Wat willen we bereiken?

Transcriptie

1 Nr: b Schipluiden: 11 juli 2007 Onderwerp: Ontwerp Regionaal Milieuplan Haaglanden Aan de Raad Inleiding Het Stadsgewest Haaglanden heeft een ontwerp regionaal milieubeleidsplan vastgesteld dat richtinggevend is voor gemeenten. Dit beleidsplan is vastgesteld op grond van artikel 8 van de Regeling Stadsgewest Haaglanden 1995 en artikel 4.15a Wet milieubeheer. U wordt in de gelegenheid gesteld naar aanleiding van dit regionale beleidsplan een zienswijze in te dienen. In dit voorstel wordt kort ingegaan op de doelstellingen van het beleidsplan en de voorgestelde acties om de doelstellingen te halen. Vervolgens worden de gevolgen voor de gemeente Midden-Delfland belicht. Wat willen we bereiken? Het ontwerp regionaal milieuplan In december 2005 is door het dagelijks bestuur van het stadsgewest Haaglanden de Hoofdlijnennotitie Regionaal Milieuplan Haaglanden vastgesteld. Het nu voorliggende milieuplan is een nadere uitwerking van de hoofdlijnennotitie. De speerpunten van het plan hebben betrekking op Klimaat en energie, Luchtkwaliteit, Externe veiligheid en handhavingssamenwerking. Regionale samenwerking is daarbij van groot belang om de doelstellingen te behalen. Hoofddoelstelling van het plan is de regio Haaglanden tot de meest duurzame regio van de Randstad om te vormen. Een regio waar de inwoners wonen, werken en recreëren in een prettig en schoon leefklimaat. Wat gaan we er voor doen? Klimaat en energie Het milieuplan gaat in op de maatregelen die worden genomen om broeikasgassen te verminderen en dan vooral de uitstoot van kooldioxide (CO2). Daarbij ligt de nadruk op het maatregelen bij de bron van de verontreiniging. 1. In 2012 wil het Stadsgewest Haaglanden (hierna Haaglanden) dat het klimaatbeleid in 2012 is geïntegreerd in andere beleidsterreinen van Haaglanden.

2 Dit wil men bereiken door specifieke onderwerpen die het klimaat beïnvloeden in het beleidsveld te integreren. Een voorbeeld daarvan is beleid ten aanzien van gebruik van duurzame schone energiebrandstoffen bij auto s en bussen te integreren. 2. Haaglanden is de motor voor regionale klimaat- en energieprojecten. Door het opschalen van succesvolle lokale klimaatprojecten tot regionale projecten, kan deze doelstelling behaald worden. 3. Alle gemeenten in Haaglanden werken met klimaatbeleid dat is gebaseerd op de subsidieregeling BANS -2 (Bestuursakkoord Nieuwe Stijl Klimaat Cinvenant). Haaglanden vraagt in overleg met de gemeenten een BANS subsidie aan. Haaglanden zal de voortgang van de projecten volgen om dit te kunnen verantwoorden na beëindiging van de BANS-2 periode. 4. Een samenwerkingsverband van gemeenten en energieorganisaties is opgericht in de regio met als taak het verminderen van de uitstoot van CO 2. Met het oog op het behalen van deze doelstelling zullen eerst verschillende opties op grond van haalbaarheid, taakomschrijving en financiën worden beoordeeld. - Opzetten en uitvoering geven aan klimaatbeleid om de doelstellingen van het beleid te behalen. Daarbij uitgaan van de subsidieregeling BANS 2. Bij het opstellen van het beleid rekening houden met de in het regionale plan voorgestelde acties. Deze zullen niet allemaal relevant zijn voor de gemeente Midden-Delfland. - Het samenwerkingsverband met het Delfts Energie Agentschap/Energie Agentschap Zoetermeer continueren. Daarbij gebruik maken van de expertise van dit agentschap om de CO 2 uitstoot in de regio te verminderen. Luchtkwaliteit Beleid voor een betere luchtkwaliteit heeft een nauw verband met klimaatbeleid en doelstellingen zoals die zijn vastgelegd in het Kyotoprotocol. De regio s Haaglanden, Rotterdam en Zuid-Holland-Zuid en de gemeenten Rotterdam, Den Haag en Dordrecht werken nauw samen met de provincie Zuid-Holland. Zij stellen voor het gebied Zuidvleugel een luchtknelpuntenanalyse op met daarin opgenomen de te nemen maatregelen en oplossingen. De invloed van verkeer is groot op de luchtkwaliteit van de regio Haaglanden. In dit plan zijn doelstellingen en acties voor verkeer in de regio opgenomen. 1. Haaglanden zal samen met de stadsregio Rotterdam en de provincie Zuid-Holland jaarlijks voldoende middelen verwerven van onder anderen het Rijk voor het oplossen van luchtkwaliteitsknelpunten De verkregen subsidies worden door Haglanden in samenwerking met de gemeenten over projecten verdeeld. 2. Haaglanden houdt rekening met de luchtkwaliteit bij haar beleid voor verkeer en openbaar vervoer. 3. Haaglanden zal een sterke regie op het dossier luchtkwaliteit voeren in samenwerking met de gemeenten. Om de doelstelling te behalen zullen projecten eerst op effect, kosten en haalbaarheid worden beoordeeld. Na een positief bestuurlijk besluit zullen de projecten vervolgens worden uitgevoerd. Daarnaast zal gedurende de looptijd van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Lucht (landelijk) de knelpunten jaarlijks worden gemonitoord door Haaglanden. Samen met de glastuinbouwgemeenten zal onderzocht worden hoe de stikstofdioxide (NO2) en fijn stof uitstoot door de glastuinbouw verminderd kan worden. Ook zal net als bij het aspect klimaat meer betrokkenheid van andere beleidsterreinen worden verlangd.

