Hogeschool Arnhem Nijmegen



Vergelijkbare documenten
Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Opleiding: Financial Services Management HBO bachelor, locatie Arnhem Croho: Varianten: voltijd & deeltijd

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Locatie: Arnhem Opleiding: Bedrijfseconomie, hbo bachelor; Croho: Varianten: voltijd en deeltijd

Welkom bij Accountancy

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

BROCHURE POSTBACHELOR OPLEIDING ACCOUNTANT- ADMINISTRATIECONSULENT

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Christelijke Hogeschool Windesheim. HBO-Bacheloropleiding Accountancy

BROCHURE POSTBACHELOR OPLEIDING ACCOUNTANT- ADMINISTRATIECONSULENT

Implementatie - en overgangsregeling CEA eindtermen Inleiding

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Fontys Hogescholen, locatie Eindhoven Opleiding: Fiscale Economie, hbo bachelor Croho: Varianten: voltijd/deeltijd

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Christelijke Hogeschool Windesheim

Christelijke Hogeschool Windesheim

Deze versie treedt in werking op 1 september 2016 en vervangt alle voorgaande versies.

Visitatiedatum: 11 september 2007

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Locatie: Arnhem Opleiding: Communicatie, hbo bachelor Choho: Varianten: voltijd, deeltijd, duaal

AVANS Hogeschool, Tilburg

Hogeschool Arnhem en Nijmegen

Fontys Hogescholen, Eindhoven

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

OPSTELLEN EINDKWALIFICATIES OPLEIDING

De onderwijs- en examenregeling

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte opleidingsbeoordeling van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 36791).

Hogeschool INHOLLAND, Rotterdam

Protocol PDG en educatieve minor

Teamscan op accreditatiewaardigheid

Fontys Hogescholen. Opleiding: Financial Services Management hbo bachelor Varianten: voltijd, deeltijd, duaal Croho: Locatie: Eindhoven

Informatie werkplekleren

AVANS Hogeschool, Breda

Associate degree Deeltijd

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Locatie: Nijmegen Opleiding: Opleidingskunde, hbo bachelor Varianten: Voltijd en deeltijd

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER

Hanzehogeschool Groningen, Groningen

Koninklijk Nederlands Instituut van Registeraccountants

Hogeschool Rotterdam, Rotterdam

Besluit. College van bestuur. Hanzehogeschool Groningen. Postbus RM GRONINGEN

Naar een nieuw opleidingsmodel voor de Bachelor Accountancy

Alumnionderzoek opleiding Bedrijfseconomie Hogeschool Arnhem en Nijmegen 2009

Besluit. College van Bestuur van de Christelijke Hogeschool Windesheim Postbus GB ZWOLLE

Bachelor of Business Administration (MER opleiding)

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bewegingstechnologie van De Haagse Hogeschool

Hogeschool INHOLLAND Opleiding: Sociaal Juridische Dienstverlening, hbo bachelor; Varianten: voltijd/deeltijd/duaal Locaties: Rotterdam/Den Haag

Fontys Hogescholen, Tilburg en Sittard

HBO Bedrijfskunde Bachelor of Business Administration (BBA)

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek

De faculteit Communicatie en Journalistiek kent de volgende nadere regelgeving die een integraal onderdeel van de OER vormen:

AVANS Hogeschool, s-hertogenbosch

Hogeschool INHOLLAND, Rotterdam

Hogeschool INHOLLAND, Alkmaar

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 4 Opleidingsdeel hbo-pedagogiek

AVANS Hogeschool, Breda

Besluit strekkende tot een oordeel voldoende van een aanvraag toets nieuw Associate-degreeprogramma Logistiek Management van de Hogeschool Rotterdam

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Hogeschool INHOLLAND. Visitatiedatum: 8 november 2006

(vastgesteld door de Algemene Vergadering van de HBO-raad op 24 juni 2011)

Noordelijke Hogeschool Leeuwarden Opleiding: Commerciële Economie, hbo bachelor Croho: Varianten: voltijd, deeltijd

FINANCE & CONTROL - BEDRIJFSECONOMIE

Hogeschool Rotterdam, Rotterdam

Hogeschool Zeeland. Opleiding: Management Economie en Recht hbo-bachelor Locatie: Vlissingen en Terneuzen Croho: Varianten: voltijd/deeltijd

Beoordelingskader Kader voor de beperkte toets nieuw Associate-degree (Ad-)programma van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 9832).

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Hogeschool INHOLLAND, Rotterdam

Avans Hogeschool, Tilburg

Hogeschool INHOLLAND, Alkmaar. Visitatiedata: 16 en 17 maart 2005

Breakout sessie 2-5. Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling. Introductie

BASISGGEVENS. Naam Functie

Avans Hogeschool, s-hertogenbosch

Besluit. College van Bestuur Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Postbus EJ ARNHEM

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Bestuurskunde/Overheidsmanagement van de NHL Hogeschool

Management & Organisatie

Hogeschool INHOLLAND, Diemen, Rotterdam en Den Haag

AVANS Hogeschool, Breda

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Hogeschool INHolland, Amsterdam

Fontys Hogeschool Eindhoven

De NVAO beoordeelt het onderwerp doelstellingen opleiding derhalve voldoende.

Bedrijfskunde (AVD) Bedrijfskunde MER (AVD) Financiële Dienstverlening (AVD)

Hogeschool INHOLLAND, School of Agriculture and Technology

Visitatiedatum: 24 april 2007

Avans Hogeschool, s-hertogenbosch Opleidingen hbo-bachelors: Bedrijfseconomie (voltijd/deeltijd) Accountancy (voltijd) Croho: en 34406

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. HBO-Bachelor Facility Management

Hogeschool voor de Kunsten Utrecht

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Opleiding: Technische Bedrijfskunde, bachelor Locatie: Arnhem Croho: Varianten: voltijd/deeltijd

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte

Hogeschool Arnhem en Nijmegen. Personeel en Arbeid

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. HBO-Bacheloropleidingen Chemie Biologie en Medisch laboratoriumonderzoek

CEA Eindtermen AC-Scholenoverleg 2 daagse 14 en 15 maart 2016

ASSESSMENTS VAN DE BACHELOR LGL en GPW

Management & Organisatie

{nvao. Uit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Technische Informatica van de Hogeschool Dirksen B.V.

