Klinisch Pedagogische praxis: onderdeel Vakgroep Orthopedagogiek Onderwerp: intelligentie problemen oplossen competentie Basisgegevens op internet : website Vakgroep Orthopedagogiek, persoonlijke website Geert Van Hove, onderaan: Klinisch Pedagogische Praxis 2 evaluatiedata. Evaluatie via traditioneel gesloten boek examen.
De intelligentietest wordt nog altijd aanzien als dé manier om de intelligentie te meten. (sommigen omschrijven het als het...minst slechte compromis...) IQ-test uitslagen zijn dikwijls van belang bij administratieve toepassingen: - bvb. doorverwijzen naar BuO - bvb. inschrijven in het Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap Sinds het begin van de 20 eeuw werden verschillende instrumenten ontworpen. Veel instrumenten werken met deelopdrachten die elk op zich een aanduiding kunnen zijn (bij opvallende uitval) voor verder onderzoek. Daarnaast vallen ze terug op de constructie Verbaal IQ (VIQ) Performance IQ (PIQ) Totaal IQ (TIQ)
Enkele bedenkingen bij het testen van intelligentie. Velen reageren tegen...de almacht van het IQ... intelligentie is veel complexer dan het IQ-cijfer doet uitschijnen; IQ zou een plaats moeten krijgen als ruwe indicatie méér dan als enige diagnostische factor. mensen zijn zeer complexe wezens die leven in complexe situaties; we hebben nood aan een meer omvattend kader. intelligentie zoals gemeten door een IQ focust op het individu en dreigt de aandacht weg te trekken van de omgeving. intelligentie zoals gemeten door een IQtest dreigt veel belang te hechten aan het product en de aandacht weg te halen bij het proces.
Enkele voorbeelden van alternatieven die van diagnostiek méér een op ACTIE gericht proces dan een inventariserend proces willen maken. bvb. GREENSPAN en het multidimensioneel model van persoonlijke competentie bvb. het Mediërend Agogisch Handelen terugvallend op o.a. HAYWOOD FEUERSTEIN TIMMER
GREENSPAN Fysieke competentie Persoonlijke competentie Adaptieve Intelligentie Socio-emotionele adaptatie FYSIEKE COMPETENTIE kan onder druk komen te staan van allerlei risico s: - bvb. ongezonde voedingsgewoontes - bvb. tekort aan rust/slaap - bvb. overmatige stress/psychische druk
Conceptuele Intelligentie Adaptieve Intelligentie Praktische Intelligentie Sociale Intelligentie Conceptuele Intelligentie = de mogelijkheid om abstracte problemen op te lossen en om taal te gebruiken = wat het dichtst teruggaat naar datgene wat door een traditionele IQ-test wordt gemeten. Praktische Intelligentie = vaardigheden die ons helpen om problemen in ons alledaags leven op te lossen (leef-, werk-, vrije tijdssituaties) = bij onderzoeken (dikwijls op basis van vaardigheidslijsten ) is het goed om na te gaan vanuit welke normen zo n instrumenten zijn opgebouwd.
Sociale Intelligentie = de mogelijkheden die we hebben bij het omgaan met interpersoonlijke gebeurtenissen Sociale Gevoeligheid bvb. rol- of perspectiefnemen: zicht op andermans gedachten, gevoelens, motivaties, intenties en attitudes bvb. sociale gevolgtrekking: signalen uit een situatie halen om de best passende reactie erbij te verzinnen Sociaal Inzicht bvb. sociaal bevattingsvermogen: inzicht in specifieke relaties en bijhorende kenmerken bvb. psychologisch inzicht: herkennen van persoonsgebonden kenmerken en motieven bvb. moreel oordeel: inzien wat kan/niet kan; wat goed is/niet goed is Sociale Communicatie bvb. referentiële communicatie: welke elementen kunnen communicatie met de andere partij bevorderen? bvb. oplossen van sociale problemen
FEUERSTEIN HAYWOOD TIMMER : de cognitieve benaderingen mensen worden gezien als actieve, invloed hebbende probleemoplossers HAYWOOD = een transactionele visie op intelligentie - intelligentie = aangeboren mogelijkheden - cognitie= verworven denk-, leer- en probleemoplossende vaardigheden op de cognitie kan invloed uitgeoefend worden hoe meer iemand cognitieve vaardigheden verwerft en er leert gebruik van te maken, hoe meer het aangeboren potentieel tot leven kan worden geroepen Mensen zijn afhankelijk van de kansen die men in de omgeving gaat bieden Een INTRINSIEKE MOTIVATIE beïnvloedt de ontwikkeling van de cognitie (plezier hebben bij het oplossen van problemen, houden van uitdagingen, (berekende) risico s nemen)
