Circulaire 2018/C/71 over de wijzigingen in de aangifte in de personenbelasting van aanslagjaar 2018

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Circulaire 2018/C/71 over de wijzigingen in de aangifte in de personenbelasting van aanslagjaar 2018"

Transcriptie

1 Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/71 over de wijzigingen in de aangifte in de personenbelasting van aanslagjaar 2018 Samenvatting : Bespreking van de wijzigingen in de (papieren) aangifte in de personenbelasting, de voorbereiding en de toelichting van aanslagjaar Trefwoorden : aangifte in de PB, wijziging van de aangifte, aangifteformulier, Invulling van de aangifte Datum van het document : 08/06/2018 Datum Fisconet plus : 08/06/2018 Circulaire 2018/C/71 over de wijzigingen in de aangifte in de personenbelasting van aanslagjaar 2018 Bespreking van de wijzigingen in de (papieren) aangifte in de personenbelasting, de voorbereiding en de toelichting van aanslagjaar Aangifte in de PB ; wijziging van de aangifte ; aangifteformulier ; invulling van de aangifte FOD Financiën, Algemene Administratie van de Fiscaliteit Personenbelasting Inhoudstafel I. Samenstelling, formaat en aantal bladzijden van de aangifte II. Indexering III. Voorbereiding van de aangifte IV. Toelichting bij de aangifte I. Samenstelling, formaat en aantal bladzijden van de aangifte 1. De aangifte in de PB (nr ) van aj (inkomsten van het jaar 2017) bestaat nog altijd uit: - de eigenlijke 'Aangifte in de personenbelasting' (terug te bezorgen aan de belastingdienst als de belastingplichtige zijn aangifte indient op papier) - de 'Voorbereiding van de aangifte' (te bewaren door de belastingplichtige die zijn aangifte indient op papier en te gebruiken als aangifte door de belastingplichtige die zijn aangifte indient via tax-on-web). In tegenstelling tot de vorige aanslagjaren verschilt deel 1 van de 'Voorbereiding van de aangifte' volgens het gewest waar de belastingplichtige zijn fiscale woonplaats heeft gevestigd op 1 januari van het aanslagjaar. De verschillen tussen de gewesten situeren zich uitsluitend in de vakken IX, X en XI. Het formaat van de bovenvermelde documenten is niet veranderd. Dat geldt ook voor het aantal bladzijden van die documenten behalve wat deel 1 van de 'Voorbereiding van de aangifte' voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreft. Die telt één bladzijde minder. II. Indexering 2. De meeste bedragen in de voorbereiding en de toelichting zijn geïndexeerd (volgens art. 178, 2, 3, eerste lid, 2, 4 of 6, WIB 92). Dat is echter niet het geval voor:

2 - de bedragen die niet indexeerbaar zijn zoals o.a.: * de forfaitaire bedragen van 75, 125 en 175 euro voor verre verplaatsingen van werknemers (zie art. 28, KB/WIB 92) * het maximumbedrag van 11,20 euro per oppasdag en per kind, van de uitgaven voor kinderoppas (zie art /8, KB/WIB 92) * het maximumbedrag van euro van de betalingen voor het verwerven van nieuwe aandelen van startende ondernemingen (zie art , 3, vierde lid, WIB 92) - de bedragen waarvoor de indexering voor de aj tot 2018 bevroren is op het indexeringspeil van aj (zie art. 178, 3, tweede lid, art. 535, tweede lid, en art. 539, 3, WIB 92), nl.: * de in art. 21, WIB 92, vermelde bedragen van: de eerste schijven van en 125 euro (vóór indexering) van bepaalde inkomsten die niet als roerende inkomsten belastbaar zijn de eerste schijf van euro (vóór indexering) van leningen aan startende kleine vennootschappen, waarvan de interesten onder bepaalde voorwaarden voor vier jaar niet als roerende inkomsten belastbaar zijn * de bedragen die verband houden met de federale belastingverminderingen (behalve het in art , derde lid, WIB 92, bedoelde maximumbedrag van de persoonlijke bijdragen en premies voor de individuele voortzetting van een pensioentoezegging en het in art , tweede lid, 1, WIB 92, bedoelde maximumbedrag van de bezoldigingen van een huisbediende) - de maximumbedragen in het kader van de Vlaamse 'woonbonus', die permanent bevroren blijven op het indexeringspeil van aj (zie art. 178, 5, 4, WIB 92, zoals het van toepassing is voor het Vlaams Gewest) - de maximumbedragen in het kader van de Waalse 'woonbonus', die permanent bevroren blijven op het indexeringspeil van aj (zie art. 178, 5, 4, WIB 92, zoals het van toepassing is voor het Waals Gewest). III. Voorbereiding van de aangifte 3. In deel 1 van de voorbereiding zijn een aantal vormelijke wijzigingen aangebracht, nl.: - in vak II, A, 1 zijn een aantal hoedanigheden waarvoor dezelfde belastingregeling geldt (zoals 'gehuwd' en 'wettelijk samenwonend'), samengevoegd - in vak II, A, 2 is de rubriek voor de tijdens het belastbaar tijdperk overleden belastingplichtige die bij zijn overlijden niet gehuwd of wettelijk samenwonend was en tijdens het belastbaar tijdperk geen weduwnaar, weduwe of daarmee gelijkgesteld geworden was, geschrapt (die informatie kan immers door eliminatie worden afgeleid uit de invulling van de andere rubrieken van vak II, A, 2) - in vak VII, A, 2 zijn de rubrieken van de: * dividenden van erkende coöperatieve vennootschappen waarop geen RV is ingehouden (na aftrek van de vrijgestelde schijf van 190 euro) * interesten en dividenden van erkende vennootschappen met een sociaal oogmerk waarop geen RV is ingehouden (na aftrek van de vrijgestelde schijf van 190 euro) geschrapt. Die inkomsten moeten voortaan worden aangegeven in de rubriek van de andere inkomsten zonder roerende voorheffing (vak VII, A, 2, b) - nu elk gewest een eigen deel 1 van de voorbereiding heeft met een verschillend vak IX, vak X en vak XI (zie punt 1 hiervoor) zijn alle in die vakken opgenomen rubrieken en vermeldingen die op de andere gewesten betrekking hadden en de voetnoten die aanduidden voor welk gewest bepaalde rubrieken bestemd waren, geschrapt. - in de vakken IX en X is een onderverdeling gemaakt tussen de gewestelijke en de federale belastingvoordelen. 4. Daarnaast is de voorbereiding van aj inhoudelijk op de volgende punten gewijzigd. 5. Vak II, A, 5: nieuwe rubriek waarin belastingplichtigen die alleen worden belast en kinderen ten laste invullen, moeten aanduiden of zij een (feitelijk) gezin vormen met iemand anders dan hun kinderen, ascendenten, zijverwanten tot de tweede graad en de personen van wie zij als kind volledig of hoofdzakelijk ten laste zijn geweest. Die rubriek is ingelast voor de eventuele toepassing van:

3 - een bijkomende toeslag op de belastingvrije som en/of de omzetting ervan in een terugbetaalbaar belastingkrediet (zie art. 133, tweede en derde lid, en art. 134, 3, derde lid, WIB 92, ingevoegd door de art. 65 en 66, W betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie BS ) - een bijkomende belastingvermindering voor de uitgaven voor kinderoppas en/of de omzetting ervan in een terugbetaalbaar belastingkrediet (zie art , achtste en tiende lid, WIB 92, ingevoegd door art. 67, W betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie). 6. Vak II, 6 en voetnoot (1) bij vak II, A, 1 en 3, a en bij vak VII, A, 2, a: nieuwe rubriek en voetnoten voor de toepassing van de proratering van bepaalde belastingvoordelen als de belastingplichtige geen volledig kalenderjaar onderworpen is aan de PB (zie art. 129/1 en 174/1, WIB 92, ingevoegd door de art. 118 en 121, programmawet BS en art. 289ter/1, derde lid, en 539, 3, WIB 92, zoals gewijzigd door de art. 129 en 130, programmawet , en zie ook circ. 2018/C/17 van en het corrigendum van ). 7. Vak IV, A en vak XVII: de rubrieken van de aandelenopties zijn geschrapt. Dat is een gevolg van de opheffing van de wettelijke bepaling die de opbrengst van de belasting op aandelenopties toewees aan het globaal RSZ-beheer en aan het fonds voor het financieel evenwicht in het sociaal statuut der zelfstandigen. Daardoor moeten aandelenopties niet langer worden vermeld in afzonderlijke rubrieken, maar gewoon in vak IV, A, 1 (werknemers) of in vak XVII, 1 (bedrijfsleiders) (zie art. 46, W betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen, opgeheven door art. 45, 1, W BS ). 8. Vak IV, A, 11: de titels van de subrubrieken van de voor vrijstelling in aanmerking komende bezoldigingen voor overuren in de horeca zijn gewijzigd van: 'a) begrensd tot 300 uren' en 'b) begrensd tot 360 uren' in: 'a) bij werkgevers zonder een geregistreerd kassasysteem' en 'b) bij werkgevers met een geregistreerd kassasysteem'. Bij belastingplichtigen die geen volledig kalenderjaar aan de PB onderworpen zijn, wordt de begrenzing van die vrijstelling (tot 300 of 360 overuren) voortaan door de administratie geprorateerd (zie ook punt 6 hiervoor). Voor die belastingplichtigen zouden de oude titels dan ook niet meer correct geweest zijn. 9. Vak IV, D, 1, a, 1, c en E, 2, b: uitsplitsing van de subrubrieken van de achterstallen van: - aanvullende vergoedingen die bovenop werkloosheidsuitkeringen met bedrijfstoeslag zijn betaald door een gewezen werkgever krachtens een cao of een individuele overeenkomst met een clausule van doorbetaling bij werkhervatting - de bedrijfstoeslag naargelang die achterstallen betrekking hebben op periodes vóór of vanaf Die uitsplitsing is een gevolg van de wijziging van het belastingstelsel van: - de bedrijfstoeslag - de bovenvermelde aanvullende vergoedingen. Door die wijziging zijn de bedrijfstoeslag en bovenvermelde aanvullende vergoedingen (en de achterstallen ervan) die vanaf zijn betaald of toegekend: - vrijgesteld: als ze betrekking op periodes vanaf waarin de belastingplichtige het werk heeft hervat (zie art. 38, 1, eerste lid, 31, en 6, WIB 92, ingevoegd door art. 103, programmawet (I) BS ) - onderworpen aan de vermindering voor pensioenen en andere vervangingsinkomsten berekend zonder correctie voor het eventuele werkhervattingsinkomen: als ze betrekking hebben op periodes vanaf waarin de belastingplichtige het werk niet heeft hervat (zie art. 147, eerste lid, 2, a, WIB 92, zoals vervangen door art. 105, programmawet (I) ) (zie ook circ. 2018/C/45 van ). 10. Vak IV, L, vak XVII, 16, vak XVIII, 16, vak XIX, 16 en vak XXII, 8: aanpassing van de gevallen waarin ontslagen werknemers die het werk hebben hervat, hun werkhervattingsinkomsten in deze rubrieken moeten hernemen.

