November 2011 Vlaams instituut voor Gezondheidspromotie en Ziektepreventie vzw Rapport Evaluatie van het project 'air@school' schooljaar 2010-2011
Het rapport 'Evaluatie van het project air@school' is een realisatie van de projectgroep milieu en gezondheid op school, een samenwerking van volgende partners : VIGeZ (Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie en Ziektepreventie) - www.vigez.be Vlaamse Logo s (Lokaal Gezondheidsoverleg) - www.vlaamselogos.be Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid - www.zorg-en-gezondheid.be Samenstelling projectgroep milieu en gezondheid op school : Sara Benoy milieugezondheidskundige Sara Reekmans medisch milieukundige Logo Limburg Nel Van lent medisch milieukundige Logo Gezond+ Stefanie Vanhoutte medisch milieukundige Logo Leieland & Logo Midden-West- Vlaanderen Dieter Deplancke medisch milieukundige Logo Zenneland An Verdeyen stafmedewerker gezondheid en milieu VIGeZ vzw www.mmk.be/onderwijs www.airatschool.be 2
Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 2 Het project air@school... 5 2.1 Beschrijving project air@school... 5 2.2 Doelstellingen project air@school... 5 2.3 Beschrijving materialen... 6 2.3.1 De air@school-dvd... 6 2.3.2 De air@school-kit... 6 2.3.3 De supergrote poster met raamcontract... 7 2.3.4 Projectsite www.airatschool.be... 8 3 Beschrijving evaluatie : doelstelling, methode en dataverzameling... 9 3.1 Doelstellingen evaluatie... 9 3.2 Beschrijving methode en dataverzameling... 9 3.2.1 Vragenlijst + verspreiding... 9 3.2.2 Algemene informatie over de deelnemende scholen... 10 4 Bespreking evaluatie... 11 4.1 Resultaten evaluatie... 11 4.1.1 Evaluatie doelstellingen project... 11 4.1.2 Algemene indruk... 13 4.1.3 Evaluatie afzonderlijke materialen... 16 4.2 Samenvatting... 21 5 Concrete voorstellen om het project te verbeteren... 22 6 Bijlagen... 23 6.1 Vragenlijst... 23 6.2 Resultaten... 23 3
1 Inleiding Gezonde lucht op school! Waarom? Kinderen, tieners en leerkrachten brengen een groot deel van hun dag door in het klaslokaal. En als zo'n klasomgeving gezond is, biedt dat een hoop voordelen! Leerlingen en leerkrachten voelen zich beter in een klas vol zuurstof, ze zijn meer gemotiveerd en ervaren minder gezondheidsklachten. Bovendien is er een direct verband tussen de leerprestaties en de kwaliteit van het binnenmilieu in de klas. De kwaliteit van het leefmilieu in de klas is dus belangrijk. Sinds 2007 wordt er al rond het thema gezond binnenmilieu gewerkt in het basisonderwijs via het project Lekker Fris. Ook in het secundair onderwijs ontstond de vraag naar materialen om rond dit thema te werken. Na een ervaringsbevraging van leerlingen en mensen actief in het secundair onderwijs ontwikkelde het Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie en Ziektepreventie (VIGeZ) samen met de medisch milieukundigen (mmk s) bij de Logo s en het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid het gezondheidsproject air@school: een project over binnenmilieu en gezondheid in secundaire scholen. Air@school liep nu één schooljaar in 222 secundaire scholen, dat is goed voor 3126 deelnemende klassen. Tijd voor een evaluatie! 4
