- je kan me wat - module 4. docere delectare movere

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "- je kan me wat - module 4. docere delectare movere"

Transcriptie

1 - je kan me wat - module 4 docere delectare movere je kan me wat ROCvA - educatie nt2taalmenu.nl - ROCvAmodule 4

2 je kan me wat nt2taalmenu.nl module 4 1

3

4

5

6 bah

7 LUISTER GOED en KIES HET GOEDE PLAATJE SCHRIJF DE GOEDE LETTER OP HET ANTWOORD-BLAD 1 a b c d 2 a b c d 3 a b c d 4 a b c d 6

8 5 a c d 6 a b c d 7 a b c d 8 a b c d 9 a b c d je kan me wat ROCvA nt2taalmenu.nl - educatie - ROCvA module 4 7

9 a] Het jongetje vindt de hond lekker. b] Het jongetje vindt de hond lief. c] Het jongetje vindt de hond vies. 1 a] De bananen staan op tafel. b] De bananen liggen op tafel. c] De banaan ligt op tafel. 2 a] Dit is vies. b] Dit is lekker. c] Dit is schoon. 3 a] Dit zijn een mes en een vork. b] Dit zijn een mes en een lepel. c] Dit zijn een lepel en een vork. 4 a] De vrouw maakt een ijsje. b] De vrouw doet een ijsje. c] De vrouw wil een ijsje. 5 je kan me wat ROCvA nt2taalmenu.nl - educatie - ROCvA module 4 8

10 a] Dit is een postzegel. b] Dit is een munt. c] Dit is een biljet. 6 a] De vrouw zegt: Eet smakelijk! b] De vrouw zegt: Niet doen! c] De vrouw zegt: Doe open! 7 a] Dit zijn 2 grote honden. b] Dit zijn 2 kleine honden. c] Dit zijn 2 lieve honden. 8 a] Dit is geen appel. b] Dit is geen kroket. c] Dit is een kroket. 9 a] De jongen vindt boeken lezen leuk. b] De jongen vindt boeken lezen vies. c] De jongen vindt boeken lezen lief. 10 9

11 a] Op de tafel ligt een banaan. b] Op de tafel liggen twee bananen. c] Op de tafel liggen twee appels. 11 a] De vrouw eet een vis. Zij vindt vis vies. b] De vrouw eet vlees. Zij vindt vlees lekker. c] De vrouw eet een vis. Zij vindt vis lekker. 12 a] De jongen koopt een hond. b] De jongen vindt een hond. c] De jongen is een hond. 13 a] De man heeft water. b] De man heeft dorst. c] De man heeft honger. 14 a] Het haar van de vrouw is donker. b] Het haar van de vrouw is licht. c] Het haar van de vrouw is klein

12 1 Dit is een restaurant. 2 Twee vrouwen zitten in het restaurant. Ze praten Een vrouw roept: Ober! 4 De ober loopt naar de tafel van de twee vrouwen De ene vrouw zegt: Ik wil graag koffie en een broodje kaas. 6 De andere vrouw zegt: Ik wil graag patat, een kroket en cola De ober brengt de koffie, het broodje kaas, de patat, de kroket en de cola. 8 De ober vraagt: Wilt u nog iets? De vrouw zegt: Nee, dank u! Op het broodje kaas zit een haar van de ober. 10 De vrouw roept: Bah!

13 KIJK NAAR HET PLAATJE en KIES HET GOEDE WOORD [a] wil 1 Het meisje [b] brengt het paard lief. [c] vindt [a] honger 2 Honden zijn [b] vies. Honden poepen [c] lekker op straat. [a] honger 3 De vrouw heeft [b] dorst. Zij eet brood. [c] eet [a] staat 4 De koffie [b] staan op tafel. [c] zit [a] zit 5 De banaan [b] staat op de tafel. [c] ligt [a] mes 6 Dit zijn een [b] vork en een lepel. [c] messen [a] vindt 7 De vrouw [b] heeft : Mag ik een koffie? [c] vraagt [a] brengt 8 De ober [b] loopt naar de koffie. [c] maakt je kan me wat ROCvA nt2taalmenu.nl - educatie - ROCvA module 4 12

14 LEES EN BEGRIJP Het kind kijkt naar de tv. De kinderen kijken naar de tv. Het varken De 2 varkens eet. eten. De kat De 2 katten rent. rennen. SCHRIJF DE WOORDEN 1 [1 kind drinkt] De twee kinderen [1 vrouw leest] De twee vrouwen... 3 [De pen ligt] De pen en het potlood [De jongen praat] De twee jongens... 5 [Het kind zit] De twee kinderen [De vrouw doet de appels in de doos.] De man en de vrouw... de appels in de dozen. 13

15 KIES en SCHRIJF OP: Dat vind ik erg lekker. Dat vind ik vies. Vind jij taart vies of lekker?... Vind jij kaas vies of lekker?... Vind jij hondenpoep vies of lekker?... Vind jij koffie vies of lekker?... Vind jij kip vies of lekker?... Vind jij wijn vies of lekker?... 14

16 ZOEK WOORDEN BIJ ELKAAR KIJKEN WAT HET WORDT 1 vlees [..] open! 2 Eet [..] drinken 3 een bord [..] smakelijk! 4 melk [..] eten 5 Doe [..] staat 6 honger [..] vies 7 Zo [..] water 8 dorst [..] nog iets? 9 hondenpoep [..] klaar! 10 Anders [..] brood WAT KAN NIET? [a] het bord 1 De lepel ligt op [b] de deur. [c] de tafel [a] plassen 2 Honden [b] poepen op straat. [c] roken [a] vinden 3 In het restaurant [b] zitten een man en een vrouw. [c] eten [a] een pakje 4 De man drinkt [b] een flesje bier. [c] een glas KIJKEN WAT HET WORDT [a] trek 5 De vrouw heeft [b] dorst. Ze eet een banaan. [c] honger [a] vies 6 De jongen vindt de appel [b] lekker. [c] lief 15

17 LUISTER EN LEES BAH!!! 1 Een vrouw zit in een restaurant. De man van de vrouw zit ook in het restaurant. De man roept: Ober! De ober loopt naar de tafel van de man en de vrouw. 5 De man vraagt: Ober, mag ik de menukaart, alstublieft? De ober brengt de menukaart. De man wil een broodje kaas en een koffie. De vrouw wil patat, een kroket en een glas cola. De man zegt: Mag ik een broodje kaas en een kopje koffie? 10 De ober vraagt: Met melk en suiker? De man antwoordt: Met melk graag, maar zonder suiker. De vrouw zegt: Mag ik patat, een kroket, en een glas cola? De ober brengt het broodje kaas, de patat, de kroket, de koffie en de cola. Op het broodje kaas zit een haar. 15 De man roept: Bah! 16

18 LEES DE TEKST VAN PAGINA 6 DE TEKST VAN PAGINA 6 EN BESLIS: waar waar of niet waar 1 De vrouw van de man roept de ober. 2 De man vraagt de menukaart. 3 De vrouw wil patat en de man wil ook patat. 4 De man drinkt koffie met suiker en met melk. 5 De vrouw wil patat, een kroket, en een kopje cola. 6 De ober brengt het eten. De vrouw zegt: Alstublieft! 7 De ober brengt het eten. Hij zegt: Alstublieft! 8 Het broodje kaas is lekker. waar of niet waar waar of niet waar waar of niet waar waar of niet waar waar of niet waar waar of niet waar waar of niet waar waar of niet waar LUISTER NAAR DE DOCENT EN KIES DE GOEDE KLANK EU - OO OU - OO AA - EI 1 eu - oo 1 ou - oo 1 aa - ei 2 eu - oo 2 ou - oo 2 aa - ei 3 eu - oo 3 ou - oo 3 aa - ei 4 eu - oo 4 ou - oo 4 aa - ei 5 eu - oo 5 ou - oo 5 aa - ei 6 eu - oo 6 ou - oo 6 aa - ei 17