4 Deze aanpassing hangt samen met het feit dat in het geval bedoeld in nr. 9, derde lid, tweede punt hiervoor, de vermindering voor pensioenen en andere vervangingsinkomsten, berekend wordt zonder correctie voor het werkhervattingsinkomen (zie art. 147, eerste lid, 2, a, WIB 92, zoals vervangen door art. 105, programmawet (I) ). 11. Vak IV, O, 2: in de zinsnede 'inkomsten die bij overeenkomst zijn vrijgesteld' zijn de woorden 'bij overeenkomst' geschrapt. Dat is een gevolg van de invoering van een nieuwe vrijstelling met progressievoorbehoud voor bezoldigingen van een buitenlands of internationaal gerecht of een buitenlandse of internationale instantie met gerechtelijk karakter bedoeld in de W betreffende de samenwerking met het Internationaal Strafgerechtshof en de internationale straftribunalen (art. 155, tweede lid, derde streepje, WIB 92, ingevoegd door art. 7, W houdende diverse bepalingen IV BS en zie ook circ. 2018/C/13 van ). 12. Vak V, B: de subrubriek 'Vervroegde inning van de taks op het lange termijnsparen' is geschrapt. Dat is een gevolg van de opheffing van de niet-terugbetaalbaarheid van die vervroegde inning, waardoor het onderscheid tussen de gewone bedrijfsvoorheffing en die vervroegde inning niet langer noodzakelijk is (zie art. 276, derde lid, WIB 92, zoals gewijzigd door art. 2, W tot wijziging van art. 276, WIB 92, op het stuk van de verrekening van de vervroegde inning van de taks op het lange termijnsparen BS en zie ook circ. 2017/C/88 van ). 13. Vak VII, A, 1, a en A, 2, b, 1 en vak XVI, A, 1, b, 1 en A, 2, e, 1: vervanging van de aanslagvoet van 27 % door die van 30 % (zie art. 171, 3, en art. 269, 1, 1, WIB 92, zoals gewijzigd door, respectievelijk, art. 93, 1, en art. 94, 1, programmawet BS ). 14. Vak IX, I (Vlaams Gewest), 1: in de rubriek van de leningen en individuele levensverzekeringen die in aanmerking komen voor de 'geïntegreerde woonbonus' is de vraag ingelast naar het aantal kinderen ten laste op 1 januari van het jaar na het jaar van afsluiting van de leningen. Die vraag dient om te bepalen of de belastingplichtige recht heeft op de verhoging van het grensbedrag voor drie of meer kinderen ten laste (zie art /2, 2, derde lid, WIB 92). 15. Vak IX, I (Waals Gewest), 1: de rubriek van de leningen en individuele levensverzekeringen die in aanmerking komen voor de 'chèque habitat' is uitgesplitst in een subrubriek voor leningen gesloten in 2017 en één voor leningen gesloten in Bij die laatste is ook de vraag toegevoegd of de woning op nog altijd de enige woning was. Dat is een gevolg van de halvering van het toepasselijke grensbedrag van de 'chèque habitat' als de woning op 31 december van één van de 9 jaren volgend op het jaar van afsluiting van de lening niet langer de enige woning is (zie art ter, 3, tweede en derde lid, WIB 92). 16. Vak X, II, F, 3: in de titel van de rubriek van de terugname van de belastingvermindering voor aandelen van startende ondernemingen is de zinsnede 'door de vervroegde overdracht van aandelen in (het belastbaar tijdperk)' geschrapt. Dat komt doordat de terugname ook toepassing kan vinden in andere omstandigheden dan de vervroegde overdracht van de aandelen (zie art , 5, zesde tot negende lid, WIB 92). 17. Vak XI (Waals Gewest), 1, a: toevoeging van een subrubriek voor het vermelden van het uitstaande saldo van de 'coup de pouce'-leningen op 1 januari van het belastbaar tijdperk. Dat gegeven is noodzakelijk voor de berekening van het gewestelijk belastingkrediet (zie art. 8, Waals D Lening 'Coup de Pouce' BS ). 18. Vak XIV, C: de omschrijving van de meldplicht van juridische constructies is aangepast. Dat is een gevolg van een wetswijziging die de meldplicht voor de derde begunstigde vanaf heeft vervangen door een meldplicht voor iedere belastingplichtige die in de loop van het belastbaar tijdperk een dividend of enig ander voordeel van een juridische constructie heeft verkregen (zie art. 307, 1/1, c, ingevoegd door art. 94, programmawet ). 19. Vak XVI, A, 1 en A, 2: de rubrieken van de meerwaarden verwezenlijkt bij de 'snelle' overdracht van beursgenoteerde aandelen, opties, warrants en andere financiële instrumenten zijn geschrapt door de opheffing van de zogenaamde 'speculatiebelasting' (zie art. 90, eerste lid, 13, en vierde en vijfde lid, WIB 92, opgeheven door art. 76, programmawet ). 20. Vak XVI, B, 1: nieuwe rubriek voor de winst of baten uit diensten verleend in het kader van de deeleconomie door de invoering van een nieuwe categorie van diverse inkomsten met een eigen belastingstelsel (zie art. 90, eerste lid, 1 bis, tweede en derde lid, WIB 92, ingevoegd door art. 36, 2 en 3, programmawet BS en, wat art. 90, tweede lid, WIB 92, betreft, gewijzigd door art. 100, W tot regeling van de erkenning en de afbakening van crowdfunding en houdende diverse bepalingen inzake financiën BS en zie ook de art. 53/1 en 53/2, KB/WIB 92, ingevoegd door

5 art. 1, KB tot uitvoering van art. 90, tweede lid, WIB 92, inzake de voorwaarden tot erkenning van elektronische platformen van deeleconomie en tot onderwerping van de in art. 90, eerste lid, 1 bis, WIB 92, vermelde inkomsten aan de BV BS ). 21. Vak XVII, 14: de rubriek van de bezoldigingen van bedrijfsleiders tewerkgesteld in dienstverband is uitgebreid met: - de bezoldigingen (van bedrijfsleiders) verkregen als zelfstandige in bijberoep - de bezoldigingen (van bedrijfsleiders) verkregen als student-zelfstandige. Dat is een gevolg van de uitsluiting van die inkomsten uit het bedrag van de activiteitsinkomsten voor de berekening van het belastingkrediet voor lage activiteitsinkomsten (zie art. 289ter, 1, tweede lid, 5, WIB 92, zoals gewijzigd door art. 11, W tot vaststelling van het sociaal en fiscaal statuut van de student-zelfstandige BS ). 22. Vak XVIII, 15, vak XIX, 15 en vak XXI, 4: de rubrieken van: - de winst en de baten verkregen als zelfstandige in bijberoep - de bezoldigingen van meewerkende echtgenoten en wettelijk samenwonenden toegekend door een zelfstandige in bijberoep zijn uitgebreid met, respectievelijk: - de winst en de baten verkregen als student-zelfstandige - de bezoldigingen van meewerkende echtgenoten en wettelijk samenwonenden toegekend door een student-zelfstandige. Dat is het gevolg van de uitsluiting van die inkomsten uit het bedrag van de activiteitsinkomsten voor de berekening van het belastingkrediet voor lage activiteitsinkomsten (zie art. 289ter, 1, tweede lid, 5, WIB 92, zoals gewijzigd door art. 11, 2, W tot vaststelling van het sociaal en fiscaal statuut van de student-zelfstandige). IV. Toelichting bij de aangifte 23. Naar analogie van deel 1 van de voorbereiding verschilt ook deel 1 van de toelichting volgens het gewest waar de belastingplichtige zijn fiscale woonplaats heeft gevestigd op 1 januari van het aanslagjaar. De verschillen tussen de gewesten situeren zich ook hier uitsluitend in de vakken IX, X en XI. Verder zijn de passages die wezenlijke wijzigingen hebben ondergaan, aangeduid met een rode verticale stippellijn in de linkermarge. Ze hebben hoofdzakelijk betrekking op de wijzigingen besproken in de nrs. 2 tot 22 hiervoor. Daarnaast verdienen ook de volgende nieuwigheden de aandacht. 24. Vak II, B, Voorafgaande opmerkingen, Voorwaarden om als ten laste te kunnen worden beschouwd: 3 wijzigingen, nl.: - de voorwaarden om een gezinslid ten laste kunnen nemen, zijn uitgebreid met de voorwaarde dat dat gezinslid als studentzelfstandige geen bezoldigingen van bedrijfsleiders heeft verkregen: * die beroepskosten vormen voor een vennootschap waarvan de belastingplichtige, rechtstreeks of onrechtstreeks, bedrijfsleider is en waarover hij controle uitoefent in de zin van art. 5 van het Wetboek van de vennootschappen, en * die bruto, meer dan euro bedragen en meer dan de helft vormen van zijn belastbare inkomsten, onderhoudsuitkeringen uitgezonderd (zie art. 145, eerste lid, 2, en tweede lid, WIB 92, ingevoegd door art. 9, W tot vaststelling van het sociaal en fiscaal statuut van de student-zelfstandige) - de grens van euro, tot welke de onderhoudsuitkeringen toegekend aan kinderen niet worden beschouwd als bestaansmiddelen, geldt voortaan ook voor de aan kinderen toegekende: * overlevingspensioenen toegekend aan wezen in de publieke sector * wezenrenten (zie art. 143, 6, WIB 92, zoals vervangen door art. 2, W tot wijziging van het WIB 92, wat de bestaansmiddelen van wezen betreft BS ). - de grens van euro, tot welke de bezoldigingen verkregen door studenten in uitvoering van een overeenkomst voor tewerkstelling van studenten, niet worden beschouwd als bestaansmiddelen, geldt voortaan ook voor:

