Handleiding Afstuderen. Studiejaar

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Handleiding Afstuderen. Studiejaar"

Transcriptie

1 HU PABO - INSTITUUT THEO THIJSSEN Handleiding Afstuderen Dagopleiding (DAG) Deeltijdopleiding dag-/avondvariant (DAV) Versnelde opleiding (VO) Studiejaar Osiriscodes: OTO4-AFST OTO4-AFST2-17 1

2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Inleiding Opzet van het afstuderen aan HU Pabo Verantwoording Toetsing Stage Bijeenkomsten op de opleiding Betrokkenen: taken en rollen De start Professionele ontwikkeling Professionele identiteit Onderzoekend werken aan beroepsopdrachten Onderzoekend werken Vier beroepsopdrachten Beroepsopdracht 1: pedagogisch handelen in je groep Beroepsopdracht 2: gedifferentieerd onderwijzen in je groep Beroepsopdracht 3: onderwijs ontwerpen in je groep Beroepsopdracht 4: samenwerken met ouders De finish: het eindassessment Verslaglegging Presentatie Criteriumgericht interview (CGI) Beoordeling eindassessment Organisatie, tijdpad en betrokkenen Bijlagen Bijlage 1: Verklaring afronding oriëntatiefase - afstudeerstage ITT Bijlage 2 Feedbackformulier Praktijkopleider

3 1. Inleiding Op het moment dat je als student aan de HU Pabo met deze handleiding aan de slag kunt, komt het diploma leraar basisonderwijs in zicht. Na verschillende jaren te hebben gestudeerd ben je bijna bevoegd om het mooiste vak van de wereld uit te oefenen! Je hebt in eerdere stages al heel wat kennis en vaardigheden opgedaan, voert al veel taken uit die bij het beroep leraar basisonderwijs horen, hebt een visie op onderwijs ontwikkeld die nog steeds wordt bijgesteld en bent voor de kinderen al bijna een echte juf of meester. In het afstudeersemester komen alle onderdelen van de bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs samen: je werkt toe naar het zelfstandig kunnen uitoefenen van het beroep. Je stageplek op een opleidingsschool staat daarin centraal. Je krijgt de verantwoordelijkheid over een groep leerlingen, met alles wat daarbij komt kijken. Je maakt je eigen functioneren binnen de beroepspraktijk op allerlei manieren en vanuit verschillende perspectieven zichtbaar. Je startbekwaamheid wordt getoetst met opdrachten die gericht zijn op leren in de praktijk. Je eigen professionele ontwikkeling en professionele identiteit vormen daarbij het uitgangspunt voor de keuzes die je maakt. Langs deze weg geef je op persoonlijke wijze kleur aan je diploma. Deze handleiding gaat over het afstudeersemester. Je vindt er wat het afstuderen inhoudt, wat je moet regelen, wie erbij betrokken is en hoe de toetsing plaatsvindt. De handleiding is bedoeld voor de voltijdopleiding (DAG), deeltijdopleiding (DAV) en versnelde opleiding (VO). Voor vragen over (of naar aanleiding van) deze handleiding neem je contact op met je studieloopbaanbegeleider (SLB-er). Aanvullende documenten vind je op de HUbl-site over afstuderen: De beoordelingsformulieren en bijbehorende rubrics kun je vinden op de toetssite van HUbl: Voor het werkveld zijn de documenten toegankelijk via de openbare site: Veel plezier en succes gewenst! Team afstuderen HU Pabo studiejaar

4 2. Opzet van het afstuderen aan HU Pabo 2.1 Verantwoording Het takenpakket van de leraar basisonderwijs is zo veelomvattend, dat het beoordelen van één prestatie (opdracht) in de afstudeerfase van de opleiding nooit representatief is. Daarom is het nodig dat je meerdere opdrachten uitvoert om aan te tonen dat je beschikt over de eindkwalificaties van de opleiding (Expertgroep Protocol, 2014). In deze handleiding tref je de (beroeps)opdrachten van de HU Pabo aan, die merendeels worden uitgevoerd in de stage. Met het uitvoeren van de opdrachten verzamel je bewijsmateriaal waardoor het voor de opleiding mogelijk wordt om te bepalen of je wel of niet startbekwaam bent (Andriessen, Sluijsmans, Snel & Jacobs, 2017). Beroepsprofiel HU Pabo In het beroepsprofiel van de HU Pabo staat beschreven dat je wordt opgeleid tot een leraar die: A reflective practitioner is, werkend vanuit een positief-kritische en onderzoekende houding B passend onderwijs kan realiseren voor alle kinderen C in staat is om onderwijs te realiseren dat aansluit bij actuele, maatschappelijke ontwikkelingen Tijdens je afstuderen komen al deze onderdelen in samenhang aan bod, als voortzetting, uitbreiding en integratie van wat je daarin al hebt geleerd in eerdere opleidingsjaren. De context In onderstaand schema wordt de opbouw van de stage binnen de opleiding aan de HU Pabo weergegeven. Voor elke fase van de opleiding is de context beschreven waarbinnen de student zijn vakbekwaamheid ontwikkelt. De context voor het afstuderen is in de vierde kolom (startbekwaam) beschreven. Opleidingsbekwaam (fase/jaar 1) De student ontwikkelt theorie met kleine t door handelen in de beroepssituatie. De student valt onder de verantwoordelijkheid van de praktijkopleider en krijgt directe begeleiding van de SLB-er. De student is inzetbaar voor losse kortdurende activiteiten. De student treedt zowel stimulerend als leidend op. Basisbekwaam (fase/jaar 2) De student scherpt theorieën met een kleine t aan theorieën met een grote T (verantwoording ook vanuit literatuur en modellen). De student valt onder gedeelde verantwoordelijkheid van de praktijkopleider en begeleiding van de SLB-er. De student geeft een dagdeel les. De student treedt stimulerend en (bege)leidend op. Gevorderd bekwaam (fase/jaar 3) De student toetst het eigen handelen aan theorie. De student wordt gecoacht door de praktijkopleider en de SLB-er. De student verzorgt enkele aaneengesloten dagen de lessen. De student treedt stimulerend, leidend en begeleidend op. Startbekwaam (fase/jaar 4) De student toetst het eigen handelen aan theorie. De student wordt gecoacht door de praktijkopleider en de SLB-er. De student verzorgt gehele dagen de lessen. De student treedt stimulerend, leidend en begeleidend op. Kerntaken als beoordelingskader Het opleidingsprofiel van HU Pabo is uitgewerkt in kern- en deeltaken van de leraar basisonderwijs. Deze zijn voor elke fase van de opleiding beschreven. In een concentrische opbouw nemen de mate van diepgang, complexiteit en reikwijdte van de kernen per opleidingsfase toe. De vijf kerntaken zijn: Kerntaak 1: pedagogisch adequaat handelen; Kerntaak 2: professioneel voorbereiden en evalueren van onderwijsactiviteiten; Kerntaak 3: professioneel uitvoeren van onderwijsactiviteiten en volgen en begeleiden van kinderen; Kerntaak 4: communiceren en samenwerken met collega s en anderen; Kerntaak 5: werken aan professionele ontwikkeling. De kernen en invulling daarvan per fase zijn het gezamenlijk curriculum- en beoordelingskader van HU Pabo. Het opleidingsprofiel is te vinden op HUbl. Voor het afstuderen is in dit opleidingsprofiel de meest 4

5 rechter kolom (startbekwaam) het uitgangspunt. Alle vijf kerntaken uit het opleidingsprofiel worden in het afstudeersemester getoetst op startbekwaam niveau. HBO-niveau In het afstudeersemester toon je aan dat je op HBO-niveau functioneert. De opdrachten in deze handleiding sluiten aan bij de eisen van het (toekomstig) werkveld, de HBO-standaard (HBO-raad, 2009) en de eisen van het HBO-niveau. Dit niveau is vastgelegd in de zogenaamde Dublin-descriptoren, die binnen Europa worden gehanteerd. 2.2 Toetsing Het afstudeersemester bestaat uit twee onderwijseenheden, die sterk met elkaar zijn verbonden: AFST1: Onderwijseenheid Planning en verantwoording afstudeerstage AFST2: Onderwijseenheid Afstudeerstage en eindassessment De toetsing van het afstudeersemester van de twee onderwijseenheden is als volgt georganiseerd: Onderdeel AFST1: Planning en verantwoording afstudeerstage AFST2: Afstudeerstage en eindassessment Osiriscode OTO4-AFST1-17 OTO4-AFST2-17 Omvang 15 EC 15 EC Stagedagen Oriëntatiefase Afstudeerfase Minimaal 18 (DAG) Minimaal 30 waarvan minimaal 20 dagen Minimaal 10 (DAV en VO) groepsverantwoordelijkheid (DAG, DAV en VO) Toetsing: Verslag: onderzoekend werken: stap 1, 2, 3. (planning en verantwoording afstudeerstage) Beoordeling: 2 examinatoren Verslag: onderzoekend werken stap 4 en 5 (uitvoering en evaluatie afstudeerfase) Beoordeling: dezelfde 2 examinatoren als bij AFST1 weging 50 % Eindgesprek op stageschool met IO-er en PO-er (praktijkbeoordeling) weging 25% Feedback Door PO-er: op verslag: Onderzoekend werken stap 1, 2 en 3. A.d.h.v. formulier in bijlage 2. Verplicht (voorwaarde voor toetsing AFST1)) Door SLB-er: op verslag: professionele ontwikkeling (incl POPleerdoelen) en professionele identiteit Verplicht (voorwaarde voor toetsing AFST1) Door medestudenten, SLB-er en anderen: op alle onderdelen. Aanbevolen. Eindassessment met 2 assessoren (verslag professionele ontwikkeling incl. POPevaluatie en professionele identiteit, presentatie en criteriumgericht interview) weging 25 % Door PO-er op: Onderzoekend werken stap 4 en 5. Verplicht. Geen formulier, wordt door student verwerkt in verslag over stap 4 en 5. Door medestudenten, SLB-er en anderen: op alle onderdelen. Aanbevolen. Voor elk van de onderdelen in de rij Toetsing moet minimaal een 5.5 worden behaald. De beoordelingscriteria en rubrics van de toetsonderdelen vind je op de toetssite van HUbl. Er is een format (inhoudsopgave) beschikbaar voor de verslaglegging. 5

