Stichting Amstelring Groep Raad van bestuur Postbus AE AMSTERDAM

Transcriptie

1 > Retouradres Postbus DA Heerlen Stichting Amstelring Groep Raad van bestuur Postbus AE AMSTERDAM Stadsplateau AZ Utrecht Postbus DA Heerlen T F Inlichtingen bij ri.utrecht@igz.nl Onderwerp vaststellen rapportbrief mondzorg naar aanleiding van inspectiebezoek 13 december 2016 aan woonzorgcentrum Leo Polak te Amsterdam Bijlage 2 Geachte raad van bestuur, De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft op 13 december 2016 een onaangekondigd bezoek gebracht aan woonzorgcentrum Leo Polak (hierna Leo Polak) in Amsterdam. Leo Polak is één van de locaties van Amstelring. Het bezoek is gebracht door N.N., afdelingssecretaris en ondergetekende. De inspectie onderzocht de in het verpleeghuis geboden kwaliteit van de mondzorg. Deze rapportbrief start met de aanleiding en het belang van het bezoek. Daarna volgen de doelstelling van het bezoek, de gehanteerde methode en een beschrijving van de locatie. Deze worden vervolgd door de bevindingen van het inspectiebezoek, de conclusie en het vervolgtoezicht. Aanleiding en belang Een van de taken van de inspectie is het houden van toezicht op de naleving van onder andere de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (hierna; de Wkkgz ). Artikel 2 van de Wkkgz verplicht een zorgaanbieder goede zorg te verlenen, te weten zorg van goede kwaliteit en van goed niveau. Goede zorg is in ieder geval veilig, doeltreffend, doelmatig, cliëntgericht en wordt tijdig verleend. De zorgaanbieder stemt de zorg af op de reële behoefte van de cliënt en levert de zorg in overeenstemming met de professionele standaard. Hierbij neemt de zorgaanbieder de rechten van de cliënt zorgvuldig in acht en borgt hij dat de cliënt ook overigens met respect wordt behandeld. De inspectie voert haar taak uit door het brengen van aangekondigde en onaangekondigde inspectiebezoeken. De inspectie oefent haar toezicht uit vanuit de overtuiging dat regels en (beroeps)normen een onontbeerlijk kader vormen voor goede zorg, en daarmee bijdragen aan de preventie van onnodige risico s voor cliënten. Etra aandacht gaat uit naar kwetsbare groepen. Achtergrond mondzorgbezoeken Eind 2013 en begin 2014 onderzocht de inspectie de kwaliteit van de mondzorg in 29 verpleeghuizen. Doel was om na te gaan of de geselecteerde instellingen Pagina 1 van 14