6 * de bezoldigingen verkregen door leerlingen in een alternerende opleiding * de winst, baten en bezoldigingen van bedrijfsleiders verkregen door student-zelfstandigen (zie art. 143, 7, WIB 92, zoals vervangen door art. 8, W tot vaststelling van het sociaal en fiscaal statuut van de student-zelfstandige). 25. Vak IV, A, 1, b: het bedrag waarboven het tarief van de BV op het vakantiegeld betaald door verlofkassen stijgt van 17,16 % naar 23,22 %, is verhoogd van euro naar euro (zie nr van Bijlage III van het KB/WIB 92, zoals vervangen door de bijlage bij KB tot wijziging van het KB/WIB 92, op het stuk van de BV BS ). 26. Vak IV, M en Vak XVII, 17: de aanslagvoet van 27 % van de RV op inkomsten uit auteursrechten, naburige rechten en wettelijke en verplichte licenties is verhoogd naar 30 % (zie art. 269, 1, 1, WIB 92, zoals gewijzigd door art. 94, 1, programmawet ). 27. Vak V, A: de omschrijving van de in vak V, A bedoelde pensioenen is uitgebreid met de pensioenen, renten, enz. die geen betrekking hebben op een beroepswerkzaamheid, maar toegekend zijn in het kader van een wettelijke sociale beschermingsregeling (zie art. 34, 1, 1, WIB 92, zoals gewijzigd door art. 9, W houdende diverse fiscale bepalingen III BS en zie ook circ. 2018/C/34 van ). 28. Vak VII, A, 2, b: 3 wijzigingen, nl.: - de dividenden van 'residentiële' vastgoedbevaks en gereglementeerde vastgoedvennootschappen zijn niet langer belastbaar tegen 27 %, maar tegen 15 % (zie art. 171, 3 quater, WIB 92, zoals hersteld door art. 89, W tot regeling van de erkenning en de afbakening van crowdfunding en houdende diverse bepalingen inzake financiën) - uitbreiding van de vrijstelling van de eerste schijf van 190 euro: * van de dividenden van erkende coöperatieve vennootschappen * van de interesten en dividenden van erkende vennootschappen met een sociaal oogmerk tot de dividenden en interesten van gelijkaardige vennootschappen gevestigd in andere lidstaten van de EER die aldaar op een gelijkaardige wijze zijn erkend (zie art. 21, eerste lid, 6 en 10, WIB 92, zoals vervangen door art. 48, a en b, W houdende diverse financiële en fiscale bepalingen en houdende maatregelen inzake concessieovereenkomsten BS ) - inlassing van de vermelding dat belastingplichtigen die aanspraak maken op de vrijstelling van de interesten op de eerste schijf van euro van de leningen verstrekt aan startende kleine ondernemingen, het in art. 2bis, KB/WIB 92, bedoelde document ter beschikking moeten houden van de belastingdienst (zie art. 2bis, KB/WIB 92, ingevoegd door art. 1, KB m.b.t. de vrijstelling voor interesten uit leningen aan startende ondernemingen BS ). 29. Vak IX, I (Vlaams Gewest), 1, In uw aangifte te vermelden bedrag, 3de stap: inlassing van de verduidelijking dat, om te bepalen of een woning op (nog altijd) zijn enige woning was, de belastingplichtige die aanspraak maakt op de 'geïntegreerde woonbonus' een onderscheid moet maken naargelang hij de lening heeft aangegaan: - in 2016: alsdan moet hij geen rekening houden met andere woningen waarvan hij op naakte eigenaar is - in 2017: alsdan moet hij geen rekening houden met: * andere woningen waarvan hij op mede-eigenaar, naakte eigenaar of vruchtgebruiker was door erfenis * andere woningen die op op de vastgoedmarkt te koop werden aangeboden en die hij ten laatste op zal hebben verkocht (zie ook nrs. 58 en 61, circ. 2018/C/51 van ). 30. Vak IX, I (Brussels Hoofdstedelijk Gewest), Voorafgaande opmerkingen, Belangrijke opmerking: inlassing van de opmerking dat de belastingplichtige geen interesten, kapitaalaflossingen, premies van individuele levensverzekeringen en erfpacht-of opstalvergoedingen of gelijkaardige vergoedingen meer mag aangeven die betrekking hebben op vanaf 2017 gesloten leningen of contracten om een erfpacht- of opstalrecht of een gelijkaardig onroerend recht te verkrijgen (zie art bis, 1, WIB 92, ingevoegd door art. 24, Ord BS ). 31. Vak X, I (Vlaams Gewest), E: 2 wijzigingen, nl.: - inlassing van 2 bijkomende voorwaarden voor de vermindering voor dakisolatie:

7 * het aannemingscontract moet gesloten zijn vóór * er moet al een voorschot betaald zijn vóór (zie art , eerste lid, WIB 92 (Vlaams Gewest), zoals gewijzigd door art. 46, Vlaams D houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2017 BS en zie ook nrs. 6 tot 13, circ. 2017/C/45 van ) - inlassing van de verduidelijking dat de aannemer op de facturen (of de bijlagen erbij) moet bevestigen dat de thermische weerstand R van het nieuw geplaatste isolatiemateriaal ten minste 4,5 m 2 kelvin per watt bedraagt (zie art /15, KB/WIB 92, zoals gewijzigd door art. 1, B Vlaamse Regering houdende wijziging van het Energiebesluit van , wat betreft diverse bepalingen inzake energie-efficiëntie BS en zie ook nrs. 14 tot 16, circ. 2017/C/45 van ). 32. Vak X, F: de opmerking over de betalingen die geen recht geven op een belastingvermindering voor het verwerven van nieuwe aandelen van startende ondernemingen is aangevuld met de betalingen die via een crowdfundingplatform zijn gedaan (als gevolg van de wijziging van art , 3, derde lid, WIB 92, door art. 2, c, d en e, W houdende diverse fiscale bepalingen II BS ). 33. Vak XVI, A, 1, a: de aanslagvoet van 27 % van de RV op loten van effecten van leningen is verhoogd naar 30 % (zie art. 269, 1, 1, WIB 92, zoals gewijzigd door art. 94, 1, programmawet ). 34. Vak XVII, 3: de revalorisatiecoëfficiënt die bedrijfsleiders moeten toepassen om het gedeelte van hun huurinkomsten te bepalen dat zij als bezoldigingen van bedrijfsleiders moeten beschouwen, is verhoogd van 4,31 naar 4,39 (zie art. 1, KB/WIB 92, zoals gewijzigd door art. 1, KB tot wijziging van het KB/WIB 92, op het stuk van de revalorisatiecoëfficiënt voor kadastrale inkomens BS ). 35. Vak XVIII, Voorafgaande opmerkingen, Belastingplichtigen uit de landbouwsector: inlassing van een opmerking over de vrijstelling van bepaalde vergoedingen die melkproducenten in uitvoering van de Europese regelgeving hebben verkregen als compensatie voor de vermindering van hun melkproductie tijdens de maanden oktober 2016 tot maart 2017 (zie art. 2, W houdende diverse fiscale bepalingen III en zie ook circ. 2018/C/14 van ). 36. Vak XX, 3: verduidelijking dat de BV ingehouden op winst of baten uit diensten verleend in het kader van de deeleconomie, maar die geen diverse inkomsten zijn, in deze rubriek kan worden vermeld. 37. Vak XX, 4: inlassing van een opmerking over de berekening van het belastingkrediet bedoeld in art. 289bis, WIB 92. Om dat belastingkrediet te berekenen mag de belastingplichtige voortaan geen rekening meer houden met vaste activa en schulden in de mate dat ze verband houden met werkzaamheden die winst of baten opbrengen waarvoor een belastingvermindering voor inkomsten van buitenlandse oorsprong kan worden toegepast (zie art. 289bis, 1, tweede lid, WIB 92, ingevoegd door art. 127, programmawet en zie ook nr. 5, circ. 2018/C/17 van ). Interne ref.: TOP

8 Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/72 over het duaal pensioensparen Samenvatting : Deze circulaire bespreekt de mogelijkheid voor belastingplichtigen om meer te storten dan het huidige maximumbedrag van het pensioensparen, en de gevolgen hiervan voor de belastingvermindering voor het pensioensparen. Trefwoorden : personenbelasting, belasting van niet-inwoners, pensioensparen, belastingvermindering, toekenningsvoorwaarde van de belastingvermindering, terugbetaling inzake pensioensparen Datum van het document : 11/06/2018 Datum Fisconet plus : 11/06/2018 Circulaire 2018/C/72 over het duaal pensioensparen Deze circulaire bespreekt de mogelijkheid voor belastingplichtigen om meer te storten dan het huidige maximumbedrag van het pensioensparen, en de gevolgen hiervan voor de belastingvermindering voor het pensioensparen. Personenbelasting ; belasting van niet-inwoners ; pensioensparen ; belastingvermindering ; toekenningsvoorwaarden van de belastingvermindering ; terugbetaling inzake pensioensparen. FOD Financiën, Algemene Administratie van de Fiscaliteit Personenbelasting Inhoudstafel I. Inleiding II. Wet van betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie III. Commentaar IV. Inwerkingtreding I. Inleiding 1. De wet van betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie (BS van , Ed. 2) heeft onder meer een duale regeling ingesteld voor het pensioensparen. Naast de reeds bestaande regeling voor het pensioensparen, waarbij het maximumbedrag 625 euro (1) bedraagt, wordt een tweede regeling ingevoerd waarbij de belastingplichtige de mogelijkheid krijgt om tot maximum 800 euro (2) per jaar te storten (3). (1) Basisbedrag, geïndexeerd bedrag voor aanslagjaar 2019: 960 euro. (2) Basisbedrag, geïndexeerd bedrag voor aanslagjaar 2019: euro. (3) Zie artikel 59 tot 64 van de wet van betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie. 2. Voor de belastingplichtigen die meer dan 625 euro betalingen doen voor het pensioensparen, zal de belastingvermindering echter niet meer worden verleend tegen het tarief van 30 %, maar tegen het lagere tarief van 25 %. II. Wet van betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie Artikel Artikel van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, ingevoegd bij de wet van 28 december 1992 en vervangen bij de wet van 13 december 2012, wordt aangevuld met een tweede lid, luidende:

9 'In afwijking van het eerste lid, wordt de belastingvermindering voor de in artikel 145 1, 5, bedoelde uitgaven berekend tegen het tarief van 25 pct., voor de bedragen vermeld in artikel 145 8, 1, derde lid.'. Artikel In artikel 145 8, 1, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 28 december 1992 en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 18 december 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1 in het eerste lid wordt het woord 'bedragen' vervangen door het woord 'betalingen' en worden de woorden 'worden betaald' vervangen door de woorden 'zijn gedaan'; 2 tussen het tweede en het derde lid, dat het vierde lid wordt, wordt een lid ingevoegd, luidende : 'In afwijking van het vorige lid, mag de belastingplichtige ervoor kiezen om meer dan het in het tweede lid vermelde bedrag met een maximum van 800 euro in aanmerking te nemen voor de belastingvermindering. De belastingplichtige deelt zijn definitieve keuze mee aan de instellingen en ondernemingen bedoeld in artikel alvorens hij het maximumbedrag bedoeld in het vorige lid mag overschrijden. De keuze van de belastingplichtige is onherroepelijk en uitsluitend geldig voor het betrokken belastbare tijdperk.'. Artikel In artikel , eerste lid, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 28 december 1992 en gewijzigd bij de wetten van 6 juli 1994 en 18 december 2015, wordt de zin 'Zij mogen geen betalingen in ontvangst nemen die hoger zijn dan het in artikel 145 8, tweede lid, vastgestelde maximumbedrag.' vervangen als volgt: 'Zij mogen geen betalingen in ontvangst nemen die hoger zijn dan het in artikel 145 8, 1, tweede lid, vastgestelde maximumbedrag, met uitzondering van de boven dit maximum gestorte bedragen waarvoor jaarlijks een expliciet akkoord is gesloten en met een maximum van het in artikel 145 8, 1, derde lid, vastgestelde bedrag. Bij gebrek aan expliciet akkoord van de belastingplichtige zoals bedoeld in artikel 145 8, 1, derde lid, moeten de bedragen boven het in artikel 145 8, 1, tweede lid, vastgestelde maximumbedrag kosteloos worden teruggestort aan de belastingplichtige.'. Artikel In artikel 174/1, eerste lid, van hetzelfde Wetboek, hersteld bij de wet van 25 december 2017, en gewijzigd bij artikel 32 en artikel 50, worden de woorden '145 8, 1, tweede lid,' vervangen door de woorden '145 8, 1, tweede en derde lid,'. Artikel In artikel 364quater van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 28 juli 2011, worden de woorden 'in afwijking van artikel 145 8, derde lid,' vervangen door de woorden 'in afwijking van artikel 145 8, 1, vierde lid,'. Artikel De artikelen 59 tot 63 hebben uitwerking vanaf aanslagjaar III. Commentaar Mogelijkheid om een hoger maximumbedrag te storten voor het pensioensparen 9. Momenteel kunnen belastingplichtigen jaarlijks tot 625 euro (4) storten op een pensioenspaarrekening of in een pensioenspaarverzekering. (4) Artikel 145 8, 1, tweede lid van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92) vermeldt een maximumbedrag van 500 euro, dat bij een in Ministerraad overlegd koninklijk besluit werd verhoogd tot 625 euro (zie artikel 63 4bis van het koninklijk besluit tot uitvoering van het WIB 92 KB/WIB 92). Het gaat hier om een basisbedrag; het geïndexeerd bedrag voor aanslagjaar 2019 bedraagt 960 euro. 10. Naast deze regeling wordt vanaf aanslagjaar 2019 de mogelijkheid geboden om een bedrag tot 800 euro per jaar te storten. Dit kan echter enkel als de belastingplichtige voor het betrokken jaar uitdrukkelijk zijn keuze om meer dan 625 euro te sparen, voor dat jaar heeft meegedeeld aan de financiële instelling. De keuze van de belastingplichtige is onherroepelijk en uitsluitend geldig voor dat jaar. Die keuze moet dus jaarlijks worden hernieuwd (5).

