Leefomgevingsplan 2010-2014 Gemeente Kapelle



Vergelijkbare documenten
Commissie Milieu, Verkeer en Vervoer. 29 januari 2002 Nr , RMA Nummer 3/2002

MILIEUBELEIDSPLAN. ONDERDEEL BODEM visiedocument. Terneuzen gaat een schone toekomst tegemoet Koning Willem III

2.1.2 lucht De luchtkwaliteit binnen Baarn wordt inzichtelijk gemaakt op de vmk (GVVP) X X

MILIEUJAARVERSLAG

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. categorie/agendanr. B. en W RA A 6 10/1028. Raad. Onderwerp: Vaststellen Visie op bodemkwaliteit 2012

onderzoeksopzet handhaving

INFOBLAD IMPULS LOKAAL BODEMBEHEER 2012

Aan u wordt voorgesteld bijgevoegd verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan vast te stellen.

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

Omgevingswet en het stedelijk waterbeheer / waterketen

Voorstel ontwikkeling duurzaamheidsparagraaf Zoetermeer. 1. Inleiding

Duurzame ontwikkeling:

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 64

MILIEUJAARVERSLAG 2016

Raadsbijlage Voorstel inzake duurzame ontwikkeling in Eindhoven

Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13

Aan de raad AGENDAPUNT NR Doetinchem, 11 maart Kerntakendiscussie - thema duurzaamheid en milieu

Voorstel voor de Raad

Omgevingswet en gezamenlijk investeringsprogramma

Notitie ten behoeve van behandeling Gemeentelijk Milieubeleidsplan Woudrichem en het bijbehorende jaarprogramma.

Milieubeleidsplan gemeente Midden-Delfland, september

Speerpunten Doel Actie/uitwerking Wanneer Wie Dekking kosten /financiering Vanuit zowel het provinciale (landelijke) als lokale bodembeleid

MILIEU-UITVOERINGSPLAN GEMEENTE NOORD-BEVELAND. Vastgesteld door de raad op 28 oktober 2010

OVERZICHT WETTELIJKE EN AUTONOME TAKEN MILIEUPROGRAMMA 2011

Jaarprogramma Milieu 2015 Gemeente Gouda

RAADSVOORSTEL Agendanummer 9.2

Reactienota op de gehouden inspraak

Dialoog veehouderij Venray

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202

blauwdruk t.b.v. een visie externe veiligheid bestuurlijke ambities

Programmaplan Hoogeveen Leeft

Raadsvoorstel en besluitnota

Raad 2 juli 2002 Agendanr. : 9 Doc.nr : B RAADSVOORSTEL. Onderwerp : Milieujaarverslag Inleiding

Startnotitie invoering van de Omgevingswet in Haren

Informatie Voor de feitelijke informatie wordt verwezen naar het milieujaarverslag.

Grondwater in de omgevingsvisie

III.3 Tabel: meerjarenprogramma en benodigde capaciteit milieubeleidsplan

De Raad en de Omgevingswet

Datum Agendapunt Nummer. 9 november R11S007

Datum 20 november 2009 Betreft Voortgang dossier zandwinputtenvoortgang dossier zandwinputten. Geachte Voorzitter,

Voorstel : Vaststellen nota Dorpshuizen in Sint Anthonis, inclusief beleid ten aanzien van paracommercialisme

RAADSVOORSTEL Agendanummer 9.7. Onderwerp: Jaarverslag 2007 van de Regionale Milieudienst West-Brabant

Voorstel aan college b&w van Landsmeer

Samenhang en samenvatting vgrp+, Waterplan, BRP

Provinciaal Omgevingsplan Limburg

* *

Raadsvergadering 29 januari Nr.: 11. AAN de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W²

Beslisdocument college van Peel en Maas

VERGADERING GEMEENTERAAD d.d. 5 januari 2009 AGENDA NR. 6

Samen energie besparen! Convenant Energiebesparing Gemeente Kerkrade

Bodemfunctiekaart Hof van Twente Besluit Bodemkwaliteit

Toelichting bij het Meldingsformulier Bodemverontreiniging

Postbus AA Pijnacker. Burgemeester en wethouders van Pijnacker-Nootdorp Postbus AA Pijnacker. Geacht College,

Halfjaarlijkse voortgangsrapportage Integraal Toezicht en Handhaving Omgevingsrecht 2018

In de beslisnota wordt aan u gevraagd in te stemmen met de vastgestelde doelen en maatregelen.

Startnotitie (gewijzigd) ACTUALISATIE GROENBELEIDSPLAN

Startnotitie Omgevingsvisie Nijmegen

Invoering Omgevingswet

: Schoon en gezond water in Noord Nederland. Adviesnota 2007 Kaderrichtlijn Water/Water Beheer 21 e eeuw.

Rekenkamercommissie. Onderzoekprogramma vanaf 2012

Gemeente ř Bergen op Zoom

ALGEMENE VERGADERING. Relevante kaders - Waterwet - Verordening voor de Fysieke Leefomgeving Flevoland (VFL) Lelystad, 21 maart 2013

Regionale samenwerking en de Omgevingswet. Gert Dekker (VNG)

Beslisdocument en plan van aanpak

Presentatie Provincie Zeelan. Presentatie Regierol Bodemsanering. Walter Jonkers Medewerker Regie Bodembeleid

Omgevingswet en de raad

2016/ gemeente Zaanstad Burgemeester & Wethouders

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE

Raadsvergadering, 29 januari Voorstel aan de Raad

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, 19 mei 2009 Nummer voorstel: 2009/58

GEMEENTE OLDEBROEK PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN STRUCTUURVISIE CONCEPT, DECEMBER 2014 KENMERK

Convenant bodem en ondergrond

Notitie Bodemfunctieklassenkaart gemeente Noordwijk

Raadsvoorstel. drs A.J. Ditewig 18 februari januari De raad wordt voorgesteld te besluiten:

Zeetoegang IJmond. Aanvullend advies over reikwijdte en detailniveau van de Milieutoets. 3 november 2011 / rapportnummer

portefeuillehouder ak e i e \* Secretaris akkoord

Bijlage bij Uitvoeringsovereenkomst Provincie Utrecht 2017

Raadsvergadering van 21 januari Onderwerp: Uitvoeringsnota Millenniumgemeente. Verantwoordelijke portefeuillehouder: W.J.M. Vissers SAMENVATTING

Jaarverslag uitvoeringsprogramma handhaving gemeente Groningen De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

Aan de Gemeenteraad. 17 december Raad. : Beleidsvisie Duurzaamheid Achtkarspelen. Opiniërend. Status. Punt no.

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Milieuwerkprogramma Afdeling Bouwen en Milieu, eenheid milieu

PROVINCIALE COMMISSIE LEEFOMGEVING (PCL) UTRECHT

: kaderstellende notitie voor het opstellen van een integraal horecabeleid

Voorstel besluit Samenvatting toelichting

Omgevingsvisie Giessenlanden. Plan van aanpak V1.3. Inleiding

Sociaal Economisch Masterplan: Uitvoeringsagenda Netwerk Noordoost

Linda Roeterink / 29 september Omgevingswet. Introductie

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

Kwaliteit van de leefomgeving behouden en op punten verbeteren

Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens

Provinciale Staten van Noord-Holland

27 januari Concept beleidsnotitie Sport BSO s

Stand van zaken invoering Omgevingswet Omgevingsdienst West-Holland

*ZE9C48C23CC* Raadsvergadering d.d. 16 december 2014

de bodemkwaliteitskaart delen Leidschenveen, kenmerk , 17 juli 2003, vast te stellen en bekend te maken.

