Concept protocol voor het gebruik van therapeutische hypothermie op afdeling ICV Versie 4, Update December 2004

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Concept protocol voor het gebruik van therapeutische hypothermie op afdeling ICV Versie 4, Update December 2004"

Transcriptie

1 1 Concept protocol voor het gebruik van therapeutische hypothermie op afdeling ICV Versie 4, Update December Inleiding Therapeutische hypothermie kan worden gedefinieerd als het gecontroleerd verlagen van de lichaamstemperatuur met als doel om verdere beschadiging van weefsel en cellen te voorkómen. Meestal gaat het om beperking van schade aan hersencellen; hypothermie wordt echter ook wel gebruik voor bescherming van het ruggenmerg, en bij patiënten met een acuut myocardinfarct om de grootte van het infarct te verminderen. Het doel van de behandeling is in alle gevallen om schadelijke processen die op cellulair niveau ontstaan na een periode van ischaemie of na een trauma, tegen te gaan. Deze schadelijke processen spelen zich af in een periode van enkele minuten tot vele dagen na ischaemie/trauma. De processen kunnen, ook wanneer ze reeds zijn uitgedoofd c.q tot stilstand zijn gekomen, opnieuw in gang worden gezet door een nieuw ischaemisch insult of een periode met verhoogde intra-craniële druk (zie onder). Een overzicht van de mechanismen vindt u in Tabel 1. Table 2. Possible mechanisms underlying protective effects of hypothermia. Mechanism Explanation Time frame after injury Prevention of apoptosis Reduction in production of free radicals Mitigation of reperfusion injury Reduced permeability of the blood-brain barrier and the vascular wall; reduced oedema formation Reduced permeability of cellular membranes Improved ion homeostasis Ischemia can induce apoptosis (i.e., programmed cell death. Hypothermia can prevent this. Production of free radicals such as superoxide, peroxynitrite, hydrogen peroxide and hydroxyl radicals is a hallmark of ischemia. Moderate hypothermia is able to block this event. Blood-brain barrier disruptions induced by trauma or ischemia are moderated by hypothermia. The same effect occurs with vascular permeability and capillary leakage. Decreased leakage of cellular membranes with associated improvements in cell function and cellular homeostasis, including decrease of intracellular acidosis Ischemia induces accumulation of excitatory neurotransmitters such as glutamate and prolonged excessive influx of Ca 2+ into the cell. This induces a state of permanent excitability exitotoxic cascade that can be moderated by hypothermia. Hours-many days or even weeks Hours-days Hours-days Hours-days Hours-days First minutes-72 hours Reduction of metabolism Reduced oxygen and glucose requirements Hours-days Reduction of pro-inflammatory reactions and depression of the immune response and inflammation. Sustained destructive inflammatory reactions and secretion of pro-inflammatory cytokines following ischemia can be blocked or mitigated by hypothermia 1 ST hour-5 days Reduction in cerebral thermopooling. There are area s in the brain with 2-3 o C higher temperatures than the surrounding areas and measured core temperature. These differences increase dramatically in injured brains. Hyperthermia can increase damage to injured brain cells; this is mitigated by hypothermia. Minutes-many days

2 2 Van belang is vast te stellen dat therapeutische hypothermie in principe kan worden toegepast bij alle vormen van mogelijke post-hypoxische neurologische schade. Verder is het op theoretische gronden aannemelijk dat de meest gunstige effecten kunnen worden bereikt bij patiënten met relatief milde schade. Er bestaat niet voor elke klinische toepassing evenveel bewijs. In dit stuk worden alleen de indicaties waarvoor hypothermie op dit moment binnen het VUmc vaak wordt gebruikt kort besproken. Als hypothermie voor een andere indicatie wordt gebruikt kunnen echter dezelfde praktische richtlijnen worden gebruikt. Therapeutische hypothermie na circulatoir arrest en reanimatie In een aantal studies is overtuigend aangetoond dat kortdurende hypothermie de neurologische prognose bij bepaalde categorieën patiënten na reanimatie verbetert. Sommige patiënten met een gedaald bewustzijn die na een reanimatie worden opgenomen op de IC afdeling worden daarom, als er geen contra-indicaties zijn, gedurende 24 uur gekoeld tot o C. Het koelen dient zo snel mogelijk te beginnen, maar ook indien reeds de nodige tijd (uren) verloren is gegaan kan nog effect verwacht worden. De indicatie voor het gebruik van hypothermie worden gesteld door het dienstdoend staflid IC van de locatie waar de patiënt wordt opgenomen. Na het koelen worden patiënten langzaam, meestal passief opgewarmd. Dit omdat (te) snel opwarmen de prognose kan verslechteren. Dit betekent dat patiënten na het staken van de koeling meestal pas na uur weer een temperatuur van >36 graden bereiken. In sommige situaties kan de behandeling ook langer worden gecontinueerd. Voorgestelde praktijkafspraak: alle patiënten die worden opgenomen op de afdeling intensive care na een circulatiestilstand en die geen opdrachten uitvoeren worden gekoeld tenzij hiervoor zeer zwaarwegende contra-indicaties bestaan. In het dossier wordt gemotiveerd waarom de patiënt niet in aanmerking komt voor koelen. Verwacht gunstig neurologisch herstel is geen reden de patiënt niet te koelen, noch verwachtte ongunstige prognose, tenzij de prognose dusdanig ongunstig is dat de patiënt ook niet op de IC afdeling wordt opgenomen. Koelen dient zo snel mogelijk te beginnen (liefst in de ambulance of EHBO; getracht wordt hierover afspraken te maken met de afdeling cardiologie). Indien de circulatiestilstand 8 uur geleden is dient in elk geval met hypothermie te worden behandeld. Therapeutische hypothermie na ernstig neurotrauma Bij patiënten met ernstig neurotrauma kan koeling worden gebruikt als middel om de intracraniële drukken te verlagen. Of het ook de prognose verbetert is omstreden, maar dit lijkt wel het geval te zijn als de behandeling zorgvuldig en vooral lang genoeg (meestal meerdere dagen) wordt toegepast. Bij deze patiënten wordt de toepassing van hypothermie (zowel de diepte als de tijdsduur) gestuurd op geleide van de intra-craniële drukken (ICP). Hypothermie wordt toegepast wanneer deze drukken oplopen ondanks adequate sedatie, behandeling met mannitol en eventueel hypertoon zout, en ondanks eventueel chirurgisch ingrijpen. Ook hier wordt in principe gekoeld tot 32 o C, maar indien de drukken eerder normaliseren (dalen tot 20 mmhg of lager) wordt de temperatuur niet verder verlaagd. Ook opwarmen vindt plaats op geleide van de intra-craniële drukken; indien de druk tijdens het (passief) opwarmen weer stijgt wordt het koelen hervat totdat de ICP weer daalt tot <20mmHg. De indicatie voor het gebruik van hypothermie worden gesteld door het dienstdoend staflid IC samen met het dienstdoend staflid neurochirurgie.

3 3 Voorgestelde praktijkafspraak: bij alle patiënten met ernstig traumatisch hersenletsel bij wie sprake is van refractaire intra-craniële hypertensie (ICP >20 gedurende 5 minuten ondanks adequate sedatie/analgesie en behandeling met manitolen/of hypertoon zout) wordt therapeutische hypothermie toegepast tot een niveau waarop de ICP daalt tot onder de 20mmHg. De temperatuur wordt gedurende tenminste 12 uur op dit niveau gehandhaafd waarna langzaam (maximaal 0,5 graad per 12 uur) wordt opgewarmd. Bij stijging van de ICP tot >20 wordt opnieuw gekoeld tot een niveau waarop de ICP daalt tot <20. Zeker bij patiënten die een decompressieve craniotomie hebben ondergaan en bij wie zwelling dus maar zeer beperkt tot drukstijging zal leiden dienen ook geringe stijgingen van de ICP (bijvoorbeeld tot 22 mmhg) te worden behandeld. Patiënten met neurologische aandoeningen en koorts Uit experimenteel onderzoek en klinische observaties is gebleken dat het ontstaan van koorts (door welke oorzaak kan ook, infectieus dan wel centraal/neurologisch) de neurologische uitkomst sterk negatief kan beïnvloeden. Behandeling met paracetamol of soortgelijke middelen is maar beperkt effectief; met name indien de oorzaak van de koorts niet-infectieus is lukt het maar moeilijk om de temperastuur met medicatie te verlagen. Deze groep patiënten kan ook worden behandeld met therapeutische hypothermie, waarbij de patiënt meestal gekoeld wordt tot een normale temperatuur (36 o C of 37 o C). De indicatie voor het gebruik van hypothermie wordt gesteld door het dienstdoend staflid IC. Therapeutische hypothermie bij patiënten met subarachnoïdale bloedingen In het VUmc wordt hypothermie ook wel gebruikt om de intracraniële druk te verlagen bij patiënten met subarachnoïdale bloedingen. Er zijn daarnaast aanwijzingen dat hypothermie ook het risico op vaatspasmen vermindert, en vaatspasmen tegengaat wanneer die al zijn ontstaan. De behandeling voor deze indicatie is nog experimenteel, en het is nog niet bewezen dat hypothermie ook de uiteindelijke prognose verbetert. Wel is het een effectieve methode om de ICP te verlagen. De indicatie voor het gebruik van hypothermie wordt gesteld door het dienstdoend staflid IC. Overige indicaties. Hypothermie kan ook worden gebruikt voor andere indicaties. Deze zullen hier niet uitgebreid worden besproken. Toepassing van hypothermie kan echter sterk worden overwogen bij alle patiënten met (mogelijke) post-hypoxische schade, ongeacht de oorzaak. Te denken valt bijvoorbeeld aan drenkelingen, patiënten met accidentele hypothermie en mogelijke ischaemische schade, post-asfyxie etc. Patiënten met accidentele hypothermie bij wie verdenking bestaat op mogelijke neurologische schade kunnen bijvoorbeeld worden opgewarmd tot 32 o C en gedurende 24 uur op deze temperatuur worden gehouden. Patiënten dienen in ieder geval te worden opgewarmd tot >30 graden. 2. Praktische richtlijnen. Inductie van hypothermie (koelingsfase) Een aantal mogelijke koelingsmethoden worden opgesomd in Tabel 2. In het VUmc worden meerdere methoden tegelijk gebruikt om de lichaamstemperatuur snel omlaag te kunnen brengen. Dit omdat snelheid van groot belang is en bij gebruik van slechts één methode deze snelheid vaak onvoldoende is. Wanner de streeftemperatuur eenmaal bereikt is wordt deze gehandhaafd door gebruik van oppervlaktekoeling of speciale catheters. Koude infusievloeistof: Dit wordt in principe in de inductiefase van hypothermie toegepast als additionele koelmethode bij alle patiënten die met hypothermie worden behandeld.