6 2.3 Stage Samenhangend met de verdeling in twee onderwijseenheden kent ook de stage in het afstudeersemester twee fasen: De oriëntatiefase Deze fase duurt (minimaal) 18 stagedagen voor DAG-studenten en (minimaal) 10 stagedagen voor DAVen VO-studenten. Deze fase dien je zodanig te plannen dat de aansluitende afstudeerfase in dezelfde groep nog voor het einde van het schooljaar kan worden afgerond. In deze fase leer je de groep en werkwijzen kennen en bereid je je voor op de afstudeerfase. Je werkt o.a. aan de planning en verantwoording van de beroepsopdrachten. Zie hiervoor hoofdstuk 3: De start en hoofdstuk 4: Onderzoekend werken aan beroepsopdrachten. De oriëntatiefase wordt afgerond met een gesprek op je stageschool tussen jou, je PO-er en IO-er. Daartoe stel je je 1e Scorion-rapportage op en stuur je die voorafgaand aan het gesprek naar je IO-er. Het gesprek is bedoeld om na te gaan of je er klaar voor bent om groepsverantwoordelijkheid te dragen. Als dat het geval is ondertekenen PO-er en IO-er de verklaring afronding oriëntatiefase (zie bijlage 1). De afstudeerfase Deze fase kun je pas starten als is voldaan aan de voorwaarden die hieronder staan vermeld. De afstudeerfase bestaat voor alle opleidingsvarianten uit 30 stagedagen, waarvan je minimaal 20 dagen groepsverantwoordelijkheid draagt. Je laat in deze fase zien dat je groepsverantwoordelijkheid kunt dragen en dat je in de praktijk op startbekwaam niveau functioneert. Je werkt aan de uitvoering van de beroepsopdrachten en houdt je eigen professionele ontwikkeling en professionele identiteit voortdurend tegen het licht. Zie daarvoor hoofdstuk 4: Onderzoekend werken aan beroepsopdrachten en hoofdstuk 5: De finish. De instituutsopleider komt aan het eind van de afstudeerfase opnieuw naar je stageschool, ditmaal voor het eindgesprek. Daartoe stel je je 2e Scorion-rapportage op en stuur je die voorafgaand aan het gesprek naar je IO-er. In dat gesprek met jou en je PO-er wordt beoordeeld of je in de praktijk op startbekwaam niveau hebt gehandeld binnen de vijf kerntaken. Het praktijkbeoordelingsformulier is daarbij het uitgangspunt. De PO-er geeft een adviesbeoordeling, de IO-er bepaalt de definitieve beoordeling. Voorwaarden om te kunnen starten met de afstudeerfase van je stage Er zijn vier voorwaarden om te kunnen starten met de afstudeerfase van je stage. Zo lang niet aan de voorwaarden is voldaan zit je in de oriëntatiefase. De voorwaarden zijn (zie studiegids 2017/2018): 1. je hebt je propedeuse behaald; 2. je hebt 110 EC uit Hoofdfase 1+2 gehaald (hier telt de minor dus niet in mee). Voor studenten van de versnelde opleiding (VO) geldt dat 80 EC zijn behaald; 3. je hebt alle stages (inclusief reflectieverslagen) uit de voorafgaande jaren met een voldoende afgesloten; 4. je hebt het onderdeel Planning en verantwoording afstudeerstage (OTO4-AFST1-17) behaald. Onderdeel daarvan is dat je praktijkopleider en instituutsopleider hebben verklaard dat je de oriëntatiefase met goed gevolg hebt afgerond. 2.4 Bijeenkomsten op de opleiding In je afstudeersemester wordt je deelname verwacht aan de wekelijks ingeroosterde bijeenkomsten op de opleiding. De begeleidingsbijeenkomsten zijn gericht op instructie bij de verschillende onderdelen van het afstuderen, toelichting op toetsing en werkwijzen, begeleiding, reflectie en intervisie. Zonder je deelname is een goede begeleiding door je SLB-er niet mogelijk. 6

7 2.5 Betrokkenen: taken en rollen Studieloopbaanbegeleider (SLB-er) - Je SLB-er is in deze laatste fase van de opleiding je directe aanspreekpunt. Hij of zij verzorgt de wekelijkse bijeenkomsten op de opleiding. Je SLB-er ondersteunt en begeleidt je in het afstudeerproces en (waar nodig) bij je planning en het maken van keuzes. Bij hem/haar kun je terecht met je vragen over het afstuderen. Praktijkopleider (PO-er) - Voor de start van de stage bespreek je met de PO-er wat er vanuit de opleiding van je verwacht wordt in deze laatste stage, zodat je op de eerste dag meteen kunt beginnen. Je geeft hem/haar (eventueel digitaal) deze handleiding en je voorlopige planning van dit semester. - In de oriëntatiefase geeft de PO-er feedback op je planning en verantwoording van je afstudeerstage (beroepsopdrachten 1 t/m 4). - Ook vult hij/zij tegen het eind van de oriëntatiefase Scorion in. Samen hebben jullie vervolgens een gesprek met de IO-er van de school (zie hieronder). - Aan het eind van de afstudeerfase vullen jij en je PO-er nogmaals Scorion in en komt je IO-er opnieuw op bezoek voor het eindgesprek. Instituutsopleider (IO-er) - Direct aan het begin van de stage neem je via de mail contact op met de IO-er die verbonden is aan jouw stageschool. Je laat weten dat je gaat afstuderen, in welke groep en bij welke PO-er je stage loopt en je geeft aan wanneer je gepland hebt de oriëntatiefase af te ronden. De IO-er weet dan dat er een afstudeerder op zijn/haar school is gestart en kan tijdig het afrondende gesprek van de oriëntatiefase inplannen. Als je planning uitloopt of juist sneller gaat, stel je de IO-er hiervan tijdig op de hoogte. - De oriëntatiefase wordt afgerond met een gesprek op de stageschool tussen jou, je PO-er en IO-er. Daartoe stel je je 1 e Scorion-rapportage op en stuur je die voorafgaand aan het gesprek naar je IO-er. - De afstudeerfase wordt afgerond met het eindgesprek tussen jou, je PO-er en IO-er. Daartoe stuur je je 2 e Scorion naar hem/haar op. Examinatoren - De twee examinatoren (docenten van de opleiding) ontvangen via het digitaal portfolio twee keer een verslag met bijlagen van jou: aan het eind van de oriëntatiefase ( onderzoekend werken stap 1 t/m 3) en aan het eind van de afstudeerfase ( onderzoekend werken stap 4 en 5). De examinatoren hebben formeel maximaal 3 weken de tijd om je werk te beoordelen. Assessoren - Het eindassessment voer je met twee assessoren. In de regel gaat het om één instituutsassessor (vanuit de opleiding) en één praktijkassessor (vanuit het werkveld). Voor het eindassessment stuur je verslaglegging in via het digitaal portfolio. Zie daarvoor hoofdstuk 5. Beide gecertificeerde assessoren hebben een gelijk gewicht in de beoordeling. De instituutsassessor noteert het resultaat in Osiris. Om het proces van afstuderen en de communicatie tussen alle betrokkenen soepel te laten verlopen is het belangrijk dat je steeds goed bereikbaar bent via je HU-mailadres. 7

8 3. De start Vanaf de start van je afstudeersemester vormt je stage de rode draad van het afstuderen. Je leert je stagegroep en -school kennen en je verdiept je in de leerstof en werkwijzen van je groep. Met je praktijkopleider stel je een planning op (vanaf wanneer draag je groepsverantwoordelijkheid) en bespreek je hoe je de dagen van de oriëntatiefase van de stage invult. Daarin spreek je een opbouw af, toewerkend naar hele dagen voor de groep. Een voorbeeldplanning vind je op HUbl. Tijdens wekelijkse bijeenkomsten op de opleiding werk je aan het voorbereiden en verdiepen van je handelen, zodat je op verschillende onderdelen startbekwaam handelen aantoont. Je stage mondt uit in een praktijkbeoordeling. Een belangrijk onderdeel van het afstuderen vormt het beschrijven van jouw professionele ontwikkeling en professionele identiteit. Daarover lees je meer in dit hoofdstuk 3. Beide onderdelen vormen de inhoudelijke kern van de eindtoets: het eindassessment. In je eindassessment maak je je ontwikkeling tot startbekwame leraar zichtbaar ( waar sta je in je ontwikkeling? ) en laat je zien wie jij bent als persoon en professional ( waar sta jij voor en waar ga jij voor? ). Het eindassessment zelf wordt beschreven in hoofdstuk 5. Al vanaf de start werk je hieraan voortbouwend op wat je hierover in eerdere studiejaren hebt verzameld - en bij de afronding van de oriëntatiefase worden je beschrijvingen van dit onderdeel door je SLB-er van feedback voorzien. Tijdens je stage staan vier beroepsopdrachten centraal, waarmee je je startbekwaamheid op HBO-niveau aantoont. De opdrachten worden in twee delen ingeleverd: het eerste deel voorafgaande aan de afstudeerfase (de periode van groepsverantwoordelijkheid) en het tweede deel na afloop van de afstudeerfase. De opdrachten en werkwijze staan beschreven in hoofdstuk 4. Tijdens de wekelijkse bijeenkomsten op de opleiding krijg je van je SLB-er instructie, input en begeleiding, wordt kennis gedeeld, worden ervaringen met medestudenten uitgewisseld en is er ruimte voor feedback. 8

9 3.1 Professionele ontwikkeling Professionele leerdoelen Tijdens de afstudeerfase ga jij als leraar minimaal 20 dagen zelfstandig de groep draaien en neem je ook alle andere rollen en taken als leraar van deze groep voor je rekening. Je doet in deze periode specifieke leerervaringen op. Het vooraf opstellen van professionele leerdoelen helpt je om je ontwikkeling te sturen. Onderbouw de door jou gemaakte keuzes met theorie. Je maakt een sterkte/zwakte- analyse en baseert je daarbij op feedback en reflectieverslagen uit eerdere stageperiodes, op Scorionrapportages uit eerdere stageperiodes en de beoordelingen van de eerdere stages. Hulpvragen daarbij zijn: welke leerpunten komen naar voren? Aan welke kern- of deeltaken moet ik gericht werken? Welke zaken gaan goed en kan ik verder uitbouwen? Tegelijkertijd beschrijf je welke uitdagingen vanuit je specifieke stageplek naar voren komen: heb je voor het eerst te maken met een combinatieklas? Wordt er een project rondom zelfstandig werken uitgevoerd? Ga je voor het eerst op drie niveaus differentiëren of bijvoorbeeld werken met verlengde instructie aan een instructietafel? Vindt er een project over de Tweede Wereldoorlog plaats? Is er een thema / viering / week / etc. rondom. Vanuit deze analyses beschrijf je aan welke leerdoelen je in deze periode wilt gaan werken. Het beantwoordt vragen als: Wat wil ik leren? Wat ga ik doen om aan het einde van de fase aan het profiel Startbekwaam (zie opleidingsprofiel) te voldoen? Hoe kan ik daarbij handelen vanuit mijn eigen professionele identiteit? Welke theorie kan ik verder leren inzetten? Beperk je tot 3 à 5 leerdoelen. Geef vervolgens per leerdoel - concreet aan welke activiteiten je gaat ontplooien om het doel te behalen en hoe je aan het einde van de stage wilt laten zien dat deze doelen behaald zijn. Zorg hierbij voor variatie, door bijvoorbeeld eigen filmmateriaal, observaties van je praktijkopleider, leerlingmaterialen, etc. als onderdeel van je bewijsvoering op te voeren. Bedenk hier alvast goed welke onderdelen je kunt inzetten in je eindassessment ter afronding van de opleiding (zie hoofdstuk 5). Proces van professionele ontwikkeling bijhouden Bedenk vooraf hoe je je professionele ontwikkeling gaat bijhouden. Maak je gebruik van reflecties op de door jou van tevoren opgestelde leerdoelen? Ga je dagelijks of wekelijks reflecteren op praktijkervaringen? Hoe ga je bijzondere gebeurtenissen of incidenten die zich voordoen beschrijven? Een aanbevolen instrument om te reflecteren op je handelen in de praktijk is de koppelkaart (Weekenstroo, 2010). Deze kun je inzetten om in gesprek te gaan over je ervaringen met jouw praktijkopleider, de schoolopleider, je studieloopbaanbegeleider of medestudenten. In de begeleidingsbijeenkomsten op de opleiding kan dit instrument worden ingezet. Het helpt om te reflecteren op je ervaringen en van daaruit een beschrijving te geven van jouw professionele ontwikkeling. Ook is het een bruikbaar instrument om je voor te bereiden op het eindassessment. Je kunt de koppelkaart met name tussentijds inzetten om te reflecteren en dan je handelen bij te stellen. Als je ervoor zorgt dat je dit tijdens je afstudeerstage noteert en bijhoudt, dan heb je mooie gegevens om te gebruiken voor in de verslaglegging voor het eindassessment. De koppelkaart is gebaseerd op drie theorieën in relatie tot reflectiegesprekken: 1. De leercyclus van Kolb (1984) (Donk & Lanen, 2009), hierin is de praktijkervaring leidend. 2. De reflectiespiraal van Korthagen (1982,1996) (Lagerwerf & Korthagen, 2006), een model om gestructureerd na te denken over de eigen ervaringen, met het oog op het verbeteren en doorontwikkelen van het eigen handelen. 3. De fasering van reflectiegesprekken van Geldens (Geldens, 2007), waarbij de doorgaande lijn in het leren van de lerende (Geldens, 2007, p. 230) expliciet aan bod komt, met name in de terugkom- en afsprakenfase. Op basis van deze drie theorieën is een nieuw model samengesteld. Het instrument wordt ingezet ter ondersteuning van de balans tussen theorie en praktijk en de doorgaande leerlijn, die door Geldens worden benoemd als kenmerken van een krachtige werkplekleeromgeving (Geldens, 2007, p. 170). 9