Staat van Wijzigingen Bestemmingsplan Snel en Polanen

Van : L. de Ridder DMS nr: Aan : Gemeenteraad Datum : 19 mei 2011 Onderwerp : Start duurzaamheidsbeleid c.c. :

Ruimtelijke Visie Duurzame Energie Heumen

De Raad en de Omgevingswet

Transcriptie:

Leefomgevingsplan 2010-2014 Gemeente Kapelle Status: definitief Vastgesteld door de gemeenteraad op 1 november 2010 Versie: 2.1

2

INHOUDSOPGAVE VOORWOORD... 5 SAMENVATTING... 6 1. INLEIDING... 13 1.1 Introductie... 13 1.2 Waarom een gemeentelijk leefomgevingsplan... 13 1.3 Proces en rol van de gemeenteraad... 14 1.4 Leeswijzer en afbakening... 15 2. AMBITIE EN DOELEN VAN HET LEEFOMGEVINGSPLAN... 17 2.1 De ambitie van de gemeente Kapelle... 17 2.1.1 De hoofddoelstelling... 17 2.1.2 De speerpunten van het beleid en overige thema s... 17 2.1.3 De rol van de gemeente en relaties met andere betrokkenen... 19 2.2 Drie hoofdstukken: leefbaarheid, duurzaamheid en instrumenten... 19 3. LEEFBAARHEID IN DE GEMEENTE KAPELLE... 21 3.1 Bodem... 21 3.1.1 Toelichting op het thema... 21 3.1.2 Visie en ambitie... 23 3.1.3 Hoofdlijnen van het beleid... 23 3.2 Water en riolering... 24 3.2.1 Toelichting op het thema... 24 3.2.2 Visie en ambitie... 25 3.2.3 Hoofdlijnen van het beleid... 25 3.3 Natuur en landschap... 25 3.3.1 Toelichting op het thema... 25 3.3.2 Visie en ambitie... 27 3.3.3 Hoofdlijnen van het beleid... 27 3.4 Openbare ruimte... 28 3.4.1 Toelichting op het thema... 28 3.4.2 Visie en ambitie... 28 3.4.3 Hoofdlijnen van het beleid... 28 3.5 Milieu en gezondheid... 29 3.5.1 Toelichting op het thema... 29 3.5.2 Visie en ambitie... 31 3.5.3 Hoofdlijnen van het beleid... 31 3.6 Geluid en trillingen... 31 3.6.1 Toelichting op het thema... 31 3.6.2 Visie en ambitie... 33 3.6.3 Hoofdlijnen van het beleid... 33 3.7 Externe veiligheid... 34 3.7.1 Toelichting op het thema... 34 3.7.2 Visie en ambitie... 36 3.7.3 Hoofdlijnen van het beleid... 36 3.8 Lucht en geur... 37 3.8.1 Toelichting op het thema... 37 3.8.2 Visie en ambitie... 38 3.8.3 Hoofdlijnen van het beleid... 39 4. DUURZAAMHEID IN DE GEMEENTE KAPELLE... 40 4.1 Klimaat en energie... 40 4.1.1 Toelichting op het thema... 40 4.1.2 Visie en ambitie... 42 4.1.3 Hoofdlijnen van het beleid... 43 4.2 Duurzaam bouwen... 44 4.2.1 Toelichting op het thema... 44 4.2.2 Visie en ambitie... 44 4.2.3 Hoofdlijnen van het beleid... 44 4.3 Duurzaam inkopen... 45 3

4.3.1. Toelichting op het thema... 45 4.3.2. Visie en ambitie... 45 4.3.3. Hoofdlijnen van het beleid... 45 4.4 Afval... 46 4.4.1 Toelichting op het thema... 46 4.4.2 Visie en ambitie... 47 4.4.3 Hoofdlijnen van het beleid... 47 5. INSTRUMENTEN... 48 5.1 Milieu en ruimtelijke ordening... 48 5.1.1 Toelichting op het thema... 48 5.1.2 Visie en ambitie... 49 5.1.3 Hoofdlijnen van het beleid... 49 5.2 Milieumanagement... 49 5.2.1 Toelichting op het thema... 49 5.2.2 Visie en ambitie... 51 5.2.3 Hoofdlijnen van het beleid... 51 5.3 Milieucommunicatie en natuur- en milieueducatie... 51 5.3.1 Toelichting op het thema... 51 5.3.2 Visie en ambitie... 52 5.3.3 Hoofdlijnen van het beleid... 52 5.4 Vergunningverlening... 53 5.4.1 Toelichting op het thema... 53 5.4.2 Visie en ambitie... 54 5.4.3 Hoofdlijnen van het beleid... 54 5.5 Handhaving en klachtenbehandeling... 55 5.5.1 Toelichting op het thema... 55 5.5.2 Visie en ambitie... 56 5.5.3 Hoofdlijnen van het beleid... 56 6. ORGANISATIE, MIDDELEN EN UITVOERING... 58 6.1 Het meerjaren uitvoeringsprogramma... 58 6.2 Organisatie van de uitvoering... 58 6.3 Capaciteit en middelen... 58 BIJLAGEN Bijlage 1: Overzicht van beschikbare uren en financiële middelen Bijlage 2: Meerjaren uitvoeringsprogramma 2010-2014 Bijlage 3: Antwoordnota inspraakreacties Bijlage 4: Overzicht van veel gebruikte afkortingen binnen het milieutaakveld 4

VOORWOORD Beste lezer, Voor u ligt het Leefomgevingsplan 2010-2014. Een plan dat tot stand is gekomen in goed overleg met de raad, wethouder en verantwoordelijke ambtenaren. In het coalitieakkoord 2010-2014 is een speerpunt opgenomen met betrekking tot milieu en duurzaamheid. Het voorliggende plan is een goede eerste aanzet om invulling te kunnen geven aan dit speerpunt. De gemeente Kapelle heeft een inhaalslag te maken. In 2002 heeft de gemeente Kapelle al eerder een aanzet gegeven om te komen tot een beter milieubeleid. Maar mede door het gebrek aan middelen is dit het milieubeleid blijven steken in ad hoc beleid en slechts het uitvoeren van wettelijke taken. Dit Leefomgevingsplan heeft een middellange termijn visie met betrekking tot alle gemeentelijke milieutaken en biedt ons de mogelijkheid om te komen tot een integrale uitvoering van die milieutaken. Ik realiseer me dat het opstellen van een Leefomgevingsplan pas het begin is om ook daadwerkelijk invulling te geven aan het milieubeleid van de gemeente Kapelle. Geformuleerde doelstellingen zijn prachtig maar zonder inzet en middelen om deze te realiseren zul je deze nooit gaan waarmaken. Inzet is er zeker om een succes te maken van dit voorliggende plan. De raad heeft ook duidelijk aangegeven dat duurzaamheid het speerpunt van dit plan is. Komende maanden zullen we dan ook hard werken om dit facet in het plan verder uit te werken. Het is een uitdaging om juist in een tijd van (komende) bezuinigingen het lef te hebben om te willen investeren in onze leefomgeving. Onze leefomgeving nu, maar zeker ook voor de toekomst. We hebben de verplichting om ook voor onze kinderen een leefbare wereld na te laten. Laten we aan de slag gaan! Met vriendelijke groet, Evert Damen wethouder milieu 5