2 Het project air@school 2.1 Beschrijving project air@school Met het project air@school willen we secundaire scholen aanzetten om te werken aan gezonde binnenlucht op school. Centrale pijlers van het project zijn sensibilisatie van de directie, leerkrachten en leerlingen en het aanreiken van eenvoudige maatregelen om de binnenluchtkwaliteit in de secundaire scholen te optimaliseren. In het project wordt de nadruk gelegd op het verbeteren van het ventilatiegedrag (of nog, een haalbare actie op korte termijn in bestaande situaties) en dus niet op structurele aanpassingen van de schoolgebouwen. Dit thema past binnen vakken die een link hebben met leefmilieu en gezondheid (bv. wetenschappen). Omdat gezonde binnenlucht hoe dan ook in elke klas belangrijk is, is een vakoverschrijvende aanpak zeker aangewezen. Met air@school als project op school en de bijhorende activiteiten en leerdoelstellingen werken we aan de eindtermen binnen de gemeenschappelijke stam, leren leren en verschillende contexten van de VOET (VakOverschrijdende EindTermen) van het secundair onderwijs. 2.2 Doelstellingen project air@school Drie grote doelstellingen zijn verbonden met het project: De binnenlucht in de secundaire scholen in Vlaanderen verbeteren. De kennis van leerlingen en leerkrachten in verband met ventileren en verluchten vergroten. Het gedrag van leerlingen en leerkrachten in verband met ventileren en verluchten verbeteren. 5
2.3 Beschrijving materialen Het project air@school bestaat uit een volledig pakket aan materialen. 2.3.1 De air@school-dvd De DVD met een film van ongeveer tien minuten maakt deel uit van air@school. Elke secundaire school ontving de DVD in september 2010. Dit was het startschot van het project. Ook in de box die scholen kunnen lenen is de DVD terug te vinden. De film is ook online te bekijken op de website www.airatschool.be. Doelstelling DVD Het project voorstellen en een draagvlak creëren voor het thema gezonde binnenlucht bij directie, leerkrachten en leerlingen. Je maakt kennis met Claire (Sien Eggers), enthousiaste huisvrouw en liefdevolle moeder van David De Maarschalck (Jevon Lambrechts), leerkracht in het secundair onderwijs. Claire stapt op een mooie middag de klas van David binnen om de 'air@school-kit' voor te stellen: een reeks uitvindingen om de lucht in de klas gezond te maken. En dat alles voor géén geld! Op een ludieke manier overtuigt ze de klas van het belang van gezonde binnenlucht en motiveert ze hen hierover een raamcontract op te stellen. Bekijk het filmpje als directie of als leerkracht. Je kunt dit ook doen op een personeelsvergadering. Ben je als school enthousiast? Contacteer dan het Logo van je regio om de air@school-kit te lenen en posters aan te vragen. Toon de film aan de leerlingen en start hiermee het project air@school in je school. 2.3.2 De air@school-kit De air@school-kit (of toolbox) bevat de handleiding, de CO 2 -meter, de DVD (extra exemplaar), de ventilatiewekker, twee blikken met frisse lucht in geval van nood (airshot), neusknijpers en twee raamstoppers. Doelstelling air@school-kit Hulpmiddelen om het belang van gezonde binnenlucht in de klas onder de aandacht te houden. De toolbox bevat alle uitvindingen van Claire om je klas gezond te maken: de raamstopper Met de raamstoppers blijft het raam of de deur op een kier staan. 6
de ventilatiewekker De wekker herinnert je eraan dat het tijd is om te ventileren en te verluchten. Begint de wekker te rinkelen: tijd om het raam te openen en/of de luchtkwaliteit te controleren! de CO 2 - meter Dit toestel toont hoe het in je klas is gesteld met de kwaliteit van de binnenlucht en informeert je over de nood aan ventilatie. Hij maakt het mogelijk om effectief het gehalte aan CO 2 te meten in de klaslokalen en de invloed van verluchten te visualiseren. Een CO 2 -meter kan je aankopen of lenen via het Logo. Ook enkele gemeentebesturen kochten al een CO 2 -meter die de scholen kunnen lenen. de airshot-blikken en neusknijpers Dit zijn ludieke materialen die het belang van frisse lucht in de klas benadrukken en de leerlingen aan het denken kunnen zetten op een creatieve manier. de handleiding De handleiding geeft uitleg over air@school in het schoolgezondheidsbeleid, kadert het project binnen de VOET (VakOverschrijdende Eindtermen), geeft praktische informatie bij de projectmaterialen en concrete tips over een mogelijke aanpak van het project in de klas en op school. 