Samenwerking tussen Goede Doelen en Merken: Afname van Merkwaarde of Vruchtbaar Huwelijk?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samenwerking tussen Goede Doelen en Merken: Afname van Merkwaarde of Vruchtbaar Huwelijk?"

Transcriptie

1 Samenwerking tussen Goede Doelen en Merken: Afname van Merkwaarde of Vruchtbaar Huwelijk? Een onderzoek naar de invloed van het imago van goede doelen op attitude en koopintentie aangaande een merk in de context van Cause Related Marketing. Master scriptie Blixa Jansen ( ) Universiteit van Amsterdam Afdeling Communicatiewetenschappen Afstudeerrichting: Persuasieve communicatie Begeleider: Barbara Schouten Vrijdag 28 juni 2013

2 Samenvatting Cause Related Marketing (CRM) is de verbinding van de identiteit van een commerciële organisatie met een non-profit organisatie, goed doel of maatschappelijke probleem, door middel van gezamenlijke marketing of geldinzamelingsacties (Hajjat, 2003). Uit eerder onderzoek is gebleken dat CRM een positieve invloed heeft op de attitude en koopintentie ten opzichte van het merk (Ohanian, 1991; Hajjat, 2003). Eerder is nog geen aandacht besteed aan de rol van het imago van het goede doel in het proces van CRM. In dit onderzoek is daarom bestudeerd of het imago van het goede doel van invloed is op de attitude en zo op de koopintentie ten opzichte van het merk. Hiernaast is ook onderzoek gedaan naar de rol van merkbetrokkenheid binnen deze relatie. De verwachting was dat een positieve attitude de koopintentie positief beïnvloedt. Ook werd er verwacht dat bij merken met een lage merkbetrokkenheid het imago van een goed doel van grotere invloed zou zijn op de attitude en de koopintentie ten opzichte van het betreffende merk dan bij merken met een hoge betrokkenheid. In dit onderzoek is aan de hand van een online experiment onderzocht of het imago van het goede doel invloed heeft op de attitude en koopintentie ten opzichte van het merk en of merkbetrokkenheid van invloed is op deze relatie. Dit specifieke onderzoek is nog niet eerder uitgevoerd. Uit de resultaten blijkt dat imago van het goede doel van invloed is op de attitude ten opzichte van het merk. Ten tweede blijkt attitude een significant effect te hebben op de koopintentie. Wat niet wordt bewezen is de invloed van merkbetrokkenheid op de relatie tussen het imago van het goede doel en de attitude ten opzichte van het merk. De eenduidige conclusie van het onderzoek luidt dat het imago van het goede doel de attitude en koopintentie ten opzichte van het merk positief of negatief kan beïnvloeden. Commerciële organisaties zullen met deze kennis in hun achterhoofd kritischer zijn wat betreft de goede doelen waar ze gaan samenwerken. 2

3 Inhoudsopgave 1. Inleiding Theoretisch kader... 6 Cause Related Marketing... 6 Imago goed doel... 7 Attitude en koopintentie... 8 Betrokkenheid... 9 Conceptueel model Methode Pre-test Procedure Meetinstrumenten Data analyse Schaalconstructie Resultaten Respondenten Manipulatiechecks Controlevariabelen Resultaten hypothesen Conclusie en discussie Literatuurlijst Bijlagen Gebruikt materiaal Resultaten pre-test deel 1 en pre-test deel Pre-test deel Pre-test deel Vragenlijst

4 1. Inleiding Commerciële organisaties liggen steeds r onder druk om maatschappelijk verantwoord te werk te gaan (Van den Brink, Odekerken-Schröder & Pauwels, 2006). Hierdoor willen organisaties vaker bijdragen aan een betere leefwereld (Varadarajan & Menon, 1988). Tevens heeft een commerciële organisatie als doelstelling het maken van winst (Adkins, 1999). Om deze twee doelstellingen te combineren is een strategie ontwikkeld waarin de identiteit van een commerciële organisatie verbonden wordt aan de identiteit van een non-profit organisatie door gezamenlijke marketing en geldinzamelingsacties (Hajjat, 2003), ook wel Cause Related Marketing (CRM) genoemd. Uit eerdere literatuur blijkt dat deze samenwerking tussen een merk en een goed doel een positieve invloed kan hebben op de attitude en koopintentie ten opzichte van het merk (Ohanian, 1991; Hajjat, 2003). Voor een merk is het inzetten van CRM dus een strategie om niet alleen maatschappelijk verantwoord te opereren, maar ook om uiteindelijk de winst te verhogen (Varadjan & Menon, 1988) en op lange termijn waarde te creëren (Brønn & Vrioni, 2001). Hoewel uit eerder onderzoek is gebleken dat CRM een positieve invloed heeft op de attitude en koopintentie ten opzichte van het merk (Ohanian, 1991; Hajjat, 2003), is het nog onduidelijk welke rol het imago van het goede doel precies speelt in het proces van CRM. Als een goed doel bekend is bij de consument, heeft de consument een bepaalde perceptie van het goede doel. Deze perceptie noemt men imago, en kan positief of negatief zijn. Dit is afhankelijk van de associaties die een consument koppelt aan een goed doel (Davis et al., 2009; Chen, 2010). Er is echter nog geen onderzoek gedaan naar de invloed van het imago van het goede doel op de attitude en koopintentie ten opzichte van het merk. Het eerste doel van dit onderzoek is daarom te bestuderen of, en zo ja, welke invloed het imago van het goede doel heeft op zowel de attitude en koopintentie, omdat deze laatste factor een sterke voorspeller is van koopgedrag (Fishbein en Ajzen, 2010). Een tweede doel van dit onderzoek is om de rol van merkbetrokkenheid binnen de relatie tussen het imago van het goede doel en de attitude en koopintentie ten opzichte van het merk te bestuderen. Het is van belang dat dit wordt onderzocht, omdat uit eerder onderzoek blijkt dat het imago van de bron belangrijker wordt naarmate de merkbetrokkenheid vermindert (Gwinner & Eaton, 1999). Dit impliceert dat bij merken met een lage merkbetrokkenheid het imago van een goed doel van grotere invloed kan zijn op de attitude en de koopintentie ten opzichte van het betreffende merk dan bij merken met een hoge betrokkenheid. In deze studie zal dan ook de volgende onderzoeksvraag centraal staan: 4

5 In hoeverre heeft het imago van het goede doel in CRM invloed op de attitude en koopintentie van de consument aangaande een merk, en in hoeverre speelt merkbetrokkenheid hierbij een rol? De wetenschappelijke relevantie is gelegen in het feit dat dit specifieke onderzoek nog niet eerder is uitgevoerd, en dat verder onderzoek op deze voet het wetenschappelijk inzicht in deze specifieke relatie binnen CRM als geheel zal verdiepen. In het theoretisch kader binnen dit onderzoek worden verschillende onderzoeken samengevoegd om de invloed van het imago van het goede doel in het proces van CRM te onderzoeken. De literatuur over de invloed van CRM op de attitude en koopintentie ten opzichte van het merk (Fishbein & Ajzen, 2010) worden aangevuld met onderzoeken over de invloed van imago op attitude (Brown & Dacin, 1997; Percy & Rossiter, 1992; McCracken, 1989). Onderzoeken naar de invloed van imago op attitude worden hiernaast aangevuld met onderzoeken naar merkbetrokkenheid (Petty, Cacioppo & Schumann, 1983; Gwinner & Eaton, 1999). Daar ontstaat een gedegen theoretische onderbouwing voor onderzoek naar de invloed van het imago van het goede doel binnen CRM. De maatschappelijke relevantie is gelegen in het feit dat de uitkomsten van dit onderzoek kunnen bijdragen aan een betere leefwereld. Uit onderzoek is gebleken dat CRMsamenwerkingsverbanden leiden tot een stijging in de verkoop van producten van het merk dat met een goed doel samenwerkt (Varadjan & Menon, 1988). CRM wordt hierdoor wellicht in toenemende mate ingezet als marketingstrategie en het is noodzakelijk dat er r inzicht komt in de voor- en nadelen van CRM. Als rdere bedrijven gebruik gaan maken van CRM, dan is de noodzaak groter om een beter inzicht te krijgen in wat nu van positieve invloed is op attitude en koopintentie. De uitkomsten van dit onderzoek zullen bijdragen aan de optimalisering van het inzetten van de CRM-strategie door marketeers. Wanneer het voor een organisatie bekend is welk soort goede doel de st positieve attitude en de grootste koopintentie ten opzichte van het merk genereert, kan de organisatie hierop inspelen, door de keuze voor een goed doel op deze resultaten te baseren. 5

6 2. Theoretisch kader In dit hoofdstuk worden de begrippen CRM, goede doelen imago, attitude, koopintentie en tot slot de modererende factor, merkbetrokkenheid, gedefinieerd. Aan de hand van verschillende theorieën zullen een onderzoeksvraag en twee hypotheses worden opgesteld. 2.1 Cause Related Marketing Cause Related Marketing kan worden gezien als onderdeel van Corporate Social Responsibility (CRS), ook wel de sociale verantwoordelijkheid van een organisatie genoemd (Van den Brink et al., 2006). De sociale verantwoordelijkheid van een organisatie kan worden beschreven als de maatschappelijke activiteiten van een organisatie, die als doel hebben maatschappelijke behoeften te bevredigen (Angelidis & Ibrahim, 1993). De definitie van CRM die in dit onderzoek gebruikt zal worden is: Cause Related Marketing is het proces van het formuleren en implementeren van marketingactiviteiten die gekarakteriseerd worden door een aanbod van een organisatie om een specifiek bedrag te doneren aan een aangewezen doel waarbij een uitwisseling plaatsvindt tussen de consument en de organisatie, wat zowel de individuele doelen als doelen van de organisatie bevredigt (Varadarajan en Menon, 1988, p.60). Met reclamecampagnes probeert de organisatie consumenten ervan te overtuigen dat zij door de aankoop van het product tegelijkertijd een bijdrage leveren aan een goed doel (Adkins, 1999; Brønn & Vrioni, 2001). Goede doelen zijn organisaties die zich inzetten voor zaken die het algen belang dienen zoals internationale hulp, cultuur, natuur, gezondheid en milieu (Nan & Heo, 2007). Uit de literatuur blijkt dat consumenten het rechtvaardig vinden een hogere prijs voor een CRM product te moeten betalen (Mohr, Webb & Harris, 2001). CRM heeft tevens een directe positieve invloed op zowel de attitude ten opzichte van een CRM product, als op de intentie een CRM product te kopen (Hajjat, 2003) CRM is voor een organisatie dus een tactiek om de verkoop van een product te verhogen. Met het inzetten van CRM wil een merk zijn merkwaarde (brand equity) versterken, zich differentiëren van concurrenten en het merkimago verbeteren (Adkins, 1999; Mohr et al., 2001). Deze drie doelstellingen staan bij CRM centraal. Dit laat zien dat CRM naast het maatschappelijke doel ook commerciële doelstellingen heeft. 2.2 Imago goed doel In de gedachten van een consument kan een imago van een goed doel ontstaan. Het imago van 6

