TEST. test. module 1 tot en met module 3. woordenschat. naam cursist ... naam docent ... datum ... je kan me wat nt2taalmenu.



Vergelijkbare documenten
TEST. test. les 4 tot en met les 6. woordenschat. naam cursist ... naam docent ... datum ... je kan me wat nt2taalmenu.nl test 4-6

TEST. test. module7 tot en met module 9. woordenschat. naam cursist ... naam docent ... datum ... je kan me wat nt2taalmenu.

TEST. test. module10 tot en met module 12. woordenschat. naam cursist ... naam docent ... datum ... je kan me wat nt2taalmenu.

Lekker puzzelen en lekker met taal bezig zijn. Puzzel mee! Ria van Adrichem Leonie van de Wetering. jaargang /2007. serie 7

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere

- je kan me wat - module 3. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 3. tekeningen -

les 1 1 Hoeveel kost de vakantie? 2 Hoe rekenen de kinderen? 3 Reken uit 4 Van verhaal naar rekentaal Hoe reken je? Ntumba cijferen Marit kolomsgewijs

De supermarkt. a Welk karretje heeft de duurste boodschappen? Leg uit waarom je dat denkt. b Hoeveel klanten nog tot de 1000ste klant? Reken uit.

Ajodakt. Rekenen. Verhaaltjessommen. Verhaaltjessommen groep 8. Colofon. Zelfstandig werken. Antwoorden. Rekenen. Groep 8

Ajodakt. Rekenen. Breuken. Breuken groep 8. Colofon. Zelfstandig werken. Antwoorden. Rekenen. Groep 8

De oppervlakte van de rechthoek uit de vorige opgave hangt van dezelfde variabelen af.

3 Vul in Kijk goed op welke plaats het cijfer staat. aantal stroken van Hoeveel euro s? Vier briefjes van 100 is 400 euro. 50 euro.

Ajodakt. Rekenen. Cijferen. Cijferen groep 6. Colofon. Optellen, a rekken en vermenigvuldigen. Zelfstandig werken. Antwoorden. Rekenen.

Inhoudsmaten. Verkennen. Uitleg. Opgave 1. Dit is een kubus met ribben van 1 m lengte. Hoeveel bedraagt de inhoud ervan?

Algemene voorwaarden bij een accreditatieaanvraag van bij- of nascholing (januari 2013)

Ajodakt. Rekenen. Grote getallen. Hoofdrekenen. Hoofdrekenen groep 8 Optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Colofon. Zelfstandig werken

WOONHUISWAARDEMETER. Toelichting. 1 Algemeen

Formulier Voor het regelen van een definitief energielabel van uw woning

- je kan me wat - module 2. docere delectare movere. tekeningen -

Bijlage 1: Privacyverklaring B/mak Bedrijfsmakelaars BV

C 2. blok 1. Reken snel en goed. M remediëring bij toetsopgave 1. naam... Reken uit het hoofd. d 18 : 6 = = x 7 = 14.

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere

436 = _ _ 33 = 2_ 12 = _ 1 19 = 1 19 = _ 19 _ 10 _ 11 _ 2 4 = _ 1. Reken uit. Reken uit.

De standaard oppervlaktemaat is de vierkante meter. Die is afgeleid van de standaard lengtemaat, de meter.

Wat kun je met prestatieindicatoren?

Lucht in je longen. Streep de foute woorden door. Hoe komt lucht in je longen? Zet een cirkel om de dieren met longen.

Een feestmaal. Naam: -Ken jij nog een ander speciaal feest? Typ of schrijf het hier. a

Opdrachten bij hoofdstuk 3

- je kan me wat - module 5. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 5. tekeningen -

haal alles uit het leven parkappartementen

- je kan me wat - module 1. docere delectare movere. tekeningen -

Zelfstudie practicum 1

Hoeveel betaal je in totaal? Hoe kun je dat bedrag narekenen? Hoe bereken je het bedrag dat je van de 20 euro terug krijgt?

dagen. Ongeopend: juni 1 juli

Ajodakt. Rekenen. Cijferen Mix. Cijferen groep 7. Colofon. Zelfstandig werken. Antwoorden. Rekenen. Groep 7

j. géén relatie: 4 en 5 zijn geen geordende paren (ook geen geordende ééntallen).

Werkkaarten GIGO 1184 Elektriciteit Set

JOB-monitor 2014 Vragenlijst

wedstrijden, dus totaal 1 n ( n 1)

naam werkboek groep 5

C 1 C 2 C 3 C 4. les 1 en 2. 2 blok 5. Reken uit. a. Maak sommen bij de plaatjes. Reken ze uit op een blaadje.

