Boek 1 hoofdstuk 4 Havo 4 Statistiek.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Boek 1 hoofdstuk 4 Havo 4 Statistiek."

Transcriptie

1 Samenvatting statistiek havo4 boek 1 H4 Centrummaten: Modus (modaal) = wat het vaakst voorkomt, zowel kwalitatief als kwantitatief Mediaan = het middelste getal, in een rij getallen die op volgorde staat allegetallenoptellen Gemiddelde= X = m = aanta lg etallen Spreidingsmaten: Spreidingsbreedte = Xmax Xmin Kwartielafstand = Q3 Q1 (boxplot, elk gedeelte = 25%) Standaardafwijking =σ = s (deze vindt je op de GR, of in de tekst) GR: voer in x = L1 = wat er opgemeten wordt, ook klassenmiddens Y = L2 = frequentie (= aantal keer dat iets voorkomt) Stat calc 1: 1-VarStats L1, L2 Enter, en je krijgt bijna alle bovenstaande gegevens Daarbij kan je aan n = aantal zien, of je goed hebt ingevoerd. Boxplot 2nd stat plot enter On enter type 5 enter xlist = L1 en freq = L2, denk aan x window instellen, graph Teken de relatieve cumulatieve frequentie polygoon Relatief = % cumulatief = bij elkaar optellen polygoon= lijn met hoekjes X = wat opgemeten wordt, Y = frequentie in %, opgeteld Let op: als je klasseverdelingen hebt, neem je bij de frequentiepolygoon het midden van de klasse, maar bij de cumlatieve frequentie polygoon de rechtergrens van de klasse (dus het hoogste getal). Normale verdeling havo 4 boek 2 H8 (GR 2nd Vars normalcdf en invnorm) a. Bij de standaardnormale verdeling heb je te maken met De oppervlakte onder het klokje, en de z-as. Bij het gemiddelde geldt: z = 0 1σ naar rechts, vanuit het midden : z = 1, opp = 34% 1σ naar links, vanuit het midden : z = -1, opp = 34% 2σ naar rechts, vanuit het midden : z = 2, opp = 13,5 2σ naar links, vanuit het midden : z = -2, opp = 13,5% Als z geen 1, -1, 2, of -2 is gebruik je de GR 1. Oppervlakte of % uitrekenen Opp = Φ (z) = normalcdf (linkergrens, rechtergrens, µ,σ ) Als z de rechtergrens is kies je linkergrens Als z de linkergrens is kies rechtergrens Opp % keer 100 ; % opp gedeeld door z uitrekenen z = invnorm(opp), heb je nodig als je µ of σ moet uitrekenen b. normale verdeling (vooral bij tekstsommen) Stappenplan : Schrijf al je gegevens op, (er zijn er 5): µ = σ = z = linkeropp (of %) = score X = (feitelijk de linker of rechtergrens) 1

2 Zet een vraag teken bij wat je uit moet rekenen GR: 1. als je µ, σ en X weet, en Opp ( of % of kans) uit moet rekenen : Normalcdf(linkergrens, rechtergrens, µ, σ ) = opp 2. als je µ, σ, en Opp ( of % of kans) weet, en score X uit moet rekenen : invnorm(opp, µ, σ ) = score X Zonder GR: als je µ of σ uit moet rekenen: Meestal eerst: z = invnorm(linkeropp), X µ en daarna: z =, en vergelijking oplossen σ Boek 1 hoofdstuk 4 Havo 4 Statistiek. 4.1frequentietabellen 1a. Kwantitatief = wat je kan tellen, bv gewicht, afstand, zakgeld Kwalitatief = niet telbaar, kenmerkend, bv bloedgroep, soort vervoer. b. kwantitatief: lengte, kwalitatief: welk muziekinstrument, haarkleur c. frequentie jongens = aantal jongens = 12 2a. Bloedgroep O A B AB frequentie a. Aantal gezinsleden frequentie d. Minder dan 4 dus 2 of 3, dat zijn er 10 van de 28 Het percentage= 100 = 35.7% Minstens 4: Het percentage= 100 = 64.3% 28 4b. Er komt 18 keer voor: 2 slakeen per m 2, dat zijn dus 18 m 2 Zo kom je op 41m 2. c = 171 5a. Het komt 11 weken voor dat de bus 0 keer per week te laat is, dat zijn 11 weken, net zo: = 36 weken 27 c. minder dan twee keer, dat is 0 of 1 keer 100 = 75 % 36 d = 39 keer te laat 39 totaal 10 keer per week met de bus, 36 weken, dat is 360 keer 100 = 10,8 % 360 b. zie vlg blz. 2

3 frequentie frequentie aantal keer bus te laat per week 6a = 40 controlebeurten, dus 40 dagen b. Er zijn pakken onderzocht, dat is 2000 pakken Te weinig gewicht hadden = 104 pakken = 5.2% 2000 c. Teken de relatieve cumulatieve frequentie polygoon Relatief = % cumulatief = bij elkaar optellen polygoon= lijn met hoekjes X = wat opgemeten wordt, Y = frequentie in %, opgeteld aantal pakken te licht aantal pakken te licht Frequentieverdelingen. 7. Er zijn te veel verschillende getallen, dat geeft geen inzicht 8a en c. zie ook blz. 121 Zakgeld per 5 -< < < < <30 30-<35 mnd. in euro s frequentie

4 zakgeld per mnd in euro frequentie zakgeld per mnd in euro zakgeld 9a. twee keer, op de tweede regel b. 6 euro c. 20 euro d. De klassen zijn tientallen, dus 0-<10, 10-<20 enz. 10a.16 echtparen b. 1 man was 33, en niet een vrouw was 33 c. 5 mannen en 6 vrouwen, totaal 11 personen d. 6 mannen en 8 vrouwen = 14 mensen 11 meisjes jongens eenheden tientallen eenheden 12a en b. klasse cum freq rel cum freq percentage relatieve cumulatieve frequentie relatieve cumulatieve frequentie lengte in cm 4

5 13. klasse cum freq rel cum freq procenten relatieve cumulatieve freqentie rel cum freq gewicht eieren in gram 14. Zodat alle vorige klassen en de laatste klasse bij elkaar geteld worden. Let op: als je klasseverdelingen hebt, neem je bij de frequentiepolygoon het midden van de klasse, maar bij de cumlatieve frequentie polygoon de rechtergrens van de klasse (dus het hoogste getal). 15a. Het onderzoek duurde 5 12 = 60 uur, daarvan tankten bij A 50% minder dan 30 klanten per uur, dus dat is 30 uur. b. Minstens 40 klanten is 40 of meer per uur, dat is 80% van de tijd = 48 uur c. twee dagen is 24 uur, dat is 40 % van de tijd, de lijn van B komt daar uit op 55 klanten. aantal klanten per uur per frequentie aantal klanten per uur per klanten per uur keer 10 d. e. Bij pomp B is het juist drukker, want daar zijn er van 20 tot 60 klanten per uur, in 50% van de tijd, bij pomp A zijn dat er maar 30 16a. perceel 1, minder dan 50 kg per boom : 40% van 200 bomen = 80 bomen perceel 2, minstens 60 kg per boom : 75% van 160 bomen = 120 bomen perceel 1, tussen 50 en 70 kg per boom : 20% van 200 bomen = 40 bomen b. de meeste kg per boom krijg je op perceel 2. Perceel 1: 12200/200 = 61 kg per boom Perceel 1 levert 240 kg meer op. 5

6 Perceel 2: 11760?160 = 73,5 kg per boom Als de twee percelen even groot zijn staan de bomen ook wijder uit elkaar. Welk perceel het meest oplevert moet je echt uitrekenen perceel 1 : perceel 2: Aantal Kg per bomen boom Totaal gewicht Aantal Kg per bomen boom Totaal gewicht Centrum en spreidingsmaten. somvanallegetallen a. gemiddelde = = = euro aanta lg etallen 12 b. rare manier om met gemiddelde om te gaan, vakbond? 25a. Tel alle frequenties bij elkaar. 20 dagen = 4 schoolweken. b = 51 51/20 = 2,55 = gemiddelde c. mediaan is het middelste getal van 20 getallen, dat zijn de getallen 2 en 2, dus de mediaan is 2 Modus is wat het vaakst voorkomt dus 2 26a = 77 77/20 = 3,85 = gemiddelde b mediaan en modus zijn ook allebei 2, net als bij de andere klas. c. Gemiddelde verandert door uitschieter 32, andere twee maten niet. 27a. modus = 5, komt het vaakst voor (6 keer), mediaan = 6 (middelste getal) cijfer frequentie = / 30 = 6.3 = gemiddelde b. gemiddelde = 6.3, mediaan = 6, modus = 5 c. gemiddelde = = 221 punten totaal = 216 het vierde cijfer is een 5, want = 5 28a. kwalitatief (kenmerkend, zonder getal) b en c. alleen de modus 6

