallen van hivgerelateerd stigma; Binnen de Surinaamse gemeenschap zijn de drie grootste religieuze denominaties aanwezig, namelijk het Christendom, de Islam en het Hindoeïsme. Dit waren ook de denominaties waar men in Suriname mee samenwerkte in het NAP. Het Surinameproject heeft met beperkt budget zeven maanden kunnen draaien. Daarna hebben de GGD Amsterdam en de betrokken Surinaamse religieuze leiders het project zelfstandig uitgevoerd. Van 2008 tot 2011 zijn de religieuze leiders en de GGD Amsterdam maandelijks bijeengekomen. In deze bijeenkomsten brachten de religieuze leiders en de trainer afwisselend onderwerpen in rondom seksuele gezondheid. Bij die onderwerpen ontwierpen de trainer en de religieuze leiders oefeningen, waarbij ze ook gebruikmaakten van bestaande theorie en bestaande oefeningen. In deze handleiding zijn alle onderwerpen, theorie en oefeningen samengebracht tot een TdTcursus rond het bespreekbaar maken van 6 GGD Amsterdam Train-de-trainer handleiding Bespreekbaar maken van seksuele gezondheid

seksuele gezondheid. De opbouw van de cursus is mogelijk ook goed toepasbaar bij andere gezondheidsbevorderende thema s. Deze handleiding is geschreven als richtlijn voor de religieuze leiders die de TdTcursus geven. Bij het opzetten van de cursus is uitgegaan van de onderlinge overeenkomsten tussen de religies, zodat de cursus voor zoveel mogelijk religies en culturen te gebruiken is. De handleiding kan daarnaast worden gebruikt door een GGD-functionaris die de training in eerste instantie kan geven. De trainer en de deelnemers worden in deze handleiding beschreven in mannelijke termen, maar zij kunnen in praktijk ook een vrouw zijn. De TdT-cursus en deze TdT-handleiding zijn in oktober 2011 besproken in een bijeenkomst met enkele landelijke vertegenwoordigers van de betrokken religies. Sommige van deze landelijke vertegenwoordigers hebben ook deelgenomen aan een proeftraining van een dag. De aanwezige vertegenwoordigers beoordeelden de TdT-cursus positief en waren onder de indruk van de persoonlijke ervaringen en resultaten van de getrainde religieuze leiders. De aanwezige landelijke vertegenwoordigers steunden het idee van een cursus die de kennis en vaardigheden traint om het onderwerp seksuele gezondheid bespreekbaar te maken. 7

De opzet van de Train-de-Trainer cursus Terminologie De deelnemers aan de TdT-cursus zijn religieuze leiders van verschillende denominaties zoals: pastors, priesters, imams, pandits, pandita s en voorgangers 3. De trainer kan in eerste instantie een GGD-functionaris zijn. Vervolgens wordt de trainer een religieuze leider die zelf de TdT-cursus heeft gevolgd en deze kennis en ervaring aan collega religieuze leiders wil overdragen. Zo versterkt deze religieuze leider ook zijn eigen kennis, attitude en vaardigheden met betrekking tot het bespreekbaar maken van seksuele gezondheid. Voordat de trainer zelfstandig de TdT-cursus kan geven, oefent hij de vaardigheden eerst binnen een groep religieuze leiders die ook de cursus willen gaan geven. Op dat moment zijn zij nog aspirant-trainer. De lessen over seksualiteit, infectieziekten en seksuele diversiteit worden gegeven door een externe trainer van bijvoorbeeld de GGD, het COC, Schorer, Soa Aids Nederland of een andere organisatie. Deze persoon wordt in de handleiding de externe deskundige genoemd. Voor rollenspelen kan de trainer ook mensen uitnodigen die in de praktijk ervaring hebben met het onderwerp. Bijvoorbeeld homoseksuelen of lesbiennes. Deze personen worden ervaringsdeskundigen genoemd. De persoon die de trainers in eerste instantie opleidt en hen vervolgens begeleidt bij het geven van cursussen is de supervisor. De supervisor is in eerste instantie een gezondheidsbevorderaar 3 In bijlage 1 staat een overzicht van benamingen die voorkomen in het Hindoeïsme, het Rooms-katholieke geloof, de Islam en de Evangelische Broedergemeente. van de GGD, maar in de loop van de tijd kunnen ook religieuze leiders supervisor worden. Doelen De algemene doelen van deze Train-de- Trainer cursus zijn: De deelnemers nemen een preventieve en begeleidende rol op zich ten aanzien van seksuele gezondheid binnen hun gemeenschap; die hun religieuze collega s ook willen trainen, hebben hiervoor voldoende basis gekregen. Om deze algemene doelen