4 4 De infuuszakken bevinden zich in een op de IC aanwezige ijskast (op beide locaties). De temperatuur van de infusievloeistof is 4-6 o C. In principe wordt hiervoor NaCl 0.9% gebruikt, hoewel desgewenst ook andere vloeistoffen (Ringers Lactaat of Geloplasma) gebruikt mogen worden. Gemiddeld wordt ml van deze vloeistof geïnfundeerd. Hierdoor kan de temperatuur van het kerncompartiment rechtstreeks worden verlaagd, in plaats van via koelen van het perifere compartiment. Oppervlaktekoeling: gekoeld kan worden door middel van rubberen koeldekens (Figuur 1 & 2), speciale matrassen die met een speciale plaklaag op de huid worden bevestigd (Figuur 3), of door wikkeldekens (figuur 4). De rubberen koeldekens worden tijdens de afkoelingsfase zowel boven als onder de patiënt gelegd (Figuur 1), waarbij de temperatuur continu wordt gemeten. De temperatuur wordt of centraal gemeten, of door middel van een probe die in het rectum, oesophagus, of blaas van de patiënt geplaatst wordt. Perifere metingen van de temperatuur bij hypotherme patiënten zijn onbetrouwbaar. Tijdens de inductiefase (dus terwijl de temperatuur van de patiënt daalt) wordt de temperatuur van de koeldekens ingesteld op 4 o C. Bij gebruik van het feedback systeem wordt de streeftemperatuur ingesteld op de laagst mogelijke waarde (bij de nieuwe apparaten is dit 30 o C). Dit omdat anders de koelcapaciteit van het apparaat niet optimaal wordt benut. Het water in de koeldekens zal op dat moment maximaal worden gekoeld (tot 4 o C) en zal met maximale snelheid gaan circuleren, zodat de warmteoverdracht vanaf de huid van de patiënt wordt gemaximeerd. Wanneer de streeftemperatuur tot 1-1 ½ graad genaderd is (bijvoorbeeld 33.0 o C terwijl de streeftemperatuur 32 o C is) wordt de daadwerkelijke streeftemperatuur ingesteld (Figuur 3). Het is dus van zeer groot belang om in deze fase (terwijl de streeftemperatuur nog op een laag niveau wordt ingesteld, en de patiënt maximaal wordt gekoeld) de kerntemperatuur voortdurend goed te bewaken. NB: de rectaal gemeten temperatuur loopt minuten achter op de echte kerntemperatuur. De rectaal gemeten temperatuur zal dus nog even blijven dalen nadat de streeftemperatuur al is aangepast. Het is dus belangrijk om de streeftemperatuur bijtijds aan te passen, d.w.z als de streeftemperatuur tot 1-1 ½ graad is genaderd. Het Arctic Sun systeem bestaat uit vijf rubberen plakstrips die op de huid van de patiënt worden bevestigd (Figuur 3). Na het aansluiten van de koelslangen wordt het apparaat aangezet en wordt de streeftemperatuur ingesteld. Bij gebruik van de Arctic Sun wordt de daadwerkelijke streeftemperatuur ingesteld. NB om fouten te voorkomen kan de streeftemperatuur niet lager worden ingesteld dan 32 o C. Ook hier wordt de temperatuur ofwel centraal gemeten, of door middel van een probe die in het rectum, oesophagus, of blaas van de patiënt geplaatst wordt. De andere methodes (koelcatheters, wikkeldekens en speciale koelbedden) worden op dit moment nog niet gebruikt. Verwacht wordt dat deze apparaten in de eerste maanden van 2005 op proef en in onderzoeksverband gebruikt zullen gaan worden. Het protocol zal dan ge-update worden. Tenslotte worden in de koelingsfase alle huidoppervlakken van de patiënt blootgesteld aan de lucht en zoveel mogelijk bevochtigd met water of alcohol. Dit om het warmteverlies te bevorderen. Met gebruik van deze methoden lukt het meestal om binnen minuten de kerntemperatuur onder de 34 graden te brengen. In deze fase is het risico op bijwerkingen het grootst, en deze fase vereist zeer intensieve bewaking en begeleiding.

5 5 Met name de vochtbalans (cave hypothermie-geïnduceerde diurese) en het risico op elektrolytstoornissen (met name hypomagnesemie) behoeven in deze fase aandacht. Alle patiënten krijgen bij aanvang van het koelen 3 gram magnesium intraveneus toegediend. De serum-magnesiumspiegel wordt gehandhaafd op een niveau van >1 mmol/l; zelfs bij normale serumspiegels kan intracellulair nog steeds een tekort bestaan zodat toch nog extra suppletie nodig is. Inductie van hypothermie is een zeer ingrijpende behandeling met kans op gevaarlijke bijwerkingen. De fysiologische effecten van hypothermie en de mogelijke bijwerkingen staan opgesomd in tabellen 1-3. Handhaven van hypothermie (hypothermische fase) Wanneer de streeftemperatuur eenmaal bereikt is kan dit niveau worden gehandhaafd door gebruik van één koeldeken. De streeftemperatuur wordt ingesteld op de daadwerkelijke streeftemperatuur, bijvoorbeeld 32 of 33 graden. In deze fase is de patiënt meestal veel minder instabiel (in de zin van vullingsbehoeftig, neiging tot electrolytstoornissen, etc). Extra verpleegkundige aandacht dient nu uit te gaan naar het voorkomen van decubitus. Gekoelde patiënten hebben door de vasoconstrictie in de huid, immobilisatie en de verminderde afweer een verhoogd risico op decubitus. Ook is er en verhoogd risico voor luchtweginfecties. Mogelijke fysiologische en pathofysiologische veranderingen staan in Tabellen 3-5. Verpleegkundige aandachtspunten staan in Tabel 6. Het is ook van belang de patiënt niet te gaan overbehandelen omdat fysiologische veranderingen verkeerd worden geïnterpreteerd. Een voorbeeld is de metabole acidose die kan ontstaan en die een normaal gevolg is van hypothermie. Opwarmen na hypothermie: Algemeen: Te snel opwarmen kan gepaard gaan met heractiveren van de schadelijke processen. Het opwarmen dient dus langzaam te gebeuren. Bij patiënten met een caminodrain (traumatisch hersenletsel, SAB): Opwarmen op geleide ICP. 1 o C per uur, bij stijgen ICP tot 20 mmhg gedurende 5 minuten koelen hervatten tot een temperatuur waarbij de ICP weer daalt tot 20 mmhg. Bij patiënten zonder caminodrain, dus bijvoorbeeld na reanimatie: passief opwarmen, temp mag in periode van uur stijgen naar 36 o C (dus streeftempo 0,2-0,25 o C/uur, maximale stijging 0,5 o C/uur; bij te snel oploepn temperatuur koeldeke4ns weer aanzetten en gecontroleerd langzaam actief opwarmen. De temperastuur mag in de eerste drie dagen in principe niet oplopen tot 37.5 o C centraal gemeten, anders koelen tot normotemp (36-37 o C). Initiële maatregelen: paracetamol en verwijderen dekens. NB paracetamol is relatief ineffectief bij centrale (neurologische) koorts inclusief meningeale prikkeling bijvoorbeeld t.g.v bloed in de meningen. Praktische tips. Na het stellen van de indicatie voor therapeutische hypothermie wordt de patiënt op een koeldeken gelegd, en wordt een koeldeken over de patiënt gelegd. De patiënt wordt nat gemaakt om de warmteoverdracht te bevorderen. Er worden geen dekens over de patiënt gelegd. De ingestelde temperatuur is 4 graden. Er vindt infusie plaats van koude vloeistoffen (uit de ijskast tussenruimte ICs). In principe wordt in een periode van een uur 2000 ml geïnfundeerd. Na elke kolf (500 ml) wordt de CVD gemeten; indien deze gestegen is vindt overleg plaats met de zaalarts. (NB hypothermie op zich leidt tot een stijging van de CVD). Als de gemeten kerntemperatuur van de patiënt is gedaald tot onder de 33.5 graden wordt de streeftemperatuur bijgesteld naar 32 graden. Labafnames: zie Tabel 4. Mn frequent controleren glucose en elektrolyten.