7 een goed doel ontstaat door eigenschappen, attributen en voordelen die met het goede doel worden geassocieerd (Davis et al., 2009; Chen, 2010). Publiciteit over een goed doel kan het imago positief of negatief beïnvloeden. Een voorbeeld hiervan is Pink Ribbon, een borstkankerfonds dat onderzoek naar borstkanker ondersteunt. In 2011 kwam Pink Ribbon negatief in het nieuws, omdat bleek dat maar een klein deel van de donaties aan onderzoek werd geschonken (NOS, 2011). Een dergelijk negatief nieuwsbericht kan de associaties die de consument heeft bij het betreffende goede doel negatief beïnvloeden. In het geval van CRM werkt een goed doel samen met een merk. Hierdoor ontstaat de vraag of het imago van het goede doel invloed heeft op de attitude ten opzichte van een merk. Aangezien er nog geen onderzoek is gedaan naar de invloed van het imago van het goede doel op de attitude binnen het proces van CRM, zal worden gekeken naar soortgelijke onderzoeken over de invloed van imago op attitude. In onderzoeken naar merkimago blijkt dat merkimago voor een belangrijk deel de attitude ten opzichte van het merk bepaalt (Brown & Dacin, 1997; Percy & Rossiter, 1992). Een positief imago is van groot belang omdat merkimago invloed heeft op de emotionele waarde van een merk voor de consument (Hoeffler & Keller, 2002). Deze emotionele waarde beïnvloedt de gehele evaluatie van een consument met betrekking tot een merk: de attitude. Marketeers moeten dus strategieën bedenken om het merkimago positief te beïnvloeden, zodat de attitude ten opzichte van het merk ook positief wordt beïnvloed (Brown & Dacin, 1997; Percy & Rossiter, 1992). Om de relatie tussen imago en attitude verder te onderzoeken, kan gebruik worden gemaakt van eerder onderzoek naar het imago van een organisatie. Een imago van een organisatie wordt beschreven als een reeks associaties bij, en betekenissen die een individu geeft aan een bepaalde organisatie (Brown & Dacin, 1997). Deze associaties, die samen het imago vormen, beïnvloeden de attitude ten opzichte van de producten die ontwikkeld zijn door de organisatie (Brown & Dacin, 1997). Een positief imago van een organisatie zorgt tevens voor een r positieve attitude ten opzichte van de producten, het omgekeerde geldt ook: negatief imago resulteert in een r negatieve attitude. Naast de voorbeelden van het merkimago en het imago van een organisatie kan er ook gekeken worden naar het imago van een beroemdheid. Het imago van een beroemdheid wordt vaak ingezet als marketingstrategie, ook wel celebrity endorsement genoemd. Celebrity endorsement is het gebruik van beroemdheden in marketingcommunicatie. Voorbeelden zijn talrijk: Georgy Clooney bij Nespresso of Rafael Nadel bij Nike. Een endorser is een individu dat publieke erkenning geniet en deze erkenning gebruikt ten behoeve van een commercieel product door hier in een advertentie te verschijnen (Caroll, 2008). Er wordt gesuggereerd 7

8 dat de effectiviteit van een endorser verklaard kan worden door imago transfer (Erdogan, 1999). De betekenis (of waarde) die de consument koppelt aan een endorser kan overgedragen worden op het merk (McCracken, 1989). Volgens McCracken s Meaning Transfer Model wordt de betekenis die geassocieerd wordt met de endorser overgedragen naar het product als deze endorser en het product samen te zien zijn in een advertentie. In de advertentie nemen beroemdheden hun eigen imago om voor een merk te adverteren. Het imago van de beroemdheid kan de attitude van de consument ten opzichte van het merk beïnvloeden (Choi & Rifon, 2007). Dit voorbeeld is een mogelijke verklaring hoe het imago van het één op het ander effect heeft en hoe dit imago uiteindelijk de attitude beïnvloedt. Een goed doel kan worden vergeleken met een beroemdheid, omdat het goede doel in veel gevallen vóór de samenwerking met een merk in CRM al een imago heeft opgebouwd. Het is goed mogelijk dat, net als bij merkimago, het imago van een organisatie en het imago van beroemdheden, het imago van een goed doel de attitude ten opzichte van een merk kan beïnvloeden. Omdat nog geen onderzoek gedaan is naar de invloed van het imago van het goede doel op de attitude ten opzichte van het merk, wordt de volgende onderzoeksvraag gesteld: RQ1: Is de attitude ten opzichte van een merk positiever bij een positief imago van een goed doel dan bij een negatief imago van een goed doel? 2.3 Attitude en koopintentie De Theory of Planned Behavior (TPB) redeneert dat gedrag gebaseerd is op verschillende determinanten. Deze theorie maakt het mogelijk consumentengedrag te voorspellen en verklaren. Volgens de TPB speelt intentie de belangrijkste rol als voorspeller van gedrag (Ajzen, 1991). Een gedragsintentie representeert de motivatie van een persoon om gedrag daadwerkelijk uit te gaan voeren (Ajzen, 1991; Ajzen & Madden, 1986). Die indicatie wordt uitgedrukt in de gedragsintentie. Hoe sterker de intentie om bepaald gedrag uit te voeren, des te waarschijnlijker is het dat het gedrag daadwerkelijk uitgevoerd wordt (Ajzen, 1991). Volgens de TPB kunnen verschillende determinanten van gedragsintentie (attitude, subjectieve norm, perceived behavioral control (PBC) onderscheiden worden. Een attitude representeert iemand zijn evaluatie van de gehele kwestie (Fishbein en Ajzen, 2010). Subjectieve norm is de mate waarin individuen ervaren dat zij van hun omgeving een bepaald gedrag wel of niet moeten vertonen. PBC is de waargenomen perceptie dat een individu het gewenste gedrag uit kan voeren (Ajzen, 1991). Deze drie determinanten worden op hun beurt weer gevormd door verschillende beliefs. Attitude wordt bepaald en gevormd aan de hand van 8

9 behavioral beliefs. Dit zijn waargenomen consequenties die bepaald gedrag kunnen veroorzaken. Deze consequenties kunnen zowel affectief als cognitief zijn. De subjectieve norm wordt gevormd aan de hand van normative beliefs. Dit zijn overtuigingen hoe belangrijke anderen denken over het al dan niet uitvoeren van een gedraging. De laatste determinant, perceived behavioral control, wordt gevormd door control belief. Dit zijn beliefs over de beschikbaarheid van middelen en kansen om gedrag succesvol te kunnen uitvoeren (Ajzen, 1991). De theorie stelt dat de attitude, positief of negatief, ten opzichte van gedrag invloed heeft op de intentie van het gedrag. Volgens de TPB kan in het proces van CRM de attitude ten opzichte van het merk dus invloed hebben op de koopintentie en daar op het daadwerkelijke gedrag om producten van dat merk aan te schaffen. Koopintentie wordt gezien als de mate waarin het aannemelijk is dat een persoon het (geadverteerde) product zal kopen (Li, Daugherty & Biocca, 2002). Uit eerder onderzoek is gebleken dat in het geval van CRM attitude de grootste voorspeller van koopintentie is (Hajjat, 2003). Dit leidt tot de eerste hypothese van dit onderzoek: H1: Hoe positiever de attitude is ten opzichte het merk, des te groter de intentie tot het kopen van het merk. 2.4 Merkbetrokkenheid Merkbetrokkenheid is de mate van persoonlijke relevantie van een merk voor een consument, als gevolg van het waargenomen risico van het kopen of het niet-kopen (Petty et al., 1983). Een consument is hoog betrokken wanneer een merk persoonlijk relevant is, de aankoop van dit merk een hoog risicogehalte heeft en/of wanneer de aankoopbeslissing veel aandacht vraagt. Een consument is laag betrokken bij een merk als het merk niet persoonlijk relevant is, als het risico van de aankoop laag is en als de aankoopbeslissing weinig aandacht vereist. Een risico geeft aan in welke mate het voor een consument van belang is om het juiste product of merk te kopen. Dit is afhankelijk van de prijs en beschikbaarheid van het product of merk (Petty et al., 1983). Broderick, Jogi en Garry (2003) beargumenteren dat de mate van merkbetrokkenheid die de consument heeft bij een merk de intensiteit beïnvloedt waar de consument de advertentie verwerkt aan de hand van het Elaboration Likelihood Model (ELM). Het ELM beschrijft het verwerken van informatie via twee routes: de centrale route en een perifereroute (Petty et al., 1983; Petty, Baker & Gleicher, 1991). De route waarin verwerking plaatsvindt, hangt af van de capaciteit en motivatie die men heeft om aandacht te besteden aan de 9

10 boodschap die door het merk wordt overgedragen. De centrale route treedt op bij een hoge betrokkenheid als het merk geëvalueerd wordt op basis van zorgvuldige afweging van informatie, die voor de consument relevant is. Op basis van kennis, ervaring en relevante informatie zullen de argumenten op een rationele manier worden afgewogen. Een hogere mate van betrokkenheid resulteert dus in een grondigere verwerking van de informatie in de boodschap. De perifere route treedt op bij een lage betrokkenheid, waar verandering in attitude optreedt doordat positieve of negatieve perifere cues (signalen) met het merk geassocieerd worden (Petty et al., 1983). Hier besteedt de consument geen aandacht aan de argumenten in de boodschap, maar wordt beïnvloed door andere factoren uit de boodschap, zoals de kleuren en vormgeving. Producten kunnen aan de hand van de FCB-grid worden opgedeeld in hoog betrokken producten en laag betrokken producten. Het FCB-grid (Vaughn, 1986) bestaat uit vier kwadranten waarin verschillende soorten productgroepen kunnen worden geplaatst, afhankelijk van de mate van betrokkenheid en de mate waarin het product cognitief of affectief is (zie figuur 1). Producten van bepaalde merken kunnen dus worden opgedeeld in hoog betrokken producten, die aangeschaft worden op basis van rationele gedachten, hoog betrokken producten die aangeschaft worden op basis van gevoel, laag betrokken producten die aangeschaft worden op basis van rationele gedachten en laag betrokken producten die aangeschaft worden op basis van gevoel (Vaughn, 1986). Figuur 1: FCB-grid (Vaughn, 1986) 10

11 Uit onderzoek naar celebrity endorsement is gebleken dat de mate van merkbetrokkenheid invloed heeft op de mate waarin het imago van de beroemdheid invloed heeft op de attitude ten opzichte van het merk (Petty et al., 1983). Bij advertenties voor een product met lage betrokkenheid had het imago van de beroemdheid een sterke invloed op de attitude ten opzichte van het merk, terwijl in advertenties voor producten met een hoge betrokkenheid het imago van de beroemdheid geen invloed had op de attitude ten opzichte van het merk (Gwinner & Eaton, 1999). Omdat het imago van de beroemdheid als een perifere cue gezien wordt, zal deze van invloed zijn bij de verwerking van een advertentie met een laag betrokken product, maar niet zozeer bij de verwerking van een advertentie met een hoog betrokken product. De consument is in het laatste geval immers r gericht op inhoudelijke informatie. Als men deze bevindingen als uitgangspunt neemt, kan verondersteld worden dat het imago een grotere invloed zal hebben op de attitude ten opzichte van het merk bij laag betrokken producten dan bij hoog betrokken producten. Dit leidt tot de laatste hypothese: H2: Het effect van imago van het goede doel op de attitude ten opzichte van het merk is kleiner bij producten met een hoge merkbetrokkenheid dan bij producten met een lage merkbetrokkenheid. 2.5 Conceptueel model Op basis van eerdere theorieën is het conceptueel model (zie figuur 2) ontwikkeld. De onderzoeksvraag en hypothesen worden weergegeven in dit conceptueel model. In hoofdstuk 3 wordt beschreven hoe dit model wordt onderzocht. Figuur 2: Conceptueel model 11

