NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN DONDERDAG 8 NOVEMBER 2012

Transcriptie

1 NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN DONDERDAG 8 NOVEMBER 2012 Zittinghebbende leden: 19. Aanwezig: Ignace DEREEPER (CD&V), burgemeester en voorzitter; Peter VELLE (CD&V), Isabelle CAPELLE (CD&V), Myriam MAES (sp.a) en Johan TANGHE (CD&V), schepenen; Rita MEYNS (CD&V), OCMW-voorzitter en toegevoegde schepen; Romain GEVAERT (sp.a), Anthony DUMAREY (Open VLD-DIS), [***], Erna COENE(Open VLD- DIS), Robby VANDENBROELE (onafhankelijke) [tot en met punt 10], Ingrid DEWACHTERE (CD&V), Jaak LINGIER (Open VLD-DIS), Chantal VAN LITSENBURGH (CD&V), Gudrun DE VLAM (CD&V) [vanaf punt 11], Frederik VAN DER PERRE (Open VLD-DIS), Lies GOEMAERE (Open VLD-DIS), Hubert DE GRYSE (CD&V), [***], en Wilfried HAEST (CD&V), raadsleden; Johan ROSSEEL, secretaris. Verontschuldigd: Roland BLOMME (Open VLD-DIS) en Anni CHRISTIAEN (CD&V) Afwezig zonder voorafgaande kennisgeving: - De gemeenteraadsleden werden door de voorzitter van de gemeenteraad uitgenodigd bij gewone brief. De oproeping werd overeenkomstig artikel 21 van het gemeentedecreet bezorgd op dinsdag 30 oktober De plaats, dag, tijdstip en agenda werden overeenkomstig artikel 23, 1, lid 1 van het gemeentedecreet openbaar gemaakt op dezelfde dag. [Quorum bij aanvang: 16.] [De vergadering wordt geopend om uur.] A. IN OPENBARE VERGADERING 1. GOEDKEURING VAN DE NOTULEN VAN DE VORIGE OPENBARE ZITTING [1. Naar aanleiding van de goedkeuring van de notulen vraagt raadslid Anthony DUMAREY waarom het zo lang heeft geduurd alvorens een antwoord werd bezorgd op de gestelde vragen. De burgemeester stelt dat hij omwille van zijn drukke agenda pas heel recent de repliek heeft kunnen nalezen; vandaar de laattijdige respons Over de tekst van de eigenlijke notulen worden geen opmerkingen gemaakt. De notulen kunnen derhalve als goedgekeurd worden beschouwd. 2. Voorts pleit raadslid Jaak LINGIER om voor de komende legislatuur een duidelijke afspraak te maken over de tijdstippen waarop de gemeenteraad zou bijeenkomen. Nu is het voor ieder raadslid moeilijk om een planning te maken. Als de data vooraf zouden worden vastgelegd dan kan iedereen daar dan rekening mee houden voor het plannen van zijn familiale, sociale en professionele agenda.../..

2 De voorzitter antwoordt dat hij daar in principe geen probleem mee heeft, maar dat het wel van fundamenteel belang is dat steeds voldoende leden van de meerderheid op de zitting aanwezig kunnen zijn, om met zekerheid een geldige bijeenkomst te kunnen houden (anders bestaat immers het risico dat de oppositieleden opstappen en dat er wegens een onvoldoende quorum geen zitting kan doorgaan). Raadslid LINGIER wenst tot slot nog eens te benadrukken dat het feit dat hij een abonnement heeft voor de wedstrijden van Club Brugge niet betekent dat hij zich niet zou engageren als gemeenteraadslid, en dit in tegenstelling tot wat ooit door de voorzitter werd verklaard... Dit blijkt uit het feit dat op het moment van de raadszitting de voetbalploeg in kwestie aan het spelen is tegen Newcastle United. Waarvan akte.] De raad; gelet op het gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 33, artikel 180 en artikel 181; na voorlezing van de notulen van de vorige openbare zitting van de gemeenteraad gehouden op 4 juli 2012; overwegende dat deze notulen ten minste acht dagen voor huidige zitting ter beschikking werden gesteld van de gemeenteraadsleden; overwegende dat geen opmerkingen worden gemaakt; besluit: artikel 1: De notulen van de openbare zitting van de gemeenteraad van 4 juli 2012 zijn goedgekeurd. artikel 2: De goedgekeurde notulen zullen worden ondertekend door de voorzitter en de secretaris en zullen worden overgeschreven in het register van de beraadslagingen GOEDKEURING VAN HET BUDGET VOOR HET BOEKJAAR 2013 VAN DE KERKFABRIEK ONZE-LIEVE-VROUW, OUDENBURG [DN0908] gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid artikel 42 en artikel 43; gelet op de nieuwe gemeentewet, in het bijzonder artikel 255, 9 ; gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, in het bijzonder de artikelen 45 tot en met 50 (budget), en artikel 51; gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en van de centrale besturen van de eredienst, inzonderheid Hoofdstuk II, Afdeling V en Afdeling VII; gelet op de omzendbrief BB-2007/01 van 12 januari 2007 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst, inzonderheid de slotbepalingen inzake de inwerkingtreding; gelet op de omzendbrief BB 2008/06 van 18 juli 2008 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst; overwegende dat de kerkraden jaarlijks een budget voor het volgend boekjaar dienen vast te stellen, op basis van het meerjarenplan; dat dit budget moet worden ingediend bij het centraal kerkbestuur (in principe voor 30 juni); dat de budgetten van de verschillende kerkraden, na het advies van het erkend representatief orgaan (i.c. de bisschop van Brugge), gecoördineerd door het centraal kerkbestuur moeten worden ingediend bij de gemeenteoverheid (in principe voor 1 oktober); overwegende dat wanneer de gemeentelijke bijdrage in het budget binnen de grenzen blijft van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan de gemeenteraad er louter akte van dient te nemen;../..