19 VUL DE WOORDEN IN BAH!!! Een vrouw zit een restaurant. De man de vrouw zit ook in het restaurant. De man : Ober! De ober loopt de tafel van de man en de vrouw. De man vraagt: Ober, ik de menukaart, alstublieft? 1 roept 2 in 3 mag 4 naar 5 van De ober de menukaart. De man wil een kaas en een koffie. De vrouw wil patat, een kroket, en een cola. De man zegt: Mag ik een broodje kaas en een koffie? De ober vraagt: melk en suiker? 6 glas 7 kopje 8 broodje 9 met 10 brengt De man antwoordt: Met melk graag, maar suiker. De vrouw zegt: Mag patat, een kroket en een glas cola? De brengt het broodje kaas, de patat, de kroket, de koffie en de cola. Op het broodje kaas een haar. De man roept:! 11 zit 12 zonder 13 bah 14 ik 15 ober 18

20 ZOEK DE TEGENSTELLING huilen lachen 1 vies [..] verkeerd 2 de verkoper [..] dorst 3 zit [..] lekker 4 honger [..] de klant 5 juist [..] staat 6 in [..] buiten 7 binnen [..] zonder 8 smakelijk [..] beginnen 9 met [..] uit 10 klaar! [..] bah! VUL DE WOORDEN IN staan - brengt - met - zit - loopt - zonder - kleine - poepen - zitten - mag 1 Een vrouw in een restaurant. 2 De ober naar de tafel van de vrouw. 3 De vrouw zegt: ik een kopje koffie, alstublieft! 4 De ober het kopje koffie en zegt: Alstublieft, mevrouw!. 5 Een man en een vrouw in een restaurant. 6 De vrouw drinkt koffie suiker. Ze vindt suiker vies. 7 De man drinkt koffie suiker. Hij vindt suiker lekker. 8 Honden op straat. Dat is erg vies! 9 De koffie en de thee op tafel. 10 Een lepeltje is een lepel. 19

21 VUL DE TIJDEN IN voorbeelden Het is 10 voor 1. 2 Het is 5 voor Het is 5 over 1. 2 Het is 10 over Het is... 2 Het is Het is... 2 Het is Het is... 2 Het is Het is... 2 Het is... 20

22 ZOEK BIJ ELKAAR 1 De ober zegt: [..] Anders nog iets, mevrouw? 2 De man roept: [..] Mama, mag ik chips? 3 De groenteboer vraagt: [..] Ober! Ober! 4 Het meisje heeft dorst. Ze vraagt: [..] Eet smakelijk, mevrouw! 5 De jongen heeft honger. Hij vraagt: [..] Mama, mag ik een glas melk? 6 Je bent in een restaurant. Je vraagt: [..] Ik heb geen pen. Mag ik je pen? 7 Je bent bij de slager. Je vraagt: [..] Mag ik 10 sinaasappels? 8 Je bent op school. Je vraagt: [..] Mag ik de menukaart? 9 Je bent bij de bakker. Je vraagt: [..] Mag ik 1 kilo half-om-half gehakt? 10 Je bent bij de groenteboer. Je vraagt: [..] Mag ik een heel wit? WAT HOORT ER NIET BIJ voorbeeld: de patat - de koffie - de appel - de kroket - de kaas - het ei de koffie [koffie is drinken, geen eten!!] 1 bah! - dat is vies! - lekker zeg! - gadver... - wat smerig! 2 de man roept - de man loopt - de man praat - de man zegt - de man vraagt 3 hondenpoep - de chocola - het ijsje - de cola - de patat - het broodje kaas 4 de ober - de menukaart - het restaurant - de hond - het eten 5 de groenteman - de slager - de klant - de bakker - de visboer 6 Alstublieft - Bah - Dank u wel - Prima - Mag ik... - Goeiedag 7 de pen - het mes - het boek - het kopje - de krant - de tube tandpasta 8 het meisje - het kopje - het kindje - de man - de vrouw - de jongen 9 het vlees - de kaas - de hond - het brood - de appel - het broodje kroket 10 een glas - een kopje - een tube - een stuk - een flesje - een pak - een blikje 21

23 VUL IN: glas - kopje - bord - stuk - broodje 1 Ober, mag ik een koffie? 2 Ober, mag ik een water? 3 Ober, mag ik een kaas? 4 Ober, mag ik een thee? 5 Ober, mag ik een taart? 6 Ober, mag ik een cola? 7 Ober, mag ik een tomatensoep? 8 Ober, mag ik een bier? 9 Ober, mag ik een kroket? 10 Ober, mag ik een wijn? WELKE COMBINATIE KAN WEL en WELKE KAN NIET? 1 Een kopje taart 6 Een bord patat 2 Een flesje cola 7 Een glas tomatensoep 3 Een pak tandpasta 8 Een pak melk 4 Een stuk kaas 9 Een broodje kroket 5 Een blikje bier 10 Een tube lijm 11 Patat met mayonaise 16 Een haarborstel 12 Koffie zonder suiker 17 Een kilo wijn 13 Eet vies! 18 Een fles melk 14 Een chocoladeijsje 19 Een telefoon-boek 15 Een bos bloemen 20 Een kilo rundergehakt 22

24 SCHRIJF OP: Ik vind... lekker. of: Ik vind... vies. Ik vind... Ik vind... Ik vind... Ik vind... Ik vind... Ik vind... 23

25 BESLIS: IS DE ZIN GOED of FOUT 1 De tafel loopt naar de ober van de vrouw. 2 In een restaurant zitten een man en een vrouw. 3 Het eten eet de hond. 4 De ober brengt de koffie. 5 De vrouw heeft honger. De vis eet de vrouw. 6 De man heeft dorst. Hij drinkt een glas water. 7 De bakker doet de doos in de taart. 8 De jongen tandpasta op de tandenborstel doet. 9 De moeder van de jongen doet de lamp in de slaapkamer uit. 10 De koffie en de tafel staan op de thee. VUL EEN PERSOON IN voorbeeld Zij zegt: Mama, mag ik een appel?... het meisje 1 Hij zegt: Mama, mag ik een ijsje?... 2 Zij zegt: Ga je tanden poetsen!... 3 Hij doet de taart in de doos Hij brengt de koffie en het eten Hij geeft zijn kind een nachtzoen Hij zegt: Geef al het geld of ik schiet!... 7 Zij geeft de baby een kus Zij zegt: Ik wil graag een broodje kaas

26 VUL EEN GOED WOORD IN zoek en kijk op de andere 's 1 Een vrouw zit in een.... Ze roept: Ober!. 2 De ober loopt naar de... van de vrouw. 3 Ze vraagt: Mag ik de... alstublieft? 4 De vrouw wil een... koffie. 5 En ze wil ook een... kaas. 6 Een man drinkt een... water. Hij heeft dorst. 7 Dit zijn een vork, een... en een lepel. 1 De vrouw... een kopje koffie. 2 De twee vrouwen... een kopje koffie. 3 De man... 3 broodjes. Hij heeft honger. 4 De vrouw eet patat. Ze... patat erg lekker. 5 De jongen... : Bah! 6 De lepel... op het bord. 7 De ober... de koffie en de broodjes. 1 De ober loopt... de tafel van de vrouw. 2 Het kopje staat... tafel. 3 De vork en het mes liggen... het bord. 4 De jongen vindt het ijsje Het kind vindt de citroen De man eet veel. Hij heeft De vrouw drinkt. Ze heeft