3 - Onderzoek doen naar het eigen wagenpark naar effect, kosten en haalbaarheid van een schoner wagenpark. - Een duurzame concessieverlening van het Openbaar Vervoer steunen. - Blijven participeren in de haalbaarheidsstudie voor een regionaal warmtenet - Blijven monitoren van knelpunten in het kader van Luchtkwaliteit (is wettelijke vastgelegd). - Andere beleidsvelden betrekken bij problematiek. Externe veiligheid Het externe veiligheidsbeleid is erop gericht om de risico s te beheersen van het werken met, opslaan en transporteren van gevaarlijke stoffen. Met andere woorden: De risico s waaraan burgers worden blootgesteld tot een aanvaardbaar niveau te beperken. Daarbij is gekozen voor een proactief beleid, waarbij het ontstaan van nieuwe knelpunten wordt tegengegaan. 1. Het behouden van een actueel beeld van risicovolle situaties bij inrichtingen en transportroutes door middel van een risico-inventarisatie. 2. De data afkomstig van de risico-inventarisaties zullen uitwisselbaar zijn tussen de gemeenten, brandweer en Haaglanden om samen een gemeenteoverschrijdend regionaal beeld te kunnen vormen. 3.Bij het ontwikkelen van ruimtelijke plannen voor bestaande of nieuwe gebieden zal externe veiligheid een integraal onderdeel zijn. 4. Burgers en bedrijven in Haaglanden zijn eenduidig op de hoogte van de risico s van externe veiligheid relevante bedrijven bij hen in de buurt. 5. Haaglanden zal specialistische kennis op het gebied van externe veiligheid inzetten bij gemeentelijke organisaties. Om de doelstellingen te bereiken zal het bureau Externe Veiligheid van Haaglanden jaarlijks een EVprogramma uitvoeren. Projecten die daaruit voortkomen zullen in gemeenten worden uitgevoerd. Tevens zal de regionale EV visie op lokaal niveau moeten worden uitgewerkt. Het bureau EV zal daarbij ondersteuning verlenen in de vorm van procesplannen, risico communicatie en dergelijke. - Het 100 % borgen van kwantiteit en kwaliteit van het EV-aspect in de relevante organisatieonderdelen. - Zorgdragen voor een optimale afstemming tussen het Ruimtelijke beleid en het externe veiligheidsbeleid. - Actueel houden van het risico register gevaarlijke stoffen. - Een groot deel van deze taken zijn wettelijk vastgelegd. Handhavingssamenwerking Een speerpunt van dit milieuplan is het verbeteren van de leefomgeving in de regio door effectieve samenwerking in de handhaving en de vergunningverlening. Deze samenwerking geldt dan niet alleen bestuursrechtelijke maar ook strafrechtelijke partijen (Politie/ Openbaar Ministerie). 1. De regiogemeenten werken op meerdere disciplines samen op het gebied van handhaving en vergunningverlening. 2. De automatiseringssystemen zijn op elkaar afgestemd zodat onderlinge data uitwisseling mogelijk is. 3. In plaats van de provincie Zuid-Holland, organiseert Haaglanden regionale audits bij gemeenten in het kader van het Besluit kwaliteitseisen handhaving milieubeheer.