te halen, is het nodig dat de deelnemers verschillende subdoelen bereiken op het gebied van kennis, attituden en vaardigheden: Kennisdoelen: De deelnemers kennen hun collega-deelnemers; weten welke rol zij persoonlijk willen spelen binnen het thema seksuele gezondheid en vanuit welke overtuiging zij dat doen; weten hoe ze goed kunnen communiceren; weten hoe ze feedback kunnen geven; weten dat er verschillende communicatie niveaus zijn; weten wat goede gesprekstechnieken zijn. weten wat reflecteren inhoudt; weten wat seksuele gezondheid inhoudt; weten wat infectieziekten, soa, hiv en aids zijn; weten wat stigma en taboe inhouden; weten wat seksuele diversiteit is. die hun collega s willen trainen, weten hoe ze een goede cursus kunnen opzetten en geven. 8 GGD Amsterdam Train-de-trainer handleiding Bespreekbaar maken van seksuele gezondheid

Attitudedoelen De deelnemers voelen zich veilig in de cursusgroep; zijn bereid om tijdens de cursus open over hun persoonlijke ervaringen te vertellen; respecteren de religie, waarden en overtuigingen van hun collegadeelnemers; hebben een positieve attitude ten opzichte van hun eigen rol als religieuze leider bij seksuele gezondheid; hebben waarden en overtuigingen die het bevorderen van seksuele gezondheid ondersteunen; zien het belang van de verschillende onderdelen van de cursus om hun rol als religieuze leider bij seksuele gezondheid goed te kunnen vervullen; zijn bereid om te reflecteren over hun eigen gedrag ten aanzien van het bevorderen van seksuele gezondheid; zijn bereid om hun collega-deelnemers te ondersteunen bij hun leerproces. Vaardigheidsdoelen De deelnemers kunnen de relatie leggen tussen hun religie en een gezond seksueel leven; de geleerde communicatievaardigheden toepassen; feedback geven; ingrijpen op verschillende communicatie niveaus; gespreksvaardigheden toepassen. reflecteren op hun eigen proces; thema s rond seksuele gezondheid binnen de gemeenschap aan de orde stellen en daarmee taboe doorbreken; de relatie leggen tussen naastenliefde en een andere leefstijl, bijvoorbeeld homoseksualiteit; zich verplaatsen in een gelovige met een andere seksuele leefstijl en zijn dilemma s met betrekking tot zijn geloof; zich verplaatsen in een gelovige met hiv en zijn dilemma s met betrekking tot zijn geloof; gesprekken met gelovigen voeren over deze dilemma s; mensen bij deze dilemma s ondersteunen en begeleiden in hun proces; als zij dat wensen, zelf een cursus geven aan collega-religieuze leiders. Deelnemers Het aantal deelnemers per TdT-cursus is acht tot tien personen. De deelnemers geven zich vrijwillig voor de cursus op. Een gezondheidsbevorderaar geeft in eerste instantie de TdT-cursus. Om deelnemers te vinden, kan hij zijn eigen netwerk van zelforganisaties aanspreken. De religieuze leiders die de training vervolgens geven, vinden deelnemers via hun eigen netwerk of het netwerk van collega-trainers. Tijdsinvestering De complete basiscursus bestaat uit 6 dagen van 7 uur per dag. Eventueel kan de trainer de cursus opsplitsen in 12 dagdelen van 3 à 3 ½ uur per dagdeel. Het is aan de trainer om de frequentie te bepalen. De dagen kunnen aaneengesloten worden gegeven, maar ook wekelijks of maandelijks worden ingepland. Opbouw van de cursus In het begin van de cursus besteedt de trainer veel tijd aan het kennismaken met elkaar, de persoonlijke leerdoelen en de randvoorwaarden voor een veilige leeromgeving. Een veilige leeromgeving waarbinnen de deelnemers zich kunnen uiten is belangrijk, omdat religieuze leiders vaak niet gewend zijn om hun eigen ervaringen en gevoelens te delen in een groep. Dit geldt met name voor een gevoelig onderwerp als seksuele gezondheid, waarover binnen de eigen gemeenschap vaak niet wordt gesproken. Daarna gaat de cursus in op de eigen 9

