Routeboekje. Taal in beeld. Groep 4. Dit boekje is van:

Vergelijkbare documenten
Routeboekje. Taal in beeld. Groep 5. Dit boekje is van:

Routeboekje. Taal in beeld. Groep 6. Dit boekje is van:

Uitprobeerpakket. Toetsboek 4 groep 4 blok 6

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Routeboekje. Taal in beeld. Groep 8. Dit boekje is van:

Inhoud. Inleiding 7. Eindverslag 86. Extra opdrachten 90. Tips voor op school 94

Routeboekje. Taal in beeld. Groep 7. Dit boekje is van:

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Afgewezen en erbij horen

Stel: je wordt op een ochtend wakker en je merkt dat je onzichtbaar bent geworden. Wat ga je doen? Hoe voel je je? Schrijf er een verhaaltje over.

Routeboekje. bij Alles telt. Groep 3 Blok 1. Van...

Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * werkstuk

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

taalkaart 1 Mijn diploma Mijn diploma

Melkweg. Wat leert je kind? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: de basisschool

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Uitprobeerpakket. Kopieerboek 4 groep 4 blok 6

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Feest in de Boeskoolstad

Letters, woorden, boeken

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * website * voorlezen

Zwijsen. estafette. naam: Maanzaad

Vragen bij het prentenboek 'De tovenaar die vergat te toveren'

Je gaat een toets maken over begrijpend lezen. Maak vraag 1 tot en met 9. Lees de teksten nog niet.

Deze opdracht doe je met een maatje. Vertel aan elkaar wat je hebt onthouden van de tekst. Gebruik de woorden: Wie? Wat? Welke? Waar? Wanneer? Hoe?

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over de Paralympische Spelen

Vergaderen. Wat is dat? Waarom moet dat? Dit is het boekje van..

Druk de A, B en C vragen op hetzelfde kleur papier af (v.b. op geel papier) Druk de P-vragen op een afwijkende kleur papier af en de D vragen ook.

leerlingbrochure nld Door: Jolanthe Jansen

lesmateriaal Taalkrant

In dit thema staat het creëren van een goede groepssfeer centraal. Les 2 Samenwerken Deze les gaat over helpen, geholpen worden en samenwerken.

4 In de tekst staat: Dit is een recept voor een toetje. Weet jij wat een recept is? Kruis de goede zin aan.

Routeboekje. bij Pluspunt. Groep 4 Blok 1. Van...

taalkaart 1 Ik ga op reis en Ik ga op reis en Wat ga je doen? Je leert wat een reisverhaal is. Je schrijft er zelf een.

Lesbrief. Een goeie truc Marjan Berk

Hotel Hallo - Thema 2 Hallo TELEVISIE KIJKEN

MAFKEES! HALLO, BENT U DAAR NOG?

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

Werkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd

Waarom ga je schrijven: Jeugdjournaalfilmpje kijken

Gezond thema: DE HUISARTS

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Je gaat een toets maken over begrijpend lezen. Maak vraag 1 tot en met 9. Lees de teksten nog niet.

Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken. Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over Egypte

Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken. Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over Egypte

Muziekslim. Muziekslim

Hotel Hallo - Thema 1 Hallo

DE TROOST DE AFLEIDING

Hoe maak ik een werkstuk?

Routeboekje. bij Alles telt. Groep 4 Blok 2. Van...

Veilig Thuis. Werkboekje voor kinderen en ouders bij een tijdelijk huisverbod

Leren als een expert!

Inleiding IN DIT BOEK LEES JE WAAROM STEUN, RESPECT EN VERTROUWEN BIJ VRIENDSCHAP HOREN.

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

HANDLEIDING BLOK 1, WEEK 1, LES 1 GROEP 4

Voor jezelf? Les 1 Welkom!

Veilig Thuis. Werkboekje voor kinderen en ouders bij een tijdelijk huisverbod

Aanvullende informatie ter voorbereiding op de TGN A1. Inleiding. Hoe maakt u de TGN?

Eenzaam. De les. Inhoud. Doel. Materiaal. Belangrijk. les

Opstartlessen. Les 1. Kennismaken

Nog meer Hotel Hallo - Thema 1 De beestenboel NAAR HET ASIEL

werkbladen thema 5 werk

Inhoud. Mijn leven. mijn vrije tijd

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

Begeleide interne stage

Spreekbeurt, en werkstuk

Inhoud van deze lesbrief

a. Een zin lees je van links naar rechts. Waarom eigenlijk? Wat denk jij?

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten

Melkweg. Help je mee? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Vrijwilligerswerk

4 communicatie. Ik weet welke informatie anderen nodig hebben om mij te kunnen begrijpen. Ik vertel anderen wat ik denk of voel.

Spelregels voor de kaarten Beroepskwaliteiten en Leerpunten. Het Beroepskwaliteitenspel

Luister naar het gedicht en lees mee met de tekst. Vul de ontbrekende woorden in.

leer-actief werkboek Naam: 1

Melkweg. Een dak boven je hoofd. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Het huis

Actielessen. Lesbrief 1. Nederlands leren. Wat leert u in deze les? Veel succes!

Jeugd Verkeerskrant 5 Kun je veilig eerst?

Voorspellen, tekst lezen en verwijswoorden begrijpen

Spreekopdrachten thema 4 Wonen

MAMA MIA! FLYNN IS AL GROOT. * 1. Flynn en zijn broers Gil en Kato Dit is Flynn. Hij is vier jaar.

Bedenken: een tekening maken van de held

Wielewoelewool, ik ga naar school! Toelichting

Werkwijzer Verslagkring:

lezen veilig leren Kinderboekenweek 2010 Tips voor regio zuid Zinnen maken met woorden én beeldtaal zijn Les 1

LEREN LEREN LEREN. een overzicht met leerhulpjes voor de diverse vakgebieden. Hieronder kun je lezen over het leren/maken van:

Opstartlessen. Les 2. Wonen. Wat leert u in deze les? Veel succes! Een gesprek voeren over wonen. Zeggen hoe u woont.

PLEINGEIN SPELENDERWIJS IN GESPREK OVER HET SCHOOLPLEIN

WOORDEN VERANDEREN. grap. glas. kras. grijs NIEUWE WOORDEN MAKEN. sterk - kers. ster. Kies een woord uit het woordpakket. gras -

Taal op niveau Luisteren Op weg naar niveau

werkbladen thema 7 DE BASISSCHOOL

Werkboek Het is mijn leven

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Lesideeën beroepenkaarten WERKEND NEDERLANDS

M i j n o u d e r s g a a n s c h e i d e n

Transcriptie:

Routeboekje Taal in beeld Groep 4 Dit boekje is van:

Groep 4 Blok 1 Les 1 Basisstof HL A1 12 1 Woordenschat nee TB A1 6 1 Lees het verhaal. nee TB A1 6 2 Teken de slaapkamer van Wouter. nee TB A1 6 3 Waar kan Wouter nog meer kaartjes hangen? nee TB A1 7 4 Lees verder over Wouter en Grombol. nee WB A1 2 5 Wouter hangt zes kaartjes op. nee WB A1 3 6 Papa en mama maken ook kaartjes. nee WB A1 3 7 Er hangen nu tien kaartjes in huis. nee TB A1 7 8 Wat heb je geleerd? nee Groep 4 Blok 1 Les 1 Differentiatie TB A1 7 Extra opdracht nee ja Groep 4 Blok 1 Les 2 Basisstof HL A1 13 2 Spreken/luisteren ja TB A1 8 1 Kijk naar de plaatjes. ja TB A1 8 2 Wat zouden de mensen willen zeggen? nee TB A1 8 3 Kies om de beurt een plaatje. ja WB A1 4 4 Kijk naar de tekening. ja WB A1 5 5 Tim vertelt zijn droom. nee WB A1 5 6 Vertel aan elkaar. ja TB A1 9 7 Teken twee mensen die met elkaar praten. nee TB A1 9 8 Wat heb je geleerd? nee Groep 4 Blok 1 Les 2 Differentiatie TB A1 9 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 2

