5 -minuten versie voor Provinciale Staten P'^^^^j'^iJ HOLLAND Directie DRM Afdeling Mobiliteit en Milieu Registratienummer PZH-2013-412951709 (DOS-2012-0009202) Datum vergadering Gedeputeerde Staten 27 augustus 2013 Verzenddatum 2 8AUG 2013 Geheim Nee Ponefeuillehouder Bondt, IGM, de Paraaf Provin retans Termijn 18 september 2013 Onderwerp Ophoging financiële bijdrage voor aansluiting A16-N3 (programma aansluitingen HWN-OWN) Bijlagen Voorstel van GS aan PS: instemmen met besluiten (zie voordracht) op basis van de regeling projecten Zuid-Holland art. 2.2.3 en de Algemene Subsidieverordening art. 4 (onder a) 1. Onderwerp in kort bestek De aansluiting A16/N3 is opgenomen in het programma aansluitingen hoofdwegennet (HWN) en het onderiiggend wegennet (OWN). Hien/oor is in 2009 een samenwerkingsovereenkomst gesloten waarbij het Rijk, de provincie, het wegschap Kiltunnel en de gemeente Dordrecht zijn overeengekomen de aansluiting gezamenlijk te financieren. Sinds 2005 heeft de A16-N3 structureel een capaciteitstekort waardoor in de spits er files en wachtrijen ontstaan. Dit is een probleem voor de doorstroming op zowel HWN als OWN en voor de bereikbaarheid van de huidige bedrijventerreinen Dordtse Kil I t/m III en het nog te ontwikkelen bedrijventerrein Dordtse Kil IV. De oorspronkelijk bedachte oplossing, een fly-over voldeed niet aan de gestelde eisen qua doorstroming (o.a. verslechtering op Al6) en kosten (te duur). Daarom is een andere variant uitgewerkt, een zogenaamd kwartklaverbladlus met bufferstrook. Deze variant lost de veri^eersproblematiek wel voldoende op en is. hoewel duurder dan beschikbaar budget, de goedkoopste oplossing. De kosten worden geraamd op 45 min., er is een budgeltekort van 10 min. Er is afgesproken om extra geld in te zetten. Deze meerkosten worden evenredig verdeeld over het Rijk, gemeente Dordrecht en provincie Zuid-Holland, eenieder maximaal 1/3 dus 3,334 min. De regio draagt financieel bij omdat de Rijkswegen Al 6 en de N3 en de knoop A16-N3 zeer belangrijk zijn voor de interne ontsluiting van de Drechtsteden door het ontbreken van regionale wegen. Deze wegen hebben daarom naast een doorgaande functie ook een steri<e regionale functie. Daarbij is het project A16-N3 randvoonwaardelijk voor het programma Westelijke Dordtse Oever (WDO) waar de provincie ook in participeert samen met het Rijk (ministerie EZ), gemeente Dordrecht en het Havenbedrijf Rotterdam. Dit programma voorziet in het versterken van de economische stnjctuur van de regio door o.a. de revitalisering van bestaande bedrijventerreinen Dordtse Kil I t/m III en Zeehaven van Dordrecht en de ontwikkeling van een nieuw bedrijventerrein Dordtse Kil IV. De aanpak van de A16-N3 is essentieel voor de ontsluiting van deze bedrijventerreinen. 1/5
HOLLAND 2. Afbakening van (wettelijk) kader en partijen a. Europees/nationaal/provinciaal wettelijk en beleidskader Het programma aansluitingen HWN/OWN waaronder de aansluiting A16-N3 is een uitwerking van de Samenwerkingsagenda Zuidvleugel. b. Relatie andere interne beleidsterreinen Er is een relatie met economie. De aanpak van de aansluiting A16-N3 is randvoona/aardelijk voor de ontsluiting van het nog te ontwikkelen bedrijventerrein Dordtse Kil IV (onderdeel van programma Westelijke Dordtse Oever). c. Relatie externe partijen Rijkswaterstaat is projectuitvoerder van het project. De gemeente Dordrecht is medefinancier. 