3 dat dit dient te gebeuren binnen een termijn van 50 dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeenteoverheid; overwegende dat wanneer de gemeentelijke bijdrage in het budget de grenzen van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan overschrijdt de gemeenteraad het budget aan het meerjarenplan kan aanpassen (behalve wat de kosten betreft die betrekking hebben op het vieren van de eredienst); dat dit dient te gebeuren binnen een termijn van 50 dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeenteoverheid; dat de gemeenteraad zijn besluit uiterlijk de laatste dag van deze termijn dient te versturen aan de provinciegouverneur, aan het centraal kerkbestuur, aan de kerkfabrieken in kwestie en aan het erkend representatief orgaan; dat bij ontstentenis van deze kennisgeving de gemeenteraad geacht wordt het budget te hebben goedgekeurd; gelet op de ontvangst op 5 september 2012 van de budgetten van de Oudenburgse kerkfabrieken voor het boekjaar 2013; gelet op de gelijktijdige toezending door het centraal kerkbestuur van de budgetten aan de provinciegouverneur (zoals blijkt uit de begeleidende brief van 5 september 2012, geregistreerd op 6 september 2012); gelet inzonderheid op de financiële nota van het budget van kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw voor het boekjaar 2013, zoals vastgesteld door de kerkraad op 5 juli 2012; gelet op de geraamde gemeentelijke bijdrage ten bedrage van ,90 EUR (gewone exploitatietoelage); gelet op de toelichtende beleidsnota; gelet op het gunstig advies dat door het erkend representatief orgaan werd verleend aan het budget 2013 van de kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw te Oudenburg, zoals medegedeeld door de Dienst kerkfabrieken van het bisdom Brugge, bij brief van 21 augustus 2012; overwegende dat de gemeente er toe gehouden is de verplichte kosten en uitgaven van de kerkfabriek te dekken in geval van ontoereikende kosten en opbrengsten, door middel van toelagen; gelet op de goedkeuring van de meerjarenplannen van de Oudenburgse kerkfabrieken voor de periode , met inbegrip van de berekening van de gemeentelijke exploitatietoelage voor de erin opgenomen boekjaren en van de financiële afsprakennota, bij gemeenteraadsbeslissing van 29 november 2007, en de goedkeuring van de opeenvolgende wijzigingen van het meerjarenplan van de kerkfabriek van Ettelgem, bij gemeenteraadsbeslissing van 29 oktober 2008, bij gemeenteraadsbeslissing van 29 oktober 2009 en bij gemeenteraadsbeslissing van 30 september 2010; overwegende dat de gemeentelijke bijdrage voor het boekjaar 2013 de grenzen van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan (45.363,00 EUR) overschrijdt; dat in dit geval een expliciete beslissing tot al of niet goedkeuring en al of niet aanpassing dient te worden genomen; dat er geen redenen zijn om het budget niet goed te keuren of om het budget aan het goedgekeurde meerjarenplan aan te passen; niettegenstaande het ontbreken van een geactualiseerd meerjarenplan; niettegenstaande de vaststelling dat dat de termijn om het budget aan te passen aan het goedgekeurde meerjarenplan op 25 oktober 2012 is verstreken zodat het budget als goedgekeurd dient te worden beschouwd; op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; na toelichting en beraad; met eenparigheid van stemmen; beslist: artikel 1: Er wordt kennis genomen van het budget van de kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw van Oudenburg (DN 0908) voor het boekjaar Er wordt vastgesteld dat de gemeentelijke bijdrage in het voorliggende budget de grenzen van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan overschrijdt.../..

4 Er wordt vastgesteld dat een geactualiseerd meerjarenplan ontbreekt Het budget wordt als goedgekeurd beschouwd. Het budget wordt niet aangepast aan het goedgekeurde meerjarenplan. artikel 2: Het bedrag van de gemeentelijke bijdrage wordt begroot op ,90 EUR, en zal worden voorzien in de financiële nota van het budget voor het boekjaar 2013, op artikel 7901/ van de gewone begroting. artikel 3: Kennisgeving van deze beslissing zal onverwijld gedaan worden aan: - de provinciegouverneur van West-Vlaanderen, p/a Burg 4, 8000 Brugge; - het centraal kerkbestuur van Oudenburg, p/a Yvan JONCKHEERE, Zuidstraat 2, 8460 Oudenburg; - de betrokken kerkfabriek, p/a Kristien TROUVÉ, Weststraat 14, 8460 Oudenburg; - het erkend representatief orgaan, met name de bisschop van Brugge, p/a Heilige Geeststraat 4, 8000 Brugge GOEDKEURING VAN HET BUDGET VOOR HET BOEKJAAR 2013 VAN DE KERKFABRIEK SINT-ELIGIUS, ETTELGEM [DN0909] gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid artikel 42 en artikel 43; gelet op de nieuwe gemeentewet, in het bijzonder artikel 255, 9 ; gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, in het bijzonder de artikelen 45 tot en met 50 (budget), en artikel 51; gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en van de centrale besturen van de eredienst; gelet op de omzendbrief BB-2007/01 van 12 januari 2007 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst, inzonderheid de slotbepalingen inzake de inwerkingtreding; gelet op de omzendbrief BB 2008/06 van 18 juli 2008 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst, inzonderheid Hoofdstuk II, Afdeling V en Afdeling VII; overwegende dat de kerkraden jaarlijks een budget voor het volgend boekjaar dienen vast te stellen, op basis van het meerjarenplan; dat dit budget moet worden ingediend bij het centraal kerkbestuur (in principe voor 30 juni); dat de budgetten van de verschillende kerkraden, na het advies van het erkend representatief orgaan (i.c. de bisschop van Brugge), gecoördineerd door het centraal kerkbestuur moeten worden ingediend bij de gemeenteoverheid (in principe voor 1 oktober); overwegende dat wanneer de gemeentelijke bijdrage in het budget binnen de grenzen blijft van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan de gemeenteraad er louter akte van dient te nemen; dat dit dient te gebeuren binnen een termijn van 50 dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeenteoverheid; overwegende dat wanneer de gemeentelijke bijdrage in het budget de grenzen van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan overschrijdt de gemeenteraad het budget aan het meerjarenplan kan aanpassen (behalve wat de kosten betreft die betrekking hebben op het vieren van de eredienst); dat dit dient te gebeuren binnen een termijn van 50 dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeenteoverheid; dat de gemeenteraad zijn besluit uiterlijk de laatste dag van deze termijn dient te versturen aan de provinciegouverneur, aan het centraal kerkbestuur, aan de kerkfabrieken in kwestie en aan het erkend representatief orgaan;../..