Groep 4 Blok 1 Les 3 Basisstof HL A1 14 3 Schrijven nee TB A1 10 1 Bekijk de tekst in de winkel. nee TB A1 10 2 Maak de sommen. nee TB A1 10 3 Lees het verhaal over Mik en Moek. nee TB A1 10 4 Lees wat in de cirkel staat. nee WB A1 6 5 Mieke heeft de wedstrijd gewonnen. nee WB A1 6 6 Maak de lijst af. nee WB A1 6 7 Wat zou er op de eetstokjes staan? nee WB A1 7 8 Rick schrijft in een vriendenboekje. nee WB A1 7 9 Bekijk het pak vla. nee TB A1 11 10 Lees het raadsel. ja TB A1 11 11 Ken jij ook een raadsel? ja TB A1 11 12 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 1 Les 3 Differentiatie TB A1 11 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 1 Les 4 Basisstof HL A1 15 4 Woordenschat nee TB A1 12 1 Lees over Wouter en Grombol. ja TB A1 12 2 Wat betekenen de gekleurde woorden? ja TB A1 12 3 Wat gebeurt er verder met Wouter en nee Grombol? WB A1 8 4 Kun jij toveren? nee WB A1 9 5 Wat gebruikt Wouter om te timmeren? nee WB A1 9 6 In deze les heb je weer nieuwe woorden nee geleerd. TB A1 13 7 Kijk naar de plaatjes. nee TB A1 13 8 Wat heb je geleerd? nee Groep 4 Blok 1 Les 4 Differentiatie TB A1 13 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 3

Groep 4 Blok 1 Les 5 Basisstof HL A1 16 5 Taalbeschouwing nee TB A1 14 1 Joris speelt graag met taal. ja TB A1 14 2 Steeds een letter erbij. ja TB A1 14 3 Nog een keer. ja TB A1 14 4 Wat zie je in de koelkast? ja TB A1 14 5 Verander de volgorde van de letters. ja TB A1 14 6 Soms bestaat een woord uit twee woorden. ja TB A1 14 7 Druppels vielen op de woorden. ja WB A1 10 8 Welke woorden zijn getekend? ja WB A1 11 9 Zoek de woorden die zijn getekend. ja TB A1 15 10 Lees de tekst. nee TB A1 15 11 Nu jij. nee TB A1 15 12 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 1 Les 5 Differentiatie TB A1 15 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 1 Les 6 Basisstof HL A1 17 6 Schrijven ja TB A1 16 1 Dit is de badkamer van Erik. ja TB A1 16 2 Schrijf drie zinnen over de badkamer. ja TB A1 16 3 Bekijk de tekening van het rekje. ja WB A1 12 4 Bekijk de blikjes en de fles. ja WB A1 13 5 Je klas doet mee aan de sportdag. ja TB A1 17 6 Lees de tekst. ja TB A1 17 7 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 1 Les 6 Differentiatie TB A1 17 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 4

Groep 4 Blok 1 Les 7 Basisstof HL A1 18 7 Spreken/luisteren ja TB A1 18 1 Kijk naar de plaatjes. ja TB A1 18 2 Waar luisteren de kinderen naar? nee TB A1 18 3 Waar luister jij graag naar? ja WB A1 14 4 Kijk naar de tekening van de koelkast. nee WB A1 14 5 Maak een tekening van een boomhut. ja WB A1 15 6 Vertel elkaar over je boomhut. ja WB A1 15 7 Laat je tekening zien aan je buur. ja TB A1 19 8 Kijk naar de tekening. ja TB A1 19 9 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 1 Les 7 Differentiatie TB A1 19 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 1 Les 8 Basisstof HL A1 19 8 Taalbeschouwing ja TB A1 20 1 Het is leuk om met taal te spelen. ja TB A1 20 2 Kun jij ook zulke grapjes maken? ja TB A1 20 3 Bekijk de tekeningen. nee TB A1 20 4 Teken nu zelf een huis. ja WB A1 16 5 Los de raadsels op. nee WB A1 17 6 Welke woorden staan in de wielen? ja WB A1 17 7 Begin met de kleinste letter. ja TB A1 21 8 Welke woorden rijmen? ja TB A1 21 9 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 1 Les 8 Differentiatie TB A1 21 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 1 Toets KB A 1-2 Blok 1 Toetstaak ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 5

Groep 4 Blok 1 Herhalings- en plustaken KB A 4 Herhalingstaak 1: spreken/luisteren nee KB A 5 Herhalingstaak 2: spreken/luisteren nee KB A 6 Herhalingstaak 3: taalbeschouwing nee KB A 7 Herhalingstaak 4: taalbeschouwing nee TM T Taalkaarten ja TM K Kopieerbladen vraag aan je TM C Computerbladen vraag aan je Groep 4 Blok 2 Les 1 Basisstof HL A1 27 1 Woordenschat nee TB A1 22 1 Lees het verhaal. ja TB A1 22 2 Wat zeggen de plaatjes over de hond? nee TB A1 22 3 Wiskie gromt, blaft en kwispelt. ja WB A1 18 4 Bekijk de plaatjes van de dieren. ja WB A1 19 5 Kijk naar het plaatje van de dierenarts. nee WB A1 19 6 Wat doet een dierenarts? nee WB A1 19 7 Voeren betekent: een dier eten geven. nee TB A1 23 8 Bekijk de plaatjes van de wolf. ja TB A1 23 9 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 2 Les 1 Differentiatie TB A1 23 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 2 Les 2 Basisstof HL A1 28 2 Spreken/luisteren ja TB A1 24 1 Lees de tekst. ja TB A1 24 2 Wat gebruikt Bart bij het vertellen? ja TB A1 24 3 Waarover wil Bart nog meer vertellen? ja WB A1 20 4 Bart heeft streepjes doorgestreept. ja WB A1 20 5 Vertel om de beurt over Streepje. ja WB A1 21 6 Maak een tekening van een dier. ja WB A1 21 7 Maak een woordweb van het dier. ja WB A1 21 8 Vertel om de beurt over je dier. ja TB A1 25 9 vertel om de beurt over vissen ja TB A1 25 10 Wat heb je geleerd? ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 6

Groep 4 Blok 2 Les 2 Differentiatie TB A1 25 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 2 Les 3 Basisstof HL A1 29 3 Schrijven ja TB A1 26 1 Bekijk de twee boekenkasten. ja TB A1 26 2 Is er verschil tussen kast 1 en kast 2? ja TB A1 26 3 Welk boek zou jij graag willen lezen? ja TB A1 26 4 Bedenk zelf twee titels van boeken. ja TB A1 27 5 Lees het gedicht van Jan Hanlo. ja WB A1 22 6 Het gedicht van Jan Hanlo heeft geen titel. ja WB A1 22 7 Bedenk zelf nog een titel voor het gedicht van ja Jan Hanlo. WB A1 23 8 Schrijf een gedicht met het geluid van een ja hond. WB A1 23 9 Lees de tekst. ja TB A1 27 10 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 2 Les 3 Differentiatie TB A1 27 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 2 Les 4 Basisstof HL A1 30 4 Woordenschat nee TB A1 28 1 Lees het verhaal. nee TB A1 28 2 Teken de kop van een hond. nee WB A1 24 3 Kijk naar de snavels van de vogels in je nee taalboek. WB A1 24 4 Bij welke dieren horen de blauwe woorden? nee WB A1 25 5 Dit is een tekening van een insect. nee WB A1 25 6 Je hebt in deze les weer nieuwe woorden nee geleerd. TB A1 29 7 Kijk naar de tekening van de roofvogel. nee TB A1 29 8 Wat heb je geleerd? nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 7

