STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN
ART. 1: AMBACHTELIJKE ZONE 1. Bestemmingsomschrijving 1.1. Hoofdbestemming Lokale ambachtelijke bedrijven die geen abnormale hinder veroorzaken voor de directe omgeving. Bedrijven gericht op de zuivere detailhandel zijn verboden. categorie gebiedsaanduiding: Bedrijvigheid. 1.2. Nevenbestemming Per bedrijf is een woongelegenheid toegelaten voorzover deze geïntegreerd wordt in het bedrijfsgebouwencomplex; de vloeroppervlakte van deze woongelegenheid dient te worden beperkt tot maximaal 15% van de beschikbare kavel-oppervlakte en tot een maximale vloeroppervlakte van 220 m2. Beperkte vormen van verkoop van goederen zijn toegelaten voorzover ze ondergeschikt blijven aan de eigenlijke ambachtelijke activiteit en gerelateerd zijn met de aldaar uitgeoefende ambachtelijke activiteiten. De vloeroppervlakte van de toonzaal mag maximum 20% zijn van de bedrijfsbenutte oppervlakte. 2. Dimensioneringen qua terrein en bezetting 2.1. Plaatsing t.o.v. de weggrens: de uiterste grens voor hoofdgebouwen is aangeduid op plan. 2.2. Plaatsing t.o.v. de zijkavelgrens(zen): ten opzichte van de zijkavelgrenzen dient een bouwvrije afstand van 4.00 m te worden gerespecteerd tenzij de bebouwing gekoppeld of geschakeld wordt opgericht. 2.3. Plaatsing t.o.v. de achterkavelgrens: 2 KOEKELARE RUP herziening BPA Bedrijventerrein Barnestraat februari 2013 wvi
ART. 1: AMBACHTELIJKE ZONE ten opzichte van de achterkavelgrens dient een bouwvrije afstand van 5 m te worden gerespecteerd tenzij de bebouwing gekoppeld wordt ter hoogte van de achterkavelgrens. 2.4. Maximale terreinbezetting: - de perceelsoppervlakte is maximaal 5.000m² per kavel. - maximaal 70 % mag bebouwd worden - Bestaande bedrijven groter dan 5.000m² kunnen verder ontwikkelen binnen de bestaande voorschriften. 3. Dimensionering constructies en vormgeving 3.1. Maximale bouwdiepte - de bouwdiepte is vrij 3.2. Bouwhoogtebepalingen: - In een strook van 20 meter ten opzichte van de Barnestraat geldt een gabarietsbepaling met een maximale kroonlijsthoogte van 7 meter en een maximale nokhoogte van 12 meter; intern binnen de zone kan een grotere hoogte, tot maximum 20 meter, worden toegelaten naar aanleiding van een bouwaanvraag voorzover deze grotere hoogte noodzakelijk is voor de bedrijfsvoering en deze grotere hoogte geen afbreuk doet aan het karakter van de zone. - In de zuidelijke deelzone, aanpalend aan de achterperceelzijde van de tuinen van de bestaande woningen van de Barnestraat en de Oostmeetstraat en aansluitend op zone 3 bufferzone wordt de maximale kroonlijsthoogte beperkt tot 5 meter, vanaf deze hoogte kan er binnen een hoek van 35 hoger worden gebouwd in het verlengde van de gabarietsbepaling zoals gesteld in vorig lid. De bouwhoogte van de bedrijfsgebouwen wordt beperkt op de rand van het bedrijventerrein richting open landschap. Onder intern binnen de zone wordt verstaan: voorbij de 20 meter vanaf de Barnestraat. Voorbeelden waarbij een grotere hoogte noodzakelijk kan zijn voor de bedrijfsvoering: puntvormige constructies (masten, schouwen, silo s,...), verticale machinerie en/of productieprocessen,... wvi februari 2013 RUP herziening BPA Bedrijventerrein Barnestraat KOEKELARE 3
ART. 1: AMBACHTELIJKE ZONE 3.3. Dakvorm: vrij. Evenwel dient de dakvorm een harmonisch geheel te vormen met de omgeving of in voorkomend geval het aanpalend gebouw. 4. Materialen: Ten opzichte van de Barnestraat en de interne ontsluiting dient de vormgeving, het materiaalgebruik en het architecturaal voorkomen kwalitatief te zijn en de uitstraling van de zone te ondersteunen. 5. Afsluitingen: Op de perceelsgrenzen zijn draadafsluitingen, al dan niet begroeid met klimplanten, toegelaten met een maximale hoogte van 2 m. 6. Niet bebouwde perceelsdelen De niet bebouwde perceelsdelen binnen onderhavige zone mogen worden verhard in functie van toeritten, parkeergelegenheden etc. De aard van de verharding dient te worden gekozen in functie van de uitstraling van het bedrijf. 7. Algemene bepalingen De hoogte van het gebouw wordt gemeten vanaf het aanzetpeil van de inkomdorpel tot bovenkant kroonlijst. Het aanzetpeil van de inkomdorpel ligt maximum 0,40 m. hoger dan het peil van het openbaar domein op de rooilijn en aan de inkomdorpel gemeten. 4 KOEKELARE RUP herziening BPA Bedrijventerrein Barnestraat februari 2013 wvi