Besluit. College van Bestuur. Hogeschool van Amsterdam. Postbus AX AMSTERDAM

Transcriptie:

Hogeschool Arnhem Nijmegen Opleiding: Accountancy, hbo bachelor Croho: 34406 Varianten: voltijd, deeltijd, duaal Visitatiedatum: 28 juni 2007 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, oktober 2007

2/61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du)

Inhoud 3 Deel A: Onderwerpen 5 1.1 Voorwoord 7 1.2 Inleiding 8 1.3 Werkwijze 9 1.4 Oordeelsvorming 10 1.5 Oordelen per facet en onderwerp 11 Deel B: Facetten 13 Onderwerp 1 Doelstellingen van de opleiding 15 Onderwerp 2 Programma 19 Onderwerp 3 Inzet van personeel 32 Onderwerp 4 Voorzieningen 35 Onderwerp 5 Interne kwaliteitszorg 39 Onderwerp 6 Resultaten 43 Deel C: Bijlagen 47 Bijlage 1 Onafhankelijkheidsverklaring panelleden 48 Bijlage 2 Deskundigheden panelleden 55 Bijlage 3 Bezoekprogramma 59 Bijlage 4 Overzichtslijst van door de opleiding ter inzage gelegd materiaal 61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du) 3/61

4/61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du)

Deel A: Onderwerpen NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du) 5/61

6/61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du)

1.1 Voorwoord Dit rapport is het verslag van het panel dat in opdracht van NQA de opleiding Accountancy (AC) van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) heeft onderzocht. Het beschrijft de werkwijze, de bevindingen en de conclusies. Het onderzoek heeft plaatsgevonden in het kader van de accreditatie van hogere beroepsopleidingen. Het onderzoek is begonnen in april 2007, toen het zelfevaluatierapport bij NQA is aangeleverd. Als onderdeel van het onderzoek heeft het panel de opleiding gevisiteerd op 28 juni 2007. Het panel bestond uit: De heer drs. J. Maat (dagvoorzitter en domeinpanellid); De heer prof. W.P. Moleveld RA (domeinpanellid); De heer J. Los AA/FB (domeinpanellid); De heer D.J.M. Kalkman (studentpanellid); Mevrouw drs. I. Akerboom (NQA-auditor). Dit panel voldoet aan de eisen zoals gesteld in het document Protocol ter beoordeling van de werkwijze van visiterende en beoordelende instanties van de NVAO (22 augustus 2005). Het panel beschikt over relevante werkvelddeskundigheid en over vakdeskundigheid. Onder vakdeskundigheid wordt verstaan het vertrouwd zijn met de meest recente ontwikkelingen en vertrouwd met lesgeven en beoordeling en toetsing minstens op het niveau/oriëntatie van de te beoordelen opleiding. Daarnaast beschikt het panel over onderwijsdeskundigheid, studentgebonden deskundigheid en visitatiedeskundigheid (zie bijlage 2). Het panel voldoet tevens aan de eisen van het werkveld (de goedgekeurde lijst van namen van de Commissie Eindtermen Accountancy). Het rapport bestaat uit drie delen: Deel A: een hoofdrapport, het Onderwerprapport, waarin de oordelen van het panel over de basiskwaliteit van de opleiding op onderwerpniveau worden uitgesproken met daarbij de overwegingen waarop die oordelen zijn gebaseerd. Het gaat hier om oordelen in de gradatie positief/negatief. Tevens wordt hier het eindoordeel geformuleerd. Deel B: een Facetrapport waarin op facetniveau door het panel oordelen en argumenten ter onderbouwing van dat oordeel worden gegeven. De oordelen gaan uit van de vierpuntsschaal (onvoldoende, voldoende, goed en excellent) conform het voorschrift van de NVAO. Uitzondering hierop is facet 2.6, als gevolg van aanvullende instructies van de NVAO wordt hier het oordeel voldaan of niet voldaan gegeven. Dit Facetrapport vormt de basis van het Onderwerprapport. Deel C: hierin zijn alle relevante bijlagen opgenomen. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du) 7/61

1.2 Inleiding De HAN heeft ruim 23.000 studenten en circa 2.300 personeelsleden. De Hogeschool is in 1996 ontstaan na een fusie van de HEAO Arnhem, Hogeschool Gelderland en Hogeschool Nijmegen. De HAN heeft vier faculteiten: de Faculteit Educatie, de Faculteit Gezondheid, Gedrag en Maatschappij, de Faculteit Techniek en de Faculteit Economie en Management. Onder deze faculteiten zijn 15 instituten en een contractunit gegroepeerd. De opleiding Accountancy (AC) is ondergebracht bij de Faculteit Economie en Management (FEM), in het instituut Finance and Management (F&M). De andere twee instituten van de faculteit zijn: instituut International Business and Communication en instituut Bedrijfskunde en Rechten. De FEM biedt onderwijs aan ongeveer 6.600 studenten. Het instituut F&M biedt naast AC ook de opleidingen Fiscale Economie, Bedrijfseconomie en Financial Services Management aan. De opleidingen van het instituut F&M leiden alle vier op voor de titel Bachelor of Economics. Het totaal aantal ingeschreven studenten bij het instituut F&M is ongeveer 1.670 en er ongeveer 100 medewerkers zijn werkzaam bij dit instituut. Het instituut biedt opleidingen aan in Arnhem en Nijmegen. In Arnhem betreft dit alle opleidingen van het instituut, in Nijmegen vooralsnog alleen de opleidingen Accountancy, Bedrijfseconomie en (deels) Fiscale Economie. De opleiding AC kent drie varianten: voltijd, deeltijd en duaal. Er zijn twee locaties: in Arnhem worden alle drie de varianten aangeboden, in Nijmegen zowel de voltijd- als de deeltijdvariant. Het rapport gaat uit van de Arnhemse voltijdvariant. De voltijdvariant telt 320 studenten, de deeltijdvariant 55 en de duale 93 (per september 2006). De opleiding heeft een gemeenschappelijke propedeuse met andere economische opleidingen van de faculteit Economie en Management. De propedeuse valt organisatorisch onder de propedeusecoördinator, die onder het managementteam van de faculteit ressorteert. De HAN heeft een grootschalige onderwijsvernieuwing ontwikkeld, namelijk de HAN Onderwijsflexibilisering (het HOF-project). Zij wil hiermee het onderwijs en de onderwijsorganisatie innoveren. Door het onderwijs meer vraaggestuurd in te richten krijgt de student meer verantwoordelijkheid voor zijn eigen leerproces. De realisering van het HOFproject is in september 2005 van start gegaan. De basisindeling voor elke leerroute is die van de major (maximaal 210 EC) en de minor (minimaal 30 EC). In de major staan de beroepscompetenties waartoe wordt opgeleid centraal. Met behulp van de minor kan de student zich profileren voor de arbeidsmarkt. In de minor werkt de student aan de verbreding of de verdieping van de beroepscompetenties. 8/61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du)