2 voor intramurale zorg voldeden aan de richtlijn mondzorg voor zorgafhankelijke cliënten in verpleeghuizen (NVVA, KNMT, NVGd, 2007). Uit het onderzoek kwam naar voren dat het slecht gesteld was met de invoering en naleving van de richtlijn. De meeste instellingen hadden geen beleid voor mondgezondheid en de implementatie en borging van de richtlijn bleef in de meeste huizen achterwege. In 2014 hebben een aantal zorginstellingen, in samenwerking met ActiZ en VWS, een alliantie gevormd met als doel het verbeteren van de mondzorg in verpleeghuizen. Deze alliantie is tot stand gekomen in het kader van het kwaliteitsprogramma ter verbetering van de zorg in verzorgings- en verpleeghuizen (VWS, 2014). De deelnemende zorginstellingen hebben met het ministerie van VWS afgesproken dat de mondzorg voor de cliënten in hun instelling per 1 januari 2016 op orde is. Amstelring was één van de bij de alliantie aangesloten zorginstellingen. Amstelring nam deel aan de bijeenkomsten bij VWS. Amstelring stelde in 2016 echter andere prioriteiten naar aanleiding van verbeterpunten die de inspectie had geconstateerd. Hierdoor had Amstelring geen ruimte om in 2016 ook verbeteringen door te voeren op het gebied van mondzorg. Tijdens het inspectiebezoek op 13 december 2016 onderzocht de inspectie of Leo Polak voldoet aan de normen en beoordelingscriteria voor het bieden van kwalitatief goede mondzorg. Doelstelling De doelstelling van het inspectiebezoek op 13 december 2016 was om te beoordelen in hoeverre de door Leo Polak geboden mondzorg voldoet aan de relevante wet- en regelgeving, (beroeps)normen, richtlijnen en standaarden die risico s bij cliënten beperken. Methode Om tot een gefundeerd oordeel te komen, gebruikte de inspectie verschillende informatiebronnen. Door de informatie uit deze bronnen te vergelijken en te wegen, beoordeelde de inspectie of de door Leo Polak geboden zorg voldoet aan relevante wet- en regelgeving, (beroeps)normen, richtlijnen en standaarden. De inspectie raadpleegde de volgende informatiebronnen: gesprekken met twee cliënten en een cliëntvertegenwoordiger; gesprek met twee kwaliteitsverpleegkundigen, de tandarts en de RVEmanager; gesprekken met twee uitvoerende medewerkers; gesprek met een specialist ouderengeneeskunde en een psycholoog; inzage van vier cliëntdossiers; een rondgang door de locatie; inzage van documenten, zie bijlage 2. Bezoekinstrument De inspectie gebruikte een bezoekinstrument waarin de te onderzoeken onderwerpen en de te toetsen normen zijn vastgelegd. In dit bezoekinstrument heeft de inspectie een selectie van tien normen gemaakt waaraan zij de geboden mondzorg toetst op basis van één of meer beoordelingsaspecten. De beoordelingsaspecten omvatten niet altijd de hele reikwijdte van een norm. Incidenteel kan het voorkomen dat de inspectie feiten en risico s constateert die niet in de beoordelingsaspecten worden genoemd maar wel betrekking hebben op een norm. Dit kan reden zijn om die norm een score voldoet niet Pagina 2 van 14

3 te geven. Omgekeerd kan het ook voorkomen dat de inspectie beoordelingsaspecten bij een norm als voldoet niet beoordeelt, en die norm desondanks een score voldoet krijgt. Dit kan gebeuren als de zorgaanbieder andere maatregelen heeft getroffen die hebben geleid tot goede zorg. Toetsingskader De normen en beoordelingsaspecten die de inspectie hanteert, zijn gebaseerd op de wet- en regelgeving en de voor de professionele standaard relevante normen van de koepelorganisaties en de branche- en beroepsverenigingen. Bij risico s waarvoor normen ontbraken, hanteert de inspectie indien nodig eigen normen. Een overzicht van het normenkader is opgenomen in bijlage 1. Beschrijving locatie Leo Polak Leo Polak is een woonzorgcentrum in de wijk Osdorp in Amsterdam. Het maakt deel uit van stichting Amstelring. Amstelring biedt intra- en etramurele zorg en behandeling in de regio Amsterdam en omgeving. Leo Polak biedt zorg en behandeling aan circa 200 cliënten. Hiervan wonen 72 cliënten met een psychogeriatrische (pg) aandoening in twaalf kleinschalige groepswoningen. Deze woningen hebben een Bopz-aanmerking. Leo Polak verleent daarnaast zorg aan 103 cliënten in het woonzorgcentrum, voorheen het verzorgingshuis. Enkele cliënten in het verzorgingshuis krijgen verpleeghuiszorg inclusief behandeling. Leo Polak biedt ook zorg aan 5 cliënten met een palliatieve zorgvraag, 25 cliënten die opgenomen zijn na een Cerebro Vasculair Accident en aan 25 cliënten met geriatrische revalidatiezorg. Op de dag van de inspectie hadden de cliënten op de pg-afdeling vrijwel allemaal een zorgzwaartepakket (ZZP) 5. Cliënten in het woonzorgcentrum hadden ZZP s variërend van 1 tot en met 6. Leo Polak biedt daarnaast thuiszorg en een uitgebreid pakket aan dagbesteding en dagbehandeling voor bewoners uit de wijk. Medewerkers Een ResultaatVerantwoordelijkeEenheid-manager stuurt de zorg binnen Leo Polak aan. De teams binnen Leo Polak zitten in een transitie naar zelfsturing. Hierin zijn het afgelopen jaar grote stappen gezet. De teams krijgen locatiebreed inhoudelijke ondersteuning van twee kwaliteitsverpleegkundigen en begeleiding bij de werkprocessen van twee teamcoaches. Op de afdelingen werken zorgmedewerkers van verschillende functieniveaus: verpleegkundigen, verzorgenden en helpenden plus. Iedere afdeling heeft een medewerker die verantwoordelijk is voor de kwaliteitsbewaking en eerstverantwoordelijke verzorgenden (EVV). Behandeldienst Binnen Leo Polak werken meerdere behandeldisciplines: specialist ouderengeneeskunde, psycholoog, ergotherapeut, fysiotherapeut, logopedist, muziektherapeut en diëtist. De tandarts, mondhygiëniste en protheticus zijn verbonden aan de locatie en hebben een samenwerkingcontract met de organisatie. Bevindingen inspectiebezoek Dit hoofdstuk bevat per thema de scores op de normen en op de bijbehorende beoordelingsaspecten. Na ieder thema volgt zo nodig een toelichting op de scores. Pagina 3 van 14

