Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond IMPACTANALYSE OMGEVINGSWET EN DSO

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond IMPACTANALYSE OMGEVINGSWET EN DSO"

Transcriptie

1 Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond IMPACTANALYSE OMGEVINGSWET EN DSO Sparrenheuvel 32, 3708 JE Zeist (030) Project Versie 1.1 definitief / 24 februari 2017

2 INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING 3 1 INLEIDING Aanleiding voor deze impactanalyse en Opdracht Doel en scope Leeswijzer Aanpak op hoofdlijnen 9 2 WAT WIJZIGT ER IN HET OMGEVINGSRECHT? Doel en achtergrond van de wijzigingen Netwerksturing als organiserend principe Veranderingen op hoofdlijnen 13 3 WAT BETEKENT DAT? Ambitie van de VRR: kennispartner in netwerken Aansluiting bij lopende ontwikkelingen Omgevingswet als kans Verandering dienstverlening in het netwerk 17 4 IMPACT OP DE VRR Netwerkrelaties Organisatie Personeel Informatievoorziening en werkprocessen Conclusies 28 5 AANBEVELINGEN Focus op buiten Aanbevelingen Organisatie Aanbevelingen Informatievoorziening Nader te onderzoeken Tot slot 37 Bijlage 1 Plan van aanpak programmateam 38 Bijlage 2 Documenten en interviews 40 Bijlage 3 Aanpak Impactanalyse 41 Bijlage 4 Overige aspecten 42 Bijlage 5 IST situatie informatievoorziening 44 Bijlage 6 Schets DSO 45

3 3/47 SAMENVATTING Deze impactanalyse leidt ertoe dat de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (VRR) zicht krijgt op de gevolgen van de veranderingen in het Omgevingsrecht voor de organisatie van de VRR. De opdracht is om de effecten van de invoering van de Omgevingswet en het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) op de VRR in kaart te brengen, en daarbij ook de - nog in ontwikkeling zijnde - Wet kwaliteitsborging voor het bouwen mee te nemen. Deze impactanalyse geeft de confrontatie weer van deze externe ontwikkelingen met de VRR ambitie op gebied van fysieke veiligheid. De impact bestaat uit de omvang van de gevolgen van die ontwikkelingen en uit de duiding of die gevolgen positief of negatief zijn in relatie tot de ambitie van de VRR. De focus ligt op de veranderingen. Op basis van de impact hebben we aanbevelingen voor de VRR opgesteld. De impactanalyse geeft betekenis aan veranderingen buiten en de gevolgen voor de organisatie, in relatie tot waar de VRR naartoe wil. Deze managementsamenvatting beschrijft de bevindingen, duiding, analyse en aanbevelingen op hoofdlijnen voor de veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond 1. Wat brengt de Omgevingswet? Wat komt er op ons af? (Bevindingen) De Omgevingswet brengt een fundamentele stelselwijziging in het omgevingsrecht met zich mee en heeft grote gevolgen voor iedereen die zich bezighoudt met de fysieke leefomgeving in Nederland. Wie de stelselwijziging bestudeert, treft hierin nieuw taalgebruik en een nieuwe manier van organiseren van de overheid. De wetgever geeft aan dat de overheid in samenspraak met 1 De analyse levert ook voor andere veiligheidsregio s waardevolle inzichten op, maar de resultaten zijn niet voor iedere regio van toepassing. De situatie van de veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond is specifiek op onder meer het takenpakket dat is overeengekomen met gemeenten, de omvang en organisatie van industriële veiligheid, de samenwerking met omgevingsdienst (DCMR) en de GGD en de digitalisering van werkprocessen. Elke regio zal vanuit de eigen situatie de impact nader moeten bekijken.

4 4/47 andere actoren in de maatschappij de doelen voor de leefomgeving formuleert en erop toeziet dat deze doelen worden gehaald. Deze vorm van samenwerken kan men ook netwerksturing noemen. Netwerksturing vraagt een andere manier van organiseren, werken en andere instrumenten. Zo introduceert de wet voor gemeenten, en provincies en rijk de omgevingsvisie en het omgevingsplan die door co-creatie met burgers en belanghebbenden tot stand moeten komen. Integrale afwegingen staan daarbij centraal en dat vraagt meer samenhang tussen verschillende domeinen (veiligheid, gezondheid, milieu, water, infra en RO). De wet gaat uit van vertrouwen in plaats van controle. De wet geeft burgers en bedrijven meer ruimte voor het realiseren van activiteiten in de fysieke leefomgeving, mits dat bijdraagt aan gestelde kwalitatieve doelen. Veel normen zijn daarbij centraal geregeld en er geldt daarvoor een algemene zorgplicht. Het aantal activiteiten waar specifieke vergunningen voor nodig zijn neemt af of wordt vervangen door een melding. Maatwerk moet ook vaker mogelijk zijn bij activiteiten in de leefomgeving. Daarnaast moet het besluitvormingsproces Eenvoudig beter door middel van een digitaal loket, minder administratieve regels en strakke doorlooptijden. Wat betekent dat gegeven de VRR ambitie als kennisparter? (Duiding) De impact van deze veranderingen is afhankelijk van de ambities van de VRR en de bijdrage die de VRR wil leveren in het samenspel tussen initiatiefnemers, belanghebbenden en overheid. De VRR ambieert de rol van kennispartner rond fysieke risico s. Deze rol komt voort uit de wettelijk taken van de VRR 2. De VRR houdt zicht op alle fysieke risico s en duidt die in termen van veiligheid van burgers en eigen personeel. Omdat deze taken blijven bestaan, maar het samenspel wijzigt, zal de VRR ook de nodige aanpassingen moeten maken. De belangrijkste zijn de volgende: Beweging naar de voorkant noodzakelijk Het is belangrijk dat de VRR haar bijdrage kan leveren bij de start van het samenspel tussen initiatiefnemers, belanghebbenden en bevoegd gezag. Het is noodzakelijk dat de gemeente de veiligheidsnormen in haar beleid benoemt (Omgevingsvisie en Omgevingsplan), zodat er later in het proces ruimte is om daar op te sturen. Activiteiten in de fysieke leefomgeving kunnen immers leiden tot veiligheidsrisico s voor burgers en hulpdiensten. Met de normen kan de veiligheidsregio haar rol richting het bevoegd gezag waarmaken en kan deze een goede afweging maken tussen preventie en repressie. De VRR zal daarom naar de voorkant van het beleids- en besluitvormingsproces moeten bewegen. 3 Aan de voorkant gelden andere spelregels; het gaat om co-creatie en niet om advisering alleen. De gemeente 4 ontwikkelt haar ambities voor de fysieke leefomgeving immers samen met partners. In dat samenspel zal de VRR haar bijdrage moeten leveren. Minder zicht op risico s De wet gaat uit van vertrouwen in plaats van controle. De wet geeft burgers en bedrijven meer ruimte om activiteiten op het gebied van de fysieke leefomgeving te ontplooien en vertrouwt erop dat zij dat binnen de gestelde kaders en kwalitatieve doelen zullen doen. Er komen algemene regels om de kwalitatieve normen te duiden waaraan burgers en bedrijven zich moeten houden. Toestemming vooraf is minder nodig; er zullen minder vergunningen worden afgegeven en veel vergunningen gaan naar een melding. Pas daarna wordt inzichtelijk of burgers en bedrijven aan het gestelde voldoen (toetsing achteraf, in plaats van toestemming vooraf). De betekenis van deze 2 Met de komst van de Omgevingswet verandert de Wet veiligheidsregio s immers niet. Daarmee blijft de VRR gevraagd of ongevraagd adviseur voor bevoegd gezag (gemeenten, provincie, Rijk) op het gebied van branden, rampen en crises (Wvr art. 10, a, b, c), de risicokaart (Wvr art 45) en zal ook de bevolking over deze risico s moeten kunnen informeren (Wvr art 46, lid 2). 3 Dit is ook opgenomen in het Plan brandweerzorg, onder de noemer Voorkant veiligheidsketen 4 Afhankelijk van bevoegd gezag kan dat ook Rijk of de provincie zijn.

5 5/47 stelselwijziging is dat de VRR minder snel zicht heeft op actuele risico s in haar verzorgingsgebied. Tegelijkertijd willen bestuurders juist meer zicht op (actuele) risico s. Integraal product Schotten tussen de sectorale regels verdwijnen. Daarmee wordt een vervolg gegeven aan een (landelijke) ontwikkeling die met de Wabo op het terrein van bouwen, ruimte en milieu is ingezet. De betekenis hiervan voor de VRR is dat alle uitgangspunten en kaders rond brandveiligheid, risicobeheersing, industriële veiligheid, externe veiligheid en crisisbeheersing in samenhang moeten worden gebracht. Het gaat erom dat de VRR zo kan acteren zodat zij een integraal product levert in termen van fysieke veiligheid. Digitaal loket Omdat de wet ervan uitgaat dat burgers, bedrijven en overheid samen verantwoordelijk zijn voor de fysieke leefomgeving, moeten zij ook over een gelijke informatiepositie beschikken. Daarvoor wordt een Digitaal Stelsel Omgevingsrecht (DSO) ingericht met één digitaal loket. Met dat loket wordt ook invulling gegeven aan de ambitie van Eenvoudig beter. Achter het digitaal loket moet een effectieve, digitale samenwerking tot stand worden gebracht tussen VRR, gemeenten, DCMR, GGD en vele andere partijen. Hoe raakt dit de VRR organisatie? Wat zijn de gevolgen? (Analyse) De beweging naar de voorkant, het gewenste zicht op risico s, een integraal product en het werken achter een digitaal loket hebben belangrijke gevolgen voor bijna alle organisatie-aspecten. 5 De belangrijkste daarvan zijn: Netwerkrelaties: de omgevingswet vraagt zowel bewuster omgaan met externe partners in het netwerk als het intern verbinden door middel van portfoliomanagement. Met partners bedoelen we externe partijen zoals de gemeenten, de provincie, rijksoverheid, DCMR, GGD, bedrijven (w.o. Havenbedrijf Rotterdam), Gezamenlijke Brandweer, andere partners in crisisbeheersing, ontwikkelaars, adviesbureaus, burgers, instellingen et cetera. Het gaat erom samen met partners te ontwikkelen om bepaalde doelen te bereiken en keuzes te maken met welke partners je op welke wijze wilt samenwerken (partnerschappen passen bij je samenwerkingsstrategie). Organisatie: de VRR is nu georganiseerd rond de dienstverlening, gekoppeld aan de netwerken. Dat is een kracht van waaruit gewerkt kan worden omdat de nieuwe dienstverlening zich in de netwerken zal moeten ontwikkelen. De interne verbinding binnen de veiligheidsketen dient verder te worden versterkt. Juist die gesloten veiligheidsketen is het argument voor de unieke bijdrage van de VRR in het netwerk. De VRR brengt de kennis in van de gevolgen van activiteiten in de fysieke leefomgeving voor burgers, bedrijven en hulpdiensten. Daarin heeft de VRR een gerechtvaardigd belang; hulpdiensten worden immers geconfronteerd met de effecten wanneer veilig optreden onvoldoende kan worden gegarandeerd. Maar dan moet die interne verbinding binnen de veiligheidsketen niet juist de achilleshiel zijn van de organisatie. Personeel: het personeel zal nieuwe competenties (kennis, vaardigheden en gedrag) moeten ontwikkelen met de komst van dit nieuwe samenspel in de netwerken. Er ontstaan andere manieren van werken. Dat geldt met name voor het adviesproces maar het heeft ook effect voor (integraal) toezicht en handhaving. Verder verandert de rol van toezicht en handhaving van controleren op regels (regels) naar adviseren over veiligheid (het resultaat). Een beweging die overigens al wel is ingezet met de overgang van regelgericht naar risicogericht toezicht. 5 COPAFIJTH: Communicatie & externe relaties, Organisatie, Personeel, Administratieve organisatie, Financiën, Informatievoorziening, Juridische aspecten, Technologie en Huisvesting.

6 6/47 De VRR heeft volgens de leidinggevenden al goed zicht op de gevraagde competenties, onder meer als gevolg van de (her)certificering, maar beschikt nog niet op alle gebieden over die competenties. Daarnaast zullen rond de omgevingsvisie en het omgevingsplan (omgevingsbeleid) nieuwe rollen ontstaan waarvoor collega s moeten worden aangetrokken. Bijvoorbeeld een acoounthouder, die kennis en informatie vanuit de VRR ontsluit voor het netwerk. Informatievoorziening: om actueel zicht op risico s te krijgen c.q. te houden, zal de VRR moeten investeren in haar interne informatievoorziening en actief informatie moeten halen, door samenwerking en afspraken met partners als informatiebronnen. Daarnaast vraagt het DSO dat de informatie-processen van de VRR zijn toegerust op die samenwerking en op het werken met het DSO en dat de systemen de gevraagde informatie ook aan anderen kunnen leveren. Dit is lastig, omdat het DSO nog volop in ontwikkeling is en zich pas de komende jaren uitkristalliseert. Het werken via digitale loketten vraagt dat de VRR ook intern volledig digitaal gaat werken, en dat de VRR aansluit op landelijke voorzieningen. Hoe moet de VRR zich gaan voorbereiden? (Aanbevelingen) De samenwerking met externe partners zal de komende periode alle aandacht moeten krijgen. Juist in de samenwerking met partners in de diverse netwerken moet de VRR een nieuwe rol gaan ontwikkelen. Het is buiten waar wordt bepaald wat de gewenste rol en dienstverlening van de VRR zal zijn. Dat geldt het meest voor het (toekomstig) netwerk rond beleid van de fysieke leefomgeving het omgevingsbeleid, omdat juist daar een nieuwe rol moet worden waargemaakt. Tegelijk hebben we geconstateerd dat de VRR nog weinig beelden heeft bij hoe ze samen met partners in een netwerk kan ontwikkelen. Dat vraagt immers het gesprek over de gezamenlijke ambities en welke bijdrage iedere partner daaraan kan leveren. De huidige gesprekken over samenwerking richten zich meer op de dienstverlening en het gezamenlijke werkproces (keten). Daarom is dit het belangrijkste thema. Om die externe gerichtheid te versterken adviseren wij de VRR zich te concentreren op twee sporen met twee doelen: netwerkrelaties zijn op orde en organisatie is op orde. Om dat te realiseren zijn zeven activiteiten benoemd. Een groot deel daarvan zijn interne randvoorwaarden om de rol buiten te kunnen spelen. Belangrijke pijler voor de komende jaren is het uitvoeren van experimenten met partners rondom de dienstverlening van de VRR (3). Daarin wordt buiten en binnen daadwerkelijk verbonden en daarop zou het Programma Omgevingswet zich voornamelijk moeten richten.

7 7/47 1 INLEIDING 1.1 AANLEIDING VOOR DEZE IMPACTANALYSE EN OPDRACHT De Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (VRR) heeft een belangrijke rol in het verhogen en waarborgen van de veiligheid en gezondheid in de fysieke leefomgeving van mensen in haar verzorgingsgebied. Juist op dit vlak is momenteel een omvangrijke stelselwijziging op handen. De Omgevingswet is in maart 2016 aangenomen door de Eerste Kamer en op 26 april 2016 in het Staatsblad gepubliceerd. De bijbehorende Algemene Maatregelen van Bestuur (AMvB s) 6 en het beoogde ondersteunende Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) zijn begin 2017 nog onderwerp van ontwerp en consultatie en daarmee aan verandering onderhevig. Parallel loopt ook de ontwikkeling van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen. Vanwege de potentiële impact op taken, bevoegdheden, processen en informatievoorziening wil de VRR zich in een vroeg stadium voorbereiden en nu een duidelijk overzicht krijgen van de potentiële impact van deze ontwikkeling op de eigen organisatie. De opdracht is: Geef inzicht in de gevolgen (impact en keuzes) van de Omgevingswet, de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen en het DSO. Adviseer ons en doe aanbevelingen over de te kiezen richting (stip aan de horizon) en de te nemen vervolgstappen. De opdrachtgever heeft hierbij aangegeven dat het gaat om een verkennende analyse, die de zwaartepunten bij de invoering van de omgevingswet inzichtelijk maakt, en de VRR in staat stelt de juiste prioriteiten te stellen bij de voorbereiding. 1.2 DOEL EN SCOPE De impactanalyse geeft betekenis aan de veranderingen van buiten en de gevolgen voor de organisatie, in relatie tot waar de VRR naartoe wil. Doel van deze impactanalyse is dat de VRR zicht krijgt op de gevolgen van de Omgevingswet 7 als die wordt ingevoerd. Dat betekent dat deze impactanalyse betrekking heeft op de situatie vanaf inwerkingtreding van de wet, maar niet op het besluitvormingstraject dat daaraan vooraf gaat. Uiteraard is de VRR nu ook actief om het besluitvormingsproces en het uiteindelijke DSO te beïnvloeden. Dat traject valt buiten deze opdracht en de impactanalyse gaat daar niet verder op in. Voor de duidelijkheid is het goed om nog te benoemen dat de opdracht niet gaat over het bepalen van de nieuwe strategie van de VRR die een antwoord zou kunnen zijn op die impact. Deze opdracht is een impactanalyse, geen strategieontwikkeling. De impactanalyse richt zich met name op de bredere ontwikkeling, die met de Omgevinsgwet wordt beoogd. Minder op de AMvB s en het DSO omdat die momenteel nog in ontwikkeling zijn. De 6 Besluit Omgevingsrecht, Besluit Kwaliteit Leefomgeving, Besluit Bouwwerken Leefomgeving en Besluit activiteiten Leefomgeving. 7 Voor de eenvoud spreken we over de impact van de Omgevingswet, in de analyse en advies nemen we ook de mogelijke consequenties van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen mee. De AMvB s zijn nog voolop in ontwikkeling en worden in deze impactanalyse beperkt meegenomen.

8 8/47 impactanalyse heeft als scope de organisatie van de veiligheidsregio met al haar taken omdat de VRR zich terecht realiseert dat integraliteit nu noodzakelijk is. Naar eigen zeggen: De Omgevingswet is geen rood feestje. De veranderingen die de Omgevingswet in het stelsel met zich meebrengt worden op hoofdlijnen benoemd. Veranderingen zijn echter nog geen impact. Met de impact van de Omgevingswet wordt immers ook een kwalificatie gegeven: is deze groot, klein, positief of negatief? Om daar achter te komen moet we ook weten welke ontwikkeling de VRR door wil maken. Daarom maken we een combinatie met de ambities van de veiligheidsregio; wat zij wil bereiken in dat stelsel. De impactanalyse geeft de confrontatie weer van wat van buitenaf op de VRR af komt en wat de gevolgen daarvan zijn voor de organisatie. De gevolgen zijn geanalyseerd en inzichtelijk gemaakt rond de volgende aspecten: 8 contacten en netwerkrelaties; organisatie; personeel; informatievoorziening en werkprocessen. Daarnaast geeft deze rapportage advies over de te nemen vervolgstappen om op de komst van de Omgevingswet voorbereid te zijn. In deze impactanalyse starten we dus vanuit de wijzigingen in het omgevingsrecht, we kijken wat dat betekent voor de VRR en het programma en stellen uit de analyse het advies op hoe met deze wijzigingen om te gaan: 8 In de impactanalyse is een selectie gemaakt van de belangrijkste COPAFIJTH aspecten. De overige aspecten worden in de bijlage kort benoemd.

9 9/ LEESWIJZER Deze impactanalyse geeft antwoord op de volgende vragen: Wat wijzigt er in het Omgevingsrecht, wat is de verandering? Wat komt er op de VRR af? Deze bevindingen treft u aan in Hoofdstuk 2 Wat betekent dat gegeven de VRR ambitie? De duiding staat in Hoofdstuk 3 Hoe raakt dat de VRR organisatie? Wat zijn de gevolgen? De analyse leest u in Hoofdstuk 4 Hoe moeten de VRR zich gaan voorbereiden? Wat moet verder onderzocht worden? Het advies staat in Hoofdstuk 5 Deze impactanalyse geeft geen antwoord op de volgende vragen: Hoe ziet onze toekomstige situatie er precies uit? (ontwerp en strategie) Wat moeten we doen om dat te realiseren? (veranderaanpak) Wat moeten we doen ten aanzien van het besluitvormingsproces rondom AMvB s en DSO? (beïnvloeding proces wetgeving). 1.4 AANPAK OP HOOFDLIJNEN Wij staan voor oplossings- en resultaatgericht adviseren. Uiteindelijk moet het programmateam met dit advies in hun werkpraktijk vooruit kunnen. Daarom vinden wij het van belang dat er kennisoverdracht plaatsvindt. We hebben dan ook samen met het programmateam adviezen uitgewerkt, die passen bij de VRR-praktijk. We stellen het programmateam in staat om zelf onze adviezen verder uit te werken, te implementeren en duurzaam te gebruiken. De impactanalyse hebben we in onderstaande 4 stappen uitgevoerd: In bijlage 2 is de aanpak verder uitgewerkt.