3. Procesbeschrijving en rol Staten a. Voorgeschiedenis In de Netwerkanalyse Zuidvleugel (2006) is gebleken dat het oplossen van knelpunten in aansluitingen tussen HWN en OWN kansen biedt om tegen relatief beperkte investeringen de doorstroming op zowel het hoofd- als het onderiiggend wegennet te verbeteren. Deze uitkomsten vormden aanleiding voor het toenmalige Ministerie van Verkeer en Waterstaat (Rijkswaterstaat Zuid-Holland). Provincie Zuid-Holland, Stadsgewest Haaglanden en Stadsregio Rotterdam om een programma aansluitingen HWN/OWN te starten. De A16-N3 is onderdeel van het programma Top 6 aansluitingen Hoofdwegennet (HWN) - Onderiiggend wegennet (OWN) waarvoor in 2009 tussen het Rijk, de Provincie Zuid-Holland, de Stadsregio Rotterdam, het Stadsgewest Haaglanden en de Gemeente Dordrecht een Samenwerkingsovereenkomst is gesloten betreffende de financiering en samenwerking. Sinds 2005 heeft de A16-N3 structureel een capaciteitstekort waardoor in de spits er files en wachtrijen ontstaan. Het probleem is dat met de bestaande op- en afritten de verkeersstroom van de N3 richting Al6 zuid het andere verkeer gelijkvloers kruist. Daardoor ontstaat er congestie op de knoop en de N3. Dit heeft niet alleen gevolgen voor de doorstroming op de Al6 en de N3. wat een belangrijke schakel is tussen de Al 5 en Al 6. maar ook voor de bereikbaarheid van de huidige en geplande bedrijventerreinen. Voor het versterken van de economische structuur van de regio is in 2009 ter hoogte van knooppunt A16-N3. aan de westelijke kant van Al6. het programma Westelijke Dordtse Oever (WDO) gestart. Voor de realisatie van dit programma is een bestuursovereenkomst gesloten tussen Rijk (ministerie EZ), de provincie Zuid-Holland, gemeente Dordrecht en het 2 5
HOLLAND Havenbedrijf Rotterdam. Dit programma voorziet o.a. in de revitalisering van de huidige haven van Dordrecht en de bedrijfsterreinen Dordtse Kil I t/m III en de ontwikkeling van een nieuw terrein Dordtse Kil IV. In de Businesscase WDO is de knoop A16-N3 als knelpunt benoemd en de aanpak van het knooppunt is als randvoonwaarde gesteld. Een goede doorstroming op de Al6 en het onderiiggend wegennet is van vitaal belang voor de realisatie van de WDO. Om het knooppunt A16-N3 te ontlasten is in 2009 een fly-over van de N3 naar de Al 6 bedacht. Provinciale Staten hebben in juni 2009 het besluit genomen 24 min. beschikbaar te stellen voor le verienen incidentele subsidies aan Rijkswaterstaat als bijdrage aan de realisatie van de aansluitingen A15-N3 ( 12 min.) en A16-N3 ( 12 min ). Dit bedrag is opgenomen in het MPI onder programma wegen (projectnr. BI90012). Een subsidieaanvraag conform de Algemene Subsidieverordening moet nog moeten worden ingediend. Na de aanvraag zal de beschikking voor de volledige bijdrage door Gedeputeerde Staten worden afgegeven. Voor dit project is Rijkswaterstaat projectuitvoerder en is een budget beschikbaar van 35 min. ( 34 min. plus indexering) verdeeld over het Rijk ( 17 min.), provincie Zuid-Holland ( 12 min.), gemeente Dordrecht ( 2 min.) en Wegschap Dordtse Kil (3 min.). Deze bijdragen zijn gebaseerd op prijspeil 2009. De regio draagt financieel bij omdat de Rijkswegen Al6 en de N3 zeer belangrijk zijn voor de interne ontsluiting van de Drechtsteden door het ontbreken