Groep 4 Blok 2 Les 4 Differentiatie TB A1 29 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 2 Les 5 Basisstof HL A1 31 5 Taalbeschouwing ja TB A1 30 1 Lees het verhaal. ja TB A1 30 2 Wat wordt er bedoeld met ding? ja TB A1 30 3 Lees het verhaal. ja TB A1 30 4 Kijk naar het verhaal van opdracht 3. ja WB A1 26 5 Stel je voor. ja WB A1 27 6 Lees de namen van mensen, dieren, planten ja en dingen. TB A1 31 7 Raden maar. ja TB A1 31 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 2 Les 5 Differentiatie TB A1 31 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 2 Les 6 Basisstof HL A1 32 6 Schrijven ja TB A1 32 1 Bekijk de tekening. ja TB A1 32 2 Bedenk een titel bij de tekening. ja TB A1 32 3 Alle dieren praten door elkaar. ja WB A1 28 4 Bekijk de plaatjes. ja WB A1 29 5 Lees de drie titels. nee TB A1 33 6 Lees de twee teksten. ja TB A1 33 7 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 2 Les 6 Differentiatie TB A1 33 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 8

Groep 4 Blok 2 Les 7 Basisstof HL A1 33 7 Spreken/luisteren ja TB A1 34 1 Bart vertelt over Streepje. nee TB A1 34 2 Wat vertelt Bart over de foto? nee TB A1 34 3 Bart heeft nog een foto meegenomen. nee WB A1 30 4 Kijk naar het plaatje. ja WB A1 31 5 Lees de zinnen. ja WB A1 31 6 Bekijk het plaatje van de bij. ja TB A1 35 7 Bekijk de tekening. ja TB A1 35 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 2 Les 7 Differentiatie TB A1 35 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 2 Les 8 Basisstof HL A1 34 8 Taalbeschouwing ja TB A1 36 1 Neem een krant of een tijdschrift voor je. ja TB A1 36 2 Lees het verhaal. ja TB A1 36 3 Een paar namen van mensen, dieren, planten nee en dingen zijn vetgedrukt. WB A1 32 4 Vul in: de of het. nee WB A1 32 5 Vul in: de of het. nee WB A1 33 6 Van één woord kun je soms twee woorden nee maken. WB A1 33 7 Je kunt ook van twee woorden één woord nee maken. TB A1 37 8 Zoek steeds een hond en een kat bij elkaar. nee TB A1 37 9 Welk woord zie je? ja TB A1 37 10 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 2 Les 8 Differentiatie TB A1 37 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 9

Groep 4 Blok 2 Toets KB A 1-2 Blok 2 Toetstaak ja Groep 4 Blok 2 Herhalings- en plustaken KB A 4 Herhalingstaak 1: schrijven nee KB A 5 Herhalingstaak 2: schrijven nee KB A 6 Herhalingstaak 3: taalbeschouwing nee KB A 7 Herhalingstaak 4: taalbeschouwing nee TM T Taalkaarten ja TM K Kopieerbladen vraag aan je TM C Computerbladen vraag aan je Groep 4 Blok 3 Les 1 Basisstof HL A1 42 1 Woordenschat nee TB A1 38 1 Lees de tekst. ja TB A1 38 2 Wouter legt de scheve woorden uit. ja TB A1 38 3 Wouter spreekt Nederlands. nee TB A1 39 4 Lees het verhaal. ja WB A1 34 5 Je hebt net het verhaal over Wouter gelezen. ja WB A1 35 6 Wat betekent vaarwel? nee WB A1 35 7 Teken twee mensen die afscheid nemen. nee WB A1 35 8 Maak een zin met het woord tochtje. nee TB A1 39 9 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 3 Les 1 Differentiatie TB A1 39 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 10

Groep 4 Blok 3 Les 2 Basisstof HL A1 43 2 Spreken/luisteren ja TB A1 40 1 Bekijk de plaatjes. ja TB A1 40 2 Wist jij alles wat Kars vertelde? ja TB A1 40 3 Wat weet je nog meer over koeien? ja WB A1 36 4 Kijk naar de tekening van de raket. ja WB A1 37 5 Vertel elkaar over je vakantie. ja WB A1 37 6 Maak een woordweb over reizen. ja TB A1 41 7 Vertel elkaar wat je weet over vliegtuigen. ja TB A1 41 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 3 Les 2 Differentiatie TB A1 41 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 3 Les 3 Basisstof HL A1 44 3 Schrijven ja TB A1 42 1 Ellen is op schoolreis geweest. ja TB A1 42 2 Hoe heeft Ellen opgeschreven wat ze nog ja weet? TB A1 42 3 Je bent ook vast wel eens op schoolreis ja geweest. TB A1 38 4 Bekijk het woordweb. nee WB A1 38 5 Bedenk nog een woord voor het woordweb. nee WB A1 38 6 Schrijf drie zinnen over het woordweb. nee WB A1 39 7 Bekijk het woordweb. nee WB A1 39 8 Bedenk drie andere woorden bij het nee WB A1 39 9 Schrijf drie zinnen over het woordweb. nee TB A1 43 10 Bekijk de strip. ja TB A1 43 11 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 3 Les 3 Differentiatie TB A1 43 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 11

Groep 4 Blok 3 Les 4 Basisstof HL A1 45 4 Woordenschat nee TB A1 44 1 Lees de tekst. nee TB A1 44 2 Hoe weet je wat de gekleurde woorden nee betekenen? TB A1 44 3 Teken een lijn in je werkboek. nee TB A1 45 4 Lees de tekst. nee WB A1 40 5 Je hebt net een verhaal gelezen. nee WB A1 41 6 Wouter stuurt post naar huis. nee WB A1 41 7 Je hebt nieuwe woorden geleerd. ja TB A1 45 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 3 Les 4 Differentiatie TB A1 45 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 3 Les 5 Basisstof HL A1 45 5 Taalbeschouwing ja TB A1 46 1 Lieke is op vakantie. ja TB A1 46 2 Bij elk plaatje hoort een doe-woord. ja TB A1 46 3 Kijk naar de woorden in de slang. ja WB A1 42 4 Welk doe-woord hoort erbij? ja WB A1 42 5 Zie je de woorden in het mandje staan? ja WB A1 43 6 Vul het doe-woord in. ja TB A1 47 7 Lieke bekijkt de dieren. ja TB A1 47 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 3 Les 5 Differentiatie TB A1 47 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 12

Groep 4 Blok 3 Les 6 Basisstof HL A1 47 6 Schrijven nee TB A1 48 1 Bekijk de tekening. nee TB A1 48 2 Waarmee heeft Asma zinnen gemaakt? nee TB A1 48 3 Kijk nog eens naar het woordweb. nee WB A1 44 4 Bekijk tekening 1. nee WB A1 44 5 Bekijk drie zinnen bij woordweb 1. nee WB A1 45 6 Schrijf de zinnen van opdracht 5 op de goede nee plek. WB A1 45 7 Maak een woordweb bij tekening 2. nee WB A1 45 8 Bedenk drie zinnen bij woordweb 2. nee TB A1 49 9 Schrijf een tekst bij de tekening. ja TB A1 49 10 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 3 Les 6 Differentiatie TB A1 49 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 3 Les 7 Basisstof HL A1 48 7 Spreken/luisteren ja TB A1 50 1 Bekijk de plaatjes. ja TB A1 50 2 Wat vertelt Kim tegen haar vriendin? ja TB A1 50 3 Vertel iemand over je vakantie. ja TB A1 50 4 Doe alsof iemand de koningin is. ja WB A1 46 5 Bekijk de twee plaatjes. ja WB A1 47 6 Wat zeggen de mensen tegen elkaar? ja WB A1 47 7 Groet jij alle mensen hetzelfde? ja TB A1 51 8 De burgemeester opent de nieuwe school. ja TB A1 51 9 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 3 Les 7 Differentiatie TB A1 51 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 13

Groep 4 Blok 3 Les 8 Basisstof HL A1 49 8 Taalbeschouwing ja TB A1 52 1 Kijk naar de tekening. ja TB A1 52 2 Lees de tekst. ja TB A1 52 3 Schrijf op. ja TB A1 52 4 In alle zinnen heeft nog een woord een kleur. ja WB A1 48 5 Kleur het doe-woord geel. ja WB A1 49 6 Doe-woorden zien er niet altijd hetzelfde uit. ja TB A1 53 7 De zinnen zijn in de war. ja TB A1 53 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 3 Les 8 Differentiatie TB A1 53 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 3 Toets KB A 1-2 Blok 3 Toetstaak ja Groep 4 Blok 3 Herhalings- en plustaken KB A 4 Herhalingstaak 1: spreken/luisteren nee KB A 5 Herhalingstaak 2: spreken/luisteren nee KB A 6 Herhalingstaak 3: taalbeschouwing nee KB A 7 Herhalingstaak 4: taalbeschouwing nee TM T Taalkaarten ja TM K Kopieerbladen vraag aan je TM C Computerbladen vraag aan je =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 14