5 dat bij ontstentenis van deze kennisgeving de gemeenteraad geacht wordt het budget te hebben goedgekeurd; gelet op de ontvangst op 5 september 2012 van de budgetten van de Oudenburgse kerkfabrieken voor het boekjaar 2013; gelet op de gelijktijdige toezending door het centraal kerkbestuur van de budgetten aan de provinciegouverneur (zoals blijkt uit de begeleidende brief van 5 september 2012, geregistreerd op 6 september 2012); gelet inzonderheid op de financiële nota van het budget van kerkfabriek Sint-Eligius voor het boekjaar 2013, zoals vastgesteld door de kerkraad op 18 juni 2012; gelet op de geraamde gemeentelijke bijdrage ten bedrage van ,70 EUR (gewone exploitatietoelage); gelet op de toelichtende beleidsnota; gelet op het gunstig advies dat door het erkend representatief orgaan werd verleend aan het budget 2013 van de kerkfabriek Sint-Eligius te Ettelgem, zoals medegedeeld door de Dienst kerkfabrieken van het bisdom Brugge, bij brief van 21 augustus 2012; overwegende dat de gemeente er toe gehouden is de verplichte kosten en uitgaven van de kerkfabriek te dekken in geval van ontoereikende kosten en opbrengsten, door middel van toelagen; gelet op de goedkeuring van de meerjarenplannen van de Oudenburgse kerkfabrieken voor de periode , met inbegrip van de berekening van de gemeentelijke exploitatietoelage voor de erin opgenomen boekjaren en van de financiële afsprakennota, bij gemeenteraadsbeslissing van 29 november 2007, en de goedkeuring van de opeenvolgende wijzigingen van het meerjarenplan van de kerkfabriek van Ettelgem, bij gemeenteraadsbeslissing van 29 oktober 2008, bij gemeenteraadsbeslissing van 29 oktober 2009 en bij gemeenteraadsbeslissing van 30 september 2010; gelet op het geactualiseerd meerjarenplan (zonder datum); overwegende dat de gemeentelijke bijdrage voor het boekjaar 2012 de grenzen van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan (40.785,84 EUR) overschrijdt; dat in dit geval een expliciete beslissing tot al of niet goedkeuring en al of niet aanpassing dient te worden genomen; dat er geen redenen zijn om het budget niet goed te keuren of om het budget aan het goedgekeurde meerjarenplan aan te passen; niettegenstaande de vaststelling dat dat de termijn om het budget aan te passen aan het goedgekeurde meerjarenplan op 25 oktober 2012 is verstreken zodat het budget als goedgekeurd dient te worden beschouwd; op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; na toelichting en beraad; met eenparigheid van stemmen; beslist: artikel 1: Er wordt kennis genomen van het budget van de kerkfabriek Sint-Eligius van Ettelgem (DN 0909) voor het boekjaar Er wordt vastgesteld dat de gemeentelijke bijdrage in het voorliggende budget de grenzen van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan overschrijdt. Het budget wordt als goedgekeurd beschouwd, en wordt niet aangepast aan het goedgekeurde meerjarenplan. artikel 2: Het bedrag van de gemeentelijke bijdrage wordt begroot op ,70 EUR, en zal worden voorzien in de financiële nota van het budget voor het boekjaar 2013, op artikel 7902/ van de gewone begroting. artikel 3: Kennisgeving van deze beslissing zal onverwijld gedaan worden aan:../..

6 - de provinciegouverneur van West-Vlaanderen, p/a Burg 4, 8000 Brugge; - het centraal kerkbestuur van Oudenburg, p/a Yvan JONCKHEERE, Zuidstraat 2, 8460 Oudenburg; - de betrokken kerkfabriek, p/a Kurt ROOSE, Vijfwegstraat 8B, 8460 Oudenburg; - het erkend representatief orgaan, met name de bisschop van Brugge, p/a Heilige Geeststraat 4, 8000 Brugge GOEDKEURING VAN HET BUDGET VOOR HET BOEKJAAR 2013 VAN DE KERKFABRIEK SINT-MICHIEL, ROKSEM [DN0910] gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid artikel 42 en artikel 43; gelet op de nieuwe gemeentewet, in het bijzonder artikel 255, 9 ; gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, in het bijzonder de artikelen 45 tot en met 50 (budget), en artikel 51; gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en van de centrale besturen van de eredienst; gelet op de omzendbrief BB-2007/01 van 12 januari 2007 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst, inzonderheid de slotbepalingen inzake de inwerkingtreding; gelet op de omzendbrief BB 2008/06 van 18 juli 2008 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst, inzonderheid Hoofdstuk II, Afdeling V en Afdeling VII; overwegende dat de kerkraden jaarlijks een budget voor het volgend boekjaar dienen vast te stellen, op basis van het meerjarenplan; dat dit budget moet worden ingediend bij het centraal kerkbestuur (in principe voor 30 juni); dat de budgetten van de verschillende kerkraden, na het advies van het erkend representatief orgaan (i.c. de bisschop van Brugge), gecoördineerd door het centraal kerkbestuur moeten worden ingediend bij de gemeenteoverheid (in principe voor 1 oktober); overwegende dat wanneer de gemeentelijke bijdrage in het budget binnen de grenzen blijft van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan de gemeenteraad er louter akte van dient te nemen; dat dit dient te gebeuren binnen een termijn van 50 dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeenteoverheid; overwegende dat wanneer de gemeentelijke bijdrage in het budget de grenzen van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan overschrijdt de gemeenteraad het budget aan het meerjarenplan kan aanpassen (behalve wat de kosten betreft die betrekking hebben op het vieren van de eredienst); dat dit dient te gebeuren binnen een termijn van 50 dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeenteoverheid; dat de gemeenteraad zijn besluit uiterlijk de laatste dag van deze termijn dient te versturen aan de provinciegouverneur, aan het centraal kerkbestuur, aan de kerkfabrieken in kwestie en aan het erkend representatief orgaan; dat bij ontstentenis van deze kennisgeving de gemeenteraad geacht wordt het budget te hebben goedgekeurd; gelet op de ontvangst op 5 september 2012 van de budgetten van de Oudenburgse kerkfabrieken voor het boekjaar 2013; gelet op de gelijktijdige toezending door het centraal kerkbestuur van de budgetten aan de provinciegouverneur (zoals blijkt uit de begeleidende brief van 5 september 2012, geregistreerd op 6 september 2012); gelet inzonderheid op de financiële nota van het budget van kerkfabriek Sint-Michiel voor het boekjaar 2013, zoals vastgesteld door de kerkraad op 26 juni 2012; gelet op de geraamde gemeentelijke bijdrage ten bedrage van ,52 EUR (gewone exploitatietoelage);../..

