Businessplan 2013-2015



Vergelijkbare documenten
Businessplan Leren en Werken Noordoost Brabant

Een uitdagende arbeidsmarkt. Erik Oosterveld 24 juni 2014

Jaarplan Project. Leren & Werken Friesland (KOF 4)

Hoofdlijnen voor het plan van aanpak voor de bestrijding van jeugdwerkloosheid

WEST-BRABANT WERKT EN PAKT DOOR!

Jaarplan Project. Leren & Werken Friesland (KOF 4)

Kwantitatieve ontwikkelingen rondom jeugdwerkloosheid

Nieuwe kans op extra instroom

Businessplan Leerwerkloket NHN Naam van de arbeidsregio en locatie: Noord-Holland Noord (centrumgemeente Alkmaar)

Regionale arbeidsmarktschets Arbeidsmarktregio Groot Amsterdam

In hoofdstuk 3 van het Jongerenoffensief staat welke doelstellingen de arbeidsmarktregio Twente zich stelt.

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Servicepunt Techniek. Hedy Segond Von Banchet KENTEQ, Manager Business Development Employability Kasteel Daelenbroeck, Herkenbosch 13 Mei 2009

De arbeidsmarkt in Zuidoost-Brabant. UWV Gerald Ahn 9 september 2014

Onderzoeksrapport: zorgelijke terugloop leerwerkplekken mbo

Transitieplan. 12 september 2013

ECONOMISCHE MONITOR EDE 2015 I

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Amersfoort

Test je kennis over de arbeidsmarkt in de regio Haaglanden. Lian de Bruijn Regionaal beleidsadviseur onderwijs arbeidsmarkt

Kwantitatieve ontwikkelingen rondom jeugdwerkloosheid

Intentieverklaring Versie:

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Hartelijk welkom. Namens het Platform O&O

Quick scan re-integratiebeleid. Een oriënterend onderzoek door de rekenkamercommissie

Kwantitatieve ontwikkelingen rondom jeugdwerkloosheid

Onderwijsraad, Den Haag, juli De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Duurzaam toerusten voor arbeidsmarkt en

Barometer Arbeidsmarkt Gelderland 2e kwartaal 2013

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Gorinchem

STOOF Sectorplan UITZENDBRANCHE Regionale bijeenkomsten UWV-Leerwerkloketten en Uitzendwerkgevers

Collegebesluit. Gemeente Amersfoort

Plan van aanpak Jeugdwerkloosheid Twente. Jongerenoffensief P. Weideveld

Notitie. Pagina 1 van 5. Bestuurlijk overleg arbeidsmarktregio Zuid-Kennemerland en IJmond, 6 december 2018

Afsprakenkader. Partners in Leren en Werken in. Zorg en Welzijn Zeeland. Vastgesteld in de FluenZ Adviesraad. ViaZorg

Jaarplan 2017 Arbeidsmarkt & Onderwijs MBO HBO SIGRA

Plan van aanpak: Mobiliteit in de AMR Noord-Holland Noord

SAMENVATTING INVENTARISATIE CRISISMAATREGELEN TECHNIEKTALENT.NU

Gegevens van ondertekenaar(s) van het businessplan

marktbewerkingsplan 2015

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Zuid-Holland Centraal

Voorlopersaanpak. Jeanette van Ommen, Alfa-college Hoogeveen

Jongeren aan de slag! Peter van Nunen.

Samenvatting UWV Arbeidsmarktprognose Met een doorkijk naar 2018

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Rijk van Nijmegen

Sectorplannen en centrumgemeenten Voorbeelden uit de praktijk. Voorlichtingsbijeenkomsten derde tranche December 2014 Arianne van der Meer

CONVENANT REGIONALE AANPAK VOORKOMEN EN BESTRIJDEN JEUGDWERKLOOSHEID

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen

Beleidsplan stichting Samen FIKS

Bijlage 2. Human Capital Agenda s

Businessplan. Leerwerkloket Arbeidsmarktregio Gorinchem

Functieprofiel: Manager Functiecode: 0202

Paul van Kruining Actieteam crisisbestrijding Stichting van de Arbeid HET OPSTELLEN VAN EEN SECTORPLAN

De ESF-scan laat de mogelijkheden zien.

Factsheets jeugdwerkloosheid gemeente Ede

- Ontwikkelingen arbeidsmarkt - Human Capital Agenda / Zorgpact - Sectorplan

Via de wijk aan het werk

-Concept- Regionaal scholingsakkoord Meters maken op Leren(d) Werken 22 februari 2018

B&W Vergadering. Besluit 1. Het college stemt in met de Intentieovereenkomst van de bevoegde gezagen van de

Format eindrapportage Jeugdactieplan Zaanstreek Waterland

Regionale arbeidsmarktschets Arbeidsmarktregio Holland Rijnland

Bijlagen met aanvullende informatie

O&O-monitor Resultaten

Aanvraagformulier. (Regionaal) coördinerend persoon: Naam Functie. Organisatie. Telefoonnummer E- ma 1 adres

Barometer Arbeidsmarkt Regio Achterhoek (BARA) Juni 2011

Pact Brabant Brabants Arbeidsmarktakkoord oktober 2011

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Zuid-Kennemerland en IJmond

Arbeidsmarkt Achterhoek Februari 2013

Colo-barometer van de stageplaatsen- en leerbanenmarkt

Hoofdlijnenakkoord voor het inrichten van een Regionaal Arrangement Beroepsonderwijs Amsterdam

Advies onderzoeksfase Lef L up! Samenvatting

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juni 2013

Barometer Arbeidsmarkt Regio Achterhoek (BARA) April 2011

Gezamenlijke visie op de arbeidsmarktregio Drenthe Januari Emmen Coevorden Hoogeveen Midden-Drenthe De Wolden Borger-Odoorn UWV

Toekomstplan. 12 februari Versie 1.1. Retail & Leisure Academy

De Grote Uittocht Herzien. Een nieuwe verkenning van de arbeidsmarkt voor het openbaar bestuur

Personeel op peil. Onderzoek naar de positie van mkb-werknemers

Aan de raad AGENDAPUNT 3. Doetinchem, 10 december Beleidsplan Re-integratiebeleid

Regionale arbeidsmarktprognose

Steeds meer mensen aan het werk

Producten overzicht Afdeling arbeidsmarktinformatie en - advies

WELKOM. 8 e netwerkbijeenkomst 27 oktober 2011

Impuls Aanpak jeugdwerkloosheid in de arbeidsmarktregio Actieplan jeugdwerkloosheid Regio Rivierenland

Factsheet arbeidsmarkt zorg en wjk Friesland 2017

Businessplan Stedendriehoek Noordwest Veluwe. Businessplan Lerenenwerken Stedendriehoek NW Veluwe _v5 1

Voor vakmensen voor de toekomst

De arbeidsmarkt in Midden-Limburg

Barometer Arbeidsmarkt Regio Achterhoek (BARA) Oktober 2011

Van en voor de regionale foodbedrijven. Enschede, 14 mei 2009

Bijlage 2. Projecten bestrijding jeugdwerkloosheid

Tekorten op de ICT-arbeidsmarkt verklaard Door Has Bakker (beleidsadviseur ICT~Office)

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio IJsselvechtstreek

Mobiliteitscentrum Glastuinbouw

heeft u dagelijks te maken met vragen op het

Sectormonitor 2017-Q4

1. Onderwerp Beëindiging deelname Regionaal Platform Arbeidsmarktbeleid Rijn Gouwe (RPA) 2. Rol van het

Inspectie Werk en Inkomen Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

KRAAMTALENT KNELPUNTEN BEDRIJVEN DOELSTELLINGEN PROJECTPLAN KNELPUNTEN ROC'S GRONINGEN FRIESLAND DRENTHE

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Maart 2013

LEERWERKLOKET FRYSLÂN & KENNIS ONTWIKKELING FRIESLAND

Sectorplan Vlees sector

Transcriptie:

Businessplan 2013-2015 Project Leren & Werken Friesland (KOF 4)