2.3.3 De supergrote poster met raamcontract Op de poster worden de afspraken over ventileren geschreven. Doelstelling poster Leerlingen en leerkrachten maken afspraken die zichtbaar worden opgehangen in de klas. Na de film kan je als leerkracht samen met de leerlingen afspraken formuleren om de kwaliteit van de binnenlucht op school te verbeteren. Dit kan in groepjes of via een klasgesprek. Schrijf daarna deze afspraken op de poster en laat het contract ondertekenen door de leerlingen. 7
2.3.4 Projectsite www.airatschool.be De projectsite www.airatschool.be biedt verschillende mogelijkheden om het project te ondersteunen. De site bestaat uit drie grote luiken: gezonde binnenlucht op school. het overzicht van de projectmaterialen en mogelijke extra s het uitwisselingsplatform waar ervaringen en acties van andere scholen te vinden zijn de theoretische achtergrond bij het project die onderbouwt waarom het belangrijk is om te werken aan Alle informatie over het project air@school is terug te vinden op deze projectsite. 8
3 Beschrijving evaluatie : doelstelling, methode en dataverzameling 3.1 Doelstellingen evaluatie Via deze evaluatie willen we nagaan of de vooropgestelde doelstellingen van air@school behaald worden. Daarnaast willen we ook nagaan of alle materialen gebruikt worden en in welke mate ze goed bevonden worden of niet. Dit vooral in het kader van toekomstige implementatie van het project. 3.2 Beschrijving methode en dataverzameling 3.2.1 Vragenlijst + verspreiding Aan de hand van de doelstellingen werd een vragenlijst opgesteld. De vragenlijst was een combinatie van gesloten vragen, meerkeuzevragen (waarbij al dan niet meerdere antwoorden mogelijk waren) en open vragen om extra, persoonlijke opmerkingen toe te laten. Deze vragenlijst werd verfijnd en verder ontwikkeld na feedback van de stafmedewerker wetenschappelijke ondersteuning van het VIGeZ. Bijlage 1: vragenlijst De vragenlijst was online beschikbaar van 20 mei tot en met 15 juni en werd verspreid in samenwerking met de Logo s en het enquêtebureau Checkmarket. Een link naar de vragenlijst werd op 20 en 23 mei via mail verstuurd naar alle scholen die deelnamen aan het project air@school. In de week van 6 juni werd een herinnering gestuurd naar respondenten die nog niet reageerden op de eerste oproep. Zowel directies als andere contactpersonen werden aangeschreven. Er werd gevraagd of een leerkracht of directielid die het project coördineerde of gebruikte de vragenlijst kon invullen. Leerlingen werden niet rechtstreeks bevraagd, maar via de vragenlijst werd wel expliciet gepeild naar de indrukken van de leerlingen. De vragenlijst werd anoniem verwerkt. 9
3.2.2 Algemene informatie over de deelnemende scholen Van de 222 aangeschreven scholen, vulden er 87 de vragenlijst volledig in, 10 vulden de vragenlijst gedeeltelijk in. Enkel volledig ingevulde vragenlijsten werden verder beschouwd bij de verwerking. Dit komt overeen met een respons van 40 %. Zoals te zien op het kaartje (figuur 1) zijn de respondenten goed verspreid over Vlaanderen. Figuur 1. Verspreiding respondenten 10