van regionale wegen. Deze wegen hebben daarom naast een doorgaande functie ook een sterke regionale functie. Conform de overeenkomst hebben de partijen de bijdragen jaariijks geïndexeerd. De provinciale bijdrage is in het MPI door indexering gegroeid tot 13,1 min. Het wegschap Dordtse Kil heeft de overeenkomst niet ondertekend omdat dit een gezamenlijke regeling is van gemeenten Dordrecht, Strijen en Binnenmaas en provincie Zuid-Holland. Hun bijdrage is wel in de begroting opgenomen. b. Waar staan we nu? De oorspronkelijk bedachte oplossing, een fly-over om het knooppunt A16-N3 te ontlasten bleek na verdere studie niet aan de gestelde eisen qua doorstroming te voldoen (o.a. verslechtering op Al 6). Daarbij bleek dit ontwerp duurder dan vervracht, de kostenraming uit 2009 is te grof geweest. Vervolgens is er gestudeerd op alternatieve varianten, waarbij een zogenaamde kwartklaverbladlus met bufferstrook als beste uit de bus kwam qua doorstroming en kosten. Deze variant lost de problematiek op onderiiggend- en hoofdwegennet wel voldoende op en is, hoewel duurder dan het beschikbare budget, de goedkoopste. De kosten worden geraamd op 45 min., er is dus een budgettekort van 10 min. In de Samenwerkingsovereenkomst uit 2009 is bepaald dat er bij overschrijding van projectbudget achtereenvolgens gekeken wordt naar: kostenbesparing binnen het project; mogelijke scopewijzigingen; het ombuigen van geldstromen op programmaniveau (schuiven tussen projecten); het inzetten van nieuw geld; 3,'f,
''^'^"j^jj HOLLAND project stopzetten. Conform de overeenkomst is er gezocht naar kostenbesparingen en mogelijke scopewijzigingen. Meerdere maatregelen bleken geen kans van slagen te hebben (i.v.m. te groot negatief effect op verkeersveiligheid of probleemoplossend vermogen). De maatregelen die wel kansrijk waren zijn doorgevoerd maar hebben niet voldoende oplossing geboden. Met instemming van betrokken partijen is daarna gekeken naar het ombuigen van geldstromen op programmaniveau. Geconcludeerd is dat dit in principe mogelijk is indien er meevallers op de andere projecten binnen het programma zijn. De partijen hebben afgesproken dat indien er meevallers zijn deze dan worden aangewend voor de A16-N3. Deze projecten zijn echter nog in uitvoering en of meevallers optreden wordt pas bekend na afloop van de werkzaamheden. Daarnaast is het mogelijk dat er een aanbestedingsmeevaller optreed voor het project zelf. Het is dus mogelijk dat het uiteindelijke budgettekort lager uitvalt dan 10 min. Voor de voortgang van het project is echter voldoende zekerheid nodig over financiële dekking. Omdat het project verkeerskundig (doorstroming onderliggend- en hoofdwegennet) en economisch (ontwikkeling WDO/Dordtse Kil IV) zo belangrijk is voor de regio Drechtsteden is in overieg met Dordrecht en het Rijk (Rijkswaterstaat) besloten om extra geld in te zetten dat niet voor hel programma gereserveerd was. De meerkosten van 10 min. worden evenredig verdeeld over het Rijk, gemeente Dordrecht en provincie Zuid-Holland, eenieder maximaal 1/3 dus 3,334 min. Indien de meerkosten lager uitvallen door meevallers op andere projecten binnen het programma of binnen het project zelf (aanbesteding) zullen de extra bijdragen evenredig worden veriaagd. Zowel het Rijk als gemeente Dordrecht hebben inmiddels hun bijdrage vastgelegd. Gedeputeerde