4 4. De handhaving is in de gehele regio op professionele wijze georganiseerd en bevat een professionaliseringscyclus op regionale schaal. Daarnaast zal een regionale kennispool aanwezig zijn waar gemeenten een beroep op kunnen doen. De kwaliteit van de handhaving is op het met de provincie afgesproken niveau, zodat provinciale inrichtingen naar de regiogemeenten worden overgedragen. Om de doelstellingen te behalen zal Haaglanden in samenwerking met de handhavingspartners jaarlijks een regionaal integraal handhavingsprogramma opstellen. Ook zal een platform worden opgericht om knelpunten die ontstaan tijdens de samenwerking op te lossen. In verband met de beleidscyclus zal Haaglanden ieder half jaar monitoringsverslagen maken, en zullen gemeenten die gemaakte regionale afspraken niet nakomen, op hun verantwoordelijkheden worden gewezen. Haaglanden zal met de gemeenten en de provincie afspraken maken over de inhoud van regionale audits. De jaarlijkse handhavingsestafette zal de komende jaren in het teken van integrale handhaving staan. Om elkaar van de ontwikkelingen binnen de wet- en regelgeving op de hoogte te houden ontwikkelt Haaglanden een vergunningenplatform en organiseert zij themadagen en workshops. Mogelijke gevolgen door participatie Midden-Delfland - Door een verdere integrale samenwerking kan in eerste instantie meer capaciteit nodig zijn voor de handhaving (meer afstemming). - Indien in de gehele regio de kwaliteit voldoende is zullen provinciale inrichtingen worden, overgedragen aan gemeenten. Kennis en extra capaciteit om bij die inrichtingen adequaat te kunnen handhaven zal moeten worden verkregen. - Automatiseringssystemen zullen op elkaar moeten worden afgestemd. Mogelijk dient daarvoor een interface ontwikkeld te worden. - De werkwijze binnen de gemeenten zal op elkaar afgestemd moeten worden. Dit kan betekenen dat het gemeentelijke integrale handhavingsbeleid op enkele punten bijgesteld moet worden. Geluid Met de wijziging van de Wet geluidhinder wordt het vaststellen van hogere grenswaarden van Gedeputeerde Staten gedelegeerd aan de gemeenten. Daarnaast moeten de gemeenten op grond van de Europese richtlijn omgevingslawaai voor 18 mei 2008 actieplannen hebben opgesteld. Dit actieplan geldt voor een periode van vijf jaar en is gebaseerd op de uitkomsten van gemeentelijke geluidskaarten. - De geluidsambities van gemeenten in de regio zijn op elkaar afgestemd. - Bij ruimtelijke planprocessen van de gemeenten en Haaglanden worden de gewenste geluidsambities en plandrempels actief ingebracht. - een regionale geluidskaart is samengesteld en wordt beheerd. - Vaststellen van geluidzoneringskaarten (deze zijn momenteel deels in concept gereed). - Opstellen van een actieplan dat is gerelateerd aan de geluidsbelastingkaarten (wettelijk vastgelegd). - Bij het bepalen van gemeentelijke geluidsambities, deze in Haaglanden verband afstemmen met de gemeenten in de regio. - Bij ruimtelijke planprocessen de plandrempels en gewenste geluidsbelastingen meenemen in de besluitvorming. Milieu in ruimtelijke plannen (MIRUP) Om te voorkomen dat plannen moeilijk of zelfs niet tot uitvoering gebracht kunnen worden is het van belang dat bij (her)inrichtingprocessen al in het beginstadium milieuaspecten worden meegenomen.