7 gelet op de toelichtende beleidsnota; gelet op het gunstig advies dat door het erkend representatief orgaan werd verleend aan het budget 2013 van de kerkfabriek Sint-Michiel te Roksem, zoals medegedeeld door de Dienst kerkfabrieken van het bisdom Brugge, bij brief van 21 augustus 2012; overwegende dat de gemeente er toe gehouden is de verplichte kosten en uitgaven van de kerkfabriek te dekken in geval van ontoereikende kosten en opbrengsten, door middel van toelagen; gelet op de goedkeuring van de meerjarenplannen van de Oudenburgse kerkfabrieken voor de periode , met inbegrip van de berekening van de gemeentelijke exploitatietoelage voor de erin opgenomen boekjaren en van de financiële afsprakennota, bij gemeenteraadsbeslissing van 29 november 2007, en de goedkeuring van de opeenvolgende wijzigingen van het meerjarenplan van de kerkfabriek van Ettelgem, bij gemeenteraadsbeslissing van 29 oktober 2008, bij gemeenteraadsbeslissing van 29 oktober 2009 en bij gemeenteraadsbeslissing van 28 september 2010; gelet op het geactualiseerd meerjarenplan (zonder datum); overwegende dat de gemeentelijke bijdrage voor het boekjaar 2013 de grenzen van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan (16.739,98 EUR) overschrijdt; dat in dit geval een expliciete beslissing tot al of niet goedkeuring en al of niet aanpassing dient te worden genomen; dat er geen redenen zijn om het budget niet goed te keuren of om het budget aan het goedgekeurde meerjarenplan aan te passen; niettegenstaande de vaststelling dat dat de termijn om het budget aan te passen aan het goedgekeurde meerjarenplan op 25 oktober 2012 is verstreken zodat het budget als goedgekeurd dient te worden beschouwd; op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; na toelichting en beraad; met eenparigheid van stemmen; stelt vast en beslist: artikel 1: Er wordt kennis genomen van het budget van de kerkfabriek Sint-Michiel van Roksem (DN 0910) voor het boekjaar Er wordt vastgesteld dat de gemeentelijke bijdrage in het voorliggende budget de grenzen van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan overschrijdt. Het budget wordt als goedgekeurd beschouwd en wordt niet aangepast aan het goedgekeurde meerjarenplan. artikel 2: Het bedrag van de gemeentelijke bijdrage wordt begroot op ,52 EUR, en zal worden voorzien in de financiële nota van het budget voor het boekjaar 2013, op artikel 7903/ van de gewone begroting. artikel 3: Kennisgeving van deze beslissing zal onverwijld gedaan worden aan: - de provinciegouverneur van West-Vlaanderen, p/a Burg 4, 8000 Brugge; - het centraal kerkbestuur van Oudenburg, p/a Yvan JONCKHEERE, Zuidstraat 2, 8460 Oudenburg; - de betrokken kerkfabriek, p/a Gilbert DEFOER, Brugsesteenweg 120, 8460 Oudenburg; - het erkend representatief orgaan, met name de bisschop van Brugge, p/a Heilige Geeststraat 4, 8000 Brugge KENNISNAME VAN HET BUDGET VOOR HET BOEKJAAR 2013 VAN DE KERKFABRIEK SINT-AUDOMARUS, WESTKERKE [DN0911] gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid artikel 42 en artikel 43;../..

8 gelet op de nieuwe gemeentewet, in het bijzonder artikel 255, 9 ; gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, in het bijzonder de artikelen 45 tot en met 50 (budget), en artikel 51; gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en van de centrale besturen van de eredienst; gelet op de omzendbrief BB-2007/01 van 12 januari 2007 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst, inzonderheid de slotbepalingen inzake de inwerkingtreding; gelet op de omzendbrief BB 2008/06 van 18 juli 2008 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst, inzonderheid Hoofdstuk II, Afdeling V en Afdeling VII; overwegende dat de kerkraden jaarlijks een budget voor het volgend boekjaar dienen vast te stellen, op basis van het meerjarenplan; dat dit budget moet worden ingediend bij het centraal kerkbestuur (in principe voor 30 juni); dat de budgetten van de verschillende kerkraden, na het advies van het erkend representatief orgaan (i.c. de bisschop van Brugge), gecoördineerd door het centraal kerkbestuur moeten worden ingediend bij de gemeenteoverheid (in principe voor 1 oktober); overwegende dat wanneer de gemeentelijke bijdrage in het budget binnen de grenzen blijft van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan de gemeenteraad er louter akte van dient te nemen; dat dit dient te gebeuren binnen een termijn van 50 dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeenteoverheid; overwegende dat wanneer de gemeentelijke bijdrage in het budget de grenzen van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan overschrijdt de gemeenteraad het budget aan het meerjarenplan kan aanpassen (behalve wat de kosten betreft die betrekking hebben op het vieren van de eredienst); dat dit dient te gebeuren binnen een termijn van 50 dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeenteoverheid; dat de gemeenteraad zijn besluit uiterlijk de laatste dag van deze termijn dient te versturen aan de provinciegouverneur, aan het centraal kerkbestuur, aan de kerkfabrieken in kwestie en aan het erkend representatief orgaan; dat bij ontstentenis van deze kennisgeving de gemeenteraad geacht wordt het budget te hebben goedgekeurd; gelet op de ontvangst op 5 september 2012 van de budgetten van de Oudenburgse kerkfabrieken voor het boekjaar 2013; gelet op de gelijktijdige toezending door het centraal kerkbestuur van de budgetten aan de provinciegouverneur (zoals blijkt uit de begeleidende brief van 5 september 2012, geregistreerd op 6 september 2012); gelet inzonderheid op de financiële nota van het budget van kerkfabriek Sint-Audomarus voor het boekjaar 2013, zoals vastgesteld door de kerkraad op 3 juli 2012; gelet op de geraamde gemeentelijke bijdrage ten bedrage van ,08 EUR (gewone exploitatietoelage); gelet op de toelichtende beleidsnota; gelet op het gunstig advies dat door het erkend representatief orgaan werd verleend aan het budget 2013 van de kerkfabriek Sint-Audomarus te Westlkerke, zoals medegedeeld door de Dienst kerkfabrieken van het bisdom Brugge, bij brief van 21 augustus 2012; overwegende dat de gemeente er toe gehouden is de verplichte kosten en uitgaven van de kerkfabriek te dekken in geval van ontoereikende kosten en opbrengsten, door middel van toelagen; gelet op de goedkeuring van de meerjarenplannen van de Oudenburgse kerkfabrieken voor de periode , met inbegrip van de berekening van de gemeentelijke exploitatietoelage voor de erin opgenomen boekjaren en van de financiële afsprakennota, bij gemeenteraadsbeslissing van 29 november 2007, en de goedkeuring van de opeenvolgende wijzigingen van het meerjarenplan van de kerkfabriek van Ettelgem, bij gemeenteraadsbeslissing van 29 oktober 2008, bij gemeenteraadsbeslissing van 29 oktober 2009 en bij gemeenteraadsbeslissing van 28 september 2010;../..