12 3. Methode De onderzoeksmethode die in dit onderzoek gehanteerd werd om de onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden, is een online experiment waarbij het imago van het goede doel op twee manieren werd gemanipuleerd. Er is gebruik gemaakt van een 2 (imago goed doel: positief vs. negatief) x 2 (merkbetrokkenheid: hoog vs. laag) between-subjects design. De respondenten zijn willekeurig toegewezen aan één van de vier condities: 1. De eerste groep kreeg een advertentie met een boodschap over een goed doel met een positief imago en een hoog betrokken merk. 2. De tweede groep kreeg dezelfde boodschap met positief imago en een laag betrokken merk. 3. De derde groep kreeg een advertentie met een boodschap over een goed doel met een negatief imago en een hoog betrokken merk. 4. De vierde groep kreeg ook deze boodschap met een negatief imago en een laag betrokken merk. 3.1 Pre-testen Voorafgaande aan dit experiment zijn twee pre-testen uitgevoerd (zie bijlage 4 & 5). In de eerste pre-test is onder 8 studenten onderzocht in welke mate de respondenten betrokken waren met verschillende merken. In totaal zijn er voor de pre-test zes merken geselecteerd; Apple, Prodent, Dreft, HTC, Interpolis en Page. Alle merken varieerden in type product (e.g. elektronica, schoonmaakmiddelen, wc-papier, verzekeringen, tandpasta) om een zo breed mogelijk spectrum aan merken voor te leggen en vervolgens te analyseren. Er is voor gekozen om alleen producten te gebruiken uit de kwadranten uit het FCB-grid die op basis van rationele informatie aangeschaft worden, omdat de producten die op basis van gevoel worden aangeschaft vaak verschillen per sekse. Voorbeelden uit literatuur over producten die op basis van gevoel worden aangeschaft zijn parfum, sportwagens en kleding (Vaughn, 1986). Als bijvoorbeeld onderzoek gedaan wordt naar de betrokkenheid van parfum, moeten twee verschillende advertenties worden gemaakt: één voor vrouwelijke parfum en één voor mannelijke parfum. Om dit te voorkomen is van te voren besloten om alleen producten te gebruiken die op basis van rationele informatie worden aangeschaft. Uit de pre-test bleek dat het merk Prodent door de respondenten werd waargenomen als het st laag betrokken merk en dat het merk Apple werd waargenomen als het st hoog betrokken merk (zie de resultaten in bijlage 2). Ook is in deze pre-test gekeken of de boodschap bij de advertentie over het imago van 12

13 het goede doel het waargenomen imago positief of negatief beïnvloedt (zie de resultaten in bijlage 2). Er is gebruik gemaakt van een fictief goed doel om zo eventuele externe factoren en eerdere ervaringen met het goede doel geen rol te laten spelen in dit onderzoek. Deze pretest nam ongeveer 8 minuten in beslag. In de tweede pre-test werd gemeten of de attitude ten opzichte van de geselecteerde advertenties positief of negatief is. De attitude ten opzichte van een advertentie werd gezien als de mate waarin een persoon een positieve of negatieve houding ten opzichte van een advertentie heeft (Haley & Baldinger, 1993). De attitude ten opzichte van de advertentie beïnvloedt de attitude ten opzichte van het merk (Burke & Edell, 1989). De attitude ten opzichte van de advertentie is daarom belangrijk om te meten. De tweede pre-test nam ongeveer 3 minuten in beslag (zie bijlage 3 voor de resultaten van de pre-test). 3.2 Procedure Voor het experiment zijn als stimulus materiaal twee verschillende printadvertenties gebruikt: van een fictief goed doel en een bestaand merk, met twee verschillende bijbehorende boodschappen over het goede doel (zie bijlage 1). De advertentie is gericht op het samenwerkingsverband tussen een merk en een goed doel. De ontworpen advertenties verschilden qua opmaak niet van elkaar. Er zat alleen een verschil in het merk en het product. In de alle advertenties staat de tekst: Koop product x van merk y en steun de kinderen in Afrika met SteunAfrikaNu. Aan de advertentie zat een tekst gekoppeld die het imago van het fictieve goede doel beschreef (zie bijlage 1). De respondenten werden benaderd via (n = 80) en Facebook. Er werd aan de respondenten gevraagd om een online vragenlijst in te vullen. In deze of in het bericht op Facebook stond een link naar de online enquête. Er werd niet aangegeven waar onderzoek naar gedaan werd of wat het onderwerp van dit onderzoek was. Hier is voor gekozen, zodat respondenten zo objectief mogelijk blijven. In de introductie werd vermeld dat de respondenten geheel anoniem bleven en dat ze elk moment konden stoppen met dit onderzoek. Van de 217 respondenten hebben 186 respondenten de vragenlijst compleet ingevuld. Eerst werd de respondenten naar hun demografische gegevens gevraagd, zoals leeftijd, opleiding en geslacht. Daarna werden de respondenten blootgesteld aan één van de twee merken. Aan de hand van een logo werd de respondent gevraagd of ze bekend waren met dit merk. De respondenten moeten immers bekend zijn met het merk om een imago van of attitude t.o.v. het merk gevormd te kunnen hebben. Ook werd de respondenten gevraagd wat 13

14 de attitude is ten opzichte van het merk, hun merkbetrokkenheid, en er werd gevraagd naar hun koopgedrag in het verleden. Hierna kregen de respondenten de advertentie en de tekst te zien. Nadat de respondenten de advertentie gezien hadden, werd als manipulatie-check gemeten of de respondenten inderdaad een negatief/positief imago van het goede doel waarnamen. Vervolgens werden de attitude en de koopintentie ten opzichte van het merk gemeten. Het online experiment nam ongeveer 9 minuten in beslag. 3.3 Meetinstrumenten De onafhankelijke en afhankelijke variabelen zijn door middel van verschillende tschalen geoperationaliseerd. Hieronder zal kort uiteengezet worden hoe deze variabelen zijn gemeten. Imago In dit onderzoek wordt het imago van het goede doel gemeten aan de hand van een algemene imagoschaal, ontwikkeld door O Keefe (1990). Imago kan volgens deze imagoschaal worden ingedeeld in drie verschillende categorieën: aantrekkelijkheid, betrouwbaarheid en deskundigheid. Deze dimensies worden ook gebruikt in de Source Credibility Scale zoals opgesteld door Erdogan (1999). Iedere categorie van het imago van het goede doel is met een schaal door middel van vijf items gemeten, wat een totaal van vijftien items voor de totale algemene imagoschaal betekent (O Keefe,1990). Alle items waren te beantwoorden met een zevenpunts Likertschaal. Een voorbeeld van een vraag die in dit onderzoek gesteld is om het overkoepelende construct betrouwbaarheid te meten: Ik vind een eerlijk goed doel. Een voorbeeld van een vraag die in dit onderzoek gesteld is om deskundigheid te meten is: Ik vind een bekwaam goed doel. Een voorbeeldvraag voor deze categorie aantrekkelijkheid is: Ik vind een sympathiek goed doel. Hoe hoger iemand scoort op deze variabele, des te beter het imago van het goede doel is. De som score is berekend door de scores van de items bij elkaar op te tellen en te delen door vijftien. Merkbetrokkenheid De merkbetrokkenheid van de proefpersoon wordt gemeten aan de hand van vijf items die beantwoord kunnen worden op een 7-punts Likert schaal (1 = helemaal, 7 = helemaal eens). De items voor deze variabele zijn afgeleid van de Personal Involvement Inventory scale van Zaichkowsky (1985). De respondenten kunnen aangeven in hoeverre het merk belangrijk voor hen is, in hoeverre zij zich kunnen identificeren met het product, of het product van waarde voor hen is, of het product veel voor hen betekent en of zij zich betrokken 14

15 voelen bij het product. Hoe hoger iemand scoort op deze variabele, des te r de respondent betrokken is bij het merk. De som score is berekend door de scores van de items bij elkaar op te tellen en te delen door vijf. Attitude De eerste afhankelijke variabele die in dit onderzoek gemeten wordt, is de attitude van de respondent ten opzichte van het merk. Deze wordt gemeten aan de hand van de vraag hoe de respondenten het merk beoordelen. Deze vraag wordt gemeten aan de hand van vier items (negatief positief, slecht goed, onprettig prettig, ongunstig gunstig) die op een 7-punts Likert schaal beantwoord kunnen worden (1 = helemaal, 7 = helemaal eens). De items voor deze variabele zijn afgeleid van het onderzoek van Spears en Singh (2004). Hoe hoger iemand scoort op deze variabele des te beter is de attitude van die persoon ten opzichte van het merk. De som score is berekend door de scores van de items bij elkaar op te tellen en te delen door vier. Koopintentie De tweede afhankelijke variabele in dit onderzoek is de koopintentie van de proefpersoon. Deze wordt gemeten aan de hand van drie items die beantwoord kunnen worden op een 7- punts Likert schaal (1 = helemaal, 7 = helemaal eens). De proefpersonen kunnen op deze schaal aangeven in hoeverre zij na het zien van de advertentie eerder geneigd zijn dit merk te kopen dan een ander merk, hoe groot zij de kans achten dat zij binnenkort een product van dit merk aan zullen schaffen en in hoeverre zij de intentie hebben om binnenkort een product van dit merk aan te schaffen. De gebruikte items zijn afgeleid van de onderzoeken van Hajjat (2003) en Chang (2008). Hoe hoger iemand scoort op deze variabele, des te hoger is de koopintentie om het product te kopen. De som score is berekend door de scores van de items bij elkaar op te tellen en te delen door drie. Demografische variabelen De volgende demografische variabelen van de respondenten zijn gemeten: leeftijd, geslacht en opleidingsniveau. Attitude ten opzichte van de advertentie De attitude ten opzichte van de advertentie wordt gemeten aan de hand van tien items die beantwoord kunnen worden op een 7-punts Likert schaal (1 = helemaal, 7 = 15

16 helemaal eens). De items voor deze variabele zijn afgeleid van het onderzoek van Burke en Edell (1989). De respondenten kunnen aangeven in hoeverre de advertentie goed is, aangenaam, gunstig, betrouwbaar, geloofwaardig, iets voor mij, informatief, interessant, echt en waardevol is (Burke & Edell, 1989). Hoe hoger iemand scoort op deze variabele, des te positiever is de attitude van die persoon ten opzichte van de advertentie. De som score is berekend door de scores van de items bij elkaar op te tellen en te delen door tien. Bekendheid en koopgedrag uit het verleden Er wordt onderzocht in hoeverre de respondent bekend is met het merk op een 7-punts schaal (1 = helemaal bekend, 7 = helemaal onbekend). Tevens wordt gevraagd naar het eerdere koopgedrag van het betreffende merk. Voor Apple is het een 5-punts schaal die loopt van 1 = afgelopen maand, 5 = afgelopen 5 jaar en voor Prodent is het een 5-punts schaal die loopt van 1 = Afgelopen week, 5 = afgelopen jaar. Voor beide producten is de schaal op andere tijdseenheden gebaseerd. Hier is voor gekozen omdat men vaker tandpasta koopt dan een computer. Hoe lager iemand scoort op deze variabele, des te bekender de respondent is met het merk. 3.4 Data-analyse Nadat de vragenlijsten zijn ingevuld door het benodigd aantal respondenten worden de resultaten in SPSS verwerkt en geanalyseerd. De onderzoeksvraag is gemeten aan de hand van een independent samples t-toets. De eerste hypothese is gemeten aan de hand van een lineaire regressie-analyse en de tweede hypothese is gemeten aan de hand van een ANCOVA. Om de manipulatiechecks uit te voeren zijn er twee independent samples t-toetsen uitgevoerd en om de controlevariabelen te nemen in het onderzoek is er voor ANCOVAs gekozen. 3.5 Schaalconstructie Om imago te meten is er gebruik gemaakt van een meting van 15 items met een zevenpunts Likertschaal (1=helemaal, 7 = helemaal eens). De factoranalyse toont aan dat alle items van dit construct op 1 factor laden (EV = 11.34; R² =.76). De schaal om de attitude te meten bleek betrouwbaar ( =.98). Om attitude te meten is er gebruik gemaakt van meting van vier items met een zevenpunts Likertschaal (1=helemaal, 7 = helemaal eens). De factoranalyse toont aan dat alle items van dit construct op 1 factor laden (EV = 3.62; R² =.90). Deze items zijn betrouwbaar ( =.96) 16

17 De koopintentie werd gemeten aan de hand van drie items met een 7-punts schaal (1= geen voorkennis, 7= veel voorkennis). De factoranalyse toont aan dat alle items van dit construct op 1 factor laden (EV = 2.25; R² =.75). Koopintentie is met een betrouwbare schaal gemeten ( =.83) Betrokkenheid werd gemeten aan de hand van vijf items met een zevenpunts Likertschaal (1=helemaal, 7 = helemaal eens). De factoranalyse toont aan dat alle items van dit construct op 1 factor laden (EV = 4.26; R² =.85). De schaal om merkbetrokkenheid te meten bleek betrouwbaar te zijn ( =.97). 17