ART. 1: AMBACHTELIJKE ZONE Bij elke aanvraag stedenbouwkundige vergunning binnen de zone dient een inrichtingsstudie te worden gevoegd. De inrichtingsstudie is een informatief document voor de vergunningverlenende overheid met het oog op het beoordelen van de vergunningsaanvraag in het kader van de goede ruimtelijke ordening en dient zowel de huidige als de gewenste lay-out van de gehele bedrijfssite weer te geven. Elke aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning binnen deze bestemmingszone zal, naast de toetsing aan de bestemmings- en inrichtingsvoorschriften, ondermeer beoordeeld worden aan de hand van volgende criteria: de waterbeheersing; de visuele integratie van het bedrijf in de omgeving; met aanduiding van de ontsluiting, de afsluitingen, de groenvoorzieningen, de verhardingen voor parkeerplaatsen, de verhardingen in functie van de bedrijfsvoering, de maatregelen voor brandbestrijding, de eventuele uithangborden; Voornoemde bepaling geldt eveneens t.a.v. de aansluitende zone 2 zone met bouwverbod. Bij de (her)aanleg van het terrein moet het waterbergend vermogen van het gebied zoveel mogelijk worden behouden en het overstromingsrisico dient zoveel als mogelijk te worden beperkt. wvi februari 2013 RUP herziening BPA Bedrijventerrein Barnestraat KOEKELARE 5
ART.2: ZONE MET BOUWVERBOD 1. Bestemmingsomschrijving categorie gebiedsaanduiding: Bedrijvigheid. Het betreft de bouwvrije stroken gelegen tussen de uiterste grens voor hoofdgebouwen en de rooilijn, te voorzien met groenaanleg. Deze groenaanleg zal bestaan uit een beplantingsgeheel (gemengd bestand van struikgewas, hoogstammige bomen en gras) en dient dermate te worden voorzien dat er t.a.v. de openbare weg een groene omkadering voorkomt zonder dat deze het zicht op de bedrijfsconstructies volledig dient af te schermen. 2. Inrichtingsvoorschriften In deze zone kunnen enkel verhardingen voorkomen voor de toegangen tot het openbaar domein. Per perceel is het aantal toegangen tot het openbaar domein beperkt tot twee, tenzij het perceel grenst aan meerdere openbare wegenis, dan is een extra toegang tot het openbaar domein toegelaten. De breedte van de toegangsweg is maximum 16 meter. Bij de (her)aanleg van het terrein moet het waterbergend vermogen van het gebied zoveel mogelijk worden behouden en het overstromingsrisico dient zoveel als mogelijk te worden beperkt. 6 KOEKELARE RUP herziening BPA Bedrijventerrein Barnestraat februari 2013 wvi
ART. 3: BUFFERZONE 1 Bestemming bufferzone categorie gebiedsaanduiding: Bedrijvigheid. 2. Inrichtingsvoorschriften De bufferzone dient zodanig te worden aangelegd dat een dicht visueel groenscherm wordt gerealiseerd ten opzichte van de aanpalende woningen. Deze bufferzone dient integraal te worden aangeplant ten laatste tijdens het plantseizoen dat volgt op de inwerkingtreding van het aanpalend bedrijf en dient uitgevoerd met een gemengd bestand van streekeigen bomen en struiken die een visueel dicht groenscherm vormen van minimaal 5 m hoogte. Om ook tijdens de wintermaanden een voldoende afscherming te behouden dient 1/3 van de soorten te bestaan uit blad- of naaldhoudende gewassen. Bij de aanvraag stedenbouwkundige vergunning van de bedrijfsgebouwen dient een beplantingsstudie te worden gevoegd voor de aanleg van de bufferzone, alsook een beschrijving van het beheer en/of het onderhoud dat aan deze beplantingen zal worden gedaan opdat deze hun functie goed zouden kunnen blijven vervullen. Het niet aanleggen of een gebrekkig onderhoud van deze beplantingen zal als een bouwmisdrijf worden beschouwd. De beplantingsstudie is een informatief document voor de vergunningverlenende overheid met het oog op het beoordelen van de vergunningsaanvraag in het kader van de goede ruimtelijke ordening en dient zowel de huidige als de gewenste lay-out van de gehele bedrijfssite weer te geven. wvi februari 2013 RUP herziening BPA Bedrijventerrein Barnestraat KOEKELARE 7
ART. 3: BUFFERZONE De op het bestemmingsplan aangeduide pijlaanduiding t.h.v. de Oostmeetstraat wijst op een beperkte toegankelijkheid (voor klanten en personeel) i.f.v. kantoorfuncties met uitsluiting van toerittenmogelijkheid voor vrachtwagenverkeer; het aanlegconcept ervan dient dermate opgevat dat het kadert binnen het algemene aansluitende woonkarakter. Bij de (her)aanleg van het terrein moet het waterbergend vermogen van het gebied zoveel mogelijk worden behouden en het overstromingsrisico dient zoveel als mogelijk te worden beperkt. 8 KOEKELARE RUP herziening BPA Bedrijventerrein Barnestraat februari 2013 wvi
ART. 4: OPENBARE WEGENIS 1. Bestemming Openbare wegen ter ontsluiting van de bedrijven binnen de zone. categorie gebiedsaanduiding: Bedrijvigheid. 2. Inrichtingsvoorschriften De openbare wegenis dient aangelegd te worden in functie van de ontsluiting van de bedrijven; dit betekent dat het profiel en de technische vereisten van dien aard zullen zijn dat een vlotte toegankelijkheid voor vrachtwagens wordt gegarandeerd. Tevens zal, bij nieuw aan te leggen wegsecties, de nodige aandacht worden besteed aan voorzieningen voor voetgangers en fietsers teneinde een vlotte en veilige toegankelijkheid voor werknemers te garanderen. Bij de (her)aanleg van het terrein moet het waterbergend vermogen van het gebied zoveel mogelijk worden behouden en het overstromingsrisico dient zoveel als mogelijk te worden beperkt. wvi februari 2013 RUP herziening BPA Bedrijventerrein Barnestraat KOEKELARE 9