rol van de deelnemer en zijn waarden en overtuigingen bij het thema seksuele gezondheid. Wanneer de rol, waarden en overtuigingen het bevorderen van seksuele gezondheid ondersteunen, zal de religieuze leider het geleerde ook blijvend in praktijk toepassen. Vervolgens komen in de cursus thema s als feedback, communicatie, reflecteren en gesprekstechnieken aan bod. Deze basiskennis en vaardigheden zijn nodig om seksuele gezondheid bespreekbaar te maken. Daarnaast zijn ze relatief neutraal. Hierdoor versterkt het gevoel van veiligheid en bekwaamheid bij de deelnemers, voordat gewerkt wordt aan inhoudelijke seksuele thema s. De inhoud van de lessen rond seksuele thema s wordt gegeven door een externe deskundige in afstemming met de trainer. In die lessen wordt eerst nagegaan wat seksualiteit eigenlijk is en hoe de deelnemer daar zelf instaat. Vervolgens komen achtereenvolgens infectieziekten, soa, hiv en aids, stigma & taboe en seksuele diversiteit aan de orde. Wanneer al deze onderwerpen behandeld zijn, komt het geven van trainingen aan bod. De laatste lessen van de cursus zijn een herhaling en afronding, waarin de deelnemers ook een proeftraining aan elkaar geven. Opbouw van de handleiding Deze TdT-handleiding is uitgewerkt per dagdeel, zodat de cursus van zes dagen eventueel in twaalf dagdelen kan worden gegeven. Per dagdeel wordt eerst een overzicht gegeven van de verschillende oefeningen. Vervolgens staat uitgewerkt wat de verschillende leerdoelen zijn binnen dat dagdeel (Doelen). Deze leerdoelen worden steeds uitgewerkt in kennis-, attitude- en vaardigheidsdoelen. Ook wordt per dagdeel aangegeven wat de trainer aan (extra) materialen nodig heeft ((Extra) benodigdheden). Vervolgens worden de verschillende oefeningen van het dagdeel één voor één uitgewerkt. Per oefening is de opbouw steeds gelijk. Eerst wordt het doel van die specifieke oefening weergegeven (Doel), dan volgt een korte omschrijving van de oefening (Wat). In een lichtere kleur staat de achterliggende theorie weergegeven, wanneer dat van toepassing is (Theorie). Vervolgens worden de stappen uitgewerkt die de trainer uitvoert (Hoe). Dan wordt de oefening afgesloten met vragen die de trainer op dat moment kan voorleggen (Vragen). Een enkele keer vraagt de oefening activiteiten van de trainer na de bijeenkomst (Na de cursus). Iedere oefening eindigt met één of meerdere tips (Tips voor de trainer.) Aan het eind van ieder tweede deel vindt een afronding plaats met een huiswerkopdracht, een evaluatie van de dag en een gebed. Wanneer een oefening of onderdeel eerder in de cursus is uitgewerkt, wordt dit later in de handleiding niet weer herhaald. Leidraad Deze handleiding is nadrukkelijk bedoeld als leidraad. Het is belangrijk dat de trainer in praktijk steeds aansluit bij de deelnemers, luistert naar hun verhalen en let op de actualiteit. Dat betekent ook dat de trainer de volgorde en inhoud van de cursus kan aanpassen als dat nodig is. Alleen dan creëert de trainer de best passende cursus voor zijn deelnemers. Supervisie en intervisie Wanneer een deelnemer besluit om zelf de cursus te geven aan collega s, sluit hij zich aan bij een groep van religieuze leiders met dezelfde ambitie. Deze groep aspiranttrainers oefent onderling de benodigde vaardigheden verder en voert ook intervisie 10 GGD Amsterdam Train-de-trainer handleiding Bespreekbaar maken van seksuele gezondheid

met elkaar uit. Daarnaast geven deze aspirant-trainers proeftrainingen aan collega s. Dit gebeurt onder begeleiding van een ervaren trainer, ook wel de supervisor genoemd. De supervisor let er op dat een groep aspirant-trainers bestaat uit diverse religies. Wanneer een aspirant-trainer en de supervisor vinden dat de kennis, vaardigheden en het zelfvertrouwen van die aspirant-trainer in voldoende mate aanwezig zijn, geeft de aspiranttrainer verder zelfstandig de trainingen en wordt daarmee trainer. Daarbij heeft hij als trainer altijd de mogelijkheid om intervisie met collega s te volgen of een consult bij een supervisor aan te vragen. De supervisor is op dit moment nog een gezondheidsbevorderaar van de GGD Amsterdam. Het is de bedoeling dat op termijn een of meerdere getrainde religieuze leiders en meerdere gezondheidsbevorderaars van andere GGD-en de rol van supervisor op zich nemen. externe ontwikkelingen. Bepaal ook per cursusdag welke doelen u specifiek voor die dag en die onderdelen heeft. Ga na ieder behandeld onderdeel na of de geformuleerde doelen daadwerkelijk zijn bereikt. Verstuur een uitnodiging Stuur ruim voor de eerste bijeenkomst alle deelnemers een uitnodiging waarin u het kader van de cursus toelicht: het bespreekbaar maken van seksuele gezondheid. Geef ook globaal aan welke thema s daarbinnen aan de orde komen. Kondig verder de data, tijden en locatie van de cursusdagen