6 6 Sedatie: alleen bij rillen of onrust. Sedatie in principe met propofol en fentanyl. Bij rillen patiënt bolus fentanyl (0.5 cc = 0.05 ug, zo nodig 1 x herhalen). Alternatief voor propofol: midazolam. Zie ook sedatieprotocol. De streef sedatiescore is 5-6. Verslapping van gekoelde patiënten is meestal niet noodzakelijk. Kortdurend verslappen kan bij uitzondering worden overwogen, bijvoorbeeld om fors rillen tegen te gaan. NB: indien snel wordt gekoeld zal het rillen ook snel afnemen; bij een temperatuur <35 o C neemt het rillen sterk af, en verdwijnt geheel bij temperaturen < o C. Deze patiënten worden beademd; rillen is in deze situatie dan ook niet gevaarlijk tenzij de patiënt forse oxygenatieproblemen heeft. Ingrijpende maatregelen zijn dus ook meestal niet nodig. Wel kan rillen het bereiken van de streeftemperatuur bemoeilijken. Een overzicht van de te verwachten fysiologische veranderingen en effecten op laboratoriummetingen staat in Tabellen 2-4. In tabel 5 staan de belangrijkste aandachtspunten vermeld.

7 7 Tabel 2. Fysiologische effecten van hypothermie Deze effecten zullen in meer of mindere mate ontstaan bij de meeste patiënten die worden behandeld met hypothermie. De temperatuursgrenzen waarbij deze effecten ontstaan zijn schattingen, en worden beïnvloed door leeftijd en co-morbiditeit (vooral cardiovasculaire aandoeningen). Systeem Temp Effect Fysiologische pogingen om de lichaamstemperatuur te doen stijgen o C 30 o C Bij wakkere patiënten: warmteproductie door rillen, perifere vasoconstrictie, toegenomen spieractiviteit, verhoogd zuurstofgebruik, verhoogd metabolisme. Hibernation : rillen houdt op, lethargie, afname metabolisme. Metabool o C Zuurstofgebruik CO 2 productie Metabolisme Vet metabolisme: Glycerol, vrije vetzuren, ketonen, lactaat; metabole acidose 35 o C Insuline gevoeligheid insuline secretie Endocrinologisch 35.5 o C Adrenaline / noradrenalinespiegels 33 o C Cortisolspiegels Cardiovasculair 36->35 o C Tachycardie 35 o C Bradycardie 34 o C Geringe stijging van de bloeddruk (gemiddeld 10 mmhg) 32 o C Lichte ritmestoornissen bij sommige patiënten 33 o C ECG veranderingen: toename PR-interval, verwijd QRS-complex, toename QT interval o C Risico voor tachyarrhythmieën, beginnend met boezemfibrilleren 35 o C CVD and CO 35 o C of = gemengd veneuze saturatie Renaal 35 o C Diurese, tubulaire dysfunctie, elektrolyt verlies en elektrolytstoornissen. Hematologisch 35 o C Trombocytengetal, verminderde trombocytenfunctie, andere stoornissen in de stollingscascade. 33 o C Leucocytengetal, verminderde leucocytenfunctie Gastrointestinaal 35 o C Verminderde darmpassage/subileus, milde pancreatitis (komt zeer veelvuldig voor!) leverenzymen Immunosuppressie 35 o C Verminderde functie neutrofiele granulocyten en macrofagen. Onderdrukking productie van diverse pro-inflammatoire cytokines. toename infectierisico (vooral pneumonieën en & wondinfecties) Neurologisch o C Bewustzijn, lethargie, coma. Farmacokinetiek 35 o C Veranderingen in klaring van diverse medicamenten (data beschikbaar voor spierverslappers, propofol, fentanyl, fenytoïne, pentobarbital, verapamil, propanolol en inhalatieanesthetica (verminderde klaring), maar dit geldt hoogstwaarschijnlijk ook voor vele andere medicamenten) Geen effect op gentamycineklaring bij dierexperimenteel onderzoek Geen effect op neostigmineklaring bij gezonde vrijwilligers

8 8 Tabel 3. Veel voorkomende door hypothermie geïnduceerde veranderingen in laboratoriumuitslagen. De mate van verandering hangt samen met de mate van hypothermie. Hoe lager de temperatuur des te groter de veranderingen in laboratoriumwaarden. Incidentie Bijna altijd Vaak Regelmatig voorkomend Af en toe voorkomend Effect Geringe tot matige stijging van de serum amylasespiegel ( u/l) Milde thrombocytopenie (trombocytengetal x ) Toename serum lactaatspiegel (2.5-5 mmol/l). Matige tot ernstige trombopenie (trombocytengetal x ) Stijging serum glucosespiegels (door afname insulinegevoeligheid en insulinesecretie) Hoge serum amylasespiegels ( u/l) Hoge serum lactaatspiegels (5-7 mmol/l). Afname kaliumspiegels (K), magnesiumspiegels (Mg), fosfaatspiegels (P), calciumspiegels (Ca) Milde leucocytopenie (leucocytengetal 2-3 x 10 9 /L) Geringe stijging leverenzymen (met name SGOT en SGPT) Metabole acidose (door toename lactaatspiegels en toename productie glycerol, ketonen en vrije vetzuren) Geringe stijging van APTT and APTT 1 Duidelijke metabole acidose, lactaatspiegel 7 mmol/l Ernstige leucopenie (<2 x 10 9 ) Stijging serum amylase tot 1200 u/l Ernstige trombopaenie ( 30 x ) Manifeste stollingsstoornissen met forse toename in APTT en PTT 1 Meestal pas zichtbaar als laboratorium bepaling uitvoert bij lichaamstemperatuur patiënt en niet zoals gebruikelijk bij 37 o C Tabel 4. Potentiële bijwerkingen van hypothermie. Dit zijn effecten die vaak optreden tijdens koeling en die merendeels potentieel schadelijk zijn. Vaak kunnen deze effecten worden voorkómen of verminderd. Frequentie/ grootte van het risico Hoog risico Effect Coagulopathie: verlengde stollingstijden, toename bloedingstijd, toename APTT/CT, trombocytopenie, trombocytopathie Overige stollingsstoornissen Elektrolytstoornissen* (verlies van K, Mg, P, Ca) Hypovolemie (door toename diurese/hypothermie geïnduceerde diurese) Stijging serum amylase Veranderingen medicatie-effecten & metabolisme Insuline resistentie Laag risico Klinisch significante bloedingen, ernstige stollingsstoornissen (mogelijk hoger risico bij traumapatiënten en/of patiënten die reeds bloedingsproblemen hebben door andere oorzaken. Hypothermiegeïnduceerde stollingsstoornissen kunnen de mate en Ernst van deze bloedingen mogelijk in sommige situaties verergeren. Luchtweginfecties Wondinfecties, verminderde wondgenezing Myocard ischemie Zeldzaam Manifeste (klinisch significante) pancreatitis Intracerebrale bloedingen * Afhankelijk van categorie patiënten; hoger risico bij traumatisch hersenletsel en SAB, lager risico bij postreanimatie/cpr. ** Risico significant hoger bij patiënten met traumatisch hersenletsel dan bij post-reanimatie/cpr.