27 VUL DE WOORDEN IN zonder - in - van - glas - brengt - kopje - ober - roept - naar - broodje - met - mag - zit - bah - ik BAH!!! Een vrouw zit een restaurant. De man de vrouw zit ook in het restaurant. De man : Ober! De ober loopt de tafel van de man en de vrouw. De man vraagt: Ober, ik de menukaart, alstublieft? De ober de menukaart. De man wil een kaas en een koffie. De vrouw wil patat, een kroket, en een cola. De man zegt: Mag ik een broodje kaas en een koffie? De ober vraagt: melk en suiker? De man antwoordt: Met melk graag, maar suiker. De vrouw zegt: Mag patat, een kroket en een glas cola? De brengt het broodje kaas, de patat, de kroket, de koffie en de cola. Op het broodje kaas een haar. De man roept:! 4 je kan me wat ROCvA nt2taalmenu.nl - educatie - ROCvA 4 module 4 26

28 TEKEN DE JUISTE TIJD je kan me wat nt2taalmenu.nl ROCvA - educatie - module 4 ROCvA 27

29 ZOEK DE JUISTE KLOK BIJ DE JUISTE TIJD 28

30 HELEMAAL VERKEERD LEES EN DOE LEKKER of VIES? De docent laat [een foto van] eten of drinken zien De docent vraagt: Vind je het lekker of vies? Het antwoord is: * Ja hoor, ik vind... erg lekker. * Nee, ik vind... erg vies. SCHRIJF 5 DINGEN OP DIE JE LEKKER VINDT EN 5 DIE JE VIES VINDT LEKKER *... VIES *... *... *... *... *... *... *... *... *... 29

31 VUL DE WOORDEN AAN BAH! Een vrouw zit i De man v een restaurant. de vrouw zit ook in het restaurant De man roept : O! De ober loopt n De man vraagt: Ober, m de tafel van de man en de vrouw. ik de menukaart, alstublieft? De ober b De man wil een b de menukaart. kaas en een koffie. De vrouw wil patat, een kroket, en een g cola. De man zegt: Mag ik een broodje kaas en een k koffie? De ober vraagt: M melk en suiker? De man antwoordt: Met melk graag, maar z suiker. De vrouw zegt: Mag i patat, een kroket en een glas cola? De o brengt het broodje kaas, de patat, de kroket, de koffie en de cola. Op het broodje kaas z De man r een haar. : Bah! 30

32 1 Dit is een kindje. 2 Dit is de mond van het kindje. 3 Dit is een meisje. 4 Dit is de mond van het meisje. 5 Dit is een vrouw. 6 Dit is de mond van de vrouw. 7 Dit is een ijssalon. Hier verkoopt men ijs. 8 Een meisje komt binnen. De vrouw van de ijssalon vraagt: Wat wil je hebben? 9 Het meisje zegt: Ik wil graag een chocolade ijsje! 10 De vrouw maakt een ijsje. 1 Het meisje eet het ijsje. 2 De mond van het meisje is vies. 3 Het meisje maakt de mond schoon. 4 Zo, klaar. De mond van het meisje is schoon. 5 Dit is een banaan. 6 Dit is een appel. 7 De jongen vindt het ijsje lekker. 8 De jongen vindt de appel lekker. 9 De jongen vindt de banaan lekker. 10 De jongen vindt de wortel niet lekker. Hij vindt de wortel vies! 1 Dit is een tafel. 2 De banaan. 3 De banaan ligt op de tafel. 4 De man eet de banaan. Hij vindt de banaan lekker. 5 De vrouw eet ook een banaan. Zij vindt de banaan lekker. 6 De appel. 7 De appel ligt op de tafel. 8 De man eet de appel. Hij vindt de appel lekker. 9 De vrouw eet brood. Zij heeft honger. 10 De vrouw eet vis. Zij vindt de vis lekker. 1 De vrouw eet vlees. Zij vindt het vlees lekker. 2 Dit is water. 3 Dit is een glas. 4 Het glas staat op de tafel. 5 Water. 6 Een glas water. 7 De vrouw drinkt water. Zij heeft dorst. 8 De man drinkt water. Hij heeft dorst. 9 Koffie. 10 De koffie staat op de tafel. 1 Thee. 2 De koffie en de thee staan op de tafel. 3 Het kopje. 4 Het kopje koffie staat op tafel. 5 De kopjes staan op tafel. 6 De man drinkt koffie. Hij vindt koffie lekker. 7 De man drinkt een glas water. Hij heeft dorst. 8 Dit is een lepel. 9 Dit zijn 2 lepels. 10 Dit is een mes. plaatjes 1 plaatjes 2 plaatjes 3 je kan me wat nt2taalmenu.nl module 4 31

33 1 Dit zijn twee messen. 2 Dit zijn een lepel en een mes. 3 Dit is een vork. 4 Dit zijn twee vorken. 5 Dit zijn een vork, een mes, en een lepel. 6 Het meisje vindt het paard lief. 7 De kinderen vinden het hondje lief. 8 Dit zijn honden. 9 Deze hond is groot. 10 Deze hond is klein. 1 Deze hondjes zijn klein. 2 Het jongetje zegt: Kijk, Dat is een grote hond! 3 Het meisje vindt het kleine hondje lief. 4 De hond eet het eten van de man. 5 Honden zijn vies. Honden poepen op straat! 6 Honden zijn vies. Honden plassen op straat! 7 Twee lepels. 8 Een grote lepel en een kleine lepel. 9 Twee vorken. 10 Een grote vork en een kleine vork. 1 Een kopje en een lepeltje. 2 Een soepkom en een lepel. 3 Het kopje staat op de tafel. 4 De koffie staat op de tafel. 5 De koffie en de thee staan op de tafel. 6 De soepkom staat op de tafel. 7 De vork ligt op de tafel. 8 Dit is een bord. 9 Dit zijn twee borden. 10 De lepel ligt op het bord. 1 Dit is een restaurant. 2 Dit is de ober. 3 In het restaurant ziten twee vrouwen. Ze praten. 4 De vrouw roept de ober: Ober! 5 De ober loopt naar de tafel van de twee vrouwen. 6 Een van de vrouwen zegt: Ik wil graag de menukaart! 7 De vrouw zegt: Ik wil graag een broodje kaas en een kopje koffie! 8 Een broodje kaas. 9 Koffie. 10 De andere vrouw zegt: Ik wil graag een kroket, patat, en een cola! 1 De kroket. 2 De patat. 3 Een glas cola. 4 De ober brengt de koffie. Hij brengt het eten. 5 De ober zegt: Eet smakelijk! 6 Dit is het haar van de ober. 7 Dit is een haar. 8 Dit is een broodje kaas. 9 Op het broodje kaas zit een haar. 10 De vrouw roept: Bahh! Een vieze haar! plaatjes 3 plaatjes 4 plaatjes 5 je kan me wat nt2taalmenu.nl module 4 32