Groep 4 Blok 4 Les 1 Basisstof HL A1 57 1 Woordenschat ja TB A1 54 1 Lees de tekst. ja TB A1 54 2 Welke woorden uit de tekst horen bij ja eenzaam? TB A1 54 3 Kies een woord uit de rij. ja TB A1 50 4 Lees de zinnen over Wouter en Grombol. nee WB A1 51 5 Als je iets verlangt, wil je dat graag. nee WB A1 51 6 Bedenk zelf een woord. nee WB A1 55 7 Wouter loopt met Grombol naar buiten. nee TB A1 55 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 4 Les 1 Differentiatie TB A1 55 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 4 Les 2 Basisstof HL A1 58 2 Spreken/luisteren ja TB A1 56 1 Kijk naar de plaatjes. ja TB A1 56 2 Wat doet Jana? ja TB A1 56 3 Hoe voelt Kira zich? ja TB A1 56 4 Hoe voel jij je nu? ja WB A1 52 5 Kijk naar de kinderen op de plaatjes. ja WB A1 53 6 Lees om de beurt een spreekwolk uit opdracht ja 5 voor. WB A1 53 7 Kies een zin. ja WB A1 53 8 Schijf op hoe je buur zich voelt. ja TB A1 57 9 Je hebt ruzie met je vriendje of vriendinnetje. ja TB A1 57 10 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 4 Les 2 Differentiatie TB A1 57 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 15

Groep 4 Blok 4 Les 3 Basisstof HL A1 59 3 Schrijven ja TB A1 58 1 Tim wil een tekst schrijven. ja TB A1 58 2 Wat heeft Tim eerst gedaan? ja TB A1 58 3 Tim begint te schrijven. ja WB A1 54 4 Lees de teksten. ja WB A1 54 5 Lees het verhaal over Goudvis. ja WB A1 55 6 Lees de tekst over lachen. ja TB A1 59 7 Bekijk de tekening. ja TB A1 59 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 4 Les 3 Differentiatie TB A1 59 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 4 Les 4 Basisstof HL A1 60 4 Woordenschat ja TB A1 60 1 Lees de tekst. ja TB A1 60 2 Maak een kaart over thuis. ja WB A1 56 3 Lees de zinnen. nee WB A1 57 4 Maak de zinnen af. nee WB A1 57 5 Kies een blauw woord. ja TB A1 61 6 Lees de tekst. nee TB A1 61 7 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 4 Les 4 Differentiatie TB A1 61 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 16

Groep 4 Blok 4 Les 5 Basisstof HL A1 61 5 Taalbeschouwing nee TB A1 62 1 Lees de tekst. nee TB A1 62 2 Wat kan een baby bedoelen als hij 'uit' roept? nee TB A1 62 3 Je hoort iemand 'help' roepen. nee TB A1 62 4 Je kunt korte zinnen maken. nee WB A1 58 5 Met woorden kun je zinnen maken. nee WB A1 59 6 Een lange zin vertelt meer dan een korte zin nee TB A1 63 7 Kies een woord uit rij 1, 2 en 3. nee TB A1 63 8 Wat heb je geleerd? nee Groep 4 Blok 4 Les 5 Differentiatie TB A1 63 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 4 Les 6 Basisstof HL A1 62 6 Schrijven nee TB A1 64 1 Sara wil een tekst schrijven over konijnen. nee TB A1 64 2 Met het woordweb heeft Sara een tekst nee geschreven. TB A1 64 3 Van welk dier weet jij veel? nee WB A1 60 4 Lees de twee teksten. nee WB A1 61 5 Je wilt een weettekst schrijven over tennis. ja WB A1 61 6 Bekijk de tekeningen van de auto. ja TB A1 65 7 Bekijk de tekening van de step. ja TB A1 65 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 4 Les 6 Differentiatie TB A1 65 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 17

Groep 4 Blok 4 Les 7 Basisstof HL A1 63 7 Spreken/luisteren ja TB A1 66 1 Vier kinderen mogen voor de klas vertellen. ja TB A1 66 2 Wat is het verschil tussen de kinderen? ja TB A1 66 3 Wat vind je? ja TB A1 67 4 Ben je wel eens boos geweest? ja WB A1 62 5 Kies spel 1, 2, 3 of 4. ja WB A1 62 6 Teken een clown. ja TB A1 67 7 Leg elkaar uit waar je woont. ja TB A1 67 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 4 Les 7 Differentiatie TB A1 67 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 4 Les 8 Basisstof HL A1 64 8 Taalbeschouwing ja TB A1 68 1 Lees de verhaaltjes. ja TB A1 68 2 Welk verhaal kun je het gemakkelijkste lezen? ja TB A1 68 3 Hieronder staat een verhaal. ja TB A1 68 4 Maak af in je werkboek. ja WB A1 63 5 Lees het verhaal. ja WB A1 64 6 Wie is jouw beste vriend of vriendin? ja TB A1 69 7 Vraagzinnen kunnen met een vraagwoord ja beginnen. TB A1 69 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 4 Les 8 Differentiatie TB A1 69 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 18

Groep 4 Blok 4 Toets KB A 1-2 Toets ja Groep 4 Blok 4 Herhalings- en plustaken KB A 4 Herhalingstaak 1: schrijven nee KB A 5 Herhalingstaak 2: schrijven nee KB A 6 Herhalingstaak 3: taalbeschouwing nee KB A 7 Herhalingstaak 4: taalbeschouwing nee TM T Taalkaarten ja TM K Kopieerbladen vraag aan je leraar TM C Computerbladen vraag aan je leraar Groep 4 Blok 5 Les 1 Basisstof HL A2 12 1 Woordenschat nee TB A2 6 1 Lees het verhaal. nee TB A2 6 2 Wouter heeft nieuwe woorden gemaakt. nee TB A2 6 3 Maak zelf ook een nieuw woord. nee WB A2 7 4 Kijk naar het woord fietsbel. nee WB A2 1 5 Kijk goed naar de woorden. nee WB A2 1 6 Bekijk de scheve woorden met draak. nee WB A2 1 7 Bouw vier nieuwe woorden met bos. nee TB A2 7 8 Bouw vijf nieuwe woorden. nee TB A2 7 9 Wat heb je geleerd? nee Groep 4 Blok 5 Les 1 Differentiatie TB A2 7 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 19

Groep 4 Blok 5 Les 2 Basisstof HL A2 13 2 Spreken/luisteren ja TB A2 8 1 Lees om de beurt het verhaal voor. ja TB A2 8 2 Hoe is het verhaal doorgelezen? ja TB A2 8 3 De meeste kinderen luisteren graag naar een ja verhaal. WB A2 2 4 Lees het verhaal eerst stil voor jezelf. ja WB A2 2 5 Kijk naar het plaatje van de juf. nee TB A2 9 6 Het verhaal Op zoek naar de schat is nog niet ja af. TB A2 9 7 Wat doe je het liefst? ja Groep 4 Blok 5 Les 2 Differentiatie TB A2 9 Extra opdracht ja ja Groep 4 Blok 5 Les 3 Basisstof HL A2 14 3 Taalbeschouwing ja TB A2 10 1 Welk weer is het op de tekeningen? ja TB A2 10 2 Wat voor weer is het vandaag? ja TB A2 10 3 Bekijk de twee weerberichten. ja WB A2 3 4 Teken het weerbericht in het kaartje. ja WB A2 3 5 Lees de berichten. nee WB A2 3 6 Schrijf een weerbericht voor vandaag. ja TB A2 11 7 Hoe maak je een windmolentje? ja TB A2 11 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 5 Les 3 Differentiatie TB A2 11 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 20