4 Voldoet Voldoet niet N.v.t. Niet beoordeeld De scores zijn in een tabel weergegeven. Er zijn vier scoremogelijkheden: - voldoet - voldoet niet. In alle gevallen geldt: als de geboden zorg op één beoordelingsaspect van een norm een score voldoet niet heeft, dan scoort de geboden zorg op de hele norm voldoet niet. Dit geldt dus ook als de geboden zorg op de helft of meer dan de helft van de beoordelingaspecten van een norm een score niet beoordeeld heeft. - niet van toepassing (n.v.t.). De score n.v.t. geeft de inspectie als de situatie waarop de norm van toepassing is, in Leo Polak nooit voorkomt. - niet beoordeeld. De score niet beoordeeld betekent dat de situatie waarop de norm van toepassing is in Leo Polak wel voorkomt, maar tijdens het bezoek niet aan de orde is geweest. Heeft de zorg op de helft of meer dan de helft van de beoordelingsaspecten van die norm een score niet beoordeeld? Dan beschouwt de inspectie de geboden zorg waarop een norm van toepassing is als niet beoordeeld. Scores per thema Thema 1 Organisatie van mondzorg 1.1 De zorgaanbieder heeft mondzorg geborgd in het kwaliteitssysteem. a) Het mondzorgbeleid is schriftelijk vastgelegd. b) De multidisciplinaire richtlijn Mondzorg of een samenvatting hiervan is beschikbaar voor alle medewerkers. c) Mondzorg is een vast onderdeel van het scholingsplan. d) Er is een medewerker als aandachtsvelder (coördinerend zorgverlener) mondzorg aangesteld. e) De verantwoordelijkheid voor het toezien op het nakomen van professionele mondzorginterventies is vastgelegd. 1.2 De zorgaanbieder voorziet dat er een tandarts beschikbaar is voor de cliënten. a) Er is een contract met de tandarts aanwezig waarin voorzien is in waarneming van de tandarts en een regeling voor spoedgevallen. Pagina 4 van 14