34 sleutel bij module 4 Pagina 6-7 1=a Dit is patat. 2=c Deze hondjes zijn klein. 3=b De jongen vindt het ijsje lekker. 4=d De vrouw heeft honger. Ze eet een snee brood. 5=c Dit zijn een mes en een vork. 6=b Ze zegt: "Ik wil graag een broodje kroket." 7=d Dit is één vijftig. 8=c De bananen liggen op de tafel. 9=a Ze zegt: "Bah, wat vies!" =b / 2=b / 3=a / 4=b / 5=a 6=c / 7=b / 8=c / 9=c / 10=a 11=a / 12=c / 13=a / 14=c / 15=a 12 1=c / 2=b / 3=a / 4=a / 5=c / 6=a / 7=c / 8=a 15 zoek bij elkaar => // wat kan niet => 1=b / 2=c / 3=a / 4=a / 5=b / 6=c 17 waar - niet waar => 1 niet waar 5 niet waar 2 waar 6 niet waar 3 niet waar 7 waar 4 niet waar 8 niet waar Klanken eu - oo ou - oo aa - ei 1. eu (breuk) 1. ou (goud) 1. ei (leiden) 2. oo (snoot) 2. oo (vloot) 2. aa (braak) 3. eu (kleuter) 3. oo (boot) 3. ei (geit) 4. eu (deuk) 4. ou (touw) 4. aa (spaart) 5. oo (spook) 5. oo (kroost) 5. ei (bereid) 6. oo (bloot) 6. ou (zout) 6. aa (gebaar) 18 vul de woorden in => // // de tegenstelling => // vul in => 1 zit / 2 loopt / 3 mag / 4 brengt / 5 zitten 6 zonder / 7 met / 8 poepen / 9 staan / 10 kleine 20 tijd => tien voor zeven / tien over zeven, etc 21 zoek bij elkaar => // wat hoort er niet bij 1 lekker zeg / 2 loopt [mond] / 3 hondenpoep [vies] / 4 de hond [niet in restaurant] 5 de klant [koopt-verkoopt] / 6 bah [eten] / 7 kopje [ligt-staat] 8 kopje [mensen] / 9 de hond [niet eten] / 10 een stuk [zit in...] 22 1 kopje / 2 glas / 3 stuk / 4 kopje / 5 stuk / 6 glas / 7 bord / 8 glas / 9 broodje / 10 glas 1 kan niet 6 kan wel 11 kan wel 16 kan wel 2 kan wel 7 kan niet 12 kan wel 17 kan niet 3 kan niet 8 kan wel 13 kan niet 18 kan wel 4 kan wel 9 kan wel 14 kan wel 19 kan wel 5 kan wel 10 kan wel 15 kan wel 20 kan wel 24 beslis: goed of fout => 1 fout 6 goed 2 goed 7 fout 3 fout 8 fout 4 goed 9 goed 5 fout 10 fout vul een persoon in => je kan me wat nt2taalmenu.nl module 4 1 het kind, het jongetje 2 de moeder, mama 3 de bakker 4 de ober 5 de vader, papa 6 de dief 7 de moeder, de mama, de oma 8 de vrouw 33

35 de woorden les 4 begrijpen en blijven herhalen de banaan het bord brengen de chocolade het gehakt de groente-man een heel [wit brood] helemaal honger [hebben] het ijs de kat de kip klaar de klant klein het kopje lekker de lepel lief de lijm maken het mes de ober de patat praten het restaurant schieten schoon [-maken] de sigaret de sinaasappel de slager de soep[-kom] staan de straat de suiker de thee vies de vork het water de wijn het wit [brood] de wortel zonder je kan me wat nt2taalmenu.nl module 4 begrijpen de chips de kroket de mayonaise de menukaart plassen poepen het runder gehakt de salon het varken 34

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere - je kan me wat - module 4 docere delectare movere je kan me wat ROCvA - educatie nt2taalmenu.nl - ROCvAmodule 4 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan me wat nt2taalmenu.nl module 4 1 1 2 3

Nadere informatie

- je kan me wat - module 5. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 5. tekeningen -

- je kan me wat - module 5. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 5. tekeningen - - je kan me wat - module 5 docere delectare movere tekeningen - 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan O p e me n wat S c h o o l nt2taalmenu.nl A m s t e r d module a m Z u 5i d - O o s t 1

Nadere informatie

- je kan me wat - module 3. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 3. tekeningen -

- je kan me wat - module 3. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 3. tekeningen - - je kan me wat - module 3 docere delectare movere tekeningen - 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan me wat ROCvA nt2taalmenu.nl - educatie - ROCvA module 3 1 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5

Nadere informatie

- je kan me wat - module 2. docere delectare movere. tekeningen -

- je kan me wat - module 2. docere delectare movere. tekeningen - - je kan me wat - module 2 docere delectare movere je O kan ROC p e me n van S wat Amsterdam c h o o l - A nt2taalmenu.nl educatie m s t e r - d ROC a m van module Z Amsterdam u i d - O 2 o s t tekeningen

Nadere informatie

- je kan me wat - module 2. docere delectare movere. tekeningen -

- je kan me wat - module 2. docere delectare movere. tekeningen - - je kan me wat - module 2 docere delectare movere je O kan ROC p e me n van S wat Amsterdam c h o o l - A nt2taalmenu.nl educatie m s t e r - d ROC a m van module Z Amsterdam u i d - O 2 o s t tekeningen

Nadere informatie

- je kan me wat - module 1. docere delectare movere. tekeningen -

- je kan me wat - module 1. docere delectare movere. tekeningen - - je kan me wat - module 1 docere delectare movere je O kan ROC p e me n van S wat Amsterdam c h o o l l - A nt2taalmenu.nl educatie m s t e r - d ROC a m van module Z Amsterdam u i i d - O 1 o s t tekeningen

Nadere informatie

Leesboekje eten en drinken

Leesboekje eten en drinken Leesboekje eten en drinken Leesboekje Eten en Drinken Pagina 1 Dit is de groente Dit is het fruit. Dit is de sinaasappel. Dit is de banaan. Dit is de tomaat. Dit is de appel. Dit zijn de druiven. Dit is

Nadere informatie

de andijvie A is een soort groente met grote groene bladeren.

de andijvie A is een soort groente met grote groene bladeren. Woordenlijst bij hoofdstuk 6 de aardappel Wat eten we vanavond, rijst of a? alcoholvrij zonder alcohol Graag een a bier. Ik moet nog auto rijden. de andijvie A is een soort groente met grote groene bladeren.

Nadere informatie

STEENSOEP OMA VERTELT EEN VERHAAL

STEENSOEP OMA VERTELT EEN VERHAAL Hotel Hallo - Thema 6 Hallo opdrachten STEENSOEP 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer om en leg

Nadere informatie

Melkweg. Wat eet u? Lezen Alfa A. Gezond eten

Melkweg. Wat eet u? Lezen Alfa A. Gezond eten Melkweg Lezen Alfa A Wat eet u? Gezond eten Colofon Melkweg Lezen Alfa A, Wat eet u?, 2015 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Dit katern is een uitgave van Stichting Melkweg +.

Nadere informatie

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden

Nadere informatie

Wat eten we vanavond?

Wat eten we vanavond? 35 35 HOOFDSTUK 3 Wat eten we vanavond? WOORDEN 1 Kies uit: jam school slager boodschappen vegetariër 1 Dorien eet geen vlees. Ze is. 2 Moniek houdt van zoet. Ze eet graag op brood. 3 Johan, ik ga naar

Nadere informatie

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 5 Eten

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 5 Eten Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 5 Eten 1 Woorden 1 het bord 2 het brood 3 het glas 4 de koffie 5 de lepel 6 het mes 7 de patat 8 de rijst 9 de suiker 1 10 de taart 11 de thee 12 de vis 13 het vlees

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen

Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen Opdracht 1 bij 2.1 ** Cursist A: vertel wat je eet of drinkt. Vraag wat cursist B eet of drinkt. Cursist B: geef antwoord. Voorbeeld Cursist A: Ik eet een tomaat.

Nadere informatie

de appel het fruit de peer de sinaasappel de banaan

de appel het fruit de peer de sinaasappel de banaan Werkbladen bij thema eten en drinken: dag 1 Naam:................. 1. Lezen en overschrijven: de appel het fruit de peer de sinaasappel. de banaan LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 4 Pagina 1 2.

Nadere informatie

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 4 De familie

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 4 De familie Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 4 De familie 1 Woorden 1 de baby 2 de broer 3 de familie 4 de fles 5 de luier 6 de melk 7 de moeder 8 de oma 9 de opa 1 10 de vader 11 de zus 12 de hond 2 Schrijf de

Nadere informatie

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1 12/11/14 1 LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1 1. (lezen) Ik.... een lange tekst. 2 Hij.... een moeilijk boek. 3. Zij.... een gemakkelijk tekstje. 4..... jullie veel? Ja, wij.... graag kinderboeken.