SAMENVATTING In deze samenvatting wordt per thema, verdeeld over de drie hoofdstukken leefbaarheid, duurzaamheid en instrumenten toegelicht waar de gemeente op dit moment staat en welke visie en ambities zij heeft in 2014. Thema: Toelichting Bodem LEEFBAARHEID IN DE GEMEENTE KAPELLE Het thema bodem krijgt een hogere prioriteit. De hoeveelheid en complexiteit van de gemeentelijke taken op dit terrein zijn de laatste jaren toegenomen. Hierdoor is een sterke behoefte ontstaan aan een planmatige aanpak van deze taken. Om de wettelijke taken op een gestructureerde wijze in te vullen wil de gemeente een bodembeleidsplan opstellen. In het bodembeleidsplan wordt aangegeven hoe de gemeente Kapelle omgaat met bodemgerelateerde onderwerpen zoals de sanering van ondergrondse tank, de DDT problematiek, bodemonderzoek bij bouwvergunningen en bestemmingsplannen, handhaving etc. Bestaande instrumenten zoals de gemeentelijke bodemkwaliteitkaart en het bodembeheerplan dienen ter ondersteuning van het gemeentelijk bodembeleid. Tevens hecht de gemeente veel waarde aan regionale afstemming ten aanzien van de bodemtaken. Omdat het aantal verontreinigde locaties binnen de gemeente beperkt is, wordt een versnelde functiegerichte sanering van deze locaties niet noodzakelijk geacht. Bijzonder aandachtspunt is de extra inzet door de gemeentelijke deelname in de aanleg van een gezamenlijk depot voor de berging van niet-verspreidbare baggerspecie in de Willem Annapolder. Deze inspanning vloeit voort uit het ondertekende Regionaal Bestuursakkoord Waterbodems Scheldestroomgebied. Visie: In 2014.. beschikt de gemeente Kapelle over een deels uitgevoerd Bodembeleidsplan als antwoord op de toegenomen hoeveelheid en complexiteit van de gemeentelijke bodemtaken. Voor het plan geldt het uitgangspunt dat schone grond schoon blijft, dat licht verontreinigde grond blijvend wordt beheerd en dat vervuilde grond wordt gesaneerd. De handhaving van bodemvoorschriften vindt effectief en efficiënt plaats. Om onder andere hergebruik van grond en bagger beter en gemakkelijker te reguleren beschikt de gemeente over een actuele bodemkwaliteitskaart en een actueel bijbehorend beheerplan. Bij de uitvoering van de bodemtaken werkt de gemeente effectief samen met andere gemeenten en het waterschap. Water en Riolering Dit thema heeft een relatief hoge prioriteit. De gemeente voldoet aan haar wettelijke plicht om te zorgen voor een doelmatige inzameling en transport van afvalwater. Daarnaast wordt vervuiling van oppervlaktewater en grondwater zoveel mogelijk voorkomen en wordt gewerkt aan verdere verbetering van waterkwaliteit. Bij bedrijven wordt hiervoor vergunningverlening en handhaving ingezet. Nieuwe wet- en regelgeving zal voor de gemeente meer capaciteit voor het uitvoeren van watertaken vergen. Deze extra inzet zal vooral nodig zijn voor het opstellen en uitvoeren van een integraal gemeentelijk Waterplan. Hierin wordt aangegeven op welke wijze de gemeente haar nieuwe watertaken invult. Met betrekking tot het aansluiten van panden op een individuele afvalwatervoorziening wordt aangesloten bij de regionale aanpak. Daarbij geldt het criterium dat de kosten in verhouding moeten staan tot de beoogde milieuwinst. 6

Thema: Toelichting Visie: In 2014 beschikt de gemeente over een Stedelijk Waterplan en is de uitvoering hiervan voortvarend ter hand genomen. Het opstellen van dit Waterplan vloeit voort uit het nieuwe verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2010-2014 (GRP van december 2009).Uitgangspunt is dat de gemeente blijvend wil voldoen aan haar wettelijke plicht om te zorgen voor een doelmatige inzameling en transport van afvalwater. Daarnaast wordt vervuiling van oppervlaktewater en grondwater zoveel mogelijk voorkomen en wordt gewerkt aan verdere verbetering van waterkwaliteit. Bij bedrijven wordt hiervoor vergunningverlening en handhaving ingezet. Een tweede uitgangspunt is dat wateroverlast in het bebouwd gebied wordt voorkomen. Bij de uitvoering van deze taken werkt de gemeente samen met andere betrokkenen in de afvalwaterketen. Het afvalwaterakkoord met het waterschap en de gezamenlijke visie Samenscholing in de afvalwaterketen vormen hiervoor het kader. Natuur en Landschap Landelijke wet- en regelgeving ter bescherming van natuurrijkdom, soorten en landschappelijke waarden zal door de gemeente adequaat worden uitgevoerd. Dit betekent onder meer dat in voorkomende gevallen onderzoek zal worden gedaan naar de gevolgen voor natuur en landschap van gemeentelijke (ruimtelijke) beslissingen. Visie: In 2014 spant de gemeente zich structureel in voor de bescherming van de natuur en het landschap. Bij ruimtelijke ontwikkelingen worden wet- en regelgeving op dit terrein door de gemeente adequaat uitgevoerd evenals de uitgangspunten zoals vastgelegd in het provinciaal Omgevingsplan waaraan de gemeente zich heeft geconformeerd. Het bestemmingsplan Buitengebied (december 2009) bevat de uitgangspunten voor de gewenste ecologische structuur zoals de natuurbescherming binnen de ecologische hoofdstructuur. Openbare Ruimte Dit thema heeft een relatief hoge prioriteit. In het bijzonder verdient de actualisering/herziening van het Groenstructuurplan de komende tijd veel aandacht. Bijzondere aandacht zal uitgaan naar een verdere reductie van het gebruik van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen. Binnen de systematiek duurzame onkruidbestrijding (DOB) wordt gestreefd naar het (redelijk ambitieuze) niveau zilver. Daarbij zal wel steeds een afweging worden gemaakt tussen milieuwinst en kosten. Visie: In 2014 zet de gemeente zich structureel in om de ergernis door onder andere hondenpoep en zwerfafval is verminderd vanuit het besef dat een schone, aantrekkelijke en veilige omgeving bijdraagt aan het welbevinden van mensen. Dit is onder meer het gevolg van het gemeentelijk Groenbeleidsplan en door de inzet van Bijzondere Opsporingsambtenaren (BOA s). Het gebruik van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen is door de gemeente in 2014 sterk verminderd zonder dat dit ten koste is gegaan van het effect van de bestrijding. Milieu en gezondheid Dit thema heeft een relatief hoge prioriteit. Hoewel een belangrijk deel van de uitvoerende taken bij dit thema wordt uitgevoerd door de GGD West-Brabant/Zeeland, zullen enkele onderdelen hiervan de komende jaren bijzondere aandacht van de gemeente krijgen. 7

Thema: Toelichting Dit zijn vooral: De kwaliteit van het binnenmilieu in openbare gebouwen (in de eerste plaats scholen). Dit aandachtspunt zal actief worden opgenomen in het gemeentelijk beleid voor onderhoud en bouw van openbare gebouwen. Verwijdering van asbest zal actief worden bevorderd. Het instrument voorlichting speelt hierbij een belangrijke rol. De gemeente ziet het als haar plicht om bij gemeentelijke besluitvorming de consequenties voor de gezondheid mee te wegen. Er is op dit moment geen behoefte aan aanvullende gemeentelijk beleid op het gebied van lichthinder of straling. Visie: In 2014 heeft de gemeente Kapelle de kwaliteit van het binnenmilieu in scholen en andere openbare gebouwen verbeterd en is voorlichting gegeven over de verwijdering van asbest. Verder ziet de gemeente het als haar plicht om bij gemeentelijke besluitvorming de consequenties voor de gezondheid mee te wegen. In 2014 heeft de gemeente onderzocht of het instrument gezondheidseffectschatting hierbij kan worden ingezet. Hoewel er bij het opstellen van het Leefomgevingsplan in 2010 geen behoefte bestond aan aanvullend gemeentelijk beleid op het gebied van lichthinder of straling, heeft de gemeente in 2014 wel een goed inzicht in de ontwikkelingen op dit terrein en is zonodig beleid ontwikkeld. Geluid en trillingen Dit thema heeft een relatief lage prioriteit. De gemeentelijke inzet richt zich op de uitvoering van de wettelijke taken. Uitgangspunt is dat de uitvoering van de landelijke regelgeving voldoende garanties biedt voor de leefbaarheid in relatie tot geluidhinder. Met het reguliere instrumentarium (vergunningverlening, handhaving, ruimtelijke ordening, verkeers-regulering) zorgt de gemeente er voor dat de wettelijke normen worden voorgeschreven en nageleefd. De sanering wegverkeerslawaai wordt conform de oorspronkelijke planning uitgevoerd. De ontwikkeling van een eigen gemeentelijk geluidbeleid heeft voor de gemeente geen meerwaarde en daarom geen prioriteit. Landelijke ontwikkelingen worden gevolgd voor zover deze consequenties kunnen hebben voor de uitvoering van de wettelijke taken. Hoewel de problematiek van de trillinghinder van de Zeeuwse lijn onderkend wordt, heeft de gemeente geen instrumenten om dit te beïnvloeden. De gemeentelijke inzet beperkt zich tot incidentele deelname aan overleg over dit onderwerp voor zover dit voor de gemeente een meerwaarde heeft. Visie: In 2014 wordt voldaan aan de wettelijke normering voor geluidhinder door railverkeer, wegverkeer en bedrijven. De gemeente heeft het wettelijk instrumentarium zoals vergunningverlening, handhaving en ruimtelijke ordening effectief ingezet en gebleken is dat de uitvoering van de wettelijke taken voldoende garanties biedt voor de leefbaarheid in relatie tot geluidhinder. In 2014 beschikt de gemeente over een eenduidig beleid waarin helder is vastgelegd in welke situaties er een hogere waarde verleend kan worden. De sanering wegverkeerslawaai is in de periode 2010-2014 voortvarend opgepakt en de ontwikkelingen rond de trillinghinder van de Zeeuwse lijn zijn actief gevolgd. Externe Veiligheid De laatste jaren heeft de gemeente een toenemend aantal wettelijke taken gekregen op het gebied van externe veiligheid. De gemeente wil deze taken op een adequate wijze uitvoeren. Zij wordt daarbij tot 2010 ondersteund door het provinciale uitvoeringsprogramma Risico s InZicht. Daarnaast heeft de gemeente eigen beleidsvrijheid ingevuld in een beleidsvisie Externe veiligheid (2006). De gemeente vindt het belangrijk om de beleidsvisie in 8

