Meeteenheden omrekenen 1 2 3 4 5 Eenheid n n = 1 n = 2, n = 3 n > 3 Omrekeningsfactoren uitsluitend metrisch met tijdseenheden overig niet-metrisch Omrekeningsrichting van groot naar klein van klein naar groot Aantal omrekeningsstappen 1 > 1 Getallen één of twee cijfers drie of meer cijfers Aantal verschillende meeteenheden Maten schatten Referentiematen zijn in de opgave zijn leerlingen moeten zelf bedacht of opgezocht Verhouding lengte en referentiemaat referentiemaat past een aantal malen in de lengte die geschat moet referentiemaat is groter dan de lengte die geschat moet Lengten meten of afpassen Schaal niet op schaal 1 : 10 n 1 : a x 10 n Interpolatie niet noodzakelijk wel noodzakelijk afmeting past op afmeting past niet op Extrapolatie liniaal liniaal a geheeltallig en < 10 1 : m n : m
Lengten in een figuur veelhoek met Betrokken figuren rechte hoeken kan uit de andere zonder Berekeningswijze noemenswaardig e berekening afgeleid er is een logische redenering noodzakelijk parallellogram, ruit, trapezium,... met behulp van gelijkvormigheid Stelling van Pythagoras Toepassing toepassing voorkomt in een Oriëntatie Verscholenheid uit twee n de lange zijde uit een en de lange zijde de andere 1 keer > 1 keer rust op een is rust op de lange zijde maakt deel uit van andere figuur en moet daarin herkend rust op een hoekpunt moet geconstrueerd
Omtrek Betrokken figuren figuren hebben alleen rechte zijden en rechte hoeken hebben rechte zijden maar ook andere hoeken volledige cirkel alle sommige benodige leerlingen moeten zijn uit het hoofd uit omtrek en cirkelboog Oppervlakten van 2D-figuren Betrokken figuren rechthoek volledige cirkel cirkelsegment Eenheden de probleemoplossing alle m 2, cm 2, enzovoorts sommige hectare, are uit oppervlakte en overige eenheden
Oppervlakten van 3D-figuren Betrokken figuren kubus, balk piramide, prisma bol, kegel, cilinder Inhouden alle benodige zijn sommige leerlingen moeten uit het hoofd uit oppervlakte en Betrokken figuren kubus, balk piramide, prisma bol, kegel Eenheden alle m 3, cm 3, enzovoorts niet benodige zijn sommige uit inhoud en l, dl, cl, enzovoorts overige eenheden leerlingen moeten uit het hoofd deel van bol, kegel of cilinder deel van bol of kegel
Hoeken meten en tekenen Aard van de hoek recht scherp stomp > 180º Hoeken Eigenschap F-, Z- of overstaande hoeken complementaire hoek = 90º hoek som van de hoeken in een = 180º som segmenten van een regelmatige veelhoek = 360º eigenschap toegepast moet in een Goniometrie Goniometrische verhoudingen tangens sinus, cosinus overige Toepassing hoek zijde helling toepassing voorkomt in een Oriëntatie Verscholenheid rust op een is rust op de lange zijde maakt deel uit van andere figuur en moet daarin herkend Goniometrische eigenschappen niet sin x = cos (90º - x ) en/of tan x = sin x / cos x rust op een hoekpunt sin 2 x + cos 2 x = 1 sinus- of cosinusregel gebruiken overige eigenschappen