Geïntegreerd jaardocument svol Groeien Verbindingskracht Maatschappij. Opleiden Kwaliteit Inspectie Kennis Beoordelingen

Transcriptie

1 enleving conomie gskracht Maatschappij Innoveren Resultaten liteit Inspectie Kennis Beoordelingen id Jaarrekening Helderheid ing Ontwikkelingen Toekomst spireren Economie Vooruitgang svol Groeien Verbindingskracht Maatschappij gen Verantwoording Samenwerking eren Resultaten Jaarresultaat Tevredenheid Opleiden Kwaliteit Inspectie Kennis Beoordelingen Onderwijs Huisvesting Duurzaamheid Jaarrekening Helderheid Noordoost-Brabant Samenleving Ontwikkelingen Toekomst Financieel Welvaart Inspireren Economie Vooruitgang Informeren Succesvol Groeien Verbindingskracht Maatschappij Ontwikkelingen Verantwoording Samenwerking Innoveren Resultaten Jaarresultaat Tevredenheid Opleiden Kwaliteit Inspectie Geïntegreerd jaardocument 2010 Kennis Beoorde Onderwij Hu brinnummer 28DE

2 Inhoudsopgave 1 Een sterk roc in een sector onder druk; Een succesvol jaar met een dubbel gevoel. Pagina 2 Beste lezer Afkortingen 4 3 Geworteld in en gevoed door Noordoost-Brabant 3.1 Verbindingskracht Gewoon doen Dichtbij zijn Leven lang leren Onderwijskundige ontwikkelingen Organogram en juridische structuur Instellingsprofiel ROC de Leijgraaf 7 4 Bestuur, toezicht en verantwoording Verantwoording aan Sturen Toezicht 8 5 Bericht Raad van Toezicht 8 6 Samenwerking met partners Samenwerking met vmbo - toeleverende 9 scholen 6.2 Samenwerking met hbo s Samenwerking met roc s en aoc s Samenwerking met bedrijven Samenwerking met overheid Samenwerking met werkpleinen 11 7 Onderwijskundig verslag Horizon onderzoek Kwalificeren; competentiegericht onderwijs Doorleren: evc Participeren Leven lang leren: Innoveren: Kennisplaza ROC de Leijgraaf; school zonder uitval Aanpak en aantallen School Ex-kaarten 17 8 Behaalde resultaten Algemene toelichting op de resultaten Deelnemers aantallen Diploma resultaat Jaarresultaat Vsv Financiële indicatoren Voa Tevredenheid deelnemers Tevredenheid bedrijfsleven Personele indicatoren 25 9 Kwaliteit en inspectie Kwaliteitszorg Onderwijsinspectie Overige beoordelingen Klachten Meldingen incidenten Bericht vertrouwenspersonen en contactpersonen 11 Onderwijs is mensenwerk Personeel De LeijAcademie Bericht van Medezeggenschapsraad Zoveel mogelijk tijd voor onderwijs ICT Huisvesting en Facilitair Duurzaamheid Een (financieel) gezond ROC Kaderbrief jaar Jaarrekening Toelichting op jaarrekening Scheiding publiek en privaat vermogen Treasury Geoormerkte subsidies: Helderheid (commissie Schutte) Ontwikkelingen voor de toekomst Financieel (begroting 2011) Risicoparagraaf ROC de Leijgraaf Risicobeheersings- en controlesystemen Financiële risico s Onderwijsrisico s Bedrijfsvoeringsrisico s Bijlage 1: Praktijleercentra in De Vrije Teugel X-factory Opleidingshotel Mill Seasons IJ Beveiliging Kinderopvang Bijlage 2: Innovatie- en stagebox Colofon Ontwerp en realisatie: david, david-raakt.nl, Veghel Redactie: Sandra Beuving, ROC de Leijgraaf 2