7 29a. mediaan b. modus, want kwalitatief c. gemiddelde d. modus (iemand heeft een fout gemaakt) 30a. Hoogst mogelijke gemiddelde, = /70 = 49,7 Laagst mogelijke gemiddelde, = /70 = 40,7 b. mediaan in klasse 45-< 55 c. 38 ligt in een klasse die maar drie keer voorkomt Stel dat er 3 leerk. zijn van 36. In de klasse 45-< 55 zitten 40 lk. Dus zelfs bij een evenwichtige verdeling komt elke leeftijd 45, 46, 47, enz toch al 4 keer voor. 31a = /300 = 2501 branduren (300 = alle freq. opgeteld) b. mediaan = middelste getal dus de klasse 2000-<2400 c. modale klasse komt het vaakst voor, dus 1600-<2000 d. Ik vermoed kleiner, kijkend naar de opbouw van de tabel. GEBRUIK GR! BELANGRIJK, dit moet je goed kunnen. 32. GR, Stat Edit aantal =L1= {36 46}, freq. =L2 = {6, 12, 18 enz zie tabel} Stat calc 1 var stats enter enter (voer in met 2 nd 1 en 2 nd 2) L1,L2 enter (vergeet de, niet) Bovenste getal X = gemiddelde= 40.4 vijfde getal =σ x =standaardafwijking (komt later voor, ook als SD) = 2,693 zesde getal = n = aantal waarnemingen (dus alle frequenties opgeteld) = 105 pijltje naar beneden minx = kleinste waarneming = 36 Q1 = 38 Mediaan = 40 Q3 = 43 maxx = grootste waarneming = 46 Boxplot maken van deze gegevens: GR (2nd Y)Stat Plot 1 enter On enter, type 5 (pijltjestoets naar rechts 5 keer) Xlist = L1 en Freq = L2 Zoom:9 Stat Stel je window in x = [35,50] (zie tabel), y hoeft niet Met tracé krijg je med, Q1 en Q3, en Xmin en Xmax (pijltjes nar links en rechts) a. Q1 = 25% van alle waarnemingen = 2 jaar Mediaan = 50% = 4.6 jaar Q3 = 75% van alle waarnemingen = 6.8 jaar jaren 7

8 34a. 25% van de 50 staten = 12 of 13 staten b. 25% van de staten heeft van 4 tot 6,3 miljoen inwoners, dus ongeveer (3 a 4%) + 25% = 28.5% van de staten heeft meer dan 6 miljoen inwoners c = 38 % van de staten heeft minder dan 3 miljoen inwoners d. van Q1 tot Q3 is van 1.8 tot 6.3 miljoen inwoners, gemiddeld 4 miljoen per staat het gaat dus om 25 staten 4 miljoen inwoners = 100 miljoen inwoners e. Als je rekent totaal 290 miljoen inwoners, 100 miljoen = middelste 50% eerste 25% heeft gemiddeld 1.2 miljoen inwoners 13 staten = 15 a 16 miljoen inwoners Voor de grootste staten zijn = 174 miljoen inwoners ( gemiddeld 14 miljoen per staat) 35a. mediaan is steeds 3 km b. geeft geen goede indruk c. de meeste leerlingen (50%) woont op een afstand tussen 2 en 4 km van school B de meeste leerlingen (50%) woont op een afstand tussen 1 en 5 km van school A d. spreiding het kleinst bij school C, het grootst bij school A 36a. Bij alledrie = 40 b. A ; = 9 B: = 6 C: = 23 c. grootste spreiding bij ll. C d. spreidingsbreedte wordt 50, kwartielafstand verandert niet e. spreidingsbreedte is gevoelig voor uitschieters. 37a. Alanya : spreidingsbreedte=12 4 = 8, kwartielafstand = 11 7 = 4 kleinste spreiding is Alanya Mallorca: spreidingsbreedte=12 0 = 12, kwartielafstand = 10 6 = 4 Amsterdam; spreidingsbreedte=12 4 = 8, kwartielafstand = 8 2 = Aklas Bklas meeste spreiding Cklas minste spreiding 39. gebruik je GR stat edit L1 en L2 (freq), stat calc 1 var stats L1, L2 X = gemiddelde= 4.02 vijfde getal =σ x =standaardafwijking (komt later voor, ook als SD) = 1,517 8

9 40 zelfde manier, maar zonder freq, en daardoor alleen L1 X = gemiddelde= 7.224en σ x =standaardafwijking = L1 = klassemiddens = 67,5 ; 72,5 ; 77,5 ; 82,5 L2 = freq. X = gemiddelde= 75,9 σ x =standaardafwijking = 2,9 (de meeste banden zitten tussen 73 en 78,8 km) n = aantal waarnemingen = a. σ x =8 cm b. σ x =1,8 43a en c. gebruik je GR stat edit L1 en L2 (freq), stat calc 1 var stats L1, L2 X = gemiddelde = en σ x =standaardafwijking = Q1 = 5 mediaan = 5.1 en Q3 = 5.2, kwartielafstand =Q3 Q1 = 0.2 b. Je ziet al dat de meeste waarnemingen rondom 5.1 liggen, dus is deσ x < steekproeven 44a. suggestie door het woord zeker ook b. suggestie door de woorden vind U niet c. wat wordt bedoeld met veel 46a. Allemaal mensen die boodschappen doen. b. Mensen die allemaal s morgens naar hun werk gaan. c. Uit elke provincie 1 is te weinig. d. Mensen die van natuur houden. 47a. 5% vlekken blijft, dat is nogal veel. b. op 1 klas kan je geen conclusie baseren c. de leeftijdsopbouw binnen de wijk is niet vermeld. d. vergelijkingen met een onbekend product geven geen info. e. het ligt eraan wanneer die neerslag valt f. misschien is er een kortingsactie onder artsen geweest g. dit is met alle opgepompte banden het geval 48 Uit deze tabel lijkt de ziekte vaker voor te komen bij mannen dan bij vrouwen, Uit de tweede tabel blijkt de ziekte echter met grote waarschijnlijkheid aan roken gekoppeld te zijn. 50 toevalsgetallen maken met de GR: MATH_ _PRB_5:randInt(kleinste toevalsgetal, grootste toevalsgetal, aantal toevalsgetal) Daarbij betekent randint: random = toeval en Int = integer = geheel getal In dit geval heb je: MATH_ _PRB_5:randInt(1, 480, 8) 55 = E = I45 51a. twee lettercodes met herhaling, dus = 676 codes b. codes met letter A vooraan 1 26, B vooraan 27 52, dus nr 65 is code CL = 416 Q is de 17 de letter dus nr 430 is code QN 9

10 52a. de groepen verschillen sterk in grootte b. 100 van de 5000 = 1 van de 50 dus 1 directielid, 90 winkelmedewerkers en 9 magazijnmedewerkers. Boek 2 hoofdstuk 8 De normale verdeling. 8.1 Vuistregels bij de normale verdeling 1a. 155-< 160 ; 160-< 165 t/m 185-< 190 (dus per 5 cm, vanaf 1,55 t/m 1,90) b personen (getallen boven staven optellen) c. L1 = klassemiddens = 157,5 ; 162,5 ; enz t/m 187,5 L2 = freq. = getallen boven staven σ x ( namen standaard deviatie en standaard afwijking is hetzelfde) X = gemiddelde = µ (spreek uit mu) = 172,3 cm σ x =standaardafwijking = 5,7 cm (de meeste mannen zitten tussen 166,6 en 178 cm n = aantal waarnemingen = 1000 d. σ x ( namen standaard deviatie en standaard afwijking is hetzelfde) 680/1000 = 68% e. 95 % 2a. klassenbreedtes van 1 cm b. 375 (aflezen grafiek) c. nee, alleen al de groep van 170 tot 175 bestaat uit personen 4 zie vuistregel blz 188, die heb je bij de komende sommen nodig a. µ - 2 σ x = 50 µ - σ x = 60 µ = 70 µ + σ x = 80 µ + 2 σ x = 90 b. 68 % c. 95% d. 2,5% e. 47,5% 6. 16% = 2,5% + 13,5%, dus 76 gram =µ - σ x invullenµ = 80 gr. σ x = 4 gr. 7a. Het gemiddelde µ zie je bij 50%, b. µ + σ x = 84 % (want 50% + 34%) c. µ = 68 uur en µ + σ x = 75 uur dus d. σ x = 7 uur 9a. De top ligt bij allebei op hetzelfde getal 167cm. b. standaardafwijking is groter bij de groene lijn, die wijkt verder uit c. De oppervlakte onder beide grafieken is even groot, dus platter, dan ook breder d. De lijn heeft dezelfde vorm en hoogte en breedte als lijn A, maar is naar links verschoven. (top boven het gemiddelde van lijn C) 10a. lijn A, de reactie tijd van jonge mensen is korter dan van oudere mensen. b. lijn C, de 60 jarigen want σ x is bij deze lijn het grootst 11a. µ = 65 σ x = 1 b. µ = 66,5 σ x = 1 c. µ = 67,5 σ x = 1,25 d. µ = 70 σ x = 1 10

11 8.2 Oppervlakte onder de normaalkromme GR:Gebruik steeds Opp = 2nd VARS = distr Distr 2: normalcdf(l, r, µ, σ ) Met l = linkergrens (gegeven of 0 of ), r = rechtergrens (gegeven of ) Let goed op afronden op 4 decimalen, rond het laatste cijfer goed af. 12a. µ - σ x = 12 en µ - 2 σ x = 9 het gebied is 13.5% b. Het gebied is = 97.5% c. Het gebied is = 5% d. Het gebied is = 84% 13a. normalcdf(l, r, µ, σ ) = normalcdf(925, 970, 950, 20)= b. normalcdf(2.6, 3.9, 2.8, 0.7) = c. normalcdf(7.1, 10 99, 8.6, 1.3)= d. normalcdf( , 130, 150, 12)= a. normalcdf(1000, 1100, 1080, 60)= b. normalcdf( , 5, 3.5, 1.1) = c. normalcdf(700, 10 99, 850, 120) = a. normalcdf( , 16, 17.1, 1.8) = b. normalcdf(13.4, 10 99, 11, 2) = c. normalcdf( 0.03, 0.05, 0.04, 0.012) = a. normalcdf( , 28, 21, 4) = b. normalcdf( 17.5, 10 99, 21, 4) = c. normalcdf( 16.8, 18.7, 21, 4) = a. normalcdf( , 480, 520, 18)= b. normalcdf( 510, 10 99,520, 18) = c. normalcdf( 518, 541, 520, 18) = a. normalcdf( 9.8, 10 99, 8.7, 1.6) = ,59% b. normalcdf( , 5.1, 8.7, 1.6) = % c. normalcdf( 9.1, 12.3, 8.7, 1.6) = % 19a. normalcdf( , 12, 16, 3) = b. normalcdf( 12, 10 99,16, 3) = c. totaal = 1 of 100% GR, als je de opp weet, en µ en σ, en je zoekt de rechtergrens, kies je 2nd VARS = distr Distr 3: invnorm(opp, µ, σ ) = a (= rechtergrens) Zoek je de linkergrens, dan doe je eerst hetzelfde, maak een schets en spiegel, zie Uitleg blz 108 Rond a altijd af op 1 decimaal meer dan de gegeven µ. 11