18 4. Resultaten Aan de hand van de onderzoeksvraag en twee hypothesen uit dit onderzoek wordt er antwoord gegeven op de hoofdvraag die binnen dit onderzoek centraal staat. 4.1 Respondenten In totaal hebben 168 respondenten deelgenomen aan het onderzoek. Hiervan zijn 164 respondenten geschikt voor gebruik, omdat vier van de respondenten niet bekend waren met het merk waar zij geconfronteerd werden. De proefpersonen hadden een gemiddelde leeftijd van 22,98 jaar (SD = 2.95). De onderzoeksgroep bestond uit 67 mannen en 97 vrouwen. Het grootste deel van de respondenten is hoog opgeleid, 49,4 % heeft een WO opleiding afgerond en 20,7% heeft een HBO opleiding afgerond. 4.2 Manipulatiecheck Voordat er uitspraken gedaan kunnen worden over de resultaten moeten eerst een aantal manipulatiechecks worden uitgevoerd. Ten eerste wordt er een manipulatiecheck uitgevoerd om te kijken of het imago van het goede doel wel echt als positief of negatief wordt waargenomen. Uit de resultaten blijkt het verschil tussen een positief imago (n = 83; M = 4.63, SD =.77) en een negatief imago (n = 81; M = 2.73, SD =.94) significant (t(162) = , p < 0.01, eenzijdig). De imago-manipulatie is dus geslaagd. Ten tweede wordt er een manipulatiecheck uitgevoerd om te controleren of merkbetrokkenheid significant van elkaar verschilt. Hieruit blijken de conditie van hoge merkbetrokkenheid (n = 84; M = 4.41, SD = 1.25) en de conditie van lage merkbetrokkenheid (n = 80; M = 1.91, SD =.75) significant van elkaar te verschillen (t(137,08) = , p<.01, eenzijdig). De merkbetrokkenheidsmanipulatie is dus geslaagd. 4.3 Controlevariabelen Er is gecontroleerd voor de attitude ten opzicht van de advertentie, eerder koopgedrag, mate van bekendheid met het merk, geslacht, leeftijd en hoogst genoten afgeronde opleiding. Er moet worden gekeken of deze controlevariabelen tussen de condities verschillen. Uit de resultaten blijkt dat de leeftijd niet significant verschilt per conditie (F (3,160) =.37, p =.77). Geslacht verschilt ook niet significant per conditie (χ² (3, N = 164) = 5.01, p =.17). De controlevariabele hoogst genoten opleiding verschilt ook niet significant per conditie (χ² (21, N = 164) = 21.18, p =.27). De mate van bekendheid verschilt ook niet per conditie (F (3,160) = 2.13, p =.10). De attitude ten opzichte van de advertentie verschilt ook niet significant per 18

19 conditie (F (3,160) = 1.71, p =.17). En de laatste controlevariabele koopgedrag in het verleden verschilt ook niet significant per conditie (F (3,160) = 1.11, p =.35). Hieruit blijkt dat de randomisatie succesvol is. Om te onderzoeken of de controlevariabelen moeten worden genomen in de analyses om de hypothesen te toetsen worden er correlatietoetsen uitgevoerd. Hier wordt onderzocht of er samenhang bestaat tussen de controlevariabelen en de afhankelijke variabelen. De eerste controlevariabele 'leeftijd' hangt niet significant samen met de attitude en koopintentie ten opzichte van het merk: de afhankelijke variabelen (zie tabel 1). De tweede controlevariabele 'geslacht' hangt ook niet significant samen met attitude en koopintentie ten opzichte van het merk. De derde controlevariabele 'hoogst genoten opleiding' hangt ook niet significant samen met attitude en koopintentie ten opzichte van het merk. De vierde controlevariabele de mate van bekendheid met het merk (M = 6.13, SD =.87), heeft ook geen significante samenhang met de attitude ten opzichte van het merk, maar wel met de koopintentie. De vijfde controlevariabele, 'de attitude ten opzichte van de advertentie' (M = 3.32, SD =.90), heeft wel een significante samenhang met de attitude en koopintentie ten opzichte van het merk. Ook de laatste controlevariabele koopgedrag in het verleden (M = 3.52, SD = 1.23), hangt significant samen met de attitude en koopintentie ten opzichte van het merk. De laatste drie controlevariabelen moeten dus wel worden genomen bij het toetsen van de hypothesen. Tabel 1 Samenhang tussen controle variabelen en afhankelijke variabelen Attitude Koopintentie Leeftijd Geslacht Hoogst genoten opleiding Bekendheid ** Attitude t.o.v. advertentie Koopgedrag verleden.17** -0.25** -.52** -.22** ** p < 0.01 level. 19

20 Tabel 2 De gemiddeldes en standaarddeviaties van de afhankelijke en onafhankelijke variabelen Conditie 1 (N = 41) Conditie 2 (N = 39) Conditie 3 (N = 42) Conditie 4 (N = 42) Attitude 4.83 (1.31) 3.65 (1.55) 4.92 (1.40) 4.27 (1.59) Koopintentie 3.48 (1.81) 3.06 (1.49) 3.49 (1.71) 2.82 (1.69) Merkbetrokkenheid 1.92 (0.75) 1.89 (0.83) 4.57 (1.29) 4.26 (1.20) Imago 4.69 (0.84) 2.74 (0.90) 4.57 (0.70) 2.71 (0.99) 4.4 Resultaten hypothesen Onderzoeksvraag 1 had betrekking op de vraag of de attitude ten opzichte van een merk positiever is bij een positief imago van een goed doel dan bij een negatief imago van een goed doel. Uit de resultaten bleek dat een positief imago van een goed doel significant zorgt voor een positievere attitude ten opzichte van het merk dan een negatief imago (t(162) = p <.01, eenzijdig). Hieruit blijkt dat de eerste onderzoeksvraag als volgt kan worden beantwoord: een positief imago van een goed doel zorgt voor een r positieve attitude ten opzichte van het merk en een negatief imago van een goed doel zorgt voor een r negatieve attitude ten opzichte van het merk. Tabel 3 Attitude ten opzichte van het merk en imago goed doel Imago goed doel M SD Positief imago (N = 83) Negatief imago (N = 81) Hypothese 1 stelde: hoe positiever de attitude ten opzichte van het merk, des te groter de koopintentie. Uit de resultaten blijkt dat attitude ten opzichte van een merk een significante voorspeller is van koopintentie ( =.56; t = 8.57, p <.001). De attitude ten opzichte van het merk verklaarde ook een significant deel van de variantie in de scores van koopintentie R² =.31, F(1,162) = 73.39, p <.001. Uit deze resultaten blijkt dat de eerste hypothese kan worden aangenomen. 20

21 Tabel 4 Gemiddelde en standaarddeviatie van attitude en koopintentie M SD Attitude Koopintentie Hypothese 2 stelde dat het effect van het imago van het goede doel op de attitude ten opzichte van het merk kleiner is bij consumenten met een hoge merkbetrokkenheid dan bij consumenten met een lage merkbetrokkenheid. Uit de resultaten blijkt dat merkbetrokkenheid geen modererende invloed heeft op het effect van het imago van het goede doel op de attitude ten opzichte van een merk (F(1,158) = 2.47, p =.12). Hypothese 2 moet dus worden verworpen. Merkbetrokkenheid heeft wel ook geen significant effect op de attitude ten opzichte van het merk (F(1,158) = 2.63, p =.11). 21

22 5. Conclusie en discussie In het huidige onderzoek is gekeken of het imago van het goede doel, positief of negatief, invloed heeft op attitude en koopintentie ten opzichte van het merk. Als een merk een samenwerking aangaat met een goed doel binnen CRM, is het van belang dat deze samenwerking zorgt voor een positievere attitude en een toename in koopintentie. Hiernaast is er gekeken of betrokkenheid een rol speelt in de relatie tussen het imago van het goede doel op de attitude en koopintentie aangaande een merk. De hoofdvraag in dit onderzoek was dan ook: In hoeverre heeft het imago van het goede doel in CRM invloed op de attitude en koopintentie van de consument aangaande een merk, en in hoeverre speelt merkbetrokkenheid hierbij een rol? Om antwoord te krijgen op deze hoofdvraag zijn er een onderzoeksvraag en twee hypothesen opgesteld. Deze onderzoeksvraag en hypothesen zijn getoetst aan de hand van een online experiment. Uit eerdere literatuur blijkt dat een imago invloed kan hebben op de attitude (Brown & Dacin, 1997; Percy & Rossiter, 1992; McCracken, 1989l; Choi & Rifon, 2007). In dit onderzoek werd onderzocht of deze invloed ook bestaat tussen een imago van een goed doel en een attitude ten opzichte van een merk. De onderzoeksvraag luidde dan ook of de attitude ten opzichte van een merk positiever is bij een positief imago van een goed doel dan bij een negatief imago van een goed doel. Uit de resultaten blijkt inderdaad dat een positief imago van een goed doel zorgt voor een r positieve attitude ten opzichte van het merk en dat een negatief imago van een goed doel zorgt voor een r negatieve attitude ten opzichte van het merk. Dit resultaat komt overeen met de aannames die gedaan werden aan de hand van soortgelijke onderzoeken over een merkimago, een imago van een organisatie en een imago van een beroemdheid in celebrity endorsement. Het imago van het goede doel is dus een belangrijke factor in het proces van CRM want het imago van het goede doel heeft een invloed op de attitude ten opzichte van het merk. Hiernaast werd er op grond van de Theory of Planned Behavior verwacht dat de attitude invloed heeft op de koopintentie (Ajzen, 1991). De eerste hypothese binnen dit onderzoek stelde dat, hoe positiever de attitude is ten opzichte het merk, des te groter de intentie tot het kopen van het merk. Deze eerste hypothese kan aan de hand van de resultaten worden bevestigd. Attitude ten opzichte van een merk is een significante voorspeller van koopintentie. Hoe positiever de attitude des te groter de koopintentie. De tweede hypothese stelde dat merkbetrokkenheid een modererende invloed heeft op het hoofdeffect tussen het imago van het goede doel en de attitude ten opzichte van het merk. Uit onderzoek naar celebrity endorsement, waarin het samenwerkingsverband tussen een 22

23 beroemdheid en een merk werd onderzocht, bleek dat bij laag betrokken merken het imago van een beroemdheid r invloed had op de attitude ten opzichte van het merk dan bij merken met een hoge betrokkenheid (Petty et al., 1983). Op basis van deze theorie werd dan ook verwacht dat het effect van imago van het goede doel op de attitude ten opzichte van het merk kleiner is bij producten met een hoge merkbetrokkenheid dan bij producten met een lage merkbetrokkenheid. De resultaten van dit onderzoek laten zien, dat er geen significant effect is van merkbetrokkenheid op het effect van het imago van het goede doel op de attitude ten opzichte van het merk. Voor de invloed van het imago van het goede doel is geen significant verschil gevonden bij merken met een hoge betrokkenheid en merken met een lage betrokkenheid. Voor commerciële organisaties geeft dit aan dat voor elke merk dat ze aanbieden binnen CRM, met een hoge of lage merkbetrokkenheid, het imago van het goede doel in gelijke mate van invloed kan zijn op de attitude ten opzichte van het merk. Het onderzoek in deze scriptie toont aan dat het imago van het goede doel invloed heeft op de attitude ten opzichte van het merk en dat attitude ten opzichte van het merk een directe invloed heeft op koopintentie. De attitude en koopintentie aangaande een merk zijn belangrijke voorspellers van het gedrag van de consument (Ajzen, 1991). Daarom is het belangrijk dat deze twee variabelen positief worden beïnvloed in het proces van CRM. Niet bewezen is dat merkbetrokkenheid een rol speelt in de relatie tussen het imago van het goede doel en de attitude ten opzichte van het merk. Discussie Het huidige onderzoek kent een aantal beperkingen. De eerste beperking is dat alleen onderzoek is gedaan onder hoogopgeleide studenten. Dit zorgt ervoor dat de resultaten niet representatief zijn voor de gehele bevolking. Eerder onderzoek heeft aangetoond dat jonge consumenten r ethisch gedrag uitvoeren dan oudere consumenten (Anderson & Cunningham, 1968). Het is daarom interessant om deze bevindingen te testen onder een r homogene groep. Ten tweede is er alleen onderzoek gedaan onder twee verschillende producten: een computer en tandpasta. De keuze voor deze productgroepen is gebaseerd op de resultaten van de pre-test binnen dit onderzoek en het FCB-grid (Vaughn, 1986). Deze keuze kan een mogelijk effect hebben op de generaliseerbaarheid van de resultaten van dit onderzoek voor andere productgroepen. Om de generaliseerbaarheid van dit onderzoek te vergroten, kan er onderzoek gedaan worden naar rdere productgroepen. Hiernaast is er in dit onderzoek alleen gekeken naar de merken Apple en Prodent. Voor de generaliseerbaarheid van dit 23