Nadere informatie

- je kan me wat - module 6. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 6. tekeningen -

- je kan me wat - module 6. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 6. tekeningen - - je kan me wat - module docere delectare movere je kan me wat nt2taalmenu.nl module tekeningen - 1 2 3 4 5 7 8 9 10 1 2 3 4 5 7 8 9 10 je kan me wat nt2taalmenu.nl module 1 1 2 3 4 5 7 8 9 10 1 2 3 4

Nadere informatie

Les 4. Eten en drinken, boodschappen doen

Les 4. Eten en drinken, boodschappen doen www.edusom.nl Opstartlessen Les 4. Eten en drinken, boodschappen doen Wat leert u in deze les? Wat u kunt zeggen als u iets lekker vindt of ergens van houdt. Praten over eten en drinken. Praten over boodschappen

Nadere informatie

- je kan me wat - module 9. docere delectare movere. tekeningen -

- je kan me wat - module 9. docere delectare movere. tekeningen - - je kan me wat - module 9 docere delectare movere je kan ROC me van Amsterdam wat educatie nt2taalmenu.nl ROC van module Amsterdam 9 tekeningen - 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan ROC me

Nadere informatie

TASKFORCE VLUCHTELINGEN

TASKFORCE VLUCHTELINGEN TASKFORCE VLUCHTELINGEN Provincie West-Vlaanderen LESPAKKETTEN 1 4 Boodschappen doen Je leert tellen tot 1000. Je leert euromunten en eurobiljetten kennen. Je leert vragen naar de prijs. Je leert de namen

Nadere informatie

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 11 In de winkel

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 11 In de winkel Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 11 In de winkel 1 Woorden 1 de appel 2 de banaan 3 het blikje 4 de boodschappen 5 de chocolade 6 de drop 7 het plakje kaas 8 de kassa 9 het nummer 1 10 het pak 11 de

Nadere informatie

Melkweg. Wat leert je kind? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: de basisschool

Melkweg. Wat leert je kind? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: de basisschool Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Wat leert je kind? Taal en ouders: de basisschool Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Wat leert je kind?, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn

Nadere informatie

Melkweg. Hier is de bon. Lezen Alfa A. Naar de winkel

Melkweg. Hier is de bon. Lezen Alfa A. Naar de winkel Melkweg Lezen Alfa A Hier is de bon Naar de winkel Colofon Melkweg Lezen Alfa A, Hier is de bon, 205 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Dit katern is een uitgave van Stichting

Nadere informatie

Wat aten mensen vroeger?

Wat aten mensen vroeger? Op onderzoek in Ledeberg... Wat aten mensen vroeger? We trokken op onderzoek uit met onze klas. Dank je wel aan alle lieve mensen van Ledeberg die ons zo gastvrij ontvangen hebben en ons zo veel verteld

Nadere informatie

Praat-plaat. eten. aad/thema/eten werkblad 1

Praat-plaat. eten. aad/thema/eten werkblad 1 Thema eten Praat-plaat eten aad/thema/eten werkblad 1 Strip eten aad/thema/eten werkblad 2 aad/thema/eten werkblad 3 a aad/thema/eten werkblad 3 b Knipblad aad/thema/eten werkblad 4 Stripverhaal eten aad

Nadere informatie

Melkweg. Lekker en gezond. Lezen van Alfa B naar Alfa C. Gezondheid: Gezond eten. Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann

Melkweg. Lekker en gezond. Lezen van Alfa B naar Alfa C. Gezondheid: Gezond eten. Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Melkweg Lezen van Alfa B naar Alfa C Lekker en gezond Gezondheid: Gezond eten Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Colofon Melkweg: Lekker en gezond, 2016 Dit boekje is een uitgave van Stichting

Nadere informatie

Geregeld spreken. Ditte Oost & Monique Schoorl ANTWOORDEN

Geregeld spreken. Ditte Oost & Monique Schoorl ANTWOORDEN Geregeld spreken Ditte Oost & Monique Schoorl LES 1 11 Maak de zinnen af 1 Het meisje is blij. 2 De dokter is in het ziekenhuis. 3 De kinderen zijn op school. 4 De man is bij de gemeente. 5 De docent is

Nadere informatie

1b nr. 1 Wie of wat?

1b nr. 1 Wie of wat? OPDRACHTKAART www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U kunt ook veel oefeningen

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen

Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen Opdracht 1 bij 2.1 ** Praat samen. Cursist A: vertel wat je eet of drinkt. Vraag wat cursist B eet of drinkt. Cursist B: geef antwoord. Voorbeeld Cursist A: Ik eet

Nadere informatie

MOEDER zit aan tafel te schrijven. OPA leest in een stoel een boek. MADELIEF staat voor het raam. MADELIEF Opa blijft voor altijd bij ons, hè mam?

MOEDER zit aan tafel te schrijven. OPA leest in een stoel een boek. MADELIEF staat voor het raam. MADELIEF Opa blijft voor altijd bij ons, hè mam? Opa s plan zit aan tafel te schrijven. leest in een stoel een boek. staat voor het raam. kijkt op. Opa blijft voor altijd bij ons, hè mam? Opa blijft zolang als ie wil. Opa wil nooit meer weg. Er zijn

Nadere informatie

ALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN

ALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN STER IN LEZEN ALFA A LES 1: NAAR SCHOOL 1 Ziek 1 b 2 3 b 4 a a B maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag C Dit is een vraag Hoe gaat het? Het gaat wel. En met jou? Waarom kom je niet?

Nadere informatie

Wat gaan we doen? Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch. 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen.

Wat gaan we doen? Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch. 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen. 103 103 HOOFDSTUK 7 Wat gaan we doen? WOORDEN 1 Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen. 2 Op 22 november zijn we 25 jaar

Nadere informatie

Handleiding basiswoordenschat.

Handleiding basiswoordenschat. basiswoordenschat. Inleiding. In de basismodule wordt een basis van ongeveer 80 woorden gelegd. Deze woorden worden aangeboden om de woordenschat, maar ook om de communicatieve vaardigheden van de cursist

Nadere informatie

- je kan me wat - module 9. docere delectare movere. tekeningen -

- je kan me wat - module 9. docere delectare movere. tekeningen - - je kan me wat - module 9 docere delectare movere je kan ROC me van Amsterdam wat educatie nt2taalmenu.nl ROC van module Amsterdam 9 tekeningen - 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan ROC me

Nadere informatie

Eten en drinken in de dierentuin

Eten en drinken in de dierentuin Eten en drinken in de dierentuin Leeftijdsgroep Kerndoel 8-12 jaar Deze les levert een bijdrage aan de kerndoelen: 1 De leerlingen leren hoeveelheidbegrippen gebruiken en herkennen 2 De leerlingen leren

Nadere informatie

Les 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1

Les 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1 15/10/14 1 Les 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1 1. (komen) Waar.... jij vandaan? 2. Uit welk land.... u? 3. Brenda.... vandaag uit Engeland. 4. Wij.... uit België. 5. Wanneer.... zij thee drinken?