12 20a. Opp = 0,3 µ = 16 σ = 2 a = invnorm(0.3, 16, 2) = b. Opp = 0,7, ivm linkergrens opp = 0.3 µ = 50 σ = 8 invnorm(0.3, 50, 8) = 45.8 c. Opp = 0,86 µ = 600 σ = 70 a = invnorm(0.86, 600, 70) = d. Opp = 0,08 ivm linkergrens opp = 0.92 µ = 0,8 σ = 0,2 invnorm(0.92, 0.8, 0.2) = 1,08 21a. bij a =z = 0,333 en bij b = z = 0,667 (elk stuk 33,3%) b. invnorm( 0.333, 40, 5)= 37,8 = a en invnorm( 0.667, 40, 5)= 42,2 (linkergrens en rechtergrens allebei op 2,2 afstand van m = 40) 22a. bij a =z = 0,2 en bij b = z = 0,4 (elk stuk 20%) b. invnorm( 0.2, 1000, 50)= 958 = a en invnorm( 0.4, 1000, 50)= 987 c = = 1013 d = = 1042 (linkergrens en rechtergrens op dezelfde afstand van µ = 1000) 23a. Opp = 0.5 linkergrens =0.25 en rechtergrens = 0.75 invnorm(0.25, 18, 2) = (linkergrens) en (rechtergrens) b. Opp = 0.82 linkergrens =0.09 en rechtergrens = 0.91 invnorm(0.09, 150, 12) = (linkergrens) en (rechtergrens) c. Opp = 0.12 linkergrens =0.06 en rechtergrens = 0.94 invnorm(0.06, 58, 6) = 48.7 (linkergrens) en 67.3 (rechtergrens) 24. Bij dit soort opdrachten heb je de volgende formules nodig, (andere methode dab het boek geeft, die je moet kunnen): opp = normalcdf(l, r, µ, σ ) z = invnorm(opp) X µ en z =, met X = score σ Dit is een stappenplan: bereken σ z = invnorm(0.78) = en z = σ σ= = Dit is een stappenplan: bereken µ z = invnorm(0.08) = µ 170 µ z = = =170 -µ = -µ = µ Je moet dit ver afronden, bv µ = 187 of zie 25. bereken µ Omdat de oppervlakte rechts wordt gegeven, moet je daar eerst de oppervlakte links van make, dus = 0.72 z = invnorm(0.72)= µ = = 17 -µ = -µ 14.8= µ

13 27 als je een schets maakt, zie je dat 2080 net zo ver links van 2200 ligt als 2320 er rechts van ligt. De opp. = 0.62, de halve opp = 0.31, de linkergrens = z = invnorm(0.19)= dus = en σ = = 136 σ oppervlakte rechts, dus links = 0.59 en z = invnorm(0.59) = µ a = = µ µ = b = σ σ= σ= a. normalcdf(82, 10 99, 75, 4.8) = b. normalcdf(70, 83, 75, 4.8) = c. opp rechts, dus links = 0.17 invnorm(0.17, 75, 4.8) = 70.4 = a d. 4 stukken van 25%, dus eerste linkergrens = 0.25 invnorm(0.25, 75, 4.8) = 71.8 = b, c = 75 en d = a. het hele gebied links van 30.5 = normalcdf( , 30.5, 28, 4.3) = 0.72 Het oranje gebied = 0.36 Het gebied links van a is dus ook 0.36 Invnorm(0.36, 28, 4.3) = 26.5 = a b. links van b ligt = 0.91 van de opp. Invnorm(0.91, 28, 4.3) = 33.8 = b 31 maak een schets µ = 2.3en σ =

14 2.18 a Opp. gebied links van 2.18 = normalcdf(-10 99, 2.18, 2.3, 0.08) = Opp. gebied links van 2.36 = normalcdf(-10 99, 2.36, 2.3, 0.08) = Opp gebied normalcdf(2.18, 2.36, 2.3, 0.08) = Halve Opp gebied = Lijn a loopt bij = Toepassingen normale verdeling Deze sommen zijn een heel goede oefening voor de toets. Je gebruikt steeds normalcdf(linkergrens, rechtergrens, m, s) wanneer je het % of de opp of de kans wilt berekenen de formule z = X µ σ wanneer je X, µ, of σ moet berekenen. Heel vaak moet je dan eerst z uitrekenen met z = invnorm(opp) Schets steeds de normale verdeling en zet je gegevens erin. 32a. X = 182, µ = 178, σ = 5,4 normalcdf (0,182,178,5.4) =0,7705 b. (1-0,7705) 100 = 22,9% c. 0,229 =22,9% (hetzelfde dus) 33a. X = 2,85 µ = 3 σ = 0,2 normalcdf(0, 2.85, 3, 0.2)=0,2266 Minder dan 2,85 kg = 22,7% b. normalcdf(2.95, 3.05, 3, 0.2)= 0,1974 dus gewicht tussen 2,95 en 3,05 kg = 19,74% c. X = 2,9 (want rechtergrens van 3,1 is hetzelfde als linkergrens van 2,9 bij µ = 3) µ = 3 σ = 0,2 normalcdf(0, 2.9, 3, 0.2)=0,3085 Minder dan 2,9 kg = Meer dan 3,1 kg = 30,9% P(meer dan 3,1 kg ) = 0,309 Je kan ook kiezen normalcdf (3.1, 100, 3, 0.2) =0,3085 d. P(meer dan 3,1 kg ) = 0,309 dus 0, =139 zakken met meer dan 3,1 kg e. opp gebied links van 2.7 dus normalcdf(0, 2.7, 3, 0.2) = d.i. 6.7% 14

15 34a. X =80, µ =75, σ = 9 normalcdf(0, 80, 75, 9)= 0,7107, mindeer dan 80 kg ,1 = 28,9% meer dan 80 kg b. 1 - normalcdf(60, 90, 75, 9)= 0,0956 9,6% c. 5% zwaarste mannen, dus voorbij grens 0.95 invnorm (0.95, 75, 9)= 89.8 kg Je kan een oproep verwachten vanaf 90 kg d. 1- normalcdf(0, 100, 75, 9)= 0,0027 0, = 13 mannen meer dan 100kg 35a. X =220, µ =210, σ = 8 normalcdf(0, 220, 210, 8)= 0,8944 minder dan 220 gr = 10.6% meer dan 220 gr. b. normalcdf(0,200, 210, 8)= 0, ,6% van de pakken lichter dan 200 gram 36a. X =50, µ =36.2, σ = 12.7 normalcdf(0, 50, 36.2, 12.7)= 0,8592 minder dan 50 P(meer dan 50 mm) = 1-0,8592 = 0,1408 0, = 7 jaren meer dan 50mm b. X =8, µ =36.2, σ = 12.7 normalcdf(0, 8, 36.2, 12.7)= 0,0110 P(minder dan 8 mm) = 0,0110 voor komende maand april 37 X = 60, µ = 65, σ = 6 normalcdf(0, 60, 65, 6)=0, ,23 % X = 60, µ = 62, σ = 2,5 normalcdf(0, 60, 62, 2,5)=0, ,19% Je hebt uitgerekend de kans dat de batterijen tussen 0 en 60 uur meegaan. Soort A is betrouwbaarder, kans dat hij meer dan 60 uur mee gaat is 79.8 % Net zo als normalcdf(linkergrens, rechtergrens, µ, σ ) = oppervlakte standaardnormaal Zo is invnorm(oppervlakte, µ,σ ) = score X 38a. Opp= 0,05 (5%) µ = 3600 en σ = 200 invnorm(0.05, 3600, 200) = 3271 Bij 3271 branduren wordt er vervangen b. Een groot deel van de lampen is nog niet defect na 3271 branduren. Mensen gaan klagen als er veel lampen defect zijn 39a. X =30, µ = 28, σ = 0.6 normalcdf(0, 30, 28, 0.6)= 0,9996 P(meer dan 30 mm) = 1-0,9996 = 0,0004 0,04% meer dan 30 mm b. normalcdf(26.5, 29.5, 28, 0.6)= 0,9938 (1-0,9938) 100= 0,62% onbr.baar c. normalcdf(26.5, 29.5, 28, 0.35)= 0,99998 (1-0,99998) 100= 0,002% onbr. d. het gaat om gebiedjes met een opp van 20% = 0.2 (linkergrens invnorm(oppervlakte, µ,σ ) = score X, dus dit is de kleinste diameter : invnorm(0.2, 28, 0.35) = mm dit is de grootste diameter : invnorm(0.8, 28, 0.35) = mm 15