24 onderzoek zouden er r merken kunnen worden onderzocht. Het kan immers zo zijn dat de consument zich niet betrokken voelt met het merk Apple, maar wel met andere merken die computers aanbieden. Tevens zouden er voor vervolgonderzoek verschillende advertenties kunnen worden gebruikt waar ook wordt gelet op de fit tussen het goede doel en het merk. Fit blijkt namelijk een belangrijke invloed uit te oefenen binnen CRM (Pracejus & Olsen, 2004). Waargenomen fit, tussen het merk en het goede doel, is de mate waarin een consument de samenwerking als passend ervaart. Het draait dus om de waargenomen relatie tussen een nonprofit organisatie en een commerciële organisatie binnen CRM (Cramer, 2005). Deze fit kan invloed uitoefenen op de attitude en koopintentie ten opzichte van het merk (Nan & Heo, 2007; Pracejus & Olsen, 2004). Daarom is dit een belangrijke factor die genomen kan worden in verder onderzoek naar de invloed van het imago van het goede doel binnen CRM. In het huidige onderzoek is er geen aandacht besteedt aan fit tussen merk en goed doel in de advertentie. Dit zou van invloed kunnen zijn op de verkregen resultaten. Het laatste belangrijke punt dat invloed kan hebben gehad op dit onderzoek is dat de tijd tussen de blootstelling aan de CRM-advertenties en de meting van attitude en koopintentie ten opzichte van het merk relatief kort was. Het zou interessant zijn om te onderzoeken in hoeverre het imago van het goede doel nog steeds een effect heeft op attitude en koopintentie als er getest wordt op verschillende tijden tussen blootstelling aan de advertentie en de meting van attitude en koopintentie ten opzichte van het merk. De reden van de wetenschappelijke relevantie van dit onderzoek is gelegen in het feit dat deze theoretische onderbouwing als uitgangspunt kan dienen voor vervolgonderzoek naar het beschreven onderwerp. Dit onderzoek hoopt dan ook een uitgangspunt te vormen voor verdere uitwerkingen van deze theoretische onderbouwing. Dit onderzoek heeft de kennis opgeleverd dat het imago van een goed doel van invloed kan zijn op de attitude en de koopintentie. Commerciële organisaties zullen met deze kennis in hun achterhoofd, kritischer gaan zijn wat betreft de goede doelen waar ze gaan samenwerken. Alleen als het goede doel een positief imago heeft, zal een commerciële organisatie er willen samenwerken in CRM. Natuurlijk is een positief imago geen complete garantie voor daadwerkelijk ethisch juist handelen aan de kant van het goede doel, maar het is in ieder geval een goed startpunt. Vervolgonderzoek naar de invloed van het imago van het goede doel in CRM is dus geboden. 24

25 6. Literatuur Adkins, S. (1999). Cause related marketing. Routledge. Ajzen, I. (1991). The theory of planned behavior. Organizational behavior and human decision processes, 50(2), Ajzen, I., & Madden, T. J. (1986). Prediction of goal-directed behavior: Attitudes, intentions, and perceived behavioral control. Journal of Experimental Social Psychology, 22(5), Angelidis, J.P., & Ibrahim, N.A. (1993). Social demand and corporate strategy: a corporate social responsibility model. Review of Business, 15(1), Barone, M. J., Miyazaki, A. D., & Taylor, K. A. (2000). The influence of causerelated marketing on consumer choice: does one good turn deserve another? Journal of the Academy of Marketing Science, 28(2), Berglind, M., & Nakata, C. (2005). Cause-related marketing: More buck than bang? Business Horizons, 48(5), Broderick, A., Jogi, A., & Garry, T. (2003). Tickled pink: the personal meaning of cause related marketing for customers. Journal of Marketing Management, 19(5-6), Brønn, P. S., & Vrioni, A. B. (2001). Corporate social responsibility and cause-related marketing: an overview. International Journal of Advertising, 20(2), Burke, M. C., & Edell, J. A. (1989). The impact of feelings on ad-based affect and cognition. Journal of Marketing Research, 26(1) ( Chang, H. H., & Chen, S. W. (2008). The impact of online store environment cues on purchase intention: Trust and perceived risk as a mediator. Online Information Review, 32(6), Choi, S., & Rifon, N. J. (2007). Who is the celebrity in advertising? Understanding dimensions of celebrity images. The Journal of Popular Culture,40(2), Erdogan, B. Z. (1999). Celebrity endorsement: a literature review. Journal of Marketing Management, 15(4), Fishbein, M., & Ajzen, I. (2010). Predicting and changing behavior: The reasoned action approach. New York: Psychology Press. Gwinner, K. P., & Eaton, J. (1999). Building brand image through event sponsorship: the role of image transfer. Journal of Advertising, 28(4), Hajjat, D. M. M. (2003). Effect of cause-related marketing on attitudes and purchase intentions: the moderating role of cause involvement and donation size. Journal 25

26 of Nonprofit & Public Sector Marketing, 11(1), Haley, R. I., & Baldinger, A. L. (2000). The ARF copy research validity project. Journal of Advertising Research, 40(6), Hoeffler, S., & Keller, K. L. (2002). Building brand equity through corporate societal marketing. Journal of Public Policy & Marketing, 21(1) Keller, K.L. (1993). Conceptualizing, Measuring and Managing Customer-Based Brand Equity. The Journal of Marketing, 57(1), Li, H., Daugherty, T., & Biocca, F. (2002). Impact of 3-D advertising on product knowledge, brand attitude, and purchase intention: The mediating role of presence. Journal of Advertising, 31(3), McCracken, G. (1989). Who is the celebrity endorser? Cultural foundations of the endorsement process. Journal of Consumer Research, 16(3), Meenaghan, T., & Shipley, D. (1999). Media effect in commercial sponsorship. European Journal of Marketing, 33(3/4), Mohr, L. A., Webb, D. J., & Harris, K. E. (2001). Do consumers expect companies to be socially responsible? The impact of corporate social responsibility on buying behavior. Journal of Consumer Affairs, 35(1), Nan, X., & Heo, K. (2007). Consumer responses to corporate social responsibility (CSR) initiatives: examining the role of brand-cause fit in cause-related marketing. Journal of Advertising, 36(2), NOS: Weinig geld Pink Ribbon naar onderzoek, (2011). Retrieved from O'Keefe, J. (1990). A computational theory of the hippocampal cognitive map. Progress in Brain Research, 83, Ohanian, R. (1991). The impact of celebrity spokespersons perceived image on consumers intention to purchase. Journal of Advertising Research, 31(1), Percy, L., & Rossiter, J. R. (1992). A model of brand awareness and brand attitude advertising strategies. Psychology & Marketing, 9(4), Petty, R. E., Baker, S. M., & Gleicher, F. (1991). Attitudes and drug abuse prevention: Implications of the elaboration likelihood model of persuasion. Persuasive Communication and Drug Abuse Prevention, 3(4), Petty, R. E., Cacioppo, J. T., & Schumann, D. (1983). Central and peripheral routes to advertising effectiveness: The moderating role of involvement. Journal of 26

27 Consumer Research, 10(2), Podnar, K., & Golob, U. (2007). CSR expectations: the focus of corporate marketing. Corporate Communications: An International Journal, 12(4), Pracejus, J. W., & Olsen, G. D. (2004). The role of brand/cause fit in the effectiveness of cause-related marketing campaigns. Journal of Business Research, 57(6), Spears, N., & Singh, S. N. (2004). Measuring attitude toward the brand and purchase intentions. Journal of Current Issues & Research in Advertising, 26(2), Trimble, C. S., & Rifon, N. J. (2006). Consumer perceptions of compatibility in cause-related marketing messages. International Journal of Nonprofit and Voluntary Sector Marketing, 11(1), Van den Brink, D., Odekerken-Schröder, G., & Pauwels, P. (2006). The effect of strategic and tactical cause-related marketing on consumers' brand loyalty. Journal of Consumer Marketing, 23(1), Varadarajan, P.R., & Menon, A. (1988). Cause-related marketing: a coalignment of marketing strategy and corporate philanthropy. Journal of Marketing, 52(3), Zaichkowsky, J. L. (1985). Measuring the involvement construct. Journal of Consumer Research, 12(3),

28 7. Bijlagen 1. Gebruikt materiaal Advertenties Advertentie Prodent Advertentie Apple Teksten Positief imago SteunAfrikaNu is een goed doel dat klaarstaat voor kinderen in Afrika. Zij verzorgen voeding en medicatie voor kinderen onder de 18 jaar. Het aantal donaties voor dit goede doel groeit enorm. Dit komt omdat de vriendelijke medewerkers goed weten welke hulp de kinderen in Afrika nodig hebben. SteunAfrikaNu heeft voedingsdeskundigen en artsen in dienst die gaan naar Afrika om hulp te bieden. Wanneer u donateur wordt van dit goede doel, staan de medewerkers altijd open voor vragen en suggesties. Negatief imago SteunAfrikaNu is een goed doel dat klaarstaat voor kinderen in Afrika. Zij verzorgen voeding en medicatie voor kinderen onder de 18 jaar. Het aantal donaties voor dit goede doel blijft 28

29 laag. Dit komt omdat onvriendelijke medewerkers niet goed weten welke hulp de kinderen in Afrika nodig hebben. SteunAfrikaNu heeft vrijwillgers in dienst die gaan naar Afrika om hulp te bieden. Zij zijn nog op zoek naar deskundigen op het gebied van medische hulp en voeding. Wanneer u donateur wordt van dit goede doel, moet u goed uw best doen om de medewerkers te bereiken. 29

30 2. Uitkomsten pre-test deel 1 Tabel 1 Het gemiddelde en de standaarddeviatie van de betrokkenheid bij het merk Betrokkenheid merk M SD Prodent 2,85 1,35 Apple 5,22 1,59 Interpolis 3,65 1,21 Dreft 3,96 1,35 HTC 3,38 2,08 Page 3,71 1,50 Tabel 2 Het gemiddelde en de standaarddeviatie van het imago van het goede doel Imago goed doel M SD Positief imago 5,27 0,69 Negatief imago 2,89 1,15 3. Uitkomsten pre-test deel 2 Tabel 3 Het gemiddelde en de standaarddeviatie van de attitude ten opzichte van de advertentie Attitude t.o.v. AD M SD Apple AD1 3,18 0,86 Prodent AD1 3,11 0,81 Apple AD2 3,61 0,70 ProdentAD2 3,93 0,58 30

31 4. Pre-test deel 1 Beste lezer, Hartelijk dank voor het deelnemen aan dit vooronderzoek voor mijn afstudeerscriptie. Op de volgende pagina's ziet u een paar merken en teksten. Aan de hand van deze merken en teksten worden een aantal vragen gesteld. Uw antwoorden zijn anoniem en zullen vertrouwelijk worden behandeld. Deelname aan dit vooronderzoek zal maximaal 5 minuten duren. Zorg ervoor dat u de enquête volledig invult, want alleen volledig ingevulde enquêtes zijn bruikbaar voor mijn onderzoek. Voor vragen of opmerkingen kunt u mij mailen, blixa.jansen@student.uva.nl. Bij voorbaat dank! Met vriendelijke groet, Blixa Jansen Ik begrijp de bovenstaande tekst en ga akkoord met deelname aan het onderzoek. Akkoord (1) Wat is uw geslacht? Vrouw (1) Man (2) Wat is uw leeftijd? Wat is uw hoogst genoten opleiding? (afgerond of bezig) Basisonderwijs (1) MAVO/VMBO (2) HAVO (3) VWO (4) MBO (5) HBO (6) WO (7) 31

32 Geef aan in hoeverre u het eens bent met de volgende stellingen over Prodent Tandpasta Ik voel me betrokken bij Prodent (1) Prodent is belangrijk voor mij (2) Ik kan mij identificeren met Prodent (3) Prodent is voor mij van waarde (4) Prodent betekent veel voor mij (5) Helemaal (1) Mee (2) Click to write Column 1 Beetje (3) Geen mening (4) Beetje eens (5) Mee eens (6) Helemaal eens (7) 32

33 Geef aan in hoeverre u het eens bent met de volgende stellingen over Interpolis Ik voel me betrokken bij Interpolis (1) Interpolis is belangrijk voor mij (2) Ik kan mij identificeren met Interpolis (3) Interpolis is voor mij van waarde (4) Interpolis betekent veel voor mij (5) Helemaal (1) Mee (2) Click to write Column 1 Beetje (3) Geen mening (4) Beetje eens (5) Mee eens (6) Helemaal eens (7) 33

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars Management Summary Wat voor een effect heeft de vorm van een bericht op de waardering van de lezer en is de interesse in nieuws een moderator voor dit effect? Auteur Tessa Puijk Organisatie Van Diemen

Nadere informatie

Hoe marketingcommunicatie werkt

Hoe marketingcommunicatie werkt OHT 3.1 Hoe marketingcommunicatie werkt In dit hoofdstuk zul je het volgende leren: Hoe de hiërarchie van effecten de werking van communicatie kan beschrijven Het belang van attitudevorming voor het overtuigen

Nadere informatie

OM JEZELF TE BLIJVEN, MOET JE VERANDEREN (J. BRANSEN) CONCEPTUEEL ONTWERP. X Methoden van Organisatieonderzoek. Voorbereiding op de masterthesis

OM JEZELF TE BLIJVEN, MOET JE VERANDEREN (J. BRANSEN) CONCEPTUEEL ONTWERP. X Methoden van Organisatieonderzoek. Voorbereiding op de masterthesis OM JEZELF TE BLIJVEN, MOET JE VERANDEREN (J. BRANSEN) CONCEPTUEEL ONTWERP Voorbereiding op de masterthesis X Methoden van Organisatieonderzoek P a g i n a 1 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave... 0 1. Conceptueel

Nadere informatie

5701082 S. van den Putte

5701082 S. van den Putte Natascha Overbeek Voorstel 5701082 S. van den Putte 21-04-2011 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Theoretisch kader 6 2.1 Communicatiestrategieën 6 2.2 Koopintentie 8 3. Methode 12 3.1 Respondenten 12 3.2

Nadere informatie

Onderzoek naar de werving en het behoud van vrijwilligers toegepast op de theorie van Psychologisch Eigenaarschap.

Onderzoek naar de werving en het behoud van vrijwilligers toegepast op de theorie van Psychologisch Eigenaarschap. Onderzoek naar de werving en het behoud van vrijwilligers toegepast op de theorie van Psychologisch Eigenaarschap. Master thesis onderzoek van Mandy Ziel, Merel van der Mark & Chrisje Seijkens. Universiteit

Nadere informatie

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting xvii Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting Samenvatting IT uitbesteding doet er niet toe vanuit het perspectief aansluiting tussen bedrijfsvoering en IT Dit proefschrift is het

Nadere informatie

Effect publieksvoorlichting

Effect publieksvoorlichting Effect publieksvoorlichting Inleiding Om het effect van de voorlichtingsbijeenkomsten te kunnen meten is gevraagd aan een aantal deelnemers aan deze bijeenkomsten om zowel voorafgaand aan de voorlichting

Nadere informatie

MASTER THESIS. Cause related marketing:

MASTER THESIS. Cause related marketing: MASTER THESIS Cause related marketing: De invloed van mindset en bekendheid van goede doelen op de attitude ten opzichte van het doel, de merkattitude en de aankoopintentie Naam : Larissa Bergshoeff Studentnummer

Nadere informatie

Alcoholmerken en de sponsoring van evenementen

Alcoholmerken en de sponsoring van evenementen Alcoholmerken en de sponsoring van evenementen Een onderzoek naar evenementsponsoring door alcoholmerken en de invloed op de merkattitude en koopintentie van de consument. Yoeri Wegman 10479279 Werkgroep

Nadere informatie

ONDERZOEKSRAPPORT CONTENT MARKETING EEN ONDERZOEK NAAR DE BEHOEFTE VAN HET MKB IN REGIO TWENTE AAN HET TOEPASSEN VAN CONTENT MARKETING

ONDERZOEKSRAPPORT CONTENT MARKETING EEN ONDERZOEK NAAR DE BEHOEFTE VAN HET MKB IN REGIO TWENTE AAN HET TOEPASSEN VAN CONTENT MARKETING ONDERZOEKSRAPPORT CONTENT MARKETING EEN ONDERZOEK NAAR DE BEHOEFTE VAN HET MKB IN REGIO TWENTE AAN HET TOEPASSEN VAN CONTENT MARKETING VOORWOORD Content marketing is uitgegroeid tot één van de meest populaire

Nadere informatie

FACEBOOK. HYPE OF HEILIGE GRAAL?

FACEBOOK. HYPE OF HEILIGE GRAAL? FACEBOOK. HYPE OF HEILIGE GRAAL? WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK NAAR DE INVLOED VAN FACEBOOK OP DE RELATIE TUSSEN MERK EN MENS ENGAGEMENT OP FACEBOOK, HEEFT DAT NOU ZIN? Engagement. Als er één term is die

Nadere informatie

Natuur als reclamestrategie

Natuur als reclamestrategie Natuur als reclamestrategie Een experiment naar de invloed van natuur in advertenties op de perceptie van milieuvriendelijkheid, merkattitude en koopintentie. Afstudeerproject Bachelor Communicatiewetenschap

Nadere informatie

Het succes van merkextensies

Het succes van merkextensies Het succes van merkextensies De oorzaak van de gepercipieerde fit tussen merken en merkextensies van gezondheidsproducten en diensten Fabian Hogers, studentnummer: 10076808 Januari 2013 Bachelorthesis

Nadere informatie

FinQ Monitor van financieel bewustzijn en financiële vaardigheden van Nederlanders. Auteurs Jorn Lingsma Lisa Jager

FinQ Monitor van financieel bewustzijn en financiële vaardigheden van Nederlanders. Auteurs Jorn Lingsma Lisa Jager FinQ 2018 Monitor van financieel bewustzijn en financiële vaardigheden van Nederlanders Auteurs Jorn Lingsma Lisa Jager 14-1-2019 Projectnummer B3433 Achtergrond van de FinQ monitor Nederlanders in staat

Nadere informatie

MANTELZORG, GOED GEVOEL

MANTELZORG, GOED GEVOEL UITKOMSTEN ONDERZOEK: MANTELZORG, GOED GEVOEL Inhoud: Theorie & Vragen Methode Theoretische achtergrond: Mantelzorgers zijn iets minder gelukkig dan de rest van de bevolking (CBS, 2016). Mantelzorg brengt

Nadere informatie

De invloed van Vertrouwen, Relatietevredenheid en Commitment op Customer retention

De invloed van Vertrouwen, Relatietevredenheid en Commitment op Customer retention De invloed van Vertrouwen, Relatietevredenheid en Commitment op Customer retention Samenvatting Wesley Brandes MSc Introductie Het succes van CRM is volgens Bauer, Grether en Leach (2002) afhankelijk van

Nadere informatie

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving Onderzoeksopzet Marktonderzoek Klantbeleving Utrecht, september 2009 1. Inleiding De beleving van de klant ten opzichte van dienstverlening wordt een steeds belangrijker onderwerp in het ontwikkelen van

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited

Nadere informatie

[2012] Online hotel reviews. Yvette Dijkhof Masterthesis Universiteit van Amsterdam Scriptiebegeleider: Dr. ir. Peeter Verlegh

[2012] Online hotel reviews. Yvette Dijkhof Masterthesis Universiteit van Amsterdam Scriptiebegeleider: Dr. ir. Peeter Verlegh [2012] Online hotel reviews Yvette Dijkhof Masterthesis Universiteit van Amsterdam Scriptiebegeleider: Dr. ir. Peeter Verlegh Online hotel reviews Onderzoek naar positieve en negatieve online reviews over

Nadere informatie

Samenvatting onderzoek Bejegening van pleegouders in Zeeland Door Veerle de Leede In opdracht van Stichting Pleegoudersupport Zeeland

Samenvatting onderzoek Bejegening van pleegouders in Zeeland Door Veerle de Leede In opdracht van Stichting Pleegoudersupport Zeeland Samenvatting onderzoek Bejegening van pleegouders in Zeeland Door Veerle de Leede In opdracht van Stichting Pleegoudersupport Zeeland Beste pleegouder, U heeft aangegeven graag op de hoogte gehouden te

Nadere informatie

Huiswerk, het huis uit!

Huiswerk, het huis uit! Huiswerk, het huis uit! Een explorerend onderzoek naar de effecten van studiebegeleiding op attitudes en gedragsdeterminanten en de bijdrage van de sociale- en leeromgeving aan deze effecten Samenvatting

Nadere informatie

De invloed van celebrity endorsement in de marketingcommunicatie strategie van nieuwe producten

De invloed van celebrity endorsement in de marketingcommunicatie strategie van nieuwe producten De invloed van celebrity endorsement in de marketingcommunicatie strategie van nieuwe producten Onderzocht aan de hand van koopintentie ANR : 913255 Name : Martin Stam Begeleider : drs. P.M.A. (Petra)

Nadere informatie

Eerst zien dan geloven!

Eerst zien dan geloven! Eerst zien dan geloven! Een onderzoek naar het effect van voedingsclaims en verpakkingsmateriaal op koopintentie en productattitude. Afstudeerproject Persuasieve Communicatie Sophie de Jong (10416293)

Nadere informatie

Het Inleveren van Goederen bij Kringloopbedrijf De Beurs: Gedragsdeterminantenonderzoek en Klanttevredenheidsonderzoek.

Het Inleveren van Goederen bij Kringloopbedrijf De Beurs: Gedragsdeterminantenonderzoek en Klanttevredenheidsonderzoek. Het Inleveren van Goederen bij Kringloopbedrijf De Beurs: Gedragsdeterminantenonderzoek en Klanttevredenheidsonderzoek. Bacheloronderzoek Communicatiewetenschap M. L. Kampman Het Inleveren van Goederen

Nadere informatie

Geclaimde informatie als persuasieve boodschap

Geclaimde informatie als persuasieve boodschap Geclaimde informatie als persuasieve boodschap Een onderzoek naar het effect van claims op de consument Student: Floortje van Helden Studentnummer: 10444491 Docent: Charlotte Blom, werkgroep 2 Universiteit

Nadere informatie

Personalisatie van emotionele of functionele boodschappen als oplossing voor het creëren van brand love?

Personalisatie van emotionele of functionele boodschappen als oplossing voor het creëren van brand love? Personalisatie van emotionele of functionele boodschappen als oplossing voor het creëren van brand love? Naam: Ruben Betjes Studentnummer: 10624759 Vak: Afstudeerproject Persuasieve Communicatie Docent:

Nadere informatie

(In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem

(In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem (In)effectiviteit van Angstcommunicaties 1 (In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem (In)effectiveness

Nadere informatie

Pensioenbewustzijn: Ik wil ervoor zorgen dat mijn pensioen goed geregeld is

Pensioenbewustzijn: Ik wil ervoor zorgen dat mijn pensioen goed geregeld is 2013 Pensioenbewustzijn: Ik wil ervoor zorgen dat mijn pensioen goed geregeld is Een onderzoek naar de invloed van de startbrief van Zwitserleven op de gedragsintentie aan de hand van het Integrated Model

Nadere informatie

Rapportgegevens Marketing en sales potentieel test

Rapportgegevens Marketing en sales potentieel test Rapportgegevens Marketing en sales potentieel test Respondent: Jill Voorbeeld Email: voorbeeld@testingtalents.nl Geslacht: vrouw Leeftijd: 39 Opleidingsniveau: wo Vergelijkingsgroep: Normgroep marketing

Nadere informatie

Samenvatting in het Nederlands

Samenvatting in het Nederlands Samenvatting in het Nederlands (Summary in Dutch) 1. Het overtuigingsproces Op basis van modellen als het Elaboration Likelihood Model (Petty & Cacioppo, 1986a; Petty & Wegener, 1999), het Heuristic-Systematic

Nadere informatie

Attitudevorming & verandering. dinsdag 6 maart 2012

Attitudevorming & verandering. dinsdag 6 maart 2012 Attitudevorming & verandering H9 Wat vertellen attitudes over consumenten? Wat vertellen attitudes over consumenten? Mensen die van sushi houden zullen het waarschijnlijk eten Wat vertellen attitudes over

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden.