Inhoudsopgave Management samenvatting 3 1 Inleiding en leeswijzer 4 1.1 Opzet van het businessplan 4 1.2 Karakter en looptijd van het businessplan 4 1.3 Contactpersoon voor het businessplan 5 1.4 Leeswijzer voor het businessplan 5 2 Projectuitgangspunten en doelstellingen 6 2.1 Leren en werken 6 2.2 Regionale bundeling van krachten 6 2.3 Leerwerkloketten 6 2.5 Nieuwe financieringsronde 2013-2015 8 2.6 Het project Leren & Werken Friesland 2013-2015 (KOF 4) 9 2.7 Partners in het project Leren & Werken Friesland (KOF 4) 10 3 Het fundament van Leren & Werken Friesland 11 3.1 Even omkijken 11 3.2 Terugblik op de start van het project; KOF 1 (2008 2009) 11 3.3 KOF 2 (2009 2010) 11 3.4 De periode 2010-2012; KOF 3 13 3.5 Samenwerking van het KOF met het Werkgevers Service Punt 14 3.6 KOF in relatie tot andere regionale initiatieven 14 3.7 Huidige positionering van het KOF 15 4 Arbeidsmarkt ontwikkelingen in Friesland 16 4.1 De economische ontwikkeling 16 4.2 Gevolgen voor de werkgelegenheid 16 4.3 Meer werkzoekenden 17 4.4 Afnemend aantal vacatures 17 4.5 De arbeidsmarkt in Friesland is te typeren als zeer ruim 18 4.6 De vergrijzing schept op termijn kansen 18 4.7 Aantal stages en leerbanen onder druk 19 4.8 Samenvattend 20 5 SWOT analyse voor het KOF 4 project 21 5.1 SWOT analyse 22 5.2 Uitwerking 22 5.3 Algemene gevolgtrekking uit de SWOT analyse 23 1

6 Visie en activiteitenplan KOF in komende periode 25 6.1 Visie en strategie van het KOF4 25 6.2 Strategie op hoofdlijnen voor de periode 2013-2015 25 6.3 Kwantitatieve doelstellingen voor het KOF 4 project 2013 2015 26 6.4 De organisatie van het leerwerkloket per 1-1-2013 26 6.5 Beleidsmatige en operationele aansturing 27 6.6 Vormgeving E-dienstverlening 27 6.7 De huidige werkgeversdienstverlening in de regio 27 6.8 Afstemming en verbinding met andere loketten, servicepunten 27 6.9 De beoogde LWL dienstverlening aan werknemers in 2013-2015 28 6.10 De beoogde LWL dienstverlening aan bedrijven-werkgevers 28 6.11 De beoogde LWL dienstverlening aan werkzoekenden zonder baan 28 6.12 Competentie Test Centrum Leerwerkloket Friesland 28 6.13 Het gehanteerde klantregistratiesysteem 29 6.14 Kwaliteitsbewaking van de dienstverlening 29 6.15 Het geraamde tijdsbeslag van het leerwerkloket 30 6.16 Samenvatting van de deelactiviteiten KOF4 31 7 PR, communicatie en marktbenadering 32 7.1 Publiciteit over leerwerkloket, EVC, CTC en leerbanen 33 7.2 Marktbenadering 33 7.3 Samenvatting PR-, communicatie- en voorlichtingsactiviteiten 34 8 De projectorganisatie 36 8.1 Uitgangspunten voor de vormgeving van de projectorganisatie 36 8.2 Strategische/beleidsmatige sturing 36 8.3 Aansturing op uitvoerend niveau 37 8.4 Organogram 38 9 Tijdsplanning voor de projectactiviteiten 40 9.1 De jaarplanning voor 2013 40 9.2 De overall planning voor de projectperiode 2013-2015 40 10 Projectbegroting en cofinanciering 44 10.1 Projectbegroting op basis van gedetailleerde projectactiviteiten 44 10.2 Het gedetailleerde begrotingsschema 44 10.3 Samenvatting van de projectkosten en de cofinanciering 46 11 Kwaliteits- en kostenbewaking 47 11.1 Voortgangsbewaking en rapportages 47 11.2 Budgetbewaking 48 Bijlagen (zie de inhoudsopgave daarvan op pag. 45) 45 2

Management samenvatting Het voorliggende regionale businessplan Leren & Werken Friesland 2013-2015 beschrijft de wijze waarop de (18) in het project samenwerkende Friese partijen inhoud willen geven aan leren en werken in de periode 2013 tot en met 2015. Het betreft het geheel aan activiteiten rondom het Friese leerwerkloket, dus naast het fysieke loket ook de digitale en werkgeversdienstverlening en andere regionale activiteiten in het kader van leren en werken. Het project Leren & Werken Friesland 2013-2015 is een voortzetting van eerdere leren en werken projecten in de arbeidsmarktregio Friesland. Deze zijn vanaf 2008 onder de naam Kennis Ontwikkeling Fryslân uitgevoerd (KOF1, 2 en 3). In dit businessplan wordt hierop een korte terugblik gegeven. Het huidige project zal in de wandelgangen worden aangeduid met de werknaam KOF4. De nijpende arbeidsmarktsituatie in Friesland vraagt om een brede bundeling van krachten. Het aantal banen krimpt, er ontstaan steeds minder vacatures en het aantal geregistreerde werkzoekenden stijgt. Daarnaast leidt de economische crisis in een aantal sectoren ook tot een (dreigend) tekort aan stages en leerbanen. De arbeidsmarkt in Friesland gaat naar verwachting (Regionale Arbeidsmarktschets 2012) pas vanaf 2014 herstellen. Ondanks de huidige zeer ruime arbeidsmarkt van Friesland ontstaan er - onder meer door de vergrijzing- op termijn voldoende kansen op (duurzame) uitstroom naar werk voor zowel gekwalificeerde werkzoekenden als voor werkzoekenden met een afstand tot de arbeidsmarkt. Een gezamenlijke beleidsagenda in Friesland richting herstel van de arbeids- en scholingsmarkt is daarom van groot belang. Het businessplan heeft het karakter van een ontwik- keldocument, waarbij vooral wordt ingezoomd op de activiteiten in het jaar 2013. De activiteiten in de jaren 2014 en 2015 zullen nader worden gespecificeerd in jaarplannen, waarin eventuele (majeure) wijzigingen voor dat jaar ten opzichte van dit businessplan kenbaar zullen worden gemaakt. Vanaf 2013 wordt door het rijk opnieuw financiering beschikbaar gesteld om deze actuele problematiek aan te pakken door middel van Leren en Werken. Gebruikmakend van de nieuwe financieringsronde van de regionale leerwerkloketten zal het project Leren & Werken Friesland voor de komende drie jaren een scala aan activiteiten uitvoeren. Deze activiteiten worden in het voorliggende businessplan beschreven wat betreft inhoud, projectorganisatie, planning, begroting, communicatie en kwaliteits- en budgetbewaking. 3

1 Inleiding en leeswijzer Het voorliggende regionale businessplan Leren & Werken Friesland 2013-2015 beschrijft de wijze waarop de samenwerkende Friese partijen inhoud willen geven aan leren en werken in de periode 2013 tot en met 2015. Het businessplan is primair bedoeld om als partners in de regio tot een gezamenlijke visie te komen over het doel, de organisatie en de financiering van het project voor de komende drie jaar. Het betreft het geheel aan activiteiten rondom het Friese leerwerkloket, dus naast het fysieke loket ook de digitale en werkgeversdienstverlening en andere regionale activiteiten in het kader van leren en werken. Voorts is het businessplan opgesteld om het ministerie van SZW als subsidiegever over het project te informeren. 1.1 Opzet van het businessplan Vanaf 2013 wordt door het rijk opnieuw financiering beschikbaar gesteld voor de leerwerkloketten in de verschillende arbeidsregio s. Aan de toekenning van de Rijksbijdrage verbindt het ministerie van SZW een aantal voorwaarden. Zowel inhoudelijk, organisatorisch als financieel. Op deze voorwaarden wordt in het volgende hoofdstuk nader ingegaan. Het voorliggende plan volgt de indeling van een businessplan en bevat onder meer de informatie die is aangegeven in de notitie Kader voor het Businessplan Leerwerkloket van het ministerie van SZW en de landelijke projectgroep LWL (d.d. januari 2013). 1.2 Karakter en looptijd van het businessplan Het businessplan heeft betrekking op de periode 2013-2015 en heeft het karakter van een ontwikkeldocument. Niet alles is voor een periode van drie jaar (precies) vast te leggen. Bovendien kan het op basis van inzichten bij de verdere ontwikkeling van het project Leren & Werken Friesland noodzakelijk zijn tot aanpassingen van de in dit plan beschreven activiteiten over te gaan. Jaarlijks zal daarom per 1-1-2014 en 1-1-2015 een nader gespecificeerd jaarplan worden opgesteld, waarin eventuele (majeure) wijzigingen voor dat jaar ten opzichte van dit businessplan kenbaar zullen worden gemaakt. Alsmede de daaruit voortkomende voornemens van het samenwerkingsverband LWL ten aanzien van outcome en output (op strategisch, tactisch of uitvoerend niveau). Daarnaast kan aanpassing van het businessplan en/of de jaarplannen plaatsvinden naar aanleiding van de jaarlijkse monitoring van het project door het UWV. 4