10 10/47 2 WAT WIJZIGT ER IN HET OMGEVINGSRECHT? Wat komt er op de VRR af? Dit hoofdstuk schetst onze bevindingen over de verandering die de omgevingswet en de privatisering bouwtoezicht met zich mee brengen. 2.1 DOEL EN ACHTERGROND VAN DE WIJZIGINGEN De Omgevingswet brengt een fundamentele stelselwijziging in het omgevingsrecht met zich mee en heeft grote gevolgen voor iedereen die zich bezighoudt met de fysieke leefomgeving in Nederland. Het doel van de Omgevingswet is tweeledig: Een veilige en gezonde leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit bewerkstelligen. De fysieke leefomgeving op een duurzame en doelmatige wijze te kunnen behouden, beheren, gebruiken en ontwikkelen ter vervulling van verschillende maatschappelijke functies. De doelen van de stelselwijziging in het omgevingsrecht zijn breder: Ruimte voor ontwikkeling, waarborgen voor kwaliteit Het moet eenvoudiger, efficiënter en beter: projecten moeten in samenhang en per gebied worden aangepakt. Procedures mogen niet meer eindeloos duren, regelgeving moet voorspelbaar, betaalbaar en transparant zijn. Onderzoekslasten kunnen aanzienlijk worden verminderd. Zekerheid en dynamiek: Bescherming van burgers blijft een belangrijk doel. Daarnaast moet het ook uitnodigen tot nieuwe initiatieven en ontwikkelingen en niet alles bij voorbaat dichttimmeren. Ruimte voor duurzame ontwikkeling: Veel regels zijn verouderd en staan innovatieve ontwikkelingen, gericht op duurzaamheid, in de weg. Het nieuwe omgevingsrecht ondersteunt en stimuleert juist de transitie naar een duurzame samenleving. Ruimte voor regionale verschillen: Wat goed is voor de ene regio, is lang niet altijd geschikt voor de andere. Het nieuwe omgevingsrecht is flexibel, waardoor provincies en gemeenten regionaal en lokaal maatwerk kunnen leveren. Actieve en kwalitatief goede uitvoering: Het oude omgevingsrecht is gericht op het beschermen van deelbelangen en daardoor defensief. Het nieuwe omgevingsrecht is flexibel en biedt transparante en doelmatige procedures. Die prikkelen bestuurders tot actief gedrag dat is gebaseerd op vertrouwen en het dragen van verantwoordelijkheid. Bron: factsheet Omgevingswet Ruimte voor ontwikkeling, waarborgen voor kwaliteit - ministerie van IenM, juni

11 11/47 Enkele concepten lichten we eruit: Integraal denken en werken Directe aanleiding voor de stelselwijziging is de veelheid en complexiteit van regelgeving binnen het omgevingsrecht, waarbij veel maatschappelijke opgaven een integrale benadering vragen in plaats van een sectorale benadering. Bovendien is gebleken dat het combineren van opgaven kan leiden tot betere resultaten. De wet bundelt daarom 26 bestaande wetten voor onder meer bouwen, milieu, water, ruimtelijke ordening en natuur en vele AMvB s (120) en besluiten (120). Belangrijk gevolg van de Omgevingswet is dat integraal denken en doen voorop staat. Het gaat erom dat maatschappelijke vraagstukken in de fysieke leefomgeving integraal worden benaderd en dat oplossingen ontstaan door een integrale afweging te maken tussen verschillende belangen (ruimtelijke ordening, veiligheid, milieu, geluid, gezondheid et cetera). Dat vraagt ook dat actoren vanuit die verschillende domeinen samenwerken gericht op de kwaliteit van de leefomgeving in hun gebied. Gedeelde verantwoordelijkheid Naast deze vakinhoudelijke vernieuwing introduceert de Omgevingswet ook nieuwe concepten, andere begrippen en hanteert een ander paradigma. De wet gaat ervan uit dat maatschappelijke doelstellingen rond veiligheid, gezondheid en duurzaamheid een gedeelde verantwoordelijkheid is van overheid, burgers en bedrijven. De wet beoogt een decentralisering waarbij niet alleen medeoverheden, maar ook de burgers en bedrijven een grotere verantwoordelijkheid krijgen voor het beleid en de uitvoering ervan. De overheid is dus medeverantwoordelijk, in plaats van dat zij eindverantwoordelijk is. Voor het behalen van publieke doelstellingen of waarden is de inzet vereist van verschillende publieke en private organisaties. 9 Uitgaan van vertrouwen De wet gaat bovendien uit van vertrouwen in plaats van controle. De wet laat ruimte voor het realiseren van activiteiten van burgers en bedrijven binnen de gestelde kwalitatieve doelen op het gebied van de fysieke leefomgeving. Er is sprake van een algemene zorgplicht van burgers en bedrijven voor de kwaliteit van de leefomgeving. Maar de kwaliteit van de een, kan ten koste gaan van de kwaliteit van de ander. Daar heeft de overheid wel een rol met het stellen van normen. De zorg van de overheid is erop gericht de fysieke leefomgeving te verbeteren waar deze tekort schiet en kwaliteiten te behouden waar deze goed zijn. Via monitoring wordt bepaald wat de kwaliteit van de fysieke leefomgeving is en dat wordt transparant gemaakt voor alle betrokkenen. Dat leidt in een cyclisch proces tot nieuwe (gezamenlijke) visievorming en, waar nodig, nieuwe maatregelen. Deze nieuwe uitgangspunten vragen ook van de VRR om een nieuwe werkpraktijk, voornamelijk op het gebied van toezicht en handhaving. Maatwerk door gemeenten De Omgevingswet brengt een decentralisatie met zich mee. De gedachte daarachter is dat hoe meer decentraal de beoordeling plaatsvindt, hoe groter de kans is op een integrale afweging en maatwerk. In bepaalde situaties mag het bevoegd gezag ruimere of juist strengere regels stellen of individueel maatwerk bieden. In de besluitvorming verschuift het accent daarbij naar het voortraject. De gemeente heeft de rol om alle betrokkenen te stimuleren om te komen tot maatwerkoplossingen, die bijdragen aan de gestelde doelstellingen. Dat geldt voor de omgevingsvisie, maar ook voor het omgevingsplan. Dit zijn twee nieuwe instrumenten waaromheen de onderhandelingen tussen overheid, initiatiefnemers en burgers kunnen worden vormgegeven. 9 De bestuurlijke verantwoordelijkheid voor systemen, Rob, november 2016.

12 12/47 De gemeenten zullen daarbij (moeten) nadenken hoe zij de participatie van de belanghebbenden, waaronder die van medeoverheden organiseren. Daarin is de VRR slechts één van de spelers. 10 Het huidige omgevingsrecht is te versnipperd en niet inzichtelijk genoeg. Bovendien ligt de balans te veel bij zekerheid en te weinig bij een dynamiek van groei dankzij duurzame ontwikkeling. 11 Uitnodigende overheid Beschermen van burgers is een belangrijk doel van de wet. Tegelijk gaat de wet ook uit van een uitnodigende overheid, die zo veel mogelijk werkt met open normen en die meedenkt met de wensen en ambities van burgers en bedrijven; zij die activiteiten ontplooien in de fysieke leefomgeving. Deze uitnodigende overheid vraagt een andere rol van de initiatiefnemer én van de overheid. De initiatiefnemer (bedrijf of burger) zal daarvoor een actieve opstelling moeten hebben en zal zich samenwerkingsvaardig moeten tonen. Maar ook de overheid zal nieuwe competenties moeten ontwikkelen. De overheid moet transparant en flexibel werken, maatwerk leveren en volledig digitaal werken om die samenwerking tot stand te brengen. Daarnaast vraagt het een meer op uitwisseling en onderhandeling gerichte houding. Waar de gemeente niet meer een instantie is, maar steeds meer partner, zal ook de VRR (als verlengd lokaal bestuur) zich ook zo moeten opstellen. De VRR zal haar nieuwe rol in die netwerksamenleving moeten innemen. 2.2 NETWERKSTURING ALS ORGANISEREND PRINCIPE Wie de stelselwijziging bestudeert, treft hierin nieuw taalgebruik en een nieuwe manier van organiseren van de overheid. De wetgever geeft aan dat de overheid in samenspraak met andere actoren in de maatschappij de doelen voor de leefomgeving formuleert en erop toeziet dat deze doelen worden gehaald 12. Samenwerking wordt [daarmee] gezien als een leerproces op basis van een gedeelde verantwoordelijkheid en gedeeld eigenaarschap. Er worden afspraken gemaakt over gezamenlijke uitgangspunten en praktische vervolgacties. 13 Deze vorm van samenwerken kan men ook netwerksturing noemen. Netwerksturing vraagt een andere manier van organiseren, werken en andere instrumenten. Het gaat erom een zeker mate van flexibiliteit in te bouwen zodat kan worden aangesloten bij de dynamiek van de netwerken. Dat geldt zowel op inhoud als ook op proces. Tegelijk moet ook gewerkt worden aan borging van de afspraken en resultaten. Netwerksturing vraagt daarom veel inspanningen en gaat -in tegenstelling wat soms wordt beweerd- niet vanzelf. Wanneer netwerksturing als organiserend principe wordt gekozen, zal dat ook z n doorwerking hebben bij iedere actor die geraakt wordt door deze omgevingswet. Ook zij zullen zich hierop moeten aanpassen wat betreft de relaties met partners (verkennend samenwerken), organisatie (portfoliomanagement), personeel (samenwerkingsvaardig), managementstijl (wederzijdse beïnvloeding) en informatievoorziening (faciliterend aan diverse netwerken). De organisaties moeten zo ingericht zijn dat zij slim en effectief kunnen inspelen op ontwikkelingen én toevalligheden, die binnen het netwerk spelen. Tegelijk dienen zij ook een herkenbare bijdrage te leveren in het netwerk. 10 De bijdrage van de VRR ligt in kennis over risicobeheersing, incidentbestrijding en crisisbeheersing. 11 Memorie van Toelichting Omgevingswet, samenvatting. 12 Zie ook de video Ontwerp Veilige Omgeving: samen ontwerpen 13 De bestuurlijke verantwoordelijkheid voor systemen, Rob, november 2016.

13 13/ VERANDERINGEN OP HOOFDLIJNEN De belangrijkste veranderingen voor de VRR staan in de volgende tabel. 14 Stelselwijzigingen Omgevingsrecht 1 Co-creatie van beleid aan de voorkant van beleidsprocessen (introductie Omgevingsvisie, Omgevingsplan). Wat vraagt dat van de VRR Naar de voorkant in de keten bewegen: in een vroeg stadium meedenken met ontwikkelingen (voor het vooroverleg) vraagt de juiste expertise, vaardigheden en het juiste gedrag (adviesrol en cocreatie). 2 Eenvoudig beter : eenvoudiger, efficiënter en beter besluitvormingsproces. Gemeenten zullen werken met verkorte doorlooptijd van plannen en vergunningen. Gemeenten willen vooral voorspelbaar zijn. 3 Van controle naar vertrouwen: initiatief bij burgers en bedrijven, zij zijn verantwoordelijk, gemeenten nodigen uit. In de afweging gaat het meer om kaders vooraf, in plaats van maatregelen achteraf. 4 Omgevingswet stuurt op doelen en maatschappelijke opbrengsten en dus op afweging van risico s in plaats van regels. Monitoren en beschikbaar stellen van informatie is een belangrijke rol van de overheid. 5 Integrale afwegingen: meer samenhang tussen de domeinen veiligheid, milieu, water, infra en RO. NB: in de huidige versie van de wet en AMVB s is toezicht en handhaving BRZO nog niet duidelijk als taak voor de veiligheidsregio gepositioneerd. 6 Van publieke naar (deels) private bouwplanadvisering 15. Deel adviestaken valt weg 16, informatie over risico s van bouwwerken verdwijnt daardoor. Zie ook punt 7 en 8. 7 Digitaal loket als leidend principe. Burgers en bedrijven hebben recht op informatie, zowel inhoudelijk als met betrekking tot regelgeving. Informatie wordt gebundeld en uitgewisseld via het Digitaal Stelsel Omgevingsrecht (DSO) 17. Adviezen en inspecties van VRR moeten transparant zijn en zullen sneller gereed moeten komen. VRR moet tijdig communiceren over termijnen in dienstverlening en in hoeverre die kunnen worden behaald. Toezicht en handhaving winnen aan belang om actueel zicht op risico s te behouden. Doorontwikkeling van risicogericht werken binnen toezicht en handhaving door meer meedenken en gelijkwaardige oplossingen aanreiken aan burgers en bedrijven (gericht op maatschappelijke opbrengsten). Risico s in beeld brengen en bijdrage leveren aan monitoring van zowel operationele als bestuurlijke risico s. Het vraagt van VRR een beweging van regelgericht naar risicogericht werken. Echt integraal werken samen met andere domeinen (RO, milieu, gezondheid et cetera). Aandacht vragen voor wettelijke taak, alert zijn op mogelijke wijziging takenpakket. Dit vraagt verwerven van informatie via andere kanalen (intern en extern). Daarnaast vraagt het van toezichthouders dat ze in staat zijn zich ter plekke snel een beeld te vormen. Goede aansluitingen op het Digitaal Stelsel Omgevingsrecht en effectieve samenwerking achter het loket met onder andere gemeenten, DCMR en GGD. In staat zijn om betrouwbare informatie beschikbaar te stellen voor risicobeoordeling, voorlichting, advies, toezicht en handhaving en inzet. 14 Opgesteld op basis van gesprekken, documenten en de workshops Organisatie en Informatie. 15 Is gevolg van Wet kwaliteitsborging voor het bouwen, niet Omgevingswet. Maar past ook in de bredere ambities van wetgever met deze stelselwijziging om meer verantwoordelijkheid bij private partijen te leggen. 16 In eerste instantie gaat het alleen om Gevolgklasse 1. De VRR doet daar weinig in, en de impact is in eerste instantie dus gering (voor andere regio s kan dit heel anders liggen). Als de private advisering wordt uitgebreid naar Gevolgklasse 2 of zelfs 3, zijn de consequenties ook voor de VRR groot. 17 Voor nadere toelichting op het DSO, zie bijlage 6.

14 14/47 Stelselwijzigingen Omgevingsrecht 8 Deregulering: meer directe werking van nationale regelgeving en (decentraal) omgevingsplan, minder vergunningen. Van vergunning naar melding. Onderzoeklasten moeten omlaag, onderzoek is pas verplicht bij het omgevingsvergunningsproces (alleen concrete initiatieven worden onderzocht) en niet (al) bij de fase van omgevingsplan. Informatie over risico s (brand, ramp en crises) wordt minder vanzelfsprekend beschikbaar gesteld of pas later in het proces. Wat vraagt dat van de VRR Je moet investeren in andere manieren van informatie halen: door slim samenwerken met partners (intern en extern, aanvullende informatieuitwisseling opzetten naast DSO) en door beter signaleren en onderzoeken van meldingen en incidenten. Veranderingen zijn echter nog geen impact. Met de impact van de Omgevingswet wordt ook een kwalificatie gegeven: is deze groot of klein, positief of negatief? En welke aanbevelingen horen daar dan bij? Om daar achter te komen moet we weten welke ontwikkeling de VRR door wil maken. In het volgende hoofdstuk gaan we daar verder op in.

15 15/47 3 WAT BETEKENT DAT? Wat betekenen deze ontwikkelingen, gegeven de VRR ambitie en het lopende programma Omgevingswet? In dit hoofdstuk duiden wij de veranderingen. 3.1 AMBITIE VAN DE VRR: KENNISPARTNER IN NETWERKEN Passend bij de ontwikkelingen in haar omgeving, heeft de organisatie haar ambities geformuleerd. De VRR ondersteunt het bevoegd gezag bij het creëren van een veilige fysieke leefomgeving in de regio Rotterdam-Rijnmond. Dit doet zij door het bevoegd gezag te informeren en te adviseren over de mogelijkheden tot het voorkomen, beperken en bestrijden van branden, rampen en crisis, door het houden van toezicht, handhavend optreden (in mandaat) en door het zelfstandig nemen van besluiten over bedrijfsbrandweeraanwijzingen. Daarmee streeft de VRR naar minder incidenten, minder slachtoffers, minder schade en veiligere omstandigheden voor het eigen personeel. De bijdrage van de VRR in het netwerk dat zich bezighoudt met de fysieke leefomgeving in Rotterdam-Rijnmond is vooral kennis brengen. Het gaat dan om kennis van diverse domeinen: brandveiligheid, risicobeheersing, industriële veiligheid, ruimtelijke veiligheid, crisisbeheersing. Dat doet de VRR in diverse netwerken. Uit onze analyse blijkt immers dat het netwerk van de VRR niet bestaat. Er is sprake van diverse netwerken, elk met eigen opgaven en doelstellingen. Zo zijn er netwerken rondom de gemeente Rotterdam, specifiek rond het havengebied (met de DCMR en Gezamenlijke Brandweer), rond enkele samenwerkende gemeenten (BAR-gemeenten, Rijnmondberaad) en nog veel meer. 18 Daarnaast werkt de VRR samen met de regio s in Zuid- Holland en Zeeland 19. Er zijn diverse netwerken op landelijke schaal waarin de VRR participeert rond brandweerzorg (netwerken Brandweer Nederland) en industriële veiligheid (landelijk expertisecentrum Brandweer BRZO, LEC Brzo). Er wordt geïnvesteerd in de samenwerking met partners, op diverse niveaus wijk, gemeente, regionaal en landelijk. We noemen dit een multinetwerk benadering. 3.2 AANSLUITING BIJ LOPENDE ONTWIKKELINGEN Binnen de VRR lopen diverse initiatieven om voorgaande ambitie waar te maken. De meest relevante programma s en/of projecten zijn hieronder weergegeven. Daarnaast zetten we wat de impact is van de wijziging Omgevingswet op de lopende ontwikkeling: wordt de ontwikkeling versterkt of vragen de wijzigingen in het omgevingsrecht juist iets anders van de VRR organisatie. Lopende ontwikkelingen Nieuwe Regionaal Beleidsplan ontwikkelen Past dit bij gevraagde ontwikkeling vanuit de wijziging Omgevingswet? Positief, het nieuwe beleidsplan is een kans als de regio er nu al in slaagt om belangrijke elementen voor het werken in de geest van de omgevingswet hierin op te nemen. 18 De inrichting van de VRR sluit hierbij aan. Zo is er een afdeling Risicobeheersing en een afdeling Industriële Veiligheid, die ieder de samenwerking met hun netwerk organiseren en de dienstverlening vooral richten op hun bevoegd gezag: gemeenten, respectievelijk DCMR. 19 Samenwerkingsverband Zuidwest Nederland

16 16/47 Lopende ontwikkelingen De Verbinding tussen preventie, operationele voorbereiding en repressie. Ontwikkelen / actualisatie dienstverlenings- of samenwerkingsovereenkomsten met gemeenten Heroriëntatie op evenementenadvisering Past dit bij gevraagde ontwikkeling vanuit de wijziging Omgevingswet? Tegelijkertijd zal het beleidsplan straks bijgesteld moeten worden als de wet en de AMVB s volledig zijn uitgekristalliseerd. Positief, VRR moet in staat zijn om relevante (actuele) informatie beschikbaar te stellen voor risicobeoordeling, voorlichting, advies, toezicht en handhaving en inzet. Positief, biedt nu ruimte om de vraag te stellen wat wordt verwacht van de VRR. Zeker daar waar het op outcome gericht is en ruimte biedt bijdrage aan het netwerk samen te bepalen. Positief; verdere verbreding scope en integraal werken Toewerken naar één ingangsloket (intake) Leanification en implementatie processen RB in Corsa BPS Verdere implementatie processen in Corsa BPS (evenementen, IV) Kwaliteitsmanagement van personeel (RB), opleidingsmatrix (IV) Positief; past bij gevraagde ontwikkeling dat adviezen en inspecties transparant zijn en sneller gereed moeten komen. Aandacht voor tijdige communicatie over termijnen van adviezen in dienstverlening. Positief, past bij gevraagde ontwikkelingen mits de leanification van de processen voldoende flexibiliteit in de dienstverlening behoudt. Tevens wordt met dit proces alvast geoefend op welke wijze de dienstverlening kan worden ontwikkeld en aangepast aan de klantvraag. Positief, omdat het bijdraagt aan meer uniforme en transparante manier van werken. Met als kanttekening dat er flexibiliteit moet zijn om processen gaandeweg aan te passen aan de nieuwe rol van de VRR in de netwerken. Positief, complexe vergunningen vragen meer expertise vanwege de brede (integrale) insteek en (meer) lokale afwegingsruimte. Daarnaast ook procescompetenties versterken. Positief, adviezen en inspecties van VRR moeten transparant zijn. Vormgeven archieffunctie en beheerorganisatie DIV. A3- methodiek voor jaarplannen Wanneer gekoppeld wordt aan bijdrage in het netwerk positief, anders negatief want te intern gericht. Voorbereiding plan hoogbouw Rotterdam Positief, door gezamenlijk op te trekken en hierin trekken RB en IB gezamenlijk op multidisciplinair naar de plannen te kijken, versterkt VRR Uitvoering strategisch meerjarenplan afdeling Industriële Veiligheid Plan brandweerzorg: Risicogericht werken, integraal werken, verbinding veiligheidsketen (incl. business intelligence) de meerwaarde in de planvorming. Positief, projecten die lopen voor de verwezenlijking van de visie en missie hebben betrekking op het intern organiseren, op duidelijkheid naar buiten en het zoeken van samenwerking. Positief; naar de voorkant in de keten bewegen, integraal werken. Noodzakelijk hierbij is dat het plan dan ook integraal wordt opgepakt en ingevuld. De dynamiek van de Omgevingswet (buiten) biedt een kans voor versnelling van ontwikkelingen die al in gang zijn gezet zoals risicogericht werken, integraal werken, versterken van De Verbinding tussen preventie, operationele voorbereiding en repressie en het toewerken naar één loket. Daarmee is de Omgevingswet ook een kans voor de organisatieontwikkeling van de VRR. Het vraagt wel dat deze ontwikkelingen in samenhang worden opgepakt en elkaar gaan versterken.