16 40 Elk evenveel exemplaren, dus opp = 0,2 0,4 0,6 0,8 Klasse a: invnorm(0.2, 75, 18)= 59.9 cm van 0 tot 60 cm Klasse b: invnorm(0.4, 75, 18)= 70,4 cm van 60 tot 71 cm Klasse c: invnorm(0.6, 75, 18)= 79,6 cm van71 tot 80 cm Klasse d: invnorm(0.8, 75, 18)= 90,1 cm van 80 tot 90 cm Klasse e: 90 cm en langer De middelste klasse = klasse c van71 tot 80 cm 41a. Opp= 0,1 µ = 45 en σ = 5 invnorm(0.1, 45, 5) = 38,6 Je valt af bij een score lager dan 39 b. dus tot 30%. Invnorm( 0.3, 45,5) = 42,4 Bij een score vanaf 39 t/m 42 mag je herkansen c. beste 3% dus opp links = 0.97 invnorm(0.97, 45, 5) = 54.4 Ze hoort er net niet bij, want 54 is minder dan a. µ = 3.8 m/s en σ = 1.3 m/s Score X = 5 m/s Opp = normalcdf (0, 5, 3.8, 1.3)= % van uur = 1577 uur b. Opp matige wind = normalcdf (3.4, 5, 3.8, 1.3)= % van uur = 5422 uur 43a. X=5,5 µ =6 en σ = 0.4 normalcdf(0, 5.5, 6, 0.4)=0, ,5% te licht b. Opp = 0.05, want de zakjes moeten zwaarder zijn X µ invnorm(0.05)= -1,6449 = z, µ =? = z σ 5,5 m = -1,6449 5,5 µ = 0,4-1,6449 (= - 0,658) 5,5 + 0,658 = µ = ,4 44a. µ = 1005 X = 995 Opp = 0.01 (omdat het naar twee kanten 10 gram kan afwijken mag 1 % minder dan 995 gram bevatten) Invnorm(0.01)= X µ = z = = = 4.3 =σ σ σ σ b. σ = 8, z = invnorm(0.05)= X = 1000 µ =? X µ 1000 µ = z = µ = µ = σ 8 Dus µ = 1013,2 gram 45a. µ = 70 gr. σ = 20 gr jaarlijks brieven Hoeveel % is tussen 50 en 100 gram? Normalcdf( 50, 100, 70, 20) = dus = 7745 brieven 16

17 b. Gewicht in gr Tarief % Aantal kosten totaal c. lichtste 25% dus opp = 0.25 invnorm(0.25, 70, 20) dus t/m 57 gram zwaarste 15% dus opp = 0.85 invnorm(0.85, 70, 20) dus boven 91 gram Gewicht in gr Tarief % Aantal kosten , totaal Het is een stuk goedkoper (dat had je ook aan de tarieven kunnen zien) 46a. µ = 2.52 kg. σ = 0.12 kg X = 2.5 kg Normalcdf(0, 2.5, 2.52, 0.12) = dus 43,38% is te licht b.µ = 2.56 kg. σ = 0.12 kg gewicht tussen 2.26 en 2.86 kg Normalcdf(2.26, 2.86, 2.56, 0.12) = dus 1.24% wijkt 0.3 kg af c. 4% dus opp = 0.04 en z = invnorm(0.04) = σ = 0.12 kg µ =? X µ 2. µ = z = µ = µ = 2.71 kg σ d. 100 = 1.88% is zwaarder, dus linkeropp = en z = invnorm(0.9812) = X µ 2 78 µ = z = µ = µ = 2.53 kg σ a. µ = 2010 σ = 33 normalcdf(1970, 2005, 2010, 33) = dus 32.7% verbruikt b. linkeropp = 0.8 invnorm (0.8, 2010, 33) = Dus ergens in de tweede helft van het jaar 2037 c. Beetje rare vraag, omdat juist zo n oorlogssituatie vaak tot een afwijking van de norm leidt, maar goed: normalcdf(1940, 1945, 2010, 33) = dus 7.5% d. normalcdf(2000, 2005, 2010, 33) = Gb 800 e. Er was 1800 Gb, gebruikt = 800 Gb dat is = deel = linkeropp En z = invnorm(0.444)= X µ = z = = = 35.8 jaar =σ σ σ σ

18 18

Boek 2 hoofdstuk 8 De normale verdeling.

Boek 2 hoofdstuk 8 De normale verdeling. 52a. de groepen verschillen sterk in grootte b. 100 van de 5000 = 1 van de 50 dus 1 directielid, 90 winkelmedewerkers en 9 magazijnmedewerkers. Boek 2 hoofdstuk 8 De normale verdeling. 8.1 Vuistregels

Nadere informatie

8.1 Centrum- en spreidingsmaten [1]

8.1 Centrum- en spreidingsmaten [1] 8.1 Centrum- en spreidingsmaten [1] Gegeven zijn de volgende 10 waarnemingsgetallen: 1, 3, 3, 3, 4, 5, 6, 8, 8, 9 Het gemiddelde is: De mediaan is het middelste waarnemingsgetal als de getallen naar grootte

Nadere informatie

G&R vwo A/C deel 2 8 De normale verdeling C. von Schwartzenberg 1/14. 3a 1 2

G&R vwo A/C deel 2 8 De normale verdeling C. von Schwartzenberg 1/14. 3a 1 2 G&R vwo A/C deel 8 De normale verdeling C. von Schwartzenberg 1/14 1a Gemiddelde startgeld x = 1 100000 + 4 4000 + 3000 = 13100 dollar. 10 1b Het gemiddelde wordt sterk bepaald door de uitschieter van

Nadere informatie

Hoofdstuk 8: De normale verdeling. 8.1 Centrum- en spreidingsmaten. Opgave 1:

Hoofdstuk 8: De normale verdeling. 8.1 Centrum- en spreidingsmaten. Opgave 1: Hoofdstuk 8: De normale verdeling 8. Centrum- en spreidingsmaten Opgave : 00000 4 4000 5 3000 a. 300 dollar 0 b. 9 van de atleten verdienen minder dan de helft van het gemiddelde. Het gemiddelde is zo

Nadere informatie

Samenvatting Wiskunde Samenvatting en stappenplan van hfst. 7 en 8

Samenvatting Wiskunde Samenvatting en stappenplan van hfst. 7 en 8 Samenvatting Wiskunde Samenvatting en stappenplan van hfst. 7 en 8 Samenvatting door N. 1410 woorden 6 januari 2013 5,4 13 keer beoordeeld Vak Methode Wiskunde Getal en Ruimte 7.1 toenamediagrammen Interval

Nadere informatie

13,5% 13,5% De normaalkromme heeft dezelfde vorm als A (even breed en even hoog), maar ligt meer naar links.

13,5% 13,5% De normaalkromme heeft dezelfde vorm als A (even breed en even hoog), maar ligt meer naar links. G&R havo A deel C. von Schwartzenberg /8 a Er is uitgegaan van de klassen: < 60; 60 < 6; 6 < 70;... 8 < 90. b c De onderzochte groep bestaat uit 000 personen. (neem nog eens GRpracticum uit hoofdstuk 4

Nadere informatie

Paragraaf 5.1 : Frequentieverdelingen

Paragraaf 5.1 : Frequentieverdelingen Hoofdstuk 5 Beschrijvende statistiek (V4 Wis A) Pagina 1 van 7 Paragraaf 5.1 : verdelingen Les 1 Allerlei diagrammen = { Hoe vaak iets voorkomt } Relatief = { In procenten } Absoluut = { Echte getallen

Nadere informatie

4.1 Eigenschappen van de normale verdeling [1]

4.1 Eigenschappen van de normale verdeling [1] 4.1 Eigenschappen van de normale verdeling [1] Relatief frequentiepolygoon van de lengte van mannen in 1968 1 4.1 Eigenschappen van de normale verdeling [1] In dit plaatje is een frequentiepolygoon getekend.

Nadere informatie

Hoe verwerk je gegevens met de Grafische Rekenmachine?

Hoe verwerk je gegevens met de Grafische Rekenmachine? Hoe verwerk je gegevens met de Grafische Rekenmachine? Heb je een tabel met alleen gegevens? Kies STAT EDIT Vul L 1 met je gegevens (als de lijst niet leeg is, ga je met de pijltjes helemaal naar boven,

Nadere informatie

Samenvattingen 5HAVO Wiskunde A.