FEUERSTEIN Mediated Learning Experience S h O h R een individu vangt prikkels op uit de omgeving en past zich aan aan de omgeving MLE: er komt iemand tussen; de prikkels uit de omgeving worden doelgericht aangepast, zodat iemand meer vat krijgt op de omgeving en zich beter zal aanpassen. 1. INTENTIONALITEIT: de mediator heeft een bewuste bedoeling 2. TRANSCENDENTIE: generalisatie en transfer worden nagestreefd 3. ZINGEVING rechtstreekse mediatie ==> onrechtstreekse mediatie ==> plaatsvervangende mediatie interiorisatie + zelfregulering
TIMMER: Eigen Initiatief Model toepassen van cognitieve theorievorming op personen met een verstandelijke beperking. Mensen waarvan altijd gezegd werd dat ze problemen hebben met transfer. zo n transferproblemen zijn meer het gevolg van de manier waarop instructie verloopt dan op basis van structurele tekorten verwachtingen over het functioneren van mensen leidt ertoe dat ze er zich naar gedragen (AANGELEERDE HULPELOOSHEID) mensen zelf:...ik zal toch weer falen... anderen:...ze zullen dit niet kunnen... metacognitie is noodzakelijk: men moedigt mensen aan om na te denken over de manier waarop ze problemen oplossen
De mediator is verantwoordelijk voor het stimuleren van de bouwstenen nodig bij het oplossen van problemen. (GREENBERG) 10 bouwstenen 1. aanpakgedrag 2. precisie en nauwkeurigheid 3. tijd- en ruimtebegrip 4. geïntegreerd denken 5. selectieve aandacht 6. vergelijken 7. relateren 8. geheugen 9. het principe snappen 10.probleemidentificatie
Aanpakgedrag Hoe begint iemand aan een taak? Hoe wordt de situatie benaderd? Wordt er gepland? dit staat tegenover iemand die: impulsief reageert gist en mist niet alle info gaat verzamelen slordige resultaten aflevert werkt in verkeerde volgorde Precisie en nauwkeurigheid dit is vooral op TAALNIVEAU te situeren - heb ik de opdracht goed begrepen? (precies begrijpen van begrippen) - bij de output: wat weet de luisteraar al? Kan ik daarmee rekening houden? Tijd- en ruimtebegrip - hoe staan dingen met elkaar in verband? - hoe gebruikt iemand zijn tijdsbeleving om verbanden te leggen?
Geïntegreerd denken Dit is de gerichtheid van iemand om tezelfdertijd met verschillende elementen van een situatie rekening te houden. Selectieve aandacht - kan men een onderscheid maken tussen wat wel/ niet relevant is - staat de relevantie van bepaalde elementen in relatie met het DOEL dat men voor ogen heeft? Vergelijken zijn mensen gericht op het onderzoeken van relaties tussen gebeurtenissen en ideeën? (van belang bij evalueren en controleren) Relateren gerichtheid om activiteiten, feiten en gebeurtenissen op een betekenisvolle manier met elkaar in verband te brengen en om deze verbanden zinvol te gebruiken.
Geheugen Kan er ruimte geschapen worden om info op te slaan?, weer op te halen?, te gebruiken?, verbanden te leggen? Het principe snappen Is de essentie te vatten? Kan het onderliggende principe gevonden worden? Dikwijls is dit te zien vanuit samenvatten. Probleemidentificatie - probleemgevoeligheid - omschrijven van het probleem - analyseren
METACOGNITIE Kennis: eigen sterkten/zwakten de taak/situatie leer- en denkstrategieën Vaardigheden: plannen = meer dan het plan schrijven monitoring = bewaken van het proces controle/evaluatie van het proces en het resultaat
Actief- modificerende houding vs. passiefaccepterende ingesteldheid + mensen zijn open systemen + de mens waarmee ik werk is modificeerbaar + ik ben in staat om die persoon te modificeren + ik kan zelf gemodificeerd worden + de omgeving/maatschappij kan gemodificeerd worden modificeerbaarheid is niet hetzelfde als veranderingen : modificeerbaarheid gaat naar het wezen van het individu; veranderingen zijn specifieker en heeft een kleinere draagwijdte
Soms is een MODIFICERENDE OMGEVING nodig openheid positieve stress gepland en gecontroleerd aanbod van nieuwe taken geïndividualiseerd en op maat...emotioneel en veilig...
MEDIERENDE STIJL - gericht op denkprocessen, meer dan op producten - procesgerichte vragen - motiveren van foutieve en correcte antwoorden - modeling - intrinsieke motivatie bevorderen - transfer nastreven