9 9 Tabel 5. Aandachtspunten tijdens toepassing van hypothermie. Grootste risico s Voor/bij aanvang koelen Koelingsfase (duur: 30 minutenenkele uren, gemiddeld 30 tot 90 minuten) Hypotherme fase (duur: 12 uur - vele dagen Acties Start SDD & behandeling met ceftriaxon (1 d.d 2 gram gedurende 3 dagen); centrale lijn inbrengen; uitgebreid lab onderzoek (zie onder). Lab: Bij aanvang: Hb/Ht, Leuco s, Trombo s, Lactaat, SGOT, SGPT, γgt, AF, Bilirubine, Amylase, Na, K, Mg, P. Lab herhalen a 6 uur. Elektrolyten en glucose tijdens koelingsfase à 30 minuten) Hypovolaemie Elektrolytstoornissen Rillen Ritmestoornissen Zuurstofgebruik CO 2 productie Insulinegevoeligheid insulinesecretie Tachycardie Bradycardie Lichte metabole acidose (ph ) Stijging serum amylase (<800 u/l) Lichte stijging leverenzymen (m.n OT en PT) Trombocytengetal Leucocytengetal Daling metabolisme Elektrolytstoornissen Hyperglycaemie Verhoogd risico op luchtweginfecties Verhoogd risico op decubitus Licht verhoogd bloedingsrisico Veranderde klaring diverse medicamenten Tachycardie Bradycardie Zorgvuldig monitoren; minimaal verlies via diurese aanvullen; hypovolaemie vermijden (zeker bij TBI) Magnesium 2 gram bij aanvang koelen. Controle serum elektrolytspiegels à 30 min; streef K 4.0, Mg 1.0, P 0.9mmol/l Opiaten of pethidine; evt. gecombineerd met propofol; bij uitzondering spierverslappers NB rillen is op zich NIET schadelijk voor de patiënt; het vertraagt wel het koelen en verhoogt het zuurstofverbruik, maar indien dit niet tot hypoxie leidt kan dit (tijdelijk) worden geaccepteerd. Temperatuur controleren; indien <31 o C overwegen patiënt actief op te warmen. Elektrolyten controleren, zonodig suppleren. 2 gram magnesium geven (ook bij normale serumspiegel van Mg). Bij aanhouden ritmeproblemen start anti-arrhytmische therapie. (1 e keus Amiodarone, cave QT tijd verlenging en/of ernstige bradycardie door combinatie amiodarone/hypothermie) Beademingparameters aanpassen op geleide bloedgassen. NB Astrupp apparaat corrigeren voor temperatuur, juiste temp patiënt doorgeven aan lab voor correctie temperatuur. Velosuline pomp (vaak hoge doses nodig!). Glucosewaarden minimaal à 1 uur controleren tot stabiele waarde tussen 3.8 en 8 mmol/l is bereikt.. In principe geen actie noodzakelijk. Bij zeer ernstige bradycardie (frequentie<40) overweeg behandeling met isoprenaline Geen actie noodzakelijk Geen actie noodzakelijk Geen actie noodzakelijk Geen actie nodig tenzij actieve bloeding. Bij zeer ernstige trombopaenie (<30) of bij geplande verrichting eventueel suppletie. Geen specifieke actie nodig Verminderen hoeveelheid sondevoeding (meestal ml nutrison-standaard per 24 uur) Zie boven Zie boven Algemene voorzorgsmaatregelen; SDD. Frequent wisselligging, evt. gebruik speciale bedden of matrassen. Geen specifieke voorzorgsmaatregelen. Evt. aanpassen dosis (m.n. van fentanyl, propofol en benzodiazepines) Zie boven

10 10 Figuur 1. begin koelingsfase: koeldekens Worden onder en boven de patiënt geplaatst Figuur 2. Streeftemperatuur (midden) ingesteld op 4 o C; temperatuur koeldeken (links) daalt snel; Kerntemperatuur patiënt (rechts) is nog 36.7 o C. Figuur 3. Het Arctic Sun systeem: 5 koelpads met een plakstrip die op de huid van de patiënt bevestigd worden. Figuur 4. Wikkeldekens voor koelen Figuur 5: speciale koelbedden waarbij een tent met koude Lucht om de patiënt gevormd wordt.

Waarom koelen na out of hospital reanimatie? Klinische les IC-verpleegkundigen 1 december 2006 Intensive Care Laurentius ziekenhuis, Roermond

Waarom koelen na out of hospital reanimatie? Klinische les IC-verpleegkundigen 1 december 2006 Intensive Care Laurentius ziekenhuis, Roermond Waarom koelen na out of hospital reanimatie? Marlous Steeghs,, keuze co-assistent Klinische les IC-verpleegkundigen 1 december 2006 Intensive Care Laurentius ziekenhuis, Roermond Inleiding Cardiac arrest

Nadere informatie

Some like it cold Koelen na CPR op IZ

Some like it cold Koelen na CPR op IZ Koelen na CPR op IZ Kosten-batenanalyse en verpleegkundige aandachtspunten op IZ Jo Vandenbossche MICU 12K12iB NVKVV - congres 28 maart 2011 Koelen na CPR op IZlen na CPR op IZ Inleiding Aandachtspunten

Nadere informatie

BE HOT: COOL DOWN. Gerjon Loop Special Care midden Limburg 25 januari 2007

BE HOT: COOL DOWN. Gerjon Loop Special Care midden Limburg 25 januari 2007 BE HOT: COOL DOWN Gerjon Loop Special Care midden Limburg 25 januari 2007 Koelen na reanimatie Bij comateuze patiënten na cardiac arrest Doel van de presentatie Deskundigheidsbevordering Achtergrondinformatie

Nadere informatie

INHOUD Dit protocol is gebaseerd op de NVN richtlijn 2011 Prognose van post-anoxisch coma. 1 september 2012

INHOUD Dit protocol is gebaseerd op de NVN richtlijn 2011 Prognose van post-anoxisch coma. 1 september 2012 INHOUD Dit protocol is gebaseerd op de NVN richtlijn 2011 Prognose van post-anoxisch coma. 1 september 2012 Inleiding: Een post-anoxisch coma wordt veroorzaakt door globale anoxie of ischemie van de hersenen,

Nadere informatie

Hoe houd ik hoofd koel?

Hoe houd ik hoofd koel? Hoe houd ik hoofd koel? Koeling op de ICU Waarom eigenlijk koelen? Verschillende manieren van koelen. Koeling in Apeldoorn Praktische aspecten van koelen Potentiele problemen bij koelen discussie Waarom

Nadere informatie

Polytrauma: de triade des doods. Dr. Tom Declercq AZ St. Jan Brugge Anesthesie Reanimatie

Polytrauma: de triade des doods. Dr. Tom Declercq AZ St. Jan Brugge Anesthesie Reanimatie Polytrauma: de triade des doods Dr. Tom Declercq AZ St. Jan Brugge Anesthesie Reanimatie De triade des doods! Hypothermie! Acidose! Stollingsstoornissen Casus! Dame, 81 jaar.! VKO als passagierster. Auto

Nadere informatie

Reanimatie bij hypothermie / verdrinking. Marlies Morsink SEH-arts KNMG Radboudumc

Reanimatie bij hypothermie / verdrinking. Marlies Morsink SEH-arts KNMG Radboudumc Reanimatie bij hypothermie / verdrinking Marlies Morsink SEH-arts KNMG Radboudumc Hypothermie Na expositie aan kou! Wanneer hypothermie? lichaamstemperatuur < 35 gr. C. Classificatie: Lichte hypothermie

Nadere informatie

Case-report: Een vrouw met een onbegrepen coma...

Case-report: Een vrouw met een onbegrepen coma... Case-report: Een vrouw met een onbegrepen coma... H.J.Jansen, E.S. Louwerse, C.P.C. de Jager Intensive Care, Jeroen Bosch Ziekenhuis, lokatie: Groot Ziekengasthuis Nieuwstraat 34, 5211 NL, s-hertogenbosch

Nadere informatie

Elektrolytstoornis tijdens ALS. samenstelling: Pim Keurlings, arts SEH

Elektrolytstoornis tijdens ALS. samenstelling: Pim Keurlings, arts SEH Elektrolytstoornis tijdens ALS samenstelling: Pim Keurlings, arts SEH Inhoudsopgave Doelstelling Context: 4 H s en 4 T s Kalium Hyperkaliëmie Hypokaliëmie Samenvatting Vragen/discussie Doelstelling Inzicht

Nadere informatie

Traumatisch schedelhersenletsel

Traumatisch schedelhersenletsel Traumatisch schedelhersenletsel Arjen Slooter neuroloog intensivist Symposium Intensive Care, UMC Utrecht, 1 april 2011 Traumatisch schedelhersenletsel -Meestal combinatie van extra- en intracraniëel letsel

Nadere informatie

Bijlage III. Wijzigingen in de relevante rubrieken van de Samenvatting van de Productkenmerken en de Bijsluiter

Bijlage III. Wijzigingen in de relevante rubrieken van de Samenvatting van de Productkenmerken en de Bijsluiter Bijlage III Wijzigingen in de relevante rubrieken van de Samenvatting van de Productkenmerken en de Bijsluiter Opmerking: De relevante rubrieken van de Samenvatting van de productkenmerken en de bijsluiter

Nadere informatie

Van sepsis tot orgaanfalen

Van sepsis tot orgaanfalen Van sepsis tot orgaanfalen Hoe een infectie uit de hand kan lopen in neutropene patiënten 21 januari 2015 J.C. Regelink, internist hematoloog 4 th Nursing Symposoim Inhoud Historie Begrippen Sepis en orgaanfalen

Nadere informatie

Glucose regulatie bij volwassen IC en MC-patiënten bij continue toediening van voeding

Glucose regulatie bij volwassen IC en MC-patiënten bij continue toediening van voeding regulatie bij volwassen IC en MC-patiënten bij continue toediening van voeding Doel: Bereiken en handhaven van een glucose waarde tussen 4,4 6,1 mmol/l Indicaties: - Patiënten met Diabetes Mellitus - Patiënten

Nadere informatie

Alpine rescue Wat te doen bij een lawine? E.M. van der Heijden ANIOS IC

Alpine rescue Wat te doen bij een lawine? E.M. van der Heijden ANIOS IC Alpine rescue Wat te doen bij een lawine? E.M. van der Heijden 13-03-2018 ANIOS IC Lawine-gevaar 5123 doden in 31 winters tussen 1983 en 2015 165 doden per jaar in Europa en Noord Amerika. Waarvan gemiddeld