Samenvattingen 5HAVO Wiskunde A. Samenvattingen 5HAVO Wiskunde A. Boek 1 H7, Boek 2 H7&8 Martin@CH.TUdelft.NL Boek 2: H7. Verbanden (Recht) Evenredig Verband ( 1) Omgekeerd Evenredig Verband ( 1) Hyperbolisch Verband ( 2) Machtsverband

Nadere informatie

Y = ax + b, hiervan is a de richtingscoëfficiënt (1 naar rechts en a omhoog), en b is het snijpunt met de y-as (0,b)

Y = ax + b, hiervan is a de richtingscoëfficiënt (1 naar rechts en a omhoog), en b is het snijpunt met de y-as (0,b) Samenvatting door E. 1419 woorden 11 november 2013 6,1 14 keer beoordeeld Vak Methode Wiskunde A Getal en ruimte Lineaire formule A = 0.8t + 34 Er bestaat dan een lineair verband tussen A en t, de grafiek

Nadere informatie

5.0 Voorkennis. Er zijn verschillende manieren om gegevens op een grafische wijze weer te geven: 1. Staafdiagram:

5.0 Voorkennis. Er zijn verschillende manieren om gegevens op een grafische wijze weer te geven: 1. Staafdiagram: 5.0 Voorkennis Er zijn verschillende manieren om gegevens op een grafische wijze weer te geven: 1. Staafdiagram: De lengte van de staven komt overeen met de hoeveelheid; De staven staan meestal los van

Nadere informatie

5.0 Voorkennis. Er zijn verschillende manieren om gegevens op een grafische wijze weer te geven: 1. Staafdiagram:

5.0 Voorkennis. Er zijn verschillende manieren om gegevens op een grafische wijze weer te geven: 1. Staafdiagram: 5.0 Voorkennis Er zijn verschillende manieren om gegevens op een grafische wijze weer te geven: 1. Staafdiagram: De lengte van de staven komt overeen met de hoeveelheid; De staven staan meestal los van

Nadere informatie

De normale verdeling

De normale verdeling De normale verdeling Les 2 De klokvorm en de normale verdeling (Deze les sluit aan bij paragraaf 8 en 9 van Binomiale en normale verdelingen van de Wageningse Methode) De grafische rekenmachine Vooraf

Nadere informatie

Kerstvakantiecursus. wiskunde A. Rekenregels voor vereenvoudigen. Voorbereidende opgaven HAVO kan niet korter

Kerstvakantiecursus. wiskunde A. Rekenregels voor vereenvoudigen. Voorbereidende opgaven HAVO kan niet korter Voorbereidende opgaven HAVO Kerstvakantiecursus wiskunde A Tips: Maak de voorbereidende opgaven voorin in een van de A4-schriften die je gaat gebruiken tijdens de cursus. Als een opdracht niet lukt, werk

Nadere informatie

34% 34% 2,5% 2,5% ,5% 13,5%

34% 34% 2,5% 2,5% ,5% 13,5% C. von Schwartzenberg 1/16 1a Er is uitgegaan van de klassen: 1 < 160; 160 < 16; 16 < 170;... 18 < 190. 1b De onderzochte groep bestaat uit 1000 personen. 1c x = 17,3 (cm) en σ, 7 (cm). 1de 680 is 68%

Nadere informatie

14.1 Kansberekeningen [1]

14.1 Kansberekeningen [1] 14.1 Kansberekeningen [1] Herhaling kansberekeningen: Somregel: Als de gebeurtenissen G 1 en G 2 geen gemeenschappelijke uitkomsten hebben geldt: P(G 1 of G 2 ) = P(G 1 ) + P(G 2 ) B.v. P(3 of 4 gooien

Nadere informatie

gewicht in kg jongen/meisje aantal keer sporten per week bloedgroep zakgeld per maand in euro's

gewicht in kg jongen/meisje aantal keer sporten per week bloedgroep zakgeld per maand in euro's a G&R havo A deel Statistiek C. von Schwartzenberg / Kwantitatieve gegevens: (getallen waarmee je kunt rekenen) Kwalitatieve gegevens: gewicht in kg jongen/meisje aantal keer sporten per week bloedgroep

Nadere informatie

9.0 Voorkennis. Bij samengestelde kansexperimenten maak je gebruik van de productregel.

9.0 Voorkennis. Bij samengestelde kansexperimenten maak je gebruik van de productregel. 9.0 Voorkennis Bij samengestelde kansexperimenten maak je gebruik van de productregel. Productregel: Voor de gebeurtenis G 1 bij het ene kansexperiment en de gebeurtenis G 2 bij het andere kansexperiment

Nadere informatie

3.1 Procenten [1] In 1994 zijn er 3070 groentewinkels in Nederland. In 2004 zijn dit er nog 1625.

3.1 Procenten [1] In 1994 zijn er 3070 groentewinkels in Nederland. In 2004 zijn dit er nog 1625. 3.1 Procenten [1] In 1994 zijn er 3070 groentewinkels in Nederland. In 2004 zijn dit er nog 1625. Absolute verandering = Aantal 2004 Aantal 1994 = 1625 3070 = -1445 Relatieve verandering = Nieuw Oud Aantal

Nadere informatie

7,5. Samenvatting door een scholier 1439 woorden 13 mei keer beoordeeld. Inhoudsopgave

7,5. Samenvatting door een scholier 1439 woorden 13 mei keer beoordeeld. Inhoudsopgave Samenvatting door een scholier 1439 woorden 13 mei 2004 7,5 91 keer beoordeeld Vak Wiskunde Inhoudsopgave Lineair Interpoleren Pagina 02 Breuken en Decimalen Pagina 02 Werken met percentages Pagina 03

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 De normale verdeling. Kern 1 Normale verdelingen. 1 a

Hoofdstuk 2 De normale verdeling. Kern 1 Normale verdelingen. 1 a Hoofdstuk De normale verdeling Kern Normale verdelingen a percentage 30 0 0 57 6 67 7 77 8 87 9 97 0 07 De polygoon heeft een klokvorm. b In totaal is 0, + 0,9 + 3,3 +,0 +,3 + 7,3= 50,5 procent van de

Nadere informatie

Havo A deel 1 H2 Statistiek - Samenvatting

Havo A deel 1 H2 Statistiek - Samenvatting Havo A deel 1 H2 Statistiek - Samenvatting Begrip 1. Staafdiagram Schetsje: zo ziet het er uit 2. Lijndiagram = polygoon 3. Cirkeldiagram = sectordidagram 4. Beeldiagram = pictogram 5. Stapeldiagram 6.

Nadere informatie

1 a Partij is een kwalitatieve variabele, kindertal een kwantitatieve, discrete variabele. b,c

1 a Partij is een kwalitatieve variabele, kindertal een kwantitatieve, discrete variabele. b,c Hoofdstuk 8, Statistische maten 1 Hoofdstuk 8 Statistische maten Kern 1 Centrum- en spreidingsmaten 1 a Partij is een kwalitatieve variaele, kindertal een kwantitatieve, discrete variaele.,c d kindertal

Nadere informatie

De normale verdeling. Les 3 De Z-waarde (Deze les sluit aan bij de paragraaf 10 van Binomiale en normale verdelingen van de Wageningse Methode)

De normale verdeling. Les 3 De Z-waarde (Deze les sluit aan bij de paragraaf 10 van Binomiale en normale verdelingen van de Wageningse Methode) De normale verdeling Les 3 De Z-waarde (Deze les sluit aan bij de paragraaf 10 van Binomiale en normale verdelingen van de Wageningse Methode) De grafische rekenmachine Vooraf In deze les ga je veel met

Nadere informatie

S1 STATISTIEK. Tabellen & diagrammen Centrummaten & Spreiding

S1 STATISTIEK. Tabellen & diagrammen Centrummaten & Spreiding S1 STATISTIEK Tabellen & diagrammen Centrummaten & Spreiding TABELLEN & DIAGRAMMEN WELKE AUTO VIND JIJ HET MOOISTE? Kies 1,2,3,4 of 5 NUMMER 1 NUMMER 2 NUMMER 3 NUMMER 4 NUMMER 5 VERWERKING Tabel Cirkeldiagram

Nadere informatie

2. In de klassen 2A en 2B is een proefwerk gemaakt. Je ziet de resultaten in de frequentietabel. 2A 2B

2. In de klassen 2A en 2B is een proefwerk gemaakt. Je ziet de resultaten in de frequentietabel. 2A 2B 1. (a) Bereken het gemiddelde salaris van de werknemers in de tabel hiernaast. (b) Bereken ook het mediale salaris. (c) Hoe groot is het modale salaris hier? salaris in euro s aantal werknemers 15000 1

Nadere informatie

2 Data en datasets verwerken

2 Data en datasets verwerken Domein Statistiek en kansrekening havo A 2 Data en datasets verwerken 3 Frequentieverdelingen typeren 3.6 Geïntegreerd oefenen In opdracht van: Commissie Toekomst Wiskunde Onderwijs 3 Frequentieverdelingen

Nadere informatie

DOEN! - Praktische Opdracht Statistiek 4 Havo Wiskunde A

DOEN! - Praktische Opdracht Statistiek 4 Havo Wiskunde A DOEN! - Praktische Opdracht Statistiek 4 Havo Wiskunde A Docentenhandleiding 1. Voorwoord Doel van de praktische opdracht bij het hoofdstuk over statistiek 1 : Het doel van de praktische opdracht (PO)

Nadere informatie

Overzicht statistiek 5N4p

Overzicht statistiek 5N4p Overzicht statistiek 5N4p EEB2 GGHM2012 Inhoud 1 Frequenties, absoluut en relatief... 3 1.1 Frequentietabel... 3 1.2 Absolute en relatieve frequentie... 3 1.3 Cumulatieve frequentie... 4 2 Centrum en spreiding...

Nadere informatie

Werken met de grafische rekenmachine

Werken met de grafische rekenmachine Werken met de grafische rekenmachine Plot de grafiek blz. Schets de grafiek of teken een globale grafiek blz. 3 Teken de grafiek blz. 4 Het berekenen van snijpunten blz. 3 5 Het berekenen van maxima en

Nadere informatie

Samenvatting Tentamenstof. Statistiek 1 - Vakgedeelte

Samenvatting Tentamenstof. Statistiek 1 - Vakgedeelte Samenvatting Tentamenstof Statistiek 1 - Vakgedeelte Naam: Thomas Sluyter Nummer: 1018808 Jaar / Klas: 1e jaar Docent Wiskunde, deeltijd Datum: 14 oktober, 2007 Voorwoord Het eerstejaars vak Statistiek

Nadere informatie

2 Data en datasets verwerken

2 Data en datasets verwerken Domein Statistiek en kansrekening havo A 2 Data en datasets verwerken 4 Twee groepen vergelijken 4.4 Oefenen In opdracht van: Commissie Toekomst Wiskunde Onderwijs 4.4 Oefenen Voorbeeld Bekijk de dataset

Nadere informatie

GEGEVENS154LEERLINGEN

GEGEVENS154LEERLINGEN 2.4.4 Oefenen Voorbeeld Bekijk de dataset GEGEVENS154LEERLINGEN nog een keer. Je wilt nagaan of leerlingen die wiskunde B kiezen beter waren in wiskunde in de onderbouw dan leerlingen die wiskunde A kiezen.