Staten hebben op verzoek van de gemeente Dordrechl op 11 juni 2013 (PZH- 2013-412544533) de intentie richting Dordrecht en Rijkswaterstaat uitgesproken, onder voorbehoud van Provinciale Staten, om de bijdrage te verhogen. Bij besluit van Provinciale Staten op 10 oktober 2012 over globale toedeling ruimte MPI is 50 min. in het MPI opgenomen voor Netwerkintegratie HWN/OWN. De extra bijdrage van 3,334 min. voor de A16-N3 past binnen dit doel en kan gedekt worden door nadere toedeling van deze middelen. De provincie zorgt met deze extra bijdrage dat het project doorgang kan vinden. Hiermee investeert zij in een verbetering van de bereikbaarheid en economie van de regio Drechtsteden. Dit is in lijn met de motie 389 "Kaderstelling financiële ruimte MPI" van 31 oktober 2012 waarin accenten worden meegegeven voor de invulling van de verdere financiële ruimte binnen het MPI. De A16-N3 wordt daarbij specifiek als project genoemd. Het past bij een evenwichtige geografische spreiding van investeringen en verbetert zowel de doorstroming op de Al 6, wat een belangrijke achterlandverbinding is voor de Rotterdamse haven, als ook de bereikbaarheid van de haven van Dordrecht, die recent in beheer is gekomen bij het Havenbedrijf Rotterdam. c. Vervolgprocedure Na besluit Provinciale Staten kunnen Gedeputeerde Staten, na het ontvangen van de subsidieaanvraag, de beschikking afgeven. 4;5
P'^^jj'^^ HOLLAND 4. Financiële aspecten (dekking en risico's) De oorspronkelijke provinciale bijdrage aan de aansluiting A16-N3 is 12,0 min. (prijspeil 2009). Deze bijdrage is opgenomen in het MPI onder programma wegen (projectnr. BI 90012) en door indexering gegroeid tot 13,1 min. De provinciale bijdrage wordt verhoogd met 3,334 min. tot een totaal van 16.434 min. (prijspeil 2013). Deze verhoging wordt gedekt door nadere toedeling van het in het MPI opgenomen budget voor Netwerkintegratie HWN/OWN (besluit Provinciale Staten 10 oktober 2012 over globale toedeling ruimte MPI). Gelijktijdig met dit besluit wordt een totaaloverzicht van toedeling van beschikbare ruimte binnen het MPI aan Provinciale Staten voorgedragen. Hierin is te zien hoe de toedeling van de extra 3,334 min. aan de aansluiting A16-N3 past in de totale beoogde verdeling van ruimte. Het besluit over de verdeling komt niet in de plaats van dil projectbesluit, maar is aanvullend hierop; het projectbesluit is leidend. Uitzondering hierop is als het overzicht van beoogde verdeling door GS en/of PS expliciet wordt geamendeerd ten aanzien van dit project; in dat geval zal het projectbesluit moeten worden aangepast. Technische & proces vragen en informatie bij Ambtenaar Telefoon 070 441 7089 M. WeerS Kamer Al 52 5 5
Voordracht aan Provinciale Staten HOLLAND van Gedeputeerde Staten Onderwerp Ophoging financiële bijdrage voor aansluiting A16-N3 (programma aansluitingen HWN-OWN) 1 Ontwerpbesluit Provinciale Staten van Zuid-Holland, Gelet op: De Regeling projecten Zuid-Holland art. 2.2.3 en de ASV art. 4 onder a; Besluiten; - het budget voor het project aansluiting A16-N3 van 12,0 min. (prijspeil 2009, door indexering gegroeid tot 13,1 min. prijspeil 2013) met 3,334 min. te verhogen tot een totaal van 16,434 min. (prijspeil 2013) en deze verhoging te dekken door nadere toedeling van het in het MPI opgenomen budget voor Netwerkintegratie HWN/OWN. - de in 