10 (5) Zie artikel 145 8, 1, derde lid, WIB 92, ingevoegd door artikel 60 van de wet van betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie. Het gaat hier eveneens om een basisbedrag; het geïndexeerd bedrag voor aanslagjaar 2019 bedraagt euro. In beginsel zou een verhoging van het maximumbedrag ook bij een in Ministerraad overlegd koninklijk besluit kunnen worden doorgevoerd. Er werd echter voor geopteerd om dit nieuwe maximumbedrag van 800 euro rechtstreeks in de wet op te nemen. Het huidige artikel 63 4bis, KB/WIB 92 moet niet worden opgeheven want het blijft geldig voor het maximumbedrag van 625 euro voor de toepassing van de belastingvermindering tegen het tarief van 30 %. 11. Het bedrag dat in aanmerking komt voor de belastingvermindering voor het pensioensparen is het bedrag dat wordt gespaard, inclusief de betaalde instapkosten. Het maximumbedrag van 625 euro of 800 euro geldt eveneens voor de betalingen inclusief de instapkosten. 12. De financiële instellingen en verzekeringsondernemingen (6) die het pensioensparen organiseren, mogen geen betalingen in ontvangst nemen die hoger zijn dan 625 euro, of 800 euro wanneer de belastingplichtige expliciet te kennen heeft gegeven dat hij voor het betrokken jaar opteert voor de nieuwe regeling. (6) Als bedoeld in artikel , WIB Indien de belastingplichtige niet expliciet en voorafgaandelijk zijn akkoord heeft gegeven, dient de financiële instelling of de verzekeringsonderneming de gespaarde bedragen boven 625 euro kosteloos terug te storten aan de belastingplichtige (7). (7) Zie artikel , eerste lid, WIB 92, zoals gewijzigd door artikel 61 van de wet van betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie. 14. Op het attest dat door die financiële instellingen en verzekeringsondernemingen wordt afgeleverd, zal het bedrag van de betalingen met inbegrip van de instapkosten moeten worden vermeld. Tarief van de belastingvermindering 15. Voor de belastingplichtigen die tot 625 euro betalingen doen voor het pensioensparen blijft de belastingvermindering tegen het tarief van 30 % (8) behouden. (8) Zie artikel 145 2, eerste lid, WIB Voor de belastingplichtigen die meer dan 625 euro betalingen doen voor het pensioensparen, zal de belastingvermindering echter niet meer worden verleend tegen het tarief van 30 %, maar tegen het lagere tarief van 25 % (9). (9) Zie artikel 145 2, tweede lid, WIB 92, zoals ingevoegd door artikel 59 van de wet van betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie. 17. De volgende voorbeelden illustreren hoe de belastingvermindering vanaf aanslagjaar 2019 zal worden berekend. Voorbeeld 1 De belastingplichtige kiest voor de reeds bestaande regeling en betaalt in 2018 (werkelijk betaalde uitgaven): 900 euro. Vermits de uitgaven lager zijn dan 960 euro, wordt de belastingvermindering berekend tegen het tarief van 30 %. Principiële belastingvermindering: 900 x 30 % = 270 euro Voorbeeld 2 Werkelijk betaalde uitgaven in 2018: euro De belastingplichtige kiest voor de nieuwe regeling en betaalt in 2018: euro. Hij heeft zijn definitieve keuze voor de nieuwe regeling tijdig meegedeeld aan de financiële instelling. Vermits de uitgaven hoger zijn dan 960 euro, wordt de belastingvermindering berekend tegen het tarief van 25 %. Principiële belastingvermindering: x 25 % = 250 euro Voorbeeld 3 Werkelijk betaalde uitgaven in 2018: euro

11 De belastingplichtige maakt zijn keuze niet bekend aan de financiële instelling. De financiële instelling dient de belastingplichtige 40 euro terug te storten. Voor het gespaarde bedrag van 960 euro kan een belastingvermindering verleend worden tegen het tarief van 30 %. Principiële belastingvermindering: 960 x 30 % = 288 euro 18. Om te bepalen tegen welk tarief de belastingvermindering wordt berekend, wordt rekening gehouden met de werkelijk betaalde uitgaven. De belastingplichtige kan er niet voor opteren een lager bedrag in de aangifte te vermelden om een belastingvermindering te krijgen die wordt berekend tegen een hoger tarief. Voorbeeld 4 Werkelijk betaalde uitgaven in 2018: euro De belastingplichtige kiest voor de nieuwe regeling en betaalt in 2018: euro. Hij heeft zijn definitieve keuze voor de nieuwe regeling tijdig meegedeeld aan de financiële instelling. Vermits de uitgaven hoger zijn dan 960 euro, moet de belastingvermindering worden berekend tegen het tarief van 25 %. Principiële belastingvermindering: x 25 % = 275 euro De belastingplichtige mag in dit geval er niet voor opteren om 960 euro in de aangifte te vermelden om zo een belastingvermindering te krijgen van 288 euro (960 x 30 %). Voorafgaande toestemming en informatieplicht 19. Het kan dus zijn dat de pensioenspaarder een bedrag hoger dan 625 euro heeft gespaard waarvoor hij met toepassing van het 25 %-tarief een lager fiscaal voordeel krijgt dan wanneer hij 625 euro had gespaard. Maar dit is enkel mogelijk wanneer hij zijn voorafgaande toestemming heeft gegeven en dus geïnformeerd was over de gevolgen van die keuze. 20. Die uitdrukkelijke keuze om meer dan 625 euro te sparen, zal elk jaar opnieuw door de belastingplichtige moeten worden gemaakt en de financiële instelling of verzekeringsonderneming zal telkens moeten wijzen op de gevolgen van die keuze. De nieuwe regeling biedt de pensioenspaarder dus de mogelijkheid om meer te sparen op basis van een geïnformeerde beslissing. 21. In beginsel kan de belastingplichtige in een belastbaar tijdperk slechts voor één pensioenspaarrekening of verzekering betalingen doen. Wanneer hij in het jaar van een overstap naar een andere financiële instelling of verzekeringsonderneming toch voor twee verschillende pensioenspaarrekeningen of verzekeringen betalingen doet, kan hij slechts de betalingen voor één enkele pensioenspaarrekening of verzekering inbrengen. Desgevallend zal elke instelling hem echter moeten inlichten over de gevolgen van zijn eventuele keuze om meer dan 625 euro te sparen en zal de belastingplichtige aan elke financiële instelling of verzekeringsonderneming waarbij hij dat jaar meer dan 625 euro wil sparen, zijn voorafgaande toestemming moeten geven. Geen 'nieuw contract' 22. Een verhoging van de sommen in het kader van het pensioensparen door een persoon die de leeftijd van 55 jaar of meer heeft bereikt, wordt in principe aangemerkt als een 'nieuw contract' (10). (10) Toepassing artikel 184, 3, van het Wetboek diverse rechten en taksen (WDRT). 23. Net als voor de verhoging van het maximumbedrag met 25 % van 500 euro naar 625 euro (basisbedragen) vanaf aanslagjaar 2006 (11), wordt ook nu aangenomen dat wanneer de verhoging van de premies voortvloeit uit de aanpassing van het maximumbedrag van 625 euro naar 800 euro, die verhoging niet met een 'nieuw contract' moet worden gelijkgesteld. De verhoging van de premies mag aldus 28 % (12) niet overschrijden om niet beschouwd te worden als een 'nieuw contract' (13). (11) Zie KB van tot wijziging van het KB/WIB 92 op het stuk van pensioensparen (BS van , Ed. 3). (12) Namelijk de procentuele verhoging van 625 euro naar 800 euro; het bedrag van de met 28 % verhoogde premie of storting mag bovendien worden geïndexeerd en afgerond overeenkomstig artikel 178, 2, derde lid, WIB 92. (13) Cf. circulaire nr. Ci.RH.331/ (AOIF 8/2006) d.d

12 24. Dit geldt zowel voor de toepassing van de taks op het lange termijnsparen (14) als voor de toepassing van de inkomstenbelastingen. (14) Zie artikel 184, 3, WDRT. Beperking van het belastingvoordeel in verhouding tot de duur van het belastbare tijdperk 25. Voor bepaalde fiscale voordelen werd een proratering ingevoerd wanneer het belastbare tijdperk van de belastingplichtige niet overeenstemt met een volledig kalenderjaar om een andere reden dan overlijden. Die proratering heeft onder meer betrekking op het maximumbedrag voor pensioensparen van 625 euro (15). (15) Zie artikel 174/1, WIB 92, zoals hersteld door artikel 121 en 131, eerste lid van de Programmawet van (BS ), inwerkingtreding vanaf aanslagjaar Deze maatregel wordt besproken in de circulaire 2018/C/17 van Het nieuwe, hogere maximumbedrag voor pensioensparen van 800 euro moet, naar analogie met het maximumbedrag voor pensioensparen van 625 euro, eveneens worden beperkt in functie van de duur van het belastbare tijdperk. Daarom moet in artikel 174/1, eerste lid, WIB 92, eveneens worden verwezen naar het in artikel 145 8, 1, derde lid, WIB 92, bedoelde maximumbedrag van 800 euro. Artikel 364quater, WIB Gelet op het feit dat artikel 60 van de wet van betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie in 145 8, 1, WIB 92, een nieuw lid heeft ingevoegd tussen het tweede en het derde lid, dat het vierde lid wordt, is de verwijzing in artikel 364quater, WIB 92, naar artikel 145 8, 1, derde lid, WIB 92, vervangen door een verwijzing naar artikel 145 8, 1, vierde lid, WIB 92. IV. Inwerkingtreding 28. De nieuwe regels inzake het pensioensparen treden in werking vanaf aanslagjaar Interne ref.: TOP