17 17/47 Wij hebben onvoldoende kunnen vinden over lopende ontwikkelingen, die meer gericht zijn op het acteren buiten. Omdat de Omgevingswet uitgaat van netwerksturing als organiserend principe achten wij het noodzakelijk dat de VRR aansluit op ontwikkelingen buiten. In de komende jaren zal het noodzakelijk zijn om de ontwikkelingen binnen te verbinden met de ontwikkelingen buiten in de netwerken. 3.3 OMGEVINGSWET ALS KANS En wat speelt er dan buiten? Ook daar is een hoop in beweging. Partners in Rotterdam-Rijnmond verkennen momenteel hun rol het nieuwe stelsel. Dat bleek ook uit onze gesprekken met externe partners. De wet heeft in deze regio impact op gemeenten, provincie, waterschappen, omgevingsdienst, GGD, bedrijven et cetera. Al deze organisaties hebben met deze stelselwijziging te maken en zullen zich dan ook moeten verhouden tot deze ontwikkeling. Een uitvloeisel hiervan is soms een nieuwe rolverdeling in de netwerken. Die beweging in de verschillende netwerken, biedt de VRR de mogelijkheid om in sommige netwerken een nieuwe rol te ontwikkelen. De VRR ziet de Omgevingswet daarmee ook als kans om een nieuwe rol te tonen. Het is te verwachten dat de meeste veiligheidswinst te halen is aan de voorkant van het beleids- en besluitvormingsproces. Naast advies bij vergunningverlening door bevoegd gezag zal co-creatie van beleid belangrijk worden. Maar er zijn meer mogelijkheden genoemd om in bepaalde netwerken een nieuwe rol te gaan vervullen. Nieuwe rollen die genoemd zijn: Beleidsontwikkeling in co-creatie met gemeenten en andere stakeholders rond Omgevingsvisie en Omgevingsplan. Doorontwikkelen naar een Uitvoeringsdienst Bouwveiligheid Ontwikkelen expertisecentrum bouwveiligheid voor West 4. Monitoren van de risico s uitbreiden naar monitoren van de fysieke leefomgeving. 20 Maar ook waar bestaande rollen worden gecontinueerd, kunnen deze anders worden ingevuld. Het vraagt dat de VRR deze kans nu ook pakt en verzilvert. Dat vraagt een expliciete verkenning van haar dienstverlening en daarmee bijdrage in de netwerken. 3.4 VERANDERING DIENSTVERLENING IN HET NETWERK We hebben geconstateerd dat er niet één impact is van de omgevingswet voor de VRR. De impact hebben we daarom per product/dienst inzichtelijk gemaakt. De rol van VRR als kennispartner uit zich in de diverse netwerken met diverse diensten en producten. Zie de tabel op de volgende pagina. Hier is benoemd wat de impact van de nieuwe wet kan zijn op de netwerken en op de producten van de VRR. De impact hebben wij geduid als klein of groot, en positief of negatief. De impact geeft aan wat het verwachte effect is van de verandering die de wet met zich meebrengt, afgezet tegen de VRR ontwikkelingen (Ambitie VRR). Deze analyse zal de VRR de komende periode met haar partners moeten toetsen, om een gezamenlijk beeld te ontwikkelen van de invulling van de toekomstige rollen van de VRR. Graag merken we hierbij op dat de VRR zelf een grote ontwikkelbehoefte heeft op sommige producten, maar dat het effect van de omgevingswet hierop klein is. Een voorbeeld hiervan is het product evenementenadvisering. We geven dan dus aan dat de impact klein is, wat niet wil zeggen dat de VRR niets hoeft te doen (om andere redenen). 20 Net als de GGD voor de gezondheid doet met haar regionale VtV voor gemeenten, zou de VRR de rol van monitor voor veiligheid op zich kunnen nemen. De staat van de veiligheid op regionaal niveau.

18 18/47 Netwerk (globaal benoemd) Dienst of product VRR Veranderingen extern en voor VRR Impact Gemeenten, Provincie, Havenbedrijf, ontwikkelaars, belanghebbenden Co-creatie bij omgevingsvisie/- plan (nieuw product) Er zijn nieuwe plannen waarop de VRR integraal kan adviseren in vroegtijdig stadium. De VRR wil een grotere rol in kaderstelling. Dit is nieuw en vraagt veel van de organisatie. Het past bij de VRR ambitie om aan de voorkant veiligheid te vergroten. Groot, positief Advies risico s omgevingsveiligheid (nieuw product) Andere rol wordt verwacht wanneer in planfase al betrokkenheid was. Adviezen op basis van eigen monitoring risico s. Groot, positief Toezicht omgevingsveiligheid (nieuw product) Breder toezicht met betrekking tot omgevingsveiligheid mogelijk op basis van omgevingswaarden uit omgevingsplan. Denk ook aan signaaltoezicht. Nadere verkenning in netwerk noodzakelijk. Groot, positief Gemeenten, adviesbureaus, ontwikkelaars, burgers Advies bereikbaarheid en bluswater in omgevingsplan Advies integreren in dienstverlening rond omgevingsplan (integraal advies). Beperkt, positief Evenementenorganisatoren, gemeenten Advies evenementen Vanuit de brede scope van het omgevingsplan mag verwacht worden dat het evenementenbeleid onderdeel zal worden van een omgevingsplan (nu nog aparte verordening). VRR werkt hier al integraal en heeft goede positie in netwerk, het is dus makkelijk mogelijk om waar nodig aan te passen. Klein, positief Toezicht evenementen Geen grote wijzigingen voorzienbaar op basis van Omgevingswet. VRR werkt al integraal samen met partners. 21 Klein DCMR, Provincie, gemeenten, Rijksoverheid, bedrijven, iszw (alleen BB) Advies Omgevingsvergunning (milieu) Wijzigingen voorzienbaar op basis van Omgevingswet omdat advies een plicht wordt (nu beperkt). Betekent ook dat wettelijke termijnen gaan gelden. VRR werkt al risiscogericht en integraal samen in het netwerk, dus de impact is beperkt. Afstemming met GHOR wordt belangrijker. Beperkt, positief Afgeven van bedrijfsbrandweeraanwijzingen en toezicht en handhaving op bedrijfsbrandweeraanwijzingen Wordt mogelijk gekoppeld aan de omgevingsvergunning. Nog onduidelijk welke kant het op gaat met aanwijzingen. Bij koppeling gaan bijbehorende strakke Beperkt, negatief 21 Het Besluit Brandveiliggebruik Overige plaatsen zal mogelijk per 1 juli dit jaar de de gemeentelijke Brandbeveiligingsverordening vervangen. De grootste wijziging hiervan is dat er geen vergunningen meer komen maar meldingen voor evenementen. Dat heeft een organisatorisch gevolg, maar ook een financieel omdat de VRR hiervoor ook leges ontvangt en deze dus wegvallen.

19 19/47 Netwerk (globaal benoemd) Dienst of product VRR Veranderingen extern en voor VRR Impact doorlooptijden gelden. Druk op doorlooptijd omdat bedrijven niet altijd meewerken. Gemeenten, adviesbureaus, ontwikkelaars, burgers Advies Omgevingsvergunning (bouwtechnisch, installaties) Deel van adviesvraag gemeenten valt weg omdat bepaalde bouwactiviteiten vergunningsvrij zijn, dat worden meldingen (minder werkvoorraad). Daarnaast advies + toezicht tijdens de bouw mogelijk op termijn naar markt (risico). Minder informatie over risico s beschikbaar. Groot 22, negatief Gemeenten, adviesbureaus Toezicht/Handhaving (bestaande) Bouw Toezicht bestaande bouw wordt op verzoek van sommige gemeenten uitgevoerd. Mogelijk gaat dit terug naar gemeenten (risico, nog onduidelijk). Groot, negatief DCMR, Provincie, gemeenten, Rijksoverheid, bedrijven, (iszw voor BRZO) Toezicht/Handhaving Milieu VRR werkt al integraal en risiscogericht met TH-partners samen. Klein Toezicht/Handhaving Sevesoinrichtingen (BRZO) Eisen voor Brzo-inrichtingen onoverzichtelijker. Handhavingsperspectief (landelijk) uitwerken, is afhankelijk van AMVB s. Beperkt, negatief Repressieve Diensten Operationele informatie Wanneer de VRR niet haar rol aan de voorkant kan waarmaken, is risicoinformatie is niet meer vanzelfsprekend bij de VRR aanwezig en vraagt dus aanvullende inspanningen om de operationele informatievoorziening op orde te houden. Samenwerking met gemeenten en DCMR als bron wordt belangrijker. Wanneer die rol aan de voorkant wel wordt ingevuld is de interne verbinding in de veiligheidsketen nog voor verbetering vatbaar. Groot, negatief Dienstverlening aan gemeenten op andere onderwerpen is ook genoemd, maar minder belangrijk in het kader van gereedmaken voor de Omgevingswet. Niet alle taken worden geraakt De VRR levert diensten en producten op het brede terrein van risicobeheersing, incidentbestrijding en crisisbeheersing en levert daarmee een bijdrage aan de veiligheid, gezondheid en duurzaamheid van de fysieke leefomgeving. Maar niet alle taken van de veiligheidsregio worden geraakt door deze stelselwijziging. Het is goed deze expliciet te benoemen. Dan wordt voor de organisatie ook duidelijk op welke terreinen geen verandering optreedt. Met de komst van de Omgevingswet verandert de Wet veiligheidsregio s immers niet. Daarmee blijft de VRR de adviseur voor bevoegd gezag (gemeenten, provincie, Rijk) op het gebied van branden, rampen en crises. Daarnaast zal de VRR ook de incidentbestrijding en organisatie van de rampenbestrijding en crisisbeheersing blijven 22 De impact is voor VRR groot als uiteindelijk ook de advisering op Gevolgklassen 2 en 3 geprivatiseerd wordt. Voor gevolgklasse 1 is de impact voor de VRR klein.

20 20/47 invullen. Tenslotte informeert de veiligheidsregio de bevolking over risico s van rampen, branden en crises. Naar verwachting zal voorlichting van burgers en bedrijven (veilig leven) ook een taak blijven, en aan belang toenemen. Zie onderstaande figuur voor deze afbakening. Wij adviseren dit in het programma verder uit te werken (zie aanbevelingen). VRR aan de voorkant van het proces: co-creatie De Omgevingswet introduceert de omgevingsvisie en het omgevingsplan, dat de gemeente opstelt in samenwerking met burgers, bedrijven en partners. In deze nieuwe instrumenten wordt al het sectorale beleid gebundeld en geïntegreerd en deze plannen zijn daarmee een verbreding van de nu bestaande bestemmingsplannen. De verwachting is dat er sprake zal zijn van continue bijstelling van deze plannen omdat de maatschappelijke opgave dat noodzakelijk maakt. Uit de workshop komt naar voren dat de VRR juist op dit terrein een nieuwe rol kan vervullen. De VRR kan een waardevolle bijdrage leveren aan de totstandkoming van beide producten. Het gaat er daarbij om dat de VRR -samen met partners- een beeld ontwikkelt van omgevingsbeleid. Bij deze co-creatie van beleid staat voorop dat recht wordt gedaan aan veiligheid, maar het is niet meer het recht op veiligheid. Het vraagt van de VRR dat zij deze beweging naar de voorkant in het proces ook maakt! Uit de workshop komt de urgentie naar voren om die beweging te kunnen maken. Wanneer de gemeente de veiligheidsnormen niet heeft benoemd, is er geen ruimte om daarop te sturen vanuit de overheid door het stellen van veiligheidsmaatregelen. Dat betekent dat de afweging tussen preventie en repressie onvoldoende kan worden gemaakt. Daarmee kan de veiligheidsregio haar rol richting het bevoegd gezag niet (meer) waarmaken. Integraal product Maatschappelijke opgaven in de fysieke leefomgeving vragen een integrale benadering in plaats van een sectorale benadering. Schotten tussen de sectorale regels verdwijnen en daarmee is dit een verdere verdieping van een ontwikkeling die met de Wabo op het terrein van bouwen, ruimte en milieu al is ingezet. Het gaat erom dat de VRR zo kan acteren zodat zij een integraal product levert in termen van fysieke veiligheid. Daarbij dienen aspecten van brandveiligheid, risicobeheersing, industriële veiligheid, externe veiligheid en crisisbeheersing in samenhang te worden gebracht. De mate waarop integraal gewerkt wordt is per team en soms zelfs per persoon verschillend. Veel vakspecialisten moeten nog leren om over de eigen expertise heen te kijken en zich te verplaatsen in de overwegingen van collega s.

21 21/47 Adviesproces verandert We verwachten dat de VRR haar adviesrol bij externe veiligheid en omgevingsvergunningen (bouw) net als nu op basis van vertrouwen gegund moet krijgen. 23 De VRR zal daarom de ontwikkelingen in het netwerk nauw moeten volgen. De decentralisatie vraagt daarbij aandacht. Gemeenten worden hierdoor in staat gesteld om meer maatwerk te leveren (vooral bij complexe vraagstukken) en zelf afwegingen te maken tussen wat toelaatbaar is (geaccepteerd risico) en wat niet. Op de terreinen van veiligheid, gezondheid en duurzaamheid is deze afweging niet gemakkelijk te maken. Het vraagt inzicht in de huidige situatie en inzicht in de effecten van maatregelen. Bij veiligheid is het lastig aan te tonen (evidence-based) wat de effecten zullen zijn van preventieve maatregelen. Daar speelt ook nog eens de subjectieve veiligheid een rol. Omdat dit complex is, is het te verwachten dat gemeenten meer behoefte zullen hebben aan deskundige en onafhankelijke ondersteuning. De VRR kan die ondersteuning leveren, maar zal haar adviezen goed moeten onderbouwen. Daarbij zal de VRR haar kennis moeten leren delen met private initiatiefnemers/ andere overheden ( joint fact finding ). Het vraagt betrokkenheid in het voortraject bij ontwikkelingen (vooroverleg). Niet in de laatste plaats omdat het adviesproces een kortere doorlooptijd zal kennen. De onderhandeling rond veiligheid en gezondheid vindt veelal aan de voorkant plaats (planvormingsfase). De VRR zal de eigen werkprocessen 24 moeten afstemmen op die van de partners. Dat is nu nog onvoldoende. Er moet recht worden gedaan aan veiligheid, maar het is niet meer het recht op veiligheid. Nieuwe vormen van toezicht en handhaving zijn nog onduidelijk Ook de taken op het gebied van toezicht en handhaving zullen mogelijk veranderen. De Omgevingswet legt verantwoordelijkheid voor veiligheid en gezondheid nadrukkelijk bij de gebruiker van de fysieke leefomgeving. Zij dienen zorg te dragen voor die veilige en gezonde leefomgeving als zij daarin activiteiten ontplooien. Toezicht en handhaving daarop is echter onverminderd van belang. Op z n minst om risico s voor het eigen repressief personeel én voor de bevolking inzichtelijk te hebben. Toezicht en handhaving zal in het netwerk nog meer dan nu risicogericht én integraal worden ingevuld met onder meer programmatisch toezicht, systeemtoezicht en met meer combinaties van strafrecht en bestuursrecht, toezichts-convenanten et cetera. En dan volgt op termijn mogelijk ook een privatisering van toezicht bij het bouwen 25. Ook zal toezicht en handhaving nog meer integraal worden uitgevoerd waarbij omgevingsveiligheid in brede zin aandacht zal krijgen. Er is nu echter nog veel onzekerheid over de wijze waarop het netwerk de wijzigingen van de Omgevingswet interpreteert, zo hebben we gemerkt in gesprekken. 26 Juist omdat toezicht en handhaving nu ook al integraal worden opgepakt met partners, kan de VRR daarop niet zelfstandig acteren. Met de partners zal de VRR dan ook moeten verkennen op welke wijze toezicht en handhaving in het netwerk tot stand gaat komen en wat de rol van de VRR daarin is. Gezamenlijk zal moeten worden gezocht naar nieuwe spelregels voor risicogericht werken (denk aan hoe om te gaan met grotere bandbreedtes bij normen) en integraal toezicht binnen het nieuwe stelsel. 23 Advisering is grotendeels niet-wettelijke adviesrol zoals die met gemeenten is afgesproken (geborgd in regionaal beleidsplan en dienstverleningsovereenkomsten met individuele gemeenten). 24 Veel partners (gemeenten, provincie, DCMR, ) werken zaakgericht. De VRR is hier nog niet op ingericht. 25 Het Besluit kwaliteitsborging voor het bouwen (voorstel) introduceert private bouwplantoetsing en toezicht tijdens de bouw. De verwachting is in ieder geval voor bouwwerken in gevarenklasse NB: toezicht en handhaving BRZO is in de huidige versie van de wet en AMVB s nog niet duidelijk als taak voor de veiligheidsregio gepositioneerd. Er is nog onzekerheid of en hoe dit gerepareerd gaat worden.

22 22/47 Digitaaal is de norm De landelijke visie voor 2020 is dat burgers en bedrijven via internet of via apps inspraak hebben op ontwikkelingen in hun leefomgeving. Men kan dan op maat vinden met welke regels men op een bepaalde locatie of bij een bepaald initiatief te maken heeft. In 2020 werken overheden in de uitvoering van de Omgevingswet zaakgericht en delen informatie digitaal met elkaar. Daarnaast worden omgevingsplannen en verordeningen digitaal beheerd in regelbeheersystemen, waarmee regels en voorschriften snel en eenvoudig kunnen worden ontsloten. Gevolg hiervan is ook dat procesinformatie (bijvoorbeeld rond adviesroces of toezicht en handhaving) transparant moet zijn en tijdig beschikbaar moet zijn.

23 23/47 4 IMPACT OP DE VRR In dit hoofdstuk kijken we vooral naar binnen en geven we antwoord op de vragen: Hoe raakt voorgaande de VRR organisatie? Wat zijn de gevolgen? Dit hoofdstuk beschrijft de analyse van de veranderingen. Daarbij nemen we de lopende ontwikkelingen mee, die reeds in gang zijn gezet op de VRR-ambitie te realiseren (zie bijlage 4). We focussen op de aspecten Netwerkrelaties, Organisatie, Personeel en Informatievoorziening en werkprocessen. Deze zijn in overleg met de VRR als meest belangrijk aangemerkt. De impact op de overige aspecten is kort geïnventariseerd en staat in bijlage NETWERKRELATIES Bewust kiezen voor de multi-netwerk benadering Kijkend naar de toekomst, is het gewenst om aan te sluiten bij de netwerken buiten, daar moet de VRR immers succesvol zijn. En alhoewel het de ambitie is van de Omgevingswet om de domeinen binnen de fysieke leefomgeving (veiligheid, gezondheid en duurzaamheid) te verbinden, is dat nog niet overal het geval in de regio Rotterdam-Rijnmond. Dat betekent dan ook dat wij de multinetwerk benadering van de VRR niet als een knelpunt, maar juist als kracht zien. Juist vanuit deze verschillende expertiseteams (brandveiligheid, risico-beheersing, industriële veiligheid, omgevingsveiligheid, crisisbeheersing) kan de VRR haar bijdrage in het netwerk als deskundig partner laten zien. Dat betekent wel dat expliciet voor multi-netwerk benadering moet worden gekozen. De eenheden van de VRR moeten zo moeten worden gericht dat zij integraal de klantvraag kunnen bedienen. Ieder expertiseteam moet daarvoor de eigen informatiepositie (intern) vergroten zodat op het eigen domein een integraal product voor de klant beschikbaar komt. Ook zien we dat de samenwerking nu erg in 1 op 1 relaties wordt ontwikkeld, gericht op het bevoegd gezag. De samenwerking met het bevoegd gezag als actor is zeker straks belangrijk, maar zou aangevuld moeten worden met samenwerking met andere actoren zoals initiatiefnemers (overheden, bedrijven, ontwikkelaars) en belanghebbenden (burgers, adviesbureaus et cetera) omdat de VRR in een netwerk juist meer invloed kan uitoefenen als de VRR vele verbindingen hebt om de VRR kennis over fysieke veiligheid te verspreiden. Portfoliomanagement Als de externe samenwerking per netwerk georganiseerd wordt, wil dat niet zeggen dat er voor de eigen organisatie geen samenhang mag worden aangebracht. Juist hier is portfoliomanagement van belang. Zie onderstaande figuur. De VRR zal na moeten denken over de samenwerkingsverbanden waarin zij participeert en welke bijdrage de VRR daarin levert/kan leveren. We hebben op dit vlak geen VRR-

24 24/47 bredebeleidsdocumenten aangetroffen. 27 Uit gesprekken komt naar voren dat hoe we samen werken in al die netwerken en wat van de VRR wordt verwacht nog niet expliciet op de agenda staat. Acteer op de juiste schaal De verwachting is dat veel gemeenten samen zullen werken omdat de maatschappelijke opgaven van de fysieke leefomgeving zich nu eenmaal niet aan gemeentegrenzen houden. Het gezamenlijk opstellen van een intergemeentelijke of regionale omgevingsvisie kan dan helpen om de ambities en ontwikkelingen op elkaar af te stemmen. De VRR is al intergemeentelijk/regionaal vormgegeven en kan daar dus gemakkelijk op aansluiten. Het vraagt wel verdergaande samenwerking met andere regionale partners om de samenwerkende gemeenten hierin te ondersteunen. De huidige samenwerkingsintenties met de DCMR en met de GGD om samen op te trekken richting de nieuwe Omgevingswet zijn dan ook positief. Op sommige vlakken zal de samenwerking echter verdergaan dan Rotterdam-Rijnmond. Het netwerk in West-4 verband is dan ook belangrijk om verder te versterken. Het vraagt van de VRR dat zij schakelt op meerdere niveaus tegelijk en de bestaande multi-netwerk-benadering verder versterkt en ontwikkelt. Dit slim samenwerken zal steeds belangrijker worden. Convenanten als samenwerkingsinstrumenten Bij een gezamenlijke benadering hoort ook de keuze voor bepaalde samenwerkingsinstrumenten. Die moeten passen bij de wijze waarop de VRR wil samenwerken. Onderstaande figuur geeft verschillende invalshoeken van samenwerking weer. We hebben gezien dat de VRR de samenwerking veelal organiseert door middel van DVO s en SLA s. Dat past bij samenwerken tussen organisaties die gericht zijn op verbeteren (linksonder), maar is een risico bij samenwerken in een netwerk. Daarbij is de samenwerking vaak gericht op samen vernieuwen (rechtsonder). SLA s richten zich op afbakenen van de eigen rol, TBV s helder krijgen en het maken van prestatieafspraken. Dat roept bij gemeenten vooral beelden op van een 27 Er zijn wel veel afspraken over de samenwerking gemaakt met parters in de vorm van intentieverklaringen en dienstverleningsovereenkomsten, maar een samenhangende benadering vanuit de VRR hebben wij niet aangetroffen.

25 25/47 inkooprelatie, die je samen aangaat. De ervaring vanuit het sociaal domein is dat de gemeente zich zo eerder als inkoper gaat opstellen, dan als partner. Het gevaar voor de VRR is dat gemeenten ook naar andere partijen gaan kijken om aan hen adviezen te leveren. Het is daarom belangrijk de aard van het netwerk te kennen en te weten wat de partners willen bereiken. Wanneer blijkt dat het gaat om sluitende afspraken in een keten is een dienstverleningsovereenkomst met prestatieafspraken relevant. Wanneer echter blijkt dat partners meer samen willen ontwikkelen, co- creëren en onderzoeken ( joint fact finding ), dan spreken we over ondernemend of verkennend samenwerken (rechts in de figuur). Dat is een ander soort relatie, waarbij afspraken over het proces, respectievelijk de spelregels veel belangrijker zijn. Een intentie-verklaring of convenant met gezamenlijke doelstellingen biedt daarvoor meer ruimte. Dat zet de andere partner ook in een andere positie. De intentieverklaringen zoals met GGD en DCMR en tussen SO/DCMR/VRR zijn daarin goede stappen. 4.2 ORGANISATIE Gesloten veiligheidsketen is unique selling point Wil de VRR de ambitie van deskundige kennispartner in het netwerk waar kunnen maken, dan zal zij de verbinding in de veiligheidsketen verder moeten versterken. Het argument voor deze unieke bijdrage van de VRR in het netwerk, is dat juist de VRR geconfronteerd wordt met de effecten als de veiligheid aan de voorkant onvoldoende is meegenomen bij ontwikkelingen en activiteiten in de fysieke leefomgeving. Uit onze gesprekken blijkt echter dat juist deze interne samenwerking een groot aandachtspunt is. Wil de VRR deze bijdrage dus kunnen leveren, dan moeten de schakels wel verbonden zijn zodat de VRR kennis van repressie ook meeneemt aan de voorkant. De interne opgave is hiermee groot omdat het bestaansrecht van de adviespositie raakt. Urgentie voor integraal werken Integraal werken vraagt een betere samenwerking tussen de verschillende afdelingen. Samenwerken is echter niet samenvoegen! Wij zien geen voordelen in het samenvoegen van teams of afdelingen en wel om twee redenen: - Een structuurwijziging heeft vaak een interne oriëntatie tot gevolg, wat op dit moment niet wenselijk is; - De huidige expertteams zijn nu al gericht op buiten en zijn nog enigszins wendbaar. Dat is noodzakelijk voor effectief netwerkoptreden in de toekomst. Wel delen wij het beeld dat werelden nog moeten worden verbonden. Dat kan door VRR zelf meer als een netwerk te organiseren. Daar biedt het programma Omgevingswet een uitstekende mogelijkheid voor. Dat het programma organisatie breed is ingericht, gaat positief bijdragen aan het integraal werken binnen de VRR. Dit betekent dat integraal werken één van de belangrijkste doelstellingen zou moeten zijn waarop het programma stuurt. Dat dient ook zichtbaar te worden in de programma-aanpak. Verbinden op procesthema s Het programma Omgevingswet biedt een manier om verbinding tussen teams heen vorm te geven en te organiseren. Wij adviseren de verbinding niet (alleen) op inhoud te zoeken, maar nadrukkelijk procesthema s te adresseren. Tot nu toe leiden gesprekken op inhoud vooral tot praten tegen elkaar, maar niet met elkaar. Het leidt niet tot integratie en ontwikkelen van gedeelde beelden. Dat kan bijvoorbeeld wel door samen een visie te ontwikkelen rond thema s als informatie gestuurd werken, programmatisch werken, leiderschap, adviseren, toezicht, klantgericht werken et cetera. De eerdere, positieve ervaringen rond de programma- start up sterken ons dat dit advies goed zal werken binnen de context van de VRR.

26 26/ PERSONEEL Nieuwe competenties De VRR heeft zicht op de impact die de wet zal hebben op het personeel. Naast kennis van nieuwe wettelijke kaders, zal de nieuwe wet nieuwe vaardigheden en competenties vragen van mensen. Medewerkers zullen zich moeten ontwikkelen en deskundig worden op het gebied van integrale advisering, procesmanagement en samenwerkingskunde. Omdat strakke regels wegvallen in processen van co-creatie, zullen medewerkers het nu ook van vakmanschap en intuïtie hebben. De VRR heeft hier al wel beelden bij, blijkt uit onze gesprekken. Medewerkers zullen meer proactief moeten handelen. Initiatief moeten nemen (zelfregie), kunnen onderhandelen en kunnen organiseren van processen is ook veelvuldig aan de orde geweest in onze gesprekken. Met de komst van de Omgevingswet moeten medewerkers ook ruimte laten voor bestuurlijk afwegen. Uit ervaringen blijkt dat gemeenten soms vragen dat de adviseur op hun stoel gaat zitten en de verantwoordelijkheid van de bestuurlijke keuze van hen overnemen. Die druk zou met de decentralisatie (en de daaraan gerelateerde onzekerheid in de eerste jaren) kunnen toenemen. Het vraagt van de VRR om klantvriendelijk te zijn, maar ook duidelijk te maken tot hoever de VRR gaat in de advisering. Dat vraagt nogal het een en ander aan competenties: deskundigheid en dat ook uitstralen, zowel op inhoud als op regelgeving en op een breed terrein van de Omgevingswet; stevigheid in een weerbarstig krachtenveld en bestand zijn tegen elkaar tegenwerkende krachten; een dienstverlenende houding door resultaatgericht te werken zonder zelf aan het stuur te (willen) zitten; invoelingsvermogen, snappen wat anderen beweegt, hun belangen kennen en daarmee omgaan; flexibiliteit en improvisatievermogen, gemakkelijk switchend en inspelend op wensen van de klant en van de organisatie; bestuurlijke sensitiviteit, omdat niet alles eenduidig vastligt, maar mede bepaald wordt door politieke voorkeuren en bestuurlijke issues; overtuigingskracht, soms moet de VRR ook een standpunt kunnen innemen en verdedigen, zelfs naar bestuurders; analytisch denken en kunnen schiften tussen actualisatie van bestaand beleid en kaderwijzigingen; omgevingsgevoeligheid, weten wat er speelt en handelingssnelheid, omdat de maatschappij beweeglijker is geworden. Uit: Werken met de Omgevingswet: de wet en jijzelf als instrument, mr. ing. M.E. Krul-Seen en drs. M. de Jong in GRONDZAKEN IN DE PRAKTIJK december Nieuwe rollen Er wordt ook gesproken over nieuwe rollen. Zo zouden er accounthouders moeten komen die voor de netwerken die dienstverlening intern organiseren. Wij denken dat dit een goede eerste stap kan zijn. Op die wijze kunnen deze grenswerkers aan de slag om een goede verbinding tussen binnen en buiten te organiseren. Wij zien daarbij niet één VRR-breed uniform loket voor ons, maar eerder een procesrol in de samenwerking met partners. Wij vinden het van belang dat de medewerkers van teams zelf in de verschillende netwerken actief zijn. De accounthouders hebben in dat opzicht een ondersteunende rol richting hun collega s. Of deze nieuwe rol ook een nieuwe functie vraagt, of dat het een herijking is van bestaande functies, moet nog bepaald worden. Doorontwikkeling personeel nodig Voorgaande opsomming van competenties vraagt van veel mensen nog een ontwikkeling. Met deze persoonlijke ontwikkeling is de VRR reeds op onderdelen gestart. Bij de afdeling Risicobeheersing is een kwaliteitstraject personeel 2.0 gestart en bij de afdeling Industriële Veiligheid is een opleidingsmatrix opgesteld met de noodzakelijke competenties. Belangrijk is dat

27 27/47 deze ontwikkeling wordt doorgezet, voor alle medewerkers. De vrijblijvendheid zal eruit moeten. Het is aan managers om duidelijk te maken dat andere eisen aan het personeel gesteld zullen worden en welke dat zijn. Sommige medewerkers zullen dat niet kunnen waarmaken en zullen op termijn een andere rol binnen of buiten de VRR vinden. De ontwikkeling van het personeel vraagt echter ook een langere termijn visie. Er is momenteel geen strategisch personeelsbeleid waamee deze ontwikkeling vorm krijgt. Het is belangrijk dat deze ontwikkeling VRR-breed tot stand gaat komen. Uiteindelijk moet het ertoe leiden dat samenwerkingsvaardigheid niet de unieke vaardigheid is van enkelen, maar een basisvaardigheid van velen. 28 Samenwerkingsvaardigheid is niet de unieke vaardigheid van enkelen, maar een basisvaardigheid van velen. 4.4 INFORMATIEVOORZIENING EN WERKPROCESSEN 29 Om actueel zicht op risico s te krijgen c.q. te houden en om in het netwerk effectief samen te werken, moet de VRR investeren in haar interne informatievoorziening en in de informatieuitwisseling met partners. Actueel zicht op risico s voor risicogericht en informatie gestuurd werken De VRR wil meer risicogericht en informatie gestuurd werken. Dat betekent dat er meer en bredere informatie nodig is rondom objecten. Die informatie haalt VRR in eerste instantie intern en bij partners en daarnaast uit externe bronnen, zie hierna. Een aantal vergunningen vervalt. Voor een deel daarvan komt een melding in de plaats waarbij informatie moet worden overgelegd. Niet alle vergunningen die wegvallen zullen door een melding worden vervangen; een aantal is vergunningsvrij (als het past binnen de normen). Hierdoor komt dus minder informatie vanzelf beschikbaar voor de repressieve dienst en zijn aanvullende maatregelen nodig. Het DSO dekt naar verwachting slechts een deel van de informatiebehoefte af. Huidige aanvragen, tekeningen et cetera bevatten veel meer details dan straks standaard geregeld wordt. Natuurlijk kunnen straks ook nog tekeningen worden opgevraagd maar die informatie is pas beschikbaar op aanvraag. Zonder extra maatregelen is die informatie dus te laat voor incidentbestrijding. Het DSO gaat dat niet oplossen. Een belangrijke vraag is dan ook: wie helpt de VRR bij het signaleren? En andersom: wie wordt door VRR geholpen met risico-informatie? Dit vereist nader onderzoek. Risicogericht werken vraagt dat VRR breder kijkt dan brandveiligheid, dus het geheel van fysieke veiligheid beschouwt. En meer integraal omdat VRR zich vooral richt op hoog risico-objecten en dus op mogelijke rampen en crises. De manier waarop VRR met partners evenementen voorbereidt, kan een voorbeeld zijn voor de nieuwe werkwijze in het netwerk. Partners en andere informatiebronnen, gebruik landelijke voorzieningen Op de samenwerking met partners en private partijen als informatiebronnen is nog weinig zicht. Wanneer de informatie over risico s straks niet meer vanzelf naar de VRR komt, zal de VRR moeten investeren in nieuwe manieren van informatie verzamelen. Denk aan veiligheids- en risicoinformatie die via de repressieve dienst, veilig leven, wijknetwerken en GGD kan worden verkregen, evenals het aansluiten op externe bronnen zoals de BAG 30, de risicokaart, de Gemeenschappelijke Inspectieruimte (GIR) BRZO en de informatiehuizen van het DSO. Het is nog onvoldoende duidelijk wat de exacte inhoud en diepgang van de informatiehuizen wordt, maar aansluiting op de volgende informatiehuizen lijkt relevant: externe veiligheid, bouw, ruimte, natuur (vegetatie, brandrisico), afval (gevaarlijke stoffen), cultureel erfgoed en water. Wij adviseren in 28 Geert Teisman, We nemen hier ook het aspect Administratieve organisatie mee. 30 Via Geo4OOV

28 28/47 ieder geval voor te bereiden op aansluiting, door standaardisatie van gegevens en het geschikt maken van de (GIS) systemen om informatie over objecten en over procesgang te kunnen uitwisselen. Wij adviseren dat de VRR in de informatiearchitectuur de landelijke registraties als uitgangspunt neemt en een keuze maakt hoe om te gaan met het aanhaken van de eigen gegevens op die landelijke registraties en de registraties van partners. Tot slot adviseren wij om de ontwikkeling van het DSO nauwlettend te volgen, om tijdig een duidelijk beeld te krijgen van de mogelijkheden en beperkingen, zodat duidelijk wordt wat de VRR van het DSO kan verwachten en wat de VRR zelf moet organiseren. Ons advies is om dit in samenwerking met de andere regio s te doen via het landelijke programma van het IFV. Informatie vastleggen en digitaal werken Naast een nieuwe rolverdeling tussen gemeenten, DCMR, GGD en VRR, ontstaat er ook de nieuwe rolverdeling in de driehoek overheid-burger-markt. Er is nog weinig inzicht hoe deze samenwerking verandert. Wel is duidelijk dat informatie direct digitaal beschikbaar gesteld moet zijn (DSO), zodat burgers en bedrijven over dezelfde informatie beschikt als de overheid en andersom. Dat is anders dan nu waarbij informatie bij elkaar wordt gezocht als het nodig is (zaakgericht werken). Om in de toekomst op het DSO aan te kunnen sluiten én om als VRR de noodzakelijke informatie te kunnen verstrekken, is essentieel dat duidelijk is welke (externe) informatie nodig is en wordt vastgelegd in de werkprocessen 31. De informatiebehoefte moet dus bij het lean maken worden vastgelegd en bij de inrichting van werkprocessen en systemen worden opgenomen. Informatie moet daarbij eenduidig en herkenbaar vastgelegd worden, zodat die later weer is terug te vinden. Daarom is het verstandig een inventarisatie uit te voeren van de benodigde externe informatie. Het werken via digitale loketten vraagt van de VRR dat ook intern volledig digitaal gewerkt wordt. De VRR werkt al aan deze digitalisering, het is daarbij belangrijk te zorgen dat alle voor het omgevingsrecht relevante werkprocessen en documentstromen gedigitaliseerd worden en informatie digitaal zó wordt opgeslagen dat deze geautomatiseerd beschikbaar is. Werkprocessen met behoud van flexibiliteit Momenteel worden binnen de VRR diverse processen opnieuw vormgegeven en lean gemaakt, ook om invulling te geven aan de afspraken met gemeenten. Met het lean project worden processen geborgd in het kwaliteitsmanagementsysteem en periodiek intern geëvalueerd. Een valkuil is dat de leanification vooral wordt ingezet om de bestaande dienstverlening te standaardiseren, waardoor straks de flexibiliteit ontbreekt om de dienstverlening per netwerk aan te passen aan de dynamiek. Daarvoor moet nog meer de dialoog met partners opgezocht worden. 4.5 CONCLUSIES VRR goed op weg, nu door naar hoger level De VRR werkt al grotendeels in de gedachte van de Omgevingswet, maar zal het veel meer samen moeten doen. Daarbij moeten veranderingen veel meer in verbinding worden bezien. Uiteindelijk zullen veranderingen in de eigen werkpraktijk moeten worden gerealiseerd, maar op het niveau van doelen en strategie, moeten deze wel gezamenlijk geformuleerd worden. Ambities van netwerkpartners nog onduidelijk Uit onze analyse blijkt dat de VRR op inhoud goed weet wat de impact kan zijn op de eigen organisatie en dienstverlening. Er is echter nog beperkt inzicht in de rol die de VRR zou kunnen vervullen in het netwerk zoals dat nu aan het ontstaan is. Er zijn goede contacten met partners, 31 Voor een goede taakuitvoering van EV zoals die voorzien is in de omgevingswet is automatisering vereist van de primaire processen die aan de bron staan van EV. Zonder automatisering van de primaire processen kan het informatiehuis EV niet voldoen aan de drie B s (bruikbaar, beschikbaar en bestendig).

29 29/47 maar nog beperkte contacten over deze veranderprocessen en de rol van de VRR daarin. De VRR heeft daarmee nog geen gevalideerd beeld van de rol die de VRR straks wordt gegund. Daarmee laat de VRR een belangrijke stap liggen om zicht te krijgen op veranderingen. Complexe organisatie als kans De huidige organisatie, met vele betrokken diensten wordt door velen aangeduid als een complexe organisatie. Als de VRR vanuit de netwerkbenadering kijkt naar deze ontwikkelingen, dan is de complexe organisatie juist een kans. Juist door de vele verbindingen met de netwerken buiten, kan de VRR een goede positie opbouwen en zich flexibel aanpassen aan de dynamiek in de netwerken. Doorontwikkeling personeel vraagt aandacht De VRR heeft al goed zicht op de impact die de wet zal hebben op het personeel. Medewerkers zullen nieuwe competenties moeten ontwikkelen en mogelijk zullen nieuwe medewerkers moeten worden aangetrokken. De consequenties hiervan zijn groot en daarop moet nu al geanticipeerd worden. Informatievoorziening De VRR werkt aan digitalisering van processen en uitwerking van de informatiebehoefte. De informatiebronnen gaan verschuiven als gevolg van de externe veranderingen. Wij adviseren de aandacht te richten op het standaardiseren en digitaliseren van informatie, zodat de VRR straks gebruik kan maken van externe bronnen, en de noodzakelijke informatie aan externe partijen kan aanleveren. Dit betekent ook dat de VRR de systemen geschikt maakt voor aansluiting op de landelijke voorzieningen zoals de BAG en op termijn het DSO. In de samenwerking met de DCMR verdient de informatie-uitwisseling een belangrijke plek. Maak een keuze in verbeteren werkprocessen De VRR is actief met het verbeteren van de werkprocessen. Dat vraagt veel inspanning en energie. Wij adviseren de procesverbetering te focussen op die processen die de basis vormen voor de (toekomstige) dienstverlening en prestaties, en daarbij de flexibiliteit in te bouwen om processen aan te kunnen passen als gevolg van de omgevingswet. Met de omgevingswet zullen processen immers nog sterker in de keten georganiseerd moeten worden, ook in relatie tot landelijke voorzieningen. Dat vraagt meer met ketenpartners gezamenlijk vormgeven van ketenprocessen, rekening houdend met landelijke kaders. Dat gaat verder dan de huidige aansluiting van processen. De VRR dient daarbij een bewuste afweging te maken in de mate waarin processen zaakgericht ingericht worden en dit principe alleen toe te passen waar dat meerwaarde heeft. Zaakgericht werken op zich is geen panacee voor ketensamenwerking.

30 30/47 5 AANBEVELINGEN In dit hoofdstuk geven wij het advies voor de VRR als geheel (directieverantwoordelijkheid). De volgende vraag staat centraal: hoe moet de VRR zich gaan voorbereiden, gegeven de impact? We doen dat in de vorm van aanbevelingen en maken daarbij een onderscheid tussen aanbevelingen voor de organisatie en aanbevelingen voor de informatievoorziening. Opgemerkt wordt dat het programmateam een belangrijke verantwoordelijkheid heeft om de organisatie te ondersteunen in het maken van keuzes en het monitoren van de gewenste veranderingen. Dat is een belangrijke rol. In de bijlage staat daarom uitgewerkt wat het programma OW daarin kan betekenen en wordt door ons daarin geadviseerd met een plan van aanpak. 5.1 FOCUS OP BUITEN Het is buiten waar wordt bepaald wat de gewenste rol en dienstverlening van de VRR zal zijn. Wij adviseren de VRR zich te concentreren op twee sporen: netwerkrelaties zijn op orde en organisatie is op orde. Om dat te realiseren hebben wij zeven hoofdactiviteiten benoemd waar de VRR zich op zou moeten richten in de voorbereiding op de Omgevingswet. De vraag is vervolgens welke activiteiten prioriteit moeten krijgen. Wat is het belangrijkste om nu eerst op te pakken? Tijdens de Workshop Organisatie werd de samenwerking met externe partners als meest belangrijk genoemd voor de komende periode. Wij delen dat beeld. Juist in de samenwerking met partners moet de VRR de nieuwe rol gaan ontwikkelen. Het is buiten waar wordt bepaald wat de gewenste rol en dienstverlening van de VRR zal zijn. Dat geldt vooral voor het (toekomstige) netwerk rond het omgevingsbeleid, omdat juist daar een nieuwe rol moet worden waargemaakt. Tegelijk constateren we dat de VRR nog weinig beelden heeft bij hoe ze samen met partners kan ontwikkelen. Daarom is dit wat ons betreft het belangrijkste thema. In de zeven activiteiten zijn de experimenten met partners rondom de dienstverlening van de VRR (3) het meest belangrijk. Daarin wordt buiten en binnen daadwerkelijk verbonden en daarop zou het programma zich met name moeten richten (daarover meer in paragraaf 5.3).

31 31/ AANBEVELINGEN ORGANISATIE We adviseren de VRR het volgende te doen rondom de aspecten netwerkrelaties, organisatie en personeel: 1 Wees actief in netwerken 2 Ontwikkel een samenwerkingsvisie en strategie 3 Experimenteer samen met partners 4 Vertaal de gewenste rol naar werkprocessen 5 Ontwikkel VRR doctrine op diverse thema s 6 Geef invulling aan strategische personeelsontwikkeling. Hierna staat dit nader toegelicht. 1. Wees actief in netwerken Het is goed dat de VRR met partners in gesprek is. De huidige contacten in het netwerk gaan echter nog onvoldoende over de bijdrage van de VRR in het netwerk. De VRR zal partners actief moeten vragen naar hun kijk op veranderprocessen om zo een beeld ontwikkelen van de rol die je straks wordt gegund. Dat vraagt nog meer investeren in de contacten met partners, dan nu al wordt gedaan. En dat op verschillende niveaus. De VRR zal meer contacten moeten leggen met veranderaars of programmamanagers van gemeenten, GGD en DCMR en met hen in dialoog moeten gaan over voorgaande. Dit zijn vaak andere mensen, dan de reguliere samenwerkingspartners die meer vanuit de inhoud werkzaam zijn aan de veranderingen. In gesprek met de GGD bleek dat er ook aan hun zijde behoefte is om de ervaringen rond de verandering Omgevingswet uit te wisselen. Ook de gesprekken op bovenregionale schaal met provincie, I-SZW, Rijkswaterstaat, ministeries I&M, V&J en de naburige veiligheidsregio s zijn zeer relevant. Daarnaast moet de VRR zich bewust zijn dat de invloed van burgers en bedrijven (projectontwikkelaars) in het netwerk zal toenemen. Dat is juist de ontwikkeling die de gemeenten wil gaan maken en daarop zal de VRR mee moeten. Het is daarom goed je niet alleen te richten op de gemeenten (bevoegd gezag), maar ook op andere actoren in het netwerk. De strategische samenwerking met DCMR en GGD kan dit versterken. 2. Ontwikkel een samenwerkingsvisie en strategie In een samenwerkingsvisie kunnen de samenwerkingsambities worden benoemd. In een samenwerkingsstrategie staat de verdere aanpak daarvan. Daarmee kan (beleidsmatig) samenhang worden aangebracht in alle inspanningen buiten. Met name het proces om gezamenlijk te komen tot deze visie en strategie zijn belangrijk. De volgende zaken worden dan besproken: Het in beeld brengen van de diverse context van de VRR (partners en netwerken en de rol die de VRR in die netwerken heeft; strategische kern, flexibele schil of vrije ruimte). De (verschillende doelstellingen van) samenwerkingsverbanden/netwerken. Een gezamenlijke benadering van partners (Wat is onze bijdrage? Wat willen we bereiken met de samenwerking? Hoe doet de VRR dat? Wanneer zijn we betrouwbare partner). Welke instrumenten kunnen we daarbij gebruiken? (Convenanten, DVO s, SLA s et cetera). Welke producten en diensten gaan we leveren? (PDC ontwikkelen). Afspraken over optreden in het netwerk en omgaan met je netwerk (Wat is de ruimte voor optreden in je eigen netwerk? Wat spreken we daarover af?). Hoe monitoren we de samenwerking in diverse netwerken (portfoliomanagement)? Het is belangrijk bij deze samenwerkingsvisie en strategie rekening te houden met lopende ontwikkelingen en ook dat de winkel gewoon open blijft. Het is een belangijke rol van het programmateam om de veranderopgave te monitoren en eventueel bij te stellen, indien blijkt dat de opgave te groot is. Zie meer hierover in de bijlage.

32 32/47 3. Experimenteer samen met partners Met de kaders kunnen de mensen die in de netwerken acteren vooruit. Het is belangrijk de komende jaren zo veel mogelijk te experimenteren rond de samenwerking. Door in experimenten met partners te acteren in de netwerken, kan je samen zoeken naar die nieuwe rol. Dat kan niet vanaf de tekentafel. Er zijn in diverse gemeenten al pilots rond verschillende ontwikkelopgaven. Daar kan op worden aangesloten. Daarnaast kan de VRR ook zelf partners vragen voor experimenten rond haar dienstverlening. Het is belangrijk de relevante lessen op te halen uit al die experimenten. De GGD doet dat door lessen rond nieuwe vaardigheden en ICT te noteren in een logboek en bijeen te brengen. Het kan ook in de vorm van een vast team. Rond de ontwikkeling van omgevingsplannen van meerdere gemeenten kan bijvoorbeeld één team geformeerd worden vanuit de drie adviespartners (VRR, GGD en DCMR) dat gezamenlijk lessen verzamelt en een opdracht krijgt deze breder te verspreiden binnen de eigen organisaties. Wanneer de VRR met de partners gezamenlijk optrekt, aan de slag is, ervaring opdoet en leert wordt die nieuwe bijdrage van de VRR in het netwerk ook steeds duidelijker. Voor dergelijke experimenten staan wellicht ook financieringsmogelijkheden open vanuit het landelijke programma Nu al eenvoudig beter. 4. Vertaal de gewenste rol naar werkprocessen Vanuit die ontwikkelingen wordt de bijdrage aan het netwerk ( de klantvraag ) duidelijker. Dat bepaalt de soort dienstverlening die straks door de VRR geleverd moet worden. Het gaat erom dat de teams van de VRR zo gaan acteren dat zij die klantvraag integraal kunnen bedienen. Het is daarbij de opgave om werkprocessen zo in te richten dat er een betrouwbaar product wordt geleverd in termen van tijdigheid en kwaliteit, maar dat de werkprocessen flexibel zijn in termen van te betrekken partijen en procedures. Mogelijk kunnen in de dienstverlening hoofdprocessen worden onderscheiden: co-creatieproces, adviesproces en proces toezicht & handhaving. Deze processen worden dan uitgevoerd vanuit verschillende expertiseteams (brandveiligheid, risicobeheersing, industriële veiligheid, ruimtelijke veiligheid) die daaraan eigen praktijk kunnen toevoegen afhankelijk van de specifieke klantvraag. Borging van de producten vraagt hierbij ook aandacht. Daar waar een wettelijke plicht om te adviseren wegvalt, maar de VRR wel een rol wordt gegund (denk aan opstellen omgevingsvisie ), zou dit als niet-wettelijke adviestaak in het beleidslan kunnen worden geborgd (Wvr art 14, lid 2e). 5. Ontwikkel VRR doctrine op diverse thema s Werkprocessen zijn nog geen werkpraktijk. We hebben geconstateerd dat het belangrijk is aan te sluiten bij de praktijk in de netwerken. Tegelijk moet de VRR intern beter samenwerken om extern een integraal product te leveren. Die interne samenwerking wordt bevorderd wanneer vanuit dezelfde kaders en uitgangspunten wordt gewerkt. Welke termijnen hanteren we? Welke voorzieningen zou je moeten treffen bij welke risico's? Nu leunt de VRR op wet- en regelgeving, maar maatwerk vraagt om meer algemene spelregels. Binnen de VRR is het gebruikelijk te spreken over een doctrine 32 en daar sluiten we graag bij aan. Het is van belang dat het ontwikkelen ervan geen papieren exercitie wordt en dat de doctrine wordt ontwikkeld met en in de werkpraktijk van alle teams. Zij werken immers samen met partners en zullen die ervaringen kunnen inbrengen. 32 Het betekent leer en gaat uit van een verzameling principes die niet ter discussie staan en die leidend zijn voor je handelen. Zo komt er eenheid in wat we onder bepaalde begrippen zoals integraal werken, risicogericht werken - verstaan. Deze gelden dan voor alle verschillende disicplines binnen de VRR.

33 33/47 Dit is een cyclisch ontwikkelproces, zoals in onderstaande figuur is weergegeven. Integraal werken binnen de eigen organisatie, dat wil zeggen over team- en afdelingsgrenzen heen, is een grote opgave voor de VRR, zo blijkt uit ons onderzoek. Daar zou dan ook mee kunnen worden gestart. De VRR moet het integraal werken ook toepassen bij de uitvoering van het plan brandweerzorg: risicogericht en integraal werken, en verbinden van de veiligheidsketen. Daarna of daarnaast zou risicogericht werken aandacht moeten krijgen. De opgave voor managers is daarbij dat zij medewerkers niet begrenzen tot het eigen team, maar juist stimuleren tot het aangaan van nieuwe coalities over grenzen heen. Dat is lastig gebleken en dat heeft ook met cultuur te maken. Zoals we hebben gezien en gehoord wordt nog aanbodgericht en vanuit eigen taakgebied/domein gewerkt. Om dat de komende jaren te veranderen, kunnen managers voorbeeldgedrag laten zien. In de discussie rond integraal werken moet het niet gaan over de afbakening van de taken en onderlinge taakverdeling, maar juist over de raakvlakken tussen expertiseteams en waar integrale dienstverlening gewenst is. 6. Geef invulling aan strategische personeelsontwikkeling De VRR heeft al goed zicht op de impact die de wet zal hebben op het personeel. Medewerkers zullen nieuwe competenties moeten ontwikkelen en mogelijk zullen nieuwe medewerkers moeten worden aangetrokken. De consequenties hiervan zijn groot en daarop moet nu al geanticipeerd worden. De ontwikkeling van personeel vraagt nu eenmaal veel (doorloop)tijd. Er zal nu al gestart moeten worden met visievorming op de medewerkers van de toekomst en er zal ook tijdig rekening moeten worden gehouden met opleidingsbudgetten en budgetten voor begeleiding van werk-naar-werk et cetera. Met name de ontwikkelingen rond de nieuwe rol co-creatie omgevingsbeleid vragen naar verwachting meer medewerkers met competenties van grenswerkers. Wij adviseren dat direct wordt gestart vooruitlopend op de strategische personeelsplanning- met ontwikkeling van bestaande medewerkers en werving & selectie van nieuwe medewerkers op dit taakveld. 5.3 AANBEVELINGEN INFORMATIEVOORZIENING Begin met het voorbereiden van de gegevenshuishouding op de Omgevingswet en het DSO. Wij adviseren de VRR daarbij het volgende te doen rondom de informatievoorziening: 1 Digitaliseer en structureer de inhoudelijke informatie 2 Koppel inhoudelijke informatie aan geo-data 3 Vergroot de kwaliteit van de gegevensvastlegging tot het niveau van de 3B s 4 Leg status- en verantwoordingsinformatie gestructureerd vast 5 Organiseer het eigenaarschap van gegevens

34 34/47 6 Organiseer de regionale afstemming met ketenpartners. 7 Borg de informatieverstrekking Hierna staan deze aanbevelingen nader toegelicht. De informatievoorziening wordt met de Omgevingswet een nog belangrijkere productiefactor voor de VRR. De opgave is enorm; keuzes in de informatievoorziening zijn nodig om dienstverlening, integrale samenwerking intern én samenwerking met partners mogelijk te maken. Net als bij de dienstverlening en organisatie-inrichting moeten die keuzes dus op managementniveau belegd worden. Dit vraagt grote betrokkenheid van de chief information officer (CIO) van de VRR. 1 Digitaliseer en structureer de inhoudelijke informatie Bij de (verdere) digitalisering van processen zal duidelijk moeten worden welke informatie over meldingen, aanvragen, adviezen, objecten, evenementen et cetera in de nieuwe situatie gestructureerd moet worden vastgelegd, zodat die ontsloten en gedeeld kan worden. Die informatie is nu vaak alleen in bestanden opgenomen en daardoor lastig te ontsluiten 33. Daarbij is de vraag hoe die informatie te relateren is aan de identificerende gegevens uit basisregistraties, noodzakelijk om aan te sluiten op het DSO. Denk aan adressen en objecten (BAG) en informatie over bedrijven (NHR). Ook moet worden nagedacht hoe kan worden omgegaan met het aanhaken van VRR-specifieke gegevens of een eigen interpretatie aan die identificerende gegevens, denk aan de behoefte aan detail rond BAG-objecten of de interpretatie van NHR-adressen, of informatie over evenementen. De vraag is ook hoe de VRR het concept relaties wil vastleggen en die informatie wil ontsluiten in het belang van het acteren in netwerken. 2 Koppel inhoudelijke informatie aan geo-data Vanuit het doel om invulling te geven aan de met één klik op de kaart -ambitie van het DSO, zal nog meer informatie geo-gerelateerd gemaakt moeten worden. Het gaat erom te bepalen welke van de huidige producten en diensten en bijhorende informatieproducten en onderliggende gegevens een geografische component heeft. Dit heeft nu al nut voor eenduidige ontsluiting van informatie via het GEO-pakhuis ten behoeve van interne informatiedeling. Vervolgens moet worden bepaald hoe de relatie in het bronsysteem vastgelegd wordt. Dat kan met geo-gegevens of met gegevens waaraan een geo-component gekoppeld is, zoals adressen. Een andere uitwerking is de vraag hoe die gegevens vanuit een externe applicatie (DSO, risicokaart), dan wel een interne applicatie (GEO-pakhuis) ontsloten kunnen gaan worden op basis van geo-referenties. Hiervoor is nader onderzoek van die applicaties nodig. 3 Vergroot de kwaliteit van de gegevensvastlegging tot het niveau van de 3B s Voor de kwaliteit van informatieproducten en dus de informatiebronnen staat vanuit het DSO vast dat deze moeten gaan voldoen aan de 3 B s : bestendig, bruikbaar en beschikbaar. Hiervoor is het noodzakelijk om tijdlijnen en historie bij de inhoudelijke informatie vast te gaan leggen. Dit om te allen tijde de informatiepositie op een bepaald moment te kunnen herleiden (zowel materieel als formeel 34 ). Dit vergt nader onderzoek van de applicaties en stelt naar verwachting additionele eisen aan die applicaties. Verder is het van belang om andersoortige meta-informatie ten behoeve van verantwoording van de kwaliteit te gaan vastleggen. Denk bijvoorbeeld aan informatie over de bron, auteur, wijze van meten/vastleggen, nauwkeurigheid. Vanuit de informatiebeveiliging zal de eis komen voor een 33 Landelijke voorzieningen zoals de Gemeenschappelijke Inspectieruimte (GIR) en Landelijke Benadering Risicobedrijven (LBR) vormen hierop een positieve uitzondering. Tegelijkertijd zien we de worsteling bij de Risicokaart om de kwaliteit van gegevens te waarborgen. 34 Wat weten we nu over de werkelijkheid en wat dachten we op een bepaald moment dat we wisten over die werkelijkheid?

35 35/47 audittrail, om te kunnen waarborgen dat de vastgelegde gegevens niet onrechtmatig zijn veranderd. 4 Leg status- en verantwoordingsinformatie gestructureerd vast De hoofdvraag (voor vervolgonderzoek) is hoe bevoegd gezag en hun adviseurs (zoals de VRR) gaan samenwerken. Wat moet in het kader daarvan en voor de transparantie naar de initiatiefnemer aan informatie worden vastgelegd en uitgewisseld? Daarbij zijn deelvragen: in hoeverre moet informatie geautomatiseerd beschikbaar zijn over bijvoorbeeld de status van processen/zaken, degene die de zaak onder behandeling heeft, de maximale, huidige en daadwerkelijk gerealiseerde termijnen van te nemen stappen? in hoeverre kan de interne procesondersteuning dit soort informatie geautomatiseerd genereren en ontsluiten, bijvoorbeeld op basis van (externe) identificerende (zaak)gegevens? wat moet binnen de VRR en/of de keten beschikbaar zijn aan indicatoren en wat moet daarvoor in systemen worden bijgehouden? 5 Organiseer het eigenaarschap van gegevens binnen de VRR Vanwege bovenstaande punten moet de VRR het eigenaarschap duidelijk gaan regelen. De hoofdvraag daarbij is: wie is (eind)verantwoordelijk voor het vastleggen van de verschillende soorten gegevens en de kwaliteit daarvan? Om hier vervolgens invulling aan te geven, moeten ook deze keuzes gemaakt worden: wie is verantwoordelijk voor het opstellen van (eenduidige) definities van gegevens en het benoemen van (eenduidige) bronnen? wie draagt zorg voor het inrichten van de bijbehorende informatievoorziening en het maken van afspraken over bijvoorbeeld beschikbaarheid en beveiliging daarvan? wie organiseert het proces voor het terugmelden en corrigeren van geconstateerde fouten in de vastgelegde gegevens? 6 Organiseer regionale afstemming met ketenpartners Het is noodzakelijk om te komen tot een (meer) uniforme wijze van uitwisselen van informatie met ketenpartners. Vanzelfsprekend is er een spanning tussen de wensen en ambities van verschillende ketenpartners en deze wens tot uniformiteit om de werkbaarheid en efficiëntie van de VRR te borgen. Daarom is het noodzakelijk om in de netwerken te komen tot regionale afstemming. De samenwerking met gemeenten en DCMR vormt daarbij een goed vertrekpunt, maar ook afstemming met de provincie is noodzakelijk vanwege de risicokaart. Onderdeel van de dialoog moet zijn op welke wijze de huidige werkwijze van informatie-uitwisseling kan worden geüniformeerd zodat een gezamenlijke overgang naar het DSO beheersbaar en eenvoudiger wordt. Met name in de netwerken met gemeenten moet voorkomen worden dat er nieuwe diversiteit ontstaat bij toekomstig gebruik van het DSO. Daarnaast adviseren wij de VRR in het gesprek met DCMR en GGD verder uit te werken wat er qua informatievoorziening nodig is om samen dé autoriteit op het gebied van veiligheid, gezondheid en duurzaamheid te worden. De hiervoor genoemde punten dienen ook in dat gesprek meegenomen te worden. 7 Borg de informatieverstrekking Ten aanzien van brandveiligheid is in de Invoeringswet aangegeven dat er in de regeling ten aanzien van de gegevens bij de melding aanvullende informatie kan worden opgenomen. Hiervoor moet de brandweer wel in overleg treden met het ministerie van I&M. De VRR moet dit dus laten opnemen in de landelijke afstemming. Op andere aspecten van de informatievoorziening moet de impact bepaald worden zodra meer duidelijk wordt over de scope, functionaliteit en inhoud van het DSO. Wij adviseren de aansluiting op het DSO vooral in landelijk verband te monitoren en verder te ontwikkelen.

36 36/ NADER TE ONDERZOEKEN Met deze impactanalyse is op een groot aantal thema s meer zicht gekomen en hebben we concrete aanbevelingen kunnen doen voor de organisatie. Op een aantal thema s zal nog nader vervolgonderzoek moeten plaatsvinden. Deze zijn hieronder benoemd. Eventueel kunnen deze ook landelijk worden opgepakt. GHOR/crisisbeheersing De verbindingen met de GHOR en Crisisbeheersing zijn belangrijk omdat de VRR haar rol als kennispartner integraal moet kunnen waarmaken. Ook vraagt risicogericht werken VRR-brede betrokkenheid vraagt. De omgevingswet dwingt te concentreren op complexe risico's (lees: voorbereiding rampen en crises) en dat vraagt een integrale kijk. Deze teams kunnen relevant zijn bij verkenningen rond risicogericht werken (gezamenlijk ontwikkelen van doctrine) maar ook breder, dit vraagt nader onderzoek. We hebben nog te weinig zicht gekregen op de verbinding met het domein van de crisisbeheersing en geneeskundige zorg daarbinnen. De verbinding VRR breed is eerder bij veranderprocessen als aandachtspunt benoemd ( de verbinding ) en vraagt daarom aanvullende inspanningen. Veilig leven, samenwerking met burgers De Omgevingswet legt de verantwoordelijkheid voor veiligheid en gezondheid nadrukkelijk bij burgers zelf. Met duidelijke (centrale) normen kan de burger -straks met inkoop uit de marktveilige woningen bouwen en verbouwen. Veilig leven richt zich daarna op veiligheid in woningen door middel van voorlichting van burgers. Voor zover wij hebben kunnen onderzoeken, blijft het daarbij als we spreken over samenwerking met burgers. Het vraagt nader onderzoek om te weten of dat voor grootschalige risico s wellicht ook beter moet en hoe dat dan georganiseerd zou moeten worden binnen de VRR en met welke netwerken. Maar er zijn meer raakvlakken die met de komst van deze stelselwijziging kunnen worden onderzocht. Deze hebben met name te maken met de rol van burgers als informatiebron voor risico s en bij het signaaltoezicht. Het verdient aanbeveling om hierover met de teams rond veilig leven een nadere verkenning te starten. De activiteiten op het gebied van veilig leven vinden immers plaats in diverse gebieden en kunnen daarmee zicht op risico s vergroten. Het betrekken van veilig leven bij inspanningen rond informatie gestuurd werken kan ook relevant zijn en vraagt nader onderzoek. Toezicht en handhaving In de gesprekken kwam naar voren dat met name rond de toezicht en handhaving verschillende beelden zijn over de veraderopgave. In het algemeen gesteld, zal toezicht en handhaving nog meer dan nu risicogericht én integraal worden ingevuld met onder meer programmatisch toezicht, systeemtoezicht en met meer combinaties van strafrecht en bestuursrecht, toezichts-convenanten et cetera. Daarbij speelt ook een verschil in de impact tussen de verschillende toezichtsproducten. Waar toezicht (en handhaving) rond de omgevingsvergunningen wellicht niet veel verandert, moet nog wel verkend worden op welke wijze toezicht wordt ingericht als algemene monitoring van de omgevingswaarden uit het omgevingsplan. Zowel gemeenten als GGD geven aan daarover nog een nadere verkenning te moeten starten. Nader onderzoek zou gezamenlijk kunnen worden uitgevoerd bijv. in de vorm van een pilot. Partners als leveranciers van informatie De verbinding van incidentbestrijding met advies, toezicht en handhaving gaat een belangrijke rol spelen in het aanleveren van informatie over aanwezige risico s in de omgeving. Ook partners zullen hierin een grotere rol spelen dan nu het geval is. Momenteel is nog weinig concreet zicht op wie de VRR kan helpen om risico s sneller en beter in beeld te brengen. Dat zou nader moeten

37 37/47 worden uitgezocht. Wellicht krijgt de VRR sneller zicht op mogelijke partners en mogelijke leveranciers van informatie door participatie in het DSO. Informatievoorziening: Het DSO is nog in ontwikkeling maar tegelijkertijd kan de VRR zich wel voorbereiden door de volgende zaken nader uit te zoeken: Welke informatie over bijvoorbeeld meldingen en adviezen moet gestructureerd worden vastgelegd om straks via het DSO beschikbaar en vindbaar te maken? Welke informatie heeft de VRR nu op dit gebied, waar en hoe wordt die opgeslagen en beheerd? Wat zijn de effecten op gebruik van andere landelijke voorzieningen zoals de Risicokaart en de GIR? Wat is er nodig om die informatie beschikbaar en vindbaar te maken? Welke rol spelen partners daarbij, zowel als bronhouder als als afnemer? Hoe zit het met standaardisatie van andere soorten gegevens, zoals relaties of evenementen? Is daarvoor ondersteuning (DigiMak, evenementassistent.nl)? Langs welke zoek-ingangen kunnen die gegevens ontsloten worden? Informatie-uitwisseling of deling intern, zowel voor advisering als voorbereiding en toezicht en handhaving (relatie met De Verbinding). 5.5 TOT SLOT De rol die de VRR ambieert als kennispartner in een netwerk dat ontwikkelt, vraagt behoorlijke aanpassingen van de organisatie. Deze veranderingen vragen tijd, maar er is ook nog tijd. De VRR stelt zich krachtig op in het netwerk door in een vroegtijdig stadium de samenwerking met haar partners (in dit geval met name gemeenten, GGD en DCMR) op te zoeken en die nieuwe rol daarmee te ontdekken. Door de eigen ambities uit te spreken en ook voor anderen gedegen huiswerk te doen rond de mogelijke consequenties voor het netwerk, kan de VRR hierin in sommige netwerken een leidende rol vervullen.