2009 door Provinciale Staten beschikbaar gestelde middelen ter grootte van 12,0 min. (prijspeil 2009, door indexering gegroeid tot 13,1 min. prijspeil 2013) als bijdrage aan Rijkswaterstaat voor de aansluiting A16-N3 te verhogen met 3,334 min. tot een totaal van 16,434 min. (prijspeil 2013). Den Haag, 2013-10-09 Provinciale Staten van Zuid-Holland, griffier, voorzitter, Voordracht aan Provinciale Staten - Ophoging financiële bijdrage voor aansluiting A16-N3 (programma aansluitingen HWN-OWN) Pagina 1 van ^
2 Toelichting Uit de Netwerkanalyse Zuidvleugel (2006) bleek dat het oplossen van knelpunten in aansluitingen tussen HWN en OWN kansen biedt om tegen relatief beperkte investeringen de doorstroming op zowel het hoofd- als het onderiiggend wegennet te verbeteren. Deze uitkomsten vormden aanleiding voor het Rijk en de regio om een programma aansluitingen HWN/OWN te starten. De A16-N3 is onderdeel van het programma Top 6 aansluitingen Hoofdwegennet (HWN)/Onderiiggend wegennet (OWN).Hiervoor is in 2009 de samenwerkingsovereenkomst betreffende financiering en realisatie gesloten tussen het Rijk (toenmalige Ministerie van Verkeer & Waterstaat vertegenwoordigd door Rijkswaterstaat), de provincie Zuid-Holland, de stadsregio Rotterdam, het stadsgewest Haaglanden en de gemeente Dordrecht. Provinciale Staten hebben in juni 2009 het besluit genomen 24 min. beschikbaar te stellen voor te verlenen incidentele subsidies aan Rijkswaterstaat als bijdrage aan de realisatie van de aansluitingen A15-N3 ( 12 min.) en A16-N3 ( 12 min.). Dit bedrag is opgenomen in het MPI onder programma wegen (projectnr. BI 90012). Een subsidieaanvraag conform de Algemene Subsidieverordening moet nog moeten worden ingediend. Na de aanvraag zal de beschikking voor de volledige bijdrage door Gedeputeerde Staten worden afgegeven. In de huidige situatie is het knooppunt A16-N3 reeds een knelpunt in de verkeersstructuur. Sinds 2005 heeft de A16-N3 structureel een capaciteitstekort waardoor in de spits er files en wachtrijen ontstaan. Het probleem is dat met de bestaande op- en afritten de verkeersstroom van de N3 richting Al 6 zuid het andere verkeer gelijkvloers kruist. Daardoor ontstaat er congestie op de knoop en de N3. Dit heeft niet alleen gevolgen voor de doorstroming op de Al 6 en de N3, wat een belangrijke schakel is tussen de Al 5 en Al 6. maar ook voor de bereikbaarheid van de huidige en geplande bedrijventerreinen. Voor het versterken van de economische structuur van de regio is in 2009 ter hoogte van knooppunt A16-N3, aan de westelijke kant van Al 6. het programma Westelijke Dordtse Oever (WDO) gestart. Voor de realisatie van dit programma is een bestuursovereenkomst gesloten tussen Rijk (ministerie EZ), de provincie Zuid-Holland, gemeente Dordrecht en het Havenbedrijf Rotterdam. Dit programma voorziet o.a. in de revitalisering van de huidige haven van Dordrecht en de bedrijfsterreinen Dordtse Kil I t^m III en de ontwikkeling van een nieuw terrein Dordtse Kil IV. In de Businesscase WDO is de knoop A16-N3 als knelpunt benoemd en de aanpak van het knooppunt is als randvoonvaarde gesteld. Een goede doorstroming op de Al 6 en het onderiiggend wegennet is van vitaal belang voor de realisatie van de WDO. Om het knooppunt A16-N3 te ontlasten is in 2009 een fly-over van de N3 naar de Al 6 bedachl Voor dit project is