FLOS wiskunde symposium. 14 februari Henk Ermans

Vergelijkbare documenten
12.1 Omtrekshoeken en middelpuntshoeken [1]

1 Het midden van een lijnstuk

Basisconstructies, de werkbladen 1 Het midden van een lijnstuk

Vlakke meetkunde. Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting.

Neem [pr]=[ps] en beschrijf uit r en s twee cirkelbogen met dezelfde straal, die elkaar in c snijden. [cp] is de loodlijn op [ab].

Lijst van formules en verwijzingen naar definities/stellingen die in het examen vwo wiskunde B wordt opgenomen

Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen)

Hoofdstuk 8 : De Cirkel

Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw)

Laat men ook transversalen toe buiten de driehoek, dan behoren bij één waarde van v 1 telkens twee transversalen l 1 en l 2. Men kan ze onderscheiden

8.1 Gelijkvormige en congruente driehoeken [1] Willem-Jan van der Zanden

STELLINGEN & BEWIJZEN 5VWO wiskunde B 1 e versie

dan liggen C en D op dezelfde cirkelboog AB (constante hoek) dus A, B, C en D liggen op één cirkel, dus ABCD is een koordenvierhoek

Vermoeden: De drie deellijnen gaan door 1 punt. 33c. Vermoeden: De drie zwaartelijnen gaan door 1 punt. 33d.

7.0 Voorkennis. Definitie = Een afspraak, die niet bewezen hoeft te worden.

Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen)

CEVA-DRIEHOEKEN. Eindwerk wiskunde Heilige-Drievuldigheidscollege 6WeWIi. Soetemans Dokus

Vlakke meetkunde en geogebra

De Cirkel van Apollonius en Isodynamische Punten

12 Bewijzen in de vlakke meetkunde

Zeepvliezen PO. door M. van den Bosch- Knip Meetkunde Presentatie WiskundeCongres

Henrik Bastijns en Joachim Nelis

Cabri-werkblad. Apollonius-cirkels

PQS en PRS PS is de bissectrice van ˆP

Overzicht eigenschappen en formules meetkunde

Voorbereiding : examen meetkunde juni - oplossingen Naam:. Klas:...

De constructie van een raaklijn aan een cirkel is, op basis van deze stelling, niet zo erg moeilijk meer.

9.1 Vergelijkingen van lijnen[1]

Vlakke Meetkunde Les 3 Koordenvierhoeken en iso-hoeklijnen

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Extra oefeningen: de cirkel

Opgaven bij Analytische meetkunde in een nieuw jasje

Voorbereiding : examen meetkunde juni - oplossingen =

Dan is de afstand A B = lengte van lijnstuk [A B]: AB = x x )² + ( y ²

Vlakke Meetkunde. Les 1 Congruentie en gelijkvormig

10 Afstanden. rood. even ver van A als van C even ver van A, van C en van E. 10 m. blauw

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Voorbereiding : examen meetkunde juni - 1 -

Spelen met passer en liniaal - werkboek

14.0 Voorkennis. sin sin sin. Sinusregel: In elke ABC geldt de sinusregel:

Tentamen Wiskunde B CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE. Datum: 16 januari uur Aantal opgaven: 5

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Driehoeken. Enkele speciale topics. Arne Smeets. Trainingsweekend Februari 2008

Hoofdstuk 6 : Projectie en Stelling van Thales

wiskunde B vwo 2016-I

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Analytische Meetkunde

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen wiskunde B 1-2 vwo I

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Eindexamen wiskunde B vwo II

Kleur de congruente vierhoeken in onderstaand mozaïek in eenzelfde kleur.

Meetkundige Ongelijkheden Groep 2

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 maandag 15 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Antwoordmodel - Vlakke figuren

wiskunde B vwo 2017-II

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-I

Eindexamen vwo wiskunde B 2013-I

Eindexamen wiskunde B vwo I

Uitgewerkte oefeningen

Hoofdstuk 2 : VLAKKE FIGUREN

héöéäëåéçéå=~äë=ãééíâìåçáöé=éä~~íëéå=ãéí=`~äêá= = hçéå=píìäéåë= = = = = = = =

Atheneum Wispelberg - Wispelbergstraat Gent Bijlage - Leerfiche (3 e jaar 5u wiskunde): Meetkunde overzicht

2.1 Cirkel en middelloodlijn [1]

Diagnostische toets. AMB stelling van de omtrekshoek AMB ˆ ANB. AQB ARB ˆ 180 koordenvierhoekstelling =

Exponenten en Gemengde opgaven logaritmen

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

1 Cartesische coördinaten

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

Hoofdstuk 5 : De driehoek

De bouw van kathedralen

UITWERKINGEN VOOR HET VWO

Uitwerkingen Hoofdstuk 25 deel vwob1,2 6. Meetkundige plaatsen.