1.3 Contactpersoon voor het businessplan Naam: Functie: In dienst bij: Mevrouw Ria Akkersdijk Projectleider Leren & Werken Friesland 2013 2015 (KOF 4) ROC Friesland College, Leeuwarden Telefoon: 06 51 18 69 89 E-mailadres: r.akkersdijk@fcroc.nl 1.4 Leeswijzer voor het businessplan In het volgende hoofdstuk, hoofdstuk 2 van het businessplan, worden om te beginnen de uitgangspunten en de doelstellingen van dit project beschreven. Hoofdstuk 3 verschaft een korte terugblik op de oorsprong van het project (in 2007) en de daarop volgende ontwikkeling, zijnde het fundament voor het huidige project. In hoofdstuk 4 wordt een schets gegeven van de huidige en toekomstige ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in Friesland. Hoofdstuk 5 bevat een SWOT analyse voor het KOF 4 project. De projectactiviteiten die de komende tijd zullen worden ontwikkeld en uitgevoerd, worden beschreven in hoofdstuk 6. Hoe de aspecten PR, communicatie en marktbenadering binnen het project vorm krijgen, wordt uit de doeken gedaan in hoofdstuk 7. De op samenwerking en communicatie gestoelde projectorganisatie wordt beschreven in hoofdstuk 8. Hoofdstuk 9 toont de planning van de projectactiviteiten in de tijd. Zowel voor de komende drie jaar, als voor het lopende jaar. Hoofdstuk 10 bespreekt de kostenbegroting en subsidiëring van het project, alsmede de wijze van cofinanciering door de projectpartners. Wat er gedaan zal worden om de kwaliteit en kosten tijdens de projectuitvoering te bewaken, wordt tenslotte uit de doeken gedaan in hoofdstuk 11. Bijlagen Achterin dit businessplan treft de lezer tenslotte een gedeelte aan met bijlagen. Hierin wordt de meer specifieke of gedetailleerde projectinformatie weergegeven. In de tekst van het businessplan wordt hier op sommige plaatsen naar verwezen. 5

2 Projectuitgangspunten en doelstellingen In dit hoofdstuk worden de uitgangspunten en de doelstellingen van het project Leren & Werken Friesland 2013 2015 (KOF 4) beschreven. 2.1 Leren en werken Leren wordt steeds meer een fundamenteel onderdeel van werken. Landelijk zijn er zo n twee miljoen mensen die niet voldoen aan de startkwalificatie (niveau 2 van de WEB). Dit heeft als gevolg dat er een mismatch bestaat op verschillende niveaus ten aanzien van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt (zie hoofdstuk 4 Arbeidsmarkt ontwikkelingen in Friesland ). Oplossingsrichtingen zijn een leven lang leren, leeftijdsbewust personeelsbeleid en arbeidsmobiliteit. Thema s die vallen onder de noemer sociale innovatie. Werkzoekenden, werknemers en werkgevers moeten investeren in hun positie op de arbeidsmarkt. Niet alleen de toestroom vanuit het onderwijs naar de arbeidsmarkt moet versterkt worden. Ook is het van belang de aanwezige competenties bij mensen te erkennen en eventueel aan te vullen met scholing. 2.2 Regionale bundeling van krachten Dit brengt voor werkenden, werkzoekenden en werkgevers veel vragen met zich mee. Vaak is de kennis om deze vragen te beantwoorden verspreid over verschillende instanties. Ondernemers vinden het efficiënter wanneer zij op één plek terecht kunnen met vragen omtrent leren en werken. Om in te spelen op regionale vragen vanuit de arbeidsmarkt is het van belang om de doorstroom naar en op de arbeidsmarkt goed te structureren en te begeleiden vanuit regionale knelpunten. Instrumenten als EVC meting, competentie tests en het opstarten van leerwerktrajecten kunnen hiervoor ingezet worden. Regionale partijen als bedrijven, UWV, gemeenten en opleidingsinstituten spelen in dit proces een belangrijke rol. Goede samenwerking van partijen in de regio is essentieel om de arbeidsmarkt te versterken. Krachten moeten gebundeld worden waar kennis en expertise aanwezig zijn en waar werkzoekenden, werkenden en werkgevers begeleid en geadviseerd worden ten aanzien van werk en scholing (de één loket gedachte). 2.3 Leerwerkloketten Vanuit deze 1 loket gedachte zijn de afgelopen jaren in Friesland een zestal Leerwerkloketten (LWL) opgezet (zie hoofdstuk 3) met het doel de aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt te verbeteren. Dit doen de leerwerkloketten door in de regio een brug te slaan tussen arbeidsmarkt en onderwijs (makelaars- en schakelfunctie), zodat schaarse middelen tussen partners voor de gezamenlijke doelgroepen efficienter en effectiever ingezet kunnen worden. 6

Informatievoorziening over scholing, EVC en leerwerktrajecten kent door wegvallende en krimpende re-integratie budgetten een grotere noodzaak. De informatievoorziening en waar mogelijk de overige dienstverlening, zoals het bekendmaken van leerwerkvacatures, worden meer en meer digitaal aangeboden. Hiermee equipeert men werkzoekenden en werkenden om, tegen relatief lage kosten, zelf hun re-integratie ter hand te nemen. UWV wil een zichtbare rol spelen in de verbinding onderwijs en arbeidsmarkt en kan met de leerwerkloketten die rol invullen. De leerwerkloketten blijven in 2013 expertise leveren over her-/om- en bijscholingsmogelijkheden en willen met de landelijke partner Stichting Bedrijfsleven Beroepsonderwijs (SBB), gemeenten en ROC s scholingsvraagstukken in de regio oplossen door: - Het aanbieden van informatie en advies over arbeidsmarktrelevante scholing, EVC en leerwerktrajecten. - Expertise in te brengen voor het maken van scholingsarrangementen in afstemming met de regionale werkgeversdienstverlening. - Werkzoekenden inzicht te geven in hun competenties. UWV adviseurs bieden via de leerwerkloketten competentietesten aan in het kader van intensieve dienstverlening en tegen betaling aan gemeenten en andere geïnteresseerden. - Aanbodgerichte informatie bieden voor het vo, mbo en hbo onderwijs. 2.4 Stimuleringsregeling leren en werken De overheid stimuleert Leven Lang Leren en organiseert landelijk initiatieven. De regeling Leren en Werken is hier een voorbeeld van. Via het landelijk project Leren & Werken en de Tijdelijke stimuleringsregeling leren en werken, opgezet door de ministeries van OCW en SZW, is de afgelopen jaren de samenwerking tussen verschillende partijen in diverse regio s in Nederland gestimuleerd op het gebied van een leven lang leren. Op 27 november 2007 heeft een samenwerkingsverband van 17 Friese partners, waaronder de provincie Fryslân als initiatiefnemer, een aantal gemeenten, UWV, het toenmalige CWI, enkele mbo- en hbo instellingen en diverse werkgeversorganisaties, een eerste subsidie Leren en Werken verkregen, onder de naam Kennis Ontwikkeling Fryslân (KOF). Als bijdrage in de kosten voor realisatie van (destijds) de volgende doelen: 1. het inrichten van in eerste instantie twee leerwerkloketten en gebruikmaking daarvan; 2. het werven van minimaal 300 deelnemers aan EVC-trajecten en de organisatie van het aanbod van EVC-trajecten; 3. het tot stand komen van 300 nieuwe duale trajecten en deelneming daaraan. 7