13 Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/73 over de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor ploegenarbeid invoering van een specifieke maatregel voor werken in onroerende staat Samenvatting : Eerste commentaar op de nieuwe fiscale maatregel inzake de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor ploegenarbeid bij werken in onroerende staat. Trefwoorden : bedrijfsvoorheffing, vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing Datum van het document : 11/06/2018 Datum Fisconet plus : 11/06/2018 Circulaire 2018/C/73 over de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor ploegenarbeid invoering van een specifieke maatregel voor werken in onroerende staat Eerste commentaar op de nieuwe fiscale maatregel inzake de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor ploegenarbeid bij werken in onroerende staat. Bedrijfsvoorheffing ; vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing FOD Financiën, Algemene Administratie van de Fiscaliteit Personenbelasting Inhoudstafel 1. Wat verandert er? 2. Welke werkgevers zijn door de maatregel beoogd? 3. Wat betekent een 'onderneming waar ploegenarbeid verricht wordt' wanneer het gaat om werken in onroerende staat? 4. Wat zijn werken in onroerende staat? 5. Wat is de berekeningsgrondslag van de gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing? 6. Hoeveel bedraagt het vrijstellingspercentage? 7. Vanaf wanneer? 8. Wetgeving? 1. Wat verandert er? Artikel 74, 4, van de wet van betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie voert een nieuwe specifieke maatregel in inzake de gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor ploegenarbeid, op de bezoldigingen van werknemers die, in ploegen, werken verrichten, beoogd in art. 20, 2, KB nr. 1 van met betrekking tot de regeling voor de voldoening van de belasting over de toegevoegde waarde (hierna 'werken in onroerende staat'). 2. Welke werkgevers zijn door de maatregel beoogd? Om in aanmerking te komen voor de toepassing van de nieuwe steunmaatregel, moeten de werkgevers voldoen aan de volgende voorwaarden:

14 1. de werkgever moet een onderneming zijn waar ploegenarbeid wordt verricht volgens de definitie hiervan voor ondernemingen waarvan de werknemers werken in onroerende staat verrichten ; 2. de werkgever moet een ploegenpremie betalen of toekennen. Voor werknemers die werken in onroerende staat uitvoeren is een bruto-uurloon van minstens 13,75 euro (geïndexeerd overeenkomstig artikel 178, 4, WIB 92) gelijkgesteld met een ploegenpremie ; 3. de werkgever moet schuldenaar van de bedrijfsvoorheffing zijn op die premie overeenkomstig art. 270, 1, WIB 92 ; 4. de werkgever moet de volledige bedrijfsvoorheffing op de betrokken bezoldigingen en ploegenpremies inhouden. 3. Wat betekent een 'onderneming waar ploegenarbeid verricht wordt' wanneer het gaat om werken in onroerende staat? De definitie van dit begrip voor ondernemingen waarvan werknemers werken in onroerende staat verrichten verschilt van die voor andere activiteiten en is minder restrictief. Zo is de voorwaarde dat de ploegen elkaar niet mogen overlappen ter zake niet van toepassing. Voor wat werken in onroerende staat betreft, zijn 'ondernemingen waar ploegenarbeid wordt verricht' ondernemingen waar: - het werk wordt verricht in één of meerdere ploegen; - de ploegen minstens twee personen omvatten; - de ploegen hetzelfde of complementair werk doen zowel qua inhoud als qua omvang; - de ploegen het werk verrichten op locatie, d.w.z. op de werf; - de ploegen werk in onroerende staat verrichten zoals bedoeld in punt 4. De ondernemingen die erkend zijn voor uitzendarbeid die uitzendkrachten ter beschikking stellen van die ondernemingen, zijn voor wat betreft de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor ploegenarbeid op de belastbare bezoldigingen van deze uitzendkrachten gelijkgesteld met die ondernemingen. 4. Wat zijn werken in onroerende staat? Dit zijn werken zoals beoogd in art. 20, 2, van het KB nr. 1 van met betrekking tot de regeling voor de voldoening van de belasting over de toegevoegde waarde, zijnde: 1. in hoofdzaak de werken in onroerende staat in de zin van artikel 19, 2, tweede lid van het Btw-Wetboek, zijnde het bouwen, het verbouwen, het afwerken, het inrichten, het herstellen, het onderhouden, het reinigen en het afbreken, geheel of ten dele, van een uit zijn aard onroerend goed, en de handeling die erin bestaat een roerend goed te leveren en het op zodanige wijze aan te brengen aan een onroerend goed dat het onroerend uit zijn aard wordt; 2. de andere handelingen, opgesomd in art. 20, 2 van voormeld KB nr. 1, zijnde: a. iedere handeling die tot voorwerp heeft zowel de levering als de aanhechting aan een gebouw: - van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een installatie voor centrale verwarming of airconditioning, daaronder begrepen de branders, de reservoirs en de regel- en controletoestellen verbonden aan de ketels of aan de radiatoren; - van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een sanitaire installatie van een gebouw en, meer algemeen, van alle vaste toestellen voor sanitair of hygiënisch gebruik aangesloten op een waterleiding of een riool; - van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een elektrische installatie van een gebouw, met uitzondering van toestellen voor de verlichting en van lampen; - van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een elektrische belinstallatie, van brandalarmtoestellen, van alarmtoestellen tegen diefstal en van een huistelefoon; - van opbergkasten, gootstenen, gootsteenkasten en meubels met ingebouwde gootsteen, wastafels en meubels met ingebouwde wasbak, zuigkappen, ventilators en luchtverversers waarmee een keuken of badkamer is uitgerust; - van luiken, rolluiken en rolgordijnen die aan de buitenkant van het gebouw geplaatst worden; b. iedere handeling die tot voorwerp heeft zowel de levering van wandbekleding of vloerbedekking als de plaatsing ervan in een gebouw, ongeacht of die bekleding of bedekking aan het gebouw wordt vastgehecht of eenvoudig ter plaatse op maat wordt gesneden volgens de afmetingen van de te bedekken oppervlakte;

15 c. ieder werk dat bestaat in het aanhechten, het plaatsen, het herstellen, het onderhouden en het reinigen van goederen bedoeld in a. of b. hierboven. Wordt eveneens beoogd, de terbeschikkingstelling van personeel met het oog op het verrichten van werken in onroerende staat of van handelingen bedoeld in a., b. of c. hierboven. 5. Wat is de berekeningsgrondslag van de gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing? De berekeningsgrondslag bestaat uit de belastbare bezoldigingen van de werknemers, inclusief ploegenpremies, beoogd in art. 31, tweede lid, 1 en 2, WIB 92, met uitzondering van: - premies, andere dan de ploegenpremie; - het vakantiegeld; - de eindejaarspremie en - achterstallige bezoldigingen. 6. Hoeveel bedraagt het vrijstellingspercentage? Het percentage aan vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing bedraagt: a. 3 % van de bezoldigingen betaald of toegekend vanaf ; b. 6 % van de bezoldigingen betaald of toegekend vanaf ; c. 18 % van de bezoldigingen betaald of toegekend vanaf Vanaf wanneer? De nieuwe maatregel is van toepassing op bezoldigingen betaald of toegekend vanaf Wetgeving? Artikels 74 en 75 van de wet van betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie. Artikel 275 5, 5, WIB 92. Interne ref.: TOP

16 Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/75 betreffende het nieuwe erfrecht Samenvatting : Bespreking van de belangrijkste wijzigingen van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft ingevolge de wet van 31 juli 2017 Trefwoorden : inning, invordering, erfrecht Datum van het document : 14/06/2018 Publicatiedatum : 14/06/2018 Datum van inwerkingtreding : 01/09/2018 Datum Fisconet plus : 14/06/2018 Circulaire 2018/C/75 betreffende het nieuwe erfrecht Bespreking van de belangrijkste wijzigingen van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft ingevolge de wet van 31 juli 2017 Erfrecht; beschikbaar deel; wettelijke reserve; inbreng; inkorting; waardering; erfovereenkomsten; langstlevende echtgenoot; vruchtgebruik; verdeling FOD Financiën, Algemene Administratie van de Inning en Invordering I. Hervorming van het erfrecht II. III. IV. Wijzigingen m.b.t. de reserve - meer vrijheid voor de erflater De erfrechtelijke reserve het beschikbaar deel De wettelijke reserve van de kinderen vermindert De reserve van de langstlevende echtgenoot wordt aangepast De reserve van de ouders wordt afgeschaft - onderhoudsvordering Vervanging van de reserve in natura door een reserve in waarde Wijzigingen m.b.t. de inbreng - meer zekerheid voor de schenker en de begiftigde Inbreng Vermoeden van inbreng Inbreng van rechtswege ten voordele van de langstlevende echtgenoot voortzetting vruchtgebruik Waardering op datum van de schenking Wijzigingen m.b.t. het vruchtgebruik van de langstlevende echtgenoot Prioritaire aanrekening op het beschikbaar deel Vereenvoudigde en buitengerechtelijke omzetting V. Mogelijkheid om bindende erfovereenkomsten te sluiten - meer autonomie voor de erflater VI. VII. Globale erfovereenkomst Punctuele erfovereenkomsten Wijzigingen m.b.t. de verdeling - voorafgaandelijke betaling van de schulden Inwerkingtreding

Titel : Circulaire 2019/C/15 over de invoering van forfaitaire beroepskosten op winst

Titel : Circulaire 2019/C/15 over de invoering van forfaitaire beroepskosten op winst Eigenschappen Titel : Circulaire 2019/C/15 over de invoering van forfaitaire beroepskosten op winst Samenvatting : Commentaar over de forfaitaire beroepskosten op winst ingevoerd door de wet van 26.03.2018

Nadere informatie

Bericht aan de opdrachtgevers en aannemers Bouwsector

Bericht aan de opdrachtgevers en aannemers Bouwsector Bericht aan de opdrachtgevers en aannemers Bouwsector Inleiding De bepalingen van de artikelen 402 en 403 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 (hierna: WIB 92) werden gewijzigd door de programmawet

Nadere informatie

Circulaire 2019/C/47 over de wijzigingen in de aangifte in de personenbelasting van aanslagjaar 2019

Circulaire 2019/C/47 over de wijzigingen in de aangifte in de personenbelasting van aanslagjaar 2019 Eigenschappen Titel : Circulaire 2019/C/47 over de wijzigingen in de aangifte in de personenbelasting van aanslagjaar 2019 Samenvatting : Bespreking van de wijzigingen in de (papieren) aangifte in de personenbelasting,

Nadere informatie

VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE BELASTING VAN NIET-INWONERS (natuurlijke personen) DEEL 2

VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE BELASTING VAN NIET-INWONERS (natuurlijke personen) DEEL 2 VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE BELASTING VAN NIET-INWONERS (natuurlijke personen) Aanslagjaar 2017 - Inkomsten van het jaar 2016 DEEL 2 Vul hierna de vakken in die u aanbelangen. (Lees eerst aandachtig

Nadere informatie

1 de uitgaven gedaan voor prestaties betaald met dienstencheques als bedoeld in de artikelen tot ;

1 de uitgaven gedaan voor prestaties betaald met dienstencheques als bedoeld in de artikelen tot ; Algemene administratie van de FISCALITEIT - Centrale diensten Directie I/5C Circulaire nr. Ci.RH.331.611.085 (AAFisc Nr. 41/2011) dd 22.08.2011 Personenbelasting Berekening van de belasting Berekening

Nadere informatie

Vak XVI. - WINST uit nijverheids-, handels- of landbouwondernemingen.