aan. Vraag daarnaast aan de deelnemers om vóór de eerste bijeenkomst individueel na te denken over wat zij in de cursus willen leren. Laat de deelnemers dit noteren in drie persoonlijke leerdoelen en vraag hun deze mee te nemen naar de eerste bijeenkomst. Benadruk dat het voor de deelnemers gaat om hun eigen leerproces en niet wat ze bij hun achterban of collega s willen bereiken. Dag 1 Dag 1 Voorbereiding van les 1 Stel uw eigen cursusdoelen op Bedenk van tevoren welke doelen u als trainer heeft met de cursus. Wat wilt u dat de deelnemers bereiken? Noteer deze doelen in de vorm van algemene doelen en bijbehorende kennis-, attitude- en vaardigheidsdoelen 4. In het vorige hoofdstuk staan al enkele doelen genoteerd. U kunt deze doelen overnemen, aanvullen, aanpassen of daarbinnen uw prioriteiten stellen. In de loop van de cursus of cursussen kunt u deze doelen wijzigen aan de hand van uw eigen ervaringen of Tips voor de trainer Bereid iedere cursusdag goed voor, dit geeft rust en vertrouwen en dat straalt uit op de deelnemers; Wees zelf ruim van tevoren bij de cursusdag aanwezig en zorg dat de zaal en zaken als eten, drinken en apparatuur op orde zijn; Ontvang bij de eerste cursusdag iedere deelnemer persoonlijk bij binnenkomst; Bouw tijdens de cursus ruimte in voor inbreng van de deelnemers. Willen zij iets in de praktijk oefenen? Geef daar dan ruimte voor. Flexibiliteit van uw kant is belangrijk. 4 zie voor de achterliggende theorie oefening 1.1.7 11

Les 1.1: Kennismaken, samenwerken en leerdoelen Nr. Onderdeel Tijd voorbeeld Duur Inloop met koffie en thee 09.30-10.00 30 min. 1.1.1 Korte voorstelronde 10.00-10.05 05 min. 1.1.2 Toelichting op de Train-de-Trainer cursus 10.05-10.20 15 min. 1.1.3 Het samenwerkingscontract 10.20-10.35 15 min. 1.1.4 Tekenen van geheimhoudingsverklaring 10.35-10.40 05 min. 1.1.5 Eerste kennismakingsronde: What s in a name? 10.40-11.00 20 min. Korte pauze 11.00-11.05 05 min. 1.1.6 Tweede kennismakingsronde: Speed-dating 11.05-12.00 55 min. 1.1.7 Het formuleren van persoonlijke leerdoelen 12.00-12.45 45 min. Pauze 12.45-13.30 45 min. Doelen Kennisdoelen De deelnemer weet wie de andere deelnemers zijn; binnen welk kader de Train-de-Trainer (TdT-)cursus plaatsvindt; hoe de opbouw van de TdT-cursus eruitziet; dat er sprake is van een veilige leeromgeving; wat de onderlinge werkafspraken zijn; hoe hij persoonlijke doelstellingen op kan stellen. Attitudedoelen De deelnemer voelt zich veilig in de groep; staat achter het idee van geheimhouding; respecteert de religie, waarden en overtuigingen van de collegadeelnemers; is bereid om iets over zichzelf als persoon te vertellen. Vaardigheidsdoelen De deelnemer kan persoonlijke doelstellingen voor de cursus op juiste wijze formuleren: Volgens SMART-regels, actief, positief en in de ik-vorm; legt verbinding vanuit het eigen geloof met de cursus. Gedragsdoelen De deelnemer stelt samen met de andere aanwezigen een samenwerkingscontract op; ondertekent het formulier geheimhoudingsplicht; de deelnemer doet aanvullingen op het programma als hij dat wil. 12 GGD Amsterdam Train-de-trainer handleiding Bespreekbaar maken van seksuele gezondheid

Benodigdheden De onderstaande materialen dient u bij iedere bijeenkomst bij u te hebben: Flip-over of bord en stiften; Eventueel een beamer, met presentaties in powerpoint (anders flip-over); Eventueel hand-outs van de presentaties; Het is altijd aan u als trainer om in overleg met de deelnemers te bepalen of u hand-outs voor- of achteraf uitdeelt. Vaak vinden deelnemers het prettig om de informatie in handen te hebben. Het kan echter ook verstorend werken, doordat de deelnemers in het materiaal lezen en bladeren en dan afgeleid zijn. Lege A4 tjes; Grote geeltjes (post-its). Extra benodigdheden Formulieren Geheimhoudingsverklaring (zie bijlage 2); Vragen bij what s in a name (oefening 1.1.5) in powerpoint, op flip-over of hand-out; Speed-date kaarten (zie bijlage 3); Stopwatch of kookwekker. 1.1.1 Korte voorstelronde (5 minuten) Doel De deelnemers weten wie er allemaal aan de cursus deelnemen, wat hun functie is en welke religieuze organisatie ze vertegenwoordigen. Wat Korte voorstelronde. Hoe j Vraag aan de deelnemers zich heel kort voor te stellen met hun naam, functie en religieuze organisatie; j Leg uit dat er in de loop van de ochtend ruimte is ingepland om elkaar beter te leren kennen; j Stel de vraag wie wil beginnen. Tips voor de trainer Is er iemand op dat moment niet aanwezig? Noem zelf de naam, functie en organisatie van die persoon, aansluitend op de voorstelronde; Het kan handig zijn om onder de deelnemers een deelnemerslijst te verspreiden met adresgegevens, telefoonnummers en een e-mailadres. Zo kunnen de deelnemers elkaar ook bereiken. Vraag aan de deelnemers of ze dat ook wensen en of ze hier toestemming voor geven. Dag 1 Les 1.1 Kennismaken, samenwerken en leerdoelen 13