In de daaropvolgende jaren heeft het KOF project opnieuw subsidie verkregen. Over de resultaten van deze zogenoemde KOF 1, KOF 2 en KOF 3 projecten wordt kort teruggeblikt in het volgende hoofdstuk, hoofdstuk 3. Uit recent onderzoek naar de toegevoegde waarde van Leren & Werken door Bureau Berenschot blijkt de toegevoegde waarde van de regionale samenwerkingsverbanden vooral te vinden te zijn in deskundigheid, laagdrempeligheid, doelgericht handelen en het netwerk. De omvang van de co- financiering door de samenwerkingspartners bleek tevens een factor van doorslaggevende betekenis. De subsidieregeling Leren en Werken is dan ook conform eerdere afspraken door het nieuwe kabinet in stand gehouden. 2.5 Nieuwe financieringsronde 2013-2015 Vanaf 2013 wordt door het rijk opnieuw financiering beschikbaar gesteld voor Leren en Werken. Het betreft de periode tot en met 2015. Aan de toekenning van de Rijksbijdrage verbindt het ministerie van SZW de volgende voorwaarden. Verbinding landelijke en regionale arbeidsmarkt- en scholingspartners door regionale samenwerkingsverbanden waarin minimaal kernpartners (die een bijdrage in euro s of operationele uren leveren) UWV, gemeenten en scholingspartners (minimaal 1 ROC) deelnemen en optioneel partners die nodig zijn om het gehele scholingsaanbod (publiek en privaat) in beeld te brengen. Maximale afstemming inzet werkgeversbenadering met de regionale werkgeversservicepunten van de arbeidsmarktregio s (geen eigenstandige werkgeversbenadering door de leerwerkloketten). Een laagdrempelige adviesfunctie voor werkgevers en burgers creëren, waarbij de bestaande eis wordt losgelaten van het inrichten van een fysieke leerwerkloketten-infrastructuur voor burgers op werkpleinen. De subsidiëring en cofinanciering voor de komende periode ziet er als volgt uit: Subsidiëring en cofinanciering LWL periode 2013 tot en met 2015 (jaarlijks) Financiering op basis van:: Arbeidsmarktregio. Per regio: 100.000 Eis cofinanciering als % van rijksbijdrage: Minimaal 50% van regionale rijksbijdrage CTC als cofinanciering vanuit UWV: Max. 3 miljoen (30 fte) Vanuit de Rijkssubsidiebijdrage zijn de volgende taken voor de regionale leerwerkloketten voor de periode 2013 2015 benoemd: - Opstellen regionaal businessplan 2013-2015 conform Model Businessplan 2013-2015. Dit plan wordt (in ieder geval) door de regionale kernpartners op bestuurlijk niveau getekend (zie par. 3.8). 8

- Aanstellen van een projectleider Leren en werken. - Alle kernpartners garanderen financiering tot en met 2015. - Transparant maken regionaal scholingsaanbod. - Productontwikkeling (aanbod op maat) stimuleren bij aanbieders van scholing. - Zorgdragen voor bekendheid met de mogelijkheden voor EVC en andere valideringsinstrumenten, Competentietests (CT) en duale trajecten voor werknemers, werkzoekenden en bedrijven via de regionale werkgeverservicepunten en werk.nl. - Ondersteuning van sociale partners om invulling te geven aan intersectorale mobiliteit door scholing en werknaar-werk-trajecten. - Samenwerking te bevorderen tussen vragende partijen en aanbieders van scholing en EVC. - Het werven van leerwerkbanen. - Het geven van informatie en advies over scholingsmogelijkheden/loopbaanadvies aan werkgevers, werknemers en werkzoekenden (via regionale werkgevers-dienstverlening en e- dienstverlening). - Fungeren als BackOffice (expertise leren en werken en toeleverancier kansrijke arrangementen) voor de regionale werkgeversdienstverlening. - Het eventueel (door)ontwikkelen van regionale sites in aansluiting op de landelijke site. - Resultaatsverplichtingen (ontwikkelen concrete arrangementen voor tekortsectoren, ouderen, werkzoekenden zonder startkwalificatie, ontwikkelen van e- dienstverlening) en effectmeting (monitor) van adviezen, verwijzingen, EVC. 2.6 Het project Leren & Werken Friesland 2013-2015 (KOF 4) Gebruikmakend van de nieuwe financieringsronde van de regionale leerwerkloketten zal in direct vervolg op de KOF 1, KOF 2 en KOF 3 projecten het project Leren & Werken Friesland worden uitgevoerd in de periode 3013 3015. In de wandelgangen aangeduid als KOF 4. Het streven van het project voor de komende periode 2013 2015 is gericht op verduurzaming van de samenwerking van alle betrokken partners om het leren en werken in Fryslân op basis van de voorgaande KOF projecten duurzaam en structureel vorm en inhoud te geven. De activiteiten die daartoe zullen worden ontplooid, worden in dit businessplan uitgewerkt in hoofdstuk 7. Eerst zal het fundament waarop deze activiteiten zijn gestoeld, te weten de KOF 1, KOF 2 en KOF 3 projecten worden beschreven (in hoofdstuk 3). Tevens zal aandacht worden besteed aan de economische en arbeidsmarktontwikkelingen in de regio (hoofdstuk 4). 9

2.7 Partners in het project Leren & Werken Friesland (KOF 4) De volgende regionale kernpartners en hun vertegenwoordigers hebben zitting in het bestuurlijk platform (zie hoofdstuk 8) en hebben vanuit die hoedanigheid het voorliggende businessplan met hun handtekening bekrachtigd: Naam: Functie: Organisatie: Hr. A. Ekhart Wethouder Sociale Zaken Gemeente Leeuwarden Mw. D. Keizer Vz. College van Bestuur NHL Hogeschool Leeuwarden Hr. J. Bok Regiomanager UWV Mw. L. Vos Vz. College van Bestuur ROC Friesland College Hr. R. van Gent Directeur MKB Noord Daarnaast worden de volgende partijen actief betrokken bij het KOF 4 project: 1. Het College van Gedeputeerde Staten van de Provincie Fryslân, vertegenwoordigd door de heer M. van Dam; 2. ROC Friese Poort, vertegenwoordigd door de heer P. Molenaar, directeur Bedrijfsopleidingen; 3. MKB Noord, vertegenwoordigd door S. Fleurke; 4. KvK Noord Nederland, vertegenwoordigd door mevrouw M. Bouma; 5. Nordwin (AOC Friesland), vertegenwoordigd door de heer P. van de Werf; 6. Stenden Hogeschool, vertegenwoordigd door mevrouw P. Karsten; 7. Stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB), vertegenwoordigd door mevrouw T. Sloothaak; 8. Stichting OOM (Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor de Metaal) en Techniek Talent / TechNet, vertegenwoordigd door de heer M. Jansen 9. Kenniscentrum ECABO, vertegenwoordigd door mevrouw G. Mulder; 10. Kenniscentrum Innovam, vertegenwoordigd door H. Siegersma; 11. Kenniscentrum SH&M (Hout en Meubelindustrie), vertegenwoordigd door de heer B. Galema; 12. Kenniscentrum Calibris, met als vertegenwoordiger de heer D. de Jonge (tot eind 2011 projectleider KOF 1, 2 en 3); 10