Groep 4 Blok 5 Les 4 Basisstof HL A2 15 4 Schrijven ja TB A2 12 1 Mara en Pim zijn naar de bieb geweest. ja TB A2 12 2 Pim leest in 1 april over meester Bob. ja TB A2 12 3 Mara leest in De schat. ja WB A2 4 4 Lees het verhaal. ja WB A2 4 5 Lees het verhaal. ja WB A2 4 6 Bekijk de tekening. ja WB A2 4 7 Lees de antwoorden op de W-vragen. ja TB A2 13 8 Bekijk de tekening. ja TB A2 13 9 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 5 Les 4 Differentiatie TB A2 13 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 5 Les 5 Basisstof HL A2 16 5 Woordenschat nee TB A2 14 1 Lees het verhaal. nee TB A2 14 2 Kijk naar de scheve woorden. nee TB A2 14 3 Bedenk nu zelf tien woorden die bij elkaar nee horen. WB A2 5 4 Welke woorden horen bij elkaar? nee WB A2 5 5 Denk aan vier sprookjes. nee WB A2 5 6 Kies een sprookje uit opdracht 5. nee TB A2 15 7 Bedenk met elk woord een woordpaar. nee TB A2 15 8 Wat heb je geleerd? nee Groep 4 Blok 5 Les 5 Differentiatie TB A2 15 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 21

Groep 4 Blok 5 Les 6 Basisstof HL A2 17 6 Spreken/luisteren ja TB A2 16 1 Lees het gedicht. ja TB A2 16 2 Kijk hoe de dichter met de woorden speelt. ja TB A2 16 3 Hoe voelt de dichter zich? ja WB A2 6 4 Bekijk het gedicht. ja WB A2 6 5 Een gedicht voor twee. ja WB A2 6 6 Maak zelf een gedicht voor twee. ja TB A2 17 7 Lees het gedicht eerst stil voor jezelf. ja TB A2 17 8 Wat vind jij? ja Groep 4 Blok 5 Les 6 Differentiatie TB A2 17 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 5 Les 7 Basisstof HL A2 18 7 Taalbeschouwing ja TB A2 18 1 Kijk naar hoe de figuren praten. ja TB A2 18 2 Schrijf de volgende woorden onder elkaar in je ja schrift. TB A2 18 3 In sprookjes praten mensen op de manier die ja bij hen past. WB A2 7 4 Boris, Linda en Rachid vragen een ijsje aan ja hun vader. WB A2 7 5 Hoe zou jij het vragen? ja WB A2 7 6 Hoe wordt het gevraagd? ja TB A2 19 7 Prins Adelbert is een lastig ventje. ja TB A2 19 8 Wie heeft gelijk? ja Groep 4 Blok 5 Les 7 Differentiatie TB A2 19 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 22

Groep 4 Blok 5 Les 8 Basisstof HL A2 19 8 Schrijven ja TB A2 20 1 Karim leest het gedicht IJsje. ja TB A2 20 2 Waaraan zie je dat IJsje een gedicht is? ja WB A2 8 3 Waaraan herken je een gedicht? ja WB A2 8 4 Maril schrjft een naamgedicht. ja WB A2 8 5 Een elfje ken je uit sprookjes. ja TB A2 21 6 Kies vijf woorden uit de muur. ja TB A2 21 7 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 5 Les 8 Differentiatie TB A2 21 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 5 Les 9 Basisstof HL A2 20 9 Woordenschat nee TB A2 22 1 Bekijk de woorden. nee TB A2 22 2 Welke woorden kun je aan elkaar plakken? nee TB A2 22 3 Welke woorden horen bij elkaar? nee WB A2 9 4 Kies drie woorden. nee WB A2 9 5 Kies drie woorden uit opdracht 4. nee WB A2 9 6 Je hebt in les 1, 5 en 9 veel nieuwe woorden nee geleerd. TB A2 23 7 Je hebt de woorden: toveren, draak, zwaard nee en vuur. TB A2 23 8 Wat vind jij het leukst om te doen? nee Groep 4 Blok 5 Les 9 Differentiatie TB A2 23 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 23

Groep 4 Blok 5 Les 10 Basisstof HL A2 21 10 Spreken/luisteren ja TB A2 24 1 Lees het verhaal. ja TB A2 24 2 Hoe spreekt Daan zijn tekst uit? ja TB A2 24 3 Freek vindt dat Daan het niet goed doet. ja WB A2 10 4 Lees tekst 1 voor. ja WB A2 10 5 Bekijk tekst 1 nog eens. ja WB A2 10 6 Lees tekst 2 eerst stil voor jezelf. ja WB A2 10 7 Schrijf een tekst die past bij de personen op ja de tekening. TB A2 25 8 Speel het toneelstuk van de tovenaar en de ja zwerver. TB A2 25 9 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 5 Les 10 Differentiatie TB A2 25 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 5 Les 11 Basisstof HL A2 22 11 Taalbeschouwing ja TB A2 26 1 Kas wil een vliegtuig bouwen. ja TB A2 26 2 Schrijf de letters in je schrift. ja WB A2 11 3 Wil je graag naar sprookjesland? nee WB A2 11 4 Hoe werkt de machine? nee WB A2 11 5 De heks maakt gebaren. nee TB A2 27 6 Stel je voor. ja TB A2 27 7 Wat heb je in deze les geleerd? ja Groep 4 Blok 5 Les 11 Differentiatie TB A2 27 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 24

Groep 4 Blok 5 Les 12 Basisstof HL A2 23 12 Schrijven ja TB A2 28 1 Op het plein staan kinderen te praten. ja TB A2 28 2 Hoe laat de schrijver zien wat de kinderen nee zeggen? TB A2 28 3 Maak een tekening van Anne en Kim. nee WB A2 12 4 Bekijk de tekening. ja WB A2 12 5 Maak van de tekst een toneelstukje. ja WB A2 12 6 De bakker praat met een klant. nee WB A2 12 7 Mimo krijgt een hond. nee TB A2 29 8 In de wei staan twee koeien. ja TB A2 29 9 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 5 Les 12 Differentiatie TB A2 29 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 5 Toets KB A 1-2 Blok 5 Toetstaak ja Groep 4 Blok 5 Herhalings- en plustaken KB A 4 Herhalingstaak 1: spreken/luisteren nee KB A 5 Herhalingstaak 2: spreken/luisteren nee KB A 6 Herhalingstaak 3: taalbeschouwing nee KB A 7 Herhalingstaak 4: taalbeschouwing nee TM T Taalkaarten ja TM K Kopieerbladen vraag aan je leraar TM C Computerbladen vraag aan je leraar =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 25

Groep 4 Blok 6 Les 1 Basisstof HL A2 31 1 Woordenschat nee TB A2 30 1 Lees de tekst. nee TB A2 30 2 Hoe leert Wouter de woorden? nee TB A2 30 3 Waar kun je opzoeken wat een woord nee betekent? WB A2 13 4 Lees de woorden in het woordenboek. nee WB A2 13 5 Kijk goed naar de tekeningen. nee TB A2 31 6 Kies vijf woorden die je hebt geleerd. nee TB A2 31 7 Bekijk de vier boeken. nee Groep 4 Blok 6 Les 1 Differentiatie TB A2 31 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 6 Les 2 Basisstof HL A2 32 2 Spreken/luisteren ja TB A2 32 1 Lees de tekst. ja TB A2 32 2 Welk kind is het eens met Lotte? ja TB A2 32 3 Ben jij het eens met Lotte? ja WB A2 14 4 Lees wat er gezegd wordt over wedstrijden. ja WB A2 14 5 Lees wat de kinderen vinden. ja WB A2 14 6 Kijk je wel eens televisie? ja TB A2 33 7 Waar kijk je graag naar op tv? ja TB A2 33 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 6 Les 2 Differentiatie TB A2 33 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 26