Vak XVI. - WINST uit nijverheids-, handels- of landbouwondernemingen. VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE BELASTING VAN NIET-INWONERS (natuurlijke personen) Aanslagjaar 2015 - Inkomsten van het jaar 2014 DEEL 2 blz. 15 Vul hierna de vakken in die u aanbelangen. (Lees eerst

Nadere informatie

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2018

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2018 Indexatie Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2018 Hierna vindt u een overzicht van de geïndexeerde plafonds die op het gebied van de inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar

Nadere informatie

VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE PERSONENBELASTING

VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE PERSONENBELASTING blz. 11 VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE PERSONENBELASTING Aanslagjaar 2011 - Inkomsten van het jaar 2010 DEEL 2 Vul hierna de vakken in die u aanbelangen. (Lees eerst aandachtig de toelichting) Opgelet!

Nadere informatie

1. Belastingschalen in de personenbelasting. Aanslagjaar 2018 in euro

1. Belastingschalen in de personenbelasting. Aanslagjaar 2018 in euro 1. Belastingschalen in de personenbelasting Aanslagjaar 2018 in euro 0,00 1.070,00 0,00 25,00% 11.070,00 12.720,00 2.767,50 30,00% 12.720,00 21.190,00 3.262,50 40,00% 21.190,00 38.830,00 6.650,50 45,00%

Nadere informatie

Basisbedrag Geïndexeerd bedrag Artikel WIB 92 Omschrijving Aj. 2014

Basisbedrag Geïndexeerd bedrag Artikel WIB 92 Omschrijving Aj. 2014 I. Titel II van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (Coëfficiënt art. 178, 1 en 2, WIB 92: 1,7073) Art. 131, 1 ste lid, 1 Grensbedrag : 15.220 25.990 Belastingvrije som : 4.260 7.270 1 ste lid,

Nadere informatie

VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE PERSONENBELASTING

VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE PERSONENBELASTING blz. 15 VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE PERSONENBELASTING Aanslagjaar 2018 - Inkomsten van het jaar 2017 DEEL 2 Vul hierna de vakken in die u aanbelangen. (Lees eerst aandachtig de toelichting) Opgelet!

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning. Dienst Reglementering

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning. Dienst Reglementering KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Dienst Reglementering Bericht in verband met de automatische indexering inzake inkomstenbelastingen -

Nadere informatie

Aangiften van werken in onroerende staat en/of gevaarlijke werken (AVW) en aanwezigheidsregistraties (CAW)

Aangiften van werken in onroerende staat en/of gevaarlijke werken (AVW) en aanwezigheidsregistraties (CAW) Aangiften van werken in onroerende staat en/of gevaarlijke werken (AVW) en aanwezigheidsregistraties (CAW) Event Agoria 26 maart 2015 1 Agenda Wettelijke basis Artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969

Nadere informatie

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2015

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2015 Indexatie Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2015 Hierna vindt u een overzicht van de geïndexeerde plafonds die op het gebied van de inkomstenbelastingen voor het aan

Nadere informatie

blz. 16 B. ANDERE DIVERSE INKOMSTEN. Vak XVI. - DIVERSE INKOMSTEN - VERVOLG. 1. Winst of baten uit toevallige of occasionele prestaties, verrichtingen

blz. 16 B. ANDERE DIVERSE INKOMSTEN. Vak XVI. - DIVERSE INKOMSTEN - VERVOLG. 1. Winst of baten uit toevallige of occasionele prestaties, verrichtingen blz. 15 VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE PERSONENBELASTING Aanslagjaar 2016 - Inkomsten van het jaar 2015 DEEL 2 Vul hierna de vakken in die u aanbelangen. (Lees eerst aandachtig de toelichting) Opgelet!

Nadere informatie

Art. 132, eerste lid, 7 en 8, en tweede lid, WIB 92. zoals gewijzigd door art. 2, W en van toepassing vanaf aj. 2006

Art. 132, eerste lid, 7 en 8, en tweede lid, WIB 92. zoals gewijzigd door art. 2, W en van toepassing vanaf aj. 2006 Algemene administratie van de FISCALITEIT - Centrale diensten Directie I/5C Circulaire nr. Ci.RH.331/594.501 (AOIF Nr. 65/2010) dd 25.10.2010 Personenbelasting Berekening van de belasting Belastingvrije

Nadere informatie

blz. 12 Vak XIII. - INKOMSTEN VAN KAPITALEN EN ROERENDE GOEDEREN - VERVOLG. B. NETTO-INKOMEN VAN VERHURING, VERPACHTING, GEBRUIK OF CONCESSIE VAN ROER

blz. 12 Vak XIII. - INKOMSTEN VAN KAPITALEN EN ROERENDE GOEDEREN - VERVOLG. B. NETTO-INKOMEN VAN VERHURING, VERPACHTING, GEBRUIK OF CONCESSIE VAN ROER blz. 11 VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE PERSONENBELASTING Aanslagjaar 2012 - Inkomsten van het jaar 2011 DEEL 2 Vul hierna de vakken in die u aanbelangen. (Lees eerst aandachtig de toelichting) Opgelet!

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Dienst Reglementering

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Dienst Reglementering KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Dienst Reglementering Bericht in verband met de automatische indexering inzake inkomstenbelastingen -

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Algemene Administratie voor Beleidsexpertise -en Ondersteuning. Dienst Reglementering

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Algemene Administratie voor Beleidsexpertise -en Ondersteuning. Dienst Reglementering KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Algemene Administratie voor Beleidsexpertise -en Ondersteuning Dienst Reglementering Bericht in verband met de automatische indexering inzake inkomstenbelastingen

Nadere informatie

VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE PERSONENBELASTING

VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE PERSONENBELASTING blz. 13 VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE PERSONENBELASTING Aanslagjaar 2014 - Inkomsten van het jaar 2013 DEEL 2 Vul hierna de vakken in die u aanbelangen. (Lees eerst aandachtig de toelichting) Opgelet!

Nadere informatie

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor de aanslagjaren 2015 en 2016

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor de aanslagjaren 2015 en 2016 Indexatie Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor de aanslagjaren 2015 en 2016 Het Belgisch Staatsblad van 21 januari 2015 publiceert de geïndexeerde bedragen die inzake inkomstenbelastingen

Nadere informatie

Technische fiche overwerk Art , WIB 92

Technische fiche overwerk Art , WIB 92 Technische fiche overwerk Art. 275 1, WIB 92 Wettelijke basis I WIB 92 Art. 275 1, WIB 92 (werkgevers) - Wet van 03.07.2005 (art. 25 en 27) (BS 19.07.2005) o vanaf 01.07.2005 - Programmawet (I) van 27.12.2006

Nadere informatie

Lieven Van Belleghem

Lieven Van Belleghem Praktische Belastingservice voor Bank Verzekering Accountancy Lieven Van Belleghem Indexering fiscale bedragen aj. 2018 aj. 2019 Indexcoëfficiënt belastingvrije som en bestaansmiddelen = aj.2018 = 1,7761

Nadere informatie

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2012

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2012 Indexatie Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2012 Hierna vindt u een overzicht van de geïndexeerde plafonds die op het gebied van de inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Administratie van Fiscale Zaken

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Administratie van Fiscale Zaken 1 KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Administratie van Fiscale Zaken Bericht in verband met de automatische indexering inzake inkomstenbelastingen

Nadere informatie

De inkomsten uit de deeleconomie

De inkomsten uit de deeleconomie De inkomsten uit de deeleconomie Belastingregeling Inkomstenbelasting EIGEN BELASTINGREGELING (Programmawet van 1.7.2016, BS 4.7.2016, Ed. 2) Deze regelgeving voorziet dat: de winst of baten die voortkomen

Nadere informatie

Verhoogde belasting vrije som voor personen met beperkt inkomen: 7.380,00 euro (7.350,00)

Verhoogde belasting vrije som voor personen met beperkt inkomen: 7.380,00 euro (7.350,00) De geïndexeerde bedragen voor aanslagjaar 2016 werden door de Federale Overheidsdienst Financiën bekendgemaakt en gepubliceerd in het Belgisch staatsblad. Wij geven u een overzicht van de belangrijkste

Nadere informatie

SOFISK Aangifte personenbelasting 2014 : stilte voor de storm van volgend jaar.

SOFISK Aangifte personenbelasting 2014 : stilte voor de storm van volgend jaar. SOFISK 2014 Versie 2014.7.6 (10/06/2014) Personenbelasting o Beknopte afdruk: Kinderopvang werd niet afgedrukt. Vennootschapsbelasting o Correctie bij overname gegevens van vorig jaar. Versie 2014.7.5

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen AANGIFTE IN DE ROERENDE VOORHEFFING

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen AANGIFTE IN DE ROERENDE VOORHEFFING Bestemd voor de Administratie Datum van ontvangst van de aangifte:.. FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen AANGIFTE IN DE ROERENDE VOORHEFFING

Nadere informatie

FICHE Nr JAAR 2016

FICHE Nr JAAR 2016 FICHE Nr. 281.10 - JAAR 2016 Pagina 1 van 6 1. Nr.... 2. Datum van indiensttreding:... van vertrek:... 3. Schuldenaar van de inkomsten: NN of ON:......... 4. Afzender:...... NN of ON:... Naam en voornamen

Nadere informatie

Artikel WIB. (16 - aj. 2005) 518

Artikel WIB. (16 - aj. 2005) 518 Omschrijving WONINGAFTREK (oud stelsel) Forfaitaire aftrek eigen woning: - verhoging persoon ten laste: - maximumbedrag netto-inkomen woningaftrek: BEROEPSINKOMSTEN Artikel WIB (16 - aj. 2005) 518 Basisbedrag

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Dienst Reglementering

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Dienst Reglementering KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Dienst Reglementering Bericht in verband met de automatische indexering inzake inkomstenbelastingen -

Nadere informatie

FICHE Nr JAAR 2016 Pagina 1 van Nr. 2. Datum van indiensttreding: van vertrek: Schuldenaar van de inkomsten: NN of ON: ...

