EUROPESE COMMISSIE Brussel, 9-07-2003 C(2002)2019fin Betreft: Steunmaatregelen der Staten N 780/2002 - Pays-Bas Tijdelijke defensieve maatregelen voor de scheepsbouw Excellentie, (1) De Commissie wenst Nederland ervan in kennis te stellen dat zij, na de door uw autoriteiten verstrekte informatie over bovengenoemde maatregelen te hebben onderzocht, besloten heeft geen bezwaar te maken tegen de steun. PROCEDURE (2) Nederland meldde de maatregel bij de Commissie aan bij brief van 5 december 2002 (geregistreerd op 10 december 2002). De Commissie verzocht om bijkomende informatie bij brieven van 24 januari 2003 en 10 april 2003, waarop Nederland bij brief van 13 februari 2003 (geregistreerd op 14 februari 2003) en 8 mei 2003 (geregistreerd op 15 mei 2003) heeft geantwoord. Nederland verstrekte aanvullende informatie bij brief van 21 februari 2003 (geregistreerd op 24 februari 2003). GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE STEUN (3) De aanmelding betreft de Tijdelijke Regeling Ordersteun Scheepsnieuwbouw ("de regeling"), die gebaseerd zal zijn op de kaderwet EZ-subsidies. Doel van de regeling is te voorkomen dat de concurrentiepositie van de Nederlandse scheepswerven wordt aangetast als gevolg van de door de Koreaanse overheid en de autoriteiten van andere lidstaten verstrekte steun. Daarom wil de Nederlandse overheid tijdelijke steun verstrekken aan de Nederlandse scheepswerven om een "level playing field" te bereiken voor de Nederlandse scheepsbouwindustrie. Volgens Nederland is de regeling verenigbaar met Verordening (EG) nr. 1177/2002 van de Raad van 27 juni 2002 betreffende een tijdelijk defensief mechanisme voor de scheepsbouw ("TDM") 1. 1 PB L 172 van 2.7.2002, blz.1. Zijne Excellentie de Heer J.N.G. DE HOOP SCHEFFER Minister van Buitenlandse Zaken Bezuidenhoutseweg 67 - Postbus 20061 NL 2500 EB s-gravenhage Wetstraat 200 - B-1049 Brussel - België Telefoon: direkte lijn 32 (0) 2 299.11.11. Telex: COMEU B 21877. Telegramadres: COMEUR Brussel
(4) Krachtens de regeling kan directe steun van maximaal 6% van de contractprijs, in de vorm van een subsidie aan de scheepswerf, worden verstrekt. De contractprijs - minus onderaanbesteding en aankopen buiten de Europese Unie - moet minimaal 2 miljoen EUR per schip bedragen. Het beschikbare budget beloopt 60 miljoen EUR, en zal worden toegekend volgens het principe wie het eerst komt, het eerst maalt. (5) De krachtens de regeling verstrekte steun is onderworpen aan de volgende voorwaarden: (a) (b) (c) In aanmerking komend type schepen Er kan steun worden verleend voor de bouw van nieuwe containerschepen en producten- en chemicaliëntankers die in Nederland worden gebouwd. Voor de toepassing van de regeling gelden de definities van artikel 1 van het TDM en artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1540/98 van 29 juni 1998 betreffende de steunverlening aan de scheepsbouw 2 ("de scheepsbouwverordening van 1998"). De hierboven aangegeven types schepen vallen onder deze definities. Koreaanse concurrentie In het kader van de regeling mag slechts steun worden verstrekt indien een Zuid-Koreaanse scheepswerf een lagere prijs heeft geboden voor hetzelfde contract. In dit verband moet het door de scheepswerf ondervonden concurrentienadeel worden toegelicht en in een concrete vorm worden aangetoond. De Nederlandse autoriteiten zullen, bij een verzoek om steun krachtens de regeling, eisen dat de potentiële begunstigde een schriftelijke verklaring van de opdrachtgever of een bij de opdrachtgeving betrokken derde verstrekt, waarin wordt bevestigd dat een Koreaanse werf voor de opdracht een offerte heeft uitgebracht die lager is dan de Nederlandse offerte vóór aftrek van de steun. Looptijd van de regeling Krachtens de regeling komen definitieve contracten die worden ondertekend vanaf 25 oktober 2002 tot de vervaldatum van het TDM op 31 maart 2004 in aanmerking voor steun, met uitzondering van definitieve contracten die worden ondertekend een maand of meer nadat de Commissie in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen bekend heeft gemaakt dat de tegen Korea ingeleide geschillenbeslechtingsprocedure overeenkomstig het Memorandum van Overeenstemming inzake de regels en procedures betreffende de beslechting van geschillen van de Wereldhandelsorganisatie is afgesloten dan wel opgeschort omdat de Europese Gemeenschap van oordeel is dat het proces-verbaal van overeenstemming inzake de mondiale scheepsbouw werkelijk is uitgevoerd. 2 PB L 202 van 18.7.98, blz.1. 2
Er mag slechts steun worden verleend aan schepen die binnen drie jaar na de datum van ondertekening van het definitieve contract worden opgeleverd. Deze termijn kan, op verzoek van de Nederlandse regering, worden verlengd door de Europese Commissie wanneer dit gerechtvaardigd is wegens het technisch ingewikkelde karakter van het betrokken scheepsbouwproject of wegens vertragingen ten gevolge van onverwachte, aanzienlijke en aantoonbare verstoringen in het werkprogramma van een scheepswerf die te wijten zijn aan onvoorziene uitzonderlijke externe omstandigheden. (6) De Nederlandse autoriteiten hebben zich ertoe verbonden om de drie maanden informatie over de toepassing van de regeling te verstrekken, vanaf de datum van deze beschikking tot en met de einddatum of de opschorting ervan. BEOORDELING (7) Overeenkomstig artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag zijn steunmaatregelen van de staten of in welke vorm ook met staatsmiddelen bekostigd, die de mededinging door begunstiging van bepaalde ondernemingen of bepaalde producties vervalsen of dreigen te vervalsen, onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt, voor zover deze steun het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig beïnvloedt. Overeenkomstig vaste rechtspraak van de Europese rechtbanken is aan het criterium van de beïnvloeding van het handelsverkeer voldaan indien de ontvangende onderneming een economische activiteit uitoefent die het voorwerp is van handel tussen de lidstaten. (8) De Commissie stelt vast dat de regeling verband houdt met het verlenen van subsidies aan de scheepsbouwsector en, in het bijzonder, aan ondernemingen die specifieke scheepstypes bouwen. Derhalve meent de Commissie dat de regeling onder de toepassing van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag valt. Daaruit volgt dat de Commissie moet nagaan of de regeling verenigbaar met de gemeenschappelijke markt kan worden beschouwd. (9) De Commissie neemt het TDM in aanmerking, dat werd aangenomen op basis van de artikelen 87, lid 3, onder e), en de artikelen 89 en 133 van het EG- Verdrag, en volgens welk rechtstreekse steun voor contracten inzake de bouw van containerschepen en producten-, chemicaliën- en LNG-tankers, onder bepaalde voorwaarden, als verenigbaar met de gemeenschappelijke markt kan worden beschouwd. Nagegaan moet worden of de regeling voldoet aan de vereisten van de artikelen 2 en 4 van het TDM. (10) Wat artikel 2, lid 1, van het TDM betreft, merkt de Commissie op dat: (a) de regeling beperkt is tot rechtstreekse steun voor contracten inzake de bouw van containerschepen, en producten- en chemicaliëntankers; (b) de definities van artikel 1 van het TDM van toepassing zijn; 3
(c) er slechts steun mag worden verstrekt indien er gedongen is naar het contract door een Koreaanse scheepswerf die een lagere prijs biedt. In dit verband merkt de Commissie op dat de Nederlandse autoriteiten zullen eisen dat deze concurrentie in een concrete vorm wordt aangetoond. De Nederlandse autoriteiten zullen, bij een verzoek om steun krachtens de regeling, eisen dat de potentiële begunstigde een schriftelijke verklaring van de opdrachtgever of een bij de opdrachtgeving betrokken derde verstrekt, waarin wordt bevestigd dat een Koreaanse werf voor de opdracht een offerte heeft uitgebracht die lager is dan de Nederlandse offerte vóór aftrek van de steun. De Commissie meent derhalve dat is voldaan aan de vereisten van artikel 2, lid 1, van het TDM. (11) Wat artikel 2, lid 3, van het TDM betreft, merkt de Commissie op dat de maximale steunintensiteit uit hoofde van de regeling 6% bedraagt van de waarde van het contract vóór de steun. Derhalve meent de Commissie dat is voldaan aan de vereisten van artikel 2, lid 3, van het TDM. (12) Wat artikel 2, lid 4, van het TDM betreft, merkt de Commissie op dat steun uit hoofde van de regeling slechts kan worden verstrekt voor schepen die binnen drie jaar na de datum van ondertekening van het definitieve contract worden opgeleverd. Bovendien stelt de Commissie vast dat deze termijn, op verzoek van de Nederlandse regering, kan worden verlengd door de Europese Commissie wanneer dit gerechtvaardigd is wegens het technisch ingewikkelde karakter van het betrokken scheepsbouwproject of wegens vertragingen ten gevolge van onverwachte, aanzienlijke en aantoonbare verstoringen in het werkprogramma van een scheepswerf die te wijten zijn aan onvoorziene uitzonderlijke externe omstandigheden. Derhalve is de Commissie van oordeel dat is voldaan aan de vereisten van artikel 2, lid 4. (13) Ten aanzien van artikel 4 van het TDM stelt de Commissie vast dat, krachtens de regeling: (a) definitieve contracten die worden ondertekend vanaf 25 oktober 2002 tot de vervaldatum van het TDM op 31 maart 2004 in aanmerking komen voor steun; (b) (c) de Commissie op 24 oktober 2002 in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen bekendmaakte dat zij op 21 oktober 2002 de procedure ter beslechting van geschillen tegen Korea had ingeleid en om overleg had verzocht overeenkomstig het Memorandum van Overeenstemming inzake de regels en procedures betreffende de beslechting van geschillen van de Wereldhandelsorganisatie 3 ; wanneer de Commissie in het Publicatieblad bekendmaakt dat de tegen Korea ingeleide geschillenbeslechtingsprocedure overeenkomstig het 3 PB C 257 van 24.10.2002, blz.11. 4
Memorandum van Overeenstemming inzake de regels en procedures betreffende de beslechting van geschillen van de Wereldhandelsorganisatie is afgesloten dan wel opgeschort omdat de Europese Gemeenschap van oordeel is dat het proces-verbaal van overeenstemming inzake de mondiale scheepsbouw werkelijk is uitgevoerd, definitieve contracten die worden ondertekend een maand of meer na die datum niet in aanmerking voor steun komen. Derhalve is de Commissie van mening dat voldaan is aan de vereisten van artikel 4 van het TDM. (14) Wat het toezicht op de toepassing van de regeling betreft, stelt de Commissie vast dat Nederland zich ertoe heeft verbonden informatie over de onder de regeling vallende contracten te verstrekken, met inbegrip van documenten die aantonen dat er sprake is van concurrentie vanwege Koreaanse scheepswerven die een lagere prijs bieden. BESCHIKKING (15) Wegens bovenvermelde redenen heeft de Commissie besloten geen bezwaar te maken tegen de door Nederland aangemelde regeling, die werd beschouwd als met de gemeenschappelijke markt verenigbare staatssteun. (16) Ingeval deze brief vertrouwelijke gegevens mocht bevatten die niet mogen worden bekendgemaakt, wordt U verzocht de Commissie daarvan binnen vijftien werkdagen vanaf de ontvangst van dit schrijven in kennis te stellen. Ontvangt de Commissie binnen de vastgestelde termijn geen met redenen omkleed verzoek, dan neemt zij aan dat u instemt met mededeling aan derden en bekendmaking van de volledige tekst van dit schrijven in de authentieke taal op internet: http://europa.eu.int/comm/secretariat_general/sgb/state_aids/. Dit verzoek dient bij aangetekend schrijven of bij faxbericht te worden gericht aan: Europese Commissie Directoraat-generaal Concurrentie Griffie Overheidssteun B-1049 BRUSSEL Faxnummer: 32.2.296.12.42 Met bijzondere hoogachting, Voor de Commissie Mario Monti Lid van de Commissie 5