Nadere informatie

Neurotraumatologie. Prof. Dr. J.G. van der Hoeven UMC ST Radboud Nijmegen 12.05-12.50

Neurotraumatologie. Prof. Dr. J.G. van der Hoeven UMC ST Radboud Nijmegen 12.05-12.50 Neurotraumatologie Prof. Dr. J.G. van der Hoeven UMC ST Radboud Nijmegen 12.05-12.50 1 Primair letsel A-B-C-D-E Uitsluiten chirurgisch letsel Voorkomen secundaire schade Beperken O2 verbruik hersenen Normo-/hypothermie

Nadere informatie

Casus. De patiënt met een neuro trauma. Op SEH: CT- Cerebrum. Op de IC. Conclusie en beleid. VICV 2013 Neuro expertise werkgroep

Casus. De patiënt met een neuro trauma. Op SEH: CT- Cerebrum. Op de IC. Conclusie en beleid. VICV 2013 Neuro expertise werkgroep De patiënt met een neuro trauma VICV 2013 Neuro expertise werkgroep Dhr Huisen, 12-10- 1993 Eenzijdig ongeval auto versus boom Initiële EMV E1 M3 V1 Aldaar gesedeerd en geïntubeerd i.v.m. onrust, zou beide

Nadere informatie

Neurotrauma bij kinderen

Neurotrauma bij kinderen Neurotrauma bij kinderen Hilde Mulder, kinderarts-intensivist Landelijke bijscholing Neurologica, Bunnik 04-10-2018 1 Ernstig traumatisch hersenletsel (ETHL): GCS 8 2 3 Mechanism of injury falls motor

Nadere informatie

Presentatie Casus 1b. Victoria Janes & Yvonne Poel

Presentatie Casus 1b. Victoria Janes & Yvonne Poel Presentatie Casus 1b Victoria Janes & Yvonne Poel Casusbeschrijving Vrouw: 55 jaar wordt door de ambulance naar de SEH gebracht, waar u als arts-assistent assistent werkzaam bent. Dezelfde ochtend heeft

Nadere informatie

Patiënt met SAB op de IC

Patiënt met SAB op de IC Patiënt met SAB op de IC AZO-scholingsavond acute neurologie November 2018 Jan Pouwels IC verpleegkundige Neural Practitioner Disclosure belangenverstrengeling voor de sprekers van de AZO scholingsavond

Nadere informatie

Samenvatting Samenvatting hoofdstuk 1 127

Samenvatting Samenvatting hoofdstuk 1 127 125 Samenvatting Het metabool syndroom is een clustering van risicofactoren, zoals overgewicht/obesitas, verhoogd cholesterol, hoge bloeddruk (hypertensie) en metabole insulineresistentie (verminderde

Nadere informatie

Effecten van magnesium op het hart Afdeling C1b Hanneke Hall

Effecten van magnesium op het hart Afdeling C1b Hanneke Hall Effecten van magnesium op het hart 18-02- 2015 Afdeling C1b Hanneke Hall Probleemstelling Ochtend overdracht: Pa$ënt had PVC s, er werd magnesium gegeven Vraagstellingen 1. Wat zijn de effecten van magnesium

Nadere informatie

Casus 5. Kavita Ramdien, Rob Vermond, Jurre Stens

Casus 5. Kavita Ramdien, Rob Vermond, Jurre Stens Casus 5 Kavita Ramdien, Rob Vermond, Jurre Stens Inleiding casus 5 U gaat als co-assistent mee met de ambulance die gewaarschuwd is door de buren (die een sleutel hebben) van een 70-jarige man, die zij

Nadere informatie

Time is brain J.M.P. Rovers, Clinic Allemaal Transmuraal,

Time is brain J.M.P. Rovers, Clinic Allemaal Transmuraal, Time is brain Getallen, waar doen we het voor Prevalentie en incidentie beroerte Sterfte NL / Lokaal Prevalentie en incidentie, NL 2015 437.100 mensen met een beroerte 53.800 nieuwe TIA patiënten 41.300

Nadere informatie

Citraat, meer dan een anticoagulans. Heleen M Oudemans-van Straaten Intensive Care VUmc

Citraat, meer dan een anticoagulans. Heleen M Oudemans-van Straaten Intensive Care VUmc Citraat, meer dan een anticoagulans Heleen M Oudemans-van Straaten Intensive Care VUmc Citraat Stolling citrate Zuur-base Brandstof Biocompatibiliteit Anti-oxidant Gebruiken jullie citraat? Citraat als

Nadere informatie

Perioperatieve hypothermie. H. Abasbassi Dr. E. Van Gerven

Perioperatieve hypothermie. H. Abasbassi Dr. E. Van Gerven Perioperatieve hypothermie H. Abasbassi Dr. E. Van Gerven Inleiding Normaal thermoregulatiesysteem Thermoregulatie onder AA Thermoregulatie onder LRA Voordelen/Nadelen van peri-operatieve hypothermie TEMMP

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting Samenvatting Samenvatting In dit proefschrift getiteld Relatieve bijnierschorsinsufficiëntie in ernstig zieke patiënten De rol van de ACTH-test hebben wij het concept relatieve bijnierschorsinsufficiëntie

Nadere informatie

Joke Kieboom Kinderarts-intensivist. verdrinking circulatiestilstand met hypothermie onderzoek conclusie

Joke Kieboom Kinderarts-intensivist. verdrinking circulatiestilstand met hypothermie onderzoek conclusie Verdrinking Joke Kieboom Kinderarts-intensivist overzicht verdrinking circulatiestilstand met hypothermie onderzoek conclusie 1 Amsterdam 2002 definitie van verdrinking: het proces waarbij de ademhaling

Nadere informatie

QTc, Wat moet je ermee? J.A. Janson fellow IC, AIOS cardiologie

QTc, Wat moet je ermee? J.A. Janson fellow IC, AIOS cardiologie QTc, Wat moet je ermee? J.A. Janson fellow IC, AIOS cardiologie 01-11-2018 Waarom QT-tijd? - Verhoogd risico op levensbedreigende ritmestoornissen - Verlenging van QT-tijd bij veel medicijnen, derhalve

Nadere informatie

Midazolam spiegels. MDO IC Voordracht. Sander Wout AIOS Anesthesiologie 5 januari 2018

Midazolam spiegels. MDO IC Voordracht. Sander Wout AIOS Anesthesiologie 5 januari 2018 Midazolam spiegels MDO IC Voordracht Sander Wout AIOS Anesthesiologie 5 januari 2018 Aanleiding Patient 1959 BMI 54 (145 kg) Traumatisch schedel-hersenletsel na auto vs boom (50 km/u) Initieel E 1 M 1

Nadere informatie

PACT traumatic brain injury Fellow onderwijs dec 2013. Astrid Hoedemaekers

PACT traumatic brain injury Fellow onderwijs dec 2013. Astrid Hoedemaekers PACT traumatic brain injury Fellow onderwijs dec 2013 Astrid Hoedemaekers Hersenoedeem Uren-7 dgn Dgn-2 wkn Donkin et al, Curr Op Neurol 2010 Stocchetti et al, J Neurotrauma 2007 Ropper et al, NEJM 2012

Nadere informatie

Propofol infusie syndroom. Maartje de Gier AIOS anesthesiologie MDO praatje oktober 2016

Propofol infusie syndroom. Maartje de Gier AIOS anesthesiologie MDO praatje oktober 2016 Propofol infusie syndroom Maartje de Gier AIOS anesthesiologie MDO praatje oktober 2016 Man, 54 jaar RvO: sedatie bij wilsonbekwamepatient met glioblastoom Sedatie met o.a propofol: stand 20-25ml/uur gedurende±

Nadere informatie

Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock. Medische protocollencommissie Intensive Care

Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock. Medische protocollencommissie Intensive Care Titel Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock Datum vaststelling: 04-2008 Datum revisie: 04-2010 Verantwoording: Bron document: Medische protocollencommissie Intensive Care Surviving

Nadere informatie

Wanneer is een circulatie slecht?

Wanneer is een circulatie slecht? Wanneer is een circulatie slecht? Prof. Dr. J.G. van der Hoeven Afdeling Intensive Care UMC St Radboud Venticare 2010 1 Analyse Inotropicum Vaatverwijder Combinatie Geen actie Nee Is er een probleem met

Nadere informatie

Koorts. Diagnostische valkuilen bij de oudere patiënt

Koorts. Diagnostische valkuilen bij de oudere patiënt Koorts Diagnostische valkuilen bij de oudere patiënt Koorts Sinds de Oudheid weet men dat verhoogde lichaamstemperatuur een teken van ziekte kan zijn Vanaf 16-17 e eeuw worden thermometers ontwikkeld 1868

Nadere informatie

Epileptische aanvallen op de PICU

Epileptische aanvallen op de PICU Epileptische aanvallen op de PICU Astrid van der Heide Neuroloog/kinderneuroloog Inhoud Wat is epilepsie Status epilepticus Video s Take home message Wat is epilepsie? Wat is een epileptische aanval? Plotselinge

Nadere informatie

Vooraanmelding. Toediening tranexaminezuur bij verbloeding Kirsten Balvers, Arts-onderzoeker Trauma-unit/ Intensive Care.