3 1. Een sterk ROC in een sector onder druk; Een succesvol jaar met een dubbel gevoel. Op de valreep van het jaar 2010 heeft de inspectie voor het onderwijs op haar website instellingsprofielen gepubliceerd voor alle mbo-instellingen. Het Brabants Dagblad kwam onmiddellijk met een artikel onder de kop Kwaliteitsverschil mbo s erg groot. En zo is het ook. Dat maakt het jaar 2010 voor ROC de Leijgraaf een jaar met twee gezichten. Als we gewoon naar ons eigen roc kijken, was het jaar 2010 een succesvol jaar. Onze cijfers rond studentensucces en aantallen gediplomeerden per jaar liggen ver boven het landelijk gemiddelde en stijgen nog steeds. Onze uitvalcijfers behoren tot de laagste in de sector en dalen nog steeds. Voor al deze cijfers geldt bovendien dat we de ons omringende roc s ver voorblijven. De eerlijkheid gebiedt overigens te zeggen dat ons studenttevredenheidcijfer boven het landelijk gemiddelde ligt, maar niet veel beter is dan de ons omringende roc s. Financieel doen we het weer prima. Ons marktaandeel in de regio stijgt, zowel bij het middelbaar beroepsonderwijs voor jongeren als op het gebied van cursussen en trainingen voor het bedrijfsleven en de instellingen in Noordoost-Brabant. Zelfs het Loopbaancentrum van De Leijgraaf houdt zich staande in het geweld van bezuinigingen en wetswijzigingen. Kortom, een rapport om mee thuis te komen, zou je zo zeggen. Toch kunnen we niet echt blij en tevreden zijn met dit mooie rapport. Het voelt niet echt goed. En dat komt doordat de mbo-sector zwaar onder druk staat. Op verzoek van de Tweede Kamer zijn er vlak voor de zomer van 2010 onderzoekscommissies ingesteld naar de bestuurbaarheid van ROC s en naar de kwaliteit van de examinering en de kwalificatiedossiers voor het mbo. Deze onderzoekscommissies zijn geformeerd door (toen nog) Staatssecretaris Marja van Bijsterveldt, nadat ze in de Tweede Kamer zwaar onder druk was gezet door Kamerleden die grote hoeveelheden vragen op haar afvuurden over de kwaliteit van het beroepsonderwijs en de naleving van wet- en regelgeving door roc s. Ook nog net in 2010 hebben beide commissies hun rapport uitgebracht. De commissie Oudeman (bestuurbaarheid) bevestigde het beeld dat er roc s zijn waar het bijzonder goed mee gaat en roc s waar het slecht mee gaat. Er zijn bovendien zowel grotere als kleinere roc s waar het goed mee gaat. En dus ook kleinere en grotere roc s waar het slecht mee gaat. Beide commissies adviseren de minister van OCW voorzichtig om te springen met de wet en regelgeving rond roc s. De politieke realiteit, na het aantreden van het kabinet Rutte-Verhagen, is echter geheel anders. Minister Van Bijsterveldt heeft begin 2011 haar actieplan mbo Focus op vakmanschap gepresenteerd. De agenda is een bezuinigingsagenda, maar zeker ook een agenda die het mbo-onderwijs en de maatschappelijke opdracht van roc s fors gaat veranderen. De examinering zal enorm gaan veranderen. Centrale examinering is daarbij aan de orde. Het beroepsonderwijs wordt hiermee op het gebied van Nederlands, Engels en rekenen, algemeen voortgezet onderwijs. De instroom in mbo 2 zal niet langer drempelloos zijn. De duur van het mbo wordt ingekort, waarbij de onderwijstijd in het eerste jaar wordt geïntensiveerd. De volwasseneneducatie zal weer onder OCW gaan vallen en zal grotendeels worden uitgegeven aan het vavo (algemeen voortgezet onderwijs voor volwassenen). Dit is een greep uit een set maatregelen die samen de roc s en het mbo aardig op zijn kop zullen zetten. Als dit doorgaat dan zijn de roc s de komende jaren vooral bezig met ombuigen, reorganiseren en herstructureren. De lezer begrijpt nu misschien het dubbele gevoel waarmee wij van ROC de Leijgraaf terugkijken op het zo succesvolle jaar Toch zou De Leijgraaf De Leijgraaf niet zijn als ze zich bij dit vooruitzicht neer zou leggen. Hier in Noordoost-Brabant staat een mooi roc. Een roc dat nog steeds bouwt aan goed en modern beroepsonderwijs. Een roc met een goed Loopbaancentrum en een veelbelovend Kenniscentrum. Een roc dat zich profileert door middel van cursussen en trainingen voor (vooral) het midden- en kleinbedrijf. Een roc dat bijdraagt aan de welvaart en het welzijn van Noordoost-Brabant. Zo wordt 2011 weer een spannend jaar. Maar onze eindconclusie is dat 2010 veel goeds heeft gebracht. En dat voelt prima. Daar mogen alle mensen die hebben bijgedragen aan dit succes trots op zijn. Francis Joosten Peer van Summeren (voorzitter vanaf 1 april 2011) Marc Veldhoven (voorzitter tot 1 april 2011) College van Bestuur ROC de Leijgraaf De commissie adviseerde Marja van Bijsterveldt (intussen als minister) als overheid de mbo-sector een tijdje met rust te laten, zodat het de tijd krijgt orde op zaken te stellen. Kortom, de commissie Oudeman gaf een zeer gematigd advies op een op hoge toon gevraagde adviesaanvraag. Het advies dat er met het instituut roc niks mis is en dat de sector tijd moet krijgen om sterkten uit te bouwen en zwakten weg te werken, gaat in tegen de publieksbreed heersende opinie en getuigt van visie en moed. Ook de commissie Hermans - Van Zijl (examineren en kwalificeren) kwam met een dergelijk gematigd advies. De overheid moet bij kwalificeren en examineren aan de kleine knoppen draaien, was het advies. Zelfs rond de vraag of het opleidingenaanbod mbo wel doelmatig over Nederland verdeeld is, kwam de commissie met een zeer genuanceerd oordeel. Eigenlijk bevestigde de commissie dat het bij dit soort doelmatigheidsvragen vaak afhangt van degene die ernaar kijkt of iets nu wel of niet doelmatig is. 3