Groep 4 Blok 6 Les 3 Basisstof HL A2 33 3 Taalbeschouwing ja TB A2 34 1 Lees de mop. ja TB A2 34 2 Het is moeilijk om de mop te lezen. ja TB A2 34 3 Hoeveel zinnen heeft de mop? nee TB A2 34 4 Teken twee trommels in je schrift. nee WB A2 15 5 Kleur de zinnen hieronder. nee WB A2 15 6 Maak de zinnen steeds korter. nee TB A2 35 7 Schrijf grappige zinnen op. nee TB A2 35 8 Lees wat Tom en Anna zeggen. ja Groep 4 Blok 6 Les 3 Differentiatie TB A2 35 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 6 Les 4 Basisstof HL A2 34 4 Schrijven nee TB A2 36 1 Masha wil een feest geven. ja TB A2 36 2 Wat leest Masha over pizza's? nee WB A2 16 3 Veel kinderen houden van buitenspelen. nee WB A2 16 4 Schrijf een tekst over buitenspelen. nee WB A2 16 5 Schrijf over een spel dat je samen buiten ja speelt. TB A2 37 6 Schrijf een tekst over een film die je hebt nee gezien. TB A2 37 7 Wat heb je geleerd? nee Groep 4 Blok 6 Les 4 Differentiatie TB A2 37 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 27

Groep 4 Blok 6 Les 5 Basisstof HL A2 35 5 Woordenschat nee TB A2 38 1 Lees het verhaal. nee TB A2 38 2 Hoe wil Wouter de woorden leren? nee TB A2 38 3 Wat betekent snauwen? nee WB A2 17 4 Schrijf de woorden op de goede plek onder de nee tekeningen. WB A2 17 5 Aan wie vraag jij iets? nee WB A2 17 6 Bedenk aan wie Tim iets vraagt. nee TB A2 39 7 Wat betekenen de woorden. nee TB A2 39 8 Welke woorden weten jullie niet? nee TB A2 39 9 Wat heb je geleerd? nee Groep 4 Blok 6 Les 5 Differentiatie TB A2 39 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 6 Les 6 Basisstof HL A2 36 6 Spreken/luisteren ja TB A2 40 1 Tim vertelt iets aan zijn vrienden. ja TB A2 40 2 Waarom stellen de kinderen vragen aan Tim? ja TB A2 40 3 Welke vragen zou jij stellen aan Tim? ja WB A2 18 4 Lees het verhaal. nee WB A2 18 5 Stel twee vragen over het verhaal. nee WB A2 18 6 Maak een woordweb over sport. ja TB A2 41 7 Over welk feest weet je veel? ja TB A2 41 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 6 Les 6 Differentiatie TB A2 41 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 28

Groep 4 Blok 6 Les 7 Basisstof HL A2 37 7 Taalbeschouwing ja TB A2 42 1 Lees het bericht. ja TB A2 42 2 Schrijf alle doe-woorden uit het bericht op. ja TB A2 42 3 Lees de krantenkoppen. ja TB A2 42 4 In koppen staan vaak geen doe-woorden. ja TB A2 42 5 Nu omgekeerd. ja WB A2 19 6 Kleur in de zinnen hieronder het doe-woord ja rood. WB A2 19 7 Schrijf deze zin op een strookje papier. ja WB A2 19 8 De tekenaar tekende alles verkeerd. nee TB A2 43 9 Sarah komt uit Engeland nee TB A2 43 10 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 6 Les 7 Differentiatie TB A2 43 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 6 Les 8 Basisstof HL A2 38 8 Schrijven nee TB A2 44 1 De groep van juf Maartje schrijft over nee vriendjes. TB A2 44 2 Wat vindt Nikkie belangrijk om te schrijven? nee TB A2 44 3 Wat vindt Hassan belangrijk om te schrijven? nee TB A2 44 4 Wat zou jij willen schrijven over vriendjes? nee WB A2 20 5 Sam heeft in zijn dagboek geschreven. nee WB A2 20 6 Wat vindt Sam belangrijk om in zijn dagboek nee te schrijven? WB A2 20 7 Wat vind jij van jouw school? ja TB A2 45 8 Schrijf een tekst die heet: mijn familie. ja TB A2 45 9 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 6 Les 8 Differentiatie TB A2 45 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 29

Groep 4 Blok 6 Les 9 Basisstof HL A2 39 9 Woordenschat nee TB A2 46 1 Lees het verhaal. nee TB A2 46 2 Waarom maken Wouter en Grombol ruzie? nee TB A2 46 3 Wat betekent de makker? nee WB A2 21 4 Wat betekenen de woorden? nee WB A2 21 5 Kies drie woorden uit opdracht 4. nee TB A2 47 6 Bekijk de tekening. nee TB A2 47 7 Kijk naar de woorden. nee Groep 4 Blok 6 Les 9 Differentiatie TB A2 47 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 6 Les 10 Basisstof HL A2 40 10 Spreken/luisteren nee TB A2 48 1 Lees de tekst. nee TB A2 48 2 Lissa praat over haar babybroertje. nee TB A2 48 3 Wat vind jij van baby's? nee WB A2 22 4 Kijk naar de plaatjes. ja WB A2 22 5 Kijk naar jouw woordweb. ja TB A2 49 6 Wat doe jij het liefst? ja TB A2 49 7 Wat heb je geleerd? nee Groep 4 Blok 6 Les 10 Differentiatie TB A2 49 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 30

Groep 4 Blok 6 Les 11 Basisstof HL A2 41 11 Taalbeschouwing ja TB A2 50 1 Bekijk de pictogrammen hieronder. ja TB A2 50 2 Kies vijf pictogrammen. ja TB A2 50 3 In dit taalboek staan ook pictogrammen. ja WB A2 23 4 Welke sporten zijn hier getekend? ja WB A2 23 5 Maaike gaat naar de camping. ja WB A2 23 6 Maaike heeft een hekel aan wassen en ja strijken. TB A2 51 7 Teken vier pictogrammen. ja TB A2 51 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 6 Les 11 Differentiatie TB A2 51 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 6 Les 12 Basisstof HL A2 42 12 Schrijven ja TB A2 52 1 Nima denkt na. nee TB A2 52 2 Waarover heeft Nima geschreven? nee TB A2 52 3 Met wie wil jij graag op de foto? nee WB A2 24 4 Kies een onderwerp. nee WB A2 24 5 Bedenk nu zelf een onderwerp. ja TB A2 53 6 Kies een onderwerp. nee TB A2 53 7 Waarover zou je iets willen schrijven? ja Groep 4 Blok 6 Les 12 Differentiatie TB A2 53 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 6 Toets KB A 1-2 Blok 6 Toetstaak ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 31

Groep 4 Blok 6 Herhalings- en plustaken KB A 4 Herhalingstaak 1: schrijven nee KB A 5 Herhalingstaak 2: schrijven nee KB A 6 Herhalingstaak 3: taalbeschouwing nee KB A 7 Herhalingstaak 4: taalbeschouwing nee TM T Taalkaarten ja TM K Kopieerbladen vraag aan je leraar TM C Computerbladen vraag aan je leraar Groep 4 Blok 7 Les 1 Basisstof HL A2 50 1 Woordenschat nee TB A2 54 1 Lees het verhaal. nee TB A2 54 2 Hoe wil Grombol de woorden onthouden? nee TB A2 54 3 Maak een tekening van een cd en een dvd. nee WB A2 25 4 Lees wat de woorden betekenen. nee WB A2 25 5 Lees wat de woorden betekenen nee WB A2 25 6 Kijk naar de plaatjes. nee TB A2 55 7 Denk aan een televisie. nee TB A2 55 8 Wat heb je geleerd? nee Groep 4 Blok 7 Les 1 Differentiatie TB A2 55 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 32