1.1.2 Toelichting op de Trainde-Trainer cursus (15 minuten) Doel De deelnemers weten wat het kader is van de cursus en uit welke onderdelen het programma bestaat. De deelnemers kunnen voorstellen doen voor aanpassing of aanvulling van het programma. De deelnemers weten dat er sprake is van een veilige leeromgeving, met ruimte voor eigen initiatief, reflectie en feedback, ook naar de trainer toe. Wat (Powerpoint) presentatie: Overzicht van het programma. Hoe Toon de presentatie en vertel over: j Het kader van het programma; j De verschillende programmaonderdelen; j De opbouw van de dag; Duur van een cursusdag; Opbouw van de dag: inlooptijd en pauzes; Gebed; bij opening van de dag en bij afsluiting. Omdat de cursus is bedoeld voor religieuze leiders van verschillende denominaties, krijgen alle denominaties de gelegenheid om aan het begin of aan het eind van de dag een gebed voor te gaan. Willen de deelnemers dat ook? Zo ja, vraag welke twee deelnemers voor de volgende bijeenkomst een gebed van maximaal vijf minuten willen voorbereiden. Dat gebed moet aansluiten bij het algemene kader van de Train-de-Trainer cursus en het specifieke thema van de volgende keer. De religieuze leiders zijn verder vrij om de inhoud van het gebed te bepalen. j Informatie over de faciliteiten; Koffie/thee/eten; Waar de toiletten zijn; Wat het rookreglement is; Waar de gebedsruimte is. j (Eventueel) certificaat. Vragen Hebben de deelnemers nog vragen? Willen de deelnemers nog aanvullingen of aanpassingen doen? Tip voor de trainer Ga tijdens de eerste dag na welke kwaliteiten de deelnemers hebben. Welke kwaliteiten kunt u inzetten bij de cursus? Met welke eigenschappen moet u rekening houden? Voorbeeld: Heeft een deelnemer veel humor, dan kunt u deze persoon ook de ruimte geven om grapjes te maken. Het helpt vaak het ijs in de groep te breken. Neemt iemand een grote hoeveelheid persoonlijke bagage mee, zoals nare ervaringen? Wees daar alert op en grijp tijdig in als dat het groepsproces negatief beïnvloedt. 14 GGD Amsterdam Train-de-trainer handleiding Bespreekbaar maken van seksuele gezondheid

1.1.3 Het samenwerkingscontract (15 minuten) Doel Een veilige werk- en leeromgeving creëren waarin de deelnemers zichzelf kunnen zijn en zich durven uiten. De deelnemers hebben duidelijk voor ogen dat zij daar medeverantwoordelijk voor zijn. Theorie Religieuze leiders zijn over het algemeen gewend om individueel te werken. In deze cursus wordt hen gevraagd om zich open te stellen naar de andere deelnemers en gedachten en meningen met elkaar te delen. Een veilige leeromgeving is daarom belangrijk en de trainer en deelnemers creëren dit met elkaar. Alles centraal bespreken (dus niet onderling); Ruimte krijgen voor eigen inbreng; Afmelden bij ziekte of verhindering; Etc. j Laat de deelnemers één voor één hun punten benoemen; j Herformuleer deze punten positief, als dat nodig is (zie ook de tip onderaan); j Noteer de genoemde punten op de flipover, zodat iedereen ze kan zien; j Over ieder punt mogen de anderen vragen stellen om het punt te verhelderen. Het punt op zich wordt echter niet bediscussieerd; ieder punt heeft recht op een plek op de flip-over; j U kunt afsluitend als trainer zelf ook drie punten inbrengen die nog niet aan de orde zijn geweest. Dag 1 Wat Gezamenlijk opstellen van gedragsregels oftewel: Hoe wij met elkaar om willen gaan. Deze regels dienen als samenwerkingscontract voor de cursus. De opgestelde regels gelden voor alle bijeenkomsten, maar kunnen aangepast worden als dat nodig blijkt te zijn. Hoe j Vraag de deelnemers individueel drie punten op te schrijven die voor hen belangrijk zijn om de cursus plezierig en veilig te doorlopen; Dit kan