Lekker puzzelen en lekker met taal bezig zijn. Puzzel mee! Ria van Adrichem Leonie van de Wetering. jaargang /2007. serie 8

Vergelijkbare documenten
Lekker puzzelen en lekker met taal bezig zijn. Puzzel mee! Ria van Adrichem Leonie van de Wetering. jaargang /2007. serie 2

Lekker puzzelen en lekker met taal bezig zijn. Puzzel mee! Ria van Adrichem Leonie van de Wetering. jaargang /2007. serie 9

Lekker puzzelen en lekker met taal bezig zijn. Puzzel mee! Ria van Adrichem Leonie van de Wetering. jaargang /2007. serie 5

Lekker puzzelen en lekker met taal bezig zijn. Puzzel mee! Ria van Adrichem Leonie van de Wetering. jaargang /2007. serie 10

Lekker puzzelen en lekker met taal bezig zijn. Puzzel mee! Ria van Adrichem Leonie van de Wetering. jaargang /2007. serie 4

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Lees je mee? Blaffende agent en andere bijzondere verhalen. werkbladen om methodisch en thematisch te werken aan leesbeleving

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere

Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen

Praat-plaat. eten. aad/thema/eten werkblad 1

Lees je mee? Blaffende agent en andere bijzondere verhalen. werkbladen om methodisch en thematisch te werken aan leesbeleving

apen 1 Schrijf het woord op. 2 Schrijf het woord op. Een woord met een lange klank aan het eind van een klankgroep. Net als jager.

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 5 Eten

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design

Dit is het lenteboekje van:

- je kan me wat - module 5. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 5. tekeningen -

Lees je mee? Blaffende agent en andere bijzondere verhalen. werkbladen om methodisch en thematisch te werken aan leesbeleving

extra oefenen les 2 thema 2 1 = v Schrijf het woord op. 2 Welk dier is het? Een dier met v of w. Schrijf het woord op. spelling 3a v l a g

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere

zelfstandig naamwoord

Zwijsen. jaargroep 4. naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs. rekentrainer. jij. Bezoek alle leuke dingen. Teken de weg.

Iets leuks om in de vakantie te doen!

z w aai t n ooi t extra oefenen les 2 thema 4 1 Vul het woord in. 2 Schrijf het goede woord op. Een woord met aai of ooi.

Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen

Antwoorden: zie laatste bladzijde. Woordenschat 1

Leesboekje de seizoenen

THEMA LENTE Auditieve oefeningen

Minipret.nl Lente Werkboekje Groep 5-6

2c nr. 1 zinnen met want en omdat

VOORZETSEL. A) Vul in met een voorzetsel aan in met naast onder op uit. B) De klas : vul het juiste voorzetsel in. 1. Het boek ligt de tafel.

Spreekopdrachten thema 1 Nederland

Les 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1

Blok 1 Herhalingstoets

ALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN

Moshi gaat met het vliegtuig naar Malawi

Melkweg. Wat leert je kind? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: de basisschool

Ik schrijf op wat ik hoor.

inhoud blz. 1. Eten 3 2. De maaltijd 4 3. Het bestek 5 4. Planten en dieren 6 5. Uit eten 8 6. Eten in andere landen Dat lust ik niet

instapkaarten taal verkennen

De tijd die ik nooit meer

Liggen of leggen / kennen of kunnen

Programma Nederlands Praten

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

Het verwoorden van de spellingsregel is belangrijk (bewustwording waarom je iets op een bepaalde manier schrijft).

Spreekopdrachten thema 4 Wonen

Uitgeverij Schoolsupport

Werkblad bij het gedicht Ik en jij

Thema Kinderen en school. Lesbrief 20. Op het schoolplein

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 3 Het weer

Lees je mee? Emma of Drie dagen Parijs. werkbladen om methodisch en thematisch te werken aan leesbeleving

Thema Op het werk. Les 12. De eerste werkdag

Melkweg. Lekker warm. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Gas en stroom

Opstartlessen. Les 2. Wonen. Wat leert u in deze les? Veel succes! Een gesprek voeren over wonen. Zeggen hoe u woont.

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1

Wij willen u vragen niet vooruit te gaan werken/oefenen. Er kan dan verwarring ontstaan bij het kind. Wij willen dit graag voorkomen!

Gezond thema: DE HUISARTS

Thema Op het werk. Demet TV. Lesbrief 8. De eerste werkdag

Woordsoorten. De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort.

Thema Kinderen en school.

