Grammatica - zinsontleding herhaling vmbo-kgt34

Vergelijkbare documenten
Grammatica - Zinsontleding herhaling vmbo-kgt34

Grammatica - Bijwoordelijke bepaling vmbo-kg12

Grammatica - bepalingen v3

Bijwoordelijke bepaling HV 2. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Bijwoordelijke bepaling hv12

Grammatica - Tijden h3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Zinsontleden h3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Schrijven - Activerende tekst vmbo-kgt34

Schrijven - Controleren en verbeteren vmbo-kgt34

Dagtoerisme vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Spelling - Als-dan en zij-hun vmbo-b34

Grammatica - Bijwoord vmbo-kg12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Telwoorden vmbo-kgt34

Schrijven - formulier invullen vmbo-b34

Grammatica - Woordsoorten herhaling vmbo-kgt34

Olympisch stadion vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Spreken - Probleem oplossen vmbo-kgt34

Fictie - Strips vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Olympisch stadion vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Schrijven - Deelonderwerpen vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grafieken aflezen. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Spelling - getallen v3

Grammatica - Werkwoordelijk gezegde HV12

Een logo voor de OS vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Beknopte bijzin h3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Ontkenning niet of geen

Een logo voor de OS vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Woordsoorten herhaling vmbo-kgt34

Grammatica - Telwoorden vmbo-b34

Spelling - hoofdletters en leestekens vmbo-kgt34

Lezen - Deelonderwerpen vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Rebus maken. Marjolijn Feddema. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Meewerkend voorwerp hv12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Stijl h3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Lezen - Moeilijke woorden in de krant vmbo-kgt34

Grammatica - Scheidbare werkwoorden HV12

Budgetteren vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

Grammatica - Bijwoord HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Luisteren en kijken - Lichaamstaal vmbo-kgt34

Spelling - Leestekens HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - stijl v3

Ontkenning niet of geen

Vaardigheden - Vergaderen vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Levensfasen vmbo-b34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Meewerkend voorwerp HV12

Geld en economie vmbo-b34

Grammatica - Scheidbare werkwoorden vmbo-kg12

Romeinen wonen hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Normen en waarden vmbo12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Zinsontleden v3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Trade not aid hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Spreken - Informatie opvragen KGT 3 4. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Reis door Europa vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Voetafdruk vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Literatuur - Boekverslag2 vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Spreken op Niveau. Bas Lanters ; rob sanders. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Cirkel vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - woordsoorten v3

Vaardigheden - Interview vmbo-kg12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Schrijven - Controleren en verbeteren vmbo-b34

Budgetteren vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Door de eeuwen heen vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Spelling - Hoofdletters vmbo-kg12

Werkwoordelijk gezegde - B 1

Ruimte voor de rivier vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Olympische sporter vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Som- en verschilgrafiek

Grammatica - zinsdelen v3

Europese Unie vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - verwijswoorden vmbo-b34

Fictie - Songteksten vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Spelling - Hoofdletters en leestekens vmbo-b34

Grammatica - Werkwoordelijk gezegde vmbo-kg12

Exponentieel verband vmbo-kgt34

Grammatica - Zinsontleding1 vmbo-b34

Koopkracht en inflatie vmbo12

Jongetje of meisje? vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Werkwoorden oefenen S13

Europa - Europese Unie. VO-content StudioVO. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Zelfstandig naamwoord vmbo-kg12

Spreken - Presenteren vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Woordenschat - Ironie KGT 3 4. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

De klassieke OS hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Kwadratisch verband vmbo-kgt34

Olympische Spelen - Olympische sporter

Lezen - Stijlfiguren1 vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Fictie - Haiku's en elfjes vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Literatuur - Boekverslag 1 vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Samengestelde zinnen vmbo-b34

Hindoeïsme: kastenstelsel vmbo12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Extra: Brandwonden hv12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Zelfstandig naamwoord HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Zinsontleding vmbo-kgt34

Bevruchting bij mensen vmbo-b34

Samenwerking hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Thema: Vakantie vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Centrummaten en klassen vmbo-kgt34

Leerlijn Spreken h3. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Microscoop vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Gouden eeuw hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Transcriptie:

Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 08 september 2017 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie https://maken.wikiwijs.nl/74611 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