Nadere informatie

Thema Kinderen en school. Lesbrief 18. Voor het eerst naar school

Thema Kinderen en school. Lesbrief 18. Voor het eerst naar school Thema Kinderen en school. Lesbrief 18. Voor het eerst naar school brengt zijn dochter Ama voor het eerst naar school. Hij praat met de juf. Ama is al op een peuterspeelzaal geweest. Is Ama verlegen? Wat

Nadere informatie

bruin bruin de kuil de ui de uil de muis het huis de tuin de fluit het fruit de huid a/aa, e/ee, o/oo, u/uu, i/ ie, ij/ei, oe, ui, eu, au/ou

bruin bruin de kuil de ui de uil de muis het huis de tuin de fluit het fruit de huid a/aa, e/ee, o/oo, u/uu, i/ ie, ij/ei, oe, ui, eu, au/ou Pen! nr. 11 - de bruine trui 1 11.1 Lees en schrijf de ui de uil de muis het huis de ui de uil de muis het huis de tuin de fluit het fruit de huid de tuin de fluit het fruit de huid de kuil bruin bruin

Nadere informatie

ISK Leerlijn. Alfabetisering. zitten. een twee drie vier vijf zes zeven acht negen tien

ISK Leerlijn. Alfabetisering. zitten. een twee drie vier vijf zes zeven acht negen tien 1. Ik ga naar school agenda begrijpen (ik begrijp het niet) boek bord computer dicht (doe dicht) dit docent doe (doen) duidelijk en even fout ga (gaan) geven goed (dat is goed) groep gum klaar klas kom

Nadere informatie

Auditieve oefeningen: thema eten

Auditieve oefeningen: thema eten Auditieve oefeningen: thema eten Boek van de week: 1; Koekjes van Ted van Lieshout en Sieb Posthuma 2; Het pannenkoekenboek van Eric Carle 3; Olifantensoep Ingrid en Dieter Schubert 4; Finn kookt zelf

Nadere informatie

Basiswerkboek Gebaren 0-3 jaar, aanvulling

Basiswerkboek Gebaren 0-3 jaar, aanvulling Basiswerkboek Gebaren 0-3 jaar, aanvulling Inhoudsopgave Inleiding 2 Toetsing 3 Aanbieden 4 Gebaren Algemeen 5 Familie 16 Eten en drinken 20 Binnen en buiten spelen 33 Verzorging en kleding 44 Het weer

Nadere informatie

Melkweg. Naar de speelzaal. Lezen van Alfa B naar Alfa C. Taal en ouders: Peuters. Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann

Melkweg. Naar de speelzaal. Lezen van Alfa B naar Alfa C. Taal en ouders: Peuters. Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Melkweg Lezen van Alfa B naar Alfa C Naar de speelzaal Taal en ouders: Peuters Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Colofon Melkweg: Naar de speelzaal, 0 Dit boekje is een uitgave van Stichting

Nadere informatie

Thema In en om het huis

Thema In en om het huis http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Les 24. Boodschappen doen in de supermarkt Wat leert u in deze les? Welke zinnen en woorden u kunt gebruiken tijdens het boodschappen doen. Welke producten

Nadere informatie

Les 3 Ik leer Nederlands

Les 3 Ik leer Nederlands 00:00 12:32 12/11/14 1 Ik leer Nederlands heeft 16 bladzijden. de bladzijde = de pagina Dag Mohammed. Goedemorgen, Anita. Anita is een voornaam van een vrouw. 00:43 13:13 Wat is goed of goede en wat is

Nadere informatie

inhoud blz. 1. Eten 3 2. De maaltijd 4 3. Het bestek 5 4. Planten en dieren 6 5. Uit eten 8 6. Eten in andere landen Dat lust ik niet

inhoud blz. 1. Eten 3 2. De maaltijd 4 3. Het bestek 5 4. Planten en dieren 6 5. Uit eten 8 6. Eten in andere landen Dat lust ik niet Eten inhoud blz.. Eten 3 2. De maaltijd 4 3. Het bestek 5 4. Planten en dieren 6 5. Uit eten 8 6. Eten in andere landen 0 7. Dat lust ik niet. 8. Hap, slik, boem! 2 9. Filmpjes 4 Pluskaarten 5 Bronnen

Nadere informatie

TEST. test. module7 tot en met module 9. woordenschat. naam cursist ... naam docent ... datum ... je kan me wat nt2taalmenu.

TEST. test. module7 tot en met module 9. woordenschat. naam cursist ... naam docent ... datum ... je kan me wat nt2taalmenu. TEST module7 tot en met module 9 je kan me wat woordenschat naam cursist naam docent datum......... test LUISTER & EN KIES HET GOEDE PLAATJE SCHRIJF DE GOEDE LETTER IN HET RONDJE 1 a b c d 2 3 a b c d

Nadere informatie

ISK Leerlijn. Alfabetisering. Bijlage: Startwoordenschat alfabetisering NT2 ISK woorden

ISK Leerlijn. Alfabetisering. Bijlage: Startwoordenschat alfabetisering NT2 ISK woorden Bijlage: Startwoordenschat alfabetisering NT2 ISK - 100 woorden 1. Ik ga naar school begrijp (ik begrijp het niet) boek computer dit docent doe ga kom laptop naar open pak papier pen potlood tablet wat

Nadere informatie

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 2 BOODSCHAPPEN

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 2 BOODSCHAPPEN ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 2 BOODSCHAPPEN Opdracht 1 de groente pinnen de suiker de supermarkt Opdracht 7 Hoi Ramon! Ik eet graag rijst met kip. En ik drink altijd water bij het eten. Maar ik vind

Nadere informatie

De allerliefste tante

De allerliefste tante De allerliefste tante Er zijn tantes die je vreselijk verwennen er zijn tantes en die hebben al grijs haar er zijn tantes die je naam gewoon niet kennen en tja dat is dan best een beetje raar Er zijn tantes

Nadere informatie

Eet smakelijk. ( 5 januari t/m 31 januari)

Eet smakelijk. ( 5 januari t/m 31 januari) Eet smakelijk ( 5 januari t/m 31 januari) In dit thema staat eten centraal. De kinderen gaan fruit/groente proeven en ontdekken al spelenderwijs wat vies is en wat lekker is. Ook gaan we koekjes die ze

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Melkweg. Wat eet u vandaag? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Gezond eten

Melkweg. Wat eet u vandaag? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Gezond eten Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Wat eet u vandaag? Gezond eten Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Wat eet u vandaag?, 2014 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Dit

Nadere informatie

inhoud 1. Groeien 2. In de buik 3. De baby 4. De peuter 5, De kleuter 6. Het schoolkind 7. De puber 8. Volwassen 9. Bejaard 10. Filmpje Pluskaarten

inhoud 1. Groeien 2. In de buik 3. De baby 4. De peuter 5, De kleuter 6. Het schoolkind 7. De puber 8. Volwassen 9. Bejaard 10. Filmpje Pluskaarten Groeien inhoud 1. Groeien 3 2. In de buik 4 3. De baby 5 4. De peuter 7 5, De kleuter 9 6. Het schoolkind 10 7. De puber 11 8. Volwassen 12 9. Bejaard 13 10. Filmpje 14 Pluskaarten 15 Bronnen en foto s

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 2 Geld

Spreekopdrachten thema 2 Geld Spreekopdrachten thema 2 Geld Opdracht 1 bij 2.1 Cursist A is groenteman. Cursist B koopt iets bij hem op de markt. Cursist A begint het gesprek. Klaar? Dan begint cursist B het gesprek. Cursist A 1. Goedemiddag!