Groep 4 Blok 7 Les 2 Basisstof HL A2 51 2 Spreken/luisteren ja TB A2 56 1 De kinderen leggen het woord orkest uit. ja TB A2 56 2 Hoe leggen de kinderen het woord orkest uit? ja TB A2 56 3 Hoe zou jij het woord orkest uitleggen? ja WB A2 26 4 Hoe zou jij uitleggen wat verdriet betekent? ja WB A2 26 5 Hoe leg je de volgende woorden het beste uit? ja WB A2 26 6 Bedenk ik elk vak een woord dat je zo uit kan nee leggen. TB A2 57 7 Bedenk een woord dat bij het orkest hoort. ja TB A2 57 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 7 Les 2 Differentiatie TB A2 57 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 7 Les 3 Basisstof HL A2 52 3 Taalbeschouwing ja TB A2 58 1 Lees wat Hassan en Lisa zeggen. ja TB A2 58 2 Welke taal praten Hassan en Lisa op school? ja TB A2 58 3 Waarom praten ze op school anders dan ja thuis? TB A2 58 4 Sommige kinderen spreken thuis de taal van ja een ander land. TB A2 58 5 Welke taal spreek jij thuis? ja WB A2 27 6 Veel kinderen hebben een 'schooltaal' en een ja 'thuistaal'. WB A2 27 7 Kijk naar de woorden. ja WB A2 27 8 In Nederland worden woorden uit andere talen nee gebruikt. TB A2 59 9 Lees het verhaal. ja TB A2 59 10 Maak het verhaal af. ja TB A2 59 11 Wat heb je geleerd? ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 33

Groep 4 Blok 7 Les 3 Differentiatie TB A2 59 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 7 Les 4 Basisstof HL A2 53 4 Schrijven nee TB A2 60 1 Bekijk de plaatjes. nee TB A2 60 2 Hoe legt Kim het woord goochelen uit? nee TB A2 60 3 Leg uit wat een zadel is. nee WB A2 28 4 Schrijf een korte tekst over het circus. nee WB A2 28 5 Kies een moeilijk woord over het circus. nee WB A2 28 6 Kijk naar het plaatje van de viool. nee TB A2 61 7 Kies een muziekinstrument. ja TB A2 61 8 kies een moeilijk woord over toneel, film of dans. ja Groep 4 Blok 7 Les 4 Differentiatie TB A2 61 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 7 Les 5 Basisstof HL A2 54 5 Woordenschat nee TB A2 62 1 Lees het verhaal. nee TB A2 62 2 Hoe onthoudt Wouter het woord de film? nee TB A2 62 3 Wat weet jij over de film? nee WB A2 29 4 Hieronder zie je een strip. nee WB A2 29 5 Lees de weettekst. nee WB A2 29 6 Kijk naar de plaatjes. nee TB A2 63 7 Schrijf een verhaaltekst of een weettekst in je nee werkboek. TB A2 63 8 Denk aan het woord de dans. nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 34

Groep 4 Blok 7 Les 5 Differentiatie TB A2 63 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 7 Les 6 Basisstof HL A2 55 6 Spreken/luisteren ja TB A2 64 1 Kijk naar de tekening. ja TB A2 64 2 Over wie praten ze? ja TB A2 64 3 Ik, jij, hij, wij, jullie en zij. ja WB A2 30 4 Wat vind jij het leukst op de tv? ja WB A2 30 5 Welk boek vind jij het mooist? ja WB A2 30 6 Welke kleren vind jij mooi? ja WB A2 30 7 Vul de spreekwolken in. ja TB A2 65 8 Bedenk een toneelstukje met twee poppen. ja TB A2 65 9 Welke tekst vind jij het beste? ja Groep 4 Blok 7 Les 6 Differentiatie TB A2 65 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 7 Les 7 Basisstof HL A2 56 7 Taalbeschouwing ja TB A2 66 1 Probeer de tekst te lezen. ja TB A2 66 2 Is het moeilijk om de teskt te lezen? nee TB A2 66 3 Lees de drie zinnen. ja WB A2 31 4 Lees de tekst. nee WB A2 31 5 Achter een zin komt niet altijd een punt. ja WB A2 31 6 Wat hoort erbij? nee TB A2 67 7 Katrijn ziet dat Jan Klaassen van de taart nee snoept. TB A2 67 8 Wie heeft gelijk? nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 35

Groep 4 Blok 7 Les 7 Differentiatie TB A2 67 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 7 Les 8 Basisstof HL A2 57 8 Schrijven nee TB A2 68 1 Lees de twee teksten over Flip. nee TB A2 68 2 Wat is anders in de twee teksten? nee TB A2 68 3 Welke tekst vind jij het beste? nee WB A2 32 4 Bekijk de tekeningen. nee WB A2 32 5 Schrijf twee zinnen. ja WB A2 32 6 Zet een rondje om het goede verwijswoord. nee TB A2 69 7 Flip en Inge luisteren veel naar muziek. nee TB A2 69 8 Wat heb je geleerd? nee Groep 4 Blok 7 Les 8 Differentiatie TB A2 69 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 7 Les 9 Basisstof HL A2 58 9 Woordenschat nee TB A2 70 1 Lees het verhaal. nee TB A2 70 2 Hoe wil Wouter weten of Grombol de woorden nee nog kent? WB A2 33 3 Lees de zinnen. nee WB A2 33 4 Kijk naar het plaatje van de spreekbeurt. nee WB A2 33 5 Hoe zou jij een viool uitbeelden? nee WB A2 33 6 Lees en kijk wat de woorden betekenen. nee TB A2 71 7 Je hebt nu geleerd hoe je een woord kunt ja onthouden. TB A2 71 8 Wat vind jij de beste manier om een woord te onthouden? nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 36

Groep 4 Blok 7 Les 9 Differentiatie TB A2 71 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 7 Les 10 Basisstof HL A2 59 10 Spreken/luisteren ja TB A2 72 1 Er is een voorstelling op school. ja TB A2 72 2 Axel en Bo gaan niet kijken. ja TB A2 72 3 Franka en Samilla gaan wel kijken. ja TB A2 72 4 Zou jij gaan kijken? ja WB A2 34 5 Maak de zinnen af. ja WB A2 34 6 Plak de zinnen aan elkaar. nee WB A2 34 7 Plak twee zinnen aan elkaar met maar. ja TB A2 73 8 Jouw moeder wil dat je naar bed gaat. nee TB A2 73 9 Wat vind jij? nee Groep 4 Blok 7 Les 10 Differentiatie TB A2 73 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 7 Les 11 Basisstof HL A2 60 11 Taalbeschouwing ja TB A2 74 1 Oma stuurt een kaart naar Anouk. ja TB A2 74 2 Welke kaart is het beste? ja TB A2 74 3 Hier zie je namen. ja WB A2 35 4 Hier zie je een envelop. ja WB A2 35 5 Schrijf de plaatsnamen goed op. nee WB A2 35 6 In het bericht zijn de hoofdletters vergeten. ja TB A2 75 7 Schrijf op. nee TB A2 75 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 7 Les 11 Differentiatie TB A2 75 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 37

Groep 4 Blok 7 Les 12 Basisstof HL A2 61 12 Schrijven nee TB A2 76 1 Lange zinnen, korte zinnen. nee TB A2 76 2 Lees Tien kleine visjes. nee TB A2 76 3 Kijk naar het schilderij. nee WB A2 36 4 Kies maar of want. ja WB A2 36 5 Maak de zinnen af. ja WB A2 36 6 Chian komt te laat op school. ja TB A2 77 7 Bekijk de plaatjes van de kinderen. ja TB A2 77 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 7 Les 12 Differentiatie TB A2 77 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 7 Toets KB A 1-2 Blok 7 Toetstaak ja Groep 4 Blok 7 Herhalings- en plustaken KB A 4 Herhalingstaak 1: spreken/luisteren nee KB A 5 Herhalingstaak 2: spreken/luisteren nee KB A 6 Herhalingstaak 3: taalbeschouwing nee KB A 7 Herhalingstaak 4: taalbeschouwing nee TM T Taalkaarten ja TM K Kopieerbladen vraag aan je leraar TM C Computerbladen vraag aan je leraar =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 38