4 2. Beste lezer Ouders, overheid, gemeenten, bedrijven, instellingen, media en vele anderen hebben vragen over wat er op het roc gebeurt. Met dit geïntegreerd jaardocument willen wij verantwoording afleggen aan al deze partijen over ons handelen, over de inspanningen die wij hebben geleverd, over de visie die wij hebben en over wat wij bereikt hebben. Dit jaarverslag is bedoeld voor alle mensen die geïnteresseerd zijn in de ontwikkeling van ROC de Leijgraaf. Het is met name geschreven voor het ministerie van OCW, de gemeenten in onze regio en inspectie, maar natuurlijk ook voor onze studenten en medewerkers. Vanuit de overheid zijn een heleboel eisen gesteld aan dit document, bijvoorbeeld in het opgestelde controleprotocol, het burgerlijk wetboek en de richtlijnen RJ660. Al deze eisen maakt dit een omvangrijk document waarmee een goed beeld is te krijgen over de ontwikkeling van ROC de Leijgraaf. Voor de mensen die interesse hebben in de hoofdlijnen hebben wij een publieksversie gemaakt. Deze publieksversie is te lezen op: jaarverslag.leijgraaf.nl (let op: dit is zonder www!) Op deze website staan ook nog verschillende digitale documenten, zoals onderzoeksrapporten en rapportages van inspectie, waarmee u nog meer te weten komt over ROC de Leijgraaf. Indien u wilt reageren op dit jaardocument of een andere vraag heeft kan dat door het sturen van een aan: info@leijgraaf.nl In dit document vindt u eerst in hoofdstuk 3 een algemeen overzicht van ROC de Leijgraaf. Wat is de missie en visie en hoe is de organisatie opgebouwd? In hoofdstuk 4 staat een toelichting op besturing, toezicht en verantwoording. In hoofdstuk 6 is te lezen met welke partners wij het onderwijs vormgeven. Een verslag van de ontwikkelingen in ons onderwijs is te lezen in hoofdstuk 7. De behaalde resultaten in 2010, een vergelijking van deze resultaten met voorgaande jaren en met het gemiddelde roc vindt u in hoofdstuk 8. In hoofdstuk 9 staan de maatregelen die wij nemen om de kwaliteit te beheersen en de bevindingen van inspectieonderzoeken. De hoofdstukken 10 tot en met 13 geven een beeld van de ondersteuning die wij bieden aan het onderwijs. Hierin komen onder andere personeelsmanagement, huisvesting en ICT aan de orde. In hoofdstuk 14 zijn onze jaarrekening en accountantsverklaring te vinden. Als laatste wordt in hoofdstuk 15 en 16 gekeken naar de ontwikkelingen en risico s die op ons pad komen in Voor ons is het geïntegreerd jaardocument niet het slotstuk van een jaar, maar het begin van een nieuw jaar. Wij wensen u veel leesplezier! 2.1 Afkortingen We hebben geprobeerd dit document zo leesbaar mogelijk te maken. Toch ontkomen we er niet aan om een aantal begrippen af te korten. Hieronder staan de afkortingen uitgelegd. aoc Bapo bbl bo bol bpv bve cgo crebo CvB dt bol DUO evc fo hbo kbb kse lbc lwoo mbo mkb NT2 obp OCW oop op plc roc RvT sco vavo vkl vmbo vsv WEB WI WWB agrarisch opleidingscentrum Bevordering Arbeidsparticipatie Ouderen beroepsbegeleidende leerweg beoordelingsgesprek beroepsopleidende leerweg beroepspraktijkvorming beroepsonderwijs en volwasseneneducatie competentiegericht onderwijs centraal register beroepsopleidingen College van Bestuur deeltijd beroepsopleidende leerweg Dienst Uitvoering Onderwijs (voorheen CFI: Centrale Financiën Instellingen) ervaringscertificaat functioneringsgesprek hoger beroepsonderwijs Kenniscentrum voor beroepsonderwijs en bedrijfsleven kwalificatiestructuur educatie Loopbaancentrum leerweg ondersteunend onderwijs middelbaar beroepsonderwijs midden- en kleinbedrijf Staatsexamen Nederlands als tweede taal ondersteunend beheer personeel ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap onderwijs ondersteunend personeel onderwijzend personeel Praktijkleercentrum regionaal opleidingscentrum Raad van Toezicht Servicecentrum onderwijs voortgezet algemeen volwassenen onderwijs vrije keuze leereenheden voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs voