Gemeente Delft. Gescand archief. Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. :college van B&W

Transcriptie

1 Gemeente Delft Raadsvoorstel Aan de gemeenteraad Van :college van B&W Gescand archief Datum Pfh. :15juli2015 :Aletta Hekker, Raimond de Prez ^ Steller :Ron Hoeben tel.nr. : rhoeben@delft.nl Programma :Samenleving Registratienr. : Stuk : GRI4/370 I Onden/verp :Gemeenschappelijke regeling regionaal inkoopbureau H10 Gevraagde beslissing: Toestemming verlenen voor het treffen van de gemeenschappelijke regeling Regionaal H10 a/s overbrugging naar een bedrijfsvoeringsorganisatie op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen. Samenvatting In het kader van de verplichting vanuit het Rijk om regionaal samen te werken in de decentralisatie van de jeugdzorg hebben de negen gemeenten in de regio Haaglanden en de gemeente Voorschoten afspraken gemaakt over de vorming van een gezamenlijk inkoopbureau. Dit inkoopbureau gaat in opdracht van deze gemeenten de inkoop uitvoeren van de benodigde specialistische zorg. Hiervoor moet het inkoopbureau beschikken over rechtspersoonlijkheid. Gezien de algemene kenmerken komt een bedrijfsvoeringsorganisatie op publiekrechtelijke leest als meest doelmatige vorm in aanmerking. Een dergelijke gemeenschappelijke regeling is 'licht' van aard. Ze kent geen geleed bestuur, beschikt over de gewenste rechtspersoonlijkheid en is puur op de bedrijfsvoering gericht. Wanneer de wetswijziging voor de bedrijfsvoeringsorganisatie als nieuwe rechtsvorm precies wordt ingevoerd is nog onzeker. Wel is zeker dat de wet er komt, gezien het feit de finale behandeling in de Eerste Kamer 8 juli heeft plaatsgevonden, hetgeen wil zeggen dat de wet is aangenomen. Voorgesteld wordt voor de overbruggingsfase een gemeenschappelijke regeling met openbaar lichaam op te richten. Deze regeling wordt zoveel als mogelijk reeds gestoeld op het bestuurlijke model van de bedrijfsvoeringsorganisatie, zodat na het van kracht worden van de wetswijziging het noodzakelijke aanpassingsbesluit tot omzetting van de figuur van openbaar lichaam in een bedrijfsvoeringsorganisatie slechts van juridisch-technische aard kan zijn zonder dat in de bestuurlijke verantwoordelijkheden of personele samenstelling de facto veranderingen nodig zijn. De gemeenschappelijke regeling wordt voor driejaar aangegaan met de mogelijkheid van verlenging. Na een eventuele verlenging kan een gemeente de regeling met inachtneming van een termijn van een jaar opzeggen. 1. Aanleiding De samenwerkende gemeenten in de regio Haaglanden en Voorschoten hebben besloten voor de inkoopsamenwerking van zorg een gezamenlijk inkoopbureau op te richten. Het inkoopbureau moet voor 1 oktober 2014 beschikken over rechtspersoonlijkheid, zodat de contracten op tijd - conform de instructie van de Minister - kunnen worden gesloten. Het

2 inkoopbureau is bedoeld om de gemeenten te ondersteunen bij de uitvoering. Slagvaardigheid en ondernemerschap staan daarbij hoog in het vaandel. 2. Bevoegdheid De colleges zijn het bevoegde orgaan omdat slechts de collegebevoegdheden van het verlenen van subsidies en het aangaan van overeenkomsten op het vlak van de inkoop van zorg aan de gemeenschappelijke regeling worden overgedragen. De gemeenteraden moeten wel toestemming geven voor het treffen en het, in een later stadium, wijzigen van de gemeenschappelijke regeling. 3. Historie / relatie met eerdere besluiten/ proces De negen gemeenten in de regio Haaglanden en de gemeente Voorschoten hebben eerder dit jaar afspraken gemaakt bij de regionale samenwerking (jeugd)zorg de gezamenlijke inkoop onder te in een zelfstandig inkoopbureau (college 11 maart 2014). De raad is hierover geïnformeerd bij briefvan 13 maart 2014 evenals over het vervolgproces om te komen tot de keuze van de meest wenselijke rechtspersoon. 4. Wat willen we bereiken? (Beoogd effect) Uiterlijk 1 oktober 2014 willen een gezamenlijk inkoopbureau voor de zorg dat goed kan functioneren ij opdracht van de deelnemende gemeenten. Een belangrijk uitgangspunt hierbij is dat er onderscheid is tussen de rollen van opdrachtgever, opdrachtnemer en eigenaar. Opdrachtgeverschap Opdrachtnemerschap Effectrapportages en verantwoording Gemeenteraden Colleges GR-regeling (wgr) overdracht inkoopbevoegdheden Bedrijfsvoeringsorganisatie Gezamenlijke opdracht in Dienstverleningsovereenkomst (DVO) Bestuur ' Portefeuillehoudersoverleg opdracht inkoop bureau Directeurenoverleg opdracht Uitvoeringsprogramma (legitimatie gebruik van inkoopbevoegdheden Mandaat Directie Zorgcontract op naam gemeente(n) (via loket inkoopbureau) Volmacht inkoop namens gemeenten (facultatief) Mandaat uitvoeringsbevoegdheden (facultatief) Regionaal contract op naam van inkoopbureau (t.b.v. gemeenten) Inkoopstrategie, vorm en taakverdeling gemeenten/ inkoopbureau wordt per in te kopen taak bepaald en vastgelegd in uttvoeringsprogramma Zorgleveranciers ' GR Bestuur stuurt afs eigenaar van het inkoopbureau op a) zorgvuldige uitvoering van het inkoopproces (toezicht op zelfstandig functionerende directie) en b) feedback t.a. v. effectiviteit van samenwerkende opdrachtgevers richting gemeenten. Inhoudelijke sturring op invulling van inkooptaken vindt plaats via de opdrachtgeverslijn (DVO en uitvoeringsprogramma)

3 Het bestuur van de gemeenschappelijke regeling stuurt als eigenaar van het inkoopbureau op zorgvuldige uitvoering van het inkoopproces (toezicht op zelfstandig functionerende directie) en feedback ten aanzien van de effectiviteit van samenwerkende opdrachtgevers richting gemeenten. De inhoudelijke sturing op de invulling van de inkooptaken vindt plaats via de opdrachtgeverslijn. De colleges van de deelnemende gemeenten sluiten een dienstverleningsovereenkomst met het bestuurvan de gemeenschappelijke regeling. In de dienstverleningsovereenkomst worden samenwerkingsafspraken vastgelegd met betrekking tot de financiering en af te nemen diensten van het Regionaal H10. Diensten H10 De uit te voeren diensten zien op het stimuleren van activiteiten door middel van subsidies, het aangaan en beëindigen van inkoopcontracten alsmede het contractmanagement met de gecontracteerde en/of gesubsidieerde partijen ter uitvoering van de taken in de Jeugdwet en voor een deel van de taken op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning. Deze dienstverlening dient plaats te vinden op basis van de inhoud en voorwaarden van door de colleges goed te keuren uitvoeringsprogramma's. Dit zijn samenhangende en gestructureerde meerjarige financiële overzichten van in te kopen zorg(soorten) inclusief eisen/bestekken van de uit te voeren aanbestedingen dan wel te verstrekken subsidies. 5. Wat gaan we daarvoor doen? (Oplossingsrichtingen / kanttekeningen) De gemeente gaat middels de gemeenschappelijke regeling deelnemen aan het Regionaal H10. Voor de voorgestelde gemeenschappelijke zijn de volgende aandachtspunten van belang: a. Een gemeenschappelijke regeling met openbaar lichaam als overbrugging naar een bedrijfsvoeringsorganisatie op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen heeft vanuit het oogpunt van aansturing de voorkeur boven een privaatrechtelijke rechtspersoon. Vanuit juridische optiek bezien verdient het bestuursrechtelijke model de voorkeur boven het privaatrechtelijke model. De risico's en aansprakelijkheden van de uit te voeren inkoopactiviteiten zijn beperkt en goed beheersbaar. De voordelen van het privaatrechtelijke model wegen daarom minder in belang dan de sterkere zeggenschaps- en verantwoordingslijnen op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen. De zeggenschaps- en verantwoordingslijnen in een publiekrechtelijke samenwerkingsstructuur (zoals openbaar lichaam of bedrijfsvoeringsorganisatie) zijn verankerd in het bestuursrecht waarbij het politiek primaat leidend is. Besluiten dienen democratisch gelegitimeerd zijn. Er is daarom gewaarborgd dat het definiëren van de 'gemeenschappelijke belangen' waarvoor de rechtspersoon of zelfstandig bestuursorgaan is opgericht een uitsluitende verantwoordelijk is van de oprichters. De belangrijkste aansturings- èn verantwoordingslijnen worden met een, tussen de afzonderlijke gemeenten en het te sluiten, dienstverleningsovereenkomst in een (contractuele) opdrachtgever-opdrachtnemerrelatie neergelegd. Het gezamenlijk opdrachtgeverschap kan in de tijd en per deeltaak variëren met daarbij behorende aanpassingen in de benodigde mandaten en/of volmachten. b. Een gemeenschappelijke regeling met openbaar lichaam kan eenvoudig worden omgezet in de voorkeursoptie bedrijfsvoeringsorganisatie. Wanneer de wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen in werking treedt kan de gemeenschappelijke regeling binnen een jaar op eenvoudige wijze worden omgezet in een bedrijfsvoeringsorganisatie met een bestuur dat bestaat uit drie leden aangewezen door de

4 colleges van Den Haag, de H4-gemeenten en de H6-gemeenten (met behoud van de rechtspersoon en de hieraan verbonden contractuele verplichtingen). c. Een gemeenschappelijke regeling met openbaar lichaam en een bedrijfsvoeringsorganisatie op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen hebben vanuit het oogpunt van fiscaliteit de voorkeur boven een privaatrechtelijk rechtspersoon. Wanneer BTW-ondernemerschap niet mogelijk blijkt te zijn biedt de transparantieregeling uitkomst. De inkoop-btw kan dan worden doorgeschoven naar de deelnemende gemeenten. Dat is niet mogelijk bij een privaatrechtelijke rechtspersoon. d. De Wet gemeenschappelijke regelingen bepaalt dat het college pas een gemeenschappelijke regeling mag treffen na verkregen toestemming van de raad. In de regeling worden slechts bevoegdheden van het college overgedragen. De raad moet hiervoor toestemming geven en toetst op strijdigheid met het recht of algemeen belang. 6. Wat mag het kosten? (Financiële paragraaf) De jaarlijkse kosten voor personele formatie (exclusief administratieve taken), bedrijfsvoering, infrastructuur en systemen (ICT, exclusief registratie en verantwoordingssysteem) en huisvesting in 2015, 2016 en 2017 bedragen naar verwachting Voor de dekking van deze kosten worden uitvoeringskosten afgeroomd van het macrobudget voor de regio. De verdeling van de kosten zal plaatsvinden naar rato van het aantal inwoners. Voor Delft (9% van het aantal inwoners) betekent dit een bedrag van vanaf Communicatie De gemeenschappelijke regeling zal op de gebruikelijke wijze worden bekendgemaakt. 8. Verdere procedure Voor de uitvoering van dit voorstel geldt dat de gemeenschappelijke regeling uiterlijk 1 oktober 2014 moet zijn opgericht. Bijlagen: - Concept gemeenschappelijke regeling Regionaal H10. - Toetsing afwegingskaders verbonden partijen en regie bij het aangaan van de gemeenschappelijke regeling Regionaal H10. Hoogachtend, Het college van burgemeester en wethouders van Delft, mr. drs. G.A.A. Verkerk.burgemeester, mr. J. Krul.secretaris.

5 Raadsbesluit Datum Registratie nr. Stuk Ondenwerp 25 september GRI 4/37011 : Gemeenschappelijke regeling Regionaal H10 De raad van de gemeente Delft; Gelezen het voorstel van het college van 15 juli 2014; Gelet op artikel 1, tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen: BESLUIT: het college toestemming te verlenen voor het treffen van de gemeenschappelijke regeling Regionaal H10. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 25 september mr. drs. G.A.A. Verkerk.burgemeester. A.P. Oostdijk.plv.griffier.