1.3 Werkwijze De beoordeling van de opleiding door het panel verliep volgens de werkwijze zoals die is neergelegd in het Beoordelingsprotocol van NQA. Deze werkwijze wordt hieronder beschreven. Het onderzoek vond plaats op basis van het domeinspecifieke referentiekader dat voor de opleiding geldt (zie facet 1.1). NQA onderscheidt drie fasen in het visiteren: de voorbereidingsfase, het eigenlijke bezoek door het panel en de rapportagefase. Hieronder volgt een korte toelichting per fase. De voorbereidingsfase Voorafgaand aan de toezending van het definitieve zelfevaluatierapport en bijlagen van de opleiding heeft een NQA-auditor een conceptversie van het zelfevaluatierapport gescreend op compleetheid van onderwerpen. Daaropvolgend heeft een NQA-auditor het definitieve zelfevaluatierapport (en bijbehorende bijlagen) gecontroleerd op kwaliteit en compleetheid (de validatie) en daarmee op bruikbaarheid voor de visitatie. Vervolgens bereidden de panelleden zich in de periode mei/juni 2007 inhoudelijk voor op het bezoek juni 2007. Zij bestudeerden het zelfevaluatierapport (en bijlagen), formuleerden in een beoordelingsformat hun voorlopige oordelen op basis van argumenten en zij formuleerden vraagpunten. Zij gaven hun bevindingen door aan de NQA-auditor. Op basis van een overzicht van voorlopige oordelen inventariseerde de NQA-auditor tenslotte kernpunten en prioriteiten voor materialenonderzoek en gesprekken. Tijdens een voorbereidende vergadering is het bezoek door het panel voorbereid. De opleiding heeft in haar zelfevaluatierapport kenbaar gemaakt voor welk domeinspecifiek referentiekader zij kiest. De NQA-auditor heeft met de domeindeskundigen in het panel bekeken of sprake is van adequate domeinspecifieke doelstellingen, of dat nadere aanvulling dan wel nadere specificatie nodig is. In het facetrapport is aangegeven op welke landelijke beroeps- en opleidingsprofielen het domeinspecifieke kader (en het opleidingsprogramma) is gebaseerd. Het bezoek door het panel NQA heeft een bezoekprogramma ontwikkeld voor de (dag-)indeling van het bezoek door het panel dat is aangepast aan de specifieke situatie van de opleiding (bijlage 3). Er vonden gesprekken plaats met het opleidingsmanagement, docenten, studenten, afgestudeerden en met werkveldvertegenwoordigers. Aan het begin en tijdens het bezoek heeft het panel ter inzage gevraagd materiaal bestudeerd. Tussen de gesprekken door heeft het panel ruimte ingelast om de bevindingen uit te wisselen en te komen tot gezamenlijke en meer definitieve (tussen-)oordelen. Het panel heeft een rondleiding op de locatie Arnhem gehad, de auditor op de campus van Nijmegen. De bevindingen zijn door de panelleden beargumenteerd. Aan het einde van het bezoek heeft de voorzitter een mondelinge terugkoppeling gegeven van enkele indrukken en ervaringen van het panel, zonder expliciete oordelen uit te spreken. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du) 9/61

De fase van rapporteren Door NQA is, op basis van de bevindingen van het panel, een tweeledige rapportage opgesteld, bestaande uit een facetrapport en een onderwerprapport, waarin de kwaliteit van de opleiding is beoordeeld. Met dit rapport kan de opleiding accreditatie aanvragen bij de NVAO. De opleiding heeft in juli 2007 een concept van het rapport voor een controle op feitelijke onjuistheden ontvangen. Naar aanleiding daarvan zijn enkele wijzigingen aangebracht. In het Onderwerprapport (deel A) wordt door NQA een oordeel op de onderwerpen en op de opleiding als geheel gegeven. Het definitieve rapport is door het panel vastgesteld in september 2007. Het visitatierapport is uiteindelijk in oktober 2007 ter beschikking gesteld aan de opleiding, die het samen met de accreditatieaanvraag kan indienen bij de NVAO. 1.4 Oordeelsvorming In dit hoofdstuk wordt per onderwerp een oordeel uitgesproken op basis van weging van de facetten die van dat onderwerp deel uitmaken. Bij deze weging spelen de beslisregels zoals die door de NQA in het Beoordelingsprotocol zijn geformuleerd en nader uitgewerkt in de notitie Handreiking voor oordeelsvorming een belangrijke rol. Tevens is bij de beoordeling rekening gehouden met accenten die de opleiding eventueel legt, het domeinspecifieke kader en een vergelijking met andere relevante opleidingen op een aantal aspecten. In de oordelen per onderwerp wordt steeds een herhaling gegeven van de oordelen op de facetten gevolgd door een weging die leidt tot het eindoordeel. De (uitgebreide) argumentatie is te vinden in het facetrapport. Daar waar een argumentatie/beoordeling voor de deeltijden/of duale variant afwijkt van de voltijdvariant, is dit expliciet vermeld. Indien niet vermeld, gelden voor de deeltijd- en duale opleiding dezelfde argumentatie/oordelen als voor de voltijdopleiding, aangezien deze inhoudelijk voornamelijk gebaseerd zijn op dezelfde moduleinhouden als de voltijdopleiding. Volgorde en onderwijsmethodieken kunnen daarbij verschillen. 10/61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du)

1.5 Oordelen per facet en onderwerp Totaaloverzicht van oordelen op facet- en onderwerpniveau Onderwerp/Facet Opleiding Accountancy Voltijd Deeltijd Duaal Arnhem Nijmegen Arnhem Nijmegen Arnhem Onderwerp 1 Doelstelling van de opleiding 1.1 Domeinspecifieke eisen Goed Goed Goed Goed Goed 1.2 Niveau bachelor Goed Goed Goed Goed Goed 1.3 Oriëntatie HBO bachelor Goed Goed Goed Goed Goed Totaaloordeel Positief Positief Positief Positief Positief Onderwerp 2 Programma 2.1 Eisen HBO Goed Goed Goed Goed Goed 2.2 Relatie doelstellingen en inhoud Goed Goed Goed Goed Goed programma 2.3 Samenhang in opleidingsprogramma Goed Goed Goed Goed Goed 2.4 Studielast Goed Goed Goed Goed Goed 2.5 Instroom Goed Goed Goed Goed Goed 2.6 Duur Voldaan Voldaan Voldaan Voldaan Voldaan 2.7 Afstemming tussen vormgeving en Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende inhoud 2.8 Beoordeling en toetsing Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Totaaloordeel Positief Positief Positief Positief Positief Onderwerp 3 Inzet van personeel 3.1 Eisen HBO Goed Goed Goed Goed Goed 3.2 Kwantiteit personeel Goed Goed Goed Goed Goed 3.3 Kwaliteit personeel Goed Goed Goed Goed Goed Totaaloordeel Positief Positief Positief Positief Positief Onderwerp 4 Voorzieningen 4.1 Materiële voorzieningen Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende 4.2 Studiebegeleiding Goed Goed Goed Goed Goed Totaaloordeel Positief Positief Positief Positief Positief Onderwerp 5 Interne kwaliteitszorg 5.1 Evaluatie resultaten Goed Goed Goed Goed Goed 5.2 Maatregelen tot verbetering Goed Goed Goed Goed Goed 5.3 Betrekken van medewerkers, Goed Goed Goed Goed Goed studenten, alumni en het beroepenveld Totaaloordeel Positief Positief Positief Positief Positief Onderwerp 6 Resultaten 6.1 Gerealiseerde niveau Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende 6.2 Onderwijsrendement Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Totaaloordeel Positief Positief Positief Positief Positief NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du) 11/61

Doelstellingen opleiding Het oordeel is voor alle drie de facetten goed. Het oordeel op het onderwerpniveau is voor de opleiding derhalve positief. Programma De facetten Eisen HBO, Relatie doelstellingen en inhoud programma, Samenhang in opleidingsprogramma, Studielast en Instroom krijgen het oordeel goed, het facet Duur voldoet en de overige facetten krijgen het oordeel voldoende. Het oordeel op het onderwerpniveau is voor de opleiding derhalve positief. Inzet van personeel Alle facetten krijgen het oordeel goed. Het oordeel op het onderwerpniveau is voor de opleiding derhalve positief. Voorzieningen Het facet Materiële voorzieningen krijgt het oordeel voldoende, het facet Studiebegeleiding het oordeel goed. Het oordeel op het onderwerpniveau is voor de opleiding derhalve positief. Interne kwaliteitszorg Alle drie de facetten krijgen het oordeel goed. Het oordeel op het onderwerpniveau is voor de opleiding derhalve positief. Resultaten Beide facetten krijgen het oordeel voldoende. Het oordeel op het onderwerpniveau is voor de opleiding derhalve positief. Totaaloordeel Op grond van voorgaand schema en de inhoudelijke onderbouwing daarvan blijkt dat de opleiding op de zes de onderwerpen positief scoort, is de conclusie dat het totaaloordeel over de opleiding positief is. 12/61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du)