10 Start je reflectie vanuit praktijkervaring, gebeurtenis, incident A. Opdoen van een concrete ervaring Beschrijf je concrete ervaring die je als onderwerp voor het gesprek wilt aandragen. Wat deed je tijdens de les? Wat deden de leerlingen tijdens de les? Wat wilde je? Wat wilden de leerlingen? Wat gebeurde er, wat zag je? Wat voelde je? B. Reflecteren over gedane ervaringen Had je deze ervaring gepland/verwacht/voorbereid? Wat wilde je bereiken met je handelen? Heb je dat doel wel of niet bereikt? In welk opzicht wel of niet? Waar lag dat aan? C. Plaatsen in theoretisch kader en conclusies trekken Over welke kern- en deeltaken hebben we het? Welke theorie die je kent kan je oplossingen aangeven? Waarover wil je (aanvullend) iets opzoeken in de theorie? Welke conclusies voor je eigen handelen trek je vanuit de theorie? Wat kun je toepassen? Wat heb je al toegepast? Welke verbeteracties kies je? Waarom? D. Conclusies omzetten in leerdoel, plan voor handelen Hoe ga je handelen in een nieuwe of soortgelijke situatie? Wat is het leerdoel voor de volgende keer? Welke kern- en deeltaken benoem je? Welke theorie ga je inzetten? Welke keuze maak je? Wat wil je bereiken? Welke concrete activiteiten plan je? Start je reflectie vanuit van te voren opgesteld leerdoel A. Terugkomfase Welke afspraak is er in het vorige gesprek gemaakt met betrekking tot je leerdoelen? Welke theorie heb je ingezet? Waarom? Hoe heb je de theorie omgezet naar een concrete activiteit? Welke competentie ontwikkel je? B. Verduidelijkingsfase Hoe is het in de praktijksituatie gegaan? Wat deed je? Wat deden de leerlingen? Wat liep volgens verwachting? Wat niet? Hoe kwam dat? Welke ervaring was positief? Heb je de theorie als beschreven toegepast? C. Aandachtspuntenfase Welke leerdoelen heb je bereikt? Welke leerdoelen verdienen (meer) aandacht? Welke verbeterpunten zijn er? Welke doorontwikkelpunten zijn er? D. Alternatievenfase Welke theorie ondersteunt het verbeteren of doorontwikkelen van je aandachtspunten? Hoe kun je die theorie inzetten? Welk alternatief voor je handelen kun je vinden m.b.v. de theorie? Welke keuze maak je? Waarom? E. Afsprakenfase Hoe ga je het behaalde leerdoel opnemen in je verslaglegging? Hoe en naar welke theorie verwijs je dan? Wat plan je voor het vervolg? Sluit dan aan bij leerdoelen van je POP? Hoe ga je leerdoel en bijbehorende theorie koppelen aan een activiteit? De koppelkaart (Weekenstroo, 2010) 10

11 3.2 Professionele identiteit In je reflectie op je professionele ontwikkeling zoals hierboven beschreven kijk je verdiepend naar het handelen in de beroepspraktijk zelf. Het gaat echter niet alleen om dit handelen, maar ook om waar dat handelen vandaan komt en waar het op is gebaseerd. Als leraar is het belangrijk dat je kunt nagaan waardoor jouw handelen wordt beïnvloedt, welke opvattingen je hebt over onderwijs, wat je belangrijk vindt en wat jouw passie of ambitie is in het werken met kinderen. Deze zaken beïnvloeden namelijk de keuzes die je maakt in de praktijk. Onder professionele identiteit wordt verstaan: de opvattingen en overtuigingen die jij hebt over onderwijs en welke rol jij daar als leraar in speelt. Om je professionele identiteit vorm te kunnen geven doe je een persoonlijk onderzoek waarbij je op zoek gaat naar jouw opvattingen, waarden en zingeving. Onderstaande vragen kunnen daarbij behulpzaam zijn: Hoe zie ik mezelf als leerkracht? Vanuit welke waarden handel ik als leerkracht? Hoe zie ik in mijn onderwijsvisie deze waarden en drijfveren terug? Vanuit welke motieven kies ik voor dit beroep? Wat betekent dat voor mijn relatie met kinderen (en anderen) en mijn taakopvatting? En welke waarden zou ik nog meer in mijn dagelijks handelen terug willen laten komen en aandacht geven? Aangezien de professionele identiteit er bij iedere leraar anders uitziet, ga je jouw professionele identiteit ook op eigen wijze vormgeven. In de begeleidingsbijeenkomsten op de opleiding krijg je ondersteuning hierin. Daarbij integreer en verdiep je wat je in eerdere opleidingsjaren daarover hebt beschreven (bijvoorbeeld in de vorm van reflectieverslagen, visieopdrachten en je professioneel werkconcept). 11

12 4. Onderzoekend werken aan beroepsopdrachten 4.1 Onderzoekend werken De HU-pabo leidt toekomstige leraren op, die gaan werken in een beroepspraktijk die rekening moet houden met een voortdurende veranderende samenleving waar de leerlingen op moeten worden voorbereid. Dit vraagt van leraren om een onderzoekende kritische houding en vaardigheid om het eigen pedagogisch en didactisch handelen voortdurend te monitoren en bij te stellen. Met andere woorden: dit vraagt om een manier van werken waarbij de leraar zijn onderzoekend vermogen inzet, waarbij hij continu vragen stelt over zijn eigen beroepspraktijk en deze praktijkvragen systematisch en adequaat weet te beantwoorden met als doel zijn eigen professionele handelen of de praktijk op zich te verbeteren. Het onderzoekend vermogen wordt door de HU-pabo gedefinieerd als: het beschikken over een onderzoekende houding, het in staat zijn om kennis uit beschikbaar onderzoek toe te passen en onderzoekend te werken, met als doel het eigen functioneren of de praktijk op zich te verbeteren (Snel, 2017). Bij de onderzoekende houding gaat het om de mate waarin iemand gemotiveerd is, vertrouwen heeft en in een veelheid aan beroepssituaties toont opmerkzaam, nieuwsgierig, bedachtzaam en kritisch te zijn. Daarnaast gaat het erom dat je de kennis die je hebt opgedaan, wilt delen met anderen (Herik & Schuitema, 2016). Bij het toepassen van kennis uit beschikbaar onderzoek gaat het voor leraren basisonderwijs vooral om kennis over ontwikkeling van kinderen en kenmerken van goed onderwijs. Onderzoekend werken is het systematische beantwoorden van vragen waarbij gebruik wordt gemaakt van kennis en dat leidt tot verbetering van de praktijk. Stappenplan onderzoekend werken Als je onderzoekend te werk gaat in je eigen praktijk kun je dat het beste stapsgewijs uitvoeren. De stappen staan genoemd in onderstaand kader en worden vervolgens afzonderlijk toegelicht. Deze stappen ga je voor alle vier beroepsopdrachten uitvoeren. In de beschrijving van de beroepsopdrachten in paragraaf 4.2 worden de stappen specifieker ingevuld vanuit de inhoud van elke beroepsopdracht. Bij de stappen zijn vragen geformuleerd die je richting geven bij het nemen van die stap. Stappen onderzoekend werken: Stap 1: Vraag formuleren Stap 2: Verkennen Stap 3: Ontwikkelen en plannen Stap 4: Uitvoeren Stap 5: Evalueren en conclusies trekken Bijbehorende vragen: Waar gaat het om in jouw praktijk? Waar ben je nieuwsgierig naar? Welke theorie is relevant? Wat is de huidige en de gewenste situatie? Wat wil je bereiken? Wat ga je doen en hoe ga je aan de slag om dit te bereiken? Hoe ga je de voortgang bijhouden en je eigen handelen volgen? Wat heb je gedaan? Hoe heb je dat gedaan? Wat heb je bereikt en hoe komt dat? 12

13 Stap 1 Vraag formuleren Onderzoekend werken start met het formuleren van een vraag. Je signaleert een probleem of een uitdaging en formuleert een vraag die tot de oplossing van dat probleem moet leiden of die de uitdaging omschrijft. Voor het formuleren van een goede vraag, is het nodig dat je je verdiept in theorie rondom die vraag. Op die manier verdiep je je in alle facetten rondom de vraag en kun je na het bestuderen van de theorie de vraag gerichter (binnen de context van jouw praktijk) formuleren. Deze beweging noemen we contextualiseren. Je kijkt als het ware met behulp van theorie naar je eigen praktijk. In iedere beroepsopdracht staat steeds één aspect van het beroep centraal. Je maakt bij het formuleren van de vraag waar mogelijk een koppeling met je eigen leerdoelen en je professionele identiteit. Op HUbl vind je een overzicht van aanbevolen bronnen. Uiteraard kun je ook zelf op zoek naar passende bronnen om jouw specifieke vraag te formuleren. Deze stap mondt uit in een typering van de praktijksituatie, een samenvatting van theorie die daarbij relevant is en een concrete afgebakende vraagstelling. Je neemt theoretische begrippen op in je vraagstelling die gebaseerd zijn op relevante bronnen. Stap 2 Verkennen Bij onderzoekend werken gaat het er niet om dat je meteen een oplossing gaat bedenken. Eerst verken je het probleem of uitdaging en de daaruit voortvloeiende vraag nader. Dit doe je onder andere in samenspraak met jouw praktijkopleider. Je bekijkt de praktijksituatie vanuit verschillende invalshoeken die een rol kunnen spelen bij de vraag die je stelt. De invalshoeken heb je in stap 1 gekozen en met behulp van theorie beschreven. De belangrijkste werkwijzen die je hiervoor kunt gebruiken zijn observeren, bekijken van leerlinggegevens, gesprekken met collega s, ouders en leerlingen. Per beroepsopdracht staan hulpvragen geformuleerd die je kunt inzetten bij het verkennen. Deze stap mondt uit in een beschrijving van de huidige situatie in de praktijk en de gewenste situatie waar je naartoe wilt werken. Hierbij maak je steeds zichtbaar welke theorie je daarvoor inzet. Je laat zien dat je met een open, ruime en objectieve blik naar de situatie kijkt. Formuleer kort en krachtig wat je precies wilt gaan uitzoeken of uitproberen in je klas en met welk doel je dat wilt doen. Stap 3 Ontwikkelen en plannen Hoe je aan de slag gaat in de praktijk (om je vraag te beantwoorden en om je gewenste situatie te bereiken) werk je uit in deze stap.. Je beschrijft acties die je wilt uitvoeren. Je kunt daarbij denken aan lesactiviteiten, pedagogische interventies, gesprekken met ouders, etc. Het gaat in ieder geval altijd om je eigen professioneel handelen in de praktijk. Bespreek deze acties voorafgaand ook met jouw praktijkopleider. De aanbevolen bronnen bij de beroepsopdrachten zijn vaak ook bruikbaar bij het ontwikkelen, plannen en vormgeven van je acties. Je kunt ook zelf op zoek gaan naar bronnen, boeken en tijdschriftartikelen die handelingsadviezen geven over hoe bepaalde zaken aangepakt kunnen worden. Ook praktijkkennis van jouzelf en inspirerende voorbeelden van collega s kunnen heel bruikbaar zijn. Deze stap mondt uit in een plan van aanpak (wat ga je wanneer en hoe doen). Het plan van aanpak is haalbaar en gebaseerd op inzichten die je hebt opgedaan in de voorgaande stappen. Je geeft tevens aan hoe je de voortgang gaat bijhouden, je eigen handelen gaat volgen en welke instrumenten (bijvoorbeeld toetsen, observaties, gesprekken, etc.) je daarvoor inzet. Neem dit op in je dagen weekplanningen. 13

14 Stap 4 Uitvoeren In deze stap probeer je dicht te blijven bij de plannen en acties die je hebt bedacht in stap 3. Vergeet daarbij niet om aandacht te hebben voor het vastleggen van de uitvoering en het verloop ervan (wat heb je gedaan en hoe ging het?). Doe dit zo feitelijk mogelijk. De interpretatie van je gegevens volgt later. In de beroepsopdrachten staan aanwijzingen voor hoe je de fase van uitvoering kunt vastleggen. Denk hierbij aan een logboek, aantekeningen tijdens lessen, video-opnames, observaties, evaluatiegesprekken met leerlingen. Dit wordt zichtbaar in (de evaluatie van) jouw dag- en weekplanningen. Deze stap mondt uit in een verslaglegging van de uitvoering van je plan van aanpak. Je maakt gebruik van gegevens die je verzameld hebt met behulp van de instrumenten die je inzet om de voortgang bij te houden. Stap 5 Evalueren en conclusies trekken Bij het evalueren en trekken van conclusies is het belangrijk dat je de tijd neemt om kritisch terug te kijken. Doe dit samen met je praktijkopleider (en eventueel medestudenten). Je kijkt terug op wat je hebt gedaan, hoe dat is verlopen en wat het resultaat is geweest. Hierbij betrek je steeds de theorie die je al eerder hebt beschreven. Op grond daarvan kun je eventueel nieuwe acties formuleren. In de beroepsopdrachten staan vragen beschreven die je kunnen helpen bij het evalueren en trekken van conclusies. Deze stap mondt uit in een beschrijving van de resultaten en een conclusie, waarbij je de theorie betrekt en de vraag beantwoordt die je vooraf hebt gesteld. 14

15 4.2 Vier beroepsopdrachten Op de volgende pagina s vind je een beschrijving van de vier beroepsopdrachten van het afstuderen. Door elk van de vier opdrachten volgens bovenstaande vijf stappen te doorlopen, zet je je onderzoekend vermogen in. De opdrachten worden uitgevoerd tijdens je afstudeerstage en weerspiegelen je actuele niveau binnen deze stagecontext. Bekijk voor de inhoudelijke criteria de beoordelingsformulieren en rubrics op de toetssite van HUbl. De nummering van elke stap in deze handleiding komt overeen met de nummering van de beoordelingscriteria in het beoordelingsformulier. Daarbij staat 2.4 voor: beroepsopdracht 2, stap 4. Het combineren van beroepsopdrachten is toegestaan, maar de (afzonderlijke) beoordelingscriteria per beroepsopdracht zijn maatgevend. Op de HUbl-site over het afstuderen vind je bronnen, instrumenten en suggesties voor invulling van de beroepsopdrachten. Beoordeling in twee delen: AFST1: Stap 1, 2 en 3 zet je tijdens de oriëntatiefase van je stage. Dit zijn de stappen die in de beschrijvingen op de volgende pagina s zijn aangeduid met AFST1. Deze stappen werk je uit tot een beschrijving van in totaal maximaal 2000 woorden per beroepsopdracht, exclusief bronnenlijst en bijlagen. Een format voor de inhoudsopgave van je verslag vind je op HUbl. Het verslag met de vier beroepsopdrachten (en voorwaardelijke onderdelen) laat je voorafgaand aan de afstudeerfase (periode van groepsverantwoordelijkheid) beoordelen door de aan jou toegekende twee examinatoren. Je levert je werk in via het digitaal portfolio. Maak daarin een product aan met de naam: 1718 AFST1 verslag Voornaam Achternaam Voor een eventuele herkansing lever je het gehele verslag opnieuw in via het digitaal portfolio. Maak daarin een product aan met de naam: 1718 AFST1 verslag herkansing Voornaam Achternaam AFST2: Stap 4 en 5 zet je tijdens en direct na de afstudeerfase van je stage. Dit zijn de stappen die in de beschrijvingen op de volgende pagina s zijn aangeduid met AFST2 Je beschrijft stap 4 en 5 in totaal in maximaal 1000 woorden per beroepsopdracht (exclusief bronnenlijst en bijlagen) en voegt deze toe aan het verslag waarin stap 1 t/m 3 zijn beschreven. Een format voor de inhoudsopgave van je verslag vind je op HUbl. Je laat dit beoordelen door dezelfde twee examinatoren als van AFST1. Je levert je werk in via het digitaal portfolio. Maak daarin een product aan met de naam: 1718 AFST2 verslag Voornaam Achternaam Voor een eventuele herkansing lever je het gehele verslag opnieuw in via het digitaal portfolio. Maak daarin een product aan met de naam: 1718 AFST2 verslag herkansing Voornaam Achternaam 15

16 Beroepsopdracht 1: pedagogisch handelen in je groep Relatie opleidingsprofiel: met name kerntaak 1: pedagogisch adequaat handelen. AFST1: Stappen die je zet tijdens de oriëntatiefase van je stage: (1.1) Stap 1: vraag formuleren Tijdens de periode waarin je verantwoordelijk bent voor de groep lever je een actieve bijdrage aan het pedagogisch klimaat in de groep. In deze eerste stap sta je stil bij de groep als geheel en de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen in jouw groep. In de volgende stappen bereid je je voor op hoe jij invulling gaat geven aan groepsvorming en het sociaalemotioneel leren van de kinderen. Bron: Van Meersbergen & De Vries (2017) Sociaal-emotioneel leren is het proces waarbij leerlingen noodzakelijke kennis, attituden en vaardigheden verwerven en toepassen, teneinde beter te worden in het omgaan met zichzelf en de ander. Wanneer over sociaal-emotionele ontwikkeling wordt gesproken slaat dat vooral op het in ontwikkeling zijnde kind. Sociaal-emotioneel leren ondersteunt de sociaal-emotionele ontwikkeling (Overveld, 2017). Op basis van de oriëntatie op je groep en je professionele identiteit bepaal je waarmee je met de groep aan de slag gaat. Waar loop je tegenaan? Wat is voor jou een uitdaging? Zijn er wellicht verstoringen in je groep, zoals een nieuwe leerling, of jij als nieuwe leraar? Vervolgens verdiep je je in de theorie rondom de uitdaging die je wilt aangaan. Betrek hier in ieder geval ontwikkelingslijnen sociaal-emotionele ontwikkeling en groepsdynamische processen bij. Op basis van deze theoretische verdieping en verbreding formuleer je een concrete afgebakende vraag. Zorg ervoor dat je je zowel op de groepsvorming als op de sociaal-emotionele ontwikkeling van alle kinderen in je groep richt. Je neemt theoretische begrippen (die gebaseerd zijn op relevante bronnen) op in je vraagstelling. Je kunt bijvoorbeeld de sociaal-emotionele competenties van leerlingen in beeld brengen: besef hebben van jezelf, zelfmanagement, besef hebben van de ander, relaties kunnen hanteren en keuzes kunnen maken (Overveld, 2009). N.B. Mogelijk geeft jouw professionele identiteit richting aan jouw vraagstelling? Heb je wellicht leerdoelen opgesteld die van belang zijn om mee te nemen in de vraagstelling? (1.2) Stap 2: Verkennen Door het bestuderen van de theorie en het formuleren van de vraag (in stap 1) heb je al richting gegeven aan dat waarmee je aan de slag wilt gaan in de praktijk. In stap 2 verken je de situatie nu in je stagegroep vanuit de theorie die je rondom je vraag hebt bestudeerd en beschreven. Je brengt nu zowel de groepsvorming als de sociaal-emotionele ontwikkeling van alle kinderen in beeld, aan de hand van ontwikkelings- en leerlijnen (die je bij stap 1 hebt beschreven). Je gebruikt de theorie om gericht te observeren of om vragen te stellen die ertoe doen. Tijdens deze verkenning maak je gebruik van instrumenten. Je kunt bijvoorbeeld denken aan observaties en vragenlijsten, gesprekken met de hele groep, groepjes of individuele kinderen (interview). De volgende vragen kunnen daarbij helpen: - Welke fase van groepsvorming is in jouw groep zichtbaar? - Zijn er rollen in de groep te onderscheiden? - Kun je de hiërarchie in de groep zien? - Hoe wordt er omgegaan met culturele verschillen en verschillen tussen jongens en meisjes? 16

17 Vervolgens formuleer je voor de groep de sociaal-emotionele onderwijsbehoeften waar je (groeps)activiteiten aan wilt gaan verbinden. Hou ook rekening met leerlingen of groepjes leerlingen die hier specifiek iets in nodig hebben. Vanuit de onderwijsbehoeften voor de groep, kleinere groepjes en individuen benoem je wat je wilt bereiken (doelen) in de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen in jouw groep. Maak hierin keuzes. Je hebt maar een beperkte periode waarin je kunt bijdragen aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen in je groep. Zorg dus voor een afbakening en leg uit waarom je deze keuze maakt. (1.3) Stap 3: Ontwikkelen en plannen Op basis van de verkenning ontwerp je activiteiten voor sociaal-emotioneel leren, die gericht zijn op het stimuleren van de sociaal-emotionele ontwikkeling in de groep, van subgroepjes of van een individuele leerling te verbeteren. Je kunt daarvoor gebruik maken van een programma dat de basisschool hanteert en waarin jij bewuste keuzes maakt die je vanuit de theorie beargumenteert, maar je kunt natuurlijk ook zelf (op basis van theorie) interventies ontwerpen en inzetten. Bespreek je plan met je praktijkopleider. Als je systematisch en planmatig werkt aan groepsvorming en sociaal-emotioneel leren moet je regelmatig nagaan of jouw (groeps)activiteiten en maatregelen het beoogde resultaat opleveren. Hoe ga je deze voortgang, maar ook het proces (zoals je eigen handelen) zichtbaar maken? Maak een heldere beschrijving van je plan: Wat ga je doen en hoe? Wanneer ga je dat doen? En hoe ga je de gegevens verzamelen? Bij het verzamelen van de gegevens kun je denken aan het gebruik maken van instrumenten zoals observatieformulieren, een sociogram, leerlingvolgsysteem, testen, vragenlijsten, gedragsmetingen, etc. AFST2: Stappen die je zet tijdens de afstudeerfase van je stage: (1.4) Stap 4: Uitvoeren Tijdens de fase van groepsverantwoordelijkheid ga je actief aan de slag met de groepsvorming en het sociaal-emotioneel leren in de groep, subgroepjes of van individuele leerlingen. Beschrijf welke interventies je wanneer hebt ingezet, hoe je het proces (waaronder je eigen handelen en het handelen van de groep) en de voortgang/ontwikkeling van de groep als geheel en van individuele kinderen is verlopen. (1.5) Stap 5: Evalueren en conclusies trekken Op basis van de vraag die je gesteld hebt, beschrijf en interpreteer je de resultaten en evalueer je of de door jou gestelde doelen zijn behaald. In de evaluatie vergelijk en verantwoord je de resultaten op basis van de al beschreven theorie en op basis van dat wat er gebeurd is in de groep. Geef aan wat je uit deze resultaten, vergelijking en verantwoording kunt concluderen. Is je vraag naar tevredenheid beantwoord? Is het antwoord vergelijkbaar met wat je daarover bent tegengekomen in bronnen? De resultaten en je conclusie bespreek je met je praktijkopleider. Verwerk dit in je verslaglegging. Vervolgens formuleer je met behulp van je conclusie(s) de volgende stap waar jij (of je praktijkopleider) mee verder kan in de groepsvorming en het sociaal- emotioneel leren. Input voor je eindassessment: leg vast wat je precies geleerd hebt tijdens het doorlopen van bovenstaande stappen. Koppel dit ook aan je eigen leerdoelen en eigen visie op onderwijs. 17