Rijkswaterstaat projectuitvoerder en is een budget beschikbaar van 35 min. ( 34 min. plus indexering) verdeeld over het Rijk ( 17 min.), provincie Zuid-Holland ( 12 min.), gemeente Dordrecht ( 2 min.) en Wegschap Dordtse Kil (3 min.). De bijdragen zijn gebaseerd op prijspeil 2009. De regio draagt financieel bij omdat de Rijkswegen Al 6 en de N3 zeer belangrijk zijn voor de interne ontsluiting van de Drechtsteden door het ontbreken van regionale wegen. Deze wegen hebben daarom naast een doorgaande functie ook een sterke regionale functie. Conform de overeenkomst hebben de partijen de bijdragen jaariijks geïndexeerd. De provinciale bijdrage is in het MPI door indexering gegroeid tot 13,1 min. Het wegschap Dordtse Kil heeft de Voordracht aan Provinciale Staten - Ophoging financiële bijdrage voor aansluiting A16-N3 (programma aansluitingen HWN-OWN) Pagina 2 van ^
overeenkomst niet ondertekend omdat dit een gezamenlijke regeling is van gemeenten Dordrecht, Strijen en Binnenmaas en provincie Zuid-Holland. Hun bijdrage is wel in de begroting opgenomen. De oorspronkelijk bedachte oplossing, een fly-over om het knooppunt A16-N3 te ontlasten bleek na verdere studie niet aan de gestelde eisen qua doorstroming te voldoen (o.a. verslechtering op Al6). Daarbij bleek dit ontwerp duurder dan vena/acht, de kostenraming uit 2009 is te grof geweest. Vervolgens is er gestudeerd op alternatieve varianten, waarbij een zogenaamde kwartklavertdiadlus met bufferstrook als beste uit de bus kwam qua doorstroming en kosten. Deze variant lost de problematiek op onderiiggend- en hoofdwegennet wel voldoende op en is, hoewel duurder dan het budget, de goedkoopste. De kosten worden geraamd op 45 min., er is dus een budgettekort van 10 min. In de Samenwerkingsovereenkomst uit 2009 is bepaald dat er bij overschrijding van projectbudget achtereenvolgens gekeken wordt naar: kostenbesparing binnen het project; mogelijke scopewijzigingen; het ombuigen van geldstromen op programmaniveau (schuiven tussen projecten); het inzetten van nieuw geld; project stopzetten. Conform de overeenkomst is er gezocht naar kostenbesparingen en mogelijke scopewijzigingen. Meerdere maatregelen bleken geen kans van slagen te hebben (i.v.m. te groot negatief effect op vericeersveiligheid of probleemoplossend vermogen). De maatregelen die wel kansrijk waren zijn doorgevoerd maar hebben niel voldoende oplossing geboden. Met instemming van betrokken partijen is daarna gekeken naar het ombuigen van geldstromen op programmaniveau. Geconcludeerd is dat dit in principe mogelijk is indien er meevallers op de andere projecten binnen het programma zijn. De partijen hebben afgesproken dat indien er meevallers zijn deze dan worden aangewend voor de A16-N3. Deze projecten zijn echter nog in uitvoering en of meevallers optreden wordt pas bekend na afloop van de werkzaamheden. Daarnaast is het mogelijk dat er een aanbestedingsmeevaller optreed voor het project zelf. Het is dus mogelijk dat het uiteindelijke budgettekort lager uitvalt dan 10 min. Voor de voortgang van het project is echter voldoende zekerheid nodig over financiële dekking. Omdat het project verkeerskundig (doorstroming onderiiggend- en hoofdwegennet) en economisch (ontwikkeling WDO/Dordtse Kil IV) zo belangrijk is voor de regio Drechtsteden is in overieg met Dordrecht en het Rijk (Rijkswaterstaat) besloten