Inhoudsopgave Grammatica - Zinsontleding herhaling Vooraf Stap 1 Stap 2 Stap 3 Stap 4 Stap 5 Antwoorden Over dit lesmateriaal Pagina 1

Grammatica - Zinsontleding herhaling Vooraf Leerdoel Je kent de regels van zinsontleding. Je kunt de regels van zinsontleding toepassen in losse zinnen. Eindproduct Je gaat een toets maken over zinsontleding. Als je 80% van de vragen goed hebt beantwoord, heb je de toets gehaald. Alleen of samen? Deze opdracht doe je alleen. Het is belangrijk dat je de stof goed onder de knie krijgt, want tijdens de toets moet je het ook alleen doen. Tijd Je kunt twee lesuren aan deze opdracht besteden. Stap 1 Zinnen ontleden In deze opdracht ga je oefenen met zinsontleding. Je hebt alle stof al een keer gehad, dus je leert in principe niets nieuws. Maar vergis je niet! Waarschijnlijk zijn er onderdelen die iets dieper zijn weggezakt. Het is belangrijk dat je in deze opdracht je eigen tempo bepaalt. Vind je een opdracht eenvoudig, ga dan snel door naar de volgende. Vind je een opdracht lastig, neem er dan meer tijd voor. KB: persoonsvorm KB: onderwerp KB: bijstelling KB: meewerkend voorwerp KB: werkw.lijk gezegde KB: bijwoordelijke bepaling KB: naamw.lijk gezegde KB: bijvoeglijke bepaling KB: lijdend voorwerp Bestudeer de Kennisbanken die jij lastig vindt. Mocht je verderop in deze opdracht tot de ontdekking komen, ddat je nog meer Kennisbanken moet bestuderen, dan kun je altijd even teruggaan naar deze stap. Pagina 2

Doe nu de sleepoefening. Zinnen ontleden maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852263 1 Zinnen ontleden De kun je vinden door de zin vragend te maken. Het werkwoord dat aan het begin van Het bestaat uit alle werkwoorden die in de zin staan. Het onderwerp kun je vinden door te vragen. In een staat altijd een koppelwerkwoord. Koppelwerkwoorden zijn: zijn, worden, heten, Het is het antwoord op de vraag wie of wat + gezegde + onderwerp? Het is het antwoord op de vraag aan wie/voor wie + gezegde + onderwerp + lijdend vo Een staat altijd achter het kernwoord. Een staat altijd tussen komma s. De is het antwoord op vragen als: waar, wanneer, waarom, waardoor, waarmee, waaru De is een onderdeel van een zinsdeel en zegt iets over het kernwoord in een zinsdeel Beschikbare keuzes: lijdend voorwerp, wie of wat + gezegde, bijw.lijke bepaling, persoonsvorm (1), meewerkend voorw., werkw.lijk gezegde, persoonsvorm (2), voorzetsel, naamw.lijk gezegde, bijstelling (1), bijvoeglijke bepaling, bijstelling (2) Stap 2 Oefenen Begin met de oefening over het werkwoordelijk gezegde. Doe nu de oefening over het naamwoordelijke en werkwoordelijk gezegde. Vind je het naamwoordelijk gezegde lastig? Bekijk dan het volgende filmpje. Pagina 3

werkwoordelijk gezegde maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852266 8 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Ik ben gisteren gaan fietsen. persoonsvorm = werkwoordelijk 6 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Ik fiets elke dag naar school. persoonsvorm = werkwoordelijk 1 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Komt je zus ook vanavond? persoonsvorm = werkwoordelijk 10 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Pagina 4

Ik liep gisteren naar school. persoonsvorm = werkwoordelijk 3 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Ga je ook naar Leontine? persoonsvorm = werkwoordelijk 7 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Ik ben vandaag naar Amsterdam gereden. persoonsvorm = werkwoordelijk 9 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Hij wilde vorige week komen logeren. persoonsvorm = werkwoordelijk 5 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Hij wil graag een dagje naar Groningen gaan. persoonsvorm = werkwoordelijk 4 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Thomas loopt. persoonsvorm = werkwoordelijk 2 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Wil jij ook graag komen? persoonsvorm = werkwoordelijk Pagina 5

naamwoordelijk en werkwoordelijk gezegde maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852267 1 Januari bracht dit jaar veel regen. 2 Het spatbord was snel gerepareerd. 3 Hoelang is hij al populair? 4 Uiteindelijk is ook hij volwassen geworden. 5 We hebben voor het reisje een jaar gespaard. 6 Pagina 6

De koploper leed een grote nederlaag. 7 Het las het verslag aan het begin van de vergadering voor. 8 Het bouwen van die brug was niet gemakkelijk. 9 Het blussen van de brand duurde uren. 10 Wanneer knap jij die fiets eens op. 11 Deze oplossing lijkt mij erg goed. 12 Pagina 7

Zij is vroeger een uitstekende schaatsster geweest. 13 Waarom hebben jullie hem dat niet verteld? 14 Volgens de minister blijft de hulp noodzakelijk. zinsontleding, oefening maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852268 1 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Ik geef een cadeau. ow = wwg = lv = 2 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Morgen ga ik naar de markt. ow = wwg = lv = Pagina 8

3 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Masja en Aline eten pindakaas. ow = wwg = lv = 4 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Alle leerlingen hebben een aantekeningenschrift. ow = wwg = lv = 5 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Wil jij mij even optillen? ow = wwg = lv = 6 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Zoek je jouw schoolspullen? ow = wwg = lv = 7 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Ik zie je volgende week. ow = wwg = Pagina 9

lv = 8 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Jelle gaat volgende week beginnen. ow = wwg = lv = 9 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Wil jij je klasgenoot even helpen? ow = wwg = lv = 10 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Aan mijn vriendin in Engeland stuur ik morgen een brief. ow = wwg = lv = Stap 3 Oefenen (2) In de onderstaande oefening ga je oefenen met de bijwoordelijke bepaling. Je werkt stap voor stap. Lees goed de inleidende tekst door. Oefening 1 - Bijwoordelijke bepaling Onderaan de internetpagina kan je doorklikken naar nog een oefenpagina. Je kan daar vijf zinnen op dezelfde manier oefenen. Wil je meer weten over de bijwoordelijke bepaling? Bekijk het volgende filmpje! Pagina 10

Met de volgende oefening ga je je bezighouden met de Bijstelling. Weet je het nog? Lees anders nog eens de theorie in de Kennisbank. Bijstelling maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852271 1 Wageningen, de stad waar de Duitsers capituleerden, is ook bekend door de Wageningen Universiteit. Bijstelling = Hoort bij 2 Sven, de slimste jongen van de klas, is ook heel goed in schaatsen. Bijstelling = Hoort bij 3 Deze Apple, de meest verkochte tablet, ga ik morgen bestellen. Bijstelling = Hoort bij 4 De Donau, de op één na langste rivier van Europa, mondt uit in de Zwarte Zee. Bijstelling = Hoort bij 5 David Pefko, de auteur van "Het voorseizoen", heeft de Inktaap 2013 gewonnen. Bijstelling = Hoort bij 6 Ik heb dat boek online bij Selexyz.nl, die handige webshop, gekocht. Bijstelling = Hoort bij 7 Pagina 11

Kees van Kooten, de schrijver van het boekenweekgeschenk van 2013, vindt dat Nederland een begeesterde politicus nodig heeft. Bijstelling = Hoort bij Doe de volgende oefening met een klasgenoot. Hieronder staat een vers van zeven zinnen. Geef van iedere zin aan wat de persoonsvorm, het gezegde en het onderwerp is. (1) Waarom kijk ik steeds naar Ankie van der Plas? (2) Ze zit pal voor mij in de klas. (3) Haar paardenstaart raakt soms mijn hand. (4) Dat voelt zij niet - (5) Mijn wangen staan in brand! (6) Ik ga dan altijd keihard werken. (7) Ze mag het immers echt niet merken! De antwoorden vind je onder het kopje 'Antwoorden'. Nu volgt nog een meerkeuze oefening waarbij je zinsdelen gaat benoemen. Zinsontleden 3 maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852273 1 Tijdens het toernooi zal de sponsor het eten betalen. 2 De docent gaf hem het proefwerk terug. 3 Pagina 12

Tijdens de uitwisseling in Denemarken heb ik mijn telefoon verloren. 4 Ze brachten hem direct naar het ziekenhuis. a. bijwooordelijke bepaling 5 Hij gaf het haar. 6 Dat meisje gaf de leraar een brutaal antwoord. 7 Zij is dol op haar hondje. 8 We zagen in de haven een prachtig zeiljacht. 9 Pagina 13

We gaan met de trein naar Amsterdam. 10 Bij deze verschrikkelijke hitte ga ik dat werk niet doen. a. lijdend voorwer[ 11 Op Terschelling stonden borden op het strand die waarschuwden voor een gevaarlijke stroming. 12 Ze hebben iedereen een drankje aangeboden. 13 De roofvogel kon de hagedis niet zien. 14 Ik kon niet lachen om die grappen. Pagina 14

15 Ik heb zin in een lekker ijsje. 16 Na het eindsignaal dansten de spelers van Italië over het veld. 17 Tijdens het toernooi zal de sponsor het eten betalen. 18 Je moet hem wel zijn boeken teruggeven. 19 Zij is dol op haar hondje. 20 Dat lijkt mij niet handig. Pagina 15

Stap 4 Test elkaar In deze opdracht ga je je voorbereiden op de toets. Dit doe je door elkaar te testen. 1. Verzin tien zinnen met het thema Vakantie. Zet onder iedere zin een vraag die te maken heeft met zinsontleding. Bijvoorbeeld: wat is het naamwoordelijk gezegde in deze zin. Stel vragen over alle zinsdelen die je moet kennen. Hier mag je ongeveer 10-15 minuten voor gebruiken. 2. Wissel van papier met een klasgenoot. Maak elkaars oefening. Hier mag je ongeveer tien minuten voor gebruiken. 3. Wissel weer van papier en kijk de oefening na. Verbeter de eventuele fouten en bespreek de oefening kort na. Hier mogen jullie tien minuten voor gebruiken. Als je veel fouten hebt gemaakt, is het verstandig om nog wat meer tijd te besteden aan de vorige stappen. Daarnaast is het slim om de Kennisbanken die je lastig vindt nog een keer te bestuderen. De volgende stap is de toets. Stap 5 Toets zinsontleding De toets bestaat uit tien zinnen. Onder iedere zin staat een vraag die jij moet beantwoorden. Veel succes! Als je 80% van de vragen goed hebt beantwoord, heb je de toets voldoende gemaakt. Zinsontleding maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852278 1 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Pagina 16

Morgen gaan wij al op vakantie. Wat is de persoonsvorm? 2 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Vakantie blijft voor mij na al die jaren iets heel speciaals. Wat is het naamwoordelijk gezegde? 3 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. In Spanje gaan we altijd op bezoek bij mevrouw Jansen, een oude mevrouw, omdat ze van die 4 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. In de kerstvakantie wil ik naar de Efteling gaan. Wat is het werkwoordelijk gezegde? 5 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Hij heeft aan Sanne voor de vakantie een boek gegeven. Wat is de bijwoordelijke bepaling? 6 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Wij willen aan mijn moeder mooie bloemen geven, omdat ze ons zo verwent in de vakantie. Wa 7 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Hij heeft een voetbal gevonden in de sloot naast de camping. Wat is het lijdend voorwerp? 8 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Vorige week hebben Jan, Joachim en Sanne een vakantie geboekt naar de zon. Wat is het ond 9 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Vorige week wilden Bart, Kees en Ben een skateboard gaan kopen bij de skateshop voor de va 10 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Mijn vader is al een hele tijd op zakenreis. Wat is het naamwoordelijk gezegde? Pagina 17

Antwoorden Antwoorden Stap 3 Regel 1: Persoonsvorm = kijk; gezegde = kijk; onderwerp = ik. Regel 2: Persoonsvorm = zit; gezegde = zit; onderwerp = ze. Regel 3: Persoonsvorm = raakt; gezegde = raakt; onderwerp = haar paardenstaart. Regel 4: Persoonsvorm = voelt; gezegde = voelt; onderwerp = zij. Regel 5: Persoonsvorm = staan; gezegde = staan in brand; onderwerp = Mijn wangen. Regel 6: Persoonsvorm = ga; gezegde = ga werken; onderwerp = Ik. Regel 7: Persoonsvorm = mag; gezegde = mag merken; onderwerp = Ze. Pagina 18

Over dit lesmateriaal Colofon Auteur VO-content Laatst gewijzigd 08 september 2017 om 15:15 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; Leerinhoud en ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; doelen Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Studiebelasting 2 uur en 0 minuten Trefwoorden arrangeerbaar, leerlijn, rearrangeerbare Pagina 19