Vooraanmelding. Toediening tranexaminezuur bij verbloeding Kirsten Balvers, Arts-onderzoeker Trauma-unit/ Intensive Care. Toediening tranexaminezuur bij verbloeding 17-09-2014 Kirsten Balvers, Arts-onderzoeker Trauma-unit/ Intensive Care Vooraanmelding Schietincident, 34 jaar Scoop & run 1 Traumakamer, 34 jaar A: Vrij, aanspreekbaar

Nadere informatie

Workshop Toxicologie Casuistiek. PAO Labdag 4 december 2014 Inge van Berlo

Workshop Toxicologie Casuistiek. PAO Labdag 4 december 2014 Inge van Berlo Workshop Toxicologie Casuistiek PAO Labdag 4 december 2014 Inge van Berlo Casus 1 48 jarige man opgenomen met trekkingen thuis en in de ambulance - Op SEH ademstilstand en asystolie - Bradycardie - Insulten

Nadere informatie

Inhoud 12/04/ Inleiding ERC richtlijnen. 2. Werkingsprincipe. 3. Fasen Verpleegkundige aandachtspunten. 4. Systemen

Inhoud 12/04/ Inleiding ERC richtlijnen. 2. Werkingsprincipe. 3. Fasen Verpleegkundige aandachtspunten. 4. Systemen Johan De Knock Hoofdverpleegkundige Spoedgevallendienst AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV Inhoud 1. Inleiding ERC richtlijnen 2. Werkingsprincipe 3. Fasen Verpleegkundige aandachtspunten 4. Systemen 1. Invasieve

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting 100 In dit proefschrift worden diverse klinische en angiografische aspecten belicht die invloed hebben op de prognose en het klinische beloop van patienten, die zich presenteren

Nadere informatie

Titel. Indicatie voor opname op de IC GCS < 9 (zie Tabel) GCS 9 en (dreigend) respiratoir en/of hemodynamisch falen (link richtlijn NVIC)

Titel. Indicatie voor opname op de IC GCS < 9 (zie Tabel) GCS 9 en (dreigend) respiratoir en/of hemodynamisch falen (link richtlijn NVIC) Titel Behandeling ernstig traumatisch hersenletsel Datum vaststelling: 12-2011 Datum revisie: 12-2013 Verantwoording: Medische protocollen commissie Intensive Care Brondocument: Literatuurstudie + Richtlijnen

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20616 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Lichtenbelt, Bart Jan Title: PK-PD modelling of the interaction of propofol and

Nadere informatie

GHB: effecten en risico s intoxicatie en onthoudingssyndroom

GHB: effecten en risico s intoxicatie en onthoudingssyndroom GHB: effecten en risico s intoxicatie en onthoudingssyndroom Martijn van Noorden Psychiater Leids Universitair Medisch Centrum GHB-studiedag 2013 Inhoud GHB-effecten GHB-intoxicaties GHB-afhankelijkheid

Nadere informatie

Een verhit postoperatief beloop

Een verhit postoperatief beloop Een verhit postoperatief beloop Centraal anticholinerg syndroom? R Verhage C Hofhuizen Casus Dhr V, 31-1-1952 Voorgeschiedenis: - dilatatie aorta ascendens. - AF, thrombus linker hartoor (verdwenen na

Nadere informatie

Centraal veneuze druk is niet belangrijk

Centraal veneuze druk is niet belangrijk Mythe Centraal veneuze druk is niet belangrijk J.G. van der Hoeven Argumenten CVD zegt niets over de vullingstatus CVD voorspelt niet of een patiënt op vulling reageert Fysiologie HMV Preload Uiteindelijke

Nadere informatie

Op hoop van zegen Johan de Vries

Op hoop van zegen Johan de Vries Op hoop van zegen Johan de Vries Klinisch chemicus Kennisplatform Transfusiegeneeskunde 30 maart 2017 Maxima Medisch Centrum, Veldhoven Inhoud Casus 1: Het gaat goed Casus 2: Het gaat goed fout Beschouwing

Nadere informatie

Postoperatieve complicaties. Dr.Dewinter UZ Leuven

Postoperatieve complicaties. Dr.Dewinter UZ Leuven Postoperatieve complicaties Dr.Dewinter UZ Leuven Overzicht 1. Postoperatieve pijn 2. Cardiovaculaire complicaties 3. Respiratoire complicaties 4. Renale complicaties 5. Metabole complicacties 6. andere

Nadere informatie

Doel Dit protocol heeft als doel een eenduidige werkwijze te beschrijven voor toepassen van sedatie, anxiolyse en analgesie door middel van Dexdor

Doel Dit protocol heeft als doel een eenduidige werkwijze te beschrijven voor toepassen van sedatie, anxiolyse en analgesie door middel van Dexdor Pagina 1 van 5 Auteur Dr. Birsak Intensivist Beoordelaar B. Dellen Intensivist Beoordelaar S. Blind Apotheker Beoordelaar Protocollencommissie IC/CCU IC/CCU verpleegkundigen Autorisator A. Borst Bedrijfsleider

Nadere informatie

Anesthesie Gelrebreed

Anesthesie Gelrebreed Trefwoord Pijnbestrijding Epidurale pijnbestrijding PCA (Patiënt Controlled Analgesia) PCA pomp (Numeric Rating Scale) Sedatiescore Bestemd voor Verpleegkundigen van de verpleegafdelingen waar patiënten

Nadere informatie

APO 4-02 SPC Voorraadproducten

APO 4-02 SPC Voorraadproducten APO 4-02 SPC Voorraadproducten Apotheek Catharina Ziekenhuis SPC Voorraadproducten Natriumchloride infusievloeistof 3% zak 500ml 1. Naam van het geneesmiddel Natriumchloride infusievloeistof 3% zak 500ml

Nadere informatie

Hyperglycemie Keto-acidose

Hyperglycemie Keto-acidose Hyperglycemie Keto-acidose Klinische les Marco van Meer SJG 20 06 2007 (acute) ontregeling van diabetes Doel Op het einde van mijn presentatie is jullie kennis over glucose huishouding en ketoacidose weer

Nadere informatie

Acuut Leverfalen. Sjoerd Kuiken MDL- arts. SLAZ (OLVG- loca>e west)

Acuut Leverfalen. Sjoerd Kuiken MDL- arts. SLAZ (OLVG- loca>e west) Acuut Leverfalen Sjoerd Kuiken MDL- arts SLAZ (OLVG- loca>e west) Opzet Anatomie Belangrijkste leverfunc>es Oorzaken acuut leverfalen Behandeling / IC opvang pa>ënt met ALF Criteria acute levertransplanta>e

Nadere informatie

Lesinhoud. Thermo regulatie. homeothermie vs. poikilothermie. Anatomie & Fysiologie. warmteproduktie. kerntemperatuur vs.

Lesinhoud. Thermo regulatie. homeothermie vs. poikilothermie. Anatomie & Fysiologie. warmteproduktie. kerntemperatuur vs. Thermo regulatie Lesinhoud Anatomie/fysiologie Meetmethoden Hyperthermie/ Oorzaken Verschijnselen Behandeling VICV/BVF/SEH Jan Pouwels april 2013 Jan Pouwels 1 april 2013 Jan Pouwels 2 Anatomie & Fysiologie

Nadere informatie

Hoogteziekte. PHC cursus 1-6 april 2018 Stichting Kilimanjaro Paramaribo, Suriname

Hoogteziekte. PHC cursus 1-6 april 2018 Stichting Kilimanjaro Paramaribo, Suriname Hoogteziekte PHC cursus 1-6 april 2018 Stichting Kilimanjaro Paramaribo, Suriname Hoe hoog is hoog? High altitude : 1500-3000m Very high altitude : 3000-5000m Extreme altitude : above 5000m Death zone

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Diabetische ketoacidose

Patiënteninformatie. Diabetische ketoacidose Patiënteninformatie Diabetische ketoacidose Inhoud Inleiding... 3 Informatie over ziektebeeld diabetische ketoacidose... 3 Leer meer over DKA en bloedketonencontrole... 3 Symptomen... 4 Wie riskeert de

Nadere informatie

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Kind met diabetes en intensieve therapie. Algemene informatie voor kind en ouders

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Kind met diabetes en intensieve therapie. Algemene informatie voor kind en ouders Kind met diabetes en intensieve therapie Algemene informatie voor kind en ouders KIND MET DIABETES EN INTENSIEVE THERAPIE ALGEMENE INFORMATIE VOOR KIND EN OUDERS INLEIDING Je bent voor de behandeling van

Nadere informatie

Amsterdam Symposium Emmy Rijnsburger

Amsterdam Symposium Emmy Rijnsburger Amsterdam Symposium Emmy Rijnsburger SEH verpleegkundigen Traumatoloog Anesthesioloog Neuroloog/ Neurochirurg Radioloog/laborantes OK personeel Intensivist ICU verpleegkundigen Microbioloog/analisten 1.