13. Kenniscentrum Kenteq, vertegenwoordigd door de heer H. Haring. 3 Het fundament van Leren & Werken Friesland Om de context voor de toekomst vorm te geven, is het wenselijk om opgedane ervaringen uit het verleden te wegen in de verdere uitwerking. Onderstaand een korte beschrijving van deze KOF ervaringen vanaf de begintijd van het project. 3.1 Even omkijken Als samenwerkingsverband van Ondernemers, Overheid en Opleiders, heeft het project KOF (KennisOntwikkeling Fryslân) zich in de voorgaande jaren tot doel gesteld, om als netwerkorganisatie en als uitvoerende organisatie, het leren te stimuleren onder werkenden en werkzoekenden en daarmee een bijdrage te leveren aan het verminderen van het tekort aan gekwalificeerd personeel. De afgelopen jaren heeft Kennis Ontwikkeling Fryslân (KOF) zich gepositioneerd als enerzijds een bestuurlijk platform op het snijvlak van arbeid en scholing en anderzijds als een samenwerkingsverband/netwerkorganisatie, dat/die naast de uitvoering van de reguliere werkzaamheden, gekoppeld aan de subsidieregelingen, een aantal innovatieve en creatieve projecten heeft uitgevoerd. 3.2 Terugblik op de start van het project; KOF 1 (2008 2009) De start van het project kennis Ontwikkeling Fryslân viel op een ongelukkig moment; in 2008 deed de economische crisis in Nederland haar intrede met alle gevolgen van dien. Naast het inrichten en operationeel maken van een regionaal samenwerkingsverband van ondernemers, overheid en opleiders op het snijvlak van Arbeidsmarkt en scholing, is er focus gekomen op het instrument EVC en zijn duale leerwerktrajecten gerealiseerd. Tevens is er vanuit KOF 1 een stap gezet richting verduurzaming van Leren & Werken in de regio als uitvoeringsorganisatie van het thema een Leven Lang Leren. De samenwerkende partners hebben elkaar zowel op organisatieniveau als op individueel niveau beter leren kennen bij de uitvoering van tal van activiteiten. Er is een sterk netwerk ontstaan met veel kennis en doorzettingskracht om gezamenlijk afgesproken doelstellingen te behalen. 3.3 KOF 2 (2009 2010) De strekking van KOF 2 lag in het verlengde van KOF 1. De doelgroep Werkende jongeren zonder startkwalificatie en de 45+ doelgroep met grote afstand tot de arbeidsmarkt, werden nu specifiek benoemd. Verder moest EVC opnieuw nadrukkelijk in de etalage gezet worden. In KOF 2 heeft opnieuw de crisis haar sporen nagelaten. Het bleek lastig te zijn om vast te houden aan de oorspronkelijke doelstelling (het stimuleren van het leren bij werkenden) en er ontstond meer focus op schadebeperking (voorkomen van werkloosheid) en advisering van werkzoeken- 11

den om via scholing een nieuwe start te maken. KOF bleek als netwerk een betrouwbare partner bij verschillende crisismaatregelen en bleek het netwerk voldoende dynamisch om te kunnen anticiperen op nieuwe omstandigheden. Naast EVC werd EVP (ErVaringsProfiel, een onderdeel van het EVC traject) ontwikkeld. Beide instrumenten zijn met wisselend succes ingezet. EVC voor de doelgroep werkenden vanaf MBO niveau, bleek het meest effectief. EVP bleek als instrument voor de lager geschoolde doelgroep, geen echte toevoeging te zijn. Bus als mobiel LWL Tijdens KOF 2 is een mobiel Leren & Werken loket ingezet in de vorm van een speciaal ingerichte bus. Als instrument om contact te maken met doelgroepen die geen Werkplein binding hebben. In de praktijk bleek vooral de omgeving van de doelgroep (de partner van, of de ouder van ), het mobiele loket te bezoeken. Voor deze doelgroep die geen directe binding heeft met een Werkplein, was het een laagdrempelige voorziening. Ook werkenden, nugger s (niet uitkeringsgerechtigden) bleken in de praktijk spontaan het mobiele loket te bezoeken. Als neveneffect heeft het mobiele loket een positieve bijdrage geleverd aan het onderling leren kennen van de professionals in dit veld. RMC, professionals, werkcoaches, casemanagers en bijvoorbeeld opleidingsadviseurs, hebben in wisselende samenstelling de bus bemand en elkaar leren kennen, vinden en waarderen. The Helix Daarnaast is binnen KOF 2 een instrument ontwikkeld en uitgetest voor de groep jongeren die niet geregistreerd zijn bij jongerenloketten, DUO of bijvoorbeeld RMC. Deze groep heeft nadrukkelijk het risico in zich van langdurige werkloosheid waardoor het belangrijk is met hen in gesprek te komen. Gekozen is voor een aanpak op basis van viral marketing, met een gepersonaliseerde trailer met een wake up call, onder de naam The Helix. Als back office werd er een (erkend) contactcentrum ingericht, om via MSN, mail en telefonisch jongeren van advies te dienen op het vlak van Leren & Werken. Het verwachtte viral effect, dat jongeren uit de doelgroep contact zouden leggen met het contactcentrum, bleef achterwege en daarmee ook het aantal (digitale) contacten met het contactcentrum. Wel succesvol was het gebruik van de trailer in klassen, op jongerenbijeenkomsten, maar ook in bijeenkomsten van de werkers in het veld. KWIK event voor HBO en WO werkzoekenden Voor de groep van werkzoekenden met een HBO en/ of WO opleiding (ca. 3.300 in Friesland in 2010) is een Event georganiseerd gericht op Kennis, Werk, Inspiratie 12

en Kansen (KWIK). Aanleiding hiervoor was het relatief grote aantal van hen met een gemiddelde lange uitkeringsduur, gekoppeld aan de zorg om de dreigende braindrain. Rond de 725 personen uit de doelgroep bezochten dit event. De lezingen en workshops werden overtekend en aandacht bleek ook voor deze groep van groot belang. Er is veel onzekerheid over CV s en presentaties en een grote groep bleek dolende op het vlak van kans verkenning en concrete aanpak. Verder bleek het Event een goede kapstok voor samenwerking tussen de drie hogescholen: NHL, Stenden en van Hall Larenstein. 3.4 De periode 2010-2012; KOF 3 Binnen KOF 3 periode is naast het realiseren van kwantitatieve doelstellingen en versterking van het samenwerkingsverband, vooral ingezet op de positionering van fysieke loketten en Leerwerkadviseurs op de (inmiddels zes) Friese Werkpleinen. Een front-office in de regio, met als back-office het samenwerkingsverband. Naast bezetting vanuit subsidiebekostiging, werd ook door de (MBO) opleiders een substantieel aandeel geleverd aan Leerwerkadviseurs. Verder werd er gezocht naar en gewerkt vanuit alternatieve vindplaatsen (zoals de Bibliotheek), campus of deelname aan decanen/mentoren overleg. In 2012 heeft Dirk de Jonge, de projectleider van KOF 1, 2 en 3, een functie aanvaard bij Kenniscentrum Calibris. Per 1 april 2012 is Ria Akkersdijk (zie par. 1.3) als projectleider benoemd. De projecten, die in het plan van aanpak van KOF 2012 staan, zijn door haar opgepakt en verder uitgebreid. Gefocust is op de inzet van de leerwerkadviseurs, die naast individuele adviezen aan bezoekers van het leerwerk loket hun taken hebben uitgebreid naar het geven van voorlichting aan studenten, mentoren en decanen binnen de MBO en HBO instellingen. Een overzicht van deze KOF 3 activiteiten treft u in de bijlage 1, achterin dit businessplan. Het jaar 2012 was ook het jaar waarin het voortbestaan van Leren en Werken ter discussie stond. In december 2012 kwam het verlossende woord vanuit het Ministerie dat de leerwerk loketten hun werkzaamheden kunnen voortzetten met een nieuwe rijksbijdrage voor de komende 3 jaren (zie par. 2.5). Hoewel de ingezette werkpleinkrimp en de omslag naar E-coaching door UWV Werkbedrijf en gemeenten, soms het gevoel geven van roeien tegen de stroom in, heeft KOF zich middels de bezetting op de werkpleinen goed gepositioneerd en zijn de adviseurs meer en meer en op het juiste moment gesprekspartner voor de doelgroepen. 13