FICHE Nr JAAR 2016 Pagina 1 van Nr. 2. Datum van indiensttreding: van vertrek: Schuldenaar van de inkomsten: NN of ON: ... FICHE Nr. 281.10 - JAAR 2016 Pagina 1 van 6 1. Nr. 2. Datum van indiensttreding: van vertrek:... 3. Schuldenaar van de inkomsten: NN of ON: 4. Afzender: Geadresseerde: NN of ON: Naam en voornamen van de

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Administratie van Fiscale Zaken

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Administratie van Fiscale Zaken FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Administratie van Fiscale Zaken Bericht in verband met de automatische indexering inzake inkomstenbelastingen - Aanslagjaar 2012 Indexeringsregels A. De coëfficiënt bedoeld

Nadere informatie

Technische fiche ploegen- en nachtarbeid Art , WIB 92

Technische fiche ploegen- en nachtarbeid Art , WIB 92 I WIB 92 Technische fiche ploegen- en nachtarbeid Art. 275 5, WIB 92 Art. 275 5, WIB 92 - Wet van 23.12.2005 (art. 108 en 113) (BS 30.12.2005) - Wet van 27.03.2009 (art. 17 en 19) (BS 07.04.2009) o vanaf

Nadere informatie

Schematisch overzicht van het taxatiestelsel dat van toepassing is op aanvullende pensioenen van werknemers, bedrijfsleiders en zelfstandigen.

Schematisch overzicht van het taxatiestelsel dat van toepassing is op aanvullende pensioenen van werknemers, bedrijfsleiders en zelfstandigen. Algemene administratie van de FISCALITIT - Centrale diensten Directie I/5A Circulaire nr. Ci.RH.332/604.868 (AOIF Nr. 67/2010) dd 03.11.2010 Personenbelasting Belastingstelsel van het aanvullend pensioen

Nadere informatie

Tarieven personenbelasting

Tarieven personenbelasting Tarieven personenbelasting Gezamenlijk belastbaar inkomen INKOMSTENSCHIJF BELASTING OP VORIGE INK13 AJ14 0,00 8 590,00 25 % 8 590,00 12 220,00 30 % 2 147,50 12 220,00 20 370,00 40 % 3 236,50 20 370,00

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/121 over het wijk-werken

Circulaire 2018/C/121 over het wijk-werken Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/121 over het wijk-werken Samenvatting : Commentaar op het Vlaamse decreet van 07.07.2017 betreffende wijk-werken en diverse bepalingen in het kader van de zesde

Nadere informatie

I. INLEIDING. http://ccff02.minfin.fgov.be/kmweb/document.do?method=printselecteddocuments&i...

I. INLEIDING. http://ccff02.minfin.fgov.be/kmweb/document.do?method=printselecteddocuments&i... Page 1 of 12 Home > Circulaire AAFisc Nr. 13/2014 (nr. Ci.RH.421/630.788) dd. 03.04.2014 Algemene Administratie van de Fiscaliteit - Operationele Expertise en Ondersteuning Dienst VENB Vennootschapsbelasting/Belasting

Nadere informatie

FAQ Onroerende inkomsten Nieuwe versie

FAQ Onroerende inkomsten Nieuwe versie Eigenschappen Titel : FAQ Onroerende inkomsten Nieuwe versie Trefwoorden : onroerend inkomen Datum van het document : 30/04/2019 Publicatiedatum : 30/04/2019 Datum Fisconet plus : 30/04/2019 Notes Geef

Nadere informatie

Algemene Administratie van de Fiscaliteit Operationele Expertise en Ondersteuning Dienst PB Personenbelasting

Algemene Administratie van de Fiscaliteit Operationele Expertise en Ondersteuning Dienst PB Personenbelasting Algemene Administratie van de Fiscaliteit Operationele Expertise en Ondersteuning Dienst PB Personenbelasting Circulaire AAFisc Nr. 6/2015 (nr. Ci.RH.331/633.998) dd. 03.02.2015 Personenbelasting Bijzondere

Nadere informatie

Indexering aj. 2016 aj. 2017

Indexering aj. 2016 aj. 2017 Van Belleghem Kluwer Opleidingen voor Bank Verzekering Accountancy Lieven Van Belleghem Indexering aj. 2016 aj. 2017 Indexcoëfficiënt belastingvrije som en bestaansmiddelen = aj.2016 = 1,7321 / aj.2017

Nadere informatie

Up to date Fiscaliteit, boekhouding en vennootschap APR 2018 Online Seminarie. 20.apr Up-to-date FISCAAL ADVIES OP MAAT.

Up to date Fiscaliteit, boekhouding en vennootschap APR 2018 Online Seminarie. 20.apr Up-to-date FISCAAL ADVIES OP MAAT. FISCAAL ADVIES OP MAAT. FISCAAL ADVIES OP MAAT. Up-to-date april 2018 Roel Van Hemelen Gastspreker Roel VAN HEMELEN Partner Belastingconsulent +32 479 90 15 88 roel.vanhemelen@taxquest.be https://www.taxquest.be

Nadere informatie

FICHE Nr JAAR 2017

FICHE Nr JAAR 2017 FICHE Nr. 281.10 - JAAR 2017 Pagina 1 van 6 1. Nr.... 2. Datum van indiensttreding:... van vertrek:... 3. Schuldenaar van de inkomsten: NN of ON:......... 4. Afzender:...... NN of ON:... Geadresseerde:......

Nadere informatie

Lieven Van Belleghem

Lieven Van Belleghem Praktische Belastingservice voor Bank Verzekering Accountancy Lieven Van Belleghem Indexering fiscale bedragen aj. 2019 aj. 2020 Indexcoëfficiënt belastingvrije som en bestaansmiddelen = aj.2019 = 1,8139

Nadere informatie

Van Belleghem Kluwer Opleidingen voor Bank Verzekering Accountancy

Van Belleghem Kluwer Opleidingen voor Bank Verzekering Accountancy Van Belleghem Kluwer Opleidingen voor Bank Verzekering Accountancy Lieven Van Belleghem Indexering fiscale bedragen aj. 2017 aj. 2018 Indexcoëfficiënt belastingvrije som en bestaansmiddelen = aj.2017 =

Nadere informatie

WEBINAR Aangifte 2016

WEBINAR Aangifte 2016 WEBINAR Aangifte 2016 18 mei 2016 Aangiftetermijnen Papier TOW 30 juni (do) 13 juli (wo) TOW mandataris 27 oktober (do) taalgebruik in aangifte met betrekking tot (m.b.t.) als kunnen worden beschouwd overeenkomstig

Nadere informatie

Het belastingvoordeel dat verbonden is aan een hypotheeklening, noemt men in Vlaanderen de woonbonus.

Het belastingvoordeel dat verbonden is aan een hypotheeklening, noemt men in Vlaanderen de woonbonus. Gepubliceerd op Wikifin (https://www.wikifin.be) Wat is de woonbonus? Wie een hypothecaire lening afsluit om een woning te kopen of bouwen, kan vaak genieten van bepaalde belastingvoordelen gekoppeld aan

Nadere informatie

Circulaire 2019/C/42 over de vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing voor ploegen- en nachtarbeid

Circulaire 2019/C/42 over de vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing voor ploegen- en nachtarbeid Eigenschappen Titel : Circulaire 2019/C/42 over de vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing voor ploegen- en nachtarbeid Samenvatting : Deze circulaire bevat een FAQ over de steunmaatregel

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen AANGIFTE IN DE ROERENDE VOORHEFFING

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen AANGIFTE IN DE ROERENDE VOORHEFFING Bestemd voor de Administratie Datum van ontvangst van de aangifte:.. FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen AANGIFTE IN DE ROERENDE VOORHEFFING

Nadere informatie

FISCAAL ADVIES OP MAAT.

FISCAAL ADVIES OP MAAT. FISCAAL ADVIES OP MAAT. FISCAAL ADVIES OP MAAT. Up-to-date april 2018 Roel Van Hemelen Gastspreker Roel VAN HEMELEN Partner Belastingconsulent +32 479 90 15 88 roel.vanhemelen@taxquest.be https://www.taxquest.be

Nadere informatie

Home > Zoekresultaten > Circulaire AAFisc Nr. 27/2014 (nr. Ci.RH.331/ ) dd

Home > Zoekresultaten > Circulaire AAFisc Nr. 27/2014 (nr. Ci.RH.331/ ) dd Page 1 of 7 Home > Zoekresultaten > Circulaire AAFisc Nr. 27/2014 (nr. Ci.RH.331/633.468) dd. 01.07.2014 Algemene Administratie van de Fiscaliteit - Operationele Expertise en Ondersteuning Dienst PB/Geschillen

Nadere informatie

Federale Overheidsdienst FINANCIEN Administratie van Fiscale Zaken

Federale Overheidsdienst FINANCIEN Administratie van Fiscale Zaken Federale Overheidsdienst FINANCIEN Administratie van Fiscale Zaken Bericht in verband met de automatische indexering inzake inkomstenbelastingen - Aanslagjaar 2009 A. De coëfficiënt bedoeld in artikel

Nadere informatie

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: p. 1/18 Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Aanslagjaar Inkomsten 5 Interest spaarrekening : 1.250 1.880 1.880 6 dividenden van erkende coöperatieve vennootschappen : 125 190 190 10

Nadere informatie

Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, titel III, hoofdstuk II, afdeling III, onderafdeling 4. Ondernemingen die investeren in een raamovereenkomst voor de productie van een audiovisueel werk Art. 194ter.

Nadere informatie

De gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor overwerk

De gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor overwerk 3 HOOFDSTUK I De gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor overwerk AFDELING 1 Inleiding Doelstelling Achtergrond Sinds 1 juli 2005 geldt een fiscale lastenverlaging voor

Nadere informatie

Voor welke belastingplichtigen geldt die vrijstelling? Iedere aan de Belgische personenbelasting onderworpen belastingplichtige komt in aanmerking.

Voor welke belastingplichtigen geldt die vrijstelling? Iedere aan de Belgische personenbelasting onderworpen belastingplichtige komt in aanmerking. 1/7 Leidraad voor de terugvordering van de roerende voorheffing op de eerste schijf van 640 EURO aan gewone dividenden uit aandelen of rechten van deelneming De programmawet van 25 december 2017 bevat

Nadere informatie

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: p. 1/17 Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: 5 Interest spaarrekening : 1.250 1.880 1.880 6 dividenden van erkende coöperatieve vennootschappen : 125 190 190 10 Interesten of dividenden

Nadere informatie

1 van 5 4-10-2013 11:02 Home > Recente wijzigingen > Circulaire nr. Ci.RH.233/629.295 (AAFisc. 35/2013) dd. 01.10.2013 Algemene administratie van de Fiscaltiteit - Centrale diensten Dienst Personenbelasting

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 3 Art 36 Voordelen van alle aard... 4 Art 37 Auteurs rechten... 5 Art 37 bis 2 Deeleconomie... 5 Art

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Federale Overheidsdienst Financiën www.minfin.fgov.be Onderwerp Circulaire nr. Ci. RH 331/598.621 (AOIF 37/2010). Personenbelasting. Kind ten laste. Alleenstaande belastingplichtige met kind.