5 Voldoet Voldoet niet N.v.t. Niet beoordeeld b) Er is een tandarts beschikbaar (voor de reguliere periodieke controle conform het mondzorgplan en eventuele spoedgevallen) voor de cliënten in de instelling. 1.3 De zorgaanbieder faciliteert de tandarts wanneer behandeling in de instelling plaatsvindt. a) De zorgaanbieder voorziet de tandarts van een behandelruimte inclusief materiaal en apparatuur. b) Er is een tandartsassistent aanwezig. Toelichting 1.1a) Leo Polak had geen schriftelijk beleid voor de mondzorg. De organisatie zag mondzorg als onderdeel van de dagelijkse zorg. 1.1b) De multidisciplinaire richtlijn mondzorg was beschikbaar voor medewerkers via intranet. 1.1c) De organisatie nam mondzorg nog niet op in haar scholingsplan. De intentie was dit wel te doen in Gesprekspartners vertelden dat Leo Polak bezig was met een pilot e-learning onder andere voor mondzorg. Verder gaf de kwaliteitsverpleegkundige aan dat ze binnen de locatie van plan zijn om een mondzorgles te organiseren, bijvoorbeeld over het uitdoen van protheses. Hierbij willen ze ook de familie uitnodigen. 1.1d) Leo Polak had geen aandachtvelders voor mondzorg. De gedachte hierachter was dat mondzorg onderdeel was van de dagelijkse zorg. Daarbij vond men het van belang dat iedere medewerker op de hoogte was van alle thema s die betrekking hebben op de zorg bij een cliënt. 1.1e) Leo Poak had de verantwoordelijkheden voor het toezien op het nakomen van professionele mondzorginterventies niet vastgelegd. 1.2a) Leo Polak had sinds vier jaar samenwerkingsafspraken met de tandarts, de mondhygiëniste en de tandprotheticus. Onderdeel van deze afspraken was een waarneemregeling voor de tandarts en een regeling bij spoedgevallen. In oktober 2016 startte een nieuwe tandarts op de locatie. Deze werkte samen met een andere tandarts, die al langer werkte bij Leo Polak. 1.2b) De tandarts was beschikbaar voor de reguliere periodieke controle en in spoedgevallen. De tandarts kwam zelf wekelijks op de groepswoningen en probeerde de pg-cliënten iedere maand of twee maanden te zien. De tandarts had veel aandacht voor de preventie van mondzorgproblemen. 1.3a) De tandarts vertelde de eigen apparatuur en materiaal mee te nemen naar de kamers van de cliënten. Bij grotere ingrepen bood de tandarts cliënten de mogelijkheid bij de tandarts op de praktijk te komen. Ook konden ze hiervoor een andere tandarts bezoeken als dat de voorkeur Pagina 5 van 14

6 Voldoet Voldoet niet N.v.t. Niet beoordeeld had. Leo Polak had daarnaast op de locatie een behandelruimte beschikbaar, die de tandarts kon gebruiken. Thema 2 Cliëntdossier 2.1 Binnen 6 weken na opname is de mondgezondheid geïnventariseerd en in het cliëntdossier vastgelegd. a) Binnen 24 uur na opname is door een medewerker, via een gestandaardiseerde wijze, de mondsituatie in kaart gebracht. b) Binnen zes weken (eerder indien nodig) na opname is de mondgezondheid door een tandarts geïnventariseerd en vastgelegd in het cliëntdossier. 2.2 Het cliëntdossier biedt de basis voor de dagelijkse mondzorg. a) De poetsfrequentie (minimaal tweemaal daags) en methode (inzet van de verschillende middelen (bijvoorbeeld: tandenborstel, fluoride etc.)) staan in het cliëntdossier genoteerd. b) Medewerkers signaleren (acuut) mondzorgproblemen of aandoeningen en rapporteren dit in het zorgleefplan. c) Mondzorgproblemen zijn terug te vinden in de dagrapportage. 2.3 In het cliëntdossier is relevante informatie over mondzorg van betrokken disciplines vastgelegd en deze informatie is inzichtelijk voor de betrokken disciplines. a) De bevindingen van de tandarts/tandprotheticus/mondhygiënist die van invloed zijn op de dagelijkse mondzorg van de cliënt worden vastgelegd in het cliëntdossier. b) De bevindingen van de tandarts die van invloed zijn op de medische zorg rondom de cliënt worden vastgelegd in het cliëntdossier. c) De tandarts beschikt over actuele medische gegevens van de cliënt. Pagina 6 van 14