38 38/47 B I J L A G E 1 P L A N V A N A A N P A K P R O G R A M M A T E A M Binnen de VRR is een Programma Omgevingswet ingericht om te ondersteunen bij de gewenste veranderingen binnen de VRR. Het programmateam werkt daartoe momenteel een programmaplan uit. In deze bijlage worden daarvoor enkele handvatten geboden. Daarbij gaan we uit van onderstaande visie op de rol van een programma. Een programma is gericht op het bereiken van vooraf overeengekomen en gedefinieerde doelen. Voor een veranderprogramma zijn dit doelen en ambities, die laten zien welke organisatie er in de toekomst moet zijn. Het veranderprogramma geeft daarmee richting aan alle betrokkenen wat de stip aan de horizon is en welke veranderingen dan zichtbaar worden. Het programma is een verzameling van tijdelijke doelen, inspanningen en middelen, die in samenhang met elkaar moeten worden bezien. Een programma-aanpak is zinvol bij een onoverzichtelijk aantal inspanningen (waaronder projecten of lopende activiteiten) dat op dezelfde doelen gericht is, vaak bij een eenmalige, maar complexe actie (strategisch / vernieuwend). Een programma vraagt om besturing omdat de middelen beperkt zijn. Belangrijkste wat een programma dus doet is de samenhang borgen tussen doelen en de inspanningen en middelen om die doelen te bereiken. De inhoudelijke veranderingen zullen door de VRR breed moeten worden opgepakt (in de lijnorganisatie). We hebben hiervoor in deze rapportage diverse aanbevelingen gedaan, die daarbij kunnen helpen. Het programmateam speelt een belangrijke rol in het (bij-)sturen van de noodzakelijke ontwikkelingen zodat die tot de gewenste verandering leidt in de organisatie. Zij sturen dus niet inhoudelijk op de uitkomsten van alle activiteiten, maar zullen zich moeten richten op de daadwerkelijke verandering na wat wordt ontwikkeld. Daarbij toetst het programmateam aan een visie op de verandering. Deze zal nog moeten worden opgesteld en dat is een eerste belangrijke opdracht voor het programma. Voor het programmateam formuleren wij onderstaande adviezen voor de programma-aanpak: 1 Formuleer een gezamenlijke VRR-visie op veranderingen Omgevingsrecht 2 Stel een veranderaanpak vast 3 Richt je op de monitoring van de ontwikkelingen. 1. Formuleer gezamenlijke VRR-visie op veranderingen Omgevingsrecht De veranderingen moeten breed in de organisatie zichtbaar worden. Wij adviseren daarom een visiedocument op te stellen om de veranderingen te duiden. 35 De visie kan voortbouwen op de eerste hoofdstukken uit deze rapportage. Het gaat er om dat een gedeeld referentiekader ontstaat van de hoofdlijn van de veranderingen. De impact zit m in de details, maar dat is niet het niveau waarop je het VRR-brede gesprek moet voeren. Het gaat erom de hoofdlijn van de verandering/beweging met elkaar vast te stellen en de juiste doelstellingen te formuleren. Dat zou een rol van het programmateam moeten zijn, daartoe uitgenodigd door de directie als geheel. Vervolgens is het belangrijk deze visie breed te verspreiden en de betekenis ervan te bespreken binnen alle betrokken teams. 2. Stel een veranderaanpak vast Het programmateam dient een bewuste keuze te maken voor de veranderaanpak, passend bij de huidige organisatie en bij de doelstellingen van het programma. Wij adviseren hiervoor een ontwikkelgerichte benadering in plaats van een ontwerpbenadering. 35 Voor communicatie is een infographic waarschijnlijk het meest geschikt.

39 39/47 Juist omdat het toekomstbeeld nog niet helder is, moet ruimte gegeven worden aan afdelingen en teams om de visie van betekenis te laten zijn in de eigen werkpraktijk. Zij kunnen uitgenodigd worden om verschillende initiatieven te starten, dan wel te verbinden aan enkele doelstellingen van het programma. Het programmateam stuurt er vervolgens op dat de diverse initiatieven binnen de VRR elkaar gaan versterken en niet elkaar gaan tegenwerken (dat wil zeggen concurrentie om tijd en geld). Dat betekent dat het programma mogelijkheden heeft om daarop te sturen (bijvoorbeeld eigen budget). In deze impactanalyse is naar voren gekomen dat de balans tussen de inspanningen voor de verandering en de lopende dienstverlening aandacht vraagt. Het programmateam dient daar zicht op te krijgen en eventueel op bij te sturen. We adviseren ook het programma als een netwerk te gaan organiseren. Dat betekent dat er tijdelijke coalities worden ingericht met medewerkers vanuit diverse teams. Zij worden dan bijvoorbeeld samen verantwoordelijk voor één van doelstellingen uit het programma. Door deze manier van organiseren wordt de noodzakelijke verbinding verder versterkt én kan (intern) worden geoefend in samenwerkingsvaardigheden, die ook nodig zijn in het netwerk (extern). 3. Richt je op de monitoring van de ontwikkelingen, niet de inhoudelijke ontwikkelingen zelf Onderdeel van de programma-aanpak is ook de monitoring. Monitoring van de ontwikkeling binnen de VRR vraagt aandacht. Doen we de juiste dingen? Waarom werkt dit wel of niet? Het programmateam heeft hierin een belangrijke rol. Zij bespreken met elkaar succesvolle én minder succesvolle veranderingen in de uitvoering. Door te delen wat wel en niet werkt, kan bewuster en slimmer worden omgegaan met het verandervermogen. Belangrijke signalen over de manier waarop de verandering wel of niet aanslaat, bespreekt het programmateam intern en met de directie van de VRR. Op basis daarvan kunnen de veranderambities worden bijgesteld of kan de aanpak worden aangepast. Uiteidelijk gaat het erom dat de werkpraktijk aansluit bij de genoemde veranderingen buiten.

40 40/47 B I J L A G E 2 D O C U M E N T E N E N I N T E R V I E W S Onderstaande documenten zijn geraadpleegd bij het opstellen van deze impactanalyse. Beleidsplan VRR ; Opdrachtbrief programma omgevingswet en mission statements van de afdelingen; Visie RB: Het vervolg. Het waarom, Het wat; Handhavingbeleidsplan omgevingsrecht ; Strategisch meerjarenplan van de afdeling Industriële Veiligheid VRR ( ); Plan Brandweerzorg VRR v0.7 concept; Visie GHOR 2020; A3 jaarplannen 2017; Informatiearchitectuur voor de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond; Informatiebeleidsplan VRR ; Projectvoorstel BPS, Uitwerking projectvoorstel BPS voor IV; Visie op data en documentmanagement; Intentieverklaring Samenwerking Implementatie Omgevingswet ; Samenwerkingsovereenkomst DCMR 2016; Samenwerkingsprotocol Toezicht en Handhaving Brandveiligheid gemeente Rotterdam; Mandaten van de diverse gemeenten; Jaarverslag 2015; Kwartaalrapportages Hiernaast hebben we gebruik gemaakt van diverse documenten uit het landelijke programma, van de VNG, en andere externe bronnen. Voor deze impactanalyse hebben wij gesproken met: Marko Broeders, Operationele informatie Brandweer Hans Broekhuizen, Risicobeheersing Erwin de Bruin en Karin Eshuis, Industriële Veiligheid Bas Buitendijk en Michel Baars (Risicobeheersing) en Reno Mekes, Externe Veiligheid Annemarie van Daalen, directeur R&C Reno Mekes, Risicobeheersing Denny Donker, processen Dennis Grootaerts, Risicobeheersing Goos Janssen, Risicobeheersing Ronald van Leeuwen, Informatiemanagement Jan van Leeuwen, GHOR Patrick Mostert, Risicobeheersing Leen van den Ouden, Olav Strotmann, Brandweer Maarten Worp, beleidsadviseur directie Externe partners Josine van den Bogaard, GGD Beppie Haagenaars, gemeente Lansingerland Boukje van der Lecq en Harm Oosthoek, DCMR Margreet Schotman, Gemeente Rotterdam Guus Welter, IFV

41 41/47 B I J L A G E 3 A A N P A K I M P A C T A N A L Y S E Verkenning In deze analyse hebben we een integrale benadering gehanteerd waarbij we de gehele keten (risico- tot en met crisisbeheersing), diverse afdelingen, primaire én secundaire processen én de organisatie met haar netwerk in het geheel beschouwen. Tegelijkertijd vinden wij het van belang om vooral nuchter te blijven en met twee benen op de grond de ontwikkelingen door te lichten: wat betekent het echt, wat is realistisch op afzienbare termijn en waar moet de VRR zich voorlopig maar even niet druk om maken. In onze aanpak hebben we samen met de VRR een selectie gemaakt van de meest relevante ontwikkelingen en de aspecten waarop de VRR meer inzicht wenst. Daartoe hebben we gebruik gemaakt van de COPAFIJTH analyse. Daaruit kwam naar voren dat we in de analyse vooral de nadruk moesten leggen op de aspecten communicatie en samenwerkingsrelaties, organisatie, personeel en informatievoorziening. Deze aspecten hebben we dan ook meer uitvoerig bestudeerd dan de andere aspecten. Ten behoeve van de verkenning hebben we vervolgens diverse gesprekken gevoerd met medewerkers van de afdelingen Rb en IV en leden van het programmateam. Ook hebben we een viertal gesprekken gevoerd met externe partners: DCMR, GGD, Gemeente Rotterdam, Gemeente Lansingerland. Daarnaast is een groot aantal documenten bestudeerd, zie vorige bijlage. Workshop Ambitie en impact op organisatie De impact van de omgevingswet is niet alleen afhankelijk van de effecten van de wet en bijbehorende regelgeving op de (huidige) organisatie, maar ook van wat de VRR wil bereiken. Als de omgevingswet bijdraagt aan de ontwikkeling die de VRR voorstaat (Stip op de horizon) is de impact positief, als de omgevingswet deze juist tegenwerkt is de impact negatief. Daarom is in deze impactanalyse nadrukkelijk een koppeling gemaakt met de ambities van de VRR. Op basis van een workshop is samen met de leden van het programmateam- in beeld gebracht welke ambities de VRR heeft. Met behulp van de workshop is de toekomst in beeld gebracht. Door deze af te zetten tegen de huidige situatie (bij verkenning in beeld gebracht) kan de ontwikkeling van huidig naar beoogd worden geduid en dus ook of de omgevingswet daar positief of negatief aan bijdraagt. Workshop impact op informatievoorziening In een tweede workshop is de impact op de informatievoorziening verder verdiept. We hebben de huidige situatie ( IST ) van de informatievoorziening, applicaties en voornamelijk de diversiteit aan interne vastlegging doorgenomen. Ook hebben we de verscheidenheid aan koppelingen met gemeenten vastgesteld. Daarna hebben we de deelnemers meegenomen in de opzet en ontwikkeling van het Digitaal Stelsel Omgevingsrecht (DSO). We hebben onderzocht welke informatiehuizen voor de VRR van belang kunnen zijn. Tot slot hebben we gezamenlijk de zes adviezen voor de aanpak van de informatievoorziening opgesteld. Rapportage Op basis van onze analyses en de resultaten van de workshops hebben we deze rapportage opgesteld. Deze is besproken met de programmamanager. Vervolgens wordt deze besproken met het programmateam om ook aansluiting te vinden bij het programma. Zij zullen hier immers een vertaling van moeten maken voor het vervolg.

42 42/47 B I J L A G E 4 O V E R I G E A S P E C T E N In de impactanalyse hebben we gebruik gemaakt van de COPAFIJTH aspecten. De aspecten Contact (relaties), Organisatie, Personeel en Informatie hebben we met de VRR als belangrijk aangemerkt, en dus in het rapport uitgewerkt. Ook op de andere aspecten hebben we inzichten opgedaan. Deze staan hieronder benoemd. Administratieve organisatie De AO hebben we meegenomen in de impactanalyse van de informatievoorziening en de werkprocessen. Een belangrijke conclusie is dat het eigenaarschap (nog) beter geregeld moet worden, zie 5.3. Financiële consequenties Er is op dit moment onvoldoende informatie en duidelijkheid om zinvolle uitspraken te doen over de financiële consequenties van deze veranderingen. Ook de VNG geeft aan dat er een gedegen financieel onderzoek moet komen om te kunnen bepalen wat de financiële gevolgen voor gemeenten zijn. Dat geldt ook voor de VRR. Wel kunnen we vermelden dat de ontwikkeling van personeel vaak een behoorlijke financiële impact heeft waarmee de VRR nu al rekening zal moeten houden. Ook zal de dienstverlening in de toekomst anders worden georganiseerd en mogelijk ook deels anders worden gefinancierd. Tot slot moet de informatievoorziening worden aangepast. Al deze zaken hebben financiële effecten. We kunnen dus stellen dat er behoorlijke financiële consequenties gepaard gaan met de invoering van de Omgevingswet en het DSO. Belangrijk te vermelden is dat de daadwerkelijke kosten samenhangen met de wijze waarop VRR de opgave oppakt. Daarom is ons advies te onderzoeken welke ontwikkelingen de VRR het best regionaal kan vormgeven, welke het best bovenregionaal opgepakt kunnen worden en welke beter landelijk (gezamenlijk) ondergebracht kunnen worden. Met daarbij passende afspraken over de kostenverdeling. Juridische consequenties Verwacht mag worden dat deze stelselwijziging zeker in de eerste jaren nog tot onduidelijkheid kan leiden. Ongetwijfeld zullen er mensen zijn die precies weten wat ze moeten doen, maar alle actoren zullen opnieuw hun weg moeten vinden de nieuwe regelgeving. Daarmee kan het zijn dat vraagstukken eerder tot bezwaarprocedures of zelfs gerechtelijke procedures kunnen leiden. Dat vraagt van de VRR dat zij haar dienstverlening zorgvuldig, tijdig en transparant organiseert. En dat de onderbouwing bij elk advies of toezicht beschikbaar is. Zie ook de aanbevelingen met betrekking tot de kwaliteit van informatie voor verantwoording, in paragraaf 5.3. Technologie Voor wat betreft de informatiesystemen en infrastructuur van de VRR verwachten wij vanuit de Omgevingswet de grootste verandering in de noodzaak van gestandaardiseerde, beveiligde koppelingen. Dit volgt uit de uitwerking van de informatievoorziening, zoals beschreven in 5.3. Er is echter nog een heel andere technologische verandering op komst in het ruimtelijk domein, namelijk het gebruik van sensoren. Hoewel dit los staat van de stelselwijziging, is het wel een belangrijke factor om rekening mee te houden, omdat er grote hoeveelheden data over gebouwen en de omgeving automatisch digitaal beschikbaar komen. Dit gaat zeker invloed hebben op toezicht en handhaving, waarschijnlijk ook op incidentbestrijding, en mogelijk zelfs op het denken over veiligheid en preventieve maatregelen. Huisvesting

43 43/47 De VRR heeft het flexibel werken al ingevoerd. Dit biedt een uitstekende basis voor het werken in netwerken, dat voor de omgevingswet noodzakelijk is. Binnen het flexibel werken moet ook ruimte zijn voor de samenwerking met partners. De behoefte aan huisvesting volgt uit de personele ontwikkeling, zie 4.3 en 5.2.

44 44/47 B I J L A G E 5 I S T S I T U A T I E I N F O R M A T I E V O O R Z I E N I N G Specifiek in relatie tot de omgevingswet, hebben wij de huidige situatie van de informatievoorziening in kaart gebracht. Zie onderstaande figuur. Meldingen, vergunningaanvragen + adviesaanvraag, statusinformatie Statusinformatie, adviezen/besluiten Initiatiefnemer Bevoegd gezag/ keten VRR Repressie FTP Managementinformatieportaal Vakgroepschijf OI Brandweer CRP centraal registratiepunt Opslag gevaarlijke stoffen ARI BOSO Berichten Rijnondveilig.nl Inspectieresultaten Inspectieviews Inspectieresultaten AIM OLO AIM act.besl. Internetmod. Melding act.besluit (optioneel: afhandeling) OLO omgevingsloket Aanvr./melding omgeving (optioneel: afhandeling) Inloggen WeTransfer Inloggen CORSA BPS Bedrijfsprocessensysteem Lean werkstromen, termijnen, brieven/stukken IV GIR BRZO Gem. insp. ruimte Voorbereiding, vastlegging, verslaglegging Papier... Schiedam Vlaardingen Bedrijfsbureau URL s naar RB CORSA-dossiers MOI Mob. oper. informatie Object- en incidentinformatie CORSA DMS Documentmanagementsysteem Rapportages Archivering Geopakhuis BAG, kazernes, brandkraanlocaties,... BAG Basisadm. adressen BGT en Basisadm. gebouwen grootschalige Objecten, topografie adressen Topografische kaarten Regionale bestanden Leveranciersbestanden Navigatie GEO4OOV Landelijke GEO-voorziening Luchtfoto s In de huidige informatievoorziening valt op: Informatie-uitwisseling met ketenpartners (vooral: opdrachtgevers) voor de processen in het bereik van de omgevingswet verschilt sterk: - in de gemaakte afspraken per opdrachtgever (de diverse gemeenten, DCMR), zowel in structuur als de vorm (statusinformatie, brieven, adviezen); - in de mate van automatisering (berichtuitwisseling, overdracht van bestanden, deels via bedrijfsbureau); - in wijze van realisatie (BizTalk, inkijk in OLO, inkijk in gemeentelijke systemen, , WeTransfer, FTP). De veelvoorkomende processen worden binnen de VRR ondersteunt vanuit CORSA BPS (RB) of worden beoogd met CORSA BPS te gaan ondersteunen (IV). Informatie over zowel processtatus als inhoud wordt vastgelegd in: - CORSA BPS (lopende processen) of CORSA DMS (archivering afgesloten processen); - deels ook in mail, op vakgroep schijven of op andere manieren; - voor wat betreft toezicht en handhaving IV ook in GIR BRZO. Standaardisatie van gegevens: - corsa BPS gebruikt eigen (oorspronkelijk van BAG afgeleide) identificatie van objecten, inconsistent met bijvoorbeeld GEO-pakhuis; - BAG wordt niet gebruikt als kapstok voor alle object-gerelateerde informatie, onder andere door mismatch in semantiek (o.a. gebruiksfunctie) en door mismatch in mate van detail (aangehaakte gegevens); - NHR wordt nog niet gebruikt als kapstok voor bedrijf-gerelateerde informatie, onder andere door mismatch in semantiek (postadres versus vestigingsadressen) en door onduidelijkheid over bijvoorbeeld eigenaarschap.