18 Beroepsopdracht 2: gedifferentieerd onderwijzen in je groep Relatie opleidingsprofiel: met name kerntaak 2 (professioneel voorbereiden en evalueren van onderwijsactiviteiten) en kerntaak 3 (professioneel uitvoeren van onderwijsactiviteiten en volgen en begeleiden van kinderen). AFST1: Stappen die je zet tijdens de oriëntatiefase van je stage: (2.1) Stap 1: vraag formuleren Tijdens de afstudeerfase van je stage krijg je de regie over al het onderwijs dat de kinderen krijgen. In deze opdracht gaat het om gedifferentieerd onderwijzen, dat wil zeggen: je houdt met je aanpak zoveel mogelijk rekening met de verschillende onderwijsbehoeften van de leerlingen. De focus ligt bij deze opdracht bij werkhouding en de cognitieve ontwikkeling van kinderen. Werk dit in deze opdracht voor taal en rekenenwiskunde uit. Met deze twee vakken ben je als leraar dagelijks met leerlingen aan de slag en de leerstof is in hoge mate geordend vanuit (vaak stapsgewijs uitgewerkte) leerlijnen. In beroepsopdracht 3 heb je de mogelijkheid dit ook voor een ander vak of vakoverstijgend uit te werken. Bron: Van Meersbergen & De Vries (2017) Als eerste breng je in kaart welke inhoud momenteel én tijdens de periode van groepsverantwoordelijkheid op het programma staat. Doe dit bijvoorbeeld op het gebied van spelling, technisch en begrijpend lezen en de binnen jouw groep relevante reken-wiskundeonderdelen. Voor groep 1-2 kun je uitgaan van beginnende geletterdheid en ontluikende gecijferdheid. Waar verwacht je dat leerlingen in je groep zich (globaal) bevinden binnen de leerstof? Beschrijf dat aan de hand van bronnen, bijvoorbeeld over domeinen, doelen, leerlijnen en ontwikkelingsfasen. Maak daarin zelf keuzes: wat heb je nodig om straks het onderwijs goed te kunnen verzorgen? Verdiep je ook in de wijze waarop je kunt vaststellen waar kinderen zich binnen de leerstof bevinden en op hoe je (vakinhoudelijke) onderwijsbehoeften kunt formuleren. Denk daarbij aan bronnen over het analyseren van toetsgegevens en het voeren van diagnostische gesprekken. Op HUbl vind je een lijst van aanbevolen bronnen. Je brengt ook aspecten van de werkhouding van leerlingen in kaart, die relevant zijn voor de leerprocessen van de leerlingen. De doelen en onderwijsbehoeften kun je bepalen aan de hand van ontwikkelings- en leerlijnen voor zelfstandig werken, leren leren en sociale competenties. Maak ook gebruik van relevante onderwijsbehoeften die je in beroepsopdracht 1 hebt beschreven. Op HUbl vind je een lijst van aanbevolen bronnen. Daarnaast verdiep je jezelf in differentiëren. Denk daarbij aan: welke differentiatievorm wordt vanuit de theorie aanbevolen om doelen van het vak te behalen? Welke organisatie (clustering, klassenmanagement) past daarbij en welke effectieve instructiemodellen of werkvormen worden vanuit de theorie aanbevolen? Welke didactische aanpakken passen bij welke ontwikkelingsfase(n)? Het is van belang om te weten wat wel en wat niet werkt in een groep met kinderen met verschillende onderwijsbehoeften. De theorie vanuit Handelingsgericht werken (o.a. Pameijer, 2017) kan hierbij bruikbaar zijn. Op basis van deze theoretische verdieping en verbreding formuleer je een concrete, afgebakende vraag. Zorg ervoor dat je je zowel op de werkhouding als op de vakken taal en rekenen-wiskunde richt. Je neemt theoretische begrippen (die gebaseerd zijn op relevante bronnen) op in je vraagstelling. N.B. Mogelijk geeft jouw professionele identiteit richting aan jouw vraagstelling? Heb je wellicht leerdoelen opgesteld die van belang zijn om mee te nemen in de vraagstelling? 18

19 (2.2) Stap 2: Verkennen In deze stap breng je alle kinderen en hun onderwijsbehoeften in beeld. Daar zet je instrumenten voor in: bijvoorbeeld gesprekken, observaties, analyseren van toetsgegevens, raadplegen van relevante gegevens uit het leerlingvolgsysteem. Het stappenplan uit de cyclus van Handelingsgericht werken (HGW) en specifieke vakdidactische aanwijzingen kunnen je hierbij behulpzaam zijn. Je kunt je daarbij richten op de cognitieve ontwikkeling (binnen taal en rekenen-wiskunde), maar in de meeste gevallen zul je ook andere informatie over leerlingen in kaart brengen. Op HUbl is een voorbeeld te vinden van een (gecombineerd) groepsoverzicht, waarin de sociale en emotionele ontwikkeling (zie beroepsopdracht 1) én werkhouding staan beschreven, gekoppeld aan informatie over rekenen en taal. Het format staat echter vrij; het is juist ook de bedoeling van deze opdracht dat je hier een eigen, efficiënte en effectieve werkwijze in leert vinden. Je groepsoverzicht kan antwoord geven op vragen als: - Hoe scoren de leerlingen op diverse vakspecifieke toetsen? - Wat voor soort fouten maken de leerlingen? (n.a.v. een foutenanalyse) - Wat weet ik over de motivatie van de leerlingen? - Wat weet ik over de interesses van de leerlingen? - Wat weet ik over de taakgerichtheid en werkhouding van de leerlingen? Je zou moeten kunnen aangeven hoe de groep als geheel scoort en wat doelen op groepsniveau zijn. Dit kan bijvoorbeeld bovenaan een groepsoverzicht benoemd worden. Algemene én vakspecifieke onderwijsbehoeften op groepsniveau en individueel niveau kun je het beste zo concreet mogelijk beschrijven, zodat je er ook een gesprek over kunt voeren (bijvoorbeeld: met een IB-er of met ouders) en zodat het een goed overdrachtsdocument is naar je praktijkopleider toe. Daarnaast verken je in deze stap vanuit de theorie de (huidige) organisatie in je groep. Wat is nodig om in jouw groep goed te kunnen differentiëren? Ook kijk je vanuit de theorie kritisch naar de (eventuele) methode, materialen en andere leermiddelen van je groep. Als laatste kijk je naar de werkwijzen, clustering en gehanteerde didactiek(en). Beschrijf de huidige situatie en de door jou gewenste situatie. Geef aan - als je differentieert - waarom je dit doet en wat je ermee wilt bereiken (N.B. dat hoeft niet per se een cognitief doel te zijn). Wat is in jouw praktijksituatie mogelijk en hoe? Maak hierin keuzes. Je hebt maar een beperkte periode waarin je het gedifferentieerd onderwijsaanbod zoals jij dat voor je ziet kan realiseren. Zorg dus voor een afbakening en leg uit waarom je deze keuze(s) maakt. (2.3) Stap 3: Ontwikkelen en plannen In deze stap ga je vervolgens een gedifferentieerd onderwijsaanbod opstellen. Dat kan via een groepsplan, maar het format staat vrij. Mogelijk doe je dit in de vorm van weekplanningen. Beschrijf in ieder geval aan welke doelen je gaat werken (wat). Ook moet duidelijk zijn welke organisatievorm, werkvormen en leermiddelen je gaat inzetten voor welke kinderen (hoe). Je verantwoordt vanuit de theorie hoe je onderwijs aansluit bij algemene én vakspecifieke onderwijsbehoeften op groepsniveau en individueel niveau en hoe je gaat differentiëren in je onderwijs. De verantwoording hangt mogelijk ook samen met je eigen onderwijsvisie en leerdoelen. Vragen die je daarbij kunnen helpen: - Welke organisatievorm kies ik? Is dit ook de werkwijze van de school? - Welke clustering van leerlingen kies ik? Waarom? - Welke didactische aanpakken ga ik inzetten, voor welke leerlingen? Kan ik variëren in mijn didactische aanpak, bijv. door sommige kinderen alleen soms concreet materiaal aan te reiken? - Sluit de methode op alle onderdelen aan bij onderwijsbehoeften van de kinderen, of moet ik aanpassingen doen (methode soms loslaten/extra materiaal inzetten of maken)? - Hoe kan ik aandacht schenken aan zowel leerlingen die nog moeite hebben met de stof als aan leerlingen die extra uitdaging of verrijking nodig hebben? - Hoe kan ik de ICT-mogelijkheden bij de methode optimaal benutten? 19

Handleiding Afstuderen. Studiejaar

Handleiding Afstuderen. Studiejaar HU PABO - INSTITUUT THEO THIJSSEN Handleiding Afstuderen Dagopleiding (DAG) Deeltijdopleiding dag-/avondvariant (DAV) Versnelde opleiding (VO) Studiejaar 2018-2019 Osiriscodes: OTO4-AFST1-18 + OTO4-AFST2-18

Nadere informatie

Eindassessment HU pabo

Eindassessment HU pabo Eindassessment HU pabo Presentatie t.b.v. assessoren 6 juni 2018 Team afstudeerfase 2017-2018 Ontwikkeling afstudeerfase Herontwerp: Onderzoekend werken integreren in programma afstudeerfase Verhogen studeerbaarheid,

Nadere informatie

Planning en verantwoording Afstudeerstage DAG/DAV 4/VO 2. Studiejaar

Planning en verantwoording Afstudeerstage DAG/DAV 4/VO 2. Studiejaar INSTITUUT THEO THIJSSEN Planning en verantwoording Afstudeerstage DAG/DAV 4/VO 2 Studiejaar 2016-2017 Osiriscodes: DAG ITT-UTRECHT DAG ITT-AMERSFOORT DAV ITT-UTRECHT VO ITT-UTRECHT OTO4-AFST1-16 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Planning en verantwoording Afstudeerstage DAG/DAV 4/VO 2. Studiejaar

Planning en verantwoording Afstudeerstage DAG/DAV 4/VO 2. Studiejaar INSTITUUT THEO THIJSSEN Planning en verantwoording Afstudeerstage DAG/DAV 4/VO 2 Studiejaar 2015-2016 Osiriscodes: DAG ITT-UTRECHT/ DAG ITT-AMERSFOORT DAV ITT-UTRECHT VO ITT-UTRECHT OTR4-AFS01-14 OTC-B-VOAFS31-14

Nadere informatie

INSTITUUT THEO THIJSSEN. Afstudeerfase ITT Totaaloverzicht. DAG/DAV 4/VO 2 Studiejaar

INSTITUUT THEO THIJSSEN. Afstudeerfase ITT Totaaloverzicht. DAG/DAV 4/VO 2 Studiejaar INSTITUUT THEO THIJSSEN Afstudeerfase ITT Totaaloverzicht DAG/DAV 4/VO 2 Studiejaar 2013-2014 1 Inhoud Inleiding... 3 Verantwoording... 4 Verantwoording Afstudeerfase in schema: Matrix competenties/dublin

Nadere informatie

Planning en verantwoording Afstudeerstage DAG/DAV 4/VO 2. Studiejaar

Planning en verantwoording Afstudeerstage DAG/DAV 4/VO 2. Studiejaar INSTITUUT THEO THIJSSEN Planning en verantwoording Afstudeerstage POP / PAP / PDPP + DAG/DAV 4/VO 2 Studiejaar 2013-2014 Osiriscodes: DAG ITT-UTRECHT DAG ITT-AMERSFOORT DAV ITT-UTRECHT VO ITT-UTRECHT OTC-B-DGAFS01-13

Nadere informatie

Hieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.

Hieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven. Procedure en criteria voor het beoordelen van studenten in de beroepspraktijk Hieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.

Nadere informatie

Beoordelingsprocedure Eindassessment (AFST3) 16-versie

Beoordelingsprocedure Eindassessment (AFST3) 16-versie Beoordelingsprocedure Eindassessment (AFST3) 16-versie Dagopleiding (DAG) Dag-/avondopleiding (DAV) Verkorte opleiding (VO) 2018-2019 Voor assessoren HU PABO - Instituut Theo Thijssen 1 Inhoud Inhoud Inhoud...

Nadere informatie

ASSESSMENT STARTBEKWAAM MINOR 2 HJK of HOK Beoordelingsformulier Criteriumgericht interview en reflectie

ASSESSMENT STARTBEKWAAM MINOR 2 HJK of HOK Beoordelingsformulier Criteriumgericht interview en reflectie ASSESSMENT STARTBEKWAAM MINOR 2 HJK of HOK Beoordelingsformulier Criteriumgericht interview en reflectie Naam student: Klas: Fase: startbekwaam NHL emailadres: 1 e kans / herkansing / algehele herkansing

Nadere informatie

Informatie werkplekleren

Informatie werkplekleren Informatie werkplekleren Pabo Venlo 2014-2015 Inhoudsopgave Inleiding Blz. 3 Stagedagen Blz. 4 Stageweken Blz. 4 Jaaroverzicht 2014-2015 Blz. 5 Opleidingsprogramma Blz. 6 Propedeusefase Hoofdfase Afstudeerfase

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89 Inhoud Inleiding 9 1 Zelfsturend leren 13 1.1 Zelfsturing 13 1.2 Leren 16 1.3 Leeractiviteiten 19 1.4 Sturingsactiviteiten 22 1.5 Aspecten van zelfsturing 25 1.6 Leerproces vastleggen 30 2 Oriëntatie op

Nadere informatie

Beoordelingsprocedure Eindassessment 2014-2015

Beoordelingsprocedure Eindassessment 2014-2015 Beoordelingsprocedure Eindassessment Dagopleiding (DAG) Dag-/avondopleiding (DAV) Verkorte opleiding (VO) 2014-2015 Voor assessoren HU PABO - Instituut Theo Thijssen 1 Inhoud Inhoud Inhoud... 2 Inleiding...

Nadere informatie

Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool

Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool In dit beroepsproduct ontwerp je onderwijs op het gebied van Wetenschap en technologie voor de basisschool. Uitgangspunt bij je onderwijsontwerp

Nadere informatie

Aansluiting op kern- en deeltaken

Aansluiting op kern- en deeltaken GLVF Implementatie In studiejaar 2016-2017 zullen alle studenten leren lesgeven met de GLVF. Enkele aanpassingen in de GLVF formulieren: Aansluiting op kern- en deeltaken; Aantallen GLVF per semester;

Nadere informatie

SW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak. Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf

SW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak. Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf SW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: 23185 Cohort: Geldig vanaf 01-08-2015 Colofon * Daar waar hij staat, wordt ook zij bedoeld en omgekeerd. * Waar cliënt staat, kan

Nadere informatie

Handleiding Assessment Startbekwaamheid

Handleiding Assessment Startbekwaamheid Handleiding Assessment Startbekwaamheid Hoofdfase 3, ALO Opleiding Academie voor Lichamelijke Opvoeding Bachelor of Sport and Physical Education Domein Bewegen, Sport en Voeding Februari 2013 Inhoud Introductie

Nadere informatie

Stappenplan Ontdekken van de Wereld

Stappenplan Ontdekken van de Wereld Stappenplan 2.1.2 Ontdekken van de Wereld In dit document lees je wat het beroepsproduct bij de onderwijseenheid Ontdekken van de Wereld inhoudt en volgens welke stappen je er aan kunt werken. Inleiding

Nadere informatie

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3)

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3) ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk 2018-2019 Fase 3 (jaar 3) Kerntaak 1: Pedagogische adequaat handelen: opbouwende relatie met kinderen ontwikkelen, leiding geven aan de groep, zorgen voor een goed

Nadere informatie

Beoordelingsprocedure Eindassessment

Beoordelingsprocedure Eindassessment Beoordelingsprocedure Eindassessment Dagopleiding (DAG) Dag-/avondopleiding (DAV) Verkorte opleiding (VO) 2015-2016 Voor assessoren HU PABO - Instituut Theo Thijssen Wijzigingen t.o.v. versie 2014-2015

Nadere informatie

INFORMATIEBIJEENKOMST CURRICULUM INSTITUUT HU PABO THEO THIJSSEN. Presentatie t.b.v. opleidingsscholen 14 en 21 september 2016

INFORMATIEBIJEENKOMST CURRICULUM INSTITUUT HU PABO THEO THIJSSEN. Presentatie t.b.v. opleidingsscholen 14 en 21 september 2016 INFORMATIEBIJEENKOMST CURRICULUM INSTITUUT HU PABO THEO THIJSSEN Presentatie t.b.v. opleidingsscholen 14 en 21 september 2016 Welkom Samen opleiden van studenten vraagt een nauwe samenwerking tussen de

Nadere informatie

Beoordelingsprocedure Eindassessment

Beoordelingsprocedure Eindassessment Beoordelingsprocedure Eindassessment Code OTO4-AFST2-18 Dagopleiding (DAG) Dag-/avondopleiding (DAV) Verkorte opleiding (VO) 2018-2019 semester 1 en 2 Voor assessoren HU PABO - Instituut Theo Thijssen

Nadere informatie

Beoordelingsprocedure Eindassessment

Beoordelingsprocedure Eindassessment Beoordelingsprocedure Eindassessment Code OTO4-AFST2-17 Dagopleiding (DAG) Dag-/avondopleiding (DAV) Verkorte opleiding (VO) 2017-2018 semester 2 Voor assessoren HU PABO - Instituut Theo Thijssen 1 Inhoud

Nadere informatie

Samen beoordelen van deeltijdstudenten Bijlage 9

Samen beoordelen van deeltijdstudenten Bijlage 9 Samen beoordelen van deeltijdstudenten Bijlage 9 Kenniscentrum Talentontwikkeling Handleiding Stage Deeltijdopleiding Jaar 1 1 Pabo Hogeschool Rotterdam September 2017 Inleiding In het eerste jaar van

Nadere informatie

Format voor het plan van aanpak voor het aanvragen van een ster

Format voor het plan van aanpak voor het aanvragen van een ster Format voor het plan van aanpak voor het aanvragen van een ster Uitwerking Domein Gezondheidszorg Hogeschool Utrecht Honoursforum GZ Onderwerp / thema: Naam student: Studentnummer: Opleiding: Studiejaar

Nadere informatie

Ontwikkelingsverslag Minor Teaching Abroad

Ontwikkelingsverslag Minor Teaching Abroad Ontwikkelingsverslag Minor Teaching Abroad In dit document beschrijf je zo concreet mogelijk jouw ontwikkeling op de vijf kerntaken gedurende de stage in het buitenland. Elke kerntaak onderbouw je met

Nadere informatie

ten behoeve van het beoordelingsportfolio Startbekwaamheid Hoofdfase 3, ALO

ten behoeve van het beoordelingsportfolio Startbekwaamheid Hoofdfase 3, ALO Zelfevaluatie ten behoeve van het beoordelingsportfolio Startbekwaamheid Hoofdfase 3, AL pleiding Academie voor Lichamelijke pvoeding Februari 2013 Zelfevaluatie ten behoeve van het beoordelingsportfolio

Nadere informatie

Eindassessment. DAG 4 / DAV 4 / VO 2 Studiejaar

Eindassessment. DAG 4 / DAV 4 / VO 2 Studiejaar INSTITUUT THEO THIJSSEN Eindassessment DAG 4 / DAV 4 / VO 2 Studiejaar 2015-2016 Osiriscodes: DAG ITT-UTRECHT DAG ITT-AMERSFOORT DAV ITT-UTRECHT VO ITT-UTRECHT OTR4- AFS03-14 OTR4- AFS03-14 OTR4- AFS03-14

Nadere informatie

Beoordelingsformulieren. Aanpassingen

Beoordelingsformulieren. Aanpassingen Beoordelingsformulieren Aanpassingen 2018-2019 Opzet praktijkbeoordeling Oud Nieuw SBL-competenties Kerntaken en deeltaken (opleidingsprofiel) 10 geselecteerde algemene Centrale Criteria 23 Indicatoren

Nadere informatie

Box 4: Evaluatie HGW in het handelen van de student tijdens stage

Box 4: Evaluatie HGW in het handelen van de student tijdens stage Kees Dijkstra (Windesheim), Els de Jong (Hogeschool Utrecht) en Elle van Meurs (Fontys OSO). 31 mei 2012 Box 4: Evaluatie HGW in het handelen van de student tijdens stage U kunt dit schema gebruiken om

Nadere informatie

Handleiding Coaching/stagereflectie

Handleiding Coaching/stagereflectie Fontys Hogeschool Pedagogiek Coaching/Intervisie Minor Forensische Orthopedagogiek 2013-2014 Studiejaar 3 Handleiding Coaching/stagereflectie Voor studenten voltijd Minor Forensische Orthopedagogiek Studiejaar

Nadere informatie

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen DIDACTISCHE BEKWAAMHEID D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen Resultaat De leraar motiveert leerlingen om actief aan de slag te gaan. De leraar maakt doel en verwachting van de les duidelijk zorgt

Nadere informatie

Opleiding Verzorgende IG PROEVE

Opleiding Verzorgende IG PROEVE Opleiding Verzorgende IG PROEVE Uitleg Albeda College Branche Gezondheidszorg Kwalificatieniveau 3 Cohort: 2015-2016 Crebocode: 95530 Februari 2015 Naam student: Proeve Cohort 2012-2013 verzorgende IG

Nadere informatie

STARTERSBLOKKEN - XPECT PRIMAIR OMGAAN MET VERSCHILLEN TUSSEN LEERLINGEN VERDIEPING

STARTERSBLOKKEN - XPECT PRIMAIR OMGAAN MET VERSCHILLEN TUSSEN LEERLINGEN VERDIEPING STARTERSBLOKKEN - XPECT PRIMAIR OMGAAN MET VERSCHILLEN TUSSEN LEERLINGEN VERDIEPING Versie 4.0 (07-11-2017) DOELSTELLINGEN De startersblokken van Xpect Primair zijn speciaal ontwikkeld voor jou als leerkracht

Nadere informatie

Instructie Praktijkopleider of BPV Beoordelaar

Instructie Praktijkopleider of BPV Beoordelaar Instructie Praktijkopleider of BPV Beoordelaar Ontwikkelingsgericht Praktijkbeoordelen.nl DOSSIER : Alle DOSSIERCREBO : Alle KWALIFICATIE : Alle KWALIFICATIECREBO : Alle NIVEAU : Alle COHORT : Vanaf 2015

Nadere informatie

Plan onderzoek OS Boss po Bijlage 7. Kenniscentrum Talentontwikkeling

Plan onderzoek OS Boss po Bijlage 7. Kenniscentrum Talentontwikkeling Plan onderzoek OS Boss po Bijlage 7 Kenniscentrum Talentontwikkeling Visie op Onderzoek in Opleidingsschool BOSS po Binnen OS BOSS po streven we ernaar om leerkrachten op te leiden die onderzoekend, intentioneel

Nadere informatie

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt:

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt: Achtergrond Basisschool De Regenboog staat in de wijk Zuid-west in Boekel en valt onder het bestuur van Zicht PO. Evenals de andere scholen onder dit bestuur gaan wij de komende periode vorm geven aan

Nadere informatie

Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO

Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO Kees Dijkstra (Windesheim), Els de Jong (Hogeschool Utrecht) en Elle van Meurs (Fontys OSO). 31 mei 2012 Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO Doel

Nadere informatie

kempelscan K1-fase Eerste semester

kempelscan K1-fase Eerste semester kempelscan K1-fase Eerste semester Kempelscan K1-fase eerste semester 1/6 Didactische competentie Kern 3.1 Didactisch competent Adaptief omgaan met leerlijnen De student bereidt systematisch lessen/leeractiviteiten

Nadere informatie

Bijlage 8.7: Voorbeeldopdrachten bij de uitgangspunten van HGW

Bijlage 8.7: Voorbeeldopdrachten bij de uitgangspunten van HGW Bijlage 8.7: Voorbeeldopdrachten bij de uitgangspunten van HGW Deze bijlage bevat voorbeelden van opdrachten bij de zeven uitgangspunten van HGW. Bij elke opdracht staat aangegeven welke informatie uit

Nadere informatie

Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen.

Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen. Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen. In dit document lees je wat het beroepsproduct Technisch gesproken reken ik daarop inhoudt. De vakken rekenen-wiskunde,

Nadere informatie

NMV- Criteria Eindgesprek

NMV- Criteria Eindgesprek 1 NMV- Criteria Eindgesprek Leraar Primair Onderwijs montessoribasisbekwaam 2017 Document van het bestuur van de Nederlandse Montessori Vereniging Vastgesteld op 18 mei 2017 NMV- criteria Eindgesprek Leraar

Nadere informatie

WORKSHOP: Wat zijn uw eigen competenties?

WORKSHOP: Wat zijn uw eigen competenties? LOGO-congres 15 juni 2012 Onderwijsvernieuwing met Ambitie en Passie WORKSHOP: Wat zijn uw eigen competenties? Theo Bouman & Valerie Hoogendoorn Opleidingsinstituut PPO Groningen 1 Doel Feeling te krijgen

Nadere informatie

LeerWerkPlan VLO fase 2, Zwolle

LeerWerkPlan VLO fase 2, Zwolle 12-10-2010 VLO fase 2, Zwolle Leerwerkplan leerjaar 1 Opmerkingen Werkplekbegeleider Handtekening Opdracht 1 Competentie gericht leren B4 Organisatorisch gedragsindicator: B 4.5 B6 Competent in het samenwerken

Nadere informatie

Eindverslag stage jaar 1

Eindverslag stage jaar 1 Eindverslag stage jaar 1 In de stagegids jaar 1 kun je alle achtergrondinformatie over de stage vinden. In de bijlage van de stagegids staat ook een overzicht (tabel) met alle documenten die van belang

Nadere informatie

Begeleidingsplan. Hogeschool IPABO

Begeleidingsplan. Hogeschool IPABO Begeleidingsplan Hogeschool IPABO Versie september 2010 1. Inleiding Het handelingsgericht werken ín de groep, zorgt er voor dat zoveel mogelijk kinderen profiteren van het onderwijsaanbod. Deze werkvorm

Nadere informatie

kempelscan P2-fase Studentversie

kempelscan P2-fase Studentversie kempelscan P2-fase Studentversie Pedagogische competentie Kern 2.1 Pedagogisch competent Pedagogisch handelen Je draagt bij aan een veilige leef- en leeromgeving in de groep O M V G Je bent consistent

Nadere informatie

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Dit document is bedoeld om de opleidings- en werkveldexaminatoren te informeren over de achtergronden van het Startbekwaamheidsgesprek.

Nadere informatie

Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht

Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht Naam: School: Daltoncursus voor leerkrachten Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht Inleiding: De verantwoordelijkheden van de leerkracht zijn samen te vatten door vier beroepsrollen te

Nadere informatie

VOORWOORD. De opbouw van de leereenheden

VOORWOORD. De opbouw van de leereenheden VOORWOORD Angerenstein SB (Sport en Bewegen) is een complete serie leermiddelen voor het kwalificatiedossier Sport en Bewegen. Angerenstein SB bestaat uit boeken met theorie en opdrachten, online verdiepingsstof

Nadere informatie

Errata Studiegids. Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Deeltijd

Errata Studiegids. Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Deeltijd Errata Studiegids Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Deeltijd 2015-2016 Inhoudsopgave 1 Algemeen 3 2 Errata 4 2.1 Afstuderen (paragraaf 2.5.6)... 4 2.2 HU Onderwijsrooster (paragraaf 6.1)... 4 2.3

Nadere informatie

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Dit document is bedoeld om de opleidings- en werkveldexaminatoren te informeren over de achtergronden van het Startbekwaamheidsgesprek.

Nadere informatie

Dit portfolio is eigendom van: Naam: Adres: Postcode en woonplaats: Telefoon: Naam studieloopbaanbegeleider: Telefoon:

Dit portfolio is eigendom van: Naam: Adres: Postcode en woonplaats: Telefoon:   Naam studieloopbaanbegeleider: Telefoon: Dit portfolio is eigendom van: Naam: Adres: Postcode en woonplaats: Telefoon: E-mail: ------------------------------------------------------------------------------------------------------------ Naam studieloopbaanbegeleider:

Nadere informatie

Handleiding bij het opstellen van een Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP)

Handleiding bij het opstellen van een Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) Handleiding bij het opstellen van een Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) In de voorbereiding op het Pop gesprek stelt de medewerker een persoonlijk ontwikkelingsplan op. Hierbij maakt de medewerker gebruik

Nadere informatie

Handelingsgericht Werken. Onderwijsdag Enschede 20 maart 2012 Maria Bolscher

Handelingsgericht Werken. Onderwijsdag Enschede 20 maart 2012 Maria Bolscher Handelingsgericht Werken Onderwijsdag Enschede 20 maart 2012 Maria Bolscher Doelen Kennismaking met de uitgangspunten HGW Reflecteren op uitgangspunten HGW Zicht op de betekenis van HGW op de eigen praktijksituatie

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Uit: Besluit van 16 maart 2017 tot wijziging van het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel en het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel BES in verband

Nadere informatie

Persoonlijk Ontwikkelplan Fase 1 - portfolio Opleiding tot hooggevoeligheidsdeskundige

Persoonlijk Ontwikkelplan Fase 1 - portfolio Opleiding tot hooggevoeligheidsdeskundige Persoonlijk Ontwikkelplan Fase 1 - portfolio Opleiding tot hooggevoeligheidsdeskundige Inhoud Inleiding... 3 De basis... 4 Opleiding tot hooggevoeligheidsdeskundige... 4 Overview persoonlijk ontwikkelplan...

Nadere informatie

Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie

Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie Kariene Mittendorff, lectoraat Innovatief en Effectief Onderwijs Studieloopbaanbegeleiding Binnen scholen wordt op verschillende manieren gewerkt aan

Nadere informatie

HANDLEIDING PORTFOLIO BEWEEGDESKUNDIGE NAH

HANDLEIDING PORTFOLIO BEWEEGDESKUNDIGE NAH HANDLEIDING PORTFOLIO BEWEEGDESKUNDIGE NAH INFORMATIE VOOR DE CURSIST / EXAMENKANDIDAAT Stappenplan Proeve van Bekwaamheid Fit!vak Beweegdeskundige Niet Aangeboren Hersenletsel (NAH) Verwerven competenties

Nadere informatie

Opleiding Verzorgende IG PROEVE

Opleiding Verzorgende IG PROEVE Opleiding Verzorgende IG PROEVE Albeda College Branche Gezondheidszorg Kwalificatieniveau 3 Cohort: 2012 2013 Crebocode: 94830 en 95530 Naam student: Proeve Cohort 2012-2013 verzorgende IG Inhoudsopgave

Nadere informatie

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid Leg het fundament Crebonummer 91370 Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 1 e herziene druk: november 2013 ISBN:

Nadere informatie

Interpersoonlijk competent

Interpersoonlijk competent Inhoudsopgave Inhoudsopgave...0 Inleiding...1 Interpersoonlijk competent...2 Pedagogisch competent...3 Vakinhoudelijk & didactisch competent...4 Organisatorisch competent...5 Competent in samenwerken met

Nadere informatie

Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG

Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Ella ten Barge ROC/AOC: Friesland College Eindproduct (aankruisen) X in beeld/lesgeven op pad/ecursie aan

Nadere informatie

TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE Praktijk 8 Deeltijd

TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE Praktijk 8 Deeltijd TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE Praktijk 8 Deeltijd Titel vak: Praktijk 8 Kwartaal: 4 Voltijd/deeltijd: Deeltijd Studiejaar: 2 Datum versie: April 2013 ECTS: 5 Assessoren: Vakcoördinator: Caroline Zijlstra, Chris

Nadere informatie

LeerWerkPlan VLO fase 1, Zwolle

LeerWerkPlan VLO fase 1, Zwolle Akkoord, 11-11-2009/HMJ - Laatste opdracht vervangen door iets anders (is gelijk aan 1 e verplichte opdracht, voegt dus niets toe). Je kunt dit ook eerst even afwachten: er doet zich waarschijnlijk wel

Nadere informatie

Voorwoord Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning

Voorwoord Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning Voorwoord Voor u ligt een proeve van bekwaamheid voor de opleiding Helpende Zorg & Welzijn, niveau 2, voor de kerntaak 1: Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning Deze proeve sluit

Nadere informatie

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 1 (jaar 1)

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 1 (jaar 1) ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk 2018-2019 Fase 1 (jaar 1) Kerntaak 1: Pedagogische adequaat handelen: opbouwende relatie met kinderen ontwikkelen, leiding geven aan de groep, zorgen voor een goed

Nadere informatie

Informatiebulletin voor studenten Bijlage 3

Informatiebulletin voor studenten Bijlage 3 Informatiebulletin voor studenten Bijlage 3 Kenniscentrum Talentontwikkeling Informatiebulletin voor studenten Inhoud 1. Inleiding: OS Boss po 2 2. Opleiding, begeleiding en beoordeling 2 3. Rollen en

Nadere informatie

Inhoud: Opdracht 1 pagina 2 Opdracht 2 pagina 3 Opdracht 3 pagina 4 Opdracht 4 pagina 5 Opdracht 5 pagina 6

Inhoud: Opdracht 1 pagina 2 Opdracht 2 pagina 3 Opdracht 3 pagina 4 Opdracht 4 pagina 5 Opdracht 5 pagina 6 Leerwerkplan leerjaar 2 2007 2008 Handtekening instituutbegeleider Naam student : Erik Postema Student nummer : 1006851 Klas : DLO2 metaal Opmerkingen werkplekbegeleider Opmerkingen en eindoordeel instituutbegeleider

Nadere informatie

ASSESSMENTS VAN DE BACHELOR LGL en GPW

ASSESSMENTS VAN DE BACHELOR LGL en GPW ASSESSMENTS VAN DE BACHELOR LGL en GPW FHTL, UTRECHT 2017-2018 Inhoudsopgave INLEIDING 3 PROPEDEUSE- ASSESSMENT 4 TOELATINGSEISEN VOOR HET ASSESSMENT: 4 INHOUD VAN HET PORTFOLIO 4 OPMERKINGEN 5 HOOFDFASE-

Nadere informatie

Deelopdracht 1: Onderzoek naar het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek

Deelopdracht 1: Onderzoek naar het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek Deelopdracht 1: Onderzoek naar het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek In deze deelopdracht ga je het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek onderzoeken. Geerts en van Kralingen (2011) definiëren onderwijsconcept

Nadere informatie

Naam: Stageplek: Klas:

Naam: Stageplek: Klas: Naam: Stageplek: Klas: Inhoudsopgave Naam stagebegeleider Telefoonnummer stagebegeleider Mailadres stagebegeleider Adres stage bedrijf Naam stagebegeleider (als er 2 zijn) Telefoonnummer stagebegeleider

Nadere informatie

Lesvoorbereidingsmodel

Lesvoorbereidingsmodel Gegevens student Gegevens basisschool Naam Naam Groep Voltijd Deeltijd Dagavond Plaats Studiejaar/periode Sem 1 Sem 2 Soort onderwijs Regulier Montessori Dalton OGO Studentnummer Stagementor(en) Email

Nadere informatie

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Persoonlijke ontwikkeling Portfolio ~ POP ~ PAP

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Persoonlijke ontwikkeling Portfolio ~ POP ~ PAP BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Inleiding en leerdoelen Het begrip portfolio komt oorspronkelijk uit de wereld van kunst en architectuur. Kunstenaars en architecten kunnen bij hun sollicitaties

Nadere informatie

SW-B-K1-W3 (C) Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf

SW-B-K1-W3 (C) Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf SW-B-K1-W3 (C) Versterkt de eigen kracht van de groep Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: 23185 Cohort: Geldig vanaf 01-08-2015 Colofon * Daar waar hij staat, wordt ook zij bedoeld en omgekeerd. * Waar cliënt

Nadere informatie

Concept: De basis van de praktijkroute. FC Extra

Concept: De basis van de praktijkroute. FC Extra Concept: De basis van de praktijkroute FC Extra Verdiepin g Training van vaardigheden Verdieping: Algemene thema s Verbreding en verdieping op: Kennis Toepassen van kennis Onderzoek Verdieping: Vakinhoudelijk

Nadere informatie

Spinnenweb t.b.v. evaluatie stand van zaken implementatie Zo.Leer.Ik! concept

Spinnenweb t.b.v. evaluatie stand van zaken implementatie Zo.Leer.Ik! concept Spinnenweb t.b.v. evaluatie stand van zaken implementatie Zo.Leer.Ik! concept Dit document beschrijft het model dat binnen het netwerk ontwikkeld wordt om: Aan de ene kant te dienen als een leidraad om

Nadere informatie

Instructie student. Ontwikkelingsgericht Praktijkbeoordelen.nl

Instructie student. Ontwikkelingsgericht Praktijkbeoordelen.nl Instructie student Ontwikkelingsgericht Praktijkbeoordelen.nl DOSSIER DOSSIERCREBO KWALIFICATIE NIVEAU COHORT KERNTAAK VERSIE : 1v1 Augustus 2018 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Stappenplan 4 3. Instructie

Nadere informatie

EXAMEN KEUZEDEEL VERRIJKING LEERVAARDIGHEDEN Code: K INFORMATIE VOOR DE STUDENT

EXAMEN KEUZEDEEL VERRIJKING LEERVAARDIGHEDEN Code: K INFORMATIE VOOR DE STUDENT EXAMEN KEUZEDEEL VERRIJKING LEERVAARDIGHEDEN Code: K0440 2. INFORMATIE VOOR DE STUDENT Versie 1.0 31.05.2016 Informatie Deze informatie is voor jou omdat je examen gaat doen in het keuzedeel Verrijking

Nadere informatie

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Bijlage 3 SFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Ella ten Barge ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op pad/ecursie

Nadere informatie

Tool scan formatieve toetscyclus

Tool scan formatieve toetscyclus Tool scan formatieve toetscyclus Lees de beschrijvingen van docentactiviteiten in de formatieve toetscyclus hieronder. Geef steeds aan in hoeverre jij dit momenteel doet in je eigen onderwijs. Score 1

Nadere informatie

Hoe rijk is een GP ervaring? Proeven en Opbrengst Gericht Werken: Hoe zit dat?

Hoe rijk is een GP ervaring? Proeven en Opbrengst Gericht Werken: Hoe zit dat? Hoe rijk is een GP ervaring? Proeven en Opbrengst Gericht Werken: Hoe zit dat? GP goes OGW Met OGW willen we de ontwikkeling van leerlingen zo goed mogelijk stimuleren. Dat vraagt van de docent én school

Nadere informatie

Sterkte-Zwakte Analyse

Sterkte-Zwakte Analyse Sterkte-Zwakte Analyse Naam en klas student: Dirkje Martens PEH16DA Stagegroep: Groep 5 en 6. Naam SLB: Frank Verwater Datum: februari 2017 t/m april 2017 Naam Werkplekbegeleider: Stageschool: BVO Handvaardigheid

Nadere informatie

Rubrics vaardigheden

Rubrics vaardigheden Rubrics vaardigheden Rubrics vaardigheden In het leerlab 2020 hebben 7 vernieuwingsscholen vier rubrics ontwikkeld om de persoonlijke groei van leerlingen in kaart te brengen. Deze rubrics zijn vaardigheden

Nadere informatie

BPV-praktijkboek. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent

BPV-praktijkboek. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent BPV-praktijkboek Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent Crebocode 90440, dossier 2013-2014 Bedrijfsnaam :. Naam Student : Cohort :.. Wat is een BPV werkboek Dit BPV werkboek maakt onderdeel uit van de Opleiding

Nadere informatie

Opbrengstgericht werken in het Voortgezet onderwijs

Opbrengstgericht werken in het Voortgezet onderwijs Opbrengstgericht werken in het Voortgezet onderwijs Wat is opbrengstgericht werken? Opbrengstgericht werken is het systematisch en doelgericht werken aan het maximaliseren van de prestaties van leerlingen.

Nadere informatie

op (afnemende) sturing Een interventie gericht op docenten bij het opleiden en begeleiden van studenten naar zelfstandig beroepsbeoefenaars.

op (afnemende) sturing Een interventie gericht op docenten bij het opleiden en begeleiden van studenten naar zelfstandig beroepsbeoefenaars. op (afnemende) sturing Een interventie gericht op docenten bij het opleiden en begeleiden van studenten naar zelfstandig beroepsbeoefenaars. Auteur: Anneke Lucassen Zelfevaluatie begeleiden bij zelfstandig

Nadere informatie

Rubrics vaardigheden

Rubrics vaardigheden Rubrics vaardigheden Rubrics vaardigheden In het leerlab 2020 hebben 7 vernieuwingsscholen vier rubrics ontwikkeld om de persoonlijke groei van leerlingen in kaart te brengen. Deze rubrics zijn vaardigheden

Nadere informatie

BEOORDELINGSFORMULIER BEROEPSPRODUCTEN MASTER SEN. Claudia Maria Willemsen

BEOORDELINGSFORMULIER BEROEPSPRODUCTEN MASTER SEN. Claudia Maria Willemsen Student vult deze gegevens volledig in BEOORDELINGSFORMULIER BEROEPSPRODUCTEN MASTER SEN Volledige naam student i Claudia Maria Willemsen Studentnummer 1096286 Cohort 2015 Windesheim-e-mail Modulecode

Nadere informatie

Geregeld. Instituut Theo Thijssen. Juni 2015, jaargang 5, nr. 5

Geregeld. Instituut Theo Thijssen. Juni 2015, jaargang 5, nr. 5 Geregeld Instituut Theo Thijssen Juni 2015, jaargang 5, nr. 5 Website voor de schoolopleiders: www.werkvelditt.hu.nl Agenda: 7 oktober: Opleidingsraad 15 september: BOIS overleg Redactie Geregeld: Henk

Nadere informatie

Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie

Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie Formulier tussenevaluatie Naam student: Studentnummer: Naam school / onderwijsinstelling: Naam werkplekbegeleider: Naam instituutsopleider: Datum: Beoordeling Niet

Nadere informatie

Opdrachten bij hoofdstuk 1

Opdrachten bij hoofdstuk 1 Opdrachten bij hoofdstuk 1 1.1 Het portfolio op jouw opleiding Ga na met welke portfolio s er binnen jouw pabo gewerkt wordt. Probeer in handboeken en studiegidsen van je opleiding omschrijvingen van het

Nadere informatie

Visiestuk. Waarden. De waarden die ik belangrijk vind op een basisschool zijn:

Visiestuk. Waarden. De waarden die ik belangrijk vind op een basisschool zijn: Visiestuk Deze foto past bij mij omdat ik altijd voor het hoogst haalbare wil gaan. Ook al kost dit veel moeite en is het eigenlijk onmogelijk. Ik heb doorzettingsvermogen, dat heb je ook nodig bij het

Nadere informatie

Heikamperweg AZ Asten-Heusden

Heikamperweg AZ Asten-Heusden Heikamperweg 1 5725 AZ Asten-Heusden bbs.antonius@prodas.nl www.antonius-heusden.nl Beste geïnteresseerde in de kwaliteiten van BBS. Antonius, Kwalitatief en passend onderwijs verzorgen is een opdracht

Nadere informatie

Leerwerktaak: Verhaaltjessom oplossen aanleren

Leerwerktaak: Verhaaltjessom oplossen aanleren Leerwerktaak: oplossen aanleren Titel Gekoppeld aan beroepstaak OWE ILS-wi 614 Gekoppeld aan de volgende competenties(s) Niveau Geschikt voor de volgende vakken Ontwerper/ ontwerpgroep/ sectie/ school

Nadere informatie

Breidt netwerk min of meer bij toeval uit. Verneemt bij bedrijven wensen voor nieuwe

Breidt netwerk min of meer bij toeval uit. Verneemt bij bedrijven wensen voor nieuwe Accountmanager Accountmanager onderhoudt relaties met bedrijven en organisaties met het doel voor praktijkleren binnen te halen. Hij kan nagaan welke bedrijven hebben, doet voorstellen voor bij bedrijven

Nadere informatie

BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER

BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER BOL PBGZ 13 Gehandicaptenzorg en samenleving profielfase Cohort 2016 2019 kwartiel 11 INSTROOMVEREISTEN: Om aan deze leereenheid

Nadere informatie

Errata Studiegids. Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Voltijd

Errata Studiegids. Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Voltijd Errata Studiegids Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Voltijd 2015-2016 Inhoudsopgave 1 Algemeen 3 2 Errata 4 2.1 Afstuderen (paragraaf 2.5.6)... 4 2.2 HU Onderwijsrooster (paragraaf 6.1)... 4 2.3

Nadere informatie

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 5 Persoonlijke ontwikkeling Reflecteren

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 5 Persoonlijke ontwikkeling Reflecteren BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 5 Inleiding en leerdoelen Reflectie is de weerkaatsing van licht in bijvoorbeeld een spiegel. Reflectie zoals je dat in deze opdracht zult leren is eigenlijk

Nadere informatie

Leerwerkstage 1. voorbereiden, uitvoeren en evalueren lesactiviteiten. Project: informatievaardigheden (mediawijsheid)

Leerwerkstage 1. voorbereiden, uitvoeren en evalueren lesactiviteiten. Project: informatievaardigheden (mediawijsheid) Leerwerkstage 1 voorbereiden, uitvoeren en evalueren lesactiviteiten Project: informatievaardigheden (mediawijsheid) Activiteiten tijdens de stage Eerst geven we een globaal overzicht van de verschillende

Nadere informatie

EXAMEN KEUZEDEEL VERRIJKING LEERVAARDIGHEDEN Code: K INFORMATIE VOOR DE BEOORDELAAR

EXAMEN KEUZEDEEL VERRIJKING LEERVAARDIGHEDEN Code: K INFORMATIE VOOR DE BEOORDELAAR EXAMEN KEUZEDEEL VERRIJKING LEERVAARDIGHEDEN Code: K0440 3. INFORMATIE VOOR DE BEOORDELAAR Versie 1.1 31.10.2016 INHOUD Inleiding... 3 Het examen... 3 Cesuur... 3 Afronding... 4 BIJLAGEN... 5 BIJLAGE 1a

Nadere informatie