9 gelet op het geactualiseerd meerjarenplan (versie 3 juli 2012); overwegende dat de gemeentelijke bijdrage voor het boekjaar 2013 binnen de grenzen blijft van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan van de betrokken kerkfabriek (38.217,00 EUR); op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; na toelichting en beraad; neemt kennis van en beslist eenparig als volgt: artikel 1: Er wordt kennis genomen van het budget van de kerkfabriek Sint-Audomarus van Westkerke (DN 0911) voor het boekjaar Er wordt vastgesteld dat de gemeentelijke bijdrage in het voorliggende budget binnen de grenzen blijft van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan. artikel 2: Het bedrag van de gemeentelijke bijdrage wordt begroot op ,08 EUR, en zal worden voorzien in de financiële nota van het budget voor het boekjaar 2013, op artikel 7901/ van de gewone begroting. artikel 3: Kennisgeving van deze beslissing zal onverwijld gedaan worden aan: - de provinciegouverneur van West-Vlaanderen, p/a Burg 4, 8000 Brugge; - het centraal kerkbestuur van Oudenburg, p/a Yvan JONCKHEERE, Zuidstraat 2, 8460 Oudenburg; - de betrokken kerkfabriek, p/a Georges MERGAERT, Oude Brugseweg 26, 8460 Oudenburg; - het erkend representatief orgaan, met name de bisschop van Brugge, p/a Heilige Geeststraat 4, 8000 Brugge. 3. KENNISNAME VAN HET BESLUIT VAN DE PROVINCIEGOUVERNEUR HOUDENDE DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE JAARREKENING 2010 VAN HET OCMW gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid artikel 2 en artikel 42; gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid artikel 89, 2, en artikel 90, 2; overwegende dat de door de raad voor maatschappelijk welzijn vastgestelde jaarrekeningen aan de provinciegouverneur ter goedkeuring dienen te worden voorgelegd; dat de provinciegouverneur zich binnen een termijn van driehonderd dagen na ontvangst van de jaarrekeningen dient uit te spreken over de goedkeuring en de bedragen ervan dient vast te stellen; dat de gouverneur zijn beslissing samen met zijn eventuele opmerkingen en met het verslag van de externe auditcommissie uiterlijk de laatste dag van deze termijn aan de gemeenteraad, aan de raad voor maatschappelijk welzijn en aan de OCMW-ontvanger dient mede te delen; gelet ter zake op de vaststelling van de jaarrekening van het OCMW over het boekjaar 2010, bij beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 23 juni 2011; gelet op de kennisname en bespreking van deze rekening in zitting van de gemeenteraad van 12 september 2011; gelet op het besluit van de gouverneur van de provincie West-Vlaanderen van 23 februari 2012 betreffende de vaststelling van de jaarrekening 2010 van het OCMW van Oudenburg, medegedeeld bij brief van 13 maart 2012, ontvangen op 15 maart 2012, met verzoek het besluit aan de gemeenteraad mee te delen; gelet op de geformuleerde opmerkingen en aanbevelingen; gelet op het bijgevoegde verslag van de externe auditcommissie van 1 februari 2012; overwegende dat de gemeenteraad beschikt over een termijn van dertig dagen ingaande de dag na het versturen van het besluit van de gouverneur om bij de Vlaamse regering beroep in te stellen tegen dit besluit;../..

10 overwegende dat geoordeeld werd dat er geen redenen waren om beroep in te stellen tegen deze beslissing; op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; in openbare zitting; neemt kennis van en besluit: artikel 1: Er wordt kennis genomen van het besluit van de gouverneur van de provincie West- Vlaanderen van 23 februari 2012 betreffende de vaststelling van de jaarrekening 2010 van het OCMW van Oudenburg, zoals medegedeeld bij brief van 13 maart artikel 2: Een afschrift van deze kennisneming wordt gestuurd aan het OCMW, ter kennisgeving. 4. KENNISNAME EN BESPREKING VAN DE REKENING VAN HET OCMW OVER HET DIENSTJAAR 2011 [Raadslid DUMAREY vraagt of het dodelijk ongeval op de werf van het nieuwe rusthuis eind augustus een financiële repercussie zal hebben. OCMW-voorzitter Rita MEYNS stelt dat dit voor 2012 nog niet onmiddellijk het geval is. Ongetwijfeld zal de opgelopen vertraging een financiële weerslag hebben. Voor het verdedigen van de belangen van het OCMW werd ondertussen wel al een advocaat aangesteld. Er is nog geen nieuwe startdatum van de werken gekend.] gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid artikel 2, artikel 42 en artikel 43; gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid artikel 89; gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 1997 betreffende de boekhouding en de administratieve organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid artikel 145, artikel 172 en volgende, voor zover reeds van toepassing, en artikel 257; gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 3 april 2009 houdende de uitvoering en de inwerkingtreding van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende diverse bepalingen betreffende het personeel, de financiën en de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid artikel 4; overwegende dat de procedurele bepalingen voor de vaststelling van de OCMW-rekening en de bijzondere bepalingen betreffende het bestuurlijk toezicht inzake het financieel beheer nog niet van toepassing zijn; gelet op de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 27 oktober 2009 met betrekking tot de bestemming van het saldo van de dienstjaarrekening van het OCMW; gelet op de voorgelegde jaarrekening van het OCMW van het dienstjaar 2011, omvattende een balans en een resultatenrekening, en op het bijgevoegde jaarverslag, verstuurd bij brief van 29 juni 2012, en geregistreerd als ontvangen op 2 juli 2012; gelet op de bespreking en vaststelling door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 26 juni 2012; overwegende dat de cijfergegevens van de balans per 31 december 2011 als volgt kunnen worden samengevat (in EUR): Boekjaar OCMW ACTIVA VASTE ACTIVA ,00 I. Oprichtingskosten 0,00 II. Immateriële vaste activa - III. Materiële vaste activa ,00 IV. Financiële vaste activa 0,00