Nadere informatie

Nederlands. Contenido del curso Contenu du cours Kursinhalt Contenuto del corso. Holandés. Course Content. Level 1 VERSION 3

Nederlands. Contenido del curso Contenu du cours Kursinhalt Contenuto del corso. Holandés. Course Content. Level 1 VERSION 3 Nederlands Level 1 Dutch Holandés Néerlandais Niederländisch Olandese Course Content Contenido del curso Contenu du cours Kursinhalt Contenuto del corso VERSION 3 Nederlands Level 1 Dutch Holandés Néerlandais

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 1 bij 1.2 * Doe de opdracht met de groep. Uitleg voor de docent: De cursisten lopen door elkaar door het lokaal. Laat de cursisten elkaar in tweetallen begroeten,

Nadere informatie

Melkweg. Een volle tas. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Boodschappen

Melkweg. Een volle tas. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Boodschappen Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Een volle tas Boodschappen Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Een volle tas, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Dit katern

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten Kofi is op het werk. De chef geeft opdrachten: zij zegt wat Kofi moet doen. De eerste opdracht is de rommel opruimen. Kofi moet de vloer vegen. Het is weer netjes

Nadere informatie

Werkblad Naut Thema 3: Voeding en je lichaam

Werkblad Naut Thema 3: Voeding en je lichaam Werkblad Naut Thema 3: Voeding en je lichaam 3.1 Wat heeft je lichaam nodig? Je lichaam is heel slim Een heel slimme machine Je lichaam kan rennen en kijken en groeien een snee gaat vanzelf weer dicht

Nadere informatie

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design Woord voor Woord is een programma mondelinge vaardigheden NT2 voor analfabete beginners. Het omvat 12 lessen. De ontwikkeling van het programma en de daarbij behorende video s is mogelijk gemaakt door

Nadere informatie

- je kan me wat - module 7. docere delectare movere. tekeningen -

- je kan me wat - module 7. docere delectare movere. tekeningen - - je kan me wat - module docere delectare movere je kan ROC me van Amsterdam wat educatie nt2taalmenu.nl ROC van module Amsterdam tekeningen - 1 2 3 4 5 6 8 9 10 1 2 3 4 5 6 8 9 10 je kan me wat nt2taalmenu.nl

Nadere informatie

KlasseLunch. Over gezond eten 1. Docentenhandleiding KlasseLunch 2008:

KlasseLunch. Over gezond eten 1. Docentenhandleiding KlasseLunch 2008: Over gezond eten 1 WAAROM IS GEZOND ETEN BELANGRIJK? Je bent nu in de groei. Je lichaam is nog lang niet klaar. Goed en gezond eten is daarom erg belangrijk. Want alleen dan krijg je voldoende voedingsstoffen

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Programma Nederlands Praten

Programma Nederlands Praten Nederlands Praten 1 / Basisvaardigheden, hoofdstuk 3 Oefeningen werkwoorden hebben en zijn Oefening 1: Wat is het juiste werkwoord? (zijn) Jij ben/bent een leerling (zijn) Hij is/bent een man (zijn) Zij

Nadere informatie

Taalbewustzijn: Auditieve synthese (Henk Hak en Piet Plak) Klankgroepen samenvoegen tot een woord Letters samenvoegen tot een woord

Taalbewustzijn: Auditieve synthese (Henk Hak en Piet Plak) Klankgroepen samenvoegen tot een woord Letters samenvoegen tot een woord Auditieve oefeningen bij het thema: Pannenkoekenhuis Boek van de week: 1: Een dikke vette pannenkoek 2: Een pannenkoek voor de koningin 3: Nachtpannenkoeken 4; Naar opa en oma pannenkoek; voorleesboek

Nadere informatie

Liedjesboek met gebaren

Liedjesboek met gebaren Liedjesboek met gebaren 15 liedjes met ondersteunende gebaren 2017 Baby- en kindergebaar Illustraties: Liedee (Lisanne van Osch) Uitgegeven door: Baby- en kindergebaar, www.babygebaar.nl Alle rechten voorbehouden.

Nadere informatie

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 7 In huis

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 7 In huis Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 7 In huis 1 Woorden 1 de beker 2 de bloempot 3 de deken 4 de emmer 5 het fornuis 6 het gordijn 7 het huisnummer 8 het kussen 9 het laken 1 10 de lamp 11 de man 12 de

Nadere informatie

De leessleutel Begrijpend luisteren-lezen thema 1 verhaal 1 groep 3. Thema 1 Verhaal 1 bladzijde 2 t/m 5 van het leesboek

De leessleutel Begrijpend luisteren-lezen thema 1 verhaal 1 groep 3. Thema 1 Verhaal 1 bladzijde 2 t/m 5 van het leesboek De leessleutel Begrijpend luisteren-lezen thema 1 verhaal 1 groep 3 Thema 1 Verhaal 1 bladzijde 2 t/m 5 van het leesboek Waar is Rik? 1 Met wie gaat Rik op de foto? a Met groep 3 b Met Leen c Met groep

Nadere informatie

W O O R D E N B O E K V A N D E V L A A M S E D I A L E C T E N

W O O R D E N B O E K V A N D E V L A A M S E D I A L E C T E N W O O R D E N B O E K V A N D E V L A A M S E D I A L E C T E N UNIVERSITEIT GENT Vragenlijst 126 Vakgroep Nederlandse Taalkunde DECEMBER 2000 Blandijnberg 2 9000 Gent VOEDSEL 1 Dialect van :..................................................(stad,

Nadere informatie

Een haar in de soep. Thema 3 Smakelijk eten. Prentenboek. concept Marlou Bijlhout Janneke Nieborg Kim van der Zouw. eindredactie Dorine de Kruyf

Een haar in de soep. Thema 3 Smakelijk eten. Prentenboek. concept Marlou Bijlhout Janneke Nieborg Kim van der Zouw. eindredactie Dorine de Kruyf Thema 3 Smakelijk eten Prentenboek Een haar in de soep concept Marlou Bijlhout Janneke Nieborg Kim van der Zouw eindredactie Dorine de Kruyf auteur Bette Westera illustrator Barbara de Wolf Malmberg, s-hertogenbosch

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Les 5. De tandarts

Thema Gezondheid. Les 5. De tandarts http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 5. De tandarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de tandarts. Meneer Bashir komt voor controle bij de tandarts. De tandarts kijkt of alle tanden en kiezen

Nadere informatie

zelfstandig naamwoord

zelfstandig naamwoord zelfstandig naamwoord Het zelfstandig naamwoord is een woord voor een mens, dier of ding. de man de kat de fiets lidwoord Het lidwoord hoort bij het zelfstandig naamwoord. de het een samenstelling Een

Nadere informatie

Inhoud. Woord vooraf 8

Inhoud. Woord vooraf 8 Inhoud Woord vooraf 8 De taalraps 1 Dag, hoe gaat het? 10 2 Dag mevrouw, hoe gaat het? 11 3 Prettige dag verder! 12 4 Wil je wat drinken? 13 5 Hou je van vis? 14 6 Vader en moeder 15 7 Broers en zussen

Nadere informatie

- je kan me wat - module 8. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 8. tekeningen -

- je kan me wat - module 8. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 8. tekeningen - - je kan me wat - module docere delectare movere je kan me wat nt2taalmenu.nl module tekeningen - 1 2 3 4 5 6 7 9 10 1 2 3 4 5 6 7 9 10 1 1 2 3 4 5 6 7 9 10 1 2 3 4 5 6 7 9 10 2 1 2 3 4 5 6 7 9 10 1 2

Nadere informatie

KlasseLunch. Over gezond eten 1. Werkbladen KlasseLunch 2008:

KlasseLunch. Over gezond eten 1. Werkbladen KlasseLunch 2008: Werkbladen 2008: Over gezond eten 1 WAAROM IS GEZOND ETEN BELANGRIJK? Je bent nu in de groei. Je lichaam is nog lang niet klaar. Goed en gezond eten is daarom erg belangrijk. Want alleen dan krijg je voldoende

Nadere informatie

JEUGDGEZONDHEIDSMONITOR BASISONDERWIJS. Vragenlijst voor kinderen van groep 6, 7 en 8

JEUGDGEZONDHEIDSMONITOR BASISONDERWIJS. Vragenlijst voor kinderen van groep 6, 7 en 8 JEUGDGEZONDHEIDSMONITOR BASISONDERWIJS Vragenlijst voor kinderen van groep 6, 7 en 8 Hoe vul je de vragenlijst in? Hoe gaat het met jou? Hoe vind je het op school? Dat zijn dingen die we graag van jou

Nadere informatie

Thema Op het werk. Les14. Opdrachten

Thema Op het werk. Les14. Opdrachten www.edusom.nl Thema Op het werk. Les14. Opdrachten Kofi is op het werk. De chef geeft opdrachten: zij zegt wat Kofi moet doen. De eerste opdracht is de rommel opruimen. Kofi moet de vloer vegen. Daarna