Nadere informatie

Hoofdstuk 9 De Normale Verdeling. Kern 1 Normale verdelingen. Netwerk, 4 Havo A, uitwerkingen Hoofdstuk 9, De Normale Verdeling Elleke van der Most

Hoofdstuk 9 De Normale Verdeling. Kern 1 Normale verdelingen. Netwerk, 4 Havo A, uitwerkingen Hoofdstuk 9, De Normale Verdeling Elleke van der Most Hoofdstuk 9 De Normale Verdeling Kern Normale verdelingen a percentage 30 0 0 57 6 67 7 77 8 87 9 97 0 07 De polygoon heeft een klokvorm. b De gemiddelde lengte valt in de klasse 80 84 cm. Omdat 8 precies

Nadere informatie

Voorbeeld 1: kansverdeling discrete stochast discrete kansverdeling

Voorbeeld 1: kansverdeling discrete stochast discrete kansverdeling 12.0 Voorkennis Voorbeeld 1: Yvette pakt vier knikkers uit een vaas waar er 20 inzitten. 9 van de knikkers zijn rood en 11 van de knikkers zijn blauw. X = het aantal rode knikkers dat Yvette pakt. Er zijn

Nadere informatie

HAVO 4 wiskunde A. Een checklist is een opsomming van de dingen die je moet kennen en kunnen. checklist SE1 wiskunde A.pdf

HAVO 4 wiskunde A. Een checklist is een opsomming van de dingen die je moet kennen en kunnen. checklist SE1 wiskunde A.pdf HAVO 4 wiskunde A Een checklist is een opsomming van de dingen die je moet kennen en kunnen. checklist SE1 wiskunde A.pdf 1. rekenregels en verhoudingen Ik kan breuken vermenigvuldigen en delen. Ik ken

Nadere informatie

2.3 Frequentieverdelingen typeren

2.3 Frequentieverdelingen typeren 2.3 Frequentieverdelingen typeren 2.3.1 Introductie Kijkend naar een datarepresentatie valt meestal al snel op hoe de verdeling van de tellingen/frequenties over de verschillende waarden eruitziet. Zitten

Nadere informatie

Hoofdstuk 8 - De normale verdeling

Hoofdstuk 8 - De normale verdeling ladzijde 216 1a Staafdiagram 3 want te verwachten is dat er elke maand ongeveer evenveel mensen jarig zijn. Dat is meteen ook de reden waarom de andere drie niet voldoen. Feruari estaat uit vier weken

Nadere informatie

13.1 Kansberekeningen [1]

13.1 Kansberekeningen [1] 13.1 Kansberekeningen [1] Herhaling kansberekeningen: Somregel: Als de gebeurtenissen G 1 en G 2 geen gemeenschappelijke uitkomsten hebben geldt: P(G 1 of G 2 ) = P(G 1 ) + P(G 2 ) B.v. P(3 of 4 gooien

Nadere informatie

META-kaart domein - Exponentieel verband havo4 wiskunde A H=bxg^t

META-kaart domein - Exponentieel verband havo4 wiskunde A H=bxg^t META-kaart domein - Exponentieel verband havo4 wiskunde A H=bxg^t Welk verband zie ik tussen de gegeven informatie en wat er gevraagd wordt? Wat heb ik nodig? Heb ik de gegevens uit de tekst gehaald? Welke

Nadere informatie

Steelbladdiagram In een steelbladdiagram staan alle leerlingen genoemd. Je kunt precies zien waar Wouter staat.

Steelbladdiagram In een steelbladdiagram staan alle leerlingen genoemd. Je kunt precies zien waar Wouter staat. 2.1.3 Representaties In de voorbeelden kijken we steeds naar gewicht. Je gaat daarna zelf kijken naar de informatie over lengte en cijfergemiddelde. Voor alle opgaven geldt dat je deze zowel in de DWO

Nadere informatie

Wiskunde D Online uitwerking 4 VWO blok 6 les 2

Wiskunde D Online uitwerking 4 VWO blok 6 les 2 Paragraaf 8 De klokvorm Opgave 1 a De top van de grafiek van de PvdA ligt bij 30 %. Dus voor de PvdA wordt 30% voorspeld. b De grafiek loopt van ongeveer 27 tot 33, dus het percentage ligt met grote waarschijnlijkheid

Nadere informatie

bijspijkercursus wiskunde voor psychologiestudenten bijeenkomst 6 statistiek/gegevensverwerking los materiaal, niet uit boek [PW]

bijspijkercursus wiskunde voor psychologiestudenten bijeenkomst 6 statistiek/gegevensverwerking los materiaal, niet uit boek [PW] bijspijkercursus wiskunde voor psychologiestudenten bijeenkomst statistiek/gegevensverwerking los materiaal, niet uit boek [PW] procenten percentage: bv: van de 0 kinderen hadden er 7: hoeveel procent

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 : De Tabel

Hoofdstuk 1 : De Tabel Hoofdstuk 1 : De Tabel 1.1 Een tabel maken De GR heeft 3 belangrijke knoppen om een tabel te maken : (1) Y= knop : Daar tik je de formule in (2) Tblset (2nd Window) : Daar stel je de tabel in. Er geldt

Nadere informatie

VB: De hoeveelheid neemt nu met 12% af. Hoeveel was de oorspronkelijke hoeveelheid? = 1655 oud = 1655 nieuw = 0,88 x 1655 = 1456

VB: De hoeveelheid neemt nu met 12% af. Hoeveel was de oorspronkelijke hoeveelheid? = 1655 oud = 1655 nieuw = 0,88 x 1655 = 1456 Formules, grafieken en tabellen Procenten - altijd afronden op 1 decimaal tenzij anders vermeld VB: Een hoeveelheid neemt met 12% toe to 1456. Hoeveel was de oorspronkelijke hoeveelheid? Oud =? Nieuw =

Nadere informatie

extra sommen Statistiek en Kans

extra sommen Statistiek en Kans extra sommen Statistiek en Kans 1. Bepaal bij de volgende rijen de modus, de mediaan en het gemiddelde a. 1, 4, 2, 3, 5, 3, 6, 3 b. 12, 11, 13, 11, 12, 11, 12, 13, 11, 14, 75, 15 c. 1, 43, 12, 32, 43,

Nadere informatie

Programma : 1. Presentatie 2. H 5.1 Statistiek zelf gegevens verzamelen en ermee werken 3. Vragen over H4, formules

Programma : 1. Presentatie 2. H 5.1 Statistiek zelf gegevens verzamelen en ermee werken 3. Vragen over H4, formules Programma : 1. Presentatie 2. H 5.1 Statistiek zelf gegevens verzamelen en ermee werken 3. Vragen over H4, formules 1 2 programma hw nagekeken en verbeterd? voorbereiden pw filmpjes wie zoekt ze op? vrijdag

Nadere informatie

Aardappelomzet in milj kg.

Aardappelomzet in milj kg. PERIODE STATISTIEK, COMBINATORIEK, Lineaire en Exponentiele functies. Voor al deze opdrachten geldt dat het werken met EXCEL van harte wordt aanbevolen. OPDRACHT 1 Aardappelen Uit onderzoek van de LandbouwUniversiteit

Nadere informatie

bijspijkercursus wiskunde voor psychologiestudenten bijeenkomst 9 de normale verdeling (niet in [PW])

bijspijkercursus wiskunde voor psychologiestudenten bijeenkomst 9 de normale verdeling (niet in [PW]) bijspijkercursus wiskunde voor psychologiestudenten bijeenkomst 9 de normale verdeling (niet in [PW]) vorige week: kansrekening de uitkomstvariabele was bijna altijd discreet aantal keer een vijf gooien

Nadere informatie

DEEL II DOEN! - Praktische opdracht statistiek WA- 4HAVO

DEEL II DOEN! - Praktische opdracht statistiek WA- 4HAVO DEEL II DOEN! - Praktische opdracht statistiek WA- 4HAVO Leerlingmateriaal 1. Doel van de praktische opdracht Het doel van deze praktische opdracht is om de theorie uit je boek te verbinden met de data

Nadere informatie

STATISTIEK. Een korte samenvatting over: Termen Tabellen Diagrammen

STATISTIEK. Een korte samenvatting over: Termen Tabellen Diagrammen STATISTIEK Een korte samenvatting over: Termen Tabellen Diagrammen Modus De waarneming die het meeste voorkomt. voorbeeld 1: De waarnemingen zijn 2, 3, 4, 5, 5, 5, 6, 6, 7 en 8. De waarneming 5 komt het

Nadere informatie

OEFENPROEFWERK HAVO A DEEL 2

OEFENPROEFWERK HAVO A DEEL 2 OEFENPROEFWERK HAVO A DEEL 2 HOOFDSTUK 6 STATISTIEK EN BESLISSINGEN OPGAVE 1 Hieronder zijn vier boxplots getekend. a Welke boxplot hoort bij een links-scheve verdeling? Licht toe. b Hoe ligt bij boxplot

Nadere informatie

2 Data en datasets verwerken

2 Data en datasets verwerken Domein Statistiek en kansrekening havo A 2 Data en datasets verwerken 1 Data presenteren 1.3 Representaties In opdracht van: Commissie Toekomst Wiskunde Onderwijs 1 Data presenteren 1.1 Introductie In

Nadere informatie

Netwerk, 4 Havo D, uitwerkingen Hoofdstuk 1, Statistische verwerking 1

Netwerk, 4 Havo D, uitwerkingen Hoofdstuk 1, Statistische verwerking 1 Netwerk, 4 Havo D, uitwerkingen Hoofdstuk, Statistische verwerking Hoofdstuk Statistische verwerking Kern Populatie en steekproef a In Derbroek vonden + 6 ondervraagden de overlast ernstig tot zeer ernstig.