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. Abstract: - 3 experimenten - Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. - Studie 1&2: consumenten verwachten

Nadere informatie

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers ummery amenvatting Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers 207 Algemene introductie Werkgerelateerde arm-, schouder- en nekklachten zijn al eeuwen

Nadere informatie

Meer Merkbeleving door Merkextensies Een onderzoek naar de invloed van merkextensies op de merkbeleving van de consument

Meer Merkbeleving door Merkextensies Een onderzoek naar de invloed van merkextensies op de merkbeleving van de consument Meer Merkbeleving door Merkextensies Een onderzoek naar de invloed van merkextensies op de merkbeleving van de consument - Marieke van Westerlaak 2007 - 1. Inleiding Libelle Idee, Libelle Balans, Libelle

Nadere informatie

Programma. - Construct-> dimensies -> indicatoren -> items vragenlijst. - Pilot met de vragenlijst. - Plannen van het onderzoek.

Programma. - Construct-> dimensies -> indicatoren -> items vragenlijst. - Pilot met de vragenlijst. - Plannen van het onderzoek. Bijeenkomst 3 1 Programma Mini-presentaties Vragenlijst maken Kwaliteit van de vragenlijst: betrouwbaarheid en validiteit Vooruitblik: analyse van je resultaten Aan de slag: - Construct-> dimensies ->

Nadere informatie

Taal en communicatie - profielwerkstuk

Taal en communicatie - profielwerkstuk Taal en communicatie profielwerkstuk Op weg naar een onderzoek Op weg naar een onderzoeksverslag Als voorbeeld: een experimenteel onderzoek: de kracht van Twitter je kunt me volgen op Twitter: @roblepair

Nadere informatie

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:

Nadere informatie

Road2Reality: Een nieuw middel in de campagne voor ontwikkelingswerk?

Road2Reality: Een nieuw middel in de campagne voor ontwikkelingswerk? Road2Reality: Een nieuw middel in de campagne voor ontwikkelingswerk? Stijn Loeber Wetenschappelijk begeleider: Dr. Saskia A. Schwinghammer Wetenschapswinkel Universiteit van Tilburg September 2007 Universiteit

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties De afgelopen decennia zijn er veel nieuwe technologische producten en diensten geïntroduceerd op de

Nadere informatie

De invloed van risicoperceptie, self-efficacy en involvement op informatiezoekend gedrag: toetsing van het Framework of Risk Information Seeking.

De invloed van risicoperceptie, self-efficacy en involvement op informatiezoekend gedrag: toetsing van het Framework of Risk Information Seeking. De invloed van risicoperceptie, self-efficacy en involvement op informatiezoekend gedrag: toetsing van het Framework of Risk Information Seeking. Tessa te Kaat Enschede, augustus 2008 Abstract Dit onderzoek

Nadere informatie

De Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale. Veerkracht en Demografische Variabelen

De Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale. Veerkracht en Demografische Variabelen Running head: INVLOED VAN DAGELIJKSE STRESS OP BURN-OUT KLACHTEN De Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale Veerkracht en Demografische Variabelen The Influence of

Nadere informatie

Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013

Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013 Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 212-21 In academiejaar 212-21 namen 5 mantelzorgers en 5 studenten 1 ste bachelor verpleegkunde (Howest, Brugge) deel aan het project Mantelluisten.

Nadere informatie

Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie

Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie Wouter Pinxten (contact: Wouter.Pinxten@UGent.be) Prof. Dr. John Lievens Achtergrond

Nadere informatie

Studieloopbaanbegeleiding in het hbo: mogelijkheden en grenzen. Marinka Kuijpers & Frans Meijers

Studieloopbaanbegeleiding in het hbo: mogelijkheden en grenzen. Marinka Kuijpers & Frans Meijers Studieloopbaanbegeleiding in het hbo: mogelijkheden en grenzen Marinka Kuijpers & Frans Meijers De Haagse Hogeschool Januari 2009 Management Samenvatting Studieloopbaanbegeleiding is hot in het hoger beroepsonderwijs.

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve

Nadere informatie

In contact met het merk: merkbelevingsmonitor

In contact met het merk: merkbelevingsmonitor In contact met het merk: merkbelevingsmonitor Het meten van de effectiviteit van marketing- en communicatie-inspanningen is en blijft een hot issue. Marketing intelligence van KPN ontwikkelde samen met

Nadere informatie

gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang? gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang?

gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang? gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang? Is er een samenhang tussen seksuele attituden en gedragsintenties voor veilig seksueel Is there a correlation between sexual attitudes and the intention to engage in sexually safe behaviour? Does gender

Nadere informatie

Informatie over de deelnemers

Informatie over de deelnemers Tot eind mei 2015 hebben in totaal 45558 mensen deelgenomen aan de twee Impliciete Associatie Testen (IATs) op Onderhuids.nl. Een enorm aantal dat nog steeds groeit. Ook via deze weg willen we jullie nogmaals

Nadere informatie

De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk. en Lichamelijke Gezondheidsklachten

De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk. en Lichamelijke Gezondheidsklachten De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten The Moderating Influence of Social Support on the Relationship between Mobbing at Work

Nadere informatie

Het effect van comparative advertising op de recall van informatie uit advertenties

Het effect van comparative advertising op de recall van informatie uit advertenties Het effect van comparative advertising op de recall van informatie uit advertenties Stephanie Kruythof ANR: 555110 Bachelorscriptie Communicatie- en Informatiewetenschappen Specialisatie: Bedrijfscommunicatie

Nadere informatie

HET GEBRUIK VAN EEN SPORT ENDORSER ALS PROMOTIESTRATEGIE. Een experimenteel onderzoek naar sport endorsers in de context van goede doelenorganisaties

HET GEBRUIK VAN EEN SPORT ENDORSER ALS PROMOTIESTRATEGIE. Een experimenteel onderzoek naar sport endorsers in de context van goede doelenorganisaties HET GEBRUIK VAN EEN SPORT ENDORSER ALS PROMOTIESTRATEGIE Een experimenteel onderzoek naar sport endorsers in de context van goede doelenorganisaties Bachelor thesis Dirk Jan de Krom 10250476 Communicatiewetenschap

Nadere informatie

TilburgInstituteforInterdisciplinary StudiesofCivilLaw andconflict ResolutionSystems

TilburgInstituteforInterdisciplinary StudiesofCivilLaw andconflict ResolutionSystems TilburgInstituteforInterdisciplinary StudiesofCivilLaw andconflict ResolutionSystems RapportEvaluatie Online Mediation in Echtscheidingszaken Aanleidingvoorhetonderzoek In 2008 heeft Juripax in opdracht

Nadere informatie

Bijlage 5: Kwantitatieve analyse

Bijlage 5: Kwantitatieve analyse Bijlage 5: Kwantitatieve analyse Deze bijlage bevat een beschrijving van de kwantitatieve analyse, zoals die is uitgevoerd op de 26 vragen in de vragenlijst. Analyses op het niveau van de (26) afzonderlijke

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Het aantal eerste en tweede generatie immigranten in Nederland is hoger dan ooit tevoren. Momenteel wonen er 3,2 miljoen immigranten in Nederland, dat is 19.7% van de totale

Nadere informatie

Figuur 1 Precede/Proceed Model

Figuur 1 Precede/Proceed Model Nederlandse samenvatting Benzodiazepinen zijn geneesmiddelen die vooral bij angstklachten en slaapstoornissen worden voorgeschreven. Ze vormen de op één na meest voorgeschreven middelen in Nederland. Tien

Nadere informatie

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee?

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee? Technische rapportage Leesmotivatie scholen van schoolbestuur Surplus Noord-Holland Afstudeerkring Begrijpend lezen 2011-2012, Inholland, Pabo-Alkmaar Marianne Boogaard en Yvonne van Rijk (Lectoraat Ontwikkelingsgericht

Nadere informatie

Compatibility Process Scale (ACPS). De therapeutische alliantie is gemeten met de Werk

Compatibility Process Scale (ACPS). De therapeutische alliantie is gemeten met de Werk De invloed van indicatiestelling door overleg (the Negotiated Approach) op patiëntbehandelingcompatibiliteit en uitkomst bij de behandeling van depressieve stoornissen 185 In deze thesis staat de vraag

Nadere informatie

De reputatie van financiële bijsluiters

De reputatie van financiële bijsluiters De reputatie van financiële bijsluiters De invloed van gepercipieerd belang en eenduidigheid op de attitude, koopintentie en vertrouwen ten aanzien van banken en hun producten. Afstudeerscriptie voor de

Nadere informatie

De invloed van burgerbronnen in het nieuws

De invloed van burgerbronnen in het nieuws De invloed van burgerbronnen in het nieuws Dit rapport beschrijft de resultaten van de vragenlijst rond burgerbronnen in het nieuws die u invulde in januari 7. Namens de Universiteit Antwerpen en de onderzoeksgroep

Nadere informatie

De Bladenbox in 2012 en verder.. Onderzoeksrapport

De Bladenbox in 2012 en verder.. Onderzoeksrapport De Bladenbox in 2012 en verder.. Onderzoeksrapport Samenvatting Onderzoeksvraag en methodebeschrijving Uit de situatieanalyses is naar voren gekomen dat er een verandering plaats vindt in het leefgedrag

Nadere informatie

De Perceptie van Fair-Trade Producten door Mannen. Pascal van Vliet ANR: 888951. Bachelor thesis Psychologie en Maatschappij. Datum: 13 februari 2014

De Perceptie van Fair-Trade Producten door Mannen. Pascal van Vliet ANR: 888951. Bachelor thesis Psychologie en Maatschappij. Datum: 13 februari 2014 1 De Perceptie van Fair-Trade Producten door Mannen Pascal van Vliet ANR: 888951 Bachelor thesis Psychologie en Maatschappij Datum: 13 februari 2014 Docent: Dhr. R. M. A. Nelissen Universiteit van Tilburg

Nadere informatie

Getuigen onderweg: effectevaluatie van een verkeerseducatief programma in de 3 e graad secundair onderwijs

Getuigen onderweg: effectevaluatie van een verkeerseducatief programma in de 3 e graad secundair onderwijs Getuigen onderweg: effectevaluatie van een verkeerseducatief programma in de 3 e graad secundair onderwijs Ariane Cuenen Kris Brijs Tom Brijs Karin van Vlierden Stijn Daniëls Overzicht 1. Inleiding Programma

Nadere informatie

Summary in Dutch 179

Summary in Dutch 179 Samenvatting Een belangrijke reden voor het uitvoeren van marktonderzoek is het proberen te achterhalen wat de wensen en ideeën van consumenten zijn met betrekking tot een produkt. De conjuncte analyse

Nadere informatie

STABLE LOVE, STABLE LIFE?