7 Toelichting 2.1a) In de geraadpleegde dossiers was te zien dat medewerkers de mondsituatie van cliënten in kaart brachten. Medewerkers vertelden dat dit onderdeel was van de anamnese bij opname. Ze vroegen dan aan de cliënt en/of familie wat er nodig was op het gebied van mondzorg en of cliënten hierbij wel of geen begeleiding nodig hadden. 2.1b) Niet in ieder dossier was een inventarisatie van de mondzorg door de tandarts aanwezig. Leo Polak had te maken met een achterstand. Tijdens de rondgang bleek dat een cliënt die al lang in zorg was, nog geen bezoek van de tandarts had gekregen. De nieuwe tandarts was bezig dit op te pakken. 2.2a) In twee cliëntdossiers misten poetsinstructies voor de dagelijkse tandzorg. In twee andere dossiers was wel te zien dat er aandacht was voor mondzorg. In deze dossiers namen medewerkers de poetsfrequentie en methode op in de ADL-kaart. 2.2b) In de dossiers van twee cliënten die problemen hadden met de mondzorg, ontbrak deze informatie. De afspraak was dat medewerkers bij problemen met de mondzorg hiervoor een aandachtsgebied formuleerden. Dit was niet terug te zien in de geraadpleegde dossiers bij cliënten met mondverzorgingproblemen. Zo ontbraken mondzorgdoelen bij twee cliënten met onbegrepen gedrag waarbij de mondzorg moeizaam was. 2.2c) In de geraadpleegde dossiers was te zien dat medewerkers niet altijd rapporteerden bij problemen over de mondzorg. Zo miste rapportage over mondzorg bij de cliënten met onbegrepen gedrag, waarbij de mondzorg moeilijk verliep. In een ander dossier was te zien dat medewerkers niet rapporteerden over mondzorg bij een cliënt waarbij het gebit niet meer goed zat. 2.3a) In de geraadpleegde dossiers was te zien dat de tandarts diens bevindingen door medewerkers liet vastleggen in het cliëntdossier. De tandarts had zelf geen toegang tot het cliëntdossier, maar stuurde medewerkers een met de benodigde informatie. Medewerkers namen de informatie over in het cliëntdossier 2.3b) De tandarts besprak diens bevindingen die van invloed waren op de medische zorg met de specialist ouderengeneeskunde of stuurde deze een . De specialist ouderengeneeskunde nam deze informatie zonodig op in het medische dossier. 2.3c) De tandarts had geen toegang tot het elektronische medische dossier van een cliënt, maar vertelde dat ze de specialist ouderengeneeskunde raadpleegde als ze medische informatie nodig had. Pagina 7 van 14

8 Voldoet Voldoet niet N.v.t. Niet beoordeeld Thema 3 Deskundigheid en inzet personeel 3.1 Medewerkers werken cliëntgericht. a) De wensen van de cliënt/cliëntvertegenwoordiger met betrekking tot mondzorg zijn aantoonbaar afgewogen en vastgelegd in het cliëntdossier. 3.2 Medewerkers hebben voldoende kennis van en vaardigheden over mondzorg voor de doelgroep van cliënten. a) Medewerkers kennen de mondzorgproblematiek waarmee de cliënten te maken hebben. b) Medewerkers vinden dat ze voldoende worden toegerust om de dagelijkse mondzorg te kunnen bieden. 3.3 Betrokken zorgverleners worden gesteund door de zorgaanbieder bij de uitvoering van mondzorg en mondverzorging. a) Het is voor de medewerkers duidelijk bij wie zij terecht kunnen voor eventuele vragen en begeleiding op het gebied van mondzorgproblematiek. b) De scholingsbehoefte omtrent mondzorg wordt structureel geïnventariseerd. c) Medewerkers geven aan voldoende tijd te hebben om de in het cliëntdossier opgenomen afspraken over mondzorg uit te voeren. 3.4 Mondzorg wordt in samenhang met relevante betrokken deskundigen besproken. a) Mondzorg is een onderwerp tijdens het multidisciplinair overleg. b) De juiste disciplines worden betrokken rondom de mondzorg. c) Medewerkers dragen zorg voor het tijdig inzetten van deskundigheid. Pagina 8 van 14

9 Toelichting 3.1a) Medewerkers vertelden dat ze altijd rekening hielden met de wensen en behoeften van cliënten en cliëntvertegenwoordigers op het gebied van mondzorg. Hier pasten ze de geboden mondzorg op aan. Cliënten en hun vertegenwoordigers konden zelf kiezen of ze hun eigen tandarts hielden of overgingen op de tandarts van Leo Polak. 3.2a) Tijdens het inspectiebezoek kwam naar voren dat medewerkers niet altijd goed op de hoogte waren van de mondzorgproblematiek van hun cliënten. Zo bleek tijdens de rondgang dat bij een cliënt het gebit niet goed meer aansloot. Medewerkers merkten dit niet eerder op. Wel maakten ze naar aanleiding van deze constatering meteen een afspraak met de tandprotheticus. 3.3a) Medewerkers vertelden bij vragen over mondzorg terecht te kunnen bij de tandarts, de mondhygiëniste en/of de protheticus. Ook konden ze de kwaliteitsbewaker of de kwaliteitsverpleegkundige benaderen bij vragen over de mondzorg. 3.3b) De kwaliteitsbewakers en de tandarts waren bezig de scholingsbehoeften van medewerkers in kaart te brengen. Ook hadden ze plannen voor de invulling van de scholing van medewerkers op het gebied van mondzorg in Hiervoor wilden ze gebruik maken van het programma houd de mond gezond van het Ivoren Kruis. Ook wilde de tandarts klinische lessen geven, met als doel dat medewerkers tandproblemen eerder signaleren. 3.3c) Tijdens de rondgang vertelden medewerkers normaalgesproken voldoende tijd te hebben voor de mondzorg. Op de PG-afdeling kwam echter naar voren dat dit niet altijd het geval was bij cliënten met onbegrepen gedrag. De werkdruk was vaak hoog en dan kregen medewerkers het vaak niet voor elkaar cliënten de benodigde mondzorg te bieden. Ze waren dan al blij als de gewone dagelijkse verzorging lukte bij deze groep cliënten. 3.4a) Gesprekspartners vertelden dat mondzorg aan bod kwam tijdens het multidisciplinaire overleg als mondzorg bij een cliënt problemen opleverde. 3.4c) Medewerkers vertelden bij vragen of problemen rondom mondzorg andere disciplines in te schakelen, zoals de tandarts, de ergotherapeute of de specialist ouderengeneeskunde. De inzet van de psycholoog was voor mondzorg tot nu toe niet gebruikelijk. Dit gebeurde wel in het kader van onbegrepen gedrag bij de dagelijkse zorg, waaronder mondzorg. Pagina 9 van 14