bijvoorbeeld zijn: Op tijd beginnen; Mobiele telefoons uitzetten; Naar elkaar luisteren; Elkaar uit laten praten; Respecteren van elkaars meningen; agree tot disagree (overeenkomen dat er geen overeenstemming hoeft te zijn om elkaar te respecteren); Vragen stellen aan elkaar; Aangeven wanneer men even de zaal wil verlaten; Vragen Hebben de deelnemers nog vragen of aanvullingen? Na de cursus Werk na de bijeenkomst de punten uit in een samenwerkingscontract. Deel het samenwerkingscontract tijdens de volgende cursusdag uit bij het onderdeel Terugblik. U kunt ook de flip-over bij de volgende bijeenkomst ophangen als herinnering. Tip voor de trainer Formuleer de afspraken in het samenwerkings contract positief. Daag de deelnemers uit om te formuleren wat wel de bedoeling is, in plaats van wat niet de bedoeling is. Voorbeeld: Op tijd beginnen (in plaats van niet te laat komen.) Les 1.1 Kennismaken, samenwerken en leerdoelen 15

1.1.4 Tekenen van geheimhoudingsverklaring (5 minuten) Doel Om te formaliseren dat de deelnemers vertrouwelijke informatie niet naar buiten brengen. De veilige leeromgeving wordt hiermee versterkt. Wat Iedereen ondertekent individueel het formulier Geheimhoudingsverklaring. Hoe j Licht toe dat het formulier Geheimhoudingsverklaring bedoeld is om de veilige leeromgeving te versterken; j Vraag de deelnemers individueel het formulier te lezen; j Vraag of er nog vragen zijn; j Laat een ieder het formulier ondertekenen en verzamel de ondertekende formulieren; j Bewaar de formulieren bij uw administratie. 1.1.5 Eerste kennismakingsronde: What s in a name (20 minuten) Doel Door te vertellen over de voornaam komt de deelnemer dicht bij zichzelf en laat hij even het imago van religieuze leider los. De deelnemers komen meer van elkaar te weten en zo wordt het ijs gebroken. Daarnaast bevordert de oefening de veilige sfeer en de groepsband. Hoe j Vorm subgroepjes van drie personen die elkaar nog niet goed kennen; j Laat de deelnemers elkaar de volgende vragen stellen (a vraagt b, b vraagt c, c vraagt a). Benadruk dat de deelnemers de vragen ook kort en bondig beantwoorden (de vragen staan op flip-over, in powerpoint of op een A4 dat u uitdeelt); Waar komt uw voornaam vandaan? Hoe voelt u zich over uw voornaam? Heeft u in het verleden ervaringen gehad met uw voornaam die u zich nog goed herinnert? j Wanneer alle deelnemers aan bod zijn gekomen, laat dan de deelnemers elkaars naam en ervaring kort presenteren (a vertelt die van b, b vertelt die van c, c vertelt die van a). Bron: Bos & Cense (2005). Vragen Hoe was het om dit te doen? Tips voor de trainer Geef voor iedere oefening steeds duidelijk aan hoeveel tijd de deelnemers daarvoor hebben; Wacht met het vertellen van uw verhaal tot u de onverdeelde aandacht van de hele groep heeft. Wat Voorstelronde waarin de eigen voornaam nader wordt onderzocht. 16 GGD Amsterdam Train-de-trainer handleiding Bespreekbaar maken van seksuele gezondheid

1.1.6 Tweede kennismakingsronde: Speed-dating (55 minuten) Doel Een verdieping van de kennismaking met elkaar. Helder krijgen wat men individueel wil halen en brengen in de cursus. Wat Speed-dating aan de hand van kaarten met vragen. Hoe j Deel de groep in tweeën, groep A en groep B. Vorm twee kringen van stoelen die elkaar aankijken: een binnenkring waar groep A plaatsneemt en een buitenkring waar groep B plaatsneemt. Uiteindelijk heeft ieder lid van groep A een lid van groep B tegenover zich. De oefening kan ook staand of in de opstelling van een rij plaatsvinden; j Groep A krijgt een set speed-datekaarten (zie bijlage 3). Ieder lid van groep A stelt de vragen één voor één aan het lid van groep B dat tegenover hem zit of staat. Het lid van groep B moet deze vragen allemaal binnen drie minuten beantwoorden. Het is daarbij niet de bedoeling om de dialoog met elkaar aan te gaan; j Hierna wisselen de rollen om. Het lid van groep B stelt het lid van groep A de vragen. Ook hier geldt dat de vragen binnen drie minuten beantwoord moeten worden; j Hierna schuift ieder lid van groep B een stoel op, zodat dat ze voor een nieuw lid van groep A komen te zitten. Dan begint het vragen stellen opnieuw; j Dit herhaalt zich, tot dat ieder lid van groep A, een lid van groep B heeft gesproken en vice versa. Vragen Vraag wat de deelnemers van elkaar te weten zijn gekomen en wat hun indruk is van deze manier van kennis maken met elkaar. Hebben de deelnemers daarnaast nog vragen? 