Nadere informatie

Werkblad 1 Normale dichtheidsfunctie als benadering voor een klokvormig histogram

Werkblad 1 Normale dichtheidsfunctie als benadering voor een klokvormig histogram Werkblad 1 Normale dichtheidsfunctie als benadering voor een klokvormig histogram Probeer zeker de opdrachten 1, 4 en 6 te maken. 1. In de tabel hieronder vind je gegevens over de borstomtrek van 5732

Nadere informatie

4 HAVO wiskunde A HOOFDSTUK voorkennis 1. soorten verdelingen 2. de normale verdeling 3. betrouwbaarheidsintervallen 4. groepen en kenmerken

4 HAVO wiskunde A HOOFDSTUK voorkennis 1. soorten verdelingen 2. de normale verdeling 3. betrouwbaarheidsintervallen 4. groepen en kenmerken 4 HAVO wiskunde A HOOFDSTUK 6 0. voorkennis 1. soorten verdelingen 2. de normale verdeling 3. betrouwbaarheidsintervallen 4. groepen en kenmerken 0. voorkennis Centrum- en spreidingsmaten Centrummaten:

Nadere informatie

Checklist Wiskunde A HAVO 4 2014-2015 HML

Checklist Wiskunde A HAVO 4 2014-2015 HML Checklist Wiskunde A HAVO 4 2014-2015 HML 1 Hoofdstuk 1 Ik weet hoe je met procenten moet rekenen: procenten en breuken, percentage berekenen, toename en afname in procenten, rekenen met groeifactoren.

Nadere informatie

Wiskunde De Normale en Binomiale Verdeling. Geschreven door P.F.Lammertsma voor mijn lieve Avigail

Wiskunde De Normale en Binomiale Verdeling. Geschreven door P.F.Lammertsma voor mijn lieve Avigail Wiskunde De Normale en Binomiale Verdeling Geschreven door P.F.Lammertsma voor mijn lieve Avigail Opmerkingen vooraf Wiskunde Pagina 2 uit 20 Opmerkingen vooraf Pak je rekenmachine, de TI-83, erbij en

Nadere informatie

de Wageningse Methode Beknopte gebruiksaanwijzing TI84 1

de Wageningse Methode Beknopte gebruiksaanwijzing TI84 1 Algemene vaardigheden Veel knopjes hebben drie functies. De functie die op een knop... staat krijg je door er op de drukken. De blauwe functie die er boven een knop... staat krijg je met 2nd.... Zo zet

Nadere informatie

Antwoorden bij 4 - De normale verdeling vwo A/C (aug 2012)

Antwoorden bij 4 - De normale verdeling vwo A/C (aug 2012) Antwoorden bij - De normale verdeling vwo A/C (aug 0) Opg. a Aflezen bij de 5,3 o C grafiek:,3% en bij de,9 o C grafiek: 33,3% b Het tweede percentage is 33,3 /,3 = 5, maal zo groot. c Bij de 5,3 o C grafiek

Nadere informatie

4 De normale verdeling

4 De normale verdeling bladzijde 217 35 a X = het aantal vrouwen met osteoporose. P(X = 30) = binompdf(100, 1, 30) 0,046 4 b X = het aantal mannen met osteoporose. Y = het aantal vrouwen met osteoporose. P(2 met osteoporose)

Nadere informatie

11.0 Voorkennis. Wanneer je met binomcdf werkt, werk je dus altijd met een kans van de vorm P(X k)

11.0 Voorkennis. Wanneer je met binomcdf werkt, werk je dus altijd met een kans van de vorm P(X k) 11.0 Voorkennis Let op: Cumulatieve binomiale verdeling: P(X k) = binomcdf(n,p,k) Wanneer je met binomcdf werkt, werk je dus altijd met een kans van de vorm P(X k) Voorbeeld 1: Binomiaal kanseperiment

Nadere informatie

Antwoorden door K woorden 14 augustus keer beoordeeld. Wiskunde A. Supersize me. Opgave 1: leerstof: Formules met meer variabelen.

Antwoorden door K woorden 14 augustus keer beoordeeld. Wiskunde A. Supersize me. Opgave 1: leerstof: Formules met meer variabelen. Antwoorden door K. 1901 woorden 14 augustus 2015 1 1 keer beoordeeld Vak Wiskunde A Supersize me Opgave 1: leerstof: Formules met meer variabelen. Formule energiebehoefte = =33,6 G 5000(kcal) = dagelijkse

Nadere informatie

HAVO 4 wiskunde A. Een checklist is een opsomming van de dingen die je moet kennen en kunnen....

HAVO 4 wiskunde A. Een checklist is een opsomming van de dingen die je moet kennen en kunnen.... HAVO 4 wiskunde A Een checklist is een opsomming van de dingen die je moet kennen en kunnen.... 1. rekenregels en verhoudingen Ik kan breuken vermenigvuldigen en delen. Ik ken de rekenregel breuk Ik kan

Nadere informatie

2 Data en datasets verwerken

2 Data en datasets verwerken Domein Statistiek en kansrekening havo A 2 Data en datasets verwerken 1 Data presenteren 1.4 Oefenen In opdracht van: Commissie Toekomst Wiskunde Onderwijs 1.4 Oefenen Opgave 9 Bekijk de genoemde dataset

Nadere informatie

Rekenen met de normale verdeling (met behulp van grafisch rekentoestel)

Rekenen met de normale verdeling (met behulp van grafisch rekentoestel) Rekenen met de normale verdeling (met behulp van grafisch rekentoestel) In 1947 werd in opdracht van N.V. Magazijn De Bijenkorf een statistisch onderzoek verricht naar de lichaamsafmetingen van de Nederlandse

Nadere informatie

9.1 Centrummaten en verdelingen[1]

9.1 Centrummaten en verdelingen[1] 9.1 Centrummaten en verdelingen[1] De onderstaande frequentietabel geeft aan hoeveel auto s er in een bepaald uur in een straat geteld zijn. Aantal auto s per uur 15 16 17 18 19 20 21 frequentie 2 7 9

Nadere informatie

Praktische opdracht Wiskunde Statistiek

Praktische opdracht Wiskunde Statistiek Praktische opdracht Wiskunde Statistiek Praktische-opdracht door R. 3948 woorden 5 december 2016 2,8 3 keer beoordeeld Vak Wiskunde Scoreformulier: Statistisch onderzoek havo 4 wiskunde A Namen groepsleden:

Nadere informatie

Statistiek. Beschrijvende Statistiek Hoofdstuk 1 1.1, 1.2, 1.5, 1.6 lezen 1.3, 1.4 Les 1 Hoofdstuk 2 2.1, 2.3, 2.5 Les 2

Statistiek. Beschrijvende Statistiek Hoofdstuk 1 1.1, 1.2, 1.5, 1.6 lezen 1.3, 1.4 Les 1 Hoofdstuk 2 2.1, 2.3, 2.5 Les 2 INHOUDSOPGAVE Leswijzer...3 Beschrijvende Statistiek...3 Kansberekening...3 Inductieve statistiek, inferentiele statistiek...3 Hoofdstuk...3. Drie deelgebieden...3. Frequentieverdeling....3. Frequentieverdeling....4.5

Nadere informatie

2.1.4 Oefenen. d. Je ziet hier twee weegschalen. Wat is het verschil tussen beide als het gaat om het aflezen van een gewicht?

2.1.4 Oefenen. d. Je ziet hier twee weegschalen. Wat is het verschil tussen beide als het gaat om het aflezen van een gewicht? 2.1.4 Oefenen Opgave 9 Bekijk de genoemde dataset GEGEVENS154LEERLINGEN. a. Hoe lang is het grootste meisje? En de grootste jongen? b. Welke lengtes komen het meeste voor? c. Is het berekenen van gemiddelden

Nadere informatie

wiskunde A havo 2017-II

wiskunde A havo 2017-II wiskunde A havo 207-II Personenauto s in Nederland maximumscore 3 De aantallen aflezen: in 2000 6,3 (miljoen) en in 20 7,7 (miljoen) 7,7 6,3 00(%) 6,3 Het antwoord: 22(%) ( nauwkeuriger) Opmerkingen Bij

Nadere informatie

Antwoorden Hoofdstuk 1 Verschillen

Antwoorden Hoofdstuk 1 Verschillen Antwoorden Hoofdstuk 1 Verschillen 1a. Niet sterk, want het is gebaseerd op slechts één zomer. b. Vriendinnen volgen is een vorm van groepsgedrag. Waar heeft Anneke het bericht gelezen? In een kwaliteitskrant

Nadere informatie

Wiskunde D Online uitwerking 4 VWO blok 5 les 3

Wiskunde D Online uitwerking 4 VWO blok 5 les 3 Paragraaf 10 De standaard normale tabel Opgave 1 a Er geldt 20,1 16,6 = 3,5 C. Dit best wel een fors verschil, maar hoeft niet direct heel erg uitzonderlijk te zijn. b Er geldt 167 150 = 17. Dat valt buiten

Nadere informatie

Lesbrief de normale verdeling

Lesbrief de normale verdeling Lesbrief de normale verdeling 2010 Willem van Ravenstein Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Hoofdstuk 1 de normale verdeling... 2 Hoofdstuk 2 meer over de normale verdeling... 11 Hoofdstuk 3 de n-wet...