Nadere informatie

Left Ventriculair Assist Device

Left Ventriculair Assist Device Left Ventriculair Assist Device Hans Tempelman Tim Lisman 8 december 2011 Inhoud Inleiding Indicatie LVAD Opvang op de IC na implantatie LVAD Monitor LVAD, wat houden die getallen in Problemen (RV, trombus

Nadere informatie

Appendix 2. Nederlandse samenvatting. Jeroen Slikkerveer

Appendix 2. Nederlandse samenvatting. Jeroen Slikkerveer Appendix 2 Nederlandse samenvatting Jeroen Slikkerveer Appendix 2 In de afgelopen tientallen jaren heeft de echo zich ontwikkeld tot een ruim beschikbaar en makkelijk toepasbaar diagnosticum voor de dagelijkse

Nadere informatie

Rob Foppen, huisarts Jutta Schroeder-Tanka, cardioloog SLAZ

Rob Foppen, huisarts Jutta Schroeder-Tanka, cardioloog SLAZ 1 Rob Foppen, huisarts Jutta Schroeder-Tanka, cardioloog SLAZ 2 ACS wat doe ik als huisarts? Wat doet de cardioloog? Wanneer komt de patient weer terug? Welke afspraken hebben wij gemaakt? 3 Dhr Pieterse

Nadere informatie

Achtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een

Achtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een 1 2 Achtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een medicament tussen plasma en weefsels en de effecten

Nadere informatie

Nierfunctie: perindopril 174

Nierfunctie: perindopril 174 Nierfunctie: perindopril 174 Deze Medisch Farmaceutische Beslisregel (MFB) is ontwikkeld door de KNMP en Health Base, in samenwerking met de Expertgroep MFB. Datum December 2013 Doel Het voorkomen van

Nadere informatie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Glucose 5% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose.monohydraat

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Glucose 5% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose.monohydraat Bijsluiter: informatie voor de gebruiker Glucose 5% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose.monohydraat Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken, want er staat belangrijke

Nadere informatie

Chronische nierschade A. van Tellingen. Smeerolie voor de poli 2015

Chronische nierschade A. van Tellingen. Smeerolie voor de poli 2015 Chronische nierschade A. van Tellingen Smeerolie voor de poli 2015 Wie dient verwezen te worden? 52-jarige vrouw met diabetische nefropathie: MDRD 62 ml/min/1.73m 2 en albuminurie 28 mg/l? 68-jarige man:

Nadere informatie

PS in NL: bij 12,3% van de patiënten in de stervensfase toegepast

PS in NL: bij 12,3% van de patiënten in de stervensfase toegepast Palliatieve sedatie 12 november 2012 Carla Juffermans,kaderhuisarts PZ Palliatieve sedatie Proportionele toepassing van sedativa in de laatste levensfase om ondraaglijke klachten te bestrijden, waarvoor

Nadere informatie

Prednis(ol)on. Bij de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa

Prednis(ol)on. Bij de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa Prednis(ol)on Bij de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa Uw behandelend arts en/of verpleegkundige heeft met u gesproken over het gebruik van Prednis(ol)on. In deze folder krijgt u informatie over de

Nadere informatie

The year in review Traumatologie en hematologie. Astrid Hoedemaekers

The year in review Traumatologie en hematologie. Astrid Hoedemaekers The year in review Traumatologie en hematologie Astrid Hoedemaekers Trauma Eurotherm studie Gerandomiseerde studie Inclusie: TBI met ICP meter, ICP > 20 mmhg na fase 1 Protocol aanpassing Inclusie 72h

Nadere informatie

Nieuwe Richtlijn Herseninfarct en Hersenbloeding: wat verandert er in de zorg vanuit neurologisch perspectief?

Nieuwe Richtlijn Herseninfarct en Hersenbloeding: wat verandert er in de zorg vanuit neurologisch perspectief? Nieuwe Richtlijn Herseninfarct en Hersenbloeding: wat verandert er in de zorg vanuit neurologisch perspectief? Dr. R.M. van den Berg-Vos, neuroloog Vergroot endovasculaire behandeling de kans op een goed

Nadere informatie

Bloedgasanalyse. Doelstelling. Bloedgasanalyse. 4 mei 2004 Blad 1. Sacha Schellaars IC centrum UMC Utrecht. Zuur base evenwicht Oxygenatie

Bloedgasanalyse. Doelstelling. Bloedgasanalyse. 4 mei 2004 Blad 1. Sacha Schellaars IC centrum UMC Utrecht. Zuur base evenwicht Oxygenatie Bloedgasanalyse Sacha Schellaars IC centrum UMC Utrecht Doelstelling De student kan de 4 stoornissen in het zuurbase evenwicht benoemen. De student kan compensatiemechanismen herkennen en benoemen. De

Nadere informatie

Familiaire Mediterrane Koorts

Familiaire Mediterrane Koorts https://www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro Familiaire Mediterrane Koorts Versie 2016 2. DIAGNOSE EN BEHANDELING 2.1 Hoe wordt het gediagnosticeerd? Over het algemeen wordt de volgende aanpak

Nadere informatie

Prednis(ol)on bij de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa

Prednis(ol)on bij de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa Prednis(ol)on bij de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa Ziekenhuis Gelderse Vallei Uw behandelend arts en/of verpleegkundige heeft met u gesproken over het gebruik van Prednis(ol)on. In deze folder krijgt

Nadere informatie

Levensbedreigende hyponatriëmie. J.G. van der Hoeven UMC St Radboud, Nijmegen

Levensbedreigende hyponatriëmie. J.G. van der Hoeven UMC St Radboud, Nijmegen Levensbedreigende hyponatriëmie J.G. van der Hoeven UMC St Radboud, Nijmegen 1 U meet een lage plasma [Na + ] - waarom? Concentratie = Totaal Na + in extracellulaire ruimte 2 U meet een lage plasma [Na

Nadere informatie

Als het mis gaat. Stoornissen bewustzijn. Frans Rutten Anesthesioloog/spoedarts

Als het mis gaat. Stoornissen bewustzijn. Frans Rutten Anesthesioloog/spoedarts Als het mis gaat. Stoornissen bewustzijn Frans Rutten Anesthesioloog/spoedarts Casus 1 Vrouw, 74 jaar diep bewusteloos gevonden in de tuin Bekend met diabetes type II Langzame snurkende ademhaling Langzame

Nadere informatie

perinatologie Perinatologie is de derde lijns zorg rondom zwangerschap en bevalling naast de neonatale zorg voor de pasgeborene

perinatologie Perinatologie is de derde lijns zorg rondom zwangerschap en bevalling naast de neonatale zorg voor de pasgeborene OHC+ Waarom OHC en OHC+ Uit onderzoek van de gezondheidraad is gebleken dat de zorg aangepast moest worden op de toegenomen complexe zorg Ieder perinatologisch centrum dient een OHC en OHC+ unit te hebben.

Nadere informatie

Een ieder betrokken bij de toediening van remifentanil PCA (arts en klinisch verloskundige) is opgeleid en heeft kennis van:

Een ieder betrokken bij de toediening van remifentanil PCA (arts en klinisch verloskundige) is opgeleid en heeft kennis van: DISCLAIMER Protocollen geven aan hoe lokaal uitvoering wordt gegeven aan beroepskaders, -normen, standpunten en richtlijnen. Protocollen worden lokaal/plaatselijk vastgesteld, rekening houdend met de typische

Nadere informatie

ANESTHESIE TIJDENS LACTATIE

ANESTHESIE TIJDENS LACTATIE ANESTHESIE TIJDENS LACTATIE Inleiding Borstvoeding is momenteel gouden standaard WHO en AAP bevelen borstvoeding gedurende 6 maanden aan meer en meer moeders die operatie (vb. Sterilisatie-curretage) ondergaan

Nadere informatie

Nierfunctie: benazepril 186

Nierfunctie: benazepril 186 Nierfunctie: benazepril 186 Deze Medisch Farmaceutische Beslisregel (MFB) is ontwikkeld door de KNMP en Health Base, in samenwerking met de Expertgroep MFB. Datum December 2013 Doel Het voorkomen van bijwerkingen

Nadere informatie

12 Langdurige epileptische aanvallen

12 Langdurige epileptische aanvallen 12 Langdurige epileptische aanvallen Definitie en etiologie Incidentie Anamnese Lichamelijk onderzoek Epileptische aanvallen duren van enkele seconden tot hooguit enkele minuten. In de literatuur wordt

Nadere informatie

VICTRELIS Boceprevir

VICTRELIS Boceprevir De gezondheidsautoriteiten van de EU hebben een aantal voorwaarden gekoppeld aan het in de handel brengen van het geneesmiddel VICTRELIS. Het verplichte plan voor risicobeperking in België, waarvan deze

Nadere informatie

CVVH met regionale citraat antistolling 1 e keus? M Betjes

CVVH met regionale citraat antistolling 1 e keus? M Betjes CVVH met regionale citraat antistolling 1 e keus? M Betjes Welke antistolling voor CVVH Systemisch: heparine, LMWH Regionaal: heparine-protamine, citraat Citraat: - Predilutie - postdilutie Effects of

Nadere informatie

Casus. Diagnose en behandeling van acute GHB-onthouding in het ziekenhuis. Inhoud. Casus (vervolg) GHB-effecten 30-01-13.