1.1.7 Het formuleren van persoonlijke leerdoelen (45 minuten) Doel De deelnemers weten wat zij uit deze cursus willen halen en kunnen persoonlijke leerdoelen formuleren. Het formuleren van persoonlijke leerdoelen bij de cursus creëert betrokkenheid van de deelnemers bij de cursus en geeft richting aan de deelnemers zelf. De persoonlijke leerdoelen van de deelnemers helpen daarnaast de trainer om de cursus vorm te geven. Wat Eigen leerdoelen formuleren in de subcategorieën kennis, attitude en vaardigheden, aan de hand van SMARTregels, in de ik-vorm en actief en positief geformuleerd. Theorie Leerdoelen geven richting aan het leerproces. Ze geven het eindpunt aan waar de leerling naartoe werkt en scheppen duidelijkheid over de cursus. Als deelnemer aan een cursus formuleert u persoonlijke leerdoelen. Daarbij is het belangrijk dat u deze leerdoelen opschrijft in de ik-vorm. Voorbeeld: Aan het eind van de cursus weet ik hoe ik iemand met een soa of hiv kan ondersteunen. [Een trainer van een cursus formuleert daarnaast wat de deelnemers bereiken met de cursus. Deze doelen schrijft hij uit in de zij-vorm. Dag 1 Les 1.1 Kennismaken, samenwerken en leerdoelen 17

Voorbeeld: Aan het eind van deze dag kunnen de deelnemers open vragen stellen. Zij weten dat ze de waaromvraag daarbij niet moeten gebruiken.] Het uiteindelijke doel is vaak een gedragsdoel. Om dat gedragsdoel te bereiken formuleert u drie soorten subdoelen; kennis-, attitude- en vaardigheidsdoelen. Kennis, attituden en vaardigheden samen worden ook wel competenties genoemd. Deze competenties stellen mensen in staat om specifieke taken of bezigheden met succes uit te voeren. Het is belangrijk om leerdoelen steeds op alle vier de niveaus uit te werken: Gedragsdoelen Dit is het uiteindelijke doel dat u wilt bereiken. Vaak gaat het om wat u aan het eind van het traject concreet doet. Voorbeeld: Aan het eind van de cursus ondersteun ik mensen met aids in hun ziekteproces en bespreek ik dilemma s met betrekking tot het geloof met hen. Kennisdoelen Hierbij gaat het erom wat u aan het eind van het leertraject weet of kent of welke informatie of kennis u heeft verworven. Ook het bewust zijn valt onder kennisdoelen. Voorbeeld: Aan het eind van deze dag weet ik hoe iemand hiv-geïnfecteerd kan raken; Aan het eind van deze cursus ben ik mij bewust van mijn overtuigingen en waarden als religieuze leider. Attitudedoelen Hierbij gaat het om de houding of gevoelens die u heeft. Voorbeeld: Aan het eind van deze cursus heb ik waarden die mij steunen in het bespreekbaar maken van seksuele gezondheid. Vaardigheidsdoelen Hierbij gaat het om de handelingen die u leert uit te voeren. Het gaat om wat u aan het eind van het traject kunt. Voorbeeld: Aan het eind van deze dag kan ik een gesprek voeren over het geloof met iemand die homoseksueel is. Leerdoelen moeten daarbij SMART geformuleerd zijn. De letters SMART staan voor: Specifiek: Meetbaar: Acceptabel: Realistisch: Tijdgebonden: De doelstelling moet eenduidig zijn en precies aangeven wie bereikt wordt, wat er bereikt wordt, waar en wanneer dat bereikt wordt; Onder welke (meetbare/ observeerbare) voorwaarden of vorm is het doel bereikt? Hoe weet u dat het doel bereikt is, dat u uw doel gehaald heeft? Is het doel aanvaardbaar voor uzelf en uw omgeving? Is de doelstelling haalbaar? Wanneer moet het doel bereikt zijn? Het is daarbij belangrijk de leerdoelen actief uit te schrijven, oftewel wat u concreet doet. Dat maakt uw leerdoel krachtiger. Vermijd daarbij woorden als zullen, willen en worden. Voorbeeld: Ik straal zelfvertrouwen uit wanneer ik voor een groep sta (in plaats van ik wil zelfvertrouwen uitstralen wanneer ik voor een groep sta). Ik weet aan het eind van de dag waar een goed gesprek uit bestaat (in plaats van ik zal aan het eind van de dag weten waar een goed gesprek uit bestaat). 18 GGD Amsterdam Train-de-trainer handleiding Bespreekbaar maken van seksuele gezondheid