Deel B: Facetten NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du) 13/61

14/61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du)

Facetten De opleiding kent een voltijd-, duaal- en een deeltijdvariant en wordt aangeboden op twee locaties. In Arnhem worden alle drie de varianten aangeboden, in Nijmegen uitsluitend de voltijdvariant. Het rapport gaat uit van de Arnhemse voltijdvariant. Als er afwijkingen ten opzichte van deze variant zijn, staan die vermeld in de facettekst. De oordelen in dit facetrapport gelden voor alle varianten tenzij anders wordt vermeld. Onderwerp 1 Doelstelling van de opleiding Facet 1.1 Domeinspecifieke eisen Goed Criterium: - De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk). Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De opleiding heeft ervoor gekozen het landelijk beroeps- en opleidingsprofiel (Beroepsen opleidingsprofiel voor de Hbo-opleiding Accountancy, 1999) leidend te laten zijn bij het inrichten van de opleiding. Het landelijk beroepsprofiel is opgesteld door het ACscholenoverleg, Overlegorgaan van HBO-scholen met een accountancy-opleiding, en is gebaseerd op beroepsprofielen van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Registeraccountants (NIVRA) en de Nederlandse orde van Accountants- Administratieconsulenten (NOvAA). De onderlinge vergelijking van deze beroepsprofielen heeft geresulteerd in een landelijk competentieprofiel, dat bestaat uit 32 competenties. Deze competenties zijn alle 32 overgenomen door de opleiding. De opleiding heeft deze landelijk vastgestelde competenties verdeeld over de vier beroepstaken van de accountant: controle, administratieve dienstverlening, fiscaliteit en advisering. Deze vier beroepstaken zijn ook terug te vinden in het landelijke beroeps- en opleidingsprofiel. Het panel heeft in notulen gezien dat de indeling in beroepstaken is besproken in en geaccordeerd door de beroepenveldcommissie (OBC) van de opleiding. De opleiding heeft van elke beroepstaak de kern en het eindniveau vastgesteld. Daardoor kreeg het panel een concreet beeld van de context van de competentie. Ook de niveaubepaling en de definiëring van de kern en het eindniveau van de beroepstaken zijn met de OBC besproken, blijkt uit notulen. Het programma is consistent met de door de NOvAA in 2004 beschreven competenties en taken van de Accountant-Administratieconsulent (De AA-accountant en profil). De afgestudeerde hbo-bachelorstudent beschikt over de competenties om als beginnend beroepsbeoefenaar in de AA-praktijk te kunnen functioneren. Deze competenties vormen de subtaken van de beroepstaken, blijkt uit het opleidingsdocument Opzet van het curriculum. De opleiding heeft de leerdoelen van het landelijke examen dat behoort tot de NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du) 15/61

bacheloropleiding accountancy, de OverAll Toets (OAT) van het AC-scholenoverleg, in het curriculum verwerkt: de leerdoelen worden afgedekt door het programma. Het panel heeft in Opzet van het curriculum gezien binnen welke onderwijseenheden de OATleerdoelen worden afgedekt. Het competentieprofiel sluit ook aan bij het domein Economics: met behulp van een matrix heeft de opleiding inzicht gegeven in de relatie tussen beroepstaken, opleidingscompetenties en domeincompetenties en aangetoond dat de opleidingscompetenties grotendeels binnen de domeincompetenties vallen. Ook is beschreven op welk niveau de opleiding de domeincompetenties afdekt. Afgestudeerden uit het domein Economics richten zich veelal op de bedrijfsvoering van een organisatie. Beroepsbeoefenaren verlenen diensten voor en geven adviezen aan externe klanten op fiscaal en financieel gebied. Binnen het domein worden drie rollen en processen onderscheiden: het beheren en beheersen van geldstromen binnen een bedrijf/onderneming; het controleren en beoordelen van financiële en fiscale gegevens van een bedrijf/onderneming; het adviseren en verlenen van diensten met betrekking tot de fiscale en financiële positie van het bedrijf of de particulier. De accountant concentreert zich op al deze rollen. De opleiding wil recht doen aan ontwikkelingen in het vakgebied door studenten te kwalificeren voor de vervolgopleidingen RA of AA én het beroep van financieeladministratief dienstverlener of financieel adviseur voor het midden- en kleinbedrijf. Kantoren specialiseren zich steeds vaker in het uitvoeren van controles, of richten zich juist op advisering of het samenstellen van een jaarrekening. De opleiding komt door deze differentiatie tegemoet aan deze verschillende doelgroepen. Het panel constateert dat de keuze voor deze profilering door het beroepenveld geïnspireerd is (zie voor uitwerking facet 2.1). Het panel concludeert dat de opleiding voldoet aan de eisen die door de beroepspraktijk gesteld worden. De opleiding voldoet tevens aan internationale eisen, zoals de IFAC Educational Standards (voor zover deze in de Bacheloropleiding van toepassing zijn), omdat de examenprogramma s RA en AA aan de IFAC Educational Standards voldoen. Facet 1.2 Niveau bachelor Goed Criterium: - De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een Bachelor. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De opleiding heeft in het document Opzet van het curriculum een conversietabel tussen de Dublin-descriptoren en de hbo-kernkwalificaties opgenomen. In datzelfde document staat beschreven hoe de hbo-kernkwalificaties zijn gekoppeld aan het eindniveau van de vier beroepstaken. 16/61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du)

Uit dat schema blijkt dat alle hbo-kernkwalificaties worden afgedekt in het curriculum van de opleiding. Bijvoorbeeld: - De kernkwalificatie Toepassen is als volgt vertaald naar de vier beroepstaken: Toepassen van theorieën en concepten uit verschillende vakgebieden bij het uitvoeren van de controle (beroepstaak Controle), Toepassen van met name nieuwe technologieën (ICT) bij het uitvoeren van taken op het gebied van de administratieve dienstverlening (beroepstaak Administratieve dienstverlening), Toepassen van de (telkens veranderende) regelgeving op fiscaal vlak in uiteenlopende situaties (beroepstaak Fiscaliteit) en Toepassen van inzichten, theorieën, concepten en onderzoeksresultaten bij het adviseren (beroepstaak Advisering). - De kernkwalificatie Sociaal-communicatieve bekwaamheid is als volgt vertaald naar de vier beroepstaken: Communiceren met zowel cliënt als collega s voor, tijdens en na het uitvoeren van de controle (beroepstaak Controle), De resultaten van administratieve werkzaamheden kunnen communiceren aan de cliënt (beroepstaak Administratieve dienstverlening ), De resultaten van fiscale werkzaamheden kunnen communiceren aan de cliënt (beroepstaak Fiscaliteit) en Op communicatief correcte wijze cliënten kunnen adviseren, zowel mondeling als schriftelijk (beroepstaak Advisering). De opleiding heeft in het document Opzet van het curriculum ook een schema opgenomen waarin de relatie tussen de 32 landelijk vastgestelde competenties en de zes inhoudelijke en twee algemene domeincompetenties van het domein Economics inzichtelijk wordt. De eerste domeincompetentie Ontwerpen, inrichten en onderhouden van (geautomatiseerde) informatiesystemen voor het besturen van organisaties bijvoorbeeld wordt afgedekt door de volgende AC-competenties: De student kan een administratie voeren dan wel cliënten of assistenten begeleiden bij het voeren van een administratie (nummer 8, in beroepstaak Controle), De student kan een administratie en een jaarrekening (laten) samenstellen (nummer 9, in de beroepstaken Controle, Administratieve dienstverlening en Advisering), De student kan een (door cliënt of assistenten samengestelde) jaarrekening beoordelen (nummer 10, in beroepstaken Controle en Administratieve dienstverlening), De student kan bevindingen van een samenstellingsopdracht rapporteren en bespreken met de cliënt (nummer 11, in beroepstaken Controle en Administratieve dienstverlening), De student kan op administratief gebied als aanspreekpunt voor cliënten fungeren (nummer 12, in beroepstaak Administratieve dienstverlening) en De student kan een administratief systeem beoordelen dan wel een (nieuw) systeem opzetten (nummer 13, in beroepstaak Controle). De opleiding gebruikt de generieke hbo-kernkwalificaties voor de toetsing van het bachelorniveau, namelijk in de toetsing van de afstudeeropdracht (zie facet 6.1). NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du) 17/61