11 VLOTTENDE ACTIVA ,00 [*] V. Vorderingen op meer dan één jaar 0,00 VI. Voorraden 0,00 VII. Vorderingen op ten hoogste één jaar ,00 VIII. Geldbeleggingen ,00 IX. Liquide middelen ,00 X. Overlopende rekeningen ,00 TOTAAL DER ACTIVA ,00 [*] PASSIVA EIGEN VERMOGEN ,00 [*] I. Kapitaal ,00 III. Herwaarderingsmeerwaarden 0,00 IV. Gemeentelijke bijdrage in de werking en ,00 de aflossingen V. Gecumuleerd resultaat ,00 VI. Investeringssubsidies en schenkingen met ,00 specifiek doel VOORZIENINGEN VOOR RISICO S EN ,00 KOSTEN VII. Voorzieningen voor risico s en kosten ,00 SCHULDEN ,00 VIII. Schulden op meer dan één jaar ,00 IX. Schulden op ten hoogste één jaar ,00 X. Overlopende rekeningen ,00 TOTAAL DER PASSIVA ,00 [*] Het verschil is te wijten aan de afronding overwegende dat de cijfergegevens van de resultatenrekening als volgt kunnen worden samengevat (in EUR): Boekjaar OCMW I. Werkingsopbrengsten en geproduceerde ,00 vaste activa II. Werkingskosten ,00 III. Werkingsresultaat ,00 IV. Financiële opbrengsten ,00 V. Financiële kosten ,00 VI. Resultaat van de gewone activiteiten ,00 VII. Uitzonderlijke opbrengsten 9.961,00 VIII. Uitzonderlijke kosten 0,00 IX. Resultaat van het boekjaar ,00 A. Te bestemmen (+) of te verwerken (-) ,00 resultaat, omvattende het resultaat van het boekjaar en het overgedragen resultaat van het vorige boekjaar ( ,00) B. Onttrekking aan (het kapitaal en) de ,00 gemeentelijke bijdrage C. Toevoeging aan het kapitaal en de - gemeentelijke bijdrage D. Over te dragen resultaat ,00 overwegende dat de jaarrekening afgesloten wordt met een negatief resultaat ten bedrage van ,00 EUR; overwegende dat de reële gemeentelijke dotatie ,00 EUR bedraagt, terwijl slechts een gebudgetteerde dotatie werd voorzien van ,00 EUR;../..

12 dat dit resulteert in een tekort op de gemeentelijke bijdrage ten bedrage van ,00 EUR; dat voor de aanzuivering van dit tekort een beroep werd gedaan op het beschikbare saldo op de balansrekening 130 gemeentelijke bijdrage (gecumuleerde overschotten); dat het saldo van de balansrekening 130 gemeentelijke bijdrage thans nog ,00 EUR bedraagt; overwegende dat het over te dragen resultaat ,00 EUR bedraagt; gelet op de bijgevoegde toelichting; na verificatie door het college van burgemeester en schepenen; overwegende dat geen onregelmatigheden werden vastgesteld; overwegende dat de gemeenteraad slechts beschikt over een termijn van vijftig dagen na de overzending om zijn opmerkingen ter kennis te brengen van de gouverneur (in principe tot 13 augustus 2012); overwegende dat het desalniettemin nuttig wordt geacht om dit dossier ter kennisgeving aan de gemeenteraad voor te leggen, ook als is de formele termijn voor het maken van opmerkingen verstreken; op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; na toelichting, bespreking en beraad; neemt kennis van en besluit: artikel 1: Er wordt kennis genomen van de dienstjaarrekening 2011 van het OCMW, en van de aanrekening van het tekort op de gebudgetteerde gemeentelijk bijdrage ten bedrage van ,00 EUR op het beschikbare saldo van de balansrekening 130 gemeentelijke bijdrage. Er worden geen opmerkingen gemaakt. artikel 2: Kennisgeving van deze beslissing zal onverwijld worden gedaan aan de voorzitter van het OCMW, p/a Ettelgemsestraat 18-20, 8460 Oudenburg. artikel 3: Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de ontvanger. 5. GOEDKEURING VAN DE JAARSTAAT 2013 VAN DE NIEUWE POLDER VAN BLANKENBERGE gelet op het gemeentedecreet, in het bijzonder artikel 2, artikel 42, artikel 43 en artikel 160, 2; gelet op de wet van 3 juni 1957 betreffende de polders; gelet op het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid; gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 september 2010 houdende vaststelling van de herziening van de bekkenbeheerplannen IJzerbekken, Bekken van de Brugse Polders, Leiebekken en Bovenscheldebekken door de integratie van de West-Vlaamse deelbekkenbeheerplannen; overwegende dat de Nieuwe Polder van Blankenberge, als openbaar bestuur, opgericht bij koninklijk besluit van 28 maart 1972, bevoegd is voor de kwantitatieve huishouding op het grondgebied van de steden en gemeenten Blankenberge, Bredene, Brugge, De Haan, Jabbeke, Oudenburg en Zuienkerke; gelet op de voorgelegde jaarstaat van de Nieuwe Polder van Blankenberge, ontvangen op 17 september 2012, bevattende het programma van de onderhouds-, instandhoudings- en verbeteringswerken aan de onbevaarbare waterlopen gelegen binnen het poldergebied voor het dienstjaar 2013 (met bijlage), in uitvoering van artikel 80 van de wet van 3 juni 1957 betreffende de polders, zoals vastgesteld door de raad van bestuur van de Nieuwe Polder van Blankenberge in zitting van 11 september 2012, onder voorbehoud van goedkeuring door de algemene vergadering van de Nieuwe Polder van Blankenberge in zitting van 22 november 2012;../..