Ten slotte is het belangrijk om uw leerdoel positief te beschrijven, in termen wat u wel wilt, in plaats van wat u niet wilt. Dat maakt dat u in de richting van uw positieve doel beweegt, in plaats van naar uw negatieve doel. U kent wellicht het voorbeeld van de chauffeur die denkt: Ik wil niet tegen die boom rijden. Wat gebeurt er in dat geval vaak? De chauffeur rijdt juist tegen de boom. Het is daarom beter te denken: Ik wil over de weg, langs die boom rijden. Voorbeeld: Ik kijk de groep rustig aan tijdens een presentatie (in plaats van ik kijk niet naar beneden tijdens een presentatie). Ik weet wat stigma en taboe inhouden (in plaats van stigma en taboe zijn niet meer onbekend voor me). Hoe j Sommige deelnemers zullen hun leerdoelen hebben meegebracht, anderen nog niet; j Laat iedere deelnemer vier belangrijke leerdoelen uitschrijven op een leeg A4. Eén gedrags-, één kennis-, één attitudeen één vaardigheidsdoel. Herinner de deelnemers daarbij aan de regels voor het formuleren van goede persoonlijke doelstellingen: de ik-vorm, de SMARTregels, actief en positief; j Laat iedere deelnemer zijn leerdoelen één voor één hardop formuleren; j Vraag per persoon na wat voor hem het belangrijkste leerdoel is en noteer deze op de flip-over; j Bespreek in de groep of het leerdoel voldoet aan alle geleerde criteria of dat het beter geformuleerd kan worden; j Verzoek de deelnemers om individueel hun leerdoelen thuis na te lopen en na te gaan of zij voldoen aan de regels; j Vraag de deelnemers om voor iedere nieuwe cursusdag de eigen leerdoelen er weer even bij te pakken. Kloppen de leerdoelen nog? Wat wilt u die specifieke dag bereiken? Vragen Hebben de deelnemers nog vragen? Na de cursus Werk alle leerdoelen vanuit de flip-over uit in een overzicht, zodat u deze later nog kunt nakijken. Tips voor de trainer Licht toe dat het handig is om van tevoren te bedenken waar je naartoe wilt, maar dat je het beste flexibel kunt zijn in de manier om daar te komen; Soms kan het ook voorkomen dat iemand in de loop van de cursusdagen op nieuwe leerdoelen komt of zijn huidige persoonlijke leerdoelen verfijnt. Dat is prima; Vindt een deelnemer het lastig zijn leerdoel te formuleren? Dan kunt u de deelnemer op gang helpen door: Te vragen wat de reden is dat de deelnemer hier is, wat triggerde hem? Vraag vervolgens door op wat de deelnemer vertelt; Een voorbeeld te geven uit een eerdere cursus; Vragen of het goed is dat eerst een ander zijn leerdoel vertelt, ter inspiratie; Vragen of het goed is dat de deelnemer er nog even over nadenkt en bijvoorbeeld via de mail zijn leerdoelen bij u aanlevert en deze bij de volgende bijeenkomst in de groep bekendmaakt. Dag 1 Les 1.1 Kennismaken, samenwerken en leerdoelen 19

Les 1.2: De rol van religieuze leider Nr. Onderdeel Tijd voorbeeld Duur 1.2.1 Energizer Balloon Bop 13.30 13.45 15 min. 1.2.2 Verschillende niveaus van denken 13.45 14.45 60 min. 1.2.3 Waarden 14.45 15.30 45 min. Pauze 15.30 15.40 10 min. 1.2.4 Overtuigingen 15.40 16.30 50 min. 1.2.5 Huiswerkopdracht 16.30 16.45 15 min. 1.2.6 Evaluatie en afronding met gebed 16.45 17.00 15 min. Doelen Kennisdoelen De deelnemer kent de namen van de andere deelnemers; weet wat de logische niveaus van Bateson en Dilts zijn; weet dat waarden en overtuigingen kunnen dienen als aangrijpingspunt voor het veranderen van gedrag; weet dat je verschillende niveaus van denken kunt onderscheiden door naar de verhalen van anderen te luisteren; weet dat je vragen kunt stellen op de verschillende niveaus om de verteller te helpen om problemen te verhelderen of op te lossen; weet wat zijn eigen waarden en overtuigingen zijn als religieuze leider; achterhaalt wat zijn rol is als religieuze leider met betrekking tot seksuele gezondheid. Attitudedoelen De deelnemer heeft waarden en overtuigingen die het bespreekbaar maken van seksuele gezondheid ondersteunen; is bereid om goed te luisteren naar anderen, om hen zo te helpen bij het oplossen van problemen; ziet de noodzaak om zich bewust te zijn van zijn eigen waarden en overtuigingen; stelt zich respectvol op ten aanzien van waarden en overtuigingen van anderen. Vaardigheidsdoelen De deelnemer is in staat om anderen te helpen hun waarden en overtuigingen te verhelderen; kan problemen oplossen via de verschillende denkniveaus. Extra benodigdheden: Ballon; Vragen in powerpoint of op flip-over voor oefening 1.2.3; Werkblad Overtuigingen (zie bijlage 4). 20 GGD Amsterdam Train-de-trainer handleiding Bespreekbaar maken van seksuele gezondheid