Het economische tij en het wegvallen van de scholingsbudgetten, maakte in de afgelopen periode het concreet resultaat boeken lastig. Er werd daardoor een sterk appèl gedaan op creativiteit en doorzettingsvermogen van de projectmedewerkers. De gekozen organisatievorm (front office back office) bewees hierbij zijn nut, resulterend in een effectief contact met de (Werkplein) partners en andere gelieerde organisaties/instellingen in de regio (bijvoorbeeld Jeugdzorg). In de plannen van het KOF project is, in lijn met de visie en het beleid van de overheid, verhoudingsgewijs veel aandacht en actie gericht op het stimuleren van leren onder werkenden. Door de toenemende werkloosheid is evenwel de focus meer verschoven van de werkenden naar de werkloze werkzoekenden. 3.5 Samenwerking van het KOF met het Werkgevers Service Punt De werkgevers dienstverlening van het UWV Werkbedrijf en een aantal Friese Gemeenten, is in 2012 vorm worden gegeven vanuit het Werkgevers Service Punt. Naast dienstverlening vanuit een aantal wettelijke taken zoals het ontslagrecht, richt het Werkgevers Service Punt zich vooral op (zgn. preferente) ondernemers waarmee afspraken gemaakt kunnen worden omtrent inzet werkloze werkzoekenden uit eigen caseload. Een caseload gestuurde aanpak vanuit eigen verantwoordelijkheid op dit vlak. Vanuit KOF is niet een eigenstandige werkgeversdienstverlening ontwikkeld, maar is - ook in de toekomst- de samenwerking gericht op het creëren van kansen en ontwikkel mogelijkheden, vanuit de vraagkant, in de vorm van arrangementen tussen werkgever, uitkerende instantie en opleider. 3.6 KOF in relatie tot andere regionale initiatieven Door de vertegenwoordiging in KOF vanuit overheid, opleiders en ondernemers, bleek KOF in veel gevallen een gewilde partner vanwege kennis, netwerk en de onafhankelijke rol. KOF is de afgelopen jaren in de rol van adviseur, verbindingsofficier of bijvoorbeeld kennisbrenger betrokken geweest bij een scala aan andere regionale, arbeidsmarkt gerelateerde initiatieven: Jonge Friezen Foarút, Sociaal Economisch Masterplan NO Fryslân, Verkenning bouw Fluitschip te Hindeloopen, Venturi project, het Actieplan Jeugdwerkloosheid en het Ondernemersplein A7Westergo. Het Ondernemersplein A7Westergo is een samenwerkingsverband tussen de Provincie, de Kamer van Koophandel, het MKB, Syntens en de NOM. 14

Voor KOF 4 ligt hier de mogelijkheid om werkgevers en werknemers te motiveren het leren te stimuleren. Binnen alle genoemde initiatieven wordt zoveel mogelijk gestreefd naar arrangementen die aansluiten bij de locale, regionale of sectorale vraag. In verschillende platforms waarin KOF heeft geparticipeerd, was de aansluiting onderwijs bedrijfsleven onderwerp van gesprek. Een onderwerp dat ook continue een agendapunt dient te blijven in de dynamiek van de arbeidsmarkt. Binnen KOF is het de afgelopen jaren veelvuldig een agenda- en actiepunt geweest en is er, mede op initiatief van de betrokken ministeries, meer oog gekomen voor scholing in relatie tot de vraagkant van de arbeidsmarkt. De Stuurgroep KOF heeft in dat verband de ambitie uitgesproken om KOF te positioneren als het platform Arbeidsmarkt & Scholing in Fryslân. 3.7 Huidige positionering van het KOF De afgelopen jaren heeft Kennis Ontwikkeling Fryslân (KOF) zich dus geprofileerd enerzijds als een platform op het snijvlak van arbeid en scholing en anderzijds als een netwerkorganisatie, die naast de uitvoering van de reguliere werkzaamheden gekoppeld aan subsidieregelingen, een aantal innovatieve en creatieve (deel) projecten heeft uitgevoerd. KOF blijkt als netwerk bij andere regionale initiatieven (bijvoorbeeld het actieplan Jeugdwerkloosheid) een gewilde partner te zijn. In dat kader kon de afgelopen jaren een gevoel van samen sterk in moeilijke tijden tot ontwikkeling gekomen. Samenwerken en streven naar een gezamenlijk doel, met oog voor het eigen belang van individuele organisaties, moet ook in het toekomst het streven blijven, hoe weerbarstig deze processen soms ook zijn. De omvang van het samenwerkingsverband heeft wel het risico van stroperigheid in zich. Maar de gekozen aanpak om in werkgroepen op thema s/deelprojecten (zie bijlage 1) samen te werken, is gebleken effectief te zijn en te voldoen aan de verwachtingen van de individuele partners. 15

4 Arbeidsmarkt ontwikkelingen in Friesland In dit hoofdstuk wordt een schets gegeven van de economische ontwikkeling en een analyse van de huidige speerpunten en kansen voor de Friese arbeidsmarkt. 4.1 De economische ontwikkeling Na een voorzichtig herstel van de economie in 2010 en de eerste helft van 2011, is in 2013 de Nederlandse en Friese- economie volgens recente cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (14 februari 2013) opnieuw in een recessie beland. Van een recessie is sprake als de economie twee opeenvolgende kwartalen krimpt. En dit is het geval, want in het vierde kwartaal van 2012 is de economie met 0,2 procent gekrompen ten opzichte van het derde kwartaal. En het derde kwartaal liet ook al een krimp zien van 1 procent ten opzichte van het tweede. Het is de derde keer sinds 2009 dat Nederland in recessie is. 4.2 Gevolgen voor de werkgelegenheid Volgens het CBS is de krimp grotendeels toe te schrijven aan daling van de consumentenbestedingen. De consumptie van huishoudens lag in 2012 ten opzichte van 2011 2,3 procent lager. De investeringen kwamen 5,2 procent lager uit. De export is een lichtpuntje: die steeg met 3,2 procent. Maar landelijk waren er 93.000 banen minder. De krimp in de werkgelegenheid trof afgelopen jaar, zowel landelijk als in Friesland, vrijwel alle sectoren. Uitzonderingen zijn zorg/welzijn, met een relatief forse groei van 3,5%, en de verhoudingsgewijs kleine sector informatie en communicatie (ICT) met een groei van 1,0%. Zie de onderstaande grafiek van de door het UWV (verwachte) werkgelegenheidsontwikkeling over 2012, Nederland en Friesland: Bron: UWV WERKbedrijf, arbeidsmarktprognose 16

4.3 Meer werkzoekenden In Friesland wordt voor 2013 een verdere krimp van de werkgelegenheid verwacht (-0,2%, Regionale arbeidsmarktschets Friesland 2012). Eind december 2012 stonden 27.725 niet werkende werkzoekenden (NWW) ingeschreven in de arbeidsmarkt regio Friesland. Een jaar eerder waren dat er 22.923. Dit betekent een stijging met 4802 personen, ofwel 20.9 %. In geheel Nederland stonden eind december 2012 568.696 NWW ingeschreven bij het UWV werkbedrijf. Dit vergeleken met een jaar geleden is dit een stijging van 95.892 personen, ofwel 20.3 %. Het Friese werkloosheid % ligt dus iets hoger dan het landelijke %. Als gevolg van de recessie is het aantal geregistreerde werkzoekenden vanaf begin 2009 in de jaren daarop volgend gestegen. Het uitblijven van meer structureel herstel van de economie zorgt ervoor dat het percentage niet werkende werkzoekenden (NWW) in Friesland eind van dit jaar naar verwachting verder zal oplopen tot 8,5%. Landelijk komt het NWW dan op 6,8%. Het aantal niet werkende werkzoekenden in Friesland is het hoogst voor de beroepsgroepen productiemedewerkers, bouwvakkers, chauffeurs, hulpkrachten, horeca en verzorging, receptionisten en administratieve employees (Regionale arbeidsmarktschets Friesland 2012). 4.4 Afnemend aantal vacatures Voor het vinden van werk is het aantal vacatures van groot belang. Voor 2013 wordt een voorzichtige groei van de omvang van de vacaturemarkt in de Friesland voorzien (+8,0%). Even sterk als landelijk. De meeste vacatures in Friesland zijn te vinden in de financiële en zakelijke diensten, gevolgd door horeca en detailhandel, zorg/welzijn en industrie (zie onderstaande grafiek). In Friesland zijn verhoudingsgewijs weinig vacatures in de collectieve sectoren openbaar bestuur en onderwijs. De vacature markt weerspiegelt hiermee de regionale werkgelegenheidsstructuur: Bron: UWV 17