Nadere informatie

18.1 Intro. ANTWOORDENBOEK Cijfers in orde 1. b 1366 c d 81 e 111 f g 20 miljoen h i 51,3 j 225

18.1 Intro. ANTWOORDENBOEK Cijfers in orde 1. b 1366 c d 81 e 111 f g 20 miljoen h i 51,3 j 225 18.1 Intro 1 a 81 b 1366 c 115000 d 81 e 111 f 33000 g 20 miljoen h 25000 i 51,3 j 225 2 Handel, bevolking (geboorten, huwelijken,...), gezondheid, financiën (inkomsten, faillisementen,...), verkeer (aantallen

Nadere informatie

Statistiek: Stam-bladdiagram en boxplot 6/12/2013. dr. Brenda Casteleyn

Statistiek: Stam-bladdiagram en boxplot 6/12/2013. dr. Brenda Casteleyn Statistiek: Stam-bladdiagram en boxplot 6/12/2013 dr. Brenda Casteleyn dr. Brenda Casteleyn www.keu6.be Page 2 1. Theorie Stam-bladdiagram en boxplot zijn methoden om visueel een verdeling voor te stellen.

Nadere informatie

extra sommen Statistiek en Kans

extra sommen Statistiek en Kans extra sommen Statistiek en Kans 1. Bepaal bij de volgende rijen de modus, de mediaan en het gemiddelde a. 1, 4, 2, 3, 5, 3, 6, 3 b. 12, 11, 13, 11, 12, 11, 12, 13, 11, 14, 75, 15 c. 1, 43, 12, 32, 43,

Nadere informatie

Je lost dit snel op door de klokvormige kromme te schetsen en daarin de gegevens te zetten die je al weet.

Je lost dit snel op door de klokvormige kromme te schetsen en daarin de gegevens te zetten die je al weet. Normale verdeling en vuistregels. De normale verdeling wordt gekenmerkt door een klokvormige kromme. Voor de oppervlakten onder die kromme gelden specifieke regels, ook wel de vuistregels genoemd. De regels

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde A1-2 havo 2006-I

Eindexamen wiskunde A1-2 havo 2006-I Eindexamen wiskunde A-2 havo 2006-I 4 Beoordelingsmodel Verdienen vrouwen minder? Het gemiddelde jaarinkomen is met 4200 0200 00% toegenomen 0200 2 Dit is ruim 39% 2 In 990 was het gemiddelde jaarinkomen

Nadere informatie

Samenvatting Wiskunde A

Samenvatting Wiskunde A Bereken: Bereken algebraisch: Bereken exact: De opgave mag berekend worden met de hand of met de GR. Geef bij GR gebruik de ingevoerde formules en gebruikte opties. Kies op een examen in dit geval voor

Nadere informatie

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang: wiskunde A,2 Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Het correctievoorschrift bestaat uit: Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde A 1-2 havo 2005-II

Eindexamen wiskunde A 1-2 havo 2005-II Eindexamen wiskunde A - havo 005-II Het weer in september De frequenties zijn achtereenvolgens, 0, 3,, 7,, 6, 8, 6, 0, 8, 3,, en 0,5 3,5 7,0 7,5 de berekening 00 Het antwoord is 4 ( C) ( 4,05 4,03 4,0)

Nadere informatie

1.1 Rekenen met letters [1]

1.1 Rekenen met letters [1] 1.1 Rekenen met letters [1] Voorbeeld 1: Een kaars heeft een lengte van 30 centimeter. Per uur brand er 6 centimeter van de kaars op. Hieruit volgt de volgende woordformule: Lengte in cm = -6 aantal branduren

Nadere informatie

UITWERKINGEN VOOR HET VWO NETWERK B13

UITWERKINGEN VOOR HET VWO NETWERK B13 12 UITWERKINGEN VOOR HET VWO NETWERK B13 HOOFDSTUK 6 KERN 1 1a) Zie plaatje De polygoon heeft een klokvorm 1b) Ongeveer 50% 1c) 0,1 + 0,9 + 3,3 + 11,0 = 15,3% 2a) klokvorm 2b) geen klokvorm 2c) klokvorm

Nadere informatie

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang: wiskunde A, Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Het correctievoorschrift bestaat uit: Regels voor de beoordeling Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel Regels

Nadere informatie

Uitwerking voorbeeld 2

Uitwerking voorbeeld 2 Uitwerking voorbeeld 2 Toppen, nulpunten en snijpunten Met de grafische rekenmachine kan je de coördinaten van toppen, nulpunten en snijpunten berekenen. Bij een experiment heeft men een model opgesteld

Nadere informatie

3. Data verwerven. Boekje 3 havo wiskunde A, domein E: Statistiek. Uitwerkingen

3. Data verwerven. Boekje 3 havo wiskunde A, domein E: Statistiek. Uitwerkingen 3. Data verwerven Boekje 3 havo wiskunde A, domein E: Statistiek Uitwerkingen 1 Verantwoording 2015, SLO (nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling), Enschede Dit lesmateriaal is ontwikkeld in het

Nadere informatie

Onderzoeksmethodiek LE: 2

Onderzoeksmethodiek LE: 2 Onderzoeksmethodiek LE: 2 3 Parameters en grootheden 3.1 Parameters Wat is een parameter? Een karakteristieke grootheid van een populatie Gem. gewicht van een 34-jarige man 3.2 Steekproefgrootheden Wat

Nadere informatie

Factor = het getal waarmee je de oude hoeveelheid moet vermenigvuldigen om een nieuwe hoeveelheid te krijgen.

Factor = het getal waarmee je de oude hoeveelheid moet vermenigvuldigen om een nieuwe hoeveelheid te krijgen. Samenvatting door een scholier 1569 woorden 23 juni 2017 5,8 6 keer beoordeeld Vak Methode Wiskunde Moderne wiskunde Wiskunde H1 t/m H5 Hoofdstuk 1 Factor = het getal waarmee je de oude hoeveelheid moet

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 boek 1 Formules en grafieken havo b klas 4

Hoofdstuk 1 boek 1 Formules en grafieken havo b klas 4 Hoofdstuk 1 boek 1 Formules en grafieken havo b klas 4 1. Lineair verband. 1a. na 1 min 36 cm, na min. 3 cm, daling 4 cm per minuut. b. h = 40 4t h in cm en t per minuut b. k: rc = -3 m: rc = 0.5 p: rc

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde A1 vwo 2007-I

Eindexamen wiskunde A1 vwo 2007-I Beoordelingsmodel Restzetels maximumscore 4 5 329 + 9080 + 875 = 33 60 33 60 stemmen is minder dan de helft van 67 787 stemmen 0 + 5 + 5 = 20 20 zetels is meer dan de helft van 39 zetels 2 maximumscore

Nadere informatie

Centrummaten en klassen vmbo-kgt34

Centrummaten en klassen vmbo-kgt34 Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 30 august 2017 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie https://maken.wikiwijs.nl/74220 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van

Nadere informatie

2.4 Twee groepen vergelijken

2.4 Twee groepen vergelijken 2.4 Twee groepen vergelijken 2.4.1 Introductie Zijn jongens langer dan meisjes? Hebben leerlingen met een NT-profiel in de derde klas een hoger cijfer voor wiskunde dan leerlingen met een CM-profiel? Is

Nadere informatie

Centrummaten en klassen vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Centrummaten en klassen vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 12 April 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/74220 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein

Nadere informatie

TIP 10: ANALYSE VAN DE CIJFERS

TIP 10: ANALYSE VAN DE CIJFERS TOETSTIP 10 oktober 2011 Bepaling wat en waarom je wilt meten Toetsopzet Materiaal Betrouw- baarheid Beoordeling Interpretatie resultaten TIP 10: ANALYSE VAN DE CIJFERS Wie les geeft, botst automatisch

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO

Correctievoorschrift HAVO Correctievoorschrift HAVO 007 tijdvak wiskunde A, Het correctievoorschrift bestaat uit: Regels voor de beoordeling Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores Regels voor

Nadere informatie

Frans van Galen Dolly van Eerde Panamaconferentie Statistiek voor beginners

Frans van Galen Dolly van Eerde Panamaconferentie Statistiek voor beginners Frans van Galen Dolly van Eerde Panamaconferentie 19.01.2017 Statistiek voor beginners Twee lessen over verdelingen Les 1: Vergelijking lengte Indonesische en Nederlandse leerlingen in groep 7. -

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde A1 compex vwo 2007-I

Eindexamen wiskunde A1 compex vwo 2007-I Eindexamen wiskunde A compex vwo 2007-I Beoordelingsmodel IQ maximumscore 4 De gevraagde kans is P(X > 40) Beschrijven hoe met de GR deze cumulatieve normale kans berekend kan worden De gevraagde kans

Nadere informatie

Gemiddelde: Het gemiddelde van een rij getallen is de som van al die getallen gedeeld door het aantal getallen.

Gemiddelde: Het gemiddelde van een rij getallen is de som van al die getallen gedeeld door het aantal getallen. Statistiek Modus De waarneming die het meeste voorkomt. voorbeeld 1: De waarnemingen zijn 2, 3, 4, 5, 5, 5, 6, 6, 7 en 8. De waarneming 5 komt het meeste (driemaal) voor, dus de modus is 5. (Kijk maar:

Nadere informatie