Groep 4 Blok 8 Les 1 Basisstof HL A2 69 1 Woordenschat nee TB A2 78 1 Lees het verhaal. nee TB A2 78 2 Hoe worden de scheve woorden uitgelegd? nee TB A2 78 3 Wat weet jij over de riddertijd? nee WB A2 37 4 Worden de woorden uitgelegd met een zin of nee met een plaatje? WB A2 37 5 Welke woorden horen bij grootvader? nee WB A2 37 6 Wat hoort bij elkaar? nee WB A2 37 7 Je hebt in deze les tien nieuwe woorden nee geleerd. TB A2 79 8 Kijk naar de tekening. ja TB A2 79 9 Wat heb je geleerd? nee Groep 4 Blok 8 Les 1 Differentiatie TB A2 79 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 8 Les 2 Basisstof HL A2 70 2 Spreken/luisteren ja TB A2 80 1 Kijk naar de tekening. ja TB A2 80 2 Wie luistert naar wie? ja TB A2 80 3 Naar wie van de sprekers luister jij het liefst? ja WB A2 38 4 Lees het verhaal Dromen van vroeger voor. ja WB A2 38 5 Hoe is het verhaal voorgelezen? ja TB A2 81 6 Teken in je schrift twee luisteraars. nee TB A2 81 7 Waar let je op als je luistert? nee Groep 4 Blok 8 Les 2 Differentiatie TB A2 81 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 39

Groep 4 Blok 8 Les 3 Basisstof HL A2 71 3 Taalbeschouwing nee TB A2 82 1 Max is uitvinder nee TB A2 82 2 Dit is een machine die naar doe-woorden nee zoekt. WB A2 39 3 Bekijk de briefjes met woorden. nee WB A2 39 4 Zet strepen onder de woorden in de nee woordenvangers. WB A2 39 5 Kleur de doe-woorden in de zinnen geel. ja TB A2 83 6 Staat het doe-woord naast 'wie het doet'? nee TB A2 83 7 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 8 Les 3 Differentiatie TB A2 83 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 8 Les 4 Basisstof HL A2 72 4 Schrijven ja TB A2 84 1 Lees over hoe het vroeger op school was. ja TB A2 84 2 Waar vind je deze tekst? ja TB A2 84 3 Welke woorden horen bij deze tekst? ja TB A2 84 4 Wat vind jij van de tekst? ja WB A2 40 5 Je kunt een tekst in drie stappen schrijven. ja WB A2 40 6 Maak een woordweb over de droom. ja WB A2 40 7 Bedenk vier zinnen bij het woordweb. ja WB A2 40 8 Zet de zinnen op de goede plek. ja TB A2 85 9 Schrijf een tekst over hoe het is in. ja TB A2 85 10 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 8 Les 4 Differentiatie TB A2 85 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 40

Groep 4 Blok 8 Les 5 Basisstof HL A2 73 5 Woordenschat nee TB A2 86 1 Lees de tekst. nee TB A2 86 2 Hoe kun je de gekleurde woorden onthouden? nee WB A2 41 3 Vul de rijtjes in met woorden over jouw leven. ja WB A2 41 4 Welke woorden horen bij vroeger? nee WB A2 41 5 Maak een tekening over jouw toekomst. nee TB A2 87 6 Lees wat de woorden betekenen. ja TB A2 87 7 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 8 Les 5 Differentiatie TB A2 87 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 8 Les 6 Basisstof HL A2 74 6 Spreken/luisteren ja TB A2 88 1 Kijk naar de vijf kinderen op de tekening. ja TB A2 88 2 Naar welk van de vijf kinderen luister jij het ja liefst? TB A2 88 3 Met welk kind wil jij wel van plaats ruilen? ja WB A2 42 4 Kies een onderwerp. ja WB A2 42 5 Kijk naar het plaatje. TB A2 89 6 Draag het gedicht voor. ja TB A2 89 7 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 8 Les 6 Differentiatie TB A2 89 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 41

Groep 4 Blok 8 Les 7 Basisstof HL A2 75 7 Taalbeschouwing nee TB A2 90 1 Lees het verhaal. nee TB A2 90 2 Lees de zinnen. nee TB A2 90 3 Schrijf de zin over op een strookje papier. nee WB A2 43 4 Trek lijnen tussen de kaartjes. ja WB A2 43 5 Hoe kun je deze zinnen in stukken verdelen? ja WB A2 43 6 Kleur in de zinnen van opdracht 5 'wie het ja doet' groen. TB A2 91 7 Deze zin begint met een vraagwoord. nee TB A2 91 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 8 Les 7 Differentiatie TB A2 91 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 8 Les 8 Basisstof HL A2 76 8 Schrijven nee TB A2 92 1 Lees de teksten. nee TB A2 92 2 Maak de zinnen af. nee TB A2 92 3 Wat lees jij graag? nee WB A2 44 4 Je reist naar de planeet van Grombol. nee WB A2 44 5 Op de planeet van Grombol spreekt niemand nee jouw taal. WB A2 44 6 Maak het gedicht af. nee TB A2 93 7 Bekijk de tekening. ja TB A2 93 8 Schrijf de zinnen in je schrift. ja Groep 4 Blok 8 Les 8 Differentiatie TB A2 93 Extra opdracht nee =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 42

Groep 4 Blok 8 Les 9 Basisstof HL A2 77 9 Woordenschat nee TB A2 94 1 Lees het verhaal. nee TB A2 94 2 Grombol zal zich Wouter altijd herinneren. nee TB A2 94 3 Hoe zou jij de gekleurde woorden onthouden? nee WB A2 45 4 Lees de tekst. nee WB A2 45 5 Wat is het verschil tussen onthouden en nee vergeten? WB A2 45 6 Grombol is weg. nee TB A2 95 7 Lees de tekst. ja TB A2 95 8 Schrijf over het leren en onthouden van woorden. nee Groep 4 Blok 8 Les 9 Differentiatie TB A2 95 Extra opdracht nee Groep 4 Blok 8 Les 10 Basisstof HL A2 78 10 Spreken/luisteren ja TB A2 96 1 Pepijn en Josha praten over wat zij later willen ja worden. TB A2 96 2 Pepijn vertelt. ja TB A2 96 3 Josha luistert en stelt vragen. ja TB A2 96 4 Stelt Pepijn ook vragen? ja WB A2 46 5 Je gaat een gesprek voeren. ja WB A2 46 6 Draai nu de rollen om. ja TB A2 97 7 Schrijf in je schrift en geef antwoord. ja TB A2 97 8 Wat heb je geleerd? ja Groep 4 Blok 8 Les 10 Differentiatie TB A2 97 Extra opdracht ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 43

Groep 4 Blok 8 Les 11 Basisstof HL A2 79 11 Taalbeschouwing ja TB A2 98 1 Uitvinder Max reist met zijn tijdmachine. ja TB A2 98 2 Gelukkig gebruiken de smurfen veel tekens. nee TB A2 98 3 Max wil eerst koffie drinken en daarna naar de nee wc. TB A2 98 4 De blauwe mensen maken veel gebaren. nee WB A2 47 5 Max leert de taal van de blauwe planeet. ja WB A2 47 6 Max wil weten voor wie het standbeeld is. ja WB A2 47 7 Het antwoord dat max krijgt, is wel erg lang. ja TB A2 99 8 Los deze rebus op. ja TB A2 99 9 Bedenk een pictogram of gebaar dat makkelijk ja te begrijpen is. Groep 4 Blok 8 Les 11 Differentiatie TB A2 99 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 8 Les 12 Basisstof HL A2 80 12 Schrijven ja TB A2 100 1 Voor je een tekst schrijft, zoek je informatie. ja TB A2 100 2 Wanneer gebruikt Tim een woordweb? ja TB A2 100 3 Wat voor tekst zou jij schrijven over ridders? ja WB A2 48 4 Je gaat een tekst schrijven. ja WB A2 48 5 Schrijf de tekst op. ja WB A2 48 6 Hoe ging het schrijven van de tekst? ja TB A2 101 7 Je hebt dit jaar veel geleerd. ja =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 44

Groep 4 Blok 8 Les 12 Differentiatie TB A2 101 Extra opdracht ja Groep 4 Blok 8 Toets KB A 1-2 Blok 8 Toetstaak ja Groep 4 Blok 8 Herhalings- en plustaken KB A 4 Herhalingstaak 1: schrijven nee KB A 5 Herhalingstaak 2: schrijven nee KB A 6 Herhalingstaak 3: taalbeschouwing nee KB A 7 Herhalingstaak 4: taalbeschouwing nee TM T Taalkaarten ja TM K Kopieerbladen vraag aan je leraar TM C Computerbladen vraag aan je leraar =meedoen met groep, Ok=(goed)gedaan 45