Facet 1.3 Oriëntatie HBO bachelor Goed Criteria: - De eindkwalificaties zijn mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties. - De eindkwalificaties weerspiegelen het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar in een specifiek beroep of samenhangend spectrum van beroepen waarvoor een HBO-opleiding vereist is of dienstig is. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De bacheloropleiding Accountancy leidt op voor functies binnen de accountancy en de financieel-administratieve dienstverlening. Vaak vinden afgestudeerden een baan binnen een accountantskantoor, die zij combineren met de vervolgstudie Registeraccountant (RA) of Accountant-administratieconsulent (AA). Na de vervolgopleiding kunnen zij werken als extern accountant, intern accountant of overheidsaccountant. Afgestudeerden kunnen, ongeacht of zij kiezen voor één van de vervolgstudies, ook aan de slag als financieel dienstverlener of financieel adviseur voor het midden- en kleinbedrijf. In maart 2006 werd ook een tweejarige opleiding (Associated Degree) voor Assistent Accountant van de HAN door het ministerie gehonoreerd. Uit evaluatiegegevens (Alumnionderzoek 2006, 57 respondenten) blijkt dat een meerderheid van de alumni een baan heeft in de accountancy. Vier respondenten studeren voltijd verder. Van de respondenten is een meerderheid werkzaam als assistent accountant, een klein aantal als senior accountant. Een kwart van de respondenten heeft een andere functie, vaak wel van financiële of administratieve aard. Zoals eerder genoemd is de opleiding gebaseerd op het landelijk beroeps- en opleidingsprofiel. Het panel vindt de landelijke eindtermen behoorlijk abstract en op een zeer hoog niveau geformuleerd. Dat wordt beaamd door de opleiding en de OBC. De opleiding verwacht dat in de loop van 2007 de nieuwe eindtermen door de CEA, de Commissie Eindtermen Accountancyonderwijs van het AC-scholenoverleg, worden vastgesteld. De voorzitter van de curriculumcommissie van de opleiding is namens het AC-scholenoverleg deelnemer in de Adviescommissie Eindtermen, die de CEA over de nieuwe eindtermen adviseert. Deze eindtermen zullen worden vastgesteld voor de kwalificatie van Accountant- administratieconsultant (AA) respectievelijk de kwalificatie van Registeraccountant (RA). Op basis hiervan zullen vervolgens de eindtermen voor de afgestudeerde hbo-bachelorstudent als beginnend beroepsbeoefenaar in de AA/RApraktijk geformuleerd worden. De opleiding zal deze eindtermen in het onderwijs implementeren. Het panel hoopt dat deze iets concreter (op bachelorniveau) geformuleerd zijn. Onder andere uit de notulen van de beroepstaakteams (zie facet 3.1) blijkt dat men anticipeert op de gevolgen van nieuwe eindtermen voor bijvoorbeeld de onderwijseenheden van de beroepstaak controle. 18/61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du)

Onderwerp 2 Programma Facet 2.1 Eisen HBO Goed Criteria: - Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek. - Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied / de discipline. - Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Het panel constateert dat de opleiding sterk gericht is op de beroepspraktijk en beroepsvaardigheden. Dat blijkt onder andere uit de beroepstaken en producten waarmee de opleiding werkt. Elke beroepstaak bestaat uit meerdere onderwijseenheden die toenemen in complexiteit en binnen elke onderwijseenheid staan één of meerdere samenhangende beroepsproducten centraal. Voorbeelden van beroepsproducten zijn: een bedrijfsprocesmodel van een handelsonderneming en het analyseren van een jaarrekening (van de beroepstaak Controle); de administratie van een eenmanszaak, een geautomatiseerde administratie, managementinformatie en de beslissingscalculaties in verband met de uitbreiding van een productieproces (van de beroepstaak Administratieve dienstverlening); een aangifte inkomstenbelasting of een aangifte omzetbelasting (van de beroepstaak Fiscaliteit); een analyse van de bedrijfsomgeving (conjunctuurgevoeligheid, landenanalyse, valutarisico) of een hypotheekadvies (van de beroepstaak Advisering). De praktijk wordt verder geïntegreerd in het onderwijs door specifieke materialen (jaarverslagen, controlehandboeken, fiscale handboeken), op de praktijk gebaseerde casussen, software die in de praktijk gebruikt wordt zoals Exact Globe (een administratief pakket) en CaseWare (een rapportgenerator), opdrachten zoals de managementletter die studenten in het vierde jaar schrijven op basis van een bedrijfsbezoek en gastcolleges in onder andere Praktijkcolleges door vertegenwoordigers van Accountancykantoren. De praktijkgerichtheid komt ook naar voren tijdens de stage (voltijd), het werkplekleren (duaal), de praktijkervaring (deeltijd) en de afstudeeropdracht (zie facet 2.7). Het panel vindt de kenniscomponent ook praktijkgericht. Het heeft de verplichte en aanbevolen literatuur doorgenomen en vindt die van voldoende niveau. Uit de beschrijvingen van de onderwijseenheden blijkt dat er ook een paar recente artikelen opgenomen zijn in het curriculum. Bijvoorbeeld in Bedrijf en omgeving en Praktijkcolleges). De literatuurlijst van de landelijke OverAll Toets wordt jaarlijks geactualiseerd door het AC-scholenoverleg. Engelse literatuur is beperkt tot costaccounting. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du) 19/61

De opleiding onderhoudt frequent contact met het beroepenveld om op de hoogte te blijven van actuele ontwikkelingen. Dit doet zij onder andere via de OBC en contacten met stagebedrijven. Daarnaast blijft de opleiding op de hoogte van actuele ontwikkelingen door landelijke werkgroepen van het AC-scholenoverleg en landelijke redactiecommissies voor de landelijke examens. Docenten volgen cursussen waaronder de permanente educatie voor docenten met een AA- en/of RA-titel. Afstemming met het beroepenveld heeft onder meer geleid tot meer aandacht voor communicatieve vaardigheden (geïntegreerd in de beroepstaak Advisering), Engels en een zwaarder accent op boekhouden (in de beroepstaak Administratieve dienstverlening). Meer aandacht voor taal vindt het panel erg belangrijk, omdat studenten, alumni en werkveld aangaven dat schrijfvaardigheid (bijvoorbeeld een brief) en Engelse taalvaardigheid de zwakke punten van de huidige studenten zijn. Dat bleek ook uit het werkveldonderzoek van 2006. Het lezen van een Engelstalige jaarrekening is aan het programma toegevoegd (minor Financial accounting theory) en de opleiding overweegt het invoeren van een Engelse week : in de laatste lesweek van elke periode wordt er extra aandacht besteed aan Engelstalige vaktermen behorende bij de inhoud van de betreffende onderwijseenheid. Het panel vindt het goed dat de opleiding dit soort zaken oppakt. Engels is immers van groeiend belang, ook voor accountants in het MKB. De zogenoemde beroepstaakteams (zie ook facet 3.1) hebben de taak het programma van de beroepstaak adequaat en actueel af te stemmen op ontwikkelingen in het werkveld. Docenten vertelden het panel dat zij nauwelijks om actuele ontwikkelingen heen kunnen, omdat zij veel met duale studenten werken en zelf veelal nog in de beroepspraktijk actief zijn. Dat de opleiding actuele ontwikkelingen bijhoudt en integreert in het onderwijs blijkt ook uit de jaarlijkse aanpassing van literatuur met betrekking tot de wet- en regelgeving op het gebied van onder andere fiscaliteit, verslaggeving en controle. Ten slotte stelt de onderwijseenheid Praktijkcolleges via gastcolleges actuele ontwikkelingen aan de orde, zoals BOX, code Tabaksblad, WA, XBRL, maatschappelijk verantwoord ondernemen, ethiek en fraude. Studenten vinden dit een sterk onderdeel van de studie. De onderwerpen risico-analyse en bedrijfsopvolging zijn in het onderwijs ingebed toen bleek dat daar te weinig aandacht voor was. Het panel concludeert uit digitale onderwijsevaluaties dat studenten de onderwijseenheden actueel vinden. Het vindt het goed dat het instituut druk bezig is om een lector (in samenwerking met een accountancykantoor) voor dit vakgebied aan te trekken. Die kan een belangrijke rol spelen bij het integreren van actuele (internationale) ontwikkelingen in het onderwijs (zoals de IFRSs). Het panel is tevreden over het feit dat de opleiding het belang van de ontwikkelingen in het beroep in relatie tot ICT onderkent (notitie ICT in de opleiding Accountancy) zoals ontwikkelingen met betrekking tot XBRL en Caseware. Van studenten mag er nog meer aandacht voor ICT in het onderwijs komen. De profilering richting het MKB - naast het faciliteren van doorstroom naar AA en RA - blijkt onder andere uit de keuze voor bepaalde opdrachten (bijvoorbeeld het maken en presenteren van een managementletter voor een MKB-onderneming), meer aandacht voor bepaalde vakinhoud dan elders (bijvoorbeeld belastingrecht, externe verslaggeving) en de keuze voor casuïstiek. Het panel constateert dat de opleiding hier heldere keuzes maakt en de profilering steeds duidelijker wordt. Alumni herkennen het nog niet maar huidige studenten steeds meer. 20/61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du)

De duale variant kent dezelfde curriculumopzet als de voltijdvariant. Wel is de inhoud van de onderwijseenheden afgestemd op het gegeven dat studenten in de duale varianten drie dagen per week werken op een accountantskantoor. Dit betekent dat de nadruk meer op de theoretische componenten van de beroepsproducten ligt, terwijl de praktische toepassing in belangrijke mate op het werk dient plaats te vinden. In duale trajecten neemt het werkplekleren een centrale plaats in. Het programma is primair gericht op een student met het startniveau mbo administratief. De studenten zijn werkzaam op een kantoor met een Wta-vergunning. De sturing op het buitenschoolse leren is geborgd door het begeleiden van het persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) van de student, de gelijkwaardige eisen die aan alle studenten in alle trajecten aan de toetsing worden gesteld. De deeltijdvariant kent hetzelfde curriculum als de voltijdvariant. Daarnaast werkt de deeltijdvariant veel met praktijkgerichte casuïstiek. Deeltijdstudenten hebben in het algemeen een voor de opleiding relevante baan, op basis waarvan ze vrijstelling voor de stage kunnen krijgen. Het panel vindt het bijzonder dat de opleiding erin slaagt alle drie de doelgroepen tegemoet te komen met een passend traject binnen het hoofdcurriculum. De studenten bleken tijdens de gesprekken bijzonder tevreden. Dat beeld wordt bevestigd door evaluatiegegevens (uitgesplitst naar voltijd, deeltijd en duaal) over de beroepsgerichtheid van de opleiding, de helderheid en relevantie van de beroepstaken en de actualiteit. Facet 2.2 Relatie doelstellingen en inhoud programma Goed Criteria: - Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties, qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. - De eindkwalificaties van de doelstellingen zijn adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma. - De inhoud van het programma biedt studenten de mogelijkheden om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Het panel ziet in de matrix in Opzet van het curriculum hoe de 32 competenties zich verhouden tot de vier beroepstaken Controle, Advisering, Administratieve dienstverlening en Fiscaliteit. Sommige competenties komen in meerdere beroepstaken aan bod, anderen in één. Vijf competenties komen naar voren in de lijn van het persoonlijk ontwikkelingsplan waaronder het ontwikkelen van eigen professionaliteit en uitstippelen van de eigen loopbaan. Het document beschrijft vervolgens per beroepstaak de leerdoelen (beroepsproducten, benodigde competenties, subtaken, OAT-leerdoelen). NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du) 21/61

De inhoud van het programma biedt studenten de mogelijkheid de eindkwalificaties te bereiken: - De propedeuse is gemeenschappelijk met FEM-studenten (eerste semester) en Economics-studenten (tweede semester). Het eerste semester is gepositioneerd binnen de beroepstaak Advisering: studenten maken een adviesrapport en leren basis economie en management. In het tweede semester staan de beroepstaken Administratieve dienstverlening, Fiscaliteit en Advisering centraal. Onderwijseenheden zijn onder andere Financieel management MKB, Administratieve dienstverlening en Bedrijfsomgeving en beroep. In dat laatste onderdeel vindt voor de voltijdstudenten een gedegen oriëntatie op opleiding en beroep plaats. In het tweede semester worden alle domeincompetenties op niveau 1 afgedekt. - In tweede jaar ligt het accent op de beroepstaken Administratieve dienstverlening en Fiscaliteit met onderwijseenheden zoals Administratie handelsonderneming, Operational control & financiering, Accountancy en fiscaliteit, Verslaggeving en jaarrekening en een managementgame Voor het uitoefenen van deze beroepstaken wordt de omgeving van het midden- en kleinbedrijf gesimuleerd. - In het derde jaar staat de meer complexe beroepstaak Controle centraal. Onderwijseenheden zijn onder andere Externe verslaggeving, Inleiding accountantscontrole, Administratieve organisatie en Controleproces doorlopen. De omgeving waarin de student zich beweegt wordt complexer: simulaties maken plaats voor de echte praktijk in de stage, en de praktijksituaties op school worden uitgebreid met een casus in controleplichtige (grotere) ondernemingen. - Het vierde jaar staat in het teken van voorbereiding op de landelijke OverAll Toets, verdieping door minoren (bijvoorbeeld Financial accounting theorie en Engels of Administratie, advisering en sociale zekerheid) en de afstudeeropdracht. De afstudeeropdracht behelst in principe altijd een advies. De student wordt opgeleid tot startbekwaam beroepsbeoefenaar in een traject, waarin zelfstandigheid van handelen en complexiteit van context en taken steeds toenemen. Uit de HBO-monitor 2005 blijkt dat 94% van de studenten Accountancy tevreden is over de opbouw van het studieprogramma. Uit het studenttevredenheidsonderzoek 2006 blijkt dat het niveau van de opleiding voldoet aan de verwachtingen van de studenten, zowel deeltijd-, duaal- als voltijdstudenten antwoorden positief. Het panel heeft expliciet gekeken waar de opleiding aandacht besteedt aan beroepsethiek. Het zit niet in de programma s als aparte onderwijseenheid maar wordt geïntegreerd aangeboden door de jaren heen; onder andere in het integriteitspel van KPMG dat studenten doen (in de introductie van het tweede jaar) en de onderwijseenheden Managementletter en Advisering bedrijfsopvolging (BF). De opleiding geeft aan dat het formuleren van kwaliteitseisen voor de beroepsproducten een aandachtspunt is. Het panel constateert dat de opleiding hierin al een slag heeft gemaakt door de beschrijvingen van de onderwijseenheden. 22/61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du)