Thema: Toelichting samenwerking met de provincie en andere Zeeuwse gemeenten te evalueren en zonodig te actualiseren. Visie: In 2014 heeft de gemeente het toegenomen aantal wettelijke taken verankerd in de gemeentelijke werkprocessen. Zij werd daarbij tot en met 2010 ondersteund door het provinciale uitvoeringsprogramma Risico s InZicht. Ook na 2010 wordt de samenwerking voortgezet. De in 2005 opgestelde beleidsvisie externe veiligheid is in 2010 aangevuld met een nota van toelichting. Het gemeentelijk beleid en de wet- en regelgeving hebben er voor gezorgd dat er in de gemeente geen onaanvaardbare risico s bestaan als gevolg van het gebruik, de opslag en het transport van gevaarlijke stoffen. Bij het actualiseren van bestemmingsplannen in de periode 2010-2014 is er voor gezorgd dat deze plannen geen potentiële risicovolle situaties toelaten. Lucht en Geur De gemeente heeft weinig invloed op de lokale luchtkwaliteit. De gemeentelijke inspanningen richten zich uitsluitend op het voldoen aan wettelijke verplichtingen. Dit betekent onder meer dat bij ruimtelijke ontwikkelingen de consequenties voor luchtkwaliteit zullen worden onderzocht. Omdat deze onderzoeksverplichting is vereenvoudigd/versoepeld, wordt verwacht dat gemeentelijke inzet de komende jaren wat lager kan zijn dan de huidige. De omvang en ernst van de geregistreerde klachten over geurhinder geeft geen aanleiding tot het vaststellen van aanvullend beleid. Het bestaande beleid dat geuremitterende bedrijven worden geweerd, zal worden voortgezet. Visie: In 2014 doen zich binnen de gemeente geen knelpunten voor met betrekking tot luchtkwaliteit en geurhinder. De gemeentelijke beperkte gemeentelijke inspanningen die gericht waren op het voldoen aan wettelijke verplichtingen zijn toereikend gebleken. Bij het vestigen van nieuwe bedrijven wordt extra aandacht besteed aan het aspect geur in de milieuvergunning. In principe worden geurimmiterende bedrijven geweerd, waardoor er geen sprake kan zijn van toename van geuroverlast. Klimaat en energie DUURZAAMHEID IN DE GEMEENTE KAPELLE Het thema Klimaat en energie krijgt een hoge prioriteit. In het licht van de internationale klimaatproblematiek wil de gemeente zich meer gaan inspannen om een bijdrage te leveren aan het bevorderen van een duurzame ontwikkeling en de vermindering van broeikasgassen in het bijzonder. Daarbij zal zoveel mogelijk worden aangehaakt op lopende initiatieven en worden samengewerkt met andere partijen zoals Energiebedrijf Delta en Rijkswaterstaat. Dit betekent in de eerste plaats dat de gemeente zal deelnemen aan de nieuwe subsidieregeling voor lokaal klimaatbeleid. via die deelname zal een gemeentelijke aanpak voor energiebesparing en duurzame energie worden ontwikkeld. Daarbij zal ook aandacht worden besteed aan bouwtechnische maatregelen en zullen de mogelijkheden voor de toepassing van duurzame energiebronnen onderzocht worden. Visie: In 2014 heeft de gemeente Kapelle een zichtbare bijdrage geleverd aan het bevorderen van energiebesparing en het gebruik van duurzame energie. Daarbij is zoveel mogelijk aangehaakt op lopende initiatieven. Mede door het vastleggen van prestatieafspraken met de woningcorporaties is het energiegebruik in de bestaande woningvoorraad teruggedrongen. De ge- 9

Thema: Toelichting meente heeft zelf het goede voorbeeld gegeven door het treffen van technische maatregelen die het energiegebruik in gemeentelijke gebouwen en bij openbare verlichting hebben teruggedrongen. Duurzaam bouwen De gemeente wil aan de hand van ervaringen elders, onderzoeken hoe de principes van duurzaam bouwen in praktijk kunnen worden gebracht. Bij een bouw van de brede school (naar verwachting 2012-2013) of bij renovatie van bestaande schoolgebouwen worden de principes van duurzaam en energiezuinig bouwen in het programma van eisen meegenomen. De mogelijkheden voor energieneutraal bouwen worden onderzocht evenals de toepassing van duurzame energie. Visie: In 2014 zijn als gevolg van het opgestelde plan van aanpak de principes van duurzaam bouwen gemeengoed bij de bouw van woningen en utiliteitsgebouwen. Uitgangspunt bij een bouw van de brede school is dat duurzame materialen worden gebruikt en zijn energiebesparende maatregelen worden genomen die verder gaan dan de wettelijke normen. De mogelijkheden voor het gebruik van duurzame energie zoals zonne-energie zijn onderzocht en zoveel mogelijk benut. De discussie over duurzaam bouwen in de gemeente Kapelle is in het licht van de toegenomen belangstelling voor duurzaamheid, nieuw leven ingeblazen. Duurzaam inkopen In december 2008 heeft de gemeente Kapelle de Nota duurzaam inkopen vastgesteld. Hierin is vastgelegd dat de gemeente de door Agentschap.nl (voorheen SenterNovem) gestelde criteria hanteert voor duurzaam inkopen. Dit beleid zal vanaf 2010 worden verankerd en geïmplementeerd in het inkoop- en aanbestedingenbeleid. Tevens zal in het programma van eisen van aanbestedingen standaard een duurzaamheidsparagraaf worden opgenomen. Visie: In 2014 heeft de gemeente het in 2008 vastgestelde beleid voor duurzaam inkopen uitgevoerd. Dit heeft ertoe geleid dat in 2014 minimaal 80% van alle goederen en diensten duurzaam zijn ingekocht (conform de in de nota genoemde criteria). Afval De gemeente voert de wettelijke inzameltaken adequaat uit. Extra aandacht zal uitgaan naar de aanpak van zwerfafval. Visie: In 2014 voert de gemeente de wettelijke inzameltaken adequaat uit. Dit gebeurt zoveel mogelijk in OLAZ-verband. De scheiding van huishoudelijk afval is ten opzichte van 2010 verbeterd, en voldoet aan de kwantitatieve doelstelling uit het Landelijk Afvalbeheerplan 2009-2021. Door deelname aan de jaarlijkse Landelijke opschoondag wordt een bijdrage geleverd aan de bewustwording van de zwerfafvalproblematiek. Milieu en Ruimtelijke Ordening INSTRUMENTEN Via een goede ruimtelijke ordening kan hinder worden voorkomen en kan een veilig, gezond en aangenaam leefklimaat worden bevorderd. Dit is alleen mogelijk indien de ruimtelijke ordenaars in een vroeg stadium van de planvorming op de hoogte zijn van belemmeringen en kansen op milieugebied. De gemeente wil bevorderen dat een vroegtijdige afstemming plaatsvindt tussen milieu en ruimte- 10