10 Conclusie en onderbouwing Als eerste volgt een samenvattend overzicht van de scores per thema. Daarna geeft de inspectie haar conclusie, gevolgd door één of meer beschouwende subparagrafen. Figuur 1: Overzicht van de resultaten Thema's Voldoet Voldoet niet N.v.t. Niet beoordeeld Organisatie van Mondzorg: 3 normen Cliëntdossier: 3 normen Deskundigheid en inzet van personeel: 4 normen Aantal normen Conclusie: geboden zorg voldoet niet aan alle getoetste normen De mondzorg die Leo Polak biedt, voldoet niet aan alle normen en beoordelingsaspecten die de inspectie heeft gehanteerd. Bij de vijf normen waar de geboden zorg niet of nog niet volledig aan voldoet, bestaan mogelijke risico s voor cliënten en zijn verbetermaatregelen nodig. Mondzorg onvoldoende geborgd in de praktijk en in het kwaliteitssysteem Het inspectiebezoek liet zien dat een aantal randvoorwaarden voor kwalitatief goede mondzorg nog onvoldoende aanwezig waren. Hierdoor is de mondzorg in Leo Polak onvoldoende geborgd in een kwaliteitssysteem. Organisatiebreed beleid voor mondzorg ontbrak, evenals afspraken over taken en verantwoordelijkheden bij de uitvoering van de dagelijkse mondzorg. Bij Leo Polak was mondzorg onderdeel van de basiszorg en kwaliteitsbewakers waren verantwoordelijk voor de naleving hiervan. Tijdens het inspectiebezoek kwam echter naar voren dat de mondzorg in de praktijk onvoldoende werd geborgd. Daarnaast was mondzorg geen vast onderdeel van het scholingsplan, waardoor niet alle medewerkers voldoende kennis en kunde hadden voor het signaleren van mondzorgproblemen. Een methodische werkwijze in het cliëntdossier was niet altijd zichtbaar. Na onrustige periode organisatie weer ruimte voor de inhoud van de (mond)zorg Leo Polak had een onrustige en intensieve periode achter de rug. De locatie ging over op zelfsturing en startte met een nieuw elektronisch cliëntdossier. Dit zorgde in 2016 voor een zware belasting van medewerkers. Hierdoor was er minder ruimte voor onderwerpen zoals mondzorg. Tijdens het inspectiebezoek bleek dat de rust was teruggekeerd en medewerkers weer energie hadden om zaken op te pakken. De cliëntgerichte werkwijze en de Pagina 10 van 14

11 multidisciplinaire samenwerking zijn een goede basis om de kwaliteit van de mondzorg op korte termijn te verbeteren. Vervolgtoezicht Inleiding Dit hoofdstuk begint met een overzicht van de normen waaraan de geboden zorg niet voldeed en waarvoor verbetermaatregelen noodzakelijk zijn. Vervolgens geeft de inspectie aan wat zij van de zorgaanbieder verwacht. Daarna beschrijft de inspectie haar vervolgacties. De inspectie gaat ervan uit dat de informatie bij de resultaten voldoende handvatten biedt om de verbeteringen door te voeren die nodig zijn om te voldoen aan alle als onvoldoende beoordeelde normen. Overzicht van normen waaraan de geboden zorg niet voldeed 1.1 De zorgaanbieder heeft mondzorg geborgd in het kwaliteitssysteem. 2.1 Binnen 6 weken na opname is de mondgezondheid geïnventariseerd en in het cliëntdossier vastgelegd. 2.2 Het cliëntdossier biedt de basis voor de dagelijkse mondzorg. 3.2 Medewerkers hebben voldoende kennis en vaardigheden over mondzorg voor de doelgroep van cliënten. 3.3 Betrokken zorgverleners worden gesteund door de zorgaanbieder bij de uitvoering van mondzorg en mondverzorging. Resultaatsverslag De inspectie verwacht een resultaatsverslag waarin per norm staat: - Of binnen de gestelde termijn is voldaan aan de norm. - De aanpak en acties waarmee is bereikt dat aan de norm is voldaan. - De wijze waarop is gemeten dat aan de norm is voldaan. De inspectie verwacht het resultaatsverslag voor de normen waaraan u binnen drie maanden na vaststelling van de rapportbrief moet voldoen uiterlijk 25 april 2017 op haar adres ri.utrecht@igz.nl onder vermelding van het kenmerk van deze brief. Beoordeling van overige locaties De inspectie verwacht dat het verantwoordelijk management ook in andere locaties of in ander teams beoordeelt of aan de normen wordt voldaan en zo nodig passende maatregelen neemt. Vervolgacties inspectie Op basis van de ontvangen resultaatsverslag beoordeelt de inspectie of vervolgacties nodig zijn. Reactie op conceptrapportbrief Op 24 januari 2017 heeft de inspectie uw reactie op de conceptrapportbrief in goede orde ontvangen. Hieronder volgt de reactie van de inspectie. Uw reactie heeft geleid tot enkele tekstuele aanpassingen in het rapport. Ook heeft de inspectie naar aanleiding van uw reactie de score voor norm 3.4 aangepast in de tabel, waardoor deze nu wel op voldoende staat. In onderstaande tekst volgt de onderbouwing van de overige twee normen, waarvoor de inspectie haar beoordeling niet aanpaste. Pagina 11 van 14