4 Bespreking evaluatie 4.1 Resultaten evaluatie Bijlage 2: resultaten 4.1.1 Evaluatie doelstellingen project Via de vragenlijst peilden we naar de effecten die het pakket heeft op de kennis over het ventileren en verluchten, gedragswijziging in verband met ventileren en verluchten en kwaliteit van de binnenlucht. 4.1.1.1 KENNIS Een overgrote meerderheid geeft aan dat zowel de eigen kennis (70%) als de kennis van de leerlingen (79%) in meerdere mate of veel is vergroot (zie figuur 2). We kunnen dus besluiten dat deze doelstelling bereikt werd: op basis van zelfrapportage door de leerkrachten kunnen we stellen dat de kennis van leerlingen en leerkrachten in verband met ventileren en verluchten wordt vergroot. Figuur 2. Vraag 37 4.1.1.2 GEDRAG Ook de doelstelling rond gedragswijziging wordt gehaald. Zowel bij leerkrachten als leerlingen wordt een gedragswijziging aangeduid. Uit de kruistabel 1 blijkt dat 80 % van de respondenten die voor het project beperkt ventileerden, nu aangeeft in meerdere mate of sterk beter te ventileren. 50% van de respondenten die al in het verleden vaak ventileerden, geeft aan dat ze nu nog beter ventileren. 11
Kruistabel 1. Gedrag voor en na het project Volgens 66% van de respondenten is het ventilatiegedrag van de leerlingen in meerdere mate of sterk verbeterd (figuur 3). Figuur 3. Vraag 39 Een aantal respondenten (4) merken bijkomend op dat het mogelijk over een tijdelijke gedragswijziging gaat: de kans dat er na een tijd weer minder verlucht wordt is groot. Voor hen is het noodzakelijk om het project te herhalen voor een permanente gedragswijziging. 4.1.1.3 KWALITEIT BINNENLUCHT 37% van de respondenten geeft aan dat de kwaliteit van het binnenmilieu na de uitvoering van het project vrij veel verbeterd is. 54% geeft aan dat er een beperkte verbetering is (figuur 4). Hieruit mogen we dan ook besluiten dat na het werken met het project de kwaliteit van de binnenlucht is verbeterd. Slechts 10% geeft aan dat er helemaal geen verbetering is. Vraag 40. Is de kwaliteit van het binnenmilieu in je klas verbeterd nadat je met het project hebt gewerkt? Mogelijke antwoorden: neen, beperkt, vrij veel, erg 12
veel. Figuur 4. Vraag 40 4.1.1.4 CONCLUSIE Volgens de zelfrapportage door de leerkrachten worden de vooropgezette doelstellingen voor de kennis en het gedrag in verband met ventileren en verluchten en de kwaliteit van de binnenlucht behaald. Het lange termijn effect is niet gekend. 4.1.2 Algemene indruk Het project werd in de school van de respondenten voornamelijk in de onderwijsvormen ASO, TSO en BSO gebruikt (figuur 5). Voor geen enkele van alle richtingen is het resultaat van de evaluatie afwijkend. Het pakket werd ook in alle jaren van het secundair onderwijs gebruikt (figuur 6). Figuur 5. Vraag 2 13
Figuur 6. Vraag 3 In het algemeen wordt het project positief beoordeeld: het voldoet aan de verwachtingen van de meeste (81%) respondenten (figuur 7) veel respondenten (92%) vinden het haalbaar om uit te voeren (figuur 7) het pakket wordt nuttig bevonden door 90% van de respondenten (figuur 7) 76% van de respondenten vindt de inhoud van het pakket goed (figuur 7) slechts 20% van de respondenten beoordeelt het pakket eerder negatief (figuur 7) 81% vindt het project aangepast aan de leerlingen (figuur 8) 86% van de respondenten zou het project aanraden bij een collega (figuur 9) de meeste respondenten (79%) zouden de projectmaterialen in de toekomst opnieuw gebruiken (figuur 10) Respondenten die het project gebruikten in het bijzonder onderwijs merken op dat extra aanpassingen nuttig zouden zijn, specifiek gericht op de doelgroep van dit onderwijstype. Vanuit de projectgroep suggereren we als oplossing voor de leerkrachten van het bijzonder onderwijs om te bekijken of de materialen van het pakket voor het basisonderwijs Lekker Fris niet beter bruikbaar zijn voor hun leerlingen. Waarom? 14
Figuur 7. Vraag 6 Figuur 8. Vraag 7 Figuur 9. Vraag 8 15