Thema: Toelichting lijke ordening. Duurzaamheidsaspecten kunnen dan een integraal onderdeel vormen van de planontwikkeling. Visie: In 2014 vindt er bij ruimtelijke plannen vroegtijdige afstemming plaats tussen medewerkers ruimtelijke ordening en medewerkers milieu. Door deze samenwerking zijn de ruimtelijke ordenaars in een vroeg stadium van de planvorming op de hoogte van belemmeringen en kansen op milieugebied. Hierdoor wordt hinder voorkomen en wordt een veilig, gezond en aangenaam leefklimaat bevorderd. Meer dan in het verleden vormen duurzaamheidsaspecten een integraal onderdeel van de planontwikkeling. Milieumanagement De gemeente onderkent het belang van een gemeentelijk milieubeleidsplan/leefomgevingsplan als onderdeel van de beleidscyclus. Het nieuwe leefomgevingsplan zal over vier jaar worden geactualiseerd. De gemeente wil actief gebruik maken van subsidies die aansluiten bij de gemeentelijke doelen. Visie: In 2014 heeft het Leefomgevingsplan zijn waarde bewezen als instrument om op een planmatige wijze de kwaliteit van de leefomgeving te verbeteren. Daarom is in 2013 gestart met de actualisering of herziening van het plan. De uitvoering van het plan is centraal gecoördineerd door een medewerker van de afdeling VROM en jaarlijks is een milieujaarprogramma opgesteld evenals een milieujaarverslag. Milieucommunicatie en Natuuren milieueducatie Milieucommunicatie en natuur- en milieueducatie zijn ondersteunend aan de uitvoering van milieutaken. Daarbij zal zoveel mogelijk worden aangehaakt op lopende initiatieven zoals bijvoorbeeld het project Zon op School. Visie: In 2014 hebben milieucommunicatie en natuur- en milieu-educatie bijgedragen aan draagvlak voor de uitvoering van het leefomgevingsplan en aan een groeiende bewustwording van de noodzaak tot milieubewust gedrag door burgers en bedrijven. Vergunningverlening Vergunningverlening is een belangrijk gemeentelijk instrument om de belasting van het milieu door bedrijven te reguleren. Bij haar contacten met bedrijven zal de gemeente bedrijven actief stimuleren bij te dragen aan energiereductie, afvalpreventie en vermindering van de belasting bij transport (de verruimde reikwijdte van de Wet milieubeheer). De gevolgen van de komst van de omgevingsvergunning voor de benodigde capaciteit zijn op dit moment nog niet in te schatten. Wel kan worden aangenomen dat er tijdelijk een extra inzet benodigd is om de gevolgen van de omgevingsvergunning te implementeren. Visie: In 2014 is er in de gemeente Kapelle ruimte voor een gezonde economische ontwikkeling bij een verder afgenomen milieudruk. Het verlenen van de omgevingsvergunning wordt professioneel en klantgericht uitgevoerd en alle betrokken partijen werken 11

Thema: Toelichting hierbij effectief samen. Handhaving en klachtenbehandeling Een adequate handhaving en klachtenafhandeling wordt belangrijk gevonden. Het huidige toezicht bij bedrijven is effectief gebleken en wordt daarom voortgezet op het huidige niveau. In gezamenlijke projecten zal met andere handhavingspartners worden samengewerkt. De gemeente heeft de laatste tijd extra ingezet op het onderwerp kleine ergernissen door de Boa s. Afhankelijk van resultaten kan dit beleid worden bijgesteld. Visie: In 2014 worden toezicht en handhaving consequent, transparant, programmatisch en integraal uitgevoerd. In gezamenlijke projecten wordt effectief samengewerkt met andere handhavingspartners. Klachten van burgers worden doeltreffend en efficiënt afgehandeld. 12

1. INLEIDING 1.1 Introductie Veel gemeentelijke taken hebben direct of indirect betrekking op de kwaliteit van de lokale leefomgeving. De gemeente Kapelle wil deze taken in onderlinge samenhang en op een planmatige wijze uitvoeren. Daarom heeft de gemeente er voor gekozen om een Leefomgevingsplan op te stellen voor de periode 2010 tot en met 2014. Het plan wil op een heldere, praktische en beknopte wijze inzicht geven in de beleidskeuzes die de gemeente voor de planperiode maakt. De beleidskeuzes worden vertaald naar concrete activiteiten die worden vastgelegd in een meerjarenuitvoerings-programma (Bijlage 1). Dit programma biedt de basis voor het jaarlijks op te stellen milieuprogramma. Er is bewust gekozen voor de term Leefomgevingsplan in plaats van milieubeleidsplan. Hiermee wordt benadrukt dat de gemeente zorg draagt voor de kwaliteit van de leefomgeving als geheel. Het Leefomgevingsplan is een integraal koepelplan dat nauwe relaties heeft met diverse gemeentelijke taakvelden. Die taakvelden leveren gezamenlijk het instrumentarium waarmee de gemeente de kwaliteit van de leefomgeving kan beïnvloeden. De visie en doelen die in het Leefomgevingsplan worden vastgelegd vormen een toetsingskader voor gemeentelijk beleid en gemeentelijke besluiten voor zover die van invloed zijn op de kwaliteit van de leefomgeving. Momenteel staat milieubeleid en vooral ook klimaat- en energiebeleid weer hoog op de politieke agenda s. In aanvulling op de wettelijk verplichte taken, die de laatste jaren steeds omvangrijker en gecompliceerder zijn geworden, kunnen gemeenten ook hun steentje bijdragen aan de (inter)nationale duurzaamheidsambities. Dit vraagt om een hernieuwde visie op het milieubeleid in de gemeente, passend bij het profiel van de bloesem van Zeeland. 1.2 Waarom een gemeentelijk Leefomgevingsplan Op grond van de Wet milieubeheer is het voor gemeenten verplicht om jaarlijks een milieujaarprogramma en een milieujaarverslag op te stellen. Het opstellen van een gemeentelijk Leefomgevingsplan of een milieubeleidsplan is echter geen wettelijke verplichting. Toch kiest de gemeente Kapelle, evenals veel andere gemeenten, voor een planmatige aanpak van de gemeentelijke milieutaken. Er is gekozen voor de term Leefomgevingsplan om te benadrukken dat het plan een integraal karakter heeft en gaat over de kwaliteit van de leefomgeving als geheel. Met het Leefomgevingsplan draagt de gemeente onder meer zorg voor: Een beleidsmatige onderbouwing voor de gestructureerde uitvoering van de gemeentelijke milieutaken. Een basis voor het jaarlijks verplicht op te stellen milieujaarprogramma en milieujaarverslag. Een toetsingskader voor gemeentelijke besluiten. Een grondslag voor het vaststellen van de benodigde capaciteit. Versterking van de integratie tussen milieu en andere taakvelden en beleidsplannen. Een vertaling van het landelijke (en provinciale) beleid naar de specifieke lokale omstandigheden. Een middel om gericht in te spelen op (toekomstige) ontwikkelingen en speerpunten. Duidelijkheid en transparantie naar de samenleving over de gemeentelijke doelen, beleid en inspanningen. Basis voor afstemming in de regio via milieusamenwerking. Een aantal van deze doelen heeft betrekking op de korte termijn, bij andere zullen de resultaten pas op langere termijn merkbaar zijn. Het Leefomgevingsplan heeft een looptijd van 4 jaar met als basisjaar 2010. Dit is een gebruikelijke termijn voor milieubeleid. Deze periode is enerzijds lang genoeg om een ontwikkeling te starten die is gebaseerd op een visie voor de langere termijn en anderzijds kort genoeg om flexibel in te kunnen spelen op actuele ontwikkelingen op milieugebied, gewijzigde politieke 13