Facet 2.3 Samenhang in opleidingsprogramma Goed Criterium: - Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend opleidingsprogramma. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De propedeuse is van generiek naar specifiek opgebouwd: het eerste semester is FEMbreed en het tweede semester domeinbreed ingericht. De hoofdfase is volledig opleidingsspecifiek. Wel worden er in de eerste helft van het tweede jaar nog enkele onderwijseenheden gezamenlijk met andere opleidingen in het domein gevolgd (Administratie handelsonderneming, Management game en Operational control met de opleiding Bedrijfseconomie en Inleiding belastingheffing ondernemingen met de opleiding Fiscale Economie). De deeltijdopleiding en duale opleiding hebben geen gemeenschappelijke propedeuse. Het propedeuseprogramma voor de deeltijd- en duaalstudent is wel afgeleid van het voltijdprogramma. De voor de hoofdfase noodzakelijke inhoud van de voltijdpropedeuse komt terug in het deeltijd- en duale programma. De vier beroepstaken vormen de leerlijnen van het programma. De beroepstaken zijn zo veel mogelijk onafhankelijk van elkaar gepositioneerd. De controle op de samenhang van de beroepstaak ligt bij de beroepstaakteams (zie facet 3.1) en van het gehele programma bij de curriculumcommissie. Studenten waarmee het panel sprak geven aan dat zij de samenhang goed zien. Bij een aantal onderwijseenheden vallen de puzzelstukjes op hun plaats zoals bij de stage en de OAT. Dat beeld wordt bevestigd door evaluatiegegevens (o.a. studenttevredenheidsonderzoek, HBO-monitor en digitale onderwijsevaluaties). De deeltijdstudenten, duale studenten en de voltijdstudenten vinden de opleiding een samenhangend geheel van studieonderdelen, waarderen de samenhang binnen de onderwijseenheden van de hoofdfase en tussen de verschillende onderdelen binnen de onderwijseenheden van de propedeuse. Uit het alumnionderzoek blijkt dat ook afgestudeerden tevreden zijn over de inhoudelijke samenhang binnen de opleiding. De opleiding zelf geeft aan dat de samenhang op onderdelen te verbeteren is, met name de afbakening van onderwerpen binnen de beroepstaken. Zo wil de opleiding het onderdeel Verslaggeving, dat een rol speelt binnen twee beroepstaken Administratieve dienstverlening en Controle, beter afbakenen binnen de beroepstaken. Ook wil de opleiding de opbouw van soft skills binnen de beroepstaak Advisering gaan verbeteren. De samenhang binnen de onderwijseenheden is gedefinieerd door de beroepsproducten. Ze vormen binnen de onderwijseenheden de leidraad voor de samenstellende delen en borgen daarmee de inhoudelijke samenhang binnen de onderwijseenheden. De controle ligt bij de beroepstaakteams en de eigenaren van de onderwijseenheden. Elke onderwijseenheid van de hoofdfase heeft een onderwijseenheidbeschrijving. Deze beschrijvingen hebben een eenduidige en concrete opzet en zijn uniform voor het gehele instituut. In deze beschrijving staat onder andere vermeld bij welke beroepstaak de onderwijseenheid hoort en welke competenties aan bod komen in de betreffende onderwijseenheid. Hiermee wil de opleiding onder andere de structuur en de samenhang van het programma duidelijk communiceren naar de studenten. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du) 23/61

Om studenten nog beter te informeren geeft de curriculumvoorzitter elk semester een inleiding over de samenhang. Facet 2.4 Studielast Goed Criterium: - Het programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Elk studiejaar is verdeeld in twee semesters, met daarin twee periodes van negen weken. In de voltijdvariant worden de onderwijseenheden zoveel mogelijk in één periode afgesloten. Voor de deeltijdopleiding en de duale opleiding zijn alle studieonderdelen gespreid over twee periodes. De voltijdopleiding vraagt een volledige werkweek van de student. Voor de deeltijdopleiding is dit 420 studiebelastinguren per semester. De duale variant heeft een studiebelasting van maximaal 20 uur schoolse studielast per week, en daarnaast drie dagen werk. Voor deeltijdstudenten vinden de lessen plaats op dinsdagavond, donderdagavond en zaterdagochtend. Op deze manier kunnen studenten die geen studiefaciliteiten van hun werkgever ontvangen de colleges van de opleiding volgen. Voor duale studenten vinden de lessen plaats op donderdag en vrijdag. Het programma is zodanig opgebouwd dat studenten ieder semester kunnen overstappen van voltijd naar duaal en andersom. Om studievertraging te voorkomen worden toetsen minstens twee maal per jaar aangeboden. Ook worden alle onderwijseenheden tweemaal per jaar aangeboden. Het studiebegeleidingsysteem is erop gericht de studievoortgang te bevorderen en te bewaken (zie facet 4.2). In het programma zijn enkele studiedrempels gebouwd. Studenten die aan het eind van het eerste studiejaar 37,5 EC of minder hebben behaald krijgen een Negatief Bindend Studieadvies. Deze studenten mogen de opleiding niet voortzetten. In 2005-2006 waren dat er drie. Tevens dienen studenten bepaalde modulen met een positief resultaat te hebben behaald alvorens zij stage in het derde jaar mogen lopen (waaronder Administratie Handelsonderneming, Verslaggeving en jaarrekening en Inleiding belastingrecht ondernemer. De stagenormen staan duidelijk in de studiegids beschreven. De student moet bij aanvang van het vierde jaar minstens 90 EC van de hoofdfase hebben behaald om acquisitie te plegen voor het afstuderen. Uit evaluaties concludeert het panel dat alumni zeer tevreden zijn over de studeerbaarheid. Datzelfde beeld komt naar voren uit de Keuzegids. Deeltijdstudenten vinden zoals te verwachten het combineren van studie, werk en privé lastig. Duale studenten gaven aan dat de opleiding en werkgever echt rekening met elkaar houden, dat er goed contact tussen beide is en dat de opleiding goed in de gaten houdt of het werkplekleren synchroon loopt met de opleiding. Studenten zijn nog niet helemaal tevreden over de mogelijkheid om het eigen studietempo te realiseren. Het panel verwacht dat de verdere implementatie van het studieloopbaanbeleid in het derde en 24/61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du)