45 45/47 B I J L A G E 6 S C H E T S D S O Het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) regelt in de toekomst de (landelijke) informatievoorziening voor het domein: Voor de veiligheidsregio is van belang dat de regio in verschillende rollen met het DSO te maken krijgt: als adviseur van het bevoegd gezag; als (leverancier aan) bronhouders; als belanghebbende bij de informatie; - in de rol van adviseur; - in de operationele VR-rol; Wat dit betekent voor de informatiehuishouding is nog niet concreet aan te geven, omdat het DSO om veel fronten nog in ontwikkeling is, zie verderop. Wel kan de veiligheidsregio zich al voorbereiden op de komst van het DSO, onder andere door toe te werken naar standaarden en door de eigen informatiehuishouding robuust te maken (voldoen aan de 3 B s, zie verderop). Gegevens, de 3B s en informatiehuizen De soorten gegevens in het DSO zijn te onderscheiden in: registratie van omgevingsdocumenten; registratie van vergunningaanvragen en meldingen; registratie van toepasbare regels (dit zijn voor gebruikers zo begrijpelijk mogelijk gemaakte en in geautomatiseerde vragenboom passende regels); generieke gegevensverzamelingen, zoals populatiegegevens of verkeerstellingen; aansluiting op (geo) basisregistraties. De invulling hiervan staat nog niet vast, het DSO is nog in ontwikkeling. Voor de kwaliteit van informatieproducten en dus de informatiebronnen staat vast dat deze moeten voldoen aan de 3 B s : bestendig, bruikbaar en beschikbaar Zie verder de stukken van het DSO

46 46/47 Het DSO organiseert informatie in tien informatiehuizen, elk met een eigenaar: Informatiehuizen genereren informatie op basis van de gegevens van bronhouders en dragen er zorg voor dat informatie voldoet aan de kwaliteitseisen uit de Omgevingswet. De exacte inhoud en functionaliteit van de informatiehuizen staat nog niet vast, zie de ontwikkeling. Nadere analyse Informatiehuis Externe Veiligheid: De scope zou het hele taakveld externe veiligheid moeten zijn, niet alleen VTH (Omgevingswet, maar ook: Wet Veiligheidsregio s en de Regeling provinciale risicokaart). Er ligt een forse (kwaliteits)opgave een relatief klein percentage van de data/ informatie van het totale werkveld externe veiligheid is geautomatiseerd en gedigitaliseerd, de systemen waarin deze informatie zich bevindt voldoen niet aan de 3 B s. Enkele relevante elementen beoogde SOLL: - Veiligheidsregio als beoogd bronhouder voor gegevens over bestrijdbaarheid. - Veiligheidsregio als toeleverancier van gegevens aan andere bronhouders zoals bevoegd gezag. - Veiligheidsregio als gebruiker van gegevens uit het informatiehuis. Consequenties zijn dan: automatiseren taakuitvoering, vraaggerichte informatievoorziening, zaakgericht werken, formalisering en uniformering van (tussen-) producten. Ontwikkeling DSO Aan het DSO wordt nog t/m 2024 gewerkt. De volgende planning wordt voorzien: Plateau 2019, inwerkingtreding Omgevingswet: omgevingsdocumenten en gegevens over fysieke leefomgeving inzien, vergunning-/meldingcheck rijksregelgeving, aanvragen en meldingen indienen, informatiehuis Ruimte. Samengevat: OLO, AIM en ruimtelijkeplannen.nl, maar dan over alle beleidsterreinen. Plateau 2024 streefbeeld : samenwerken, onderzoeksmogelijkheden kans van slagen initiatieven, overige informatiehuizen. De status is eind 2016 als volgt: Visiedocument en doelarchitectuur DSO zijn opgesteld (2015). Bestuurlijke Visie Digitaal Stelsel Omgevingswet vastgesteld (juni 2016). Verkenningen lopen (VNG, Waterschappen, IPO), nadere analyses informatiehuizen, onder andere Externe Veiligheid (2015/2016). Impactanalyse loopt om de bestuurlijke, organisatorische, technische en financiële haalbaarheid van de visie, doelarchitectuur en programma van eisen in te schatten voor het programma Aan de slag met de omgevingswet. Voornemen was om eind 2016 in bestuurlijk overleg definitieve vaststelling van interbestuurlijke visie, samen met impactanalyse, het programma van eisen en de doelarchitectuur te bereiken.

Initiatiefvoorstel Omgevingswet

Initiatiefvoorstel Omgevingswet Initiatiefvoorstel Omgevingswet Rotterdam, september 2016 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Inleiding 3 1. Uitgangspunten 4 2. Hoofdlijnen 5 3. Consequenties voor Rotterdam 6 4. Aanbevelingen 7 Conclusie 8

Nadere informatie

Adviesgroep Informatievoorziening. Omgevingswet. Erna Roosendaal

Adviesgroep Informatievoorziening. Omgevingswet. Erna Roosendaal Adviesgroep Informatievoorziening Omgevingswet Erna Roosendaal Inhoud De Omgevingswet Impact gemeenten Governance model Omgevingsplan versus bestemmingsplan Invoeringsondersteuning Eerste resultaten impactanalyse

Nadere informatie

Omgevingswet en de raad

Omgevingswet en de raad Omgevingswet en de raad Inhoud Waarom de Omgevingswet? Wat is de omgevingswet? Wat verandert er door de omgevingswet Wat vraagt dit van u als raad. Samen met de samenleving Budget reserveren Vrije (beleids)ruimte

Nadere informatie

De Omgevingswet en MRE:

De Omgevingswet en MRE: De Omgevingswet en MRE: van particularisme naar partnerschap door Frans Tonnaer Sheet 1 Omgevingswet: hoge ambitie Ambitieus wetgevingsproject, ook voor decentraal bestuur '4 e decentralisatie'; nu in

Nadere informatie

De Raad en de Omgevingswet

De Raad en de Omgevingswet De Raad en de Omgevingswet Stelling Ik ben tevreden met de huidige werkwijze en instrumenten voor de fysieke leefomgeving! Inhoud Waarom de Omgevingswet? Wat is de Omgevingswet? Wat verandert er door de

Nadere informatie

De gemeenteraad buitenspel na de invoering van de Omgevingswet? Gemeenteraad Bergen op Zoom 10 april 2017

De gemeenteraad buitenspel na de invoering van de Omgevingswet? Gemeenteraad Bergen op Zoom 10 april 2017 De gemeenteraad buitenspel na de invoering van de Omgevingswet? Gemeenteraad Bergen op Zoom 10 april 2017 Waar gaan wij het over hebben? Geheugen opfrissen: Omgevingswet in het kort Betekenis wet voor

Nadere informatie

Koers invoering Omgevingswet Boxtel

Koers invoering Omgevingswet Boxtel Koers invoering Omgevingswet Boxtel Inleiding In strategische visie van Boxtel voor 2020 staat dat we voorop willen blijven met duurzaamheid, aan een sterk centrum willen, toerisme en recreatie tot een

Nadere informatie

een toetsende rol. Het nee tenzij denken wordt vervangen door het ja mits perspectief;

een toetsende rol. Het nee tenzij denken wordt vervangen door het ja mits perspectief; Omgevingswet: wat verandert er voor gemeenten? Met de invoering van de omgevingswet veranderen er veel zaken voor gemeenten. Het doel van de omgevingswet is om de verschillende verordeningen en versnipperde

Nadere informatie

De Raad en de Omgevingswet

De Raad en de Omgevingswet De Raad en de Omgevingswet Inhoud - Wat is de Omgevingswet? - Wat betekent deze wet voor de gemeenten - Wat is de rol en de invloed van de raad op de wet - Waar liggen de kansen van de raad en waar moet

Nadere informatie

Op weg naar de Omgevingswet

Op weg naar de Omgevingswet Op weg naar de Omgevingswet Niet zomaar een nieuwe wet, maar een volledige stelselherziening: Nog meer impact dan de decentralisaties in het sociale domein (30% van raadsleden in Nederland volgens enquête

Nadere informatie

Verandertypen en invoeringsstrategieën Omgevingswet. Raad op zaterdag Ernst Koperdraat 24 september 2016

Verandertypen en invoeringsstrategieën Omgevingswet. Raad op zaterdag Ernst Koperdraat 24 september 2016 Verandertypen en invoeringsstrategieën Omgevingswet Raad op zaterdag Ernst Koperdraat 24 september 2016 Wat is het probleem? Het omgevingsrecht is te complex geworden. Er zijn teveel wetten en regels die

Nadere informatie

Jos Dolstra. Erna Roosendaal MWH VNG. Voorzitter VVM sectie Milieurecht en Praktijk en projectleider jaarlijkse Dag v.d. Omgevingswet.

Jos Dolstra. Erna Roosendaal MWH VNG. Voorzitter VVM sectie Milieurecht en Praktijk en projectleider jaarlijkse Dag v.d. Omgevingswet. Jos Dolstra MWH Voorzitter VVM sectie Milieurecht en Praktijk en projectleider jaarlijkse Dag v.d. Omgevingswet Docent Basiscursus Omgevingswet (ism Mibacu) Erna Roosendaal VNG Omgevingswet Belangenbehartiging

Nadere informatie

Omgevingswet en de raad

Omgevingswet en de raad Omgevingswet en de raad Inhoud Waarom de Omgevingswet? Wat is de omgevingswet? Wat verandert er door de omgevingswet Wat vraagt dit van u als raad. Samen met de samenleving Budget reserveren Vrije (beleids)ruimte

Nadere informatie

Omgevingswet. Aanzet voor een implementatie plan Niet alles kan tegelijk Veel is duidelijk veel nog niet

Omgevingswet. Aanzet voor een implementatie plan Niet alles kan tegelijk Veel is duidelijk veel nog niet Omgevingswet Aanzet voor een implementatie plan Niet alles kan tegelijk Veel is duidelijk veel nog niet Doel van de presentatie Informatie over de Omgevingswet Stand van zaken van de invoering van de wet

Nadere informatie

Verkennende Impactanalyse

Verkennende Impactanalyse Verkennende Impactanalyse Aanleiding onderzoek Onderzoek onder: Provincies Gemeenten Omgevingsdiensten Waterschappen Rijk Bedrijfsleven Verkennen hoe organisaties de impact van de Omgevingswet en AMvB

Nadere informatie

Visiedocument Omgevingswet

Visiedocument Omgevingswet Visiedocument Omgevingswet Kernteam Omgevingswet April 2017 1 Inleiding Zoals het er nu naar uit ziet gaat de Omgevingswet in 2019 van kracht. Deze wet vervangt de huidige wet, bestaande uit diverse wetten,

Nadere informatie

Proces-aanpak Implementatie Omgevingswet

Proces-aanpak Implementatie Omgevingswet Proces-aanpak Implementatie Omgevingswet Deze procesbeschrijving maakt onderdeel uit van de bestuursopdracht Implementatie Omgevingswet Fase 1. De procesbeschrijving gaat dieper in op de activiteiten die

Nadere informatie

Foto plaatsen. Roadshow Waterschap Scheldestromen 27 juni Joost van Halem Jolanda Verwegen

Foto plaatsen. Roadshow Waterschap Scheldestromen 27 juni Joost van Halem Jolanda Verwegen Foto plaatsen Roadshow Waterschap Scheldestromen 27 juni 2016 Joost van Halem Jolanda Verwegen Een beweging komt op gang Kern Omgevingswet (1): eenvoudiger wetgeving Van 26 wetten naar 1 wet Van 5000 naar

Nadere informatie

VEILIGE LEEFOMGEVING

VEILIGE LEEFOMGEVING Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Samen werken aan een VEILIGE LEEFOMGEVING Continuïteit van de samenleving Veilige leefomgeving Zelfredzame samenleving Veilige bouwwerken Effectieve hulpverlening Beschermen

Nadere informatie

De gemeenteraad buitenspel na de invoering Omgevingswet? Gemeenteraden Hellendoorn en Raalte 28 maart 2017

De gemeenteraad buitenspel na de invoering Omgevingswet? Gemeenteraden Hellendoorn en Raalte 28 maart 2017 De gemeenteraad buitenspel na de invoering Omgevingswet? Gemeenteraden Hellendoorn en Raalte 28 maart 2017 Waar gaan wij het over hebben? Geheugen opfrissen: Omgevingswet in het kort Betekenis wet voor

Nadere informatie

OMGEVINGSWET OMGEVINGSWET

OMGEVINGSWET OMGEVINGSWET OMGEVINGSWET OMGEVINGSWET Saskia Engbers strateeg Ruimte gemeente Zwolle 25 februari 2016 24-2-2016 wij presenteren u... 2 Opzet presentatie 1. Hoofdlijnen Omgevingswet 2. Hoe past OGW in transformatie

Nadere informatie

INHOUD. Aanleiding nieuwe Omgevingswet Doelstelling Omgevingswet Inhoud van de nieuwe wet Planning wetgeving Hoe nu verder.

INHOUD. Aanleiding nieuwe Omgevingswet Doelstelling Omgevingswet Inhoud van de nieuwe wet Planning wetgeving Hoe nu verder. INHOUD Aanleiding nieuwe Omgevingswet Doelstelling Omgevingswet Inhoud van de nieuwe wet Planning wetgeving Hoe nu verder. AANLEIDING OMGEVINGSWET De complexiteit van het huidige stelsel. Het stelsel sluit

Nadere informatie

Gemeenteraad College van B&W Management Regionale Uitvoeringsdienst (RUD)

Gemeenteraad College van B&W Management Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) Impact organisatie De Omgevingswet komt er natuurlijk vooral voor onze burgers en de bedrijven. Zij hebben direct belang bij wat er in Weert gebeurt, op hun eigen terrein en n hun omgeving. Zij zijn de

Nadere informatie

De waarde van participatie

De waarde van participatie De waarde van participatie Omgevingswet Kristel Lammers, VNG & Programma aan de slag met Omgevingswet Marte Kappert, Programma aan de slag met Omgevingswet 28 januari 2017 Raad op Zaterdag, Eindhoven Invalshoeken

Nadere informatie

Omgevingswet geen project Maar een veranderbeweging! De rol van de OR. 12 april 2018 Ineke Nijhuis gemeente Hengelo

Omgevingswet geen project Maar een veranderbeweging! De rol van de OR. 12 april 2018 Ineke Nijhuis gemeente Hengelo Omgevingswet geen project Maar een veranderbeweging! De rol van de OR 12 april 2018 Ineke Nijhuis gemeente Hengelo Verandering in wet-en regelgeving - een cultuurverandering in de hele fysieke keten -

Nadere informatie

Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden Klaar voor de omgevingswet. 6 juni

Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden Klaar voor de omgevingswet. 6 juni Rapportage Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden Klaar voor de omgevingswet 6 juni 2017 www.vggm.nl Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden - Klaar voor de omgevingswet VGGM klaar

Nadere informatie

Raadscommissieavond Omgevingswet en de gemeenteraad. Welke keuzes moet de gemeenteraad maken, wat voor rol past hierbij en wat betekent dit?

Raadscommissieavond Omgevingswet en de gemeenteraad. Welke keuzes moet de gemeenteraad maken, wat voor rol past hierbij en wat betekent dit? Raadscommissieavond Omgevingswet en de gemeenteraad Welke keuzes moet de gemeenteraad maken, wat voor rol past hierbij en wat betekent dit? 30-01-2017 Agenda 19.30 20.15: Presentatie Omgevingswet & de

Nadere informatie

Wilt u weten hoe ver uw gemeente is in de voorbereidingen op de Omgevingswet?

Wilt u weten hoe ver uw gemeente is in de voorbereidingen op de Omgevingswet? Wilt u weten hoe ver uw gemeente is in de voorbereidingen op de Omgevingswet? Zelfassessment voor bestuurders over de komst van de Omgevingswet Nu de gemeenteraadsverkiezingen voorbij zijn en de nieuwe

Nadere informatie

VOORBEREIDING OP OMGEVINGSWET & WKB

VOORBEREIDING OP OMGEVINGSWET & WKB VOORBEREIDING OP OMGEVINGSWET & WKB Tussenevaluatie VRD externe partners 8 november 2017 Miriam de Best en Renee Linck 2 INHOUD 1. Doel en Aanpak 2. Gehanteerde modellen a) Netwerksamenwerking a)resultaten

Nadere informatie

Linda Roeterink / 29 september Omgevingswet. Introductie

Linda Roeterink / 29 september Omgevingswet. Introductie Linda Roeterink / 29 september 2016 Omgevingswet Introductie Wat willen raadsleden weten? Enquête Raadslid.nu en VNG De keuzes die zij als raadslid moeten maken bij de Omgevingswet (68,4%) De gevolgen

Nadere informatie

Omgevingswet Vraagt de stelselwijziging om een nieuwe afdeling Leefomgeving?

Omgevingswet Vraagt de stelselwijziging om een nieuwe afdeling Leefomgeving? Omgevingswet Vraagt de stelselwijziging om een nieuwe afdeling Leefomgeving? Congres Omgevingwet The next level 16 juni 2016 Edwin Oude Weernink Robert Forkink Introstelling: Over 3 jaar is er binnen mijn

Nadere informatie

Offerte Programmabegroting 2017

Offerte Programmabegroting 2017 Offerte Programmabegroting 2017 PROGRAMMA Duurzaam wonen en ondernemen Maximaal meedoen Goed leven en ontmoeten Veilig gevoel Dienstbare en betrouwbare overheid Bedrijfsvoering Onderwerp: implementatie

Nadere informatie

Aanpak Omgevingsbeleid. Wij werken aan ons IMAGO Omgevingsbeleid

Aanpak Omgevingsbeleid. Wij werken aan ons IMAGO Omgevingsbeleid Wij werken aan ons IMAGO Omgevingsbeleid 1 Inhoudsopgave 1. Aanleiding en doel van de aanpak 2. Uitgangspunten 3. De werkwijze 4. De planning Bijlage: Voorbeeld Overzicht Modulair Omgevingsbeleid; het

Nadere informatie

Omgevingswet: Wat verandert er voor initiatiefnemers?

Omgevingswet: Wat verandert er voor initiatiefnemers? Omgevingswet: Wat verandert er voor initiatiefnemers? Schakeldag, Beatrix Theater Utrecht 25 juni 2015 Carola Verbeek (RWS) en Robert van Bommel (RHDHV) 1 2 Impact van de Omgevingswet Onderzoek RWS en

Nadere informatie

De Omgevingswet in zicht

De Omgevingswet in zicht De Omgevingswet in zicht door Prof. dr. 1 Programma 20:00 20:15 uur: ontvangst en uitleg opzet avond 20:15 21:00 uur: presentatie door - achtergronden Omgevingswet - kerninstrumenten / transitie / raadswerk

Nadere informatie

Procesambitie 1 Wij gaan experimenteren met de in de wet geboden ruimte voor lokale afweging

Procesambitie 1 Wij gaan experimenteren met de in de wet geboden ruimte voor lokale afweging PROCESDOCUMENT 10 juli 2017 1 Inleiding Op 1 juli 2015 nam de Tweede Kamer het wetsvoorstel Omgevingswet aan. Het nieuwe stelsel bundelt 26 wetten tot 1 nieuwe wet. Maar niet alleen die omvang verandert.

Nadere informatie

Omgevingswet gezocht: bestuurders met visie in onzekere tijden Jop Fackeldey Kristel Lammers Nieuwegein 1 december 2017

Omgevingswet gezocht: bestuurders met visie in onzekere tijden Jop Fackeldey Kristel Lammers Nieuwegein 1 december 2017 Omgevingswet gezocht: bestuurders met visie in onzekere tijden Jop Fackeldey Kristel Lammers Nieuwegein 1 december 2017 Opbouw Waarom ook al weer de Omgevingswet Verkiezingen: Wisseling van bestuurders

Nadere informatie

Startnotitie Omgevingswet

Startnotitie Omgevingswet Startnotitie Omgevingswet 20 juli 2017 Nr. 17.0008733 Startnotitie Omgevingswet Inleiding De Omgevingswet bundelt 26 bestaande wetten voor onder meer bouwen, milieu, water, ruimtelijke ordening en natuur.

Nadere informatie

Provero bijeenkomst. Utrecht, 15 november 2016 Ernst Koperdraat Jos Dolstra

Provero bijeenkomst. Utrecht, 15 november 2016 Ernst Koperdraat Jos Dolstra Provero bijeenkomst Utrecht, 15 november 2016 Ernst Koperdraat Jos Dolstra Doel Informeren Met elkaar verkennen van de strategie voor invoering van de Omgevingswet Vraag: hoe ver is uw organisatie? Hoe

Nadere informatie

Waarom Omgevingswet?

Waarom Omgevingswet? Op weg naar de Omgevingswet Kennisdag FUMO- provincie 15 mei 2014 1 Waarom Omgevingswet? Huidige omgevingsrecht: - complex en versnipperd - onoverzichtelijk en onvoldoende samenhang - trage besluitvorming:

Nadere informatie

Aan de slag met de Omgevingswet. Hart van Brabant 28 juni 2017

Aan de slag met de Omgevingswet. Hart van Brabant 28 juni 2017 Aan de slag met de Omgevingswet Hart van Brabant 28 juni 2017 Waar gaan wij het over hebben? Omgevingswet in het kort Betekenis wet voor raad en samenleving Ambitie, veranderopgave en invoeringsstrategieën

Nadere informatie

Werken met de Omgevingstafel

Werken met de Omgevingstafel Werken met de Omgevingstafel maart 2019 De Omgevingstafel Impact van de Omgevingswet Omgevingsweteisen Verduidelijking Van 26 weken naar 8 weken De doorlooptijd van een vergunningsaanvraag wordt verkort

Nadere informatie

Omgevingswet en impact voor gemeenten

Omgevingswet en impact voor gemeenten Omgevingswet en impact voor gemeenten Onderwerpen 1. Achtergrond Omgevingswet 2. Veranderingen en samenhang 3. Impactanalyse 2 Waarom een Omgevingswet? de koning wil het De Omgevingswet vereenvoudigt en

Nadere informatie

Samen organiseren van de Omgevingswet

Samen organiseren van de Omgevingswet Samen organiseren van de Omgevingswet Digitaal Stelsel,Klantreizen en Serviceformules Bestuurdersdag 30 november 2016 Erik Dolle (VNG) Hanneke Kunst (KING) Inhoud: Invoering van de Omgevingswet Wat betekent

Nadere informatie

Onderweg naar de Omgevingswet. Presentatie Commissie Ruimte 30 november 2016

Onderweg naar de Omgevingswet. Presentatie Commissie Ruimte 30 november 2016 Onderweg naar de Omgevingswet Presentatie Commissie Ruimte 30 november 2016 Enorme wetgevingsoperatie, met grote impact op cultuur, houding en gedrag Opbouw presentatie - Aanleiding en doelen Omgevingswet

Nadere informatie

Omgevingswet & Omgevingsvisie. Kansen voor klimaatadaptatie

Omgevingswet & Omgevingsvisie. Kansen voor klimaatadaptatie Omgevingswet & Omgevingsvisie Kansen voor klimaatadaptatie Derk-Jan Verhaak 24 maart 2017 inhoud Omgevingswet Algemeen Omgevingsvisie Kansen voor klimaatadaptatie Peiling: 1. Wie heeft er wel eens van

Nadere informatie

Hey, wette Geij ût al ôver d n Umgèvingswet? Tis ni mekkeluk. Tis vûl, en nog ni alles is dudelik! Ma weij motte door!