ambities en tevens structuur te bieden aan de dagelijkse uitvoering van taken. Bovendien sluit de planperiode van dit Leefomgevingsplan uitstekend aan bij de raadsperiode 2010-2014. 1.3 Proces en rol van de gemeenteraad In 2008 is gestart met de voorbereidingen op het opstellen van het nieuwe Leefomgevingsplan. Het proces bestond uit 3 fasen en kan op hoofdlijnen als volgt worden samengevat. Fase Toelichting Resultaat 1. Inventarisatie Onderzoek naar landelijke ontwikkelingen en beleid en naar de gemeentelijke stand van zaken Informatiedocument Leefomgevingsplan (19 maart 2008) 2. Ambities en prioriteiten 3. Uitwerking en besluitvorming Formuleren van ambities en prioriteiten als ontwerpkader voor het nieuwe leefomgevingsplan Opstellen en vaststellen leefomgevingsplan Vastgestelde notitie Prioriteiten llefomgevingsplan (28 oktober 2008 vastgesteld) Vastgesteld Leefomgevingsplan Hieronder wordt op chronologische volgorde aangegeven welke werkstappen uit het proces zijn uitgevoerd en wat hiervan de resultaten zijn. Opstellen en aanbieden Informatiedocument aan gemeenteraad (ter kennisname) In de periode januari maart 2008 is een inventarisatie uitgevoerd naar relevante landelijke ontwikkelingen op milieugebied en naar de gemeentelijke stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van milieutaken. De resultaten van deze inventarisatie zijn weergegeven in het informatiedocument dat op 19 maart 2008 aan de gemeenteraad is aangeboden. Opstellen en aanbieden notitie Doelen en ambities aan gemeenteraad (ter kennisname) Ter voorbereiding op de discussie over het te kiezen ambitieniveau is medio april 2008 de notitie Doelen en ambities aan de Raad toegezonden. Op basis van het Informatiedocument zijn in de notitie Doelen en ambities voorstellen gedaan voor mogelijke doelstellingen die de gemeente in het nieuwe Leefomgevingsplan kan gaan hanteren. Daarbij is een onderverdeling gemaakt in een aantal milieuthema s. Per thema is in algemene bewoordingen het ambitieniveau beschreven. Ter stimulering van discussie en standpuntbepaling is bij elk thema onderscheid gemaakt tussen twee ambitieniveaus: een basispakket en een pluspakket. Per pakket is een aantal mogelijke doelstellingen beschreven. Eerste discussiebijeenkomst vertegenwoordiging gemeenteraad Op 24 april 2008 heeft een eerste informatie- en discussiebijeenkomst plaatsgevonden voor raadsleden. Tijdens deze bijeenkomst is informatie overdragen over de belangrijkste milieuontwikkelingen waarmee de gemeente de komende jaren te maken krijgt. Tevens is aan de hand van een aantal stellingen gediscussieerd over de gemeentelijke rol bij de kwaliteit van de leefomgeving en over de vraag welk ambitieniveau hierbij gewenst is. De raadsleden zijn uitgenodigd om na de bijeenkomst aan de hand van invulformulieren binnen de raadsfracties te discussiëren over ambities, doelen en prioriteiten. Tweede discussiebijeenkomst vertegenwoordiging gemeenteraad Op 18 juni 2008 heeft een tweede discussiebijeenkomst plaatsgevonden voor raadsleden. Tijdens deze bijeenkomst zijn de resultaten van de discussies binnen de raadsfracties teruggekoppeld. Zonder op voorhand rekening te houden met mogelijke financiële consequenties zijn door de aanwezige raadsleden prioriteiten gesteld en aandachtspunten benoemd voor het nieuwe Leefomgevingsplan. Tevens is tijdens deze bijeenkomst geconstateerd dat er in de gemeente Kapelle weinig tot geen grote knelpunten zijn met betrekking tot milieu en leefomgeving. Ook is vastgesteld dat het taakveld milieu in vergelijking met andere Zeeuwse gemeenten tot op heden relatief weinig aandacht heeft gehad en dat deze aandacht hoofdzakelijk was gericht op het uitvoeren van de wettelijk verplichte taken. De vrije beleidsruimte die de gemeente ter beschikking staat is tot op heden in beperkte mate benut. 14

Vaststellen notitie Prioriteiten leefomgevingsplan 2009-2012 Op basis van de actuele milieusituatie in Kapelle en de uitkomsten van beide discussiebijeenkomsten zijn conclusies getrokken met betrekking tot het te kiezen ambitieniveau en de te stellen prioriteiten. De conclusies zijn samengevat in de notitie Prioriteiten Leefomgevingsplan 2009-2012. Op 28 oktober 2008 heeft de gemeenteraad ingestemd met de notitie. Derde discussiebijeenkomst vertegenwoordiging gemeenteraad Op 18 februari 2010 is het eerste Concept Leefomgevingsplan met de raadswerkgroep besproken. Tijdens deze bijeenkomst is geconstateerd dat met het eerste concept een goede stap is gemaakt in de richting van het definitieve plan. Met het oog op de komende gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart 2010 konden op dat moment echter geen politieke keuzes worden gemaakt. Wel is een aantal aanpassingen voorgesteld met betrekking tot de structuur en tekst van het plan. Deze aanpassingen zijn in voorliggende versie verwerkt. Tijdens deze bijeenkomst is afgesproken dat er na de gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart 2010 een nieuwe raadswerkgroep zal worden samengesteld. Deze werkgroep zal bepalen hoe de vaststellingsprocedure zal worden ingevuld. Vierde discussiebijeenkomst vertegenwoordiging gemeenteraad Op 23 juni 2010 is het eerste Concept Leefomgevingsplan met de nieuwe raadswerkgroep besproken. Vastgesteld is dat de eerder gekozen prioriteiten ook door de nieuwe raadswerkgroep worden onderschreven. Vaststelling van het Leefomgevingsplan 2010-2014 Tijdens de vierde discussiebijeenkomst is afgesproken dat eerst de mogelijkheid tot inspraak voor ingezetenen en belanghebbenden wordt opengesteld en vervolgens het concept Leefomgevingsplan met de inspraakreacties wordt besproken in een voorbereidende raadsvergadering. Tijdens de terinzagelegging van het concept Leefomgevingsplan zijn 3 inspraakreacties ontvangen (zie bijlage 3). 1.4 Leeswijzer en afbakening Na deze inleiding waarin onder andere is toegelicht waarom dit Leefomgevingsplan is opgesteld en op welke wijze dit tot stand is gekomen volgt een hoofdstuk waarin de gemeentelijke ambitie voor de leefomgeving op hoofdlijnen wordt toegelicht. Deze ambitie wordt in de hoofdstukken 3, 4 en 5 uitgewerkt aan de hand van een aantal thema s. Deze thema s zijn ingedeeld volgens de hoofdonderwerpen leefbaarheid (hoofdstuk 3), duurzaamheid (hoofdstuk 4) en instrumenten (hoofdstuk 5). In het afsluitende hoofdstuk 6 wordt een aantal organisatorische en financiële aspecten beschreven in relatie tot de uitvoering van het plan. De opbouw van de hoofdstukken leefbaarheid, duurzaamheid en instrumenten is identiek en bestaat per thema uit een toelichting, de gemeentelijke visie en ambitie voor het jaar 2014 en de gekozen beleidslijnen. Per hoofdstuk worden eerst de thema s behandeld die door de gemeenteraad als speerpunt zijn aangemerkt. De overige thema s volgen daarachter. In bijlage 1 is een overzicht opgenomen van de beschikbare uren in middelen voor 2010 en verder voor uitvoering van het Leefomgevingsplan. Bijlage 2 bestaat uit het Meerjarenuitvoeringsprogramma 2010-2014. Hierin worden de activiteiten genoemd, voortvloeiend uit het Leefomgevingsplan, die in de komende jaren kunnen worden uitgevoerd. In bijlage 3 is een overzicht opgenomen waarin de ingebrachte inspraakreacties zijn verzameld. In dit overzicht wordt aangeven hoe met de inspraakreacties kan worden omgegaan. In bijlage 4 is een overzicht opgenomen van veel gebruikte afkortingen binnen het milieutaakveld. Evenals het Leefomgevingsplan bestrijkt het uitvoeringprogramma een periode van 4 jaar. Op basis van dit programma stelt de gemeente jaarlijks een milieujaarprogramma op. Het Leefomgevingsplan is een integraal plan. Dat betekent dat het raakvlakken heeft met veel gemeentelijke taakvelden. Omdat verschillende gemeentelijke afdelingen zich bezig houden met (aspec- 15

ten van) de leefomgeving, hebben verschillende afdelingen ook een taak bij de uitvoering van dit plan. Bovendien zijn er de afgelopen jaren verschillende (beleids)plannen, notities en uitvoeringsprogramma s opgesteld die van invloed zijn op de kwaliteit van de leefomgeving. Relevante beleidsmaatregelen en acties uit deze plannen en programma s zijn door middel van verwijzingen in het Leefomgevingsplan en in het uitvoeringsprogramma opgenomen. Voorbeelden zijn het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) of de Beleidsnota Openbare Verlichting. 16

