herhuisvesting HH delfland

Transcriptie

1 herhuisvesting HH delfland Resultat fase II 1/13

2 Resultat fase II van het herhuisvestingsproces 14 april 29 Werkgroep huisvesting 215 2/13

3 Intro Het Hoogheemraadschap Delfland (hierna te noem Delfland) is één van de 27 waterschapp in Nederland. Delfland heeft 3 kerntak: de zorg voor waterkering, waterbeheer waterkwaliteit. Er is zowel e bestuurlijke als e ambtelijke organisatie, met aan het hoofd van de bestuurlijke organisatie de Dijkgraaf. Bij Delfland werk in totaal 55 ambtar, verspreid over zes vestiging. Delfland wil zich blijv ontwikkel als e slagvaardige, transparante klantgeoriënteerde organisatie die met beide b in de samleving staat. Hierin speelt e eigtijdse huisvesting e belangrijke rol. Op dit momt oriënteert Delfland zich op de mogelijkheid om zich te herhuisvest. In dit proces zijn inmiddels de eerste stapp gezet, met als belangrijkste resultaat e invtarisatie van de huidige huisvestingssituatie. Tevs is e aantal relevante beleidsdocumt opgesteld die de koers van de organisatie uitezet (Strategiota, Communicatiebeleidsplan, ontwerp Waterbeheersplan ). E tweede fase gaat nu in, waarin het herhuisvestingsproces verder wordt voorbereid. Met name om te kom tot verdere besluitvorming in het proces is het van belang dat antwoord gegev kan word op e aantal strategische vrag. In fase II wordt op e quick-scan wijze inzichtelijk gemaakt wat de consequties zijn van het huisvestingsvraagstuk. Gewst is inzicht in het werkproces van de verschillde afdeling van Delfland de consequties daarvan voor de toekomstige huisvesting. Daarnaast is er behoefte aan e procesbeschrijving van het verdere traject naar herhuisvesting, met name hoe deze in besluitvorming kan word verankerd (draaiboek). In deze notitie kom de bevinding van Fase II aan de orde. Deze zijn gebaseerd op studie van strategische beleidsdocumt (o.a. Communicatiebeleidsplan, ontwerp Waterbeheersplan , Strategiota), interviews met alle sectorhoofd van Delfland bijekomst met de werkgroep huisvesting 215. Eerst wordt kort de aanpak voor het gehele traject beschouwd. De aanpak Het proces van herhuisvesting is in deze fase baderd via e door TCN specifiek hiervoor ontwikkeld model. Dit model is hieronder weergegev bestaat uit 5 stapp. In de eerste 3 stapp vindt de planvorming van de herhuisvesting plaats. De vierde vijfde stap staan in het tek van de uitvoering van de plann. Planvorming Uitvoering Stap 1, het formuler van het huisvestingsproduct, staat in het tek van het ideaal plaatje. Los van fysieke beperking wordt nagedacht over hoe de nieuwe organisatie het best gehuisvest zou kunn word. Zowel functioneel (organisatieschema, werkprocess) als emotioneel (idtiteit). Dit leidt tot e abstracte definitie van het product dat bij de organisatie past als leidraad wordt gebruikt voor de vervolgstapp. 3/13

4 In stap 2 word vervolgs de contextuele randvoorwaard opgesteld waarmee in de herhuisvesting reking gehoud dit te word, zowel op organisatie-, als op gebouw- op locatiiveau. Op het niveau van het gebouw gaat het dan in de eerste plaats om de vaststelling of het huidige pand (pand) behoud moet () blijv of dat per definitie e nieuw gebouw wselijk is. Alle technische eis word geïnvtariseerd geprioriteerd. Vervolgs word de randvoorwaard opgesteld die de locatie moet definiër (vestigingseis). Stap 3 vormt dan de confrontatie tuss het product de context, resulterd in het huisvestingsconcept. Dit is e op maat gemaakt product, opgetekd in e helder eduidig programma van eis (PvE). Het product wordt met andere woord in het beoogde gebouw ingepast. In het PvE wordt in detail op technisch, functioneel, economisch ontwerp niveau beschrev hoe het beoogde gebouw dit te word gebouwd, dan wel verbouwd. Hiermee is de basis gelegd voor de uitvoering. In stap 4 wordt vervolgs het bouw- of verbouwproces ingezet. Hiervoor wordt e organisatie ingericht die volgs e vooraf opgestelde begroting planning te werk gaat. Stap 5 staat in het tek van het bewak onderhoud/beher van het gerealiseerde huisvestingsconcept zoals dat in stap 3 is gedefinieerd. In deze opdracht voor Delfland zijn vooralsnog alle werkzaamhed verricht voor stap 1 (werkprocess, organisatie) stap 2 (vestigingseis). Om volledig te zijn di er om tot e huisvestingsconcept te kom nog aanvullde werkzaamhed te word verricht. Deze word toegelicht in het bijgevoegde draaiboek voor het vervolg. De huisvestingsdoel E traject van (her)huisvesting moet op de eerste plaats altijd kunn word gekoppeld aan vooraf opgestelde doel die de keuze voor het traject keuzes tijds het traject ondersteun. Met andere woord, de noodzaak moet duidelijk zijn. In het geval van Delfland is de organisatieontwikkeling e belangrijk vertrekpunt. In verschillde documt (Strategiota, Communicatiebeleidsplan, ontwerp Waterbeheersplan ) is vastgelegd hoe Delfland zich in de toekomst wil positioner. Dit komt tot uitdrukking in: Missie Kernwaard Kerntak Strategische keuzes Bijbehorde kernboodschapp De kernwaard van e organisatie vorm e belangrijk vertrekpunt voor het gev van richting aan e huisvestingstraject, zowel voor gebouw als locatie. Delfland heeft voor de organisatie de volgde kernwaard gedefinieerd: Klantgericht Professioneel Transparant Praktisch Verantwoordelijk Betrokk Bij voorkeur wordt bij (her)huisvesting uitgegaan van e beperkt aantal kernwaard, om te voorkom dat er inconsistte keuzes gemaakt word. Het totaal aan omschrijving voor missie, waard, tak kernboodschapp is in het kader van de (her)huisvesting van Delfland teruggebracht tot drie hoofddoelstelling: SAMENWERKING bevorder van de interne samwerking/knisdel (Wou! Model) KOSTENEFFICIENCY terugdring directe kost huisvesting (afschrijving, huur, onderhoud) terugdring indirecte kost huisvesting (reiskost, voorziing) HERKENBAARHEID vergrot van de herkbaarheid in de maatschappij (extern) voor de werknemer (intern) In het kader van samwerking wordt gestreefd naar het middels huisvesting verbeter van de interne samwerking tuss verschillde afdeling van de organisatie. Het del van knis tuss afdeling van Delfland is daarbij e belangrijk uitgangspunt. De nadruk in deze studie heeft geleg op deze doelstelling. 4/13

5 Als het gaat om kostefficicy wordt gestreefd naar het terugdring van de directe indirecte huisvestingskost. De directe kost hebb e directe relatie met de huisvesting, gedacht moet word aan huur- /of afschrijving onderhoud- beheerkost. Indirecte kost hebb primair te mak met het feit dat de huidige vestiging verspreid in de regio zitt (transportkost, ur, verspreide voorziing). De herkbaarheid van de organisatie is e breed begrip. Primair gaat het om de externe herkbaarheid van Delfland in de maatschappij. Daarbij is het doel dat Delfland voor de voor haar belangrijke partij herkbaar is, in dit geval via huisvesting. Daarnaast wordt herkbaarheid uitgedrukt in de mate waarin werknemers de huisvesting in evwicht ervar met de kernwaard die de organisatie wil uitdrag. Organisatieontwikkeling In het kader van herhuisvesting is het belangrijk stil te staan bij de organisatie zoals die nu is, maar tegelijkertijd aandacht te hebb voor hoe ze zich ontwikkelt. De tak van e Waterschap zijn afgebakd, maar de organisatie ervan is aan continue verandering onderhevig. Op dit momt is het WOU! model actueel voor het typer van het primaire werkproces van de organisatie. De samwerking tuss de sector ZB, OWB, B&O, PIB V&H staat daarin ctraal (zie figuur). Er is e aantal ontwikkeling waar in het werkproces in de toekomst reking mee gehoud kan word: De werkzaamhed van de afdeling Zuiveringsbeheer (ZB) kunn in de toekomst beïnvloed word door verdere uitbesteding (privatisering) van de operationele werkzaamhed; Meer scheiding van operationele beleidsactiviteit binn OWB; Efficicy door het regionaal organiser van belastinginning; De ambitie om samwerking in het primaire proces te blijv optimaliser. Onderstaand schema schetst het beeld van de organisatie Delfland reking houdd met deze ontwikkeling. 5/13

6 In het huisvestingsvraagstuk ligt de nadruk op de kantoorwerkgelegheid binn de verschillde sector die onder Delfland vall. Delfland is e organisatie die op twee manier in de maatschappij staat. Enerzijds is dat via de politiek die haar draagvlak vindt bij burgers. Aan de andere kant is de organisatie in de maatschappij zichtbaar vanwege de vele werk die beheerd word de uitvoerde rol naar burgers. Deze tweeledige externe exposure maakt Delfland e voor huisvesting complexe organisatie. Ctraal in het primaire proces van Delfland staat de intsieve samwerking tuss de sector PIB, B&O, OWB ZB. Deze sector vrag om e zo optimaal mogelijke fysieke clustering. De sector V&H blijft in het primaire proces e belangrijke rol spel in zowel de totstandkoming van beleid (B&O) als in de uitvoering (OWB ZB). Het is van minder belang dat V&H fysiek dicht geclusterd is bij andere sector. In het geval van OWB ZB geldt dat er in de toekomst vanwege het dkbare scario van de scheiding tuss beleid uitvoering, reking gehoud moet word met de vertegwoordiging van alle het managemt in de nieuwe kantoororganisatie. Faciliterd aan het primaire proces de rest van de organisatie zijn de sector CCO, BCC MID (ondersteuning). Deze sector word bij voorkeur in de buurt van het primaire proces gehuisvest, e grotere fysieke afstand dan tuss PIB, B&O,OWB ZB is daarvoor ge belemmering. Als onderdeel van de toekomstige kantoororganisatie dit ook reking gehoud te word met de politiek/ bestuurlijke organisatie. Evals in de huidige situatie zal er (beperkt) kantoorruimte moet zijn voor de hoogheemrad de Dijkgraaf, aangevuld met facilitaire ruimte voor VV bijekomst. Fysieke clustering met het primair proces is gewst vanwege de interactie die frequt is. Voor de directie, die de spil vormt tuss de ambtelijke bestuurlijke organisatie, geldt hetzelfde. De afdeling belasting valt buit de scope van de nieuwe kantoororganisatie vanwege de voorgom bundeling van activiteit (met e ander waterschap mogelijk gemet) op regionaal niveau. Hierover is de besluitvorming nog gaande. Huisvestingsmodell In het huisvest van de toekomstige organisatie van Delfland zijn meerdere modell mogelijk. Deze zijn terug te brg naar drie hoofdmodell. 1. Optimale situatie: conctratie onder één dak, draagt het meest bij aan samwerking, kostefficicy zichtbaarheid. 2. Cluster: van 6 naar minder vestiging in directe nabijheid van elkaar, draagt bij aan betere samwerking, kostefficicy zichtbaarheid. 3. Huidige situatie: versnipperd met 6 vestiging, draagt het minst bij aan samwerking, kostefficicy zichtbaarheid. Verbetering ligg buit herhuisvesting (ICT). De basis voor herhuisvesting Wanneer de drie doel voor huisvesting word gekoppeld aan de drie huisvestingsmodell, vervolgs word beoordeeld op urgtie, ontstaat het hieronder weergegev beeld. Samwerk 6/13

7 Als het gaat om samwerk als doelstelling dan kan word geconcludeerd dat de situatie suboptimaal is t opzichte van de ideale situatie (conctratie onder één dak), maar deze wordt desondanks als werkbaar beschouwd. De beoogde (intsievere) toekomstige samwerking tuss B&O, PIB OWB vraagt wel om meer fysieke nabijheid. Voor V&H is verdere digitalisering belangrijker dan fysieke nabijheid, door de vele contact met extern. Voor ZB is samvoeging van alle teams binn de sector belangrijk. Kostefficicy In term van kostefficicy is er t opzichte van de huidige situatie zeker verbetering mogelijk. In term van directe kost is duidelijk dat de (onderhouds)kost van het Gemelandhuis relatief hoog zijn in vergelijking met de andere vestiging. In term van indirecte kost leidt het op neer reiz tot extra vervoerskost tijdsverlies, dit geldt voor zover bekd vooral voor het managemt. Voor PIB V&H is situatie van directe kost minder negatief, vanwege relatief nieuwe huisvesting. Voor PIB werk flexplekk kostefficiënt. Bij ZB OWB zijn indirecte kost hoger ivm met meerdere locaties. Interne herkbaarheid PIB OWB B&O V&H ZB MID CCO BCC Als het gaat om de interne herkbaarheid van de organisatie aan de hand van de huidige huisvesting, dan wordt deze op dit momt door de organisatie over het algeme als voldode beschouwd. De werknemer herkt de idtiteit van de organisatie voldode in de huidige huisvestingssituatie of het wordt als minder relevant beschouwd dat dit tot uiting zou moet kom. In e beperkt aantal gevall is aangegev dat de kernwaard onvoldode zichtbaar zijn in de huidige huisvesting. Externe herkbaarheid PIB OWB B&O V&H ZB MID CCO BCC In het algeme wordt ervar dat Delfland met haar huidige huisvesting ge sterke externe herkbaarheid kt. Behalve dan met het Gemelandhuis het feit dat er met meerdere pand meer kans is dat de buitwereld in contact komt met de naam van de organisatie. Dit is echter ge eduidig beeld. Enerzijds is er de historische idtiteit tot uiting komd in het Gemelandhuis, anderzijds is er e diffuus modern beeld dat niet aansluit bij de rect opgestelde kernwaard van de organisatie. E betere externe herkbaarheid wordt als wselijk beschouwd, maar tegelijkertijd niet één op één vertaald naar de huisvesting van de organisaties onder één dak. 7/13

8 Resumerd kan word gesteld dat de urgtie voor herhuisvesting van HH Delfland primair zit in het verbeter van de externe herkbaarheid van de organisatie het realiser van meer kostefficicy. Voor wat kostefficicy betreft gaat het dan vooral om de indirecte kost van verschillde vestiging: terugdring van tijdverlies, reiskost kost die samhang met verspreide voorziing. Richtlijn voor gebouw locatie Aan de hand van de interviews met de verschillde sector zijn op globaal niveau richtlijn voor gebouw locatie gedefinieerd beoordeeld. Dit maakt het mogelijk om in de toekomstige huisvesting te differtiër (op sectorniveau) wanneer wselijk. In de volgde tabel is de beoordeling van de locatie- gebouweis weergegev. Locatie Auto bereikbaarheid OV bereikbaarheid Parkeergelegheid Uitbreidingsmogelijkhed Binnstedelijke ligging Nabijheid klant/relaties Uitstraling omgeving Gebouw Lage exploitatielast ICT voorziing Klimaatbeheersing PIB OWB MID CCO BCC B&O V&H ZB De richtlijn voor e mogelijke nieuwe locatie moet op het niveau van de totale organisatie vooral word gezocht in e goede auto- èn OV bereikbaarheid. Daarvan afgeleid zijn goede parkeerfaciliteit van belang. Qua locatie kom verschillde typ locaties aan bod voor herhuisvesting. E binnstedelijke locatie wordt niet geprefereerd bov e locatie aan de rand van de stad, al dan niet op e bedrijvterrein. De bereikbaarheid voor personeel is daarin leidd, in veel mindere mate die van de klant/relaties. De uitstraling van de omgeving is eves minder van belang. Voor de meest is echter de uitstraling idtiteit van het Gemelandhuis (aan de gracht) red om dit gebouw in ieder geval onderdeel te lat zijn van de toekomstige organisatie Delfland. Op gebouwniveau ontstaat er e eduidig beeld dat lage exploitatielast, goede ICT-voorziing e goede klimaatbeheersing belangrijk word geacht. In het geval van klimaatbeheersing is meerdere ker aangegev dat op sommige locaties (Gemelandhuis, Delftechpark) de huidige situatie voor verbetering vatbaar is. Naar e voorkeursmodel Aan de hand van de voorgaande bevinding is de weg voorzichtig ingeslag naar e voorkeursmodel. Met het clustermodel wordt voor Delfland het meest ingespeeld op e verbetering van de samwerking, het terugdring van kost de vergrot van de herkbaarheid. Binn het clustermodel zijn variaties mogelijk: 8/13

9 Als samwerking ctraal staat dan is het wselijk om die sector die het meest intsief samwerk op loop/fietsafstand van elkaar te positioner. De fysieke clustering van de kantoormedewerkers van ZB, OWB, PIB B&O is daarbij het belangrijkste vertrekpunt. In de meest optimale vorm is dat door deze in e gebouw sam te voeg. Verder gaat dit model uit van e optimale digitalisering van het werkproces. Als kostefficicy het belangrijkste uitgangspunt is dan moet de meerwaarde vooral tot uiting kom in het terugdring van de indirecte kost. In het terugdring van de reiskost in tijd geld is e model werkbaar waarin de vestiging zo zijn gepositioneerd dat minimaal het managemt op loop/fietsafstand van elkaar is gehuisvest. Het terugdring van de directe kost hangt één op één sam met de relatief hoge kost van onderhoud beheer van het Gemelandhuis. Het besluit om dit onderkom op basis hiervan buit beschouwing te lat in de nieuwe huisvestingssituatie, moet word afgezet teg overweging op het vlak van idtiteit historie (herkbaarheid). Als herkbaarheid ctraal staat dan zal deze met name tot uiting moet kom in de externe herkbaarheid. Er is minder noodzaak deze doelstelling te hanter waar het gaat om de interne idtiteit. In het definiër van de externe herkbaarheid is nog e weg te gaan. Op dit momt is het beeld dat Delfland wil uitdrag te diffuus, naar voor haar belangrijke externe partij. Dit wordt gevoed door de vele verschillde tak verantwoordelijkhed van de organisatie, in e snel veranderde omgeving. Het hiervoor beschrev toekomstige organisatiemodel maakt dit duidelijk. Zoals eerder is geconcludeerd, is er op dit momt het meeste draagvlak voor het koppel van herhuisvesting aan de doelstelling om de externe herkbaarheid te vergrot. Op de tweede plaats is dat het terugdring van de (indirecte) kost. Herkbaarheid zou in het geval van Delfland goed tot zijn recht kunn kom wanneer associatie wordt gezocht met e bepaald thema, al dan niet in samhang met andere organisaties die het thema badrukk. Dit is goed tot stand te brg in clusterverband, waarbij fysieke clustering samgaat met e sterke externe communicatie. E manier om in te spel op het uitdrag van herkbaarheid in clusterverband, is door Delfland te positioner in e cluster met water als ctraal thema. In onderstaand schema is aangegev uit welke onderdel e dergelijke thematische clustering zou kunn bestaan. Fysieke clustering van organisaties voorziing binn e thema heeft meerdere voordel. Allereerst is de drempel voor knisuitwisseling lager, met als gevolg dat er kans voor knisontwikkeling ontstaan die anders minder snel aan het licht zoud zijn gekom. E ander voordeel is de gezamlijke externe exposure, die bijdraagt aan herkbaarheid op meerdere niveau s. Bedrijfseconomisch heeft clustering voordel doordat voorziing voor de deelnemde organisaties gedeeld word. Kantor Confertieruimte Winkels ICT multimedia voorziing Ctraal plein: Knis- informatieuitwisseling over water Vergaderruimte Horeca Demonstratiefaciliteit Collectieve dist Fysieke clustering levert op diverse aspect synergie op! In dit model kan om wille van herkbaarheid idtiteit gekoz word voor het behoud van het historisch deel van het Gemelandshuis als herkbaar boegbeeld van Delfland. Delft wordt daarmee dan tevs de locatie van het cluster waar Delfland deel vanuit maakt. Het gebruik van de aangrzde kantoorruimte wordt afgezet teg hergebruik voor functies die ondersteund zijn voor het cluster (bijvoorbeeld hotel functie). In fysieke zin zull de verschillde functies binn het cluster idealiter word ingevuld op loopafstand van elkaar (5-1. meter). E nadere verkning van thema, organisaties cruciale functies is gewst. 9/13

10 Bijlage: analyse werkprocess samwerking b&o Intsiteit Bestuur WBP Oper ati oneel Waterbeheer Zui veringsbeheer Beleid On der zoek Project- Ingieurs- Bu rea u Vergunn ing Oper ati oneel Beheer Afval waterket Contractbeheer Watersysteemkwaliteit Projectaan sturi ng Emi ssiebeheer Instal lati es Bouw, Bedi ing Ci vieltechn. inhoud Waterhuishouding Pl anvorming Keurbeheer Pei lbeheer Technische Dist Waterkering Engi neering Onderh.Waterkering Watergang Procesbeh eer datamanagemt proces Water R uimteli jke Ontwikkeling Projectondersteuning - Intsieve contact opdrachtgevers, voornamelijk OWB - Fysiek contact belangrijker - Contact derd (politiek) mbt richtlijn planvorming - Contact bestuur esstieel samwerking owb Intsiteit Directie Knisuitwisseling Zui veringsbeh eer Waterbeheer Belei d Onderzoek Project- Ingi eur s- Bureau Vergu nning Afvalwaterket Contractbeheer Beheer Watersysteemkw aliteit Projectaanstu ring Emi ssiebeheer Bouw, Bedi ing Civiel techn. Installati es Waterhuishoudi ng Planvorming Keur beheer Techni sche Dist Peilbeheer Waterkering Engineeri ng Procesbeheer e n datamanagemt Onderh.Waterkering Watergang Water R uimteli jke Ontwikkeling Projectond ersteuni ng Ni eu w! Pr ogramma man agers - Professionaliseringsslag doorvoer als opdrachtgever -Nieuw managers team intsivering contact PIB B&O - Veel buitdist: managers vaste plek, overlegruimte flexplekk - Kijkduin beperkt contact met overige teams -Uitwisseling knis met ZB del van werkplaats software 1/13

11 samwerking zb Intsiteit Waterbeheer Knisuitwisseling Zui ver ingsbeheer Beleid Ond erz oek Project- Ingi eurs- Bureau Vergunni ng Handhavi ng Beheer Afval waterket Contractbeheer Watersysteemkwaliteit Projectaanstu ring Emissiebeheer Onderho ud Installaties Bouw, Bedi i ng Ci vieltechn. Waterhuishouding Planvorming Keurb eh eer Pei lbeheer Technisch e Dist Waterkering Engineeri ng Handhavi ng Onderh.Wa terkeri ng Water gang Procesbehee r datamanagemt Water R uimteli jke Ontwikkeli ng Projectondersteuni ng - Intsieve samwerking PIB B&O, maar minder dan OWB ivm de hoeveelheid project - Uitwisseling knis met OWB del van werkplaats software - Moeilijke samwerking team Informaticalaan door fysieke afstand - Mogelijk e verdere privatisering/uitbesteding van project samwerking pib Intsiteit Wate rbeheer Zui veri ngs - beheer Beleid Onderzoek Project- Ingieurs- Bureau V er gunning Beheer Afvalwaterket Contractbeheer Water systeemkwali teit Projectaansturi ng Emissiebeheer Install ati es Bouw, Bedii ng Civieltechn. Water huishoud ing Pl anvo rming K eurbeheer Peil beheer Technische Dist Waterkering Engi neering Onderh.Waterkerin g Watergang Procesbeh eer datamanagemt Water Ruimtelijke Ontwi kkelin g Projectondersteuning opdrachtgevers adviseur adviseur - Intsieve samwerking B&O OWB (opdrachtgever) - V&H in voortraject (adviesrol) - Inschakel externe specialistische (ingieurs) bureaus extern 11/13

12 samwerking v&h Intsiteit Waterbeheer Zuiveringsbeheer Beleid Onderzoek Project- In g ieurs- Bureau Vergu nning Beheer Instal laties Afvalwaterket Contractbeheer Bouw, Bediing Civi eltechn. On der houd Watersysteemkwaliteit Waterhuishoudi ng Projectaansturin g Pl anvormi ng Emi ssiebeheer Keurb eheer veel extern contact: Vergunni ngverstrekki ng (bedrijv & parti cul ier) Peil beh eer Technische Dist Waterkering Engi neeri ng Controle in het veld (via meldpunt) Onderh.Waterkering Watergang Procesbeheer datamanagem t Water Rui mteli jke Ontwikkeling Pro jec t- ondersteuning - Functioneert autonoom tov andere waterschapp gemete, maar samwerking gemete (richting burgers) belangrijk - Intsieve samwerking PIB B&O in voortraject (adviesrol), beperkt met OWB ZB - Veel contact burgers bedrijv: vergunningverstrekking controle in het veld via ctraal meldpunt (handhaving), evtueel in de toekomst 1 ctraal loket met gemete 12/13

13 TCN Concepts TCN Keulsekade 189 Postbus GV Utrecht Nederland T 31 () F 31 () E jakob.sutmuller@tcnpp.com 13/13