om, conform de samenwerkingsovereenkomst uit 2009, extra geld in te zetten dat niet voor het programma gereserveerd was. De meerkosten van maximaal 10 min. worden evenredig verdeeld over het Rijk, gemeente Dordrecht en provincie Zuid-Holland. De provincie zal maximaal 3,334 min. extra bijdragen. Indien de meerkosten lager uitvallen door meevallers op andere projecten binnen het programma of binnen het project zelf (aanbesteding) zullen de extra bijdragen evenredig worden veriaagd. Zowel het Rijk als gemeente Dordrecht hebben inmiddels hun bijdrage vastgelegd. Gedeputeerde Staten hebben op verzoek van de gemeente Dordrecht op 11 juni 2013 (PZH-2013-412544533) Voordracht aan Provinciale Staten - Ophoging financiële bijdrage voor aansluiting A16-N3 (programma aansluitingen HWN-OWN) Pagina 3 van ^
de intentie richting Dordrecht en Rijkswaterstaat uitgesproken, onder voorbehoud van een positief besluit van Provinciale Staten, om de bijdrage te verhogen. Bij besluit van Provinciale Staten op 10 oktober 2012 over globale toedeling ruimte MPI is 50 min. in het MPI opgenomen voor Netwerkintegratie HWN/OWN. Een extra bijdrage van 3,334 min. voor de A16-N3 past binnen dit doel en kan gedekt worden door nadere toedeling van de beschikbare middelen. De provincie zorgt er met deze extra bijdrage voor dat het project doorgang kan vinden. Hiermee investeert zij in een verbetering van de bereikbaarheid en economie van de regio Drechtsteden. Dit is in lijn met de motie 389 "Kaderstelling financiële ruimte MPI" van 31 oktober 2012 waarin accenten worden meegegeven voor de invulling van de verdere financiële ruimte binnen het MPI. De A16-N3 wordt daarbij specifiek als project genoemd. Het past bij een evenwichtige geografische spreiding van investeringen en verbetert zowel de doorstroming op de Al 6, wat een belangrijke achteriandverbinding is voor de Rotterdamse haven, als ook de bereikbaarheid van de haven van Dordrecht, die recent in beheer is gekomen bij het Havenbedrijf Rotterdam. Gelijktijdig met dit besluit wordt een totaaloverzicht van toedeling van beschikbare ruimte binnen het MPI aan Provinciale Staten voorgedragen. Hierin is te zien hoe de toedeling van de extra 3,334 min. aan de aansluiting A16-N3 past in de totale beoogde verdeling van ruimte. Het besluit over de verdeling komt niet in de plaats van dit projectbesluit, maar is aanvullend hierop; het projectbesluit is leidend. Uitzondering hierop is als het overzicht van beoogde verdeling door GS en/of PS expliciet wordt geamendeerd ten aanzien van dit project; in dat geval zal het projectbesluit moeten worden aangepast. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Wat mag het kosten? Doorstroming op zowel hoofd- als onderiiggend wegennet in Zuid-Holland verbeteren Het oplossen van knelpunt A16-N3 tussen hoofd- en onderiiggend wegennet De oorspronkelijke bijdrage van 12.0 min. (prijspeil 2009, geïndexeerd tot 13,1 min. prijspeil 2013)) wordt met maximaal 3,334 min. verhoogd tot 16,434 min.(prijspeil 2013), dit is een derde deel van het budgettekort ( 10,0 min.) Den Haag, 27 augustus 2013 Gedeputeerde Siaten van Zuid-Holland, secretaris, voorzitter, mw. drs. J.A.M. Hilgersom J. Franssen Voordracht aan Provinciale Staten - Ophoging financiële bijdrage voor aansluiting A16-N3 (programma aansluilingen HWN-OWN) Pagina 4 van