Figuur 10. Vraag 9 4.1.3 Evaluatie afzonderlijke materialen Het project air@school bestaat uit een volledig pakket aan materialen. Elk materiaal wordt beoordeeld op basis van vooraf opgestelde, relevante parameters voor het desbetreffende materiaal. Telkens was er ook de optie om een persoonlijke mening toe te voegen via de optie 'andere'. Deze laatste optie werd voornamelijk gebruikt om aan te geven dat het materiaal niet werd gebruikt. 16
Voorbeeld parameters: 4.1.3.1 DVD 90% van de respondenten heeft de DVD bekeken. 70% heeft hem getoond aan de leerlingen. De reacties op de DVD zijn overwegend positief (figuren 11 en 12). Veel van de respondenten vinden de film leuk (71%) en ze beoordelen dat ook de overgrote meerderheid van de leerlingen (87%) de film leuk vindt. 1 op 2 respondenten geeft aan de ze de DVD bruikbaar vinden. 1 op 3 respondenten ervaart de film als leerrijk. Figuur 11. Vraag 12 17
Figuur 12. Vraag 14 Uit de vraag naar bijkomende opmerkingen blijkt dat 4 respondenten (4,6%) van mening zijn dat er meer (wetenschappelijke) informatie mocht verwerkt zijn in de film. Slechts 9 respondenten (10%) vinden dat de film niet voldoende aansluit bij de leeftijd en leefwereld van hun leerlingen. 4.1.3.2 HANDLEIDING De handleiding wordt hoofdzakelijk beschouwd als bruikbaar, concreet en verstaanbaar (figuur 13). Volgens 85% van de respondenten biedt de handleiding voldoende ondersteuning. Figuur 13. Vraag 16 18
4.1.3.3 CO 2 -METER De CO 2 -meter is een echt succes. De meningen zijn onverdeeld positief, zowel bij de leerkrachten als bij de leerlingen. Figuur 14. Vraag 18 3 respondenten merken op dat het voor de praktische uitvoering van het project eenvoudiger zou zijn om over meerdere CO 2 -meters te beschikken. De meter is echter duur, waardoor het niet altijd haalbaar is om aan deze vraag tegemoet te komen. In sommige regio s ondersteunt de gemeente mee het project door enkele CO 2 -meters aan te kopen die ter beschikking worden gesteld van de scholen. 69 % geeft aan dat het haalbaar is om de CO 2 -meter 'in het groen' te krijgen door goed te ventileren. 4.1.3.4 GADGETS (RAAMSTOPPERS, NEUSKNIJPERS, AIRSHOT BLIKKEN) De meningen over de gadgets zijn verdeeld. Sommigen vinden ze erg leuk, leerrijk en bruikbaar, anderen vinden ze dan weer niet bruikbaar en wat kinderachtig voor de leerlingen, zeker in de 2 de en 3 de graad. Een deel van de leerkrachten heeft ze niet gebruikt. 4.1.3.5 Poster 62 % van de respondenten heeft de poster gebruikt. De reacties op de poster zijn overwegend positief: leerrijk, bruikbaar en leuk, zowel voor respondenten als leerlingen. 4.1.3.6 WEBSITE De website werd door 82% van de respondenten bezocht. De meningen zijn overwegend positief (figuur 15). 19
Figuur 15. Vraag 34 Enkele zaken die zijn meegeven in verband met de website : enkele pagina s zijn niet ingevuld extra wetenschappelijke achtergrondinformatie kan nuttig zijn extra didactisch en bruikbaar materiaal is welkom meer uitwisseling mag gepromoot worden 20
4.2 Samenvatting Uit de reactie van de respondenten kunnen we concluderen dat het project erg positief wordt geëvalueerd. Zowel leerkrachten als leerlingen reageren vrij positief op de basismaterialen van het air@school. Scholen gebruikten het project in verschillende richtingen van het secundair onderwijs, en voor geen enkele van alle richtingen was het resultaat van de evaluatie afwijkend. Het project kan dus gebruikt worden in bijna alle richtingen van het secundair onderwijs. Voor de BUSO-leerlingen bleek het project echter niet voldoende op maat. In de toekomst zullen we hen onder andere beter informeren over de mogelijkheid om hetzelfde thema te bespreken aan de hand van de