4.5 De arbeidsmarkt in Friesland is te typeren als zeer ruim Bron: UWV De afname van het aantal vacatures en de toename van het aantal werkzoekenden heeft tot gevolg dat de arbeidsmarkt in Friesland als zeer ruim kan worden aangeduid. Alleen voor de (para)medische en de informatica beroepen is de situatie iets gunstiger. Voor die beroepsgroepen is de arbeidsmarkt op dit moment gemiddeld (niet krap/niet ruim): Duidelijk is dat door de moeilijke en onzekere economische omstandigheden momenteel de vraag naar nieuwe arbeidskrachten stagneert. Op middellange termijn ontstaan er wel uitstroommogelijkheden voor werkzoekenden. Dit is mede afhankelijk van het beroep waarvoor een werkzoekende staat ingeschreven. Een groot deel van de geregistreerde werkzoekenden in Friesland zoekt werk in conjunctuurgevoelige beroepen of is op zoek naar een baan waarvoor grote tot zeer grote knelpunten worden voorzien. Dit biedt op termijn kansen voor werkzoekenden. Het gaat dan vooral om verzorgend personeel en technische beroepen. 4.6 De vergrijzing schept op termijn kansen De komende tien jaar verlaten in Friesland als gevolg van vergrijzing ruim 37.000 mensen de arbeidsmarkt. De komende jaren gaat de babyboomgeneratie geleidelijk met pensioen. In de meest vergrijsde sector (onderwijs) gaat een kwart van de werknemers met pensioen. Vergrijzing kan in Friesland voor een aanzienlijke vervangingsvraag zorgen. De mate waarin deze vervangingsvraag leidt tot concrete vacatures, is echter onder meer afhankelijk van conjuncturele ontwikkelingen en overheidsbezuinigingen. De sector die het meest te maken krijgt met de gevolgen 18

van de vergrijzing is de zorg/welzijn. Niet alleen verlaten de komende jaren in Friesland bijna 9.000 55-65 jarigen deze sector, ook is er sprake van een toenemende zorgvraag als gevolg van de vergrijzing. Zie ook het rapport De arbeidsmarkt naar opleiding en beroep tot 2016 van het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Universiteit Maastricht. Daarbij komt dat volgens recente cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek de groei van de Nederlandse en ook de Friese- bevolking op een laag pitje staat. De natuurlijke aanwas geboorte minus sterfte- stond vorig jaar op het laagste peil sinds 1871. De Friese bevolking kromp t.o.v. 2011 met 462 (tot 642.817) personen. 4.7 Aantal stages en leerbanen onder druk Als gevolg van de economische crisis is het aantal bedrijfsfaillissementen verdubbeld. De crisis leidt daardoor niet alleen tot groeiende jeugdwerkloosheid maar ook in een aantal sectoren tot een dreigend tekort aan stages en leerbanen in het mbo. De teruggang van aanbod stages en leerbanen is vooral zichtbaar in de sectoren bouw en infra, hout en meubel, schilderen en afbouw en transport en mobiliteit. De meeste kansen blijven liggen in o.a. de detailhandel (supermarkten en 19

warenhuizen), horeca en gezondheidstechniek. Hier is juist voldoende aanbod (SBB Barometer). Op basis van de prognoses van aanmeldingen is de verwachting dat het aantal leerbanen voor bbl-studenten met 8% daalt in vergelijking met een jaar geleden (SBB Barometer). En dat terwijl het jaar daarvoor er landelijk ook al een daling van 10.000 leerbanen was. Ook de beschikbaarheid van stages loopt terug. De bezetting van bol-stage-plaatsen per leerbedrijf is in vergelijking met een jaar geleden met 5% teruggelopen. Dat betekent ongeveer landelijk 15.000 minder stageplaatsen. Zonder leerbaan of stage kunnen mbo ers hun opleiding niet afronden. In de nabije toekomst hebben bedrijven deze gekwalificeerde vakmensen hard nodig. Daarom start SBB samen met de kenniscentra het stage- en leerbanenoffensief 2012-2013. Onderwijs en bedrijfsleven komen gezamenlijk in actie om de knelpunten op de stage- en leerbanenmarkt op te lossen. Het doel is om de ruim 500.000 mbo ers in het land voldoende stages en leerbanen te bieden, ondanks de crisis. Het aantal leerbedrijven groeit ondanks de crisis licht tot 226.000. Leerbedrijven zijn dus terughoudend in het aanbieden van stageplaatsen en leerbanen, maar laten zich nog niet uitschrijven als leer bedrijf. Bij deze leerbedrijven zijn ongeveer 300.000 praktijkopleiders actief om stagiaires te begeleiden (SBB Barometer). 4.8 Samenvattend In de arbeidsmarktregio Friesland krimpt het aantal banen, ontstaan er steeds minder vacatures en stijgt het aantal geregistreerde werkzoekenden. De arbeidsmarkt in Friesland gaat naar verwachting (Regionale Arbeidsmarktschets 2012) pas vanaf 2014 herstellen. Door de krimp van de vacaturemarkt en de toename van het aantal werkzoekenden kan de arbeidsmarkt in de Friesland als zeer ruim worden aangeduid. Op termijn gaat vergrijzing wel mogelijkheden bieden voor werkzoekenden met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt. Een gezamenlijke beleidsagenda in Friesland richting herstel van de arbeids- en scholingsmarkt vanaf 2013 is van groot belang. Ondanks de huidige zeer ruime arbeidsmarkt van Friesland zijn er nu en straks genoeg kansen op (duurzame) uitstroom naar werk voor zowel gekwalificeerde werkzoekenden als ook voor werkzoekenden met een afstand tot de arbeidsmarkt. 20

5 SWOT analyse voor het KOF 4 project Zwakten KOF 4: KOF nog weinig gemonitord (resultaten, verbeterpunten, financiën) Uitbouw mogelijkheden KOF daardoor nog niet geoptimaliseerd Bekendheid KOF in regio nog onvoldoende (PR en communicatie) Rol van KOF in gezamenlijke projecten kan duidelijker Regionale taakafbakening KOF moet verhelderd (wat wel, wat niet) Afstemming met andere L&W projecten kan beter (good practices) Sterkten KOF 4: Inhoudelijke kennis en ervaring regionaal (nog) te weinig gedeeld Taken KOF partners zijn projectgebonden (situatie afhankelijk) Sterk fundament KOF 1-3 gelegd voor samenwerking (consensus) Taakomschrijving KOF medewerkers ontbreekt (bv. LW adviseurs) Samenwerking 3 O s is gerealiseerd en geformaliseerd Initiatieven 3 O s zijn met elkaar verbonden (geen eiland aanpak) Veel ervaring is opgedaan in gezamenlijke activiteiten/projecten Leerwerkloketten werken sterk verbindend tussen alle stakeholders Dienstverlening LWL praktijkgericht (advisering, info, scholing) KOF signaleert en reageert (tijdig) op ontwikkelingen maatschappij Efficiëntie m.b.t. capaciteit en faciliteiten (gezamenlijke aanpak) Goede uitwisseling van informatie en informatiebronnen Praktische afstemming (beroeps) onderwijs en arbeidsmarkt Breed scala aan doelgroepen (werkzoekenden, leerlingen, werkenden, werkgevers) Bedreigingen KOF 4: Bezuinigingen op subsidies als gevolg van de recessie Bezuiniging door partners op ondersteuning KOF projecten Focus op oorspronkelijke doelgroepen van KOF gaat verloren Partners neigen zich terug te trekken op hun core business Bijna geen inzet meer van EVC en EVP trajecten binnen KOF Minder mogelijkheden voor duale leerwerktrajecten (BBL, Kansen KOF 4: stage, kwantitatief en kwantitatief) Versterken aanpalende regionale netwerken en platforms. Losse initiatieven Leren & Werken signaleren en koppelen KOF wordt gevraagd door externe partijen voor samenwerking Regie rol meer benutten in regio (bijv. Arbeidsmarktanalyse) Rol en inbreng (beroeps)onderwijs stimuleren op arbeidsmarkt Focus onderwijs(deelnemers) richten op uitstroom naar werk Adviesfunctie KOF naar onderwijs versterken (loopbaan info) Instrumenten ontwikkelen t.b.v. aansluiting onderwijs-arbeid Arbeidsmarkt relevante beroeps- en studiekeuze stimuleren Professionalisering adviesfunctie door beroepskeuzetesten Inspelen op actuele ontwikkelingen (healthy ageing, SBB,e.d.) Focus meer op werkgeverskant arbeidsmarkt richten (KvK, SER) Servicepunt voor informatievragen Leren & Werken vormen Meerdere subsidiemogelijkheden benutten (SNN, ESF, e.d.). Goede knowhow van de doelgroepen (bijvoorbeeld 3 voor werk ) Innovatieve benadering werkgevers (oplossingsgericht, informatief) KOF groeit sterk naar regionale netwerkorganisatie Om in het kader van in het vorige hoofdstuk beschreven ontwikkelingen de strategische positie van KOF4 in ogenschouw te kunnen nemen, wordt in dit hoofdstuk gebruik gemaakt van een zogenoemde SWOT analyse. De externe omgeving wordt hiermee geanalyseerd door de kansen en bedreigingen in kaart te brengen. Daartegenover wordt de interne situatie van KOF4 geanalyseerd om de sterkten 21