Hey, wette Geij ût al ôver d n Umgèvingswet? Tis ni mekkeluk. Tis vûl, en nog ni alles is dudelik! Ma weij motte door! Hey, wette Geij ût al ôver d n Umgèvingswet? Tis ni mekkeluk. Tis vûl, en nog ni alles is dudelik! Ma weij motte door! Omgevingswet 2019 Peter Huijs, afdeling Concern Minicollege met hoofdlijnen, instrumenten,

Nadere informatie

Inleiding Omgevingswet CROW bijeenkomst Omgevingswet en Mobiliteit

Inleiding Omgevingswet CROW bijeenkomst Omgevingswet en Mobiliteit Inleiding Omgevingswet CROW bijeenkomst Omgevingswet en Mobiliteit Katja Stribos programmamanager Implementatieprogramma Aan de slag met de Omgevingswet 30 maart 2017 Inhoud 1. Stelselherziening onderdelen

Nadere informatie

De Omgevingswet: 80 % cultuur, 20% regelgeving. Workshop W2.9 jaarcongres Vereniging BWT Nederland 27 oktober 2016

De Omgevingswet: 80 % cultuur, 20% regelgeving. Workshop W2.9 jaarcongres Vereniging BWT Nederland 27 oktober 2016 De Omgevingswet: 80 % cultuur, 20% regelgeving Workshop W2.9 jaarcongres Vereniging BWT Nederland 27 oktober 2016 BMC Implementatie Jan van Dieren Robert Halfwerk Team Omgevingswet Aanleiding Kabinet

Nadere informatie

OMGEVINGSWET VOOR DUMMIES. 1 oktober Willem Wensink

OMGEVINGSWET VOOR DUMMIES. 1 oktober Willem Wensink OMGEVINGSWET VOOR DUMMIES 1 oktober 2015 Willem Wensink INHOUDSOPGAVE Deel 1: Quiz Deel 2: Omgevingswet Hoofdlijnen wetsvoorstel Uitvoeringsregelgeving Implementatie INHOUDSOPGAVE Deel 1: Quiz 1. WELKE

Nadere informatie

Congres Grip op de Omgevingswet

Congres Grip op de Omgevingswet Congres Grip op de Omgevingswet Workshop Couleur locale 27 september 2018 Door: Patries van den Broek Zwolle Alphons van den Bergh - Schulinck Programma Inleiding Zwolse aanpak Omgevingsvisie in relatie

Nadere informatie

Programma Invoering Omgevingswet Gemeenten

Programma Invoering Omgevingswet Gemeenten Wat is het probleem met het Omgevingsrecht? Programma Invoering Omgevingswet Gemeenten Perspectief 2016-2019 Oktober 2016 Programma Invoering Omgevingswet Gemeenten Ernst Koperdraat Het omgevingsrecht

Nadere informatie

Startnotitie invoering van de Omgevingswet in Haren

Startnotitie invoering van de Omgevingswet in Haren Startnotitie invoering van de Omgevingswet in Haren Inleiding De gemeente Haren staat voor de uitdaging om zich goed voor te bereiden op de nieuwe Omgevingswet. De gemeente zal hiervoor diverse stappen

Nadere informatie

De nieuwe Omgevingswet. Molenadviesraad Amersfoort Mark Ravesloot, senior adviseur molens

De nieuwe Omgevingswet. Molenadviesraad Amersfoort Mark Ravesloot, senior adviseur molens De nieuwe Omgevingswet Molenadviesraad 7-4-2017 Amersfoort Mark Ravesloot, senior adviseur molens Uitgangspunten Omgevingswet Vormt basis voor het nieuwe stelsel van regelgeving voor de fysieke leefomgeving

Nadere informatie

Pilot Omgevingsvisie Nijmegen Green City

Pilot Omgevingsvisie Nijmegen Green City Pilot Omgevingsvisie Nijmegen Green City De Omgevingswet meer ruimte voor initiatief Huidige omgevingsrecht: opeenstapeling van wetten, regels en procedures Onzekerheid en onduidelijkheid bij initiatiefnemers

Nadere informatie

KLAAR VOOR 4 JAAR! De Omgevingswet: wat komt eraan? Pascale Georgopoulou Adviseur VNG Programma Invoering Omgevingswet

KLAAR VOOR 4 JAAR! De Omgevingswet: wat komt eraan? Pascale Georgopoulou Adviseur VNG Programma Invoering Omgevingswet KLAAR VOOR 4 JAAR! De Omgevingswet: wat komt eraan? Pascale Georgopoulou Adviseur VNG Programma Invoering Omgevingswet Omgevingswet-kenner? Waar gaan wij het over hebben? 1. Omgevingswet: achtergronden,

Nadere informatie

De Omgevingswet komt er aan

De Omgevingswet komt er aan De Omgevingswet komt er aan wat betekent dat? Sanne Broeksma en Marlies van Arendonk Waarom willen we de omgevingswet? Waarom is dit (bestuurlijk) gewenst?? a. meer invloed voor inwoners en ondernemers

Nadere informatie

De gemeenteraad aan de knoppen met de Omgevingswet. Pascale Georgopoulou Adviseur VNG Programma Invoering Omgevingswet

De gemeenteraad aan de knoppen met de Omgevingswet. Pascale Georgopoulou Adviseur VNG Programma Invoering Omgevingswet De gemeenteraad aan de knoppen met de Omgevingswet Pascale Georgopoulou Adviseur VNG Programma Invoering Omgevingswet Waar gaan we het over hebben? Achtergronden Mythes Dilemma s Keuzes en gevolgen WAAROM?

Nadere informatie

Archivering en de Omgevingswet. Archiefinnovatie decentrale overheden Nieuwegein 7 april 2016

Archivering en de Omgevingswet. Archiefinnovatie decentrale overheden Nieuwegein 7 april 2016 Archivering en de Omgevingswet Archiefinnovatie decentrale overheden Nieuwegein 7 april 2016 Wim van Oekel, 07.04.2016 Onderwerpen Omgevingswet (Ow) Doelen en Inhoud Stand van zaken Digitaal Stelsel Omgevingswet

Nadere informatie

De gemeente van de toekomst

De gemeente van de toekomst De gemeente van de toekomst De gemeente van de toekomst Focus op strategie Sturen op verbinden Basis op orde De zorg voor het noodzakelijke Het speelveld voor de gemeente verandert. Meer taken, minder

Nadere informatie

De Omgevingstafel. 11 Juli 2019 Jolanda van Wijk

De Omgevingstafel. 11 Juli 2019 Jolanda van Wijk 11 Juli 2019 Jolanda van Wijk Inhoud Nieuwe vergunningverlening onder de Omgevingswet De Serviceformules Omgevingswet Aanpak gemeente Zaanstad Integraal samenwerken aan de Omgevingstafel Impact van de

Nadere informatie

Invoering Omgevingswet in Zoetermeer

Invoering Omgevingswet in Zoetermeer Invoering Omgevingswet in Zoetermeer Waarom de Omgevingswet? Samenleving verandert; Veilige en gezonde leefomgeving; Duidelijke processen en informatie; Ruimte voor lokaal maatwerk. Wens van Kabinet Rutte

Nadere informatie

Position Paper RUD Utrecht

Position Paper RUD Utrecht UTRECHT Position Paper RUD Utrecht Kennis- en ketenpartner in de regio bij de professionele uitvoering van omgevingsrecht 2 I Position paper RUD Utrecht Colofon Foto s Beeldbank provincie Utrecht, RUD

Nadere informatie

#landgoedbedrijf. Workshop B. Nieuwe omgevingswet. Jannemarie de Jonge

#landgoedbedrijf. Workshop B. Nieuwe omgevingswet. Jannemarie de Jonge #landgoedbedrijf Workshop B Nieuwe omgevingswet Jannemarie de Jonge Omgevingswet: nieuwe ruimte voor maatschappelijk ondernemende landgoederen? Achtergrond Omgevingswet Waarom stelselherziening aansluiting

Nadere informatie

Goed voorbereid op de Omgevingswet

Goed voorbereid op de Omgevingswet Goed voorbereid op de Omgevingswet 27 oktober 2016 Even voorstellen Programma Inleiding Aan de slag met de Omgevingswet: 2 voorbeelden Vragen en discussie Vraag Hoe ver is uw organisatie met de Omgevingswet?

Nadere informatie

Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen

Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen AGENDAPUNT 2 Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen Vergadering 12 december 2014 Strategische Agenda Crisisbeheersing In Veiligheidsregio Groningen werken wij met acht crisispartners (Brandweer, Politie,

Nadere informatie

Bijlage: Omgevingswet

Bijlage: Omgevingswet Bijlage: wet In het regeerakkoord Vrijheid en Verantwoordelijkheid (2010) kondigde het kabinet-rutte I voorstellen aan tot bundeling, vereenvoudiging, modernisering en versobering van het omgevingsrecht

Nadere informatie

Omgevingswet & Omgevingsvisie

Omgevingswet & Omgevingsvisie Omgevingswet & Omgevingsvisie cultuurlandschappen en de omgevingswet Utrecht, 17 december 2018 Jan Roest Programmammanager Omgevingswet In dit kwartier. Aanleiding en doelen van de Omgevingswet Systematiek

Nadere informatie

Ambitiedocument Omgevingswet. Stadsronde

Ambitiedocument Omgevingswet. Stadsronde Ambitiedocument Omgevingswet Stadsronde 30-5-2017 Ruimte voor ontwikkeling, waarborgen voor kwaliteit Procesaanpak Maastricht Ambitiedocument (januari - juni 2017) Hoe gaat de gemeente om met de bestuurlijke

Nadere informatie

Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving. Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving

Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving. Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving Datum: 22 maart 2019 Versie: definitief, 2.0, vastgesteld door PMT (07-03-2019) Toelichting/context: Waterschappen gaan uit van de

Nadere informatie

Invoering Omgevingswet

Invoering Omgevingswet Invoering Omgevingswet Projectplan Versie 1.2 Datum: 19-09-2016 Opsteller: Linda Roeterink Inhoud 1. Inleiding... 2 2. Projectomschrijving... 2 2.1. Aanleiding... 2 2.2. Totstandkoming projectplan... 2

Nadere informatie

Aan de slag met de. Omgevingsvisie

Aan de slag met de. Omgevingsvisie Aan de slag met de Omgevingsvisie Deze factsheet neemt u mee bij de start van het omgevingsplan en laat zien welke ervaringen zijn opgedaan met het opstellen van Omgevingsvisies. Omgevingsvisie Met de

Nadere informatie

De waarde van participatie

De waarde van participatie De waarde van participatie Omgevingswet Kirsten Veldhuijzen, Rob Kristel Lammers, VNG 24 september 2016 Raad op Zaterdag, Zwolle Invalshoeken De Omgevingswet Bredere context Omgevingswet Ontwikkeling samenleving

Nadere informatie

Stand van zaken implementatie Omgevingswet: project overwegend op koers, omgevingsgerichte cultuur blijft uitdaging én dat vraagt ook iets van u.

Stand van zaken implementatie Omgevingswet: project overwegend op koers, omgevingsgerichte cultuur blijft uitdaging én dat vraagt ook iets van u. Deze nota betreft het thema samenwerking In ons beheergebied worden plannen gemaakt op het gebied van wonen, werken, natuur en recreatie. Rijnland koppelt eigen projecten aan die van anderen, aan de hand

Nadere informatie

De gemeenteraad en de Omgevingswet, verdieping. 1 november 2018 Gemeente Leusden

De gemeenteraad en de Omgevingswet, verdieping. 1 november 2018 Gemeente Leusden De gemeenteraad en de Omgevingswet, verdieping 1 november 2018 Gemeente Leusden Even voorstellen. Trees van der Schoot: Advies, coachen, opleiden en auteur: Werken in de geest van de Omgevingswet In bewerking:

Nadere informatie

KLAAR VOOR 4 JAAR! De Omgevingswet: wat komt eraan? Pascale Georgopoulou Adviseur VNG Programma Invoering Omgevingswet

KLAAR VOOR 4 JAAR! De Omgevingswet: wat komt eraan? Pascale Georgopoulou Adviseur VNG Programma Invoering Omgevingswet KLAAR VOOR 4 JAAR! De Omgevingswet: wat komt eraan? Pascale Georgopoulou Adviseur VNG Programma Invoering Omgevingswet Waar gaan wij het over hebben? 1. Omgevingswet: waarom? 2. De Omgevingswet, de raad,

Nadere informatie

Addendum Beleidsplan 2012-2015 Bestuursvisie op fysieke veiligheid in Zeeland

Addendum Beleidsplan 2012-2015 Bestuursvisie op fysieke veiligheid in Zeeland Addendum Beleidsplan 2012-2015 Bestuursvisie op fysieke veiligheid in Zeeland Waarom een addendum? Het beleidsplan 2012-2015 is op 7 juli 2011 in een periode waarop de organisatie volop in ontwikkeling

Nadere informatie

WORKSHOP KLANTREIZEN. Hoe de klant tot zijn recht komt in de werkprocessen Omgevingswet

WORKSHOP KLANTREIZEN. Hoe de klant tot zijn recht komt in de werkprocessen Omgevingswet WORKSHOP KLANTREIZEN Hoe de klant tot zijn recht komt in de werkprocessen Omgevingswet iks advies, ondersteuning en ontwerp september 2017 Voorstellen En wie bent u? Naam Rol Programma snelservice formule

Nadere informatie

Voorwoord 1. 1 Inleiding 3

Voorwoord 1. 1 Inleiding 3 Inhoud Voorwoord 1 1 Inleiding 3 1.1 Waarom een nieuw omgevingsstelsel? 3 1.2 Gemeente en Omgevingsplan centraal 5 1.3 De veranderopgave 6 1.3.1 Waarom? 6 1.3.2 De bedoeling 7 1.3.3 Belangrijkste veranderingen

Nadere informatie

Bestuurlijke ambitie, veranderopgave en invoeringsstrategie Omgevingswet. Praktijkbijeenkomst Implementatie Omgevingswet 24 januari 2017

Bestuurlijke ambitie, veranderopgave en invoeringsstrategie Omgevingswet. Praktijkbijeenkomst Implementatie Omgevingswet 24 januari 2017 Bestuurlijke ambitie, veranderopgave en invoeringsstrategie Omgevingswet Praktijkbijeenkomst Implementatie Omgevingswet 24 januari 2017 Verbeterdoelen Omgevingswet Inzichtelijkheid, voorspelbaarheid en

Nadere informatie

Actualiteitenseminar bestuursrecht en omgevingsrecht. Blik op de toekomst: de nieuwe Omgevingswet

Actualiteitenseminar bestuursrecht en omgevingsrecht. Blik op de toekomst: de nieuwe Omgevingswet Actualiteitenseminar bestuursrecht en omgevingsrecht Blik op de toekomst: de nieuwe Omgevingswet Blik op de toekomst: de nieuwe Omgevingswet 1. Stand van zaken Omgevingswet 2. Nieuwe figuren in de Omgevingswet

Nadere informatie

Omgevingswet. Een veilige, gezonde en duurzame woon- en leefomgeving. Eén van de grootste wetgevingsoperaties sinds de Grondwet van Thorbecke (1848)

Omgevingswet. Een veilige, gezonde en duurzame woon- en leefomgeving. Eén van de grootste wetgevingsoperaties sinds de Grondwet van Thorbecke (1848) Omgevingswet Een veilige, gezonde en duurzame woon- en leefomgeving Eén van de grootste wetgevingsoperaties sinds de Grondwet van Thorbecke (1848) November 2015 - 2 - Bedoeling van de wet - 3 - Planning

Nadere informatie

Omgevingswet en de gemeenteraad.

Omgevingswet en de gemeenteraad. Omgevingswet en de gemeenteraad. 1 Inhoud Waarom Omgevingswet? Wat verandert er door de Omgevingswet? Stand van zaken invoering Omgevingswet. Rol gemeenteraad (regionale afstemming)? Planning Provincie,

Nadere informatie

Stand van zaken invoering Omgevingswet Omgevingsdienst West-Holland

Stand van zaken invoering Omgevingswet Omgevingsdienst West-Holland Stand van zaken invoering Omgevingsdienst West- Telefoon 071-4083100 Correspondentieadres: Bezoekadres: Fax 071-4083101 Postbus 159 Schipholweg 128 www.odwh.nl 2300 AD Leiden 2316 XD Leiden Inleiding Deze

Nadere informatie

Op weg naar de Omgevingswet. Gemeenteraad Valkenswaard 1 juni 2017

Op weg naar de Omgevingswet. Gemeenteraad Valkenswaard 1 juni 2017 Op weg naar de Omgevingswet Gemeenteraad Valkenswaard 1 juni 2017 Even voorstellen. Paula de Groot Evelien van den Boom Stijn Smeulders Jan Peels Edwin Donkers Keetie van Rooijen Ingrid Kersten Programma

Nadere informatie

Bijlage 1. Plan van aanpak omgevingsplan voor het buitengebied.

Bijlage 1. Plan van aanpak omgevingsplan voor het buitengebied. Bijlage 1. Plan van aanpak omgevingsplan voor het buitengebied. Naar een uitgebalanceerd Omgevingsplan voor het Buitengebied in Nederweert meebewegend met wat er buiten gebeurt. Inhoudsopgave 1 Waarom

Nadere informatie

Pilots Omgevingsvisie

Pilots Omgevingsvisie Pilots Omgevingsvisie inzichten, omslagen en aanpakken irma.dekker@rws.nl Eric.nelisse@rws.nl Twitter @AandeslagOw www.aandeslagmetdeomgevingswet.nl Deze presentatie in het kort 1. De omgevingswet en de

Nadere informatie

Voortgangsrapportage Impuls Vergunningverlening Toezicht en Handhaving (VTH)

Voortgangsrapportage Impuls Vergunningverlening Toezicht en Handhaving (VTH) Voortgangsrapportage Impuls Vergunningverlening Toezicht en Handhaving (VTH) Begin 2017 is door Gedeputeerde Staten een impuls gegeven aan Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH). De impuls bestaat

Nadere informatie

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare

Nadere informatie

De Omgevingswet en nu..? Schakeldag2016, ir S. Ros (Sarah)

De Omgevingswet en nu..? Schakeldag2016, ir S. Ros (Sarah) De Omgevingswet en nu..? Schakeldag2016, ir S. Ros (Sarah) DOEL Duurzame ontwikkeling en onderlinge samenhang. Doelmatig beheren, gebruik en ontwikkeling van de fysieke leefomgeving. DE (BESTUURLIJKE)

Nadere informatie

De GHOR neemt de ruimte

De GHOR neemt de ruimte De GHOR neemt de ruimte Visie op zorgcontinuïteit, zelfredzaamheid en fysieke veiligheid veiligheid in het kader van ruimtelijke ordening versie 20180326 tbv Bureauhoofden GHOR overleg 20180403 Inleiding

Nadere informatie

Dienstverlening. en de Omgevingswet. Aan de slag met Serviceformules

Dienstverlening. en de Omgevingswet. Aan de slag met Serviceformules Dienstverlening en de Omgevingswet Aan de slag met Serviceformules 2018 Inhoud Wat verandert er aan de dienstverlening onder de Omgevingswet? Wat betekent het voor inwoners en ondernemers? Maak kennis

Nadere informatie

Foto plaatsen. Roadshow Groningen Mei 2016

Foto plaatsen. Roadshow Groningen Mei 2016 Foto plaatsen Roadshow Groningen Mei 2016 Opzet presentatie Kern Omgevingswet Context Veranderopgave Het programma Strategie en werkwijze Doelen en acties in 2016 Kern Omgevingswet: eenvoudiger wetgeving

Nadere informatie

Themabijeenkomst Omgevingswet

Themabijeenkomst Omgevingswet Themabijeenkomst Omgevingswet Gemeenteraden Purmerend en Beemster 24 mei 2016 prof. mr. Friso de Zeeuw, praktijkhoogleraar Gebiedsontwikkeling TU Delft Praktijkleerstoel Gebiedsontwikkeling Waarom stelselherziening:

Nadere informatie

Samen verder In het sociale domein

Samen verder In het sociale domein Samenvatting Masterplan Samen verder In het sociale domein What if I fall? Oh,but my darling,what if you fly? (gedicht van Erin Hanson) Samen Verder is het programma om de doorontwikkeling van het sociale

Nadere informatie

Omgevingswet. Commissie Fysieke Leefomgeving 20 september 2016

Omgevingswet. Commissie Fysieke Leefomgeving 20 september 2016 Omgevingswet Commissie Fysieke Leefomgeving 20 september 2016 Onderwerpen: 1. Doel en achtergrond 2. Omgevingswet 3. Uitvoeringsregelgeving 4. Invoeringswet en -regelgeving 5. Overige wetgeving 6. Invoering

Nadere informatie

RIVM en de Modernisering omgevingsveiligheid

RIVM en de Modernisering omgevingsveiligheid RIVM en de omgevingsveiligheid September 2017 - rode draad - Context Omgevingswet Verantwoording groepsrisico werkt niet Niet puur een inhoudelijke opgave (Handboek) Online Handboek Aandachtsgebieden Kwaliteit

Nadere informatie

Pilots Omgevingsvisie

Pilots Omgevingsvisie Pilots Omgevingsvisie inzichten, omslagen en aanpakken irma.dekker@rws.nl Eric.nelisse@rws.nl Twitter @AandeslagOw www.aandeslagmetdeomgevingswet.nl Wat willen we vandaag delen met jullie? 1. De omgevingswet

Nadere informatie

Omgevingswet Mis niet de boot!

Omgevingswet Mis niet de boot! Omgevingswet Mis niet de boot! Regiodagen 2016 De omgevingswet in wording Werkgroep Omgevingswet VBWTN Mis als BWT niet de boot! Waar heeft u behoefte aan De werkgroep Omgevingswet Voor en door gemeenten

Nadere informatie

Omgevingsvisie en m.e.r.

Omgevingsvisie en m.e.r. Omgevingsvisie en m.e.r. Nieuwe aanpak voor m.e.r. Kennissessie Commissie m.e.r. - 5 juni 2018 1 Programma kennissessie Welkom en kennismaking Omgevingswet, omgevingsvisies en m.e.r., inleiding Ervaringen

Nadere informatie