13 overwegende dat het programma bestaat uit twee delen: (1) onderhouds- en instandhoudingswerken bestaande uit reit- en maaiwerken, ruimingswerken en oeverbeschermings- en instandhoudingswerken aan onbevaarbare waterlopen van de tweede en de derde categorie, en aan niet-gerangschikte waterlopen, te Blankenberge, Bredene, Brugge, De Haan, Jabbeke, Oudenburg en Zuienkerke, alsook (2) verbeteringswerken; dat voor wat betreft de verbeteringswerken in de eerste plaats verwezen wordt naar het waterhuishoudingsplan van de polder, naar het deelbekkenbeheerplan van de Oudlandpolder Blankenberge, en naar het bekkenbeheerplan van het Bekken van de Brugse Polders; overwegende dat enkel beslist dient te worden over de werkzaamheden op Oudenburgs grondgebied; overwegende dat in het kader van de verbeteringswerken geen projecten voorzien zijn op het grondgebied van de stad Oudenburg; overwegende dat het programma wel voorziet in onderhouds- en instandhoudingswerken aan onbevaarbare waterlopen op het grondgebied van de stad Oudenburg; dat het gaat om werken die door de polder noodzakelijk geacht worden; gelet op de wet van 28 december 1967 op de onbevaarbare waterlopen, inzonderheid artikel 7 en artikel 8; overwegende dat de kosten voor het onderhoud van de onbevaarbare waterlopen van de derde categorie volledig ten laste vallen van de gemeenten; overwegende dat de totale prijs van de onderhouds- en instandhoudingswerken wordt geraamd op ,00 EUR, inclusief bijzondere kosten, btw, prijsherziening en algemene kosten, waarvan ,00 EUR ten laste valt van de provincie West-Vlaanderen, ,00 EUR ten laste van de Nieuwe Polder van Blankenberge, en ,00 EUR ten laste van de gemeenten; overwegende dat het aandeel van de stad Oudenburg geraamd wordt op ,00 EUR (afgerond bedrag), inclusief bijzondere kosten, btw, prijsherziening en algemene kosten; dat het gaat om volgende werken (werkelijke cijfers): reit- en maaiwerken (12.294,12 EUR), ruimingswerken (18.489,96 EUR) en oeverbeschermings- en instandhoudingswerken aan het Paddegatzwin, ook genaamd Geledebeek (44.785,63 EUR), en om een bijdrage in de diverse kosten (1.406,48 EUR); gelet op het voorafgaand visum van de ontvanger van 19 september 2012; op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; na toelichting en beraad; aangenomen met eenparigheid van stemmen; besluit: artikel 1: De jaarstaat van de Nieuwe Polder van Blankenberge bevattende het programma en de bijhorende raming van de onderhouds- en instandhoudingswerken aan de onbevaarbare waterlopen van de derde categorie gelegen binnen het poldergebied voor het dienstjaar 2013 wordt goedgekeurd. Deze goedkeuring blijft beperkt tot de werken op het grondgebied van de stad Oudenburg. artikel 2: De bevoegdheid voor de keuze van de wijze waarop de opdracht voor aanneming van werken zal worden gegund en de vaststelling van de gunningsvoorwaarden, en de verantwoordelijkheid voor de instelling van de procedure, met inbegrip van de voorgeschreven bekendmaking en de uiteindelijke gunning van de opdracht, alsook het toezicht op en de leiding van de uit te voeren werken, berust integraal bij het opdrachtgevend bestuur, de Nieuwe Polder van Blankenberge. De stad Oudenburg treedt enkel op als medefinancier. artikel 3: Het aandeel van de stad Oudenburg in de kostprijs van deze werken, begroot op ,00 EUR, inclusief bijzondere kosten, prijsherziening, btw en algemene kosten, zal worden gefinancierd met de kredieten die zullen worden voorzien in de financiële nota van het budget voor het dienstjaar 2013, op artikel 482/ van de gewone begroting. artikel 4 : Een afschrift van deze beslissing zal worden bezorgd aan de Nieuwe Polder van Blankenberge, Kapellestraat 36 te 8377 Houtave (Zuienkerke), ter kennisgeving.../..

14 6. BESLUIT OVER DE AANLEG VAN NIEUWE VERKEERSWEGEN GOEDKEURING VAN HET WEGENTRACÉ IN DE NIEUWE VERKAVELING IN DE CYRIEL ASTAESSTRAAT TE WESTKERKE (BOSTOEN NV) [Raadslid DUMAREY vraagt zich af of voor de naamgeving van deze nieuwe straat de juiste procedure werd gevolgd. Schepen van cultuur Peter VELLE bevestigt dat hierover voorafgaand advies werd ingewonnen bij de raad van cultuur en dat de officiële vaststelling van de straatnaam gebeurde door de gemeenteraad, zoals voorgeschreven (ter info: zie agendapunt 11 van de zitting van 17 maart 2011).] gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid artikel 2, artikel 27 en artikel 42; gelet op het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening; gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, inzonderheid op artikel (verkavelingsvergunningplicht), artikel (openbaar onderzoek) en artikel (beslissingstermijn); gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over de aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen, inzonderheid artikel 3, 2; gelet op de verkavelingsaanvraag met dossiernummer VK377/2012, ontvangen op 20 augustus 2012, ingediend door en namens BOSTOEN nv, Aelmeersstraat 5, 9070 Heusden, met bijhorende plannen, opgemaakt door volgende ontwerpers: 1) e.c.o.l.a.b. bvba, Nieuwpoortsesteenweg 791, 8400 Oostende, 2) BARST bvba, Dreefstraat 33, 9320 Erembodegem, 3) PLANTGOED (Griet VANHAVERBEKE), Kouter 90, 9000 Gent, 4) Studiebureau VERHAEGHE & PARTNERS bvba, Stationsstraat 2B, 8210 Zedelgem, gedagtekend op 6 juli 2012, ontvankelijk en volledig verklaard op 3 september 2012, voor een nieuwe verkaveling aansluitend op de Cyriel Astaesstraat; overwegende dat deze verkavelingsaanvraag (die de naam Ecovillage krijgt) de aanleg van een nieuwe verkeersweg (in feite de verlenging van de Cyriel Astaesstraat) omvat; overwegende dat deze verkaveling aansluit op de verkaveling met dossiernummer VK330/2008 van VILLABOUW BOSTOEN nv, Koninginnelaan 2/3, 9031 Drongen, goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen in zitting van 24 december 2008; overwegende dat - wat de aanleg van nieuwe verkeerswegen betreft - de verkavelingsvergunning geldt als stedenbouwkundige vergunning, op voorwaarde dat de aanvraag voor de verkavelingsvergunning voldoet aan de vereisten inzake ontvankelijkheid en volledigheid; overwegende dat de gemeenteraad een beslissing moet nemen over de zaak van de wegen alvorens het college van burgemeester en schepenen (als vergunningverlenend bestuursorgaan) een beslissing kan nemen over de verkavelingsaanvraag; overwegende dat geen openbaar onderzoek vereist is wanneer voor het gebied waarin het goed gelegen is een bijzonder plan van aanleg bestaat, en de aanvraag tot verkavelingsvergunning in overeenstemming is met de bepalingen ervan; dat de nieuwe wegenis gelegen is binnen de contouren van het bijzonder plan van aanleg Westkerke centrum noord, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 11 april 2005; dat het voorstel niet volledig in overeenstemming is met het plan in kwestie; dat het voorstel afwijkt van de voorschriften van het bijzonder plan van aanleg, meer bepaald van het voorschrift dat bepaalt dat er per woongelegenheid één garage verplicht is (art ); dat het voorstel voorziet dat er per woongelegenheid één autostandplaats moet zijn; dat bijgevolg een openbaar onderzoek dient te worden georganiseerd; dat het openbaar onderzoek loopt van 10 oktober 2012 tot en met 9 november 2012; dat het voorstel tot afwijking geen betrekking heeft op de nieuwe wegenis; dat het resultaat van het openbaar onderzoek dus niet moet worden afgewacht om inzake de wegenis een beslissing te nemen; op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; na toelichting en beraad; aangenomen met eenparigheid van stemmen;../..