Les 1 jas en das. Op pad. van links naar rechts

MAMA MIA! FLYNN IS AL GROOT. * 1. Flynn en zijn broers Gil en Kato Dit is Flynn. Hij is vier jaar.

Spreekopdrachten thema 2 Geld

Taalbewustzijn: Auditieve synthese (Henk Hak en Piet Plak) Klankgroepen samenvoegen tot een woord Letters samenvoegen tot een woord

Wat gaan we doen? Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch. 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen.

Van in de wei tot op je bord

WOORDEN VERANDEREN. grap. glas. kras. grijs NIEUWE WOORDEN MAKEN. sterk - kers. ster. Kies een woord uit het woordpakket. gras -

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

de lente het voorjaar de dag de nacht de wind

Grafementoets: instructie voor de leerkracht

Nieuwsbrief groep 3 december 2016

Leesboekje eten en drinken

Te huur HOOFDSTUK 4 WOORDEN. Kies het goede woord. 1 Ik woon in een flat op de vierde... a verdieping b appartement

Liam en Saar. Saar schrijft een briefje. Het is voor Liam. kom je. Saar doet het in een mandje en laat het aan een touw zakken naar zijn tuin.

OEFENSCHRIFT DEEL 3 A2-B1

Lieve juf. werkblad 1. 8 Dichter bij de taal Boom uitgevers Amsterdam,

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

DE LEESSLEUTEL. Voor meer informatie of het downloaden van deze of vele andere handige documenten

Zie zo Spelling Kopieermap Evaluatie en remediëring leerjaar 2

R O S A D E D I E F. Arco Struik. Rosa de dief Arco Struik 1

De Weier Vissedijk 35c 7602 CP Almelo

Spreekopdrachten thema 4 Wonen

Les 4. De fysiotherapeut.

Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen

Lesbrief 3. De fysiotherapeut.

w e r k b o e k a n t w o o r d e n blok Teken de versiering op de taart.

Thema Op het werk. Lesbrief 12. De eerste werkdag

Extra oefeningen voor werkwoordspelling

16. En nu vakantie! Vakantie. Waar ga jij het liefst naar toe op vakantie? Schrijf dat op. Wat doe jij het liefste in de vakantie? Schrijf dat ook op.

Het Petje Henk Kuiper. uit eigen pen deel 8 De Stiep Educatief

REGELS. Kies het goede woord. 1 Ik vind de fiets niet mooi. Ik koop... niet. a het b hem

Basisexamen inburgering in het buitenland. Auteurs: Karine Bloks-Jekel, Willemijn de Graaf, Marieta Plattèl, Rian Senden, Rosanne Vermaat

reeks 1 leesboek 1 Leesteksten bij Leesboekje 7/43-1 1

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten

Auditieve oefeningen: thema eten

kangoeroe TIP: Na hoeveel minuten is de halve les voorbij? A half twaalf B twaalf uur C tien over twaalf D half een E twintig over twaalf

Transcriptie:

Lekker puzzelen en lekker met taal bezig zijn Ria van Adrichem Leonie van de Wetering jaargang 00/00 serie 8

Vormgeving Hein Kreulen jaargang, 00/00, serie 8 00 Niets uit deze uitgave mag gekopieerd worden zonder uitdrukkelijke toestemming van de uitgever. Een uitzondering op deze regel wordt gemaakt voor de puzzelbladen: deze bladen mogen alleen gekopieerd worden voor cursisten van de locatie die heeft gekocht bij de uitgever of bij erkende distributiekanalen. Bij overtreding van deze regels werkt u mee aan het nog onaantrekkelijker maken van de afzetmarkt voor uitgevers volwasseneneducatie. Besteladres: Oranjelaan SV Rockanje T/F [08] 08 E bestel@stiep-educatief.nl I www.stiep-educatief.nl

taalvariatie H Zoek het woord dat rijmt Kies uit: bad bos buurman dol fel groot heer jaar jas kus nat veel vis was zeg zuur Weet je wat? Ik ga in. Weet je wat lekker is? Een stukje 0. Tot ziens dan maar. Tot over een. Hé, daar is Jan. Hij is mijn. Daar loopt een kat. De regen maakt haar. Lieve zus, ik geef je een. Een tas van leer voor deze. Hij is niet rood, maar wel. Er is veel mos in het. Deze das moet in de. Ze hebben veel lol, maar het is te. Pijn in je keel? Ja, erg. 8 De koffie is duur en die appel is. Ze is heel snel, maar niet zo. 9 Ik ben in mijn sas met mijn oude 8. 0 Ga je al weg? Dat is jammer 9. Wat lees je tussen de pijlen?