2. AMBITIE EN DOELEN VAN HET LEEFOMGEVINGSPLAN 2.1 De ambitie van de gemeente Kapelle 2.1.1 De hoofddoelstelling Met het nieuwe Leefomgevingsplan wil de gemeente Kapelle een impuls geven aan de uitvoering van de gemeentelijke milieutaken en bijdragen aan een duurzame ontwikkeling. Dit komt tot uitdrukking in onderstaande hoofddoelstelling van het Leefomgevingsplan. De gemeente Kapelle wil haar huidige en toekomstige inwoners een gezond, veilig en prettig woon-, werk- en leefmilieu bieden. Om dit te realiseren wordt in de eerste plaats de kwaliteit van de leefomgeving beschermd en waar mogelijk verbeterd. In de tweede plaats wil de gemeente een bijdrage leveren aan een duurzame ontwikkeling. Naast de aandacht voor leefbaarheid zoals die dagelijks door de huidige inwoners van de gemeente wordt ervaren, wil de gemeente Kapelle nadrukkelijk ook oog hebben voor de toekomstige generaties en verder kijken dan de eigen gemeentegrenzen. Dat betekent dat de gemeente ook een bijdrage wil leveren aan een duurzame ontwikkeling. Het onderscheid tussen leefbaarheid en duurzaamheid wordt in paragraaf 2.2 toegelicht en wordt ook gehanteerd bij de uitwerking van de thema s. 2.1.2 De speerpunten van het beleid en overige thema s De hoofddoelstelling zal enerzijds worden gerealiseerd door de adequate uitvoering van wettelijke taken en anderzijds door een versterkte inzet op een aantal speerpuntthema s. Deze speerpunten of prioriteiten zijn op 28 oktober 2008 door de gemeenteraad vastgesteld. Hieronder wordt beknopt aangegeven welke overwegingen bij het onderscheid tussen speerpuntthema s en overige thema s een rol hebben gespeeld. Bij de uitwerking per thema wordt dit nader toegelicht. De speerpuntthema s zijn: Bodem (paragraaf 3.1) Door de toegenomen hoeveelheid gemeentelijke bodemtaken en de complexiteit hiervan is de behoefte ontstaan aan een beleidsmatige verankering van deze taken. Water en riolering (paragraaf 3.2) Voortvloeiend uit het Gemeentelijk Rioleringsplan (december 2009) zal de gemeente een integraal gemeentelijk Waterplan opstellen. Daarin zal invulling worden gegeven aan een aantal nieuwe taken en bevoegdheden waarmee de gemeente geconfronteerd wordt. Natuur en landschap (paragraaf 3.3) De Raad vindt het belangrijk extra aandacht te besteden aan de bescherming van natuurwaarden en het landschap. Openbare ruimte (paragraaf 3.4) Het op te stellen Groenbeleidsplan heeft ook betrekking op de groene kwaliteit van de openbare ruimte. In het plan zal onder meer ingegaan worden op de vermindering van het gebruik van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen. Tevens wil de gemeente zich extra inspannen om zwerfafval tegen te gaan. 17

Milieu en gezondheid (paragraaf 3.5) Binnen dit thema zal extra aandacht worden geschonken aan de kwaliteit van het binnenmilieu in openbare gebouwen en aan een actieve bevordering van asbestverwijdering. Klimaat en energie (paragraaf 4.1) Door het bevorderen van energiebesparing en het gebruik van duurzame energie wil de gemeente Kapelle een actievere bijdrage leveren aan de reductie van broeikasgassen en daarmee aan een duurzame ontwikkeling. Duurzaam bouwen (paragraaf 4.2) Ook door het hanteren van de principes van duurzaam bouwen wil de gemeente een bijdrage leveren energiebesparing en een duurzaam gebruik van grondstoffen. Duurzaam inkopen (paragraaf 4.3) Landelijk is afgesproken dat gemeenten streven naar 75 procent duurzaam ingekochte goederen en diensten in 2010 en 100 procent in 2015. In december 2008 heeft de gemeente Kapelle de Nota duurzaam inkopen vastgesteld. De implementatie van de nota vraagt om een extra inspanning. Milieu en ruimtelijke ordening (paragraaf 5.1) De kwaliteit van de leefomgeving wordt vooral bepaald door de taakvelden milieu en ruimtelijke ordening. Om leefbaarheid te bevorderen en duurzaamheid te integreren wil de gemeente er voor zorgen dat meer vroegtijdige afstemming plaatsvindt tussen deze twee taakvelden. De overige thema s zijn: Geluid en trillingen (paragraaf 3.6) Het beschikbare wettelijk instrumentarium voor de gemeente is toereikend om geluidhinder tot een acceptabel niveau te beperken. Externe veiligheid (paragraaf 3.7) In de gemeente Kapelle doen zich geen knelpunten voor met betrekking tot externe veiligheid. Door de voortzetting van de deelname aan de provinciale initiatieven en door de uitvoering van de wettelijke taken met de gemeentelijke beleidsvisie als toetsingskader, is de adequate uitvoering van deze taken voldoende gewaarborgd. Lucht en geur (paragraaf 3.8) De omvang en ernst van geregistreerde klachten en geurhinder in de gemeente geven vooralsnog geen aanleiding tot het vaststellen van aanvullend beleid. Omdat de gemeente relatief weinig invloed heeft op de lokale luchtkwaliteit, richten de gemeentelijke inspanningen zich uitsluitend op het voldoen aan wettelijke verplichtingen. Afval (paragraaf 4.4) De huidige uitvoering van de wettelijke inzameltaken, waaronder de gescheiden inzameling van huishoudelijk afval is toereikend en wordt voortgezet. Milieumanagement (paragraaf 5.2) De uitvoering van het Leefomgevingsplan wordt centraal gecoördineerd en bewaakt. Jaarlijks wordt hierover verantwoording afgelegd in het milieujaarverslag. Milieucommunicatie en natuur- en milieueducatie (paragraaf 5.3) Milieucommunicatie en natuur- en milieueducatie zijn ondersteunend aan de uitvoering van de milieutaken en worden op het huidige niveau voortgezet. 18