materialen voor het basisonderwijs: het project Lekker Fris (www.lekkerfris.be). Wat betreft de effecten op kennis en gedrag geven de respondenten zowel voor zichzelf als voor de leerlingen aan dat kennis en gedrag positief werden beïnvloed. In vergelijking met de situatie voor het project, wordt er meer aandacht besteed aan ventilatie van de klaslokalen waardoor de kwaliteit van het binnenmilieu verbeterd is. Het project air@school realiseert dus volgens de zelfrapportage door de leerkrachten de vooropgestelde doelstellingen: Het binnenmilieu in de deelnemende secundaire scholen is verbeterd. De kennis van leerlingen en leerkrachten in verband met ventileren en verluchten is groter geworden. Het gedrag van leerlingen en leerkrachten in verband met ventileren en verluchten is gewijzigd in de positieve zin. Wat betreft de materialen kunnen we besluiten dat de basismaterialen erg in trek zijn. Van de CO 2 -meter en de DVD wordt enthousiast gebruik gemaakt. De handleiding, poster en website worden goed bevonden. Over de andere materialen zijn de meningen verdeeld. Op basis van deze resultaten zal het project air@school minstens in zijn huidige vorm de komende schooljaren verder worden aangeboden aan de scholen. We houden hierbij de doelstelling om de binnenmilieukwaliteit in Vlaamse scholen te verbeteren ten voordele van de gezondheid van de leerlingen en leerkrachten steeds voor ogen. 21
5 Concrete voorstellen om het project te verbeteren De respondenten kregen de kans om opmerkingen te noteren waar ze dat nodig vonden. Veel van de suggesties zullen, waar haalbaar, ter harte worden genomen. Enkele voorbeelden van suggesties en hoe we een antwoord proberen te bieden. Suggesties : Verschillende keren is er vraag naar een verwerkingstabel om nog meer visueel te kunnen werken met de resultaten van de CO 2 -meter. Werkbladen, extra artikels, extra opdrachten en materiaal voor thuis zijn ook welkom. Anderen vragen om meer concrete tips op te nemen in het pakket (bv. planten in de klas). Verbeteringen in de praktijk : fiches met concrete suggesties voor hoe je air@school kan inpassen in verschillende vakken zullen samen met een verwerkingstabel binnenkort beschikbaar zijn op de projectsite. Suggesties : Hier en daar wordt de opmerking gegeven dat meerdere CO 2 -meters welkom zouden zijn, vooral in grotere scholen. Verbeteringen in de praktijk : waar mogelijk wordt dit opgevangen bij de Logo s. Indien meerdere CO 2 -meters voor een bepaalde periode beschikbaar zijn, kunnen ze samen geleend worden. In de box wordt ook informatie meegegeven over de mogelijkheid om zelf een meter aan te kopen. Ook gemeentebesturen worden warm gemaakt om CO 2 -meters te kopen en ter beschikking te stellen aan scholen. Suggesties : Wetenschappelijke achtergrondinformatie voor leerkrachten in het pakket of op de website (invloed CO 2 op leerlingen, ademhaling, verband met temperatuur/energie) Verbetering in de praktijk : deze informatie is al beschikbaar op de website. Een aantal respondenten geeft suggesties voor andere gebruikers: Laat de leerlingen in groepjes nadenken over de tips Maak een checklist met beperkingen van aanwezige hulpmiddelen om te ventileren Laat de oudere leerlingen als controleurs (gekleed in witte jassen) rondgaan in de klassen van de jongere leerlingen Realisatie in de praktijk : deze tips worden allemaal opgenomen op de website www.airatschool.be om de ervaringsuitwisseling tussen scholen te bevorderen. 22
6 Bijlagen 6.1 Vragenlijst 6.2 Resultaten 23
6. BIJLAGEN 24
6.1 Vragenlijst 25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
6.2 Resultaten 35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55