Nadere informatie

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: p. 1/18 Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: 5 Interest spaarrekening : 1.250 1.880 1.880 6 dividenden van erkende coöperatieve vennootschappen : 125 190 190 10 Interesten of dividenden

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/116 over de wijzigingen die werden aangebracht aan de tarieven van de VenB en aan de aanvullende crisisbijdrage

Circulaire 2018/C/116 over de wijzigingen die werden aangebracht aan de tarieven van de VenB en aan de aanvullende crisisbijdrage Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/116 over de wijzigingen die werden aangebracht aan de tarieven van de VenB en aan de aanvullende crisisbijdrage Samenvatting : Deze circulaire bespreekt de wijzigingen

Nadere informatie

De nieuwe aangifte aanslagjaar 2015

De nieuwe aangifte aanslagjaar 2015 De nieuwe aangifte aanslagjaar 2015 Fiscale Wenken nr. 2015/19 Personenbelasting Wenst u meer info over dit onderwerp? Contacteer ons vrijblijvend via contact@vdl.be. Op 10 april 2015 werd het nieuwe formulier

Nadere informatie

De aangifte in de personenbelasting voor aanslagjaar 2014 inkomsten 2013

De aangifte in de personenbelasting voor aanslagjaar 2014 inkomsten 2013 Het formulier voor de aangifte in de personenbelasting (PB) voor het aanslagjaar 2014 - inkomsten 2013 verscheen in het Belgisch Staatsblad van 28 maart 2014. De nieuwe PB-aangifte telt zo n 40 codes minder

Nadere informatie

Personenbelasting - Optimale aangifte woonleningen. Forum for the Future - November Maurice De Mey

Personenbelasting - Optimale aangifte woonleningen. Forum for the Future - November Maurice De Mey Personenbelasting - Optimale aangifte woonleningen Forum for the Future - November 2017 - Maurice De Mey De cruciale vraag Is op het moment van betaling van interest, kapitaal en/of premie van de individuele

Nadere informatie

BIJLAGE 1 FEDERALE BEPALINGEN Ci

BIJLAGE 1 FEDERALE BEPALINGEN Ci BIJLAGE 1 FEDERALE BEPALINGEN Ci. 705.247 Art. WIB 92 Omschrijving 1. INKOMSTEN VAN ONROERENDE GOEDEREN 13 Revalorisatiecoëfficiënt (art. 1, KB/WIB 92) : 4,19 4,23 4,23 518, derde lid, en 16, Woningaftrek

Nadere informatie

Technische fiche looncorrectie (IPA) Art , WIB 92

Technische fiche looncorrectie (IPA) Art , WIB 92 Technische fiche looncorrectie (IPA) Art. 275 7, WIB 92 Wettelijke basis I WIB 92 Art. 275 7, WIB 92 - Wet van 17.05.2007 (art. 28 en 29) (BS 19.06.2007) - Wet van 27.03.2009 (art. 18 en 19) (BS 07.04.2009)

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 8 Art 37 bis 2 Deeleconomie... 8 Art

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 8 Art 37 bis 2 Deeleconomie... 8 Art

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 8 Art 37 bis 2 Deeleconomie... 8 Art

Nadere informatie

Home > Addendum dd bij de circulaire AAFisc 36/2008 (nr. Ci.RH.421/ ) dd

Home > Addendum dd bij de circulaire AAFisc 36/2008 (nr. Ci.RH.421/ ) dd Page 1 of 6 Home > Addendum dd. 18.11.2014 bij de circulaire AAFisc 36/2008 (nr. Ci.RH.421/574.945) dd. 09.10.2008 Algemene Administratie van de Fiscaliteit - Operationele Expertise en Ondersteuning Dienst

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling BDO News www.bdo.be Onderwerp Taxshift : Wat verandert er vanaf (aanslagjaar) 2016? Datum 30 december 2015 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document kan onderworpen zijn aan rechten

Nadere informatie

Federale Overheidsdienst FINANCIEN Administratie van Fiscale Zaken

Federale Overheidsdienst FINANCIEN Administratie van Fiscale Zaken Federale Overheidsdienst FINANCIEN Administratie van Fiscale Zaken Bericht in verband met de automatische indexering inzake inkomstenbelastingen - Aanslagjaar 2010 A. De coëfficiënt bedoeld in artikel

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 8 Art 37 bis 2 Deeleconomie... 8 Art

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 8 Art 37 bis 2 Deeleconomie... 8 Art

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... (versie 1) Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 7 Art 37 bis 2 Deeleconomie...

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... (versie 1) Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 7 Art 37 bis 2 Deeleconomie...

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... (versie 1) Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 7 Art 37 bis 2 Deeleconomie...

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... (versie 1) Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 7 Art 37 bis 2 Deeleconomie...

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... (versie 1) Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 7 Art 37 bis 2 Deeleconomie...

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... (versie 1) Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 7 Art 37 bis 2 Deeleconomie...

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... (versie 1) Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 7 Art 37 bis 2 Deeleconomie...

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... (versie 1) Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 7 Art 37 bis 2 Deeleconomie...

Nadere informatie

p. 1/12 Globaal overzicht

p. 1/12 Globaal overzicht p. 1/12 Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: 5 Interest spaarrekening : 1.250 1.880 1.880 6 dividenden van erkende coöperatieve vennootschappen : 125 190 190 10 Interesten of dividenden

Nadere informatie

CIRCULAIRE AOIF Nr. 27/2010

CIRCULAIRE AOIF Nr. 27/2010 CIRCULAIRE AOIF Nr. 27/2010 Federale Overheidsdienst Brussel, 31 maart 2010 FINANCIEN ----------------------------------------- Personenbelasting. Administratie van de ondernemings- Bijzondere bijdrage

Nadere informatie

Het model van het aangifteformulier voor aanslagjaar 2014 is verschenen in het Belgisch Staatsblad dd. 02.05.2014.

Het model van het aangifteformulier voor aanslagjaar 2014 is verschenen in het Belgisch Staatsblad dd. 02.05.2014. Nieuwigheden in de aangifte aanslagjaar 2014 in de belasting van niet-inwoners Buitenlandse vennootschappen, verenigingen, instellingen of lichamen die een onderneming exploiteren of zich met verrichtingen

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Administratie van Fiscale Zaken

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Administratie van Fiscale Zaken 1 Indexeringsregels KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Administratie van Fiscale Zaken Bericht in verband met de automatische indexering inzake inkomstenbelastingen - Aanslagjaar 2013

Nadere informatie

TOEPASSING VAN DE ARTIKELEN 243, 243/1 EN 244, WIB 92: CATEGORIEËN VAN NIET-RIJKSINWONERS (AJ. 2015)

TOEPASSING VAN DE ARTIKELEN 243, 243/1 EN 244, WIB 92: CATEGORIEËN VAN NIET-RIJKSINWONERS (AJ. 2015) BIJLAGE 1 TOEPASSING VAN DE ARTIKELEN 243, 243/1 EN 244, WIB 92: CATEGORIEËN VAN NIET-RIJKSINWONERS (AJ. 2015) Artikelen van het WIB 92 (de overgangsbepalingen worden, met uitzondering van de artikelen

Nadere informatie

SOFISK Voor deze domeinen geldt vanaf 2015 ook de elektronische aangifte.

SOFISK Voor deze domeinen geldt vanaf 2015 ook de elektronische aangifte. SOFISK 2015 Sofisk is ook beschikbaar voor: - Vennootschapsbelasting niet-inwoners - Rechtspersonenbelasting Voor deze domeinen geldt vanaf 2015 ook de elektronische aangifte. Meer info over deze domeinen?

Nadere informatie

Aftrek voor risicokapitaal

Aftrek voor risicokapitaal Opgave 275C 1/2 Benaming :............... Ondernemingsnummer :... Federale Overheidsdienst FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen Aftrek voor risicokapitaal AANSLAGJAAR

Nadere informatie

Voorafgaande opmerking bij de circulaire nr. Ci.RH.421/628.803

Voorafgaande opmerking bij de circulaire nr. Ci.RH.421/628.803 Algemene administratie van de FISCALITEIT Centrale diensten Circulaire nr. Ci.RH.421/628.803 (AAFisc Nr. 30/2013) dd. 22.07.2013 Berekening van de Ven.B Rechtspersonenbelasting Berekening van de RPB Afzonderlijke

Nadere informatie

http://ccff02.minfin.fgov.be/kmweb/document.do?method=printselecteddocuments...

http://ccff02.minfin.fgov.be/kmweb/document.do?method=printselecteddocuments... Page 1 of 5 Home > Résultats de la recherche > Circulaires > Circulaire nr. Ci.RH.231/532.259 (AAFisc Nr. 3/2013) dd. 25.01.2013 Algemene administratie van de FISCALITEIT - Centrale diensten Personenbelasting

Nadere informatie

Relatie Vennootschap Bedrijfsleider Recente fiscale ontwikkelingen. Luc Maes 24/11/2016

Relatie Vennootschap Bedrijfsleider Recente fiscale ontwikkelingen. Luc Maes 24/11/2016 Relatie Vennootschap Bedrijfsleider Recente fiscale ontwikkelingen Luc Maes 24/11/2016 1 1. Afbakening van het onderwerp Inkomstenbelastingen bedrijfsleiders van een handelsvennootschap recente rechtspraak:

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/108 over de investeringsaftrek

Circulaire 2018/C/108 over de investeringsaftrek Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/108 over de investeringsaftrek Samenvatting : Bespreking van de wijzigingen van de investeringsaftrek voor natuurlijke personen door de wet van 25.12.2017 tot hervorming

Nadere informatie

AANGIFTE PB 2017 PERSCONFERENTIE

AANGIFTE PB 2017 PERSCONFERENTIE AANGIFTE PB 2017 PERSCONFERENTIE Johan Van Overtveldt Minister van Financiën Philippe Jacquij Administrateur-generaal van de Fiscaliteit 25 april 2017 North Galaxy AGENDA Aangifte 2016 Aangifte 2017 Codes:

Nadere informatie

Met huidig bericht wordt enkel ingegaan op een aantal praktische vragen die voor dergelijke, in 2014 gesloten leningen, worden gesteld.

Met huidig bericht wordt enkel ingegaan op een aantal praktische vragen die voor dergelijke, in 2014 gesloten leningen, worden gesteld. Verduidelijkingen omtrent de voorwaarden waaraan in 2014 gesloten leningen moeten voldoen, om in aanmerking te kunnen komen voor de gewestelijke belastingvermindering voor enige woning (woonbonus) Vanaf

Nadere informatie

SOFISK 2016 Versie (14/07/2016)

SOFISK 2016 Versie (14/07/2016) SOFISK 2016 Versie 2016.9.13 (14/07/2016) PERSONENBELASTING Hulpscherm hypotheekleningen. Een probleem bij gedeeltelijke verhuring of gebruikt voor beroep werd opgelost. Belastingkrediet woonbonus werd

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 6 Art 36 Voordelen van alle aard... 7 Art 37 Auteurs rechten... 8 Art 37 bis 2 Deeleconomie... 8 Art

Nadere informatie