Casus. Diagnose en behandeling van acute GHB-onthouding in het ziekenhuis. Inhoud. Casus (vervolg) GHB-effecten 30-01-13. 30-01-13 Diagnose en behandeling van acute GHB-onthouding in het ziekenhuis Casus - Mw S, 29 jaar. Presentatie op SEH van het LUMC, uitte zich suïcidaal. Enkele dagen eerder TS met alcohol, GHB en medicatie

Nadere informatie

Masterproef Joachim Gidts Convectie vs Conductie: Warmtegeleiding Review. Inhoud presentatie

Masterproef Joachim Gidts Convectie vs Conductie: Warmtegeleiding Review. Inhoud presentatie Masterproef Joachim Gidts 15-04-2016 Convectie vs Conductie: Warmtegeleiding Review Dienst Anesthesie Promotor: Dr. E. Van Gerven Joachim Gidts Inleiding Inhoud presentatie Thermoregulatie pathofysiologie

Nadere informatie

Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock volwassenen. Medische protocollencommissie Intensive Care

Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock volwassenen. Medische protocollencommissie Intensive Care Titel Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock volwassenen Datum vaststelling: 02-2013 Datum revisie: 02-2015 Verantwoording: Bron document: Medische protocollencommissie Intensive

Nadere informatie

Massaal Bloedverlies en Acute Traumatische Coagulopathie. Rob Zwinkels AIOS Anesthesiologie

Massaal Bloedverlies en Acute Traumatische Coagulopathie. Rob Zwinkels AIOS Anesthesiologie Massaal Bloedverlies en Acute Traumatische Coagulopathie Rob Zwinkels AIOS Anesthesiologie Trauma en verbloeding Mondiaal: jaarlijks 6,5 miljoen trauma sterfgevallen In Nederland: Meest voorkomende oorzaak

Nadere informatie

Indeling presentatie. Casus Bas. Vervolg casus Bas. Terminologie. Terminologie Casus

Indeling presentatie. Casus Bas. Vervolg casus Bas. Terminologie. Terminologie Casus Indeling presentatie Casus Heidi Theeuwen, verpleegkundig specialist neonatologie : Asfyxie + criteria koeltherapie. Hoe werkt het in de praktijk? Ouderbegeleiding. Resultaten. Conclusie Inleiding bij

Nadere informatie

BIJLAGE 2: DEFINITIES ZIEKENHUISINFECTIES Lijnsepsis PREZIES versie: 2014. Documentversie: 1.0

BIJLAGE 2: DEFINITIES ZIEKENHUISINFECTIES Lijnsepsis PREZIES versie: 2014. Documentversie: 1.0 BIJLAGE 2: DEFINITIES ZIEKENHUISINFECTIES Lijnsepsis PREZIES versie: 2014 Documentversie: 1.0 Samenvatting van wijzigingen De volgende wijzigingen zijn doorgevoerd ten opzichte van de definitieset 2012/2013

Nadere informatie

b. GCS > 8 en (dreigende) ernstige hemodynamische en/of respiratoire insufficiëntie conform de

b. GCS > 8 en (dreigende) ernstige hemodynamische en/of respiratoire insufficiëntie conform de Titel Post reanimatie zorg bij volwassenen Datum vaststelling: april 2015 Datum revisie: april 2017 Verantwoording: Medische protocollen commissie Intensive Care Bron document: Literatuurstudie Aanbevelingen

Nadere informatie

Post-cardiac arrest syndroom

Post-cardiac arrest syndroom Post-cardiac arrest syndroom Medisch Centrum Leeuwarden Dr. M.A. Kuiper FCCP FCCM Neuroloog-Intensivist Medisch Centrum Leeuwarden Uitkomsten van reanimaties Wereldwijd wordt gerapporteerd dat maar 5-10%

Nadere informatie

Glucose in beweging door beweging. Yvonne Krul internist in opleiding

Glucose in beweging door beweging. Yvonne Krul internist in opleiding Glucose in beweging door beweging Yvonne Krul internist in opleiding Vraag 1 Jongen van 18 jaar met type 1 diabetes speelt aankomend weekend kampioenswedstrijd voor de voetbal. Wat adviseert u t.a.v. de

Nadere informatie

Dexamethasone Indicaties en potentiële neveneffecten. Vrijdagochtendkrans 10/04/2015

Dexamethasone Indicaties en potentiële neveneffecten. Vrijdagochtendkrans 10/04/2015 Dexamethasone Indicaties en potentiële neveneffecten Vrijdagochtendkrans 10/04/2015 Inhoud Indicaties: 1) Postoperative nausea & vomiting (PONV) preventie 2) Verlengen perifeer zenuwblock 3) Multimodale

Nadere informatie

Refeedingsyndroom in de Oncologie Marleen Ariëns en Esther Heijkoop Diëtisten

Refeedingsyndroom in de Oncologie Marleen Ariëns en Esther Heijkoop Diëtisten Refeedingsyndroom in de Oncologie Marleen Ariëns en Esther Heijkoop Diëtisten 2015 Agenda Historie Ondervoeding en oncologie Refeeding Casus tijdens de presentatie 1ste lijn Refeeding? Historie Belegeringen

Nadere informatie

Inhoud. GHB-effecten. GHB-effecten. GHB-effecten. GHB-effecten 21-3-2013. Intoxicatie en onthouding in het algemeen ziekenhuis.

Inhoud. GHB-effecten. GHB-effecten. GHB-effecten. GHB-effecten 21-3-2013. Intoxicatie en onthouding in het algemeen ziekenhuis. Inhoud Intoxicatie en onthouding in het algemeen ziekenhuis Dr. Martijn van Noorden Psychiater Leids Universitair Medisch Centrum GHB Monitor 2013 Practice-based richtlijn algemeen ziekenhuis GHB bindt

Nadere informatie

Cardioverteren. Defibrilleren. Tachycardie

Cardioverteren. Defibrilleren. Tachycardie Cardioverteren Defibrilleren Reanimeren Cardioverteren Boezem en kamertachycardiëen zonder collaps Onder gecontroleerde omstandigheden Synchronisatie! (medicamenteuze/electrische methode) Defibrilleren

Nadere informatie

Verpleegkundige zorg rondom een zieke zwangere en kraamvrouw

Verpleegkundige zorg rondom een zieke zwangere en kraamvrouw Verpleegkundige zorg rondom een zieke zwangere en kraamvrouw Dreigende vroeggeboorte bij 24/0 en 32/0 weken of geboortegewicht lager ingeschat dan 1250 gram Van tevoren bekende foetale afwijkingen Ernstige

Nadere informatie

Fysiologische respons op hypothermie II

Fysiologische respons op hypothermie II Fysiologische respons op hypothermie II Invloed op farmacokinetiek en dynamiek bij de neonatale patient TR de Haan, Y Bijleveld, R Mathot, PharmaCool study group. ZonMw Inleiding/ achtergrond Perinatale

Nadere informatie

Algoritmes voor sedatie en pijn bij beademde kinderen.

Algoritmes voor sedatie en pijn bij beademde kinderen. Algoritmes voor sedatie en pijn bij beademde kinderen. IC-Kinderen UMC St Radboud versie februari 2016 L. Bakker / A. Hemelaar / G. Heesen . Blz. 1 2 Waarschuwingen 3 Verpleegkundig Oordeel (VISS) 4 Bepaling

Nadere informatie

Traumatisch hersenletsel. 17 mei 2016 Ella Fonteyn

Traumatisch hersenletsel. 17 mei 2016 Ella Fonteyn Traumatisch hersenletsel 17 mei 2016 Ella Fonteyn Inhoud Definities traumatisch hersenletsel Protocol SEH Gevolgen en behandeling Niet in deze presentatie: letsel wervelkolom, myelum of zenuwen Definities

Nadere informatie

Een ernstige metformine intoxicatie

Een ernstige metformine intoxicatie 1 Een ernstige metformine intoxicatie M. Olde Bekkink & A. Esselink AIOS Interne geneeskunde 12 april 2013 2 Casus 43 jarige patiënte RvO/ Metformine intoxicatie Voorgeschiedenis Diabetes mellitus type

Nadere informatie

Hartfalen: medicatie in de 1 e lijn en interacties

Hartfalen: medicatie in de 1 e lijn en interacties Hartfalen: medicatie in de 1 e lijn en interacties Disclosure Bart Kremers Werkzaam bij Apotheek Ravenstein en GIC-helpdesk van de KNMP Geen contacten/belangen mbt farmaceutische industrie Hartfalen-medicatie

Nadere informatie

Bursitis Trochanterica Injectie

Bursitis Trochanterica Injectie Bursitis Trochanterica Injectie Therapeutische injectie uitleg Hier onder volgt de uitleg van uw kwaal, een afbeelding van de aangedane structuur, een beschrijving van de techniek waarmee de ingreep is

Nadere informatie