5 Doelstelling Bij lokale ruimtelijke planprocessen van minimaal 25 hectare of indien sprake is van publiekaantrekkende functies wordt gebruik gemaakt van het door Haaglanden opgestelde MIRUP. MIRUP is een handreiking voor milieu in ruimtelijke plannen. Om de doelstelling te bereiken ondersteunt Haaglanden actief een aantal planprocessen binnen de gemeente. Dit kan in de vorm van workshops of door middel van meer inhoudelijke inbreng. Bij lokale planprocessen de duurzaamheidprincipes zoals vastgelegd in MIRUP als vast onderdeel te betrekken. Wat mag het kosten? Hoewel een deel van het geld dat nodig is voor het uitvoeren van het programma uit subsidies en dergelijke betaald kan worden zal ook de gemeente zelf dienen te investeren. Daarbij kan men denken aan benodigde ambtelijke capaciteit en middelen om onderdelen van het voorliggende programma te kunnen uitvoeren. Uitgangspunt daarbij is dat er in eerste instantie alleen meegewerkt wordt aan het behalen van de doelstellingen indien er wettelijke redenen zijn om dat te doen. Daarnaast zal ook worden geparticipeerd indien een doelstelling overeenkomt met het huidige milieubeleid van de gemeente. Daarbij zullen er geen extra middelen worden bijgeraamd maar dient deelname aan projecten voortkomend uit het Regionaal milieuplan Haaglanden binnen de bestaande begroting te passen. Indien participatie aan een project extra middelen vraagt dan zal dit in een separaat voorstel, aan u worden voorgelegd. Conclusie Het voorliggende ontwerp Regionaal Milieuplan Haaglanden is gebaseerd op de regio Haaglanden. Hoewel veel problematiek ontstaat in of nabij drukke stedelijke centra zullen de gevolgen van die problematiek ook deels betrekking hebben op de gemeente Midden-Delfland. De gemeente Midden-Delfland kan niet aan alle doelstellingen een bijdrage leveren. Zo zijn enkele doelstellingen niet relevant voor de gemeente. Daarnaast kan met de huidige capaciteit en middelen die beschikbaar zijn in de gemeentelijke organisatie niet in alle projecten geparticipeerd worden. Enkele doelstellingen zijn gebaseerd op wettelijke gronden, keuzevrijheid of er wel of niet geparticipeerd wordt in activiteiten om die doelstelling te behalen is er voor die doelstellingen dus niet. De gemeente zal naar eigen draagkracht en gebaseerd op de gebiedsvisie Midden-Delfland 2025 en het eigen milieubeleidsplan wel een bijdrage kunnen leveren aan het behalen van de doelstellingen die ook voor de gemeente Midden-Delfland van belang zijn. Uitgangspunt daarbij is dat er in eerste instantie alleen meegewerkt wordt aan het behalen van de doelstellingen indien er wettelijke redenen zijn om dat te doen. Daarnaast zal ook worden geparticipeerd indien een doelstelling overeenkomt met het huidige milieubeleid van de gemeente. Daarbij zullen er geen extra middelen worden bijgeraamd maar dient deelname aan projecten voortkomend uit het Regionaal milieuplan Haaglanden binnen de bestaande begroting te passen. Indien participatie aan een project extra middelen vraagt dan zullen wij dit in een separaat voorstel aan u voorleggen.

6 Voorstel Met in achtneming van de inhoud van de motivering zoals weergegeven in de conclusie én het feit dat geen van de doelstellingen strijdig is met de belangen van de gemeente Midden-Delfland stellen wij u voor in te stemmen met het voorliggende Ontwerp Regionaal Milieuplan Haaglanden ADVIES van de raadscommissie Grondgebied d.d De commissie stemt in met het voorstel. De commissie wenst nader te worden geïnformeerd over het klimaatbeleid. REACTIE van het college. Bij de begroting 2008 zal nader aandacht worden geschonken aan het klimaatbeleid. Burgemeester en wethouders van Midden-Delfland, de secretaris, de burgemeester, P.T. Veenman A.J. Rodenburg