11 De hoed van Napoleon

Cabri-werkblad Negenpuntscirkel

Pienter 1ASO Extra oefeningen hoofdstuk 7

3 Hoeken en afstanden

1 Coördinaten in het vlak

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Examen VWO wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 22 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

3.1 Soorten hoeken [1]

werkschrift driehoeken

wiskunde B Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Kegelsneden. Les 1 Gelijke afstand (Deze les sluit aan bij paragraaf 1 van Conflictlijnen van de Wageningse Methode.)

1 Introductie. 2 Oppervlakteformules

wiskunde B vwo 2017-I

OEFENTOETS VWO B DEEL 3

Formulekaart VWO wiskunde B1 en B2

Een sangaku (en niet alleen) als het regent

Analytische en andere soorten meetkunde van Mavo tot Maple. Utrecht, 9 januari 2016 Wintersymposium KWG Jeroen Spandaw j.g.spandaw@tudelft.

Passermeetkunde een bewijs van de stelling van Mohr-Mascheroni. Mascheroni DICK KLINGENS. aaaaa

Gebruik de applet om de vragen te beantwoorden. Beweeg punt P over de cirkel.

Een bol die raakt aan de zijden van een scheve vierhoek

1 Middelpunten. Verkennen. Uitleg

De arbelos. 1 Definitie

Hoofdstuk 6 Driehoeken en cirkels uitwerkingen

Oefeningen analytische meetkunde

Transcriptie:

14 februari 2019 - Henk Ermans

Instapprobleem Tussen de dorpen komt een put die even ver van elk dorp gelegen moet zijn. Construeer de plek waar de put moet komen. - Construeer de middelloodlijnen van de zijden AB, BC en AC

Instapprobleem Tussen de dorpen komt een put die even ver van elk dorp gelegen moet zijn. Construeer de plek waar de put moet komen. - Construeer de middelloodlijnen van de zijden AB, BC en AC - Het snijpunt P ligt dan even ver van de hoekpunten A, B en C

Instapprobleem Tussen de dorpen komt een put die even ver van elk dorp gelegen moet zijn. Construeer de plek waar de put moet komen. - Construeer de middelloodlijnen van de zijden AB, BC en AC - Het snijpunt P ligt dan even ver van de hoekpunten A, B en C - Dus AP = BP = CP

Vervolgprobleem De ligging van de nieuwe watercentrale wordt zo gekozen dat de lengte van de leidingen naar de dorpen zo kort mogelijk is. Waar komt de nieuwe watercentrale? Ofwel: Waar ligt het punt T zodat de totale afstand AT + BT + CT minimaal is? Punt T noemen we het Punt van Torricelli

Pierre de Fermat - Beamont-de-Lomagne 17 aug 1601 Castres 12 jan 1665 - zoon van Dominique Fermat, handelaar in leder - Studeerde burgerlijk recht aan Universiteit Orléans - Advocaat bij parlement van Bordeaux van 1626 tot 1630 - Raadsman van parlement van Toulouse in 1631 - Benoeming in strafrechtbank van Toulouse in 1652 - Dood verklaard in 1653 - Vanwege hoge positie naamsverandering van Pierre Fermat naar Pierre de Fermat - Grondlegger van differentiaalrekening - Bijdragen aan getaltheorie, analytische meetkunde, kansrekening en optica - Correspondeerde o.a. met René Descartes, Blaise Pascal en Christiaan Huygens - Niet geliefd, vanwege achterhouden van oplossingen - Meest beroemd vanwege de Laatste stelling van Fermat - Formuleerde het probleem en legde het als uitdaging voor aan Evangelista Torricelli

Evangelista Torricelli - Faenza 15 okt 1608 Florence 25 okt 1647 - Studeerde in Rome wiskunde, mechanica, hydraulica en sterrenkunde - Werd secretaris van Benedetto Castelli - Interesseerde zich sterk voor copernicaanse wereldbeeld - Communiceerde met Galileo Galilei tot 1633 - Publiceerde Opera Geometrica en De motu gravium - Opnieuw contact met Galilei - Opvolger als hofwiskundige van De Medici - Belofte om werk te publiceren werd niet ingewilligd - Wiskundig vooral gewerkt aan infinitesimaal, in verlengde van werk van Bonaventura Cavalieri en Johannes Keppler, een vroege vorm van calculus - Bekend van uitvinding van barometer en ontdekker van het bestaan van vacuüm - Bewijs ervan was ongehoord; Aristoteles had beweerd dat vacuüm logisch strijdig was - Stond aan de wieg van meteorologie - Naam gegeven aan Wet van Torricelli en Punt van Torricelli

Werkwijze - Roteer CP 60 om punt C Gevolg: - CP = CP - Dus ΔPCP is gelijkbenig met tophoek ÐPCP = 60 - Dus ΔPCP is gelijkzijdig

Werkwijze - Roteer CP 60 om punt C Þ ΔPCP is gelijkzijdig - Roteer CB 60 om punt C Gevolg: - CB = CX - Dus ΔBCX is gelijkbenig met tophoek ÐBCX = 60 - Dus ΔBCX is gelijkzijdig