en zwakten van de KOF4 te onderkennen (SWOT: Strenghts, Weaknesses, Opportunities en Threats): 5.1 SWOT analyse Op basis van de bovengenoemde sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen van KOF4 kan de volgende SWOT analyse worden gemaakt. Hierbij dienen de volgende vragen te worden beantwoord: Kansen (Opportunities) Bedreigingen (Threats) Sterkten (Strenghts) Kunnen door de sterkten de kansen goed worden benut? Kunnen door de sterkten de bedreigingen worden afgeweerd? Zwakten (Weaknesses) Verhinderen de zwakten het benutten van de kansen? Verhinderen de zwakten het afweren van de bedreigingen? 5.2 Uitwerking Bovenstaande vragen en afwegingen worden successievelijk onderstaand uitgewerkt: Verhinderen de geconstateerde zwakten het goed benutten van de kansen? Nee, niet direct. De zwakten die zich thans aftekenen voor KOF4, behoeven de geboden kansen niet te (ver)hinderen aangezien het zwakten zijn die door de partners stuk voor stuk kunnen worden beïnvloed. Ze worden voor een deel bepaald door interne factoren (toekomstige samenwerking en bestuurskracht, partnerstructuur, afspraken tussen partners) en voor een deel door externe factoren (ontwikkeling economie, imago KOF, samenwerking met andere partijen en platforms, e.d.). Om te voorkomen dat deze zwakten een verhindering gaan vormen voor de kansen, dienen ze tijdig en gericht aangepakt te worden. Dat kan het beste in nauwe samenwerking tussen alle partners worden gedaan, en zo weinig mogelijk separaat. Sommige zwakten kunnen dan worden geneutraliseerd of zelf omgebogen in sterkten. Verhinderen de geconstateerde zwakten het afweren van de bedreigingen? 22

Nee. Als het gaat om het afweren van de geconstateerde bedreigingen, wegen de zwakten (geen van alle) op tegen de sterkten van KOF. Dit is vooral van belang bij bedreigingen die beïnvloed kunnen worden door de projectpartners (bijv. slechte interne samenwerking partners binnen KOF4, e.d.). Bij bedreigingen die niet of nauwelijks door de projectpartners kunnen worden beïnvloed, zoals de invloed van de recessie, is het waarschijnlijk dat de sterkten een grotere rol spelen dan de zwakten van KOF. Door goed te anticiperen op bedreigingen kunnen sterkten tijdig worden gemobiliseerd en zwakten afdoende geneutraliseerd. Per saldo biedt het gezamenlijk initiatief voldoende ruggengraat om de meeste bedreigingen te kunnen afweren. Kunnen door de sterkten de bedreigingen worden afgeweerd? Ja, grotendeels. De meeste bedreigingen kunnen door het gericht inzetten van de sterke kanten van het gezamenlijk initiatief worden afgeweerd. Het gaat om terreinen die beïnvloed kunnen worden door de projectpartners (bezuiniging op ondersteuning door partners van KOF4 activiteiten, focus op oorspronkelijke doelgroepen, e.d.). Andere bedreigingen zijn niet of nauwelijks te beïnvloeden, zoals de bezuinigingen op subsidies en in het algemeen de invloed van de economie (met als gevolg bijvoorbeeld minder mogelijkheden voor duale leerwerktrajecten bij bedrijven). Belangrijk is dat pro-actief wordt geanticipeerd op ontwikkelingen die bedreigend zijn of kunnen worden. Er zijn in het algemeen genoeg sterkten in het gezamenlijk initiatief die hier tegenover gesteld kunnen worden. Kunnen door de sterkten de kansen goed worden benut? Ja. Dit is goed mogelijk omdat de sterkten van KOF zich manifesteren (en dus kunnen worden aangewend) op alle gebieden waar zich kansen voordoen; versterking van aanpalende regionale netwerken en platforms (zoals het platform Economie en Arbeidsmarkt), regierol versterken bij initiatieven, rol en inbreng onderwijs stimuleren op de arbeidsmarkt, e.d. Voorts heeft KOF4 sterke kanten en voordelen voor alle doelgroepen. Alle doelgroepen worden er op evenwichtige wijze beter van. 5.3 Algemene gevolgtrekking uit de SWOT analyse De KOF4 partners concluderen uit de bovenstaande analyse dat verduurzaming van het KOF initiatief voldoende perspectief biedt om de benoemde zwakten en bedreigingen het hoofd te kunnen bieden. Dit omdat de geconstateerde sterkten en 23

kansen duidelijk de boventoon voeren in de SWOT analyse - zowel kwalitatief als kwantitatief - inzake de vraag of verduurzaming van KOF zinvol is om de actuele ontwikkelingen daadkrachtig aan te pakken. 24

6 Visie en activiteitenplan KOF in komende periode In dit hoofdstuk wordt uitwerking gegeven aan de visie en strategie van het project Leren & Werken Friesland 2013-2015 (KOF 4) en worden de daaruit voortvloeiende activiteiten concreet benoemd. Bij de beschrijving worden de vragen beantwoord uit de notitie Kader voor het Businessplan Leerwerkloket van het ministerie van SZW en de landelijke projectgroep LWL (d.d. januari 2013). 6.1 Visie van het KOF4 Het KOF4 project wil op de in de voorgaande hoofdstukken geschetste actualiteit inspelen door verbindingen te leggen om gezamenlijk te kijken welke partners aan elkaar gekoppeld kunnen worden om aan deze problematiek te werken. Het leggen van verbindingen maakt dat de partners niet solistisch optreden, maar juist van elkaars krachten en kennis gebruik kunnen maken. De arbeidsmarktregio Friesland zal vooral de aansluiting tussen onderwijs en haar economische activiteiten goed moeten blijven monitoren en stimuleren. Op die wijze kunnen samenwerkende partijen ten allen tijde snel en efficiënt insteken op veranderende omstandigheden bij bedrijven, beroepen en opleidingen. Daartoe is in samenwerking met het KOF een bestuurlijk en een coördinerend platform opgericht waarin zich een aantal belangrijke marktpartijen hebben verenigd. Zie hoofdstuk 8. 6.2 Strategie op hoofdlijnen voor de periode 2013-2015 Uitgangspunt is dat de huidige werkwijze wordt voortgezet en waar mogelijk geoptimaliseerd. Daarnaast blijven de volgende kwalitatieve doelstellingen van het KOF project onverminderd van kracht in de periode 2013-2015: Het verstrekken van informatie en advies inclusief advies over de financiering van scholing en EVC aan werkgevers, werknemers en werkzoekenden; het actief plaatsen op een geschikt scholings-, EVC, of CTC traject en volgen van werkzoekenden en werknemers met een scholingsvraag, bij voorkeur in combinatie met werk. informeren en adviseren van werkgevers bij scholingsvraagstukken; het actief meewerken met werkgevers om oplossingen voor scholings- c.q. personeelstekort vraagstukken vorm te geven; het (pro)actief benaderen van werkgevers (uitgangspunt: werkgeversvraag); het (pro)actief benaderen van werknemers en werkzoekenden met advies over de arbeidsmarktrelevantie van bepaalde scholingsrichtingen en de noodzaak tot permanente scholing; het mede ondersteunen van adviseurs, werkcoaches en andere medewerkers van de werkpleinen; stimuleren en initiëren van leren en werken op de regionale arbeidsmarkt; rol en inbreng (beroeps)onderwijs stimuleren op arbeidsmarkt; focus onderwijs(deelnemers) richten op uitstroom naar werk (passende opleiding met perspectief). 25