Route H. Deze route start achter de grote volière.

1a Een hoeveelheid stof kan maar op één manier veranderen. Hoe?

naam blad : 37 = 299 : 23 = 882 : 63 = 364 : 26 = : 47 = : 43 = 47 kan keer van af kan keer van af 47 = =

rekenboek 8a taken

Voorbereidende opgaven Stoomcursus

aantal stroken van euro

Opgave 1 Je ziet hier twee driehoeken op een cm-rooster. Beide driehoeken zijn omgeven door eenzelfde

Welke keuzes heb je op de verschillende beslismomenten? Benoem de fasen, toestanden, beslissingen en de

Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen

Ontleden? Leuk! Inleiding. Opzet van deze lesbrief. Door Henk Jongsma, hoofdauteur Op Niveau tweede fase

- je kan me wat - module 2. docere delectare movere. tekeningen -

OPTIETEKENINGEN TYPE A VILLA

Voorbereidende opgaven Kerstvakantiecursus

Voorbereidende opgaven Stoomcursus

Rotterdam / Brochure Wat-je-Wil huis

Internetopgaven hoofdstuk 8

Het maakt bij een lamp niet uit vanaf welke kant de stroom komt, dus als je de spanningsbron omdraait brandt de lamp ook.

Internetopgaven hoofdstuk 6

Voorbereidende opgaven Examencursus

a Op de leeftijd van 12 jaar zijn jongens en meisjes even lang/ niet even lang. b Hoe lang zijn jongens gemiddeld als ze 18 zijn?

Overeenkomst periodieke gift in geld

MEETKUNDE 2 Lengte - afstand - hoeken

AFRIKA RAPPORT

rekenboek 5a taken

Niet waar: Ook glanzende oppervlakken zoals een glimmende auto kunnen als spiegel gebruikt worden.

GBK Leden profiel beheer

Naam: Mijn doelenboekje. Spelling. Werelden - Eilanden - Dorpen.

= = = = = = = =

Thema In en om het huis

lesboek groep 6 blok 1

OPTIEBOEK HERENHUIZEN

Overeenkomst periodieke gift in geld

Bijlage 1 - Technisch Reglement SVAR 2015

Melkweg. Hier is de bon. Lezen Alfa A. Naar de winkel

Hoofdstuk 11A - Rekenen

Algemeen. Restweefsel voor medischwetenschappelijk onderzoek

2 Formules herschrijven

MEETKUNDE 5 Cirkels en cilinders

Bewerkingen met eentermen en veeltermen

keuringsformulier levensverzekering - uitgebreid

CAT B / Cursusafhankelijke toets

m Taak 1 Weet je het nog? m s8r antwoord: antwoord: antwoord:... antwoord * il I

Naam: Mijn doelenboekje. Spelling. Werelden - Eilanden - Dorpen.

Adiameris. Beleggingsstrategie

Thema Op zoek naar werk

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

Naam: Mijn doelenboekje. Spelling. Werelden - Eilanden - Dorpen.

C 1 Hoelang duurde de winter van 2009? C 2 Kijk naar de temperaturen van begin januari C 3 C 4. les 1. blok 4

WERKBLAD. Lessenserie CBS & EduGIS voor havo/vwo bovenbouw. weblink: hvb

a Hoeveel zijn dat er ongeveer per jaar? = b Hoeveel zijn dat er precies? = Eerst rekenden we zo: 5 2 x

d) Stel, jij had ook een schilderij gemaakt, aan c) Wat wil Boxie met zijn kunst bereiken? wie zou jij jouw schilderij dan geven?

Natuurlijke getallen op een getallenas en in een assenstelsel

Wiskunde voor 3 havo. deel 1. Versie Samensteller

Routeboekje. bij Alles telt. Groep 4 Blok 2. Van...

OPTIETEKENINGEN TYPE B HOF VILLA

Mytylschool De Trappenberg Peter van Sparrentak

Les 33. Zwangerschap

Les 1. 2 Maak vast aan de getallenlijn. a Waar liggen de getallen ongeveer? b Welke schatting past het best bij de som?

- - ALGEMEEN. ADDITION algemene vragenlijst. d d m m j j V/M letters. pinnummer. 1 Wat is uw geslacht? man vrouw. 2 Wat is uw geboortedatum?

Transcriptie:

TEST moule 1 tot en met moule 3 je kn me wt woorensht nm ursist nm oent tum......... test

LUISTER & EN KIES HET GOEDE PLAATJE SCHRIJF DE GOEDE LETTER IN HET RONDJE 1 2 3 4 1

5 6 7 8 9 2

10 11 12 13 14 3

SCHRIJF EEN PASSEND WOORD BIJ HET PLAATJE 1 e e e 2 e e e 3 het het het 4 hier verkoopt men hier verkoopt men hier verkoopt men 4

LEES EN KIES DE GOEDE ZIN BIJ HET PLAATJE ] Ze zegt: Dt is e zon. ] Ze zegt: Dt is e mn. ] Ze zegt: Dt is e kerkklok. 1 ] Ze oet e koelkst open. ] Ze oet e eur open. ] Ze mkt een lik open. 2 ] Dit zijn vissen. ] Dit is een vis. ] Dit is een lik. 3 ] Hij rinkt een gls melk. ] Hij pkt een gls melk. ] Hij oet een gls melk. 4 ] De hon geeft e vrouw vlees. ] De vrouw geeft vlees e hon. ] De vrouw geeft e hon vlees. 5 5

] De eur vn e koelkst is iht. ] Ze loopt nr e koelkst. ] Ze pkt een pk mel uit e koelkst. 6 ] Dit is een iljet. ] Dit is een munt. ] Dit is een postzegel. 7 ] Hij oet e trt in e oos. ] Zij oet e trt in e oos. ] Hij pkt e trt uit e oos. 8 ] De krn is uit. ] De krn is open. ] De krn is iht. 9 ] In eze winkel verkoopt men trt. ] In eze winkel verkoopt men loemen. ] In eze winkel verkoopt men kleren. 10 je kn me wt ROCvA nt2tlmenu.nl - eutie - ROCvA test 1-3 6

e zoler e slpkmer e woonkmer e kmer e keuken e grge e trp IN WELKE RUIMTE IS HET? e woonkmer 1 e klok... 2 e wekker... 3 e kleren... 4 e telefoon... 5 e tnpst... 6 e koelkst... 7 e wsmhine... 8 e uto... 9 het e... 10 e eieren... 7

BESLIS: IS DE ZIN goe of fout? 1 De mn heeft orst. Hij rinkt een kss wter. 2 De kker oet e oos in e trt. 3 De jongen oet e tnpst op e tnenorstel. 4 De vrouw oet e eur uit. 5 Je ent ij e kker en zegt: "Mg ik een kilo vlees?" 6 Je komt innen. Je zegt: "Goeemorgen." 7 Het is nht. Buiten is het onker. 8 In e kmer verkoopt men loemen. 9 Melk zit in een pk of in een fles. 10 Het kin eet roo. goe / fout goe / fout goe / fout goe / fout goe / fout goe / fout goe / fout goe / fout goe / fout goe / fout VUL EEN WOORD IN 1 Mg ik een koffie! 2 Mg ik een wter! 3 Mg ik een melk 4 "Ik wil grg een tnpst. 5 "Ik wil grg een "trt.. 6 "Ik wil grg een o ol." 8

ZOEK DE TEGENSTELLING 1 groot [..] e zon 2 zit [..] stt 3 lekker [..] zoner 4 met [..] vies 5 e mn [..] klein 6 luistert [..] noen 7 zwrt [..] e moeer 8 het kinje [..] kijkt 9 lhen [..] huilen 10 uitoen [..] wit 11 n [..] liht 12 onker [..] innen 13 loopt [..] fout 14 uiten [..] uit 15 goe [..] zit 16 e g [..] ntwoort 17 open mken [..] het iljet 18 e munt [..] verkoopt 19 koopt [..] e nht 20 vrgt [..] ihtoen ZOEK DE [este] KOMBINATIE 1 eten [..] in een e 2 gel hlen [..] in e uto 3 slpen [..] in een resturnt 4 rijen [..] in e supermrkt 5 melk kopen [..] ij e nk 1 e koelkst [..] grg... 2 ik wil [..] rinken KIJKEN WAT HET WORDT 3 in e oos [..] open oen 4 een gls melk [..] wil gel 5 een ief [..] oen 11 e uto [..] in e gng 12 e wekker [..] in e woonkmer 13 e shmpoo [..] in e grge 14 e khel [..] in e kmer 15 e jssen [..] in e slpkmer 16 e keuken [..] leren 17 e iosoop [..] ier rinken 18 het fé [..] eten kopen 19 e shool [..] roo kopen 20 e kker [..] film kijken 9

KIES HET GOED GESCHREVEN WOORD 1 e teelevisi e televisie e teleevsie e televiesi 2 e kleus e kluis e kruis e klus 3 het flees het velees het vlees het vleus 4 het lijet het iljet het iliet het eljet 5 e kkerij e kerij e kerei e krij 6 rinken rienken erienken renkin 7 e kleiinzk e kleeinzk e kleingzk e keleingzk 8 ieht eiht iht euht 9 e trt e trt e trt e e trt 10 e vrouw e vroew e frouw e froew 11 e roquet e kroket e korket e krookette 12 het gel het gelt het gelle het gle 13 e iefstuk e eefstuk e ifsetuk e ifestuk 14 sepringt spriengt sprinkt springt 15 het root het rot het erot het roo 10

SCHRIJF DE JUISTE TIJD OP Het is Het is Het is Het is Het is Het is Het is Het is Het is 11

VUL DE VRAGEN VAN HET FORMULIER IN Ahternm Voorletters Ares Postoe + Woonplts Telefoon Beroep Geoortetum Ntionliteit In Neerln sins Op les sins 12

VORDERINGEN TOETS - JE-KAN-ME-WAT 1-3 Instrutie De toets is smengestel uit pgin s vn e moules 1 tm 3. Het oel is om tl mteril te verkrijgen voor een [mentor] gesprek met e ursist. Inzet is een positief gesprek: Kijk eens wt je lleml l kn! De toets kn twee keer gegeven woren: De eerste keer: iniviueel n wel in kleine groepjes met steun vn e oent. Inzet: feek geven: kijk nog een goe nr e moules, herhl. De tweee keer: iniviueel [n twee weken], zoner steun vn e oent. Inzet: tlmteril voor een serieus mentor gesprek. Per onereel 1 [ 1 tm 3]: luisteren zinsnivo Doent leest zinnen voor. De ursist omirkelt het juiste pltje[zie e moules] 2 [ 4]: proutieve woorkennis op inhou. Correte spelling is nog niet vn elng 3 [ 5 en 6]: lezen zinsnivo 4 [ 7]: rurieren op woornivo 5 [ 8]: woorominties inhouelijk eoorelen op zinsnivo - reeptief 6 [ 8]: invullen inhouelijk woor in ontext op zinsnivo - proutief 7 [ 9]: reeptieve woorensht ominties op woornivo 8 [ 10]: wooreel 9 [ 11]: tijen en ijfers 10 [ 12]: personli [4 goe invullen is voloene] Beooreling Bepl per onereel of e ursist een A, B n wel een C soort. Er zijn 10 onerelen. Stel t een eelnemer 6 A, 2 B s, en 2 C s soort n soort e eelnemer A nivo. Stel t een eelnemer 4 A, 4 B s, en 2 C s soort n soort e eelnemer A/B nivo. Stel t een eelnemer 3 A, 5 B s, en 2 C s soort n soort e eelnemer B nivo. Stel t een eelnemer 2 A, 4 B s, en 4 C s soort n soort e eelnemer B/C nivo Stel t een eelnemer 1 A, 3 B s, en 6 C s soort n soort e eelnemer C nivo. De voreringen toets heeft ls oel: het voeren vn een leerzm en positief mentor gesprek. Onerelen 2, 4, 7,9 en 10 zijn op woornivo; 2, 4, 6, 9 en 10 proutief, 7 reeptief Onerelen 1, 3, 5 en 6 zijn op zinsnivo; lle reeptief

NORMERING TOETS - JE-KAN-ME-WAT 1-3 Nm Dtum Sore: - - - - 1 1 tm 3 - luisteren zinsnivo [mx 14] A = tot 10 B = tussen 10 en 14 C = 14 of meer 2 4 proutieve woorkennis op inhou. [spelling niet vn elng] [mx 10] A = tot 6 B = tussen 6 en 9 C = 9 of meer 3 5 tm 6 - lezen zinsnivo [mx 10] A = tot 4 B = tussen 4 en 8 C = 8 of meer 4 7 - rurieren op woornivo [mx 10] A = tot 4 B = tussen 4 en 8 C = 8 of meer 5 8 - woorominties inhouelijk eoorelen op zinsnivo reeptief [mx10] A = tot 4 B = tussen 4 en 8 C = 8 of meer 6 8 - invullen inhouelijk woor in ontext op zinsnivo proutief [mx 6] A = tot 2 B = tussen 2 en 4 C = 4 of meer 7 9 - reeptieve woorensht ominties op woornivo [mx 40] A = tot 15 B = tussen 15 en 25 C = 25 of meer 8 10: wooreel [mx 15] A = tot 6 B = tussen 6 en 11 C = 11 of meer 9 11: tijen en ijfers [mx 9] A = tot 6 B = tussen 6 en 11 C = 11 of meer 10 10: personli [mx 10] A = tot 2 B = 2 tussen 4 C = 4 of meer Totl A Totl B Totl C