15 besluit: artikel 1: Het tracé van de wegen, zoals aangegeven in het grondplan (plan nummer 1), opgemaakt door Studiebureau VERHAEGHE & PARTNERS bvba, Stationsstraat 2B, 8210 Zedelgem, gedagtekend op 6 juli 2012, horend bij de verkavelingsaanvraag VK377/2012, ingediend op 20 augustus 2012 door en namens BOSTOEN nv, Aelmeersstraat 5, 9070 Heusden, met bijhorende plannen, voor een nieuwe verkaveling aansluitend op de Cyriel Astaesstraat, kadastraal gesitueerd te Oudenburg, vierde afdeling (Westkerke), sectie B, (delen van) nummers 38c, 39w, 39c, 39F2, 39G2, 39H2, wordt goedgekeurd. Het vermelde plan maakt integrerend deel uit van deze beslissing. artikel 2: Een afschrift van deze beslissing zal worden gevoegd bij het verkavelingsdossier. artikel 3: Kennisgeving van deze beslissing zal worden gedaan aan de indiener van de verkavelingsaanvraag. 7. BESPREKING VAN DE AGENDA VAN DE BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN INFRAX WEST VAN 19 NOVEMBER 2012 EN VASTSTELLING VAN HET MANDAAT VAN DE VERTEGENWOORDIGERS [Raadslid VANDENBROELE vraagt een toelichting bij de dagorde van de diverse buitengewone vergaderingen. De burgemeester-voorzitter stelt dat het gaat om traditionele agendapunten, zonder verrassingen of spectaculaire nieuwigheden.] gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid artikel 2, artikel 35 en artikel 42; gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, inzonderheid artikel 44; overwegende dat de stad Oudenburg deelnemer is in Infrax West, opdrachthoudende vereniging, met maatschappelijke zetel te 8820 Torhout, Noordlaan 9; gelet op de statuten van Infrax West, goedgekeurd bij koninklijk besluit van 22 juli 1924, en de later aangebrachte wijzigingen, het laatst bij beslissing van de buitengewone algemene vergadering van 5 juni 2012; overwegende dat in de loop van het laatste trimester van elk jaar een buitengewone algemene vergadering moet worden belegd om de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het volgende boekjaar te bespreken; dat op de agenda van deze vergadering een door de raad van bestuur opgestelde begroting moet staan; dat deze vergadering volgens de statuten (artikel 33) plaats heeft in de loop van het vierde kwartaal; overwegende dat de agenda van elke algemene vergadering uiterlijk 30 kalenderdagen voor haar 2zitting aan de deelnemers moet worden verstuurd; gelet op de uitnodiging door Infrax West, gedaan per aangetekend schrijven van 28 september 2012 (ontvangen op 1 oktober 2012), voor de buitengewone algemene vergadering die zal doorgaan te Torhout op maandag 19 november 2012 om uur; gelet op de agenda van de vergadering; overwegende dat in de gemeenteraad over ieder agendapunt kan worden gedebatteerd; dat minstens over ieder agendapunt een standpunt dient te worden ingenomen; overwegende dat volgende punten geagendeerd staan: (1) de te ontwikkelen activiteiten en te volgen strategie in 2013, (2) de begroting 2013, (3) de voorlopige resultaten 2012, (4) de financiering van de riolering (de besteding van de ontvangsten uit de gemeentelijke saneringsbijdrage), (5) InfraGis (proefproject in Vlaams Brabant), en (6) toetreding van gemeenten voor de Esco-dienstverlening; gelet op de meegestuurde stukken, met een toelichting bij de agendapunten 4 en 6;../..

16 gelet op de nagestuurde verplichte stukken, met name de begroting 2013 en de toelichting (synthese) bij de begroting 2013, bij gewone brief op 25 oktober 2012 (ontvangen op 26 oktober 2012); gelet op de afzonderlijk bezorgde informatie over de prognose inzake de winstuitkering, bij gewone brief van 25 oktober 2012 (ontvangen op 29 oktober 2012); overwegende dat de benoemingsprocedure voor de vaststelling van het mandaat van vertegenwoordiger herhaald moet worden voor elke algemene vergadering; overwegende dat tegelijkertijd het mandaat van de vertegenwoordiger concreet moet worden ingevuld; op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; na kennisname en bespreking; na toelichting en beraad; overwegende dat er geen opmerkingen of vragen werden geformuleerd over of bezwaren werden geopperd tegen de op de dagorde opgenomen punten; met eenparigheid van stemmen; besluit: artikel 1: De stad Oudenburg heeft geen opmerkingen bij of bezwaren tegen volgende agendapunten van de buitengewone algemene vergadering van Infrax West die zal doorgaan te Torhout op 19 november 2012: (1) de te ontwikkelen activiteiten en te volgen strategie in 2013, (2) de begroting 2013, (3) de voorlopige resultaten 2012, (4) de financiering van de riolering (de besteding van de ontvangsten uit de gemeentelijke saneringsbijdrage), (5) InfraGis (proefproject in Vlaams Brabant), en (6) toetreding van gemeenten voor de Esco-dienstverlening. artikel 2: Deze beslissing bepaalt het mandaat van de aangeduide vertegenwoordiger voor de buitengewone algemene vergadering van Infrax West van 19 november artikel 3: De aanduiding van de vertegenwoordiger en de plaatsvervanger zal gebeuren bij afzonderlijke beslissing. artikel 4: Een voor eensluidend verklaard afschrift van deze beslissing zal worden gestuurd aan Infrax West ov, Noordlaan 9, 8820 Torhout, en aan de aangeduide vertegenwoordigers, ter kennisgeving. 8. BESPREKING VAN DE AGENDA VAN DE BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN DE WVI VAN 5 DECEMBER 2012 EN VASTSTELLING VAN HET MANDAAT VAN DE VERTEGENWOORDIGERS [Zie agendapunt 7.] gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid artikel 2, artikel 35 en artikel 42; gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, inzonderheid artikel 44; overwegende dat de stad Oudenburg deelnemer is in de West-Vlaamse Intercommunale (wvi), dienstverlenende vereniging, gevestigd te 8310 Brugge, Baron Ruzettelaan 35; gelet op de statuten van de wvi, goedgekeurd bij koninklijk besluit van 28 januari 1964, het laatst gewijzigd bij besluit van de buitengewone algemene vergadering van 17 december 2008; overwegende dat in de loop van het laatste trimester van elk jaar een buitengewone algemene vergadering moet worden belegd om de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het volgende boekjaar te bespreken; dat op de agenda van deze vergadering een door de raad van bestuur opgestelde begroting moet staan;../..