Nadere informatie

Reizen Uit Eten. Uit Eten - Bij de ingang. Uit Eten - Eten bestellen

Reizen Uit Eten. Uit Eten - Bij de ingang. Uit Eten - Eten bestellen - Bij de ingang Ik wil graag een tafel reserveren voor _[aantal mensen]_ om _[tijdstip]_. Een reservering doen Een tafel voor _[number of people]_ graag. Om een tafel vragen Neemt u creditcards aan? Vragen

Nadere informatie

Thema 9 Elena maakt een lekker ontbijt

Thema 9 Elena maakt een lekker ontbijt 1 9.1 Materialen Video Elena maakt een lekker ontbijt Evt. geprinte versie van het prentenboek Allerlei spullen die met ontbijten te maken hebben (brood, beleg (het mag Hollands, dus pindakaas op witbrood,

Nadere informatie

Cartes Samen : solutions 1

Cartes Samen : solutions 1 Cartes Samen : solutions 1 Samen Avontuur 1 A1-1 Alles goed? A1-2 Alstublieft! A1-3 Dag! A1-4 Dank u wel! A1-5 Hier is mijn vriend(in). A1-6 Heb jij een telefoon(gsm-)nummer? A1-7 Alex/Eve woont in Leval.

Nadere informatie

Woordenschat blok 7 gr 4 Les:1 De aardappelpuree: gestampte aardappels met een beetje boter of melk. De banaan: een lange, beetje kromme gele vrucht.

Woordenschat blok 7 gr 4 Les:1 De aardappelpuree: gestampte aardappels met een beetje boter of melk. De banaan: een lange, beetje kromme gele vrucht. Woordenschat blok 7 gr 4 Les:1 De aardappelpuree: gestampte aardappels met een beetje boter of melk. De banaan: een lange, beetje kromme gele vrucht. Om een banaan zit een schil. De bloemkool: een witte

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 2 bij 1.2 Vraag en antwoord. Cursist A: lees de vraag hardop. Cursist B: lees het antwoord hardop. Klaar? Dan leest cursist B de vragen. Cursist A Cursist

Nadere informatie

1c nr. 1: zinnen maken

1c nr. 1: zinnen maken OPDRACHTKAART www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U kunt ook veel oefeningen

Nadere informatie

Les 1: Welke breuk hoort bij een gegeven figuur? Opgaven:

Les 1: Welke breuk hoort bij een gegeven figuur? Opgaven: Les 1: Welke breuk hoort bij een gegeven figuur? Door: Jacques Vuurpijl Pagina 1 08 april Les 2: Eerlijk delen van een iets. Wat krijgt ieder? 1. Vier mensen eten een pizza op. Ieder eet net zo veel als

Nadere informatie

Grammatica Zinsontleding. Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6

Grammatica Zinsontleding. Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6 Grammatica Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6 Inhoudsopgave Zinnen knippen 4 Het onderwerp 7 De persoonsvorm 11 Het gezegde 17 Het werkwoordelijk gezegde 21 Het naamwoordelijk gezegde 24 Het lijdend

Nadere informatie

INSTRUCTIES BEGRIJPEN

INSTRUCTIES BEGRIJPEN INSTRUCTIES BEGRIJPEN Je volgt een cursus. De docent geeft je mondeling instructies. Kan jij ze begrijpen? Wat moet je doen? 1. Luister naar het geluidsfragment. Neem blad 2 en volg de instructies. Je

Nadere informatie

- je kan me wat - module 6. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 6. tekeningen -

- je kan me wat - module 6. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 6. tekeningen - - je kan me wat - module docere delectare movere tekeningen - 1 2 3 4 5 7 8 9 10 1 2 3 4 5 7 8 9 10 1 1 2 3 4 5 7 8 9 10 1 2 3 4 5 7 8 9 10 je kan ROC me van wat Amsterdam nt2taalmenu.nl educatie ROC module

Nadere informatie

REGELS. Onderstreep de pluralisvorm in de zin.

REGELS. Onderstreep de pluralisvorm in de zin. 61 61 REGELS 1 Onderstreep de pluralisvorm in de zin. 1 Ik woon met mijn gezin in een rijtjeshuis met vier slaapkamers. 2 De vijf appartementen in deze flat zijn heel klein. 3 Hij heeft een groot huis

Nadere informatie

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. Woordenlijst bij hoofdstuk 4 de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. alleen zonder andere mensen Hij is niet getrouwd. Hij woont helemaal a, zonder familie.

Nadere informatie

Thema 2 Boodschappen. Inhoudsopgave

Thema 2 Boodschappen. Inhoudsopgave Thema 2 Boodschappen Inhoudsopgave 2.1 Eten en drinken 131 2.2 Ontbijt, lunch en avondeten 133 2.3 Ik drink melk. 135 2.4 Aard-ap-pel 136 2.5 Maanden en seizoenen 138 2.6 Op de markt 140 2.7 In de supermarkt

Nadere informatie

Aan tafel. Peuters, kleuters en lagere schoolkinderen

Aan tafel. Peuters, kleuters en lagere schoolkinderen Aan tafel! Aan tafel Als ouder heb je een grote invloed op de eetgewoonten van je kind. Kinderen leren in de eerste plaats eten wat ze hun ouders zien eten en doen jouw eetgedrag na. En dat start al bij

Nadere informatie

{p. 6 illustratie?} Zeg maar tegen de juf binnenwerk.indd 6

{p. 6 illustratie?} Zeg maar tegen de juf binnenwerk.indd 6 Inhoud Nou en? 7 Niet uitstappen! 15 Naar huis? 29 Naar zee 39 Op de klippen 47 Bert en Ernie 55 Naar de politie 63 Zeg maar tegen de juf dat ik wat later kom 71 Domme schapen 81 Knul 89 Bert komt zo terug

Nadere informatie

1. Verdeling tijdens de ramadan 2. Het Suikerfeest

1. Verdeling tijdens de ramadan 2. Het Suikerfeest 1. Verdeling tijdens de ramadan 2. Het Suikerfeest 4. Goede indeling van het bord 3. Goede vulling van het bord 6. Goede hoeveelheid kiezen 5. Goede keuze maken 8. Drink geen vruchtensap 7. Gedroogd of

Nadere informatie

Dat is een koopje! HOOFDSTUK 8 WOORDEN. Kies het goede woord. Ik ga even naar de... Ik ga sla en tomaten halen. a groenteman b slager

Dat is een koopje! HOOFDSTUK 8 WOORDEN. Kies het goede woord. Ik ga even naar de... Ik ga sla en tomaten halen. a groenteman b slager 119 119 HOOFDSTUK 8 Dat is een koopje! WOORDEN 1 2 3 1 Ik ga even naar de.... Ik ga sla en tomaten halen. a groenteman b slager 2 Wil je wat drinken? Ja graag, een... koffie alsjeblieft. a fles b beker

Nadere informatie

= een witte groente in de vorm van een bol. = een rode, gele of groene vrucht die je kunt eten. Aan de binnenkant zie je rijen met witte zaadjes.

= een witte groente in de vorm van een bol. = een rode, gele of groene vrucht die je kunt eten. Aan de binnenkant zie je rijen met witte zaadjes. Woordenschat blok 7 Les 1 i = een witte steel die je kunt eten. Het smaakt een beetje als ui. De banaan = een lange, beetje kromme gele vrucht. Om een banaan zit een schil. De bloemkool De paprika De prei

Nadere informatie

Thema Kinderen en school. Les 18. Voor het eerst naar school

Thema Kinderen en school. Les 18. Voor het eerst naar school Thema Kinderen en school. Les 18. Voor het eerst naar school Taban brengt zijn dochter Ama voor het eerst naar school. Hij praat met de juf. Ama is al op een peuterspeelzaal geweest. Is Ama verlegen? Wat

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie