Instapcursus. Wiskunde. Introductiecursus Wiskunde voor de opleiding Bachelor Grafische en Digitale Media. Frans Vander Meiren

Vergelijkbare documenten
Samenvatting wiskunde havo 4 hoofdstuk 5,7,8 en vaardigheden 3 en 4 en havo 5 hoofdstuk 3 en 5 Hoofdstuk 5 afstanden en hoeken Voorkennis Stelling van

P is nu het punt waarvan de x-coördinaat gelijk is aan die van het punt X en waarvan de y-coördinaat gelijk is aan AB (inclusief het teken).

Schooljaar: Leerkracht: M. Smet Leervak: Wiskunde Leerplan: D/2002/0279/048

Trillingen en geluid wiskundig


Voorbereidende sessie toelatingsexamen

Inleiding goniometrie

4.1 Rekenen met wortels [1]

9.1 Recursieve en directe formules [1]

Wiskunde voor relativiteitstheorie

Oefentoets Versie A. Vak: Wiskunde Onderwerp: Meetkunde Leerjaar: 1 (2017/2018) Periode: 3

FYSICA. voor 4 ST & 4 TW. Deze cursus fysica vind je op en op pmi.smartschool.be

0. voorkennis. Periodieke verbanden. Bijzonder rechthoekige driehoeken en goniometrische verhoudingen

wiskunde B pilot vwo 2017-II

Deze stelling zegt dat je iedere rechthoekige driehoek kunt maken door drie vierkanten met de hoeken tegen elkaar aan te leggen.

Goniometrische functies

META-kaart vwo3 - domein Getallen en variabelen

1.1 Definities en benamingen 9 Oefeningen Cirkel door drie punten 13 Oefeningen 14

Noorderpoortcollege School voor MBO Stadskanaal. Reader. Wiskunde MBO Niveau 4 Periode 8. M. van der Pijl. Transfer Database

voorkennis wiskunde voor Farmaceutische wetenschappen en Biomedische wetenschappen

Wiskunde voor relativiteitstheorie

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Wiskunde: goniometrie en meetkunde. 22 juli dr. Brenda Casteleyn

Verbanden en functies

Hoofdstuk 4: Meetkunde

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1

Verkorte versie van de SYLLABUS REKENEN 2F EN 3F (VO en MBO, versie mei 2015) Aanpassing van product van CvTE

wiskunde B vwo 2017-II

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

1 de jaar 2 de graad (2uur) Naam:... Klas:...

7.0 Voorkennis. tangens 1 3. Willem-Jan van der Zanden

Calculus I, 19/10/2015

Inhoudsopgave. I Theorie 1

Uitgewerkte oefeningen

FORMULARIUM. Inhoudsopgave. 1 Algebra 2. 2 Lineaire algebra 4. 3 Vlakke meetkunde 5. 4 Goniometrie 7. 5 Ruimtemeetkunde 10

wiskunde B havo 2019-I

Eindexamen vwo wiskunde B pilot 2014-I

Werken met eenheden. Introductie 275. Leerkern 275

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN

Voorbereidende sessie toelatingsexamen

WI1808TH1/CiTG - Lineaire algebra deel 1

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1

1.1 Rekenen met letters [1]

Samenvatting Moderne wiskunde - editie 8

In het internationale eenhedenstelsel, ook wel SI, staan er negen basisgrootheden met bijbehorende grondeenheden. Dit is BINAS tabel 3A.

Inhoud. Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10

Samenvatting Wiskunde Aantal onderwerpen

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

6.1 Eenheidscirkel en radiaal [1]

Deel 3 havo. Docentenhandleiding havo deel 3 CB

2010-I. A heeft de coördinaten (4 a, 4a a 2 ). Vraag 1. Toon dit aan. Gelijkstellen: y= 4x x 2 A. y= ax

16.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: Los op in 2x + 3i = 5x + 6i -3x = 3i x = -i

E = mc². E = mc² E = mc² E = mc². E = mc² E = mc² E = mc²

klas 3 havo Checklist HAVO klas 3.pdf

Checklist Wiskunde B HAVO HML

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-I

Noordhoff Uitgevers bv

Hoofdstuk 1: Basisvaardigheden

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen:

Oefeningen in verband met tweedegraadsvergelijkingen

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Aanvulling hoofdstuk 1 uitwerkingen

IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica september 2018: algemene feedback

10.0 Voorkennis. cos( ) = -cos( ) = -½ 3. [cos is x-coördinaat] sin( ) = -sin( ) = -½ 3. [sin is y-coördinaat] Willem-Jan van der Zanden

Voorkennis wiskunde voor Biologie, Chemie, Geografie

Uitwerkingen Mei Eindexamen VWO Wiskunde B. Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek

Extra oefening en Oefentoets Helpdesk

1. De afstand van onweer in kilometer bereken je door de tijd tussen bliksemflits en donder te delen door 3.

Leerlijnen REKENEN WISKUNDE (BB)

Hoofdstuk 1 Beweging in beeld. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Eerste deel van de cursus Algebra

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Wiskunde: goniometrie en meetkunde. 15 september dr. Brenda Casteleyn

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen:

d. Met de dy/dx knop vind je dat op tijdstip t =2π 6,28 het water daalt met snelheid van 0,55 m/uur. Dat is hetzelfde als 0,917 cm per minuut.

Oefeningen in verband met tweedegraadsvergelijkingen

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2008 tijdvak 1

Domein A: Inzicht en handelen

klas 3 havo Checklist HAVO klas 3.pdf

14.0 Voorkennis. De hierboven getekende functie herhaalt zich om de 6 seconden. Dit noemen we dan ook een periodieke functie.

Per nieuwe hoofdvraag een nieuwe bladzijde gebruiken. De vragen hoeven niet in de juiste volgorde te worden opgelost.

8.1 Herleiden [1] Herleiden bij vermenigvuldigen: -5 3a 6b 8c = -720abc 1) Vermenigvuldigen cijfers (let op teken) 2) Letters op alfabetische volgorde

Centrale Commissie Voortentamen Wiskunde Uitwerkingen Voortentamen Wiskunde B 11 juni 2012

Het Metriek Stelsel. Over meten, omtrek, oppervlakte en inhoud

klas 3 vwo Checklist VWO klas 3.pdf

Hoofdstuk 1 Beweging in beeld. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Overzicht eigenschappen en formules meetkunde

Niveau 2F Lesinhouden Rekenen

(g 0 en n een heel getal) Voor het rekenen met machten geldt ook - (p q) a = p a q a

Wiskunde D voor HAVO. Periodieke functies Gert Treurniet

Rekenportfolio. Naam: cm 2. m 3 + = 1 _ 12

wiskunde C pilot vwo 2017-I

Goniometrie. Les 23 Nadruk verboden 45 Tafels 1,1. Inleiding

Ijkingstoets industrieel ingenieur aangeboden door UGent en VUB op 15 september 2014: algemene feedback

Tussendoelen wiskunde onderbouw vo vmbo

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2002-II

Vlakke meetkunde. Module Geijkte rechte Afstand tussen twee punten Midden van een lijnstuk

Willem van Ravenstein

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Vraag Antwoord Scores

IJkingstoets Industrieel ingenieur

Transcriptie:

Instapcursus Wiskunde Introductiecursus Wiskunde voor de opleiding Bachelor Grafische en Digitale Media Frans Vander Meiren

Inhoud Machten omzetten van eenheden Grafische eenheden Omvormen van formules De stelling van Pythagoras Goniometrie Functies Integralen Matrices Oppervlakte en omtrek van rechthoeken en cirkels Stelsels Vergelijking van een rechte Bibliografie

Machten omzetten van eenheden SI-eenheden SI staat voor Système International. Het SI-stelsel of het Internationaal Stelsel van Eenheden is in 1960 ingevoerd om internationaal gemakkelijk gegevens uit te wisselen Grootheid SI-eenheid Symbool Lengte meter m Massa kilogram kg Tijd seconde s Elektrische stroomsterkte Ampère A Temperatuur Kelvin K Stofhoeveelheid mol mol Lichtsterkte candela cd

Machten omzetten van eenheden SI-eenheden Alle andere eenheden zijn afgeleid van deze basiseenheden: Grootheid Eenheid Oppervlakte m 2 Volume m 3 Snelheid mτs Kracht Newton = N = kg. ( m s 2) Helderheid (brightness) bij beeldschermen cd m²

Machten omzetten van eenheden SI-voorvoegsels Om de leesbaarheid van heel grote of heel kleine maatgetallen te verhogen gebruikt men voorvoegsels bij de eenheden: 1.10-9 m = 1 nanometer = 1 nm 1.10-6 m = 1 micrometer = 1 µm 1.10-3 m = 1 millimeter = 1 mm 1.10-2 m = 1 centimeter = 1 cm 1.10-1 m = 1 decimeter = 1 dm 1.10-0 m = 1 meter = 1 m 1.10 1 m = 1 decameter = 1 dam 1.10 2 m = 1 hectometer = 1 hm 1.10 3 m = 1 kilometer = 1 km 1.10 6 m = 1 Megameter = 1 Mm 1.10 9 m = 1 Gigameter = 1 Gm 1.10 12 m = 1 terameter = 1 Tm

Machten omzetten van eenheden Grootheden in de informatica 1 bit = 1b 8 bit = 1 byte = 1B 1 kilobyte = 1024 byte = 1KB 1 megabyte = 1.048.576 byte = 1MB 1 miljoen byte 1 gigabyte = 1.073.741.824 byte = 1GB 1 miljard byte 1 terabyte = 1.099.511.627.776 byte = 1TB 1 biljoen byte

Machten omzetten van eenheden Rekenregels voor machten met grondtal 10 Vermenigvuldigen van machten van 10 optellen van de exponenten 10 m 10 n = 10 m+n Delen van machten van 10 aftrekken van de exponenten. De exponent in de noemer wordt afgetrokken van de exponent in de teller 10 m 10 n = 10m n = 1 10 n m macht van 10 verheven tot een macht vermenigvuldigen van de exponenten. 10 m n = 10 mn

Inhoud Machten omzetten van eenheden Grafische eenheden Omvormen van formules De stelling van Pythagoras Goniometrie Functies Integralen Matrices Oppervlakte en omtrek van rechthoeken en cirkels Stelsels Vergelijking van een rechte Bibliografie

Grafische eenheden Afmetingen In de grafische wereld worden voor de afmetingen van grafische objecten (foto s, fonts, lijntekeningen, ) vaak andere grootheden gebruikt dan de gebruikelijke SI-eenheden. Onder invloed van de computerwereld, in oorsprong vooral Angelsaksisch georiënteerd, zijn de inch en de picapunt heel populair. Ook worden afmetingen van foto s computertechnisch in pixels uitgedrukt.

Grafische eenheden Afmetingen De inch is vooral een alternatief voor de cm en mm om de afmetingen van afbeeldingen, documenten of ontwerpen uit te drukken: 1 inch = 2,54 cm = 25,4 mm De picapunt, of kortweg de punt, is de eenheid waarin het lettercorps (afmetingen van de letter) uitgedrukt wordt: 1 punt=1 pt=1 inch/72

Grafische eenheden Afmetingen Afmetingen van foto s (bitmapbeelden) worden computertechnisch altijd uitgedrukt in pixels (beeldpunten). Een afbeelding van 1800 x 1200 pixels betekent dat de afbeelding 1800 pixels breed is en 1200 pixels hoog. Om te weten wat de fysische dimensies van die afbeelding zijn (de afmetingen in m, cm, inch) moet je naast de afmetingen in pixels ook de resolutie kennen. De resolutie drukt het aantal beeldpunten uit per eenheid van afstand: Voorbeelden: 200 pixels per inch = 200 p/inch 200 pixels per cm = 200 p/cm In de praktijk hanteert men meestal een afwijkende notatie om de resolutie weer te geven: 200 p/inch = 200 ppi 200 p/cm = 200 ppcm

Grafische eenheden Omrekeningen Afmeting metrisch = Afmeting pixels Resolutie Afmeting pixels = Afmeting metrisch Resolutie Resolutie = Afmeting pixels Afmeting metrisch

Grafische eenheden Voorbeelden: Een afbeelding heeft als afmetingen 1800 x 1200 pixels en een resolutie van 300ppi. Wat zijn de afmetingen van die afbeelding in cm? Oplossing: Afmeting metrisch = Afmeting pixels Resolutie Breedte = 1800 300 ppi = 6 inch = 15,24 cm Hoogte = 1200 300 ppi = 4 inch = 10,16 cm

Inhoud Machten omzetten van eenheden Grafische eenheden Omvormen van formules De stelling van Pythagoras Goniometrie Functies Integralen Matrices Oppervlakte en omtrek van rechthoeken en cirkels Stelsels Vergelijking van een rechte Bibliografie

Omvormen van formules Inleiding Een formule drukt altijd een wiskundig verband uit tussen grootheden. Voorbeeld: het verband tussen de temperatuur in graden Fahrenheit en Celsius F = 32 + 9 5 C (C = de temperatuur in graden Celsius en F = de temperatuur in graden Fahrenheit.) Meer bepaald wordt in deze vergelijking F uitgedrukt in functie van C. Ken je de temperatuur in Celsius dan kan je gemakkelijk de temperatuur in Fahrenheit berekenen. Voor C = 20 wordt dat: F = 32 + 9 20 = 68 fahrenheit 5 Ken je de temperatuur in Fahrenheit en moet je die in Celsius bepalen dan moet bovenstaande formule omgevormd worden tot een vergelijking waarin C uitgedrukt wordt in functie van F.

Omvormen van formules Elementaire regels voor het omvormen van formules 1. Wat je bij het LL (linker lid) optelt, moet je ook bij het RL (rechter lid) optellen. 2. Als je het LL met een factor vermenigvuldigt, dan moet je het RL met dezelfde factor vermenigvuldigen om de gelijkheid te kunnen behouden. 3. Je kan ook gebruik maken van het zogenaamde kruisproduct: a b = c d ad = bc

Omvormen van formules Voorbeeld De formule F = 32 + 9 5 C zetten we om naar een uitdrukking waarbij C staat in functie van F Toepassing van regel 1: F 32 = 9 5 C Toepassing van regel 2: (F 32) 5 9 = C Of: C = (F 32) 5 9

Inhoud Machten omzetten van eenheden Grafische eenheden Omvormen van formules De stelling van Pythagoras Goniometrie Functies Integralen Matrices Oppervlakte en omtrek van rechthoeken en cirkels Stelsels Vergelijking van een rechte Bibliografie

Stelling van Pythagoras In een rechthoekige driehoek is het kwadraat van de schuine zijde gelijk aan de som van de kwadraten van de twee rechthoekzijden Of als formule: Afleidingen: a 2 + b 2 = c 2 c = a 2 + b 2 a = c 2 b 2

Stelling van Pythagoras Voorbeeld Een post-it heeft de vorm van een vierkant en een diameter van 10 cm. Bereken de oppervlakte van een briefje. Oplossing: De oppervlakte van een vierkant is gelijk aan het kwadraat van de zijde z = z². Volgens de stelling van Pythagoras geldt: z 2 + z 2 = c 2 Hieruit volgt: 2z 2 = c 2 z c = 10cm z 2 = c2 2 = 100 cm² 2 = 50 cm² z

Inhoud Machten omzetten van eenheden Grafische eenheden Omvormen van formules De stelling van Pythagoras Goniometrie Functies Integralen Matrices Oppervlakte en omtrek van rechthoeken en cirkels Stelsels Vergelijking van een rechte Bibliografie

Goniometrie Goniometrische getallen sin α = a c = overstaande rechthoekszijde schuine zijde a c cos α = b c tan α = = aanliggende rechthoekszijde schuine zijde sin α cos α = a b cot α = 1 tan α = b a = overstaande rechthoekszijde aanliggende rechthoekszijde = aanliggende rechthoekszijde overstaande rechthoekszijde b

Goniometrie Goniometrische cirkel Cirkel met straal 1 en met middelpunt de oorsprong van een orthonormaal assenstelsel Op de goniometrische cirkel kunnen we de groottes van de sinus, cosinus en tangens aflezen: De cosinus van de georiënteerde hoek is de x-coördinaat van het beeldpunt. De sinus van de georiënteerde hoek is de y-coördinaat van het beeldpunt. De tangens is de y-coördinaat van het snijpunt van de drager van het eindbeen en de rechte met vergelijking x = 1.

Goniometrie Goniometrische cirkel (0, 1) sin B (cos, sin ) C (1, tan ) (-1, 0) cos (1, 0) (0, -1)

Goniometrie Goniometrische cirkel Hoek in het tweede kwadrant (0, 1) (cos, sin ) sin (-1, 0) cos (1, 0) (1, tan ) (0, -1)

Goniometrie Radialen Hoeken kunnen uitgedrukt worden in graden en in radialen. Eén radiaal (1 rad) is gedefinieerd als de grootte van een middelpuntshoek van een cirkel waarvan de lengte van de boog gelijk is aan de lengte van de straal. 360 = 6,2831853071795 rad = 2 * 3,1415926535897 rad = 2 rad of kortweg: 360 = 2 R 1 rad Booglengte gelijk aan de straal R

Goniometrie Omrekening Van graden naar radialen: Van radialen naar graden: α radialen = 2π 360 α graden α graden = 360 2π α radialen Voorbeeld: we berekenen het aantal graden waarmee een hoek van 1 rad overeenkomt: α graden = 360 2π 1 = 57,296

Goniometrie Van decimale graden naar graden-minuten-seconden Uit het voorgaande voorbeeld blijkt dat 1 rad = 57,296. Dit is een decimale voorstelling van een aantal graden. Om het aantal minuten te kennen waarmee de decimale fractie overeenkomt, moeten we deze vermenigvuldigen met 60. 0,296 * 60 = 17,76 Op dezelfde manier berekenen we het aantal seconden waarmee 0,76 overeenkomt: Conclusie: 0,76 * 60 = 45,6 57,296 = 57 17 46

Goniometrie Van decimale graden naar graden-minuten-seconden Elke wetenschappelijke rekenmachine voorziet in de mogelijkheid voor een omzetting. Hiervoor is een DMS-functie voorzien, maar de wijze waarop die moet gebruikt worden is niet eenduidig en afhankelijk van de rekenmachine in kwestie. Bij een Windows-rekenmachine maak je de omrekening door achtereenvolgens de knoppen en dms in te drukken. Het resultaat is een getal waarvan de eerste twee decimalen de minuten zijn en de volgende twee de seconden. Eventuele bijkomende cijfers vormen dan de decimale fractie van de seconden.

Goniometrie Elementaire goniometrische vergelijkingen Met behulp van de goniometrische cirkel kunnen een aantal elementaire vergelijkingen opgesteld worden sin = sin = sin ( - ) cos = cos = cos - sin = sin ( - ) = - cos = cos - = -

Goniometrie Elementaire goniometrische vergelijkingen (vervolg) tan = tan = tan ( + ) = tan ( - ) tan = tan ( + ) = tan ( - ) = + = -

Inhoud Machten omzetten van eenheden Grafische eenheden Omvormen van formules De stelling van Pythagoras Goniometrie Functies Integralen Matrices Oppervlakte en omtrek van rechthoeken en cirkels Stelsels Vergelijking van een rechte Bibliografie

Functies Inleiding In de wiskunde drukt een functie een verband uit van een grootheid met een andere grootheid. Dit verband kan vastgelegd worden: In een tabel In een grafiek Via een functievoorschrift x y 0 0 1 1 2 4 3 9 4 16 5 25 6 36 7 49 8 64 9 81 10 100 11 121 y = f(x) = x²

Functies Voorbeeld Na een zware bui in Aalst wordt de brandweer opgeroepen om een kelder leeg te pompen. De kelder is 5 op 8 meter groot en het water staat anderhalve meter hoog. De brandweer kan met de pomp die ze bij hebben 10000 liter water per uur wegpompen. Zet het verloop uit van het water in de kelder in functie van de tijd tijdens het wegpompen. X (uur) Y (m³) 0 60 1 50 2 40 3 30 y = f(x) = -10.x + 60

Functies Kwadratische functie f x = 1 2 x2 2x + 4 x y 0 4 1 2,5 2 2 3 2,5 4 4 5 6,5 6 10 7 14,5 8 20

Functies Sinusfunctie f x = sin(x) x (rad) y 0 0,00 1 0,84 2 0,91 3 0,14 4-0,76 5-0,96 6-0,28 7 0,66 8 0,99

Inhoud Machten omzetten van eenheden Grafische eenheden Omvormen van formules De stelling van Pythagoras Goniometrie Functies Integralen Matrices Oppervlakte en omtrek van rechthoeken en cirkels Stelsels Vergelijking van een rechte Bibliografie

Integralen Inleiding Integralen worden gebruikt in de analytische meetkunde, onder andere bij het berekenen van oppervlakten. In zijn eenvoudigste betekenis gaat het om het berekenen van een oppervlakte begrensd door de grafiek van de functie en de x-as, tussen 2 verticale lijnen of grenzen. Voorbeeld: 7 7 න f x dx = න 1 1 (x 2 +10) dx

Integralen Praktische betekenis Het is bekend dat de arbeid of energie E door een motor geleverd gelijk is aan het vermogen P dat de motor afgeeft vermenigvuldigd met de tijd t dat die actief is: E = P. t We kunnen dit ook grafisch voorstellen. Het vermogen in functie van de tijd is constant en dus is dit een horizontale lijn. De energie geleverd tussen een tijd 0 en t vinden we in de grafiek als de oppervlakte van een rechthoek met zijden P en t.

Integralen Praktische betekenis Als P niet constant is dan kan bovenstaande uitdrukking niet meer gebruikt worden. Voor het eenvoudig geval dat P lineair toeneemt met de tijd is de vermogensgrafiek te vinden in de volgende figuur. De energie geleverd is dan de oppervlakte van de driehoek onder de functie, binnen het tijdsinterval [0, t]. Conclusie: het bereken van de energie voor een gegeven functie P(t) binnen een tijdsinterval komt dus neer op het bepalen van de oppervlakte onder de curve binnen het gegeven tijdsinterval.

Integralen Praktische betekenis Zolang de oppervlakte onder de grafiek een eenvoudige meetkundige figuur is, is het berekenen van de oppervlakte (en dus de energie) relatief eenvoudig. Anders wordt het wanneer de grafiek van de functie een niet zo eenvoudige vorm heeft. In dat geval moeten we terugvallen op de integraalrekening om de oppervlakte te berekenen. De notatie hiervan is: t E = න P t. dt 0

Integralen Het berekenen van een integraal We kunnen integralen heel precies berekenen, maar hiervoor hebben we integratiemethodes nodig. Deze vallen buiten het bestek van deze cursus. Er bestaan echter ook manieren om integralen benaderend te berekenen. Zo kunnen we het interval [1, 7] opsplitsen in 6 gelijke deelintervallen. Met elk van die deelintervallen associëren we een rechthoek waarvan de hoogte gelijk is aan de y-waarde van het midden van het interval.

Integralen Het berekenen van een integraal Berekenen we de oppervlakte van elk deelinterval en tellen we die samen dan krijgen we benaderend de totale oppervlakte onder de curve voor het interval [1, 7]. De uitwerking vind je in onderstaande tabel terug. We vinden als uitkomst 173,5 terwijl het correcte resultaat, gevonden via integraalrekening, gelijk is aan 174. breedte interval: 1 interval i x-waarde y-waardeoppervlakte 1 1,5 12,25 12,25 2 2,5 16,25 16,25 3 3,5 22,25 22,25 4 4,5 30,25 30,25 5 5,5 40,25 40,25 6 Totale oppervlakte 6,5 52,25 52,25 173,5

Integralen Het berekenen van een integraal Via de benaderde methode kunnen we een nog nauwkeuriger resultaat bekomen als we de deelintervallen nog kleiner maken. In de volgende figuur werken we met deelintervallen van 0,5. Uitwerking levert nu een resultaat van 173,875. breedte interval: 0,5 interval i x-waarde y-waarde oppervlakte 1 1,25 11,5625 5,78125 2 1,75 13,0625 6,53125 3 2,25 15,0625 7,53125 4 2,75 17,5625 8,78125 5 3,25 20,5625 10,28125 6 3,75 24,0625 12,03125 7 4,25 28,0625 14,03125 8 4,75 32,5625 16,28125 9 5,25 37,5625 18,78125 10 5,75 43,0625 21,53125 11 6,25 49,0625 24,53125 12 6,75 55,5625 27,78125 Totale oppervlakte 173,875

Integralen Oefening 1 Gegeven: de functie f x = x Bereken de volgende integraal benaderend: 1 5 f x dx (werkelijke oplossing = 6,787)

Integralen Oefening 1, oplossing 4 deelintervallen breedte interval: 1 interval i x-waarde y-waarde opp 1 1,5 1,225 1,225 2 2,5 1,581 1,581 3 3,5 1,871 1,871 4 4,5 2,121 2,121 Totale oppervlakte 6,798

Integralen Oefening 1, oplossing 8 deelintervallen breedte interval: 0,5 interval i x-waarde y-waarde opp 1 1,25 1,118 0,559 2 1,75 1,323 0,661 3 2,25 1,500 0,750 4 2,75 1,658 0,829 5 3,25 1,803 0,901 6 3,75 1,936 0,968 7 4,25 2,062 1,031 8 4,75 2,179 1,090 Totale oppervlakte 6,790

Integralen Oefening 2 Bereken de volgende integraal 0 2 x 2 + 2x dx benaderend met 10 deelintegralen.

Integralen Oefening 2, oplossing Werkelijke oplossing = 1,3333 breedte interval: 0,2 interval i x-waarde y-waarde oppervlakte 1 0,1 0,190 0,038 2 0,3 0,510 0,102 3 0,5 0,750 0,150 4 0,7 0,910 0,182 5 0,9 0,990 0,198 6 1,1 0,990 0,198 7 1,3 0,910 0,182 8 1,5 0,750 0,150 9 1,7 0,510 0,102 10 1,9 0,190 0,038 Totale oppervlakte 1,340

Inhoud Machten omzetten van eenheden Grafische eenheden Omvormen van formules De stelling van Pythagoras Goniometrie Functies Integralen Matrices Oppervlakte en omtrek van rechthoeken en cirkels Stelsels Vergelijking van een rechte Bibliografie

Matrices Inleiding Een matrix is een rechthoekig getallenschema waarbij de getallen geordend zijn in rijen en kolommen, en genoteerd wordt als: A = a 11 a 12 a 1n a 21 a 22 a 2n a m1 a m2 a mn waarbij a ij de elementen zijn van de matrix. Het element a ij staat in de i-de rij en de j-de kolom. De eerste index duidt dus de rij aan, de tweede de kolom. Met m het aantal rijen en n het aantal kolommen spreken we van een m x n matrix. Als het aantal rijen gelijk is aan het aantal kolommen, dus als m = n, hebben we het over een vierkante matrix.

Matrices Inleiding Als het aantal rijen gelijk is aan 1, dan hebben we een rijmatrix; en is het aantal kolommen gelijk aan 1, dan spreken we over een kolommatrix. B is een voorbeeld van een 1 x 3 rijmatrix, C van een 3 x 1 kolommatrix: 38 B = 20 201 119 C = 122 255

Matrices Toepassingen Matrices zijn belangrijke instrumenten in de lineaire algebra, een deelgebied van de wiskunde, dat zijn toepassing vindt in vele domeinen van de wetenschappen, technologie en informatica. In de grafische technologie worden matrices o.a. gebruikt voor de geometrische transformatie (translatie, rotatie, schaling, ) van grafische objecten (letters, symbolen, foto s, ) en ook voor kleurentransformaties.

Matrices Bewerkingen Optelling De som van twee m n matrices A en B is de matrix A + B waarvoor geldt: A + B is een m n -matrix i, j M N : A + B ij =(A) ij +(B) ij (met M={1,2,...,m} en N={1,2,...n})

Matrices Bewerkingen Optelling Voorbeeld: A = 1 4 7 2 5 8 3 6 9 B = 10 13 16 11 14 17 12 15 18 A + B = 1 + 10 4 + 13 7 + 16 2 + 11 5 + 14 8 + 17 3 + 12 6 + 15 9 + 18 = 11 17 23 13 19 25 15 21 27

Matrices Bewerkingen Scalaire vermenigvuldiging Het product van een scalair r R met een (m n)-matrix is de matrix r.a of ra, bepaald door: De matrix ra is een m n matrix i, j M N : ra ij = r. A ij (met M={1,2,...,m} en N={1,2,...n})

Matrices Bewerkingen Scalaire vermenigvuldiging Voorbeeld: 3. A = 3. 1 4 7 2 5 8 3 6 9 = 3. 1 3. 4 3. 7 3. 2 3. 5 3. 8 3. 3 3. 6 3. 9 = 3 12 21 6 15 18 9 18 27

Matrices Bewerkingen Vermenigvuldiging van twee matrices Het product van een (m n) matrix met een (n p) matrix B is de matrix, genoteerd A. B, bepaald door: A. B is een m p matrix i, j M x P : A. B ij = A i1 B 1j + + A in B nj n = k=1 A ik B kj (met M = {1,2,..., m} en N = {1,2,... n})

Matrices Bewerkingen Vermenigvuldiging van twee matrices Voorbeeld 1: A = 1 2 3 en B = 1 4 7 2 5 8 3 6 9 1 4 7 A. B = 1 2 3. 2 5 8 3 6 9 = 1. 1 + 2. 2 + 3. 3 1. 4 + 2. 5 + 3. 6 1. 7 + 2. 8 + 3. 9 = 14 32 50

Matrices Bewerkingen Vermenigvuldiging van twee matrices Voorbeeld 2: A = 1 4 7 2 5 8 3 6 9 en B = 10 13 16 11 14 17 12 15 18 A. B = 1 4 7 2 5 8 3 6 9. 10 13 16 11 14 17 12 15 18 = = 1.10 + 4.11 + 7.12 1.13 + 4.14 + 7.15 1.16 + 4.17 + 7.18 2.10 + 5.11 + 8.12 2.13 + 5.14 + 8.15 2.16 + 5.17 + 8.18 3.10 + 6.11 + 9.12 3.13 + 6.14 + 9.15 3.16 + 6.17 + 9.18 138 174 210 171 216 261 204 258 312

Matrices Bewerkingen Transponeren van een matrix De getransponeerde matrix van een m n matrix A is de n m matrix B die men verkrijgt door de rijen van A als kolommen van de matrix B te schrijven en dit met behoud van de volgorde. De getransponeerde matrix van A schrijven we als A t. Voorbeeld: A = 10 12 14 16 18 20 At = 10 16 12 18 14 20

Inhoud Machten omzetten van eenheden Grafische eenheden Omvormen van formules De stelling van Pythagoras Goniometrie Functies Integralen Matrices Oppervlakte en omtrek van rechthoeken en cirkels Stelsels Vergelijking van een rechte Bibliografie

Matrices Oppervlakte en omtrek van rechthoek, driehoek en cirkel Rechthoek omtrek = 2 l + b Oppervlakte = l. b l b Driehoek Oppervlakte = h. b 2 h b Cirkel omtrek = d. π = 2r. π Oppervlakte = d 2. π 4 = r2. π r d

Inhoud Machten omzetten van eenheden Grafische eenheden Omvormen van formules De stelling van Pythagoras Goniometrie Functies Integralen Matrices Oppervlakte en omtrek van rechthoeken en cirkels Stelsels Vergelijking van een rechte Bibliografie

Stelsels Combinatiemethode Bij de combinatiemethode zullen we telkens een vergelijking vervangen door een gepaste combinatie (som van veelvouden) van deze vergelijking en één of meerdere andere vergelijkingen. De bedoeling hierbij is dat in de resulterende vergelijking minder onbekenden voorkomen dan in de oorspronkelijke vergelijking.

Stelsels Combinatiemethode Voorbeeld: bepaal x en y in het volgende stelsel: 9x + 3y = 15 (1) ቊ 2x + y = 2 (2) Oplossing: we vermenigvuldigen vergelijking 2 met -3. Dit stelt ons in staat om y te elimineren. 9x + 3y = 15 (1) ቊ 6x 3y = 6 3 = 2 3 Vergelijking 1 en 3 tellen we bij elkaar op: + 9x + 3y = 15 6x 3y = 6 3x = 9 Hieruit volgt dat x = 3. Vul je die waarde in in 1 (of 2) dan bekom je y = -4

Stelsels Substitutiemethode Bij de substitutiemethode wordt een vergelijking gebruikt om één onbekende in functie van de overige onbekenden uit te drukken. In de andere vergelijkingen van het stelsel wordt deze onbekende dan vervangen door de gevonden uitdrukking.

Stelsels Substitutiemethode Voorbeeld: bepaal x en y in het volgende stelsel: 30 + 7x = 2y (1) ቊ 3y + 3x = 20 (2) Oplossing: uit vergelijking 2 halen we x: 3x = 20 3y x = 20 y (3) 3 Vergelijking 3 brengen we in 1: 30 + 7 20 3 30 + 140 3 y = 2y 7y = 2y 30 + 46,667 = 9y y = 1,852

Inhoud Machten omzetten van eenheden Grafische eenheden Omvormen van formules De stelling van Pythagoras Goniometrie Functies Integralen Matrices Oppervlakte en omtrek van rechthoeken en cirkels Stelsels Vergelijking van een rechte Bibliografie

Vergelijking van een rechte Algemeen Elke rechte in het vlak kunnen we voorstellen door een vergelijking. Afhankelijk van wat we gegeven krijgen, bestaan er verschillende formules om zo een vergelijking op te stellen. Er bestaat een cartesische vergelijking voor een rechte waarvan 2 punten gegeven zijn: y y 1 = y 2 y 1 x 2 x 1 (x x 1 )

Vergelijking van een rechte Voorbeeld We zoeken de vergelijking van de rechte die hier wordt afgebeeld met de punten A x 1, y 1 = A 1, 2 en B x 2, y 2 = B 6, 5. B(6, 5) A(1, 2)

Vergelijking van een rechte Voorbeeld Met A x 1, y 1 = A 1, 2 en B x 2, y 2 = B 6, 5 bekomen we: y y 1 = y 2 y 1 x 2 x 1 x x 1 y 2 = 5 2 6 1 x 1 y = 3 5 x 1 + 2 y = 3 5 x + 7 5

Vergelijking van een rechte Voorbeeld De richtingscoëfficiënt (rico) van een rechte is een maat voor de helling van de rechte en wordt gedefinieerd als de tangens van de hellingshoek rico = tan = y 2 y 1 x 2 x 1