Vergunningverlening (paragraaf 5.4) De gemeente heeft de vergunningverlening goed op orde. Implementatie van de omgevingsvergunning zal tijdelijk om een extra inspanning vragen. Handhaving en klachtenbehandeling (paragraaf 5.5) Handhaving en klachten behandeling wordt adequaat uitgevoerd. Een meer integrale wijze van handhaven zal in de toekomst naar verwachting leiden tot een verbetering van de effectiviteit en efficiëntie. 2.1.3 De rol van de gemeente en relaties met andere betrokkenen Uitvoerend, sturend en voorwaardenscheppend De gemeente beschikt over een (deels wettelijk) instrumentarium om de kwaliteit van de leefomgeving te bewaken en te bevorderen. Wettelijke instrumenten zijn onder meer vergunningverlening, handhaving en klachtenbehandeling. Naast deze uitvoerende rol heeft de gemeente de laatste jaren een toegenomen beleidsvrijheid gekregen om zelfstandig sturend op te treden op het gemeentelijk schaalniveau bijvoorbeeld door het ontwikkelen van beleid dat is afgestemd op de lokale situatie. Maar de gemeentelijke invloed op de kwaliteit van de leefomgeving is echter niet onbeperkt. Een veilig, gezond en prettig leefklimaat is ieders verantwoordelijkheid en is het resultaat van een gezamenlijke inspanning door alle betrokkenen. Het is de taak van de overheid om hiervoor de randvoorwaarden te creëren en gewenst handelen te stimuleren. Communicatie en samenwerking zijn hiervoor de belangrijkste instrumenten. De gemeente wil, meer dan in het verleden, een actieve rol spelen in regionaal overleg en regionale projecten. Daar waar dit een meerwaarde heeft zal samenwerking worden gezocht met andere gemeenten en andere actoren op het milieuspeelveld. Lokale en provinciale ontwikkelingen en initiatieven worden aangegrepen om op een kostenefficiënte wijze zichtbare resultaten te realiseren. 2.2 Drie hoofdstukken: leefbaarheid, duurzaamheid en instrumenten Met het nieuwe leefomgevingsbeleid streeft Kapelle naar een leefbare en duurzame gemeente. In het Leefomgevingsplan wordt de hoofddoelstelling daarom uitgewerkt in de beleidssporen leefbaarheid en duurzaamheid. Daarnaast wordt aandacht besteed aan het instrumentarium dat de gemeente ter beschikking heeft om de doelen te realiseren. Het Leefomgevingsplan als uitvoeringskader voor leefbaarheid Bij het spoor leefbaarheid gaat het om onderwerpen die direct van invloed zijn op de kwaliteit van de lokale leefomgeving en die op een korte termijn beheersbaar zijn. Het is een gezamenlijke verantwoordelijkheid om te zorgen voor een veilig, gezond en prettig leefklimaat en de gemeente heeft hierbij een uitvoerende, een sturende en een stimulerende rol. Het voorkomen van hinder, vervuiling en onveilige situaties staat daarbij centraal. Onderwerpen zoals geluidhinder, stank en externe veiligheid zijn typische thema s die behoren tot het spoor leefbaarheid. Vaak kan de leefbaarheid op een acceptabel niveau worden gebracht en gehouden door uitvoering te geven aan de geldende wet- en regelgeving. Maar de gemeente heeft ook een toenemende beleidsvrijheid om eigen keuzes te maken die aansluiten op de lokale situatie. Het Leefomgevingsplan als startpunt voor duurzaamheid Naast de zorg voor een gezonde, veilige en prettige leefomgeving werkt de gemeente Kapelle ook aan een milieubeleid dat meer op ontwikkeling gericht is. De gemeente voelt zich niet alleen verantwoordelijk voor haar huidige inwoners maar wil zich ook inzetten voor milieuproblemen die verder reiken dan de huidige generatie en de eigen gemeentegrenzen. Immers, duurzaamheid is de leefbaarheid van de toekomst. Door te streven naar duurzaamheid geeft de gemeente aan dat zij negatieve milieueffecten niet op toekomstige generaties af wil wentelen en zorgvuldig om wil gaan met grondstoffen, fossiele brandstoffen en biodiversiteit. 19

Het werken aan duurzaamheid vraagt om een visie op gewenste toekomstige ontwikkelingen, een vroegtijdige integratie van milieuaspecten in de gemeentelijke planvorming en samenwerking en afstemming. Kortom, de gemeente Kapelle wil geleidelijk toewerken naar een meer integrale werkwijze voor de leefomgeving. Dit leefomgevingsplan is daarvoor het startpunt. Het Leefomgevingsplan als basis voor de inzet van instrumenten Naast de vrijheid om eigen beleidskeuzes te maken om leefbaarheids- en duurzaamheidsdoelen te realiseren, beschikt de gemeente over wettelijke instrumenten om de kwaliteit van de leefomgeving te beïnvloeden. Naast milieuvergunningverlening en handhaving is dit onder meer communicatie en ruimtelijke ordening. De wijze waarop de gemeente dit instrumentarium inzet wordt in een apart hoofdstuk 5 behandeld. 20

3. LEEFBAARHEID IN DE GEMEENTE KAPELLE 3.1 Bodem 3.1.1 Toelichting op het thema Inleiding Het rijk heeft als taak te zorgen voor een goede bodemkwaliteit om duurzaam gebruik van de bodem mogelijk te maken. Provincies en gemeenten zijn de eerst verantwoordelijke voor de uitvoering en zijn voor specifieke gevallen van bodemverontreiniging het aanspreekpunt. Het rijk ontwikkelt het bodembeleid en faciliteert de lagere overheden bij de uitvoering van het beleid. Het landelijk beleid onderscheidt ernstig verontreinigde grond, licht verontreinigde grond en schone grond. Ernstig verontreinigde grond moet in principe worden gesaneerd, licht verontreinigde grond moet blijvend worden beheerd en schone grond moet schoon blijven. Het bodembeleid bestaat daarom uit drie hoofdonderdelen: bodembescherming, bodemsanering en bodembeheer. Wettelijk kader, bestaand beleid en de situatie in Kapelle Landelijk bodembeleid Het kabinet heeft in december 2003 de contouren van een nieuw bodembeleid gepresenteerd. Uitgangspunten van het nieuwe beleid zijn: simpeler en met minder regelgeving, breder en met heldere bevoegdheden. Het nieuwe bodembeleid is inmiddels grotendeels verankerd in wet- en regelgeving. Wet bodembescherming Op 1 januari 2006 is de wijziging van de Wet bodembescherming (Wbb) in werking getreden. In de gewijzigde Wbb is een nieuwe formulering opgenomen van de saneringsdoelstelling (zgn. functiegericht saneren) en het saneringscriterium (wanneer met spoed saneren). Het bevat een saneringsplicht voor bedrijven en een basis voor een subsidieregeling. Er zijn diverse procedurele aanpassingen doorgevoerd waarvan een aantal leidt tot vereenvoudiging en andere bijdragen aan versterking van de handhaving. Saneringsbudgetten ISV De Wet bodembescherming (Wbb) legt de verantwoordelijkheid voor bodemsanering neer bij provincies en de rechtstreeks aangewezen gemeenten. Zij zijn in de Wbb het bevoegd gezag. Het bevoegd gezag is verantwoordelijk voor de kwaliteit van de saneringen en probeert de doelstellingen van het bodemsaneringsbeleid te realiseren. In het convenant bodem tussen Rijk, IPO, VNG en UvW wordt o.a. de aanpak van spoedeisende locaties omschreven. Zover nu bekend zijn in Kapelle geen spoedeisende locaties aanwezig. De ISV gelden kunnen dan voor andere bodemzaken worden ingezet. Hierbij geldt wel dat een sanering nooit 100% met ISV gelden mag worden uitgevoerd. Marktpartijen /initiatiefnemers zullen de grootste kostendragers moeten zijn. In het kader van het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing 2 (ISV 2) is in opdracht van de gemeente Kapelle een plan van aanpak Werkvoorraad Stedelijk gebied 2005-2009 opgesteld om het aantal potentieel bodemverdachte locaties te verminderen. In 2009 is op ruim 90 locaties een Historisch bodemonderzoek uitgevoerd. Hieruit volgen geen verkennende bodemonderzoeken. Nog een enkele locatie die niet hierin is meegenomen moet nog worden onderzocht. Voor het tijdvak 2010-2015 is nieuw budget beschikbaar gekomen: ISV 3. Gemeenten zijn in december 2009 en januari 2010 door de provincie geïnformeerd over de verdeling van deze middelen. De provincie heeft aangegeven dat de ISV-bodemmiddelen uitsluitend kunnen worden ingezet op locaties binnen bestaand bebouwd gebied. Uitleggebieden mogen niet meer met ISV gelden worden gefinancierd maar moeten middels opbrengsten uit de gronduitgifte worden gesaneerd. Het landelijk gebied valt niet onder ISV. Om gemeenten te stimuleren de bodemopgave actief op te pakken vervalt de oormerking na twee jaar (evenals bij geluid). Voor de verdeling van de middelen wordt een verdeelsleutel gehanteerd op grond van het aantal locaties. Voor de gemeente Kapelle is 103.368,- beschikbaar. 21