12 1.1e) In uw reactie geeft u aan dat professionals in uw organisatie erop toezien dat afspraken bij cliënten worden nageleefd. In dit beoordelingsaspect gaat het echter om het vastleggen van de verantwoordelijkheden op het gebied van professionele mondzorginterventies. Dat hebben we tijdens ons inspectiebezoek niet aangetroffen in uw organisatie, ook niet bij de door u nagestuude documenten. Om die reden blijft het oordeel van de inspectie ongewijzigd. 2.1b) In uw reactie geeft u aan dat de tandarts wekelijks op de locatie komt en de mondgezondheid binnen zes weken inventariseert en vastlegt. In een aantal door ons geraadpleegde dossiers was deze inventarisatie echter niet aanwezig. Ook gesprekspartners vertelden dat de tandarts een achterstand had en er niet aan toe was gekomen alle inventarisaties in de betreffende cliëntdossiers vast te leggen. Om die reden blijft het oordeel van de inspectie ongewijzigd. Als laatste heeft de inspectie haar conclusie niet aangepast, maar wel enkele tekstuele aanpassingen gedaan ter verduidelijking. De reden hiervan is dat de inspectie tijdens het mondzorgbezoek constateerde dat mondzorg, als onderdeel van de basiszorg, in uw organisatie onvoldoende is geborgd. De inspectie attendeert u erop dat zij alle vastgestelde rapporten van het inspectietoezicht actief openbaar maakt door plaatsing op haar website: Meer informatie over actieve openbaarmaking van documenten door de inspectie kunt u vinden op onze website ( Hoogachtend, N.N., senior inspecteur Pagina 12 van 14

13 Bijlage 1 Overzicht wet- en regelgeving, veldnormen, circulaires en rapporten Wetgeving: - Uitvoeringsbesluit Wkkgz. - Wet Langdurige Zorg (WLZ). - Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst: Wijzigingswet Burgerlijk Wetboek (WGBO; 1994). Veldnormen: - Richtlijn Mondzorg voor zorgafhankelijke cliënten in verpleeghuizen; Inspectierapport: - Kwaliteit mondzorg in verpleeghuizen onvoldoende; een inventariserend onderzoek in 29 verpleeghuizen (Inspectie voor de gezondheidszorg, november 2014). Pagina 13 van 14

14 Bijlage 2 Geraadpleegde documenten De inspectie heeft de onderstaande documenten gebruikt bij het uitvoeren van het inspectiebezoek en bij het opstellen van dit rapport. De inspectie heeft de documenten niet in hun totaliteit beoordeeld, maar op specifieke onderwerpen doorgenomen. - Advies dagelijkse mondverzorging cliënten met dysfagie, Logopedie Leo Polak, Audits cliëntdossiers, medicatieveiligheid, hygiëne en ruimten, twee teams Leo Polak, november Overzicht zorgzwaartepakketten van cliënten op de locatie, Leo Polak, december Pagina 14 van 14