vierde studiejaar hier verbetering in zal brengen, evenals de mogelijkheid voor studenten om, in overleg met de studieloopbaanbegeleider, versneld de studie te doorlopen. De studenten noemden niet echt struikelblokken maar wel een aantal moeilijke vakken en een piekmoment tijdens de OAT. Het struikelblok voor de meeste AC-opleidingen is de OAT. Dat blijkt niet te gelden voor de HAN (zie facet 6.2). Dat de verdeling van de studielast niet helemaal naar wens is, blijkt ook uit de evaluatiegegevens. De uitslagen zijn wel boven de kritische norm van 2,5. Het panel concludeert naar aanleiding van het materiaal, evaluatiegegevens en gesprekken met de studenten dat de studie niet te zwaar is, maar een iets betere verdeling over de jaren is wenslijk. De opleiding heeft onlangs besloten het tweede jaar van de voltijdopleiding iets te verzwaren, waartegenover het derde jaar iets wordt verlicht. Voor de goede student biedt de opleiding extra uitdaging via maatwerk, bijvoorbeeld via het Centrum voor Ondernemerschap. Facet 2.5 Instroom Goed Criterium: - Het programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: vwo, havo, middenkaderopleiding of specialistenopleiding (WEB) of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit toelatingsonderzoek. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Zoals beschreven in facet 2.1 is er naast de vierjarige reguliere voltijdopleiding ook een duaal- en deeltijdprogramma. Voor de duale opleiding moet de werkplek geschikt zijn voor duaal leren. De student dient in zijn duale traject twee dagen per week (donderdag en vrijdag) onderwijs op school te volgen. Studenten die bij aanvang van de opleiding reeds in het duale traject beginnen, hebben veelal een vooropleiding mbo-administratief. Het panel vernam uit gesprekken met de duale studenten en van hun werkgevers dat de opleiding zeer goed communiceert wat er van de werkgever verwacht wordt en dat er internsief contact is over de voortgang van deze studenten. Het deeltijdprogramma is gebaseerd op studenten die werkzaam zijn in een administratieve of financieeleconomische functie. Naast deze bekostigde trajecten zijn er specifieke, niet-bekostigde trajecten voor mensen met een hbo- of universitair diploma. Deze worden aangeboden in samenwerking met Nyenrode. Er zijn ook trajecten voor NOvAA en NIVRA. Daarnaast is er een bekostigde Associate Degree, die met name gericht is op studenten met een mbo-vooropleiding. Er zijn ook verkorte leerroutes mogelijk: als een student in het bezit is van een mbodiploma Administrateur of Handel met doorstroomdeelkwalificatie krijgt hij vrijstelling van het tweede semester, als een student in het bezit is van een vwo-diploma met het profiel Economie & Maatschappij of een ander profiel, aangevuld met economie 1 dan krijgt hij vrijstelling voor het eerste semester. Studenten met een vwo-diploma kunnen (vanaf september 2007) een half jaar van de hoofdfase besparen door de minor naast de reguliere onderwijseenheden te volgen. NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du) 25/61

Deeltijdstudenten kunnen op grond van relevante opleiding en werkervaring vrijstelling aanvragen voor de praktijkonderdelen (maar niet de afstudeeropdracht). In de OER is opgenomen met welke diploma s en profielen studenten toegang hebben tot de opleiding. Deze toelatingseisen staan per vooropleiding en per profiel uitgebreid omschreven op internet. Studenten kunnen zowel in september als in februari instromen. Voor niet-reguliere instromers zijn er duidelijke regels vastgesteld met betrekking tot bijvoorbeeld het toelatingsonderzoek voor studenten van 21 jaar of ouder, diplomawaardering voor een buitenlands diploma en een deficiëntieprogramma in de vorm van een instaptoets. Voor instroom in het deeltijdprogramma zijn ook duidelijke regels met betrekking tot werkervaring. Alle deeltijders krijgen een intakegesprek waarin de opleiding de motivatie toetst, een inschatting van het profiel maakt en mogelijke vrijstellingen of juist deficiënties onderzoekt. De deeltijdopleiding biedt deficiëntieprogramma s aan voor onder andere wiskunde, informatiekunde en algemene economie. Studenten die moeite hebben met het schrijven van goede teksten kunnen de HAN-module Schrijfvaardigheden volgen op advies van de studieloopbaanbegeleider. Het panel concludeert dat de opleiding verschillende trajecten aanbiedt om te voorzien in de behoefte van diverse groepen studenten en waar mogelijk probeert maatwerk te leveren. De opleiding ziet zelf nog mogelijkheden om te verbeteren: een driejarig traject voor vwo-ers en het preciseren van de EVC-procedure. Dat vindt het panel goede ontwikkelingen en ziet dat er op dit punt op facultair en op HAN-niveau al stappen ondernomen worden. De propedeuse heeft een oriënterende, selecterende en verwijzende functie. In het Opleidingsstatuut propedeuse leest het panel dat alle studieonderdelen van de propedeuse met voldoende resultaat moeten worden afgerond. De verwijzende en oriënterende functie wordt gerealiseerd door de studieloopbaanbegeleiding en door het gemeenschappelijke programma waarin de studenten met alle economische domeinen en de beroepen in aanraking komen. Het panel begreep dat de propedeuse inderdaad goed selecteert en verwijst; eenderde haakt af of kiest een andere opleiding. Na de propedeuse wisselen er maar weinig van studie. Studenten gaven aan dat de oriëntatie op het beroep inderdaad in de propedeuse plaatsvindt, maar dat een preciezer beeld van het beroep vooral in het derde jaar ontstaat (stage, Inleiding accountantscontrole en gastcolleges). Deeltijders en duale studenten hebben die oriëntatie niet of nauwelijks nodig. Studenten antwoorden onverminderd positief op de vraag: Wat ik dit jaar leer sluit aan bij mijn kennis en ervaring uit het Studenttevredenheidsonderzoek 2006. Ook instroomonderzoek van de HAN geeft aan dat aansluiting van de gemeenschappelijke propedeuse op de vooropleiding voldoende is. De gemeenschappelijke propedeuse heeft zoals eerder geconstateerd een selecterende en oriënterende functie. Dat gebeurt door middel van voorlichting, studieloopbaanbegeleiding en aandacht voor studiehouding (via een vorm van peer-assessment). Voor aankomende studenten die geïnteresseerd zijn in de opleiding, wordt het zogenaamde proefstuderen georganiseerd. De aankomende student kan een dag lessen volgen en enkele opdrachten uitvoeren. Daarnaast organiseert de opleiding elk jaar vijf open dagen, zowel op locatie Nijmegen als locatie Arnhem. Tijdens een voorlichtingsdag krijgt de aankomende student algemene informatie, informatie over de propedeuse en 26/61 NQA - visitatie Hogeschool van Arnhem Nijmegen - hbo-bacheloropleiding Accountancy (vt/dt/du)