woordvorming H Letter-piramide Vul de puzzel in. Met een letter erbij maak je een nieuw woord. klinker moeder houdt water tegen korf deel van het jaar

woordvorming H Drie plus vier Vul in: Links een woord van drie letters. Rechts een woord van vier letters. Er komt één letter bij de drie letters die je al hebt. Schrijf de letter die erbij gekomen is in de laatste rij. links drie letters. ik raad, ik. lage mannenstem. dier dat melk geeft. het getal in letters. een kledingstuk. niet dichtbij. een moment rechts vier letters. hierin zit je gebroken arm. je chef. iets lekkers. waar ga je. echt waar. getal. een paar Voorbeeld: t a k t a a k a De extra letters vormen een ander woord voor opbergplaats.

woordbeeld HH Wie dekt de tafel? Dek de tafel met deze woorden: Zet ze op de goede plaats in de woordslang. Tip: begin met het langste woord. kom mok mes bord glas vork beker kleed kopje lepel bestek schaal servies schoteltje

woordenschat HH Familie Van wie ben jij er een?. de vrouw van mijn broer. de zus van mijn moeder. de man van mijn oma. de broer van mijn moeder. de jongen in ons gezin is mijn. mannelijk kind. ik ben het kind van mijn 8. de moeder van mijn vader 8 Tussen de pijlen lees je een woord. Mijn familie heeft een

spelling HH Wat doen we vandaag? Kies de juiste vorm van het werkwoord en vul in. (geven) (schijnen) (regenen) (willen) (bellen) (stellen) (lijken) (drinken) (trekken) (halen) Gisteren ze mooi weer op. Maar de zon niet. Het zelfs. Ik in de tuin werken. Toen mijn zus. Ze voor even langs komen. Dat mij een goed idee. We 8 samen een kopje koffie. Half. Ik 9 snel mijn jas aan. En ik 0 mijn zoon nog net op tijd. Morgen weer een dag. 8 9 0 ij De werkwoorden staan in de

woordenschat HHH Ruim die gereedschapskist op!. gaza. rome. merip. stuidkom. rijkpes. buto. chorfes 8. pangtijn 9. leuslet 0. rahem. robo & 8 9 0 Heb je al het gereedschap gevonden? Dan lees je twee woorden tussen de pijlen. &

woordbeeld HHH Moeilijke woorden in de krant drugs termijn patiënten cocaïne flats afval dealers cholera politie tip: streep de woorden die je al gevonden hebt door p a t i ë n t c o c a ï n e c f l a t s n t d a i d e a l e r l t e r m ij n u v i e r w a r g i e n g j u n s c h o l e r a e e e r s e m k s n a f v a l i Goed gedaan? Zet alle letters die overblijven achter elkaar. Dan lees je nog drie woorden. De eerste letters zijn al ingevuld. c v j 8

zinsbouw HHH Ja hoor, de lente is begonnen Zet de woorden in de goede volgorde 8 je de Hoor vogels fluiten? al Het lekker wordt zonnetje warm. echt is nu winter De voorbij. zijn sneeuwklokjes eerste De weg. bloeien Nu de narcissen volop. gras te begint Het groeien. tulpen En de komen de boven grond. warmte zon De de zorgt voor in middag. 9 0 iedereen In het volkstuin aan is de werk. schoffelen De en mensen spitten. sla en zaaien Ze spinazie. planten kun Overal je kopen. in komt Alles bloei. leven nieuwe Het begint. dat is Heerlijk toch. 8 9 0 Vul hier een letter in van de woorden in de grijze vakken: = de eerste letter; = de tweede letter; = de derde letter, enzovoort 9

spelling HHH eu ie oe ou ui In de puzzel komen allemaal woorden die je schrijft met eu, ie, oe, ou of ui. van links naar rechts. kreuk. woning. kant van een rivier. pijp. echt 8. niet fout 9. kwijt 0. woord om iets aan te wijzen, ik wil. een klas. ijverig diertje. een kamer heeft vier. een draad om iets vast te maken. trots 8. munt van vijf cent. schreeuwen van boven naar beneden. vuil. draag je op je hoofd. eerder. sterke. bot boven je been 8. dag zeggen 9. niet gezond 0. beest. vermoeid. niet daar. dier in een schelp. wilde 9. hoog water 0. spreuk 8 9 0 8 9 0 80