Werkwijze - Roteer CP 60 om punt C Þ ΔPCP is gelijkzijdig - Roteer CB 60 om punt C Þ ΔBCX is gelijkzijdig Beschouw: - ÐPCP = ÐPCB + ÐBCP = 60 - ÐBCX = ÐBCP + ÐP CX = 60 - Dus ÐPCB = ÐP CX

Werkwijze - Roteer CP 60 om punt C Þ ΔPCP is gelijkzijdig - Roteer CB 60 om punt C Þ ΔBCX is gelijkzijdig - Þ ÐPCB = ÐP CX - Teken lijnstuk P X Gevolg: - PC = P C - BC = BX - ÐPCB = ÐP CX }ΔPCB ΔP CX (ZHZ) IS Þ PB = P X

Werkwijze - Roteer CP 60 om punt C Þ ΔPCP is gelijkzijdig - Roteer CB 60 om punt C Þ ΔBCX is gelijkzijdig - Þ ÐPCB = ÐP CX - Teken lijnstuk P X Þ PB = P X - Minimaliseer de afstand APP X Gevolg: - PC = PP - PB = P X - PA = AP }PA + PB + PC = AP + PP + P X

Conclusie - Het optimale punt T ligt op lijnstuk AX, waarbij X de tophoek is van gelijkzijdige ΔBCX Analoog: Het optimale punt T - ligt op lijnstuk BY, waarbij Y de tophoek is van gelijkzijdige ΔACY - ligt op lijnstuk CZ, waarbij Z de tophoek is van gelijkzijdige ΔABZ

Eindconclusie Als punt T het snijpunt is binnen ΔABC van de lijnstukken AX, BY en CZ (waarbij ΔABZ, ΔBCX en ΔACY gelijkzijdig zijn), dan is de lengte AT + BT + CT minimaal. Punt T is het Punt van Torricelli binnen ΔABC. Kanttekening: - De hoeken van ΔABC mogen niet groter zijn dan 120. - Is één van de hoeken gelijk aan 120 dan valt het punt van Torricelli samen met het betreffende hoekpunt. - Is één van de hoeken groter dan 120 dan is dat hoekpunt het punt binnen ΔABC waarbij AT + BT + CT minimaal is.

Opdrachten 1. Construeer het punt van Torricelli 2. Construeer de omschreven cirkels van de hulpdriehoeken 3. Verbind de middelpunten van de omschreven cirkels Wat valt op? Eigenschappen verwant aan het punt van Torricelli - De omschreven cirkels van ΔABZ, ΔBCX en ΔACY snijden in punt T - De centra van ΔABZ, ΔBCX en ΔACY vormen ook een gelijkzijdige driehoek (Stelling van Napoleon) - ÐATB = ÐBTC = ÐCTA = 120

Bewijs Eigenschappen Te bewijzen: - ÐATB = ÐBTC = ÐCTA - ÐTCT = 60 Þ CT = CT Þ ΔTCT is gelijkzijdig Þ ÐCT T = 60 Þ ÐCT X = 180 ÐCT T = 180 60 = 120 - CT = CT en BC = CX - ÐTCB = ÐTCT ÐT CB = 60 ÐT CB = ÐBCX ÐT CB = ÐT CX Þ ΔTCB ΔT CX (ZHZ) Þ ÐCTB = ÐCT X = 120 - Analoog volgt dat ÐATB = 120 en ÐCTA = 120 IS QED

Bewijs Eigenschappen Bewezen: - ÐATB = ÐBTC = ÐCTA Te bewijzen: - De omschreven cirkels van ΔABZ, ΔBCX en ΔACY snijden in punt T - ÐAZB = 60 en ÐATB = 120 - ÐAZB + ÐATB = 60 + 120 = 180 Þ AZBT is een koordenvierhoek Þ de cirkel door A, B en Z gaat ook door T - analoog gaat de cirkel door B, C en X ook door T - analoog gaat de cirkel door A, C en Y ook door T QED

Bewijs Eigenschappen Bewezen: - ÐATB = ÐBTC = ÐCTA - De omschreven cirkels van ΔABZ, ΔBCX en ΔACY snijden in punt T Te bewijzen: - De centra van ΔABZ, ΔBCX en ΔACY vormen ook een gelijkzijdige driehoek - ÐAM 1 C = 2 ÐAYC = 2 60 = 120 (middelpuntshoek en omtrekshoek op cirkelboog AC) - AM 1 = M 1 T = straal cirkel en AM 3 = M 3 T = straal cirkel Þ AM 3 TM 1 is een vlieger Þ M 1 M 3 is bissectrice van ÐAM 1 T Þ ÐAM 1 M 3 = ÐM 3 M 1 T - analoog volgt ÐCM 1 M 2 = ÐM 2 M 1 T Þ ÐM 3 M 1 M 2 = ÐAM 1 C : 2 = 120 : 2 = 60 - analoog volgt ÐM 1 M 3 M 2 = 60 en ÐM 1 M 2 M 3 = 60 QED

14 februari 2019 - Henk Ermans