STABLE LOVE, STABLE LIFE? STABLE LOVE, STABLE LIFE? De rol van sociale steun en acceptatie in de relatie van paren die leven met de ziekte van Ménière Oktober 2011 Auteur: Drs. Marise Kaper Master Sociale Psychologie, Rijksuniversiteit

Nadere informatie

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten? De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve

Nadere informatie

Meerderheid kent het EKO-keurmerk Onderzoek naar de waarde van het EKO-keurmerk onder Nederlandse boodschappers

Meerderheid kent het EKO-keurmerk Onderzoek naar de waarde van het EKO-keurmerk onder Nederlandse boodschappers Meerderheid kent het EKO-keurmerk Onderzoek naar de waarde van het EKO-keurmerk onder Nederlandse boodschappers Tim de Broekert MSc, Research Consultant Imre van Rooijen MSc, Research Consultant december

Nadere informatie

Affect en Cognitie in Attitudevorming van (On)bekende Attitude Objecten. Marktkunde En Consumentengedrag, Wageningen Universiteit

Affect en Cognitie in Attitudevorming van (On)bekende Attitude Objecten. Marktkunde En Consumentengedrag, Wageningen Universiteit Affect en Cognitie in Attitudevorming van (On)bekende Attitude Objecten Roxanne I van Giesen a*, Arnout RH Fischer a, Heleen van Dijk a, Hans CM van Trijp a a Marktkunde En Consumentengedrag, Wageningen

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting De adolescentie is lang beschouwd als een periode met veelvuldige en extreme stemmingswisselingen, waarin jongeren moeten leren om grip te krijgen op hun emoties. Ondanks het feit

Nadere informatie

icoach, een Web-based en Mobiele Applicatie voor Stoppen-met-roken: Verschillen tussen Gebruikersgroepen, Beïnvloedende Factoren voor Adherence,

icoach, een Web-based en Mobiele Applicatie voor Stoppen-met-roken: Verschillen tussen Gebruikersgroepen, Beïnvloedende Factoren voor Adherence, icoach, een Web-based en Mobiele Applicatie voor Stoppen-met-roken: Verschillen tussen Gebruikersgroepen, Beïnvloedende Factoren voor Adherence, en het Verband tussen Adherence en Effect icoach, a Web-based

Nadere informatie

Masterscriptie. De rol van betrokkenheid bij de effectiviteit van narratieve en argumentatieve advertenties

Masterscriptie. De rol van betrokkenheid bij de effectiviteit van narratieve en argumentatieve advertenties Masterscriptie De rol van betrokkenheid bij de effectiviteit van narratieve en argumentatieve advertenties Naam Nikki Theuns Studentnummer S4141660 E-mailadres n.theuns@student.ru.nl Opleiding Master Communicatie

Nadere informatie

Beschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw

Beschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw Beschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw Dit document beschrijft kort de bevindingen uit het onderzoek over biseksualiteit van het AmsterdamPinkPanel.

Nadere informatie

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte. Een chronische en progressieve aandoening zoals multiple sclerose (MS) heeft vaak grote consequenties voor het leven van patiënten en hun intieme partners. Naast het omgaan met de fysieke beperkingen van

Nadere informatie

BISEKSUALITEIT: DE ONZICHTBARE SOCIALE IDENTITEIT. Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen

BISEKSUALITEIT: DE ONZICHTBARE SOCIALE IDENTITEIT. Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen Bisexuality: the Invisible Social Identity with Visible Health Consequences Maria Verbeek Eerste begeleidster: dr. N.

Nadere informatie

Een gouden plak of een knappe kop?

Een gouden plak of een knappe kop? Een gouden plak of een knappe kop? Experimenteel onderzoek naar de effecten van de mate van aantrekkelijkheid en sportprestaties van een sportendorser op merkattitude. Ekki Lemmink 10590668 Afstudeerproject

Nadere informatie

Een onderzoek naar sustainable fashion en Construal Level Theory

Een onderzoek naar sustainable fashion en Construal Level Theory Een onderzoek naar sustainable fashion en Construal Level Theory Naam: Kim Tielen Studentnummer: 4376420 Telefoonnummer: 0652181302 E-mailadres: kim.tielen@student.ru.nl Instelling: Radboud Universitair

Nadere informatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie Samenvatting Gehoor en de relatie met psychosociale gezondheid, werkgerelateerde variabelen en zorggebruik. De Nationale Longitudinale Studie naar Horen Slechthorendheid is een veelvoorkomende chronische

Nadere informatie

Dient CRM het goede doel? Een onderzoek naar de invloed van cause-related marketing

Dient CRM het goede doel? Een onderzoek naar de invloed van cause-related marketing Dient CRM het goede doel? Een onderzoek naar de invloed van cause-related marketing op de attitude ten aanzien van goede doelen en de bereidheid om goede doelen te steunen Lisanne van der Palen (6368743)

Nadere informatie

Zijn advertorials de oplossing?

Zijn advertorials de oplossing? 2014 Zijn advertorials de oplossing? Master s Thesis Graduate School of Communication Master s programme Communication Science Persuasive Communication Effecten van advertorials en tijdschriftadvertenties

Nadere informatie

Gaan commercie en betrouwbaarheid samen?

Gaan commercie en betrouwbaarheid samen? Gaan commercie en betrouwbaarheid samen? Een onderzoek naar de waargenomen betrouwbaarheid van online reviews op een commerciële website en de invloed van valentie hierop. Bachelor eindscriptie Communicatiekunde

Nadere informatie

Factsheet: De beleving van een vroege eerste geslachtsgemeenschap

Factsheet: De beleving van een vroege eerste geslachtsgemeenschap Factsheet: De beleving van een vroege eerste geslachtsgemeenschap Katrien Symons (contact: Katrien.Symons@UGent.be) Prof. Dr. Mieke Van Houtte Dr. Hans Vermeersch ACHTERGROND Een vroege eerste geslachtsgemeenschap

Nadere informatie

Innovatieve dienstverlening. Een scenario-onderzoek onder de gebruikers van Loket.nl.

Innovatieve dienstverlening. Een scenario-onderzoek onder de gebruikers van Loket.nl. Innovatieve dienstverlening. Een scenario-onderzoek onder de gebruikers van Loket.nl. In het kader van het project Innovatieve Dienstverlening doet kenniscentrum ICOON onderzoek naar de omstandigheden

Nadere informatie

Consumentengedrag. H5 onderzoek naar consument, product en concurrentie (Floor en van Raaij)

Consumentengedrag. H5 onderzoek naar consument, product en concurrentie (Floor en van Raaij) Consumentengedrag H5 onderzoek naar consument, product en concurrentie (Floor en van Raaij) In dit hoofdstuk: werking van marketingcommunicatie (onder hoge en lage betrokkenheid) betekenisstructuur van

Nadere informatie

Determinanten van Leiderschap-Succes: Ontwikkeling van een Integratief. Model van Persoonlijkheid, Overtuigingen, Gedrag, en Diversiteit

Determinanten van Leiderschap-Succes: Ontwikkeling van een Integratief. Model van Persoonlijkheid, Overtuigingen, Gedrag, en Diversiteit SAMENVATTING Determinanten van Leiderschap-Succes: Ontwikkeling van een Integratief Model van Persoonlijkheid, Overtuigingen, Gedrag, en Diversiteit Leiders zijn belangrijke leden van organisaties. De

Nadere informatie

Onderzoeksrapportage Leadership Connected 2016

Onderzoeksrapportage Leadership Connected 2016 Onderzoeksrapportage Leadership Connected 2016 Zaltbommel 30 mei 2016 Leadership Connected! Where Business meets Science 1 Inleiding Onderzoeksrapport Leadership Connected In tijden waarin ontwikkelingen

Nadere informatie

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren Sociale Steun The Effect of Chronic Pain and the Moderating Effect of Gender on Perceived Social Support Studentnummer:

Nadere informatie

Sponsoring van een golfevenement: Monsterlijke energydrank of high-class champagne?

Sponsoring van een golfevenement: Monsterlijke energydrank of high-class champagne? 2016 Sponsoring van een golfevenement: Monsterlijke energydrank of high-class champagne? Experimenteel onderzoek naar de invloed van congruentie tussen sponsor en sport op merkattitude & herinnering, en

Nadere informatie

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A.

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A. Bent u gemotiveerd? Een Experimenteel Onderzoek naar de Invloed van een op het Transtheoretisch Model Gebaseerde Interventie op de Compliance bij de Fysiotherapeutische Behandeling van Psychiatrische Patiënten

Nadere informatie

Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel

Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel Weergaven van publieke opinie in het nieuws en hun invloed op het publiek Dit rapport beschrijft de resultaten van een onderzoek over weergaven van publieke opinie

Nadere informatie

"#$%&'(&)#*&+!,#(-&*./0!!

#$%&'(&)#*&+!,#(-&*./0!! ! "#$%&'(&)#*&+!,#(-&*./0!!!"#$%#&"'(%")$#**'$&"$"++",-./.-".-$/*#$/"'0,1.22"#&"$/%'3"#$/*#$4567$$!! 1#%*&(%2(.3*.&! 1.24&))&!+&!524&33&(!6789:8;&0&)&.+&(?!@(A!5A!@&!B#--&(! "C,,&(2.D)&!"C,,$/.2#*.&!E!FCC().24*./0!

Nadere informatie

Het effect van verschillende typen antirook. boodschappen op de stopintentie van rokers

Het effect van verschillende typen antirook. boodschappen op de stopintentie van rokers Het effect van verschillende typen antirook boodschappen op de stopintentie van rokers Carlijn Prins Master Thesis Studentnummer: 5794374 Graduate School of Communication Master programma Communicatie

Nadere informatie

Afstudeerproject Persuasieve Communicatie

Afstudeerproject Persuasieve Communicatie Afstudeerproject Persuasieve Communicatie Emoties Emoties of informatie? Een onderzoek naar de invloed van emotionele versus functionele merkpositionering en merkbetrokkenheid op de merkattitude van de

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

Social shopping: het nieuwe online winkelen. Een wetenschappelijk onderzoek naar de acceptatie van social shopping applicaties

Social shopping: het nieuwe online winkelen. Een wetenschappelijk onderzoek naar de acceptatie van social shopping applicaties Social shopping: het nieuwe online winkelen Een wetenschappelijk onderzoek naar de acceptatie van social shopping applicaties Door: Margriet de Kroon (5673941) Masterscriptie Afdeling: Communicatiewetenschap;

Nadere informatie

HOOFDSTUK 2: KLANTGERICHTE MERKMEERWAARDE

HOOFDSTUK 2: KLANTGERICHTE MERKMEERWAARDE HOOFDSTUK 2: KLANTGERICHTE MERKMEERWAARDE 1 INTRODUCTIE H:2 Waaraan kun je een effectieve merkenpositionering herkennen? Wat zijn de bronnen van klantgerichte merkmeerwaarde en welke effecten of voordelen

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19103 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Pisanti, Renato Title: Beyond the job demand control (-support) model : explaining

Nadere informatie

Negatieve effecten van celebrity endorsement

Negatieve effecten van celebrity endorsement Negatieve effecten van celebrity endorsement Een experiment naar de schadelijke effecten van negatieve berichtgeving rondom een beroemdheid die gekoppeld is aan een merk, op de reputatie en de koopintentie

Nadere informatie

GfK Group Media RAB Radar- Voorbeeldpresentatie Merk X fmcg. Februari 2008 RAB RADAR. Radio AD Awareness & Respons. Voorbeeldpresentatie Merk X

GfK Group Media RAB Radar- Voorbeeldpresentatie Merk X fmcg. Februari 2008 RAB RADAR. Radio AD Awareness & Respons. Voorbeeldpresentatie Merk X RAB RADAR Radio AD Awareness & Respons Voorbeeldpresentatie Inhoud 1 Inleiding 2 Resultaten - Spontane en geholpen bekendheid - Herkenning radiocommercial en rapportcijfer - Teruggespeelde boodschap -

Nadere informatie

De effectiviteit van non-verbale communicatie

De effectiviteit van non-verbale communicatie De effectiviteit van non-verbale communicatie Een onderzoek naar de invloed van nonverbale communicatie op de waardering van reclamemodellen onder Nederlandse en Surinaamse consumenten Masterthesis Graduate

Nadere informatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Voorlopige resultaten van het onderzoek naar de perceptie van medewerkers in sociale (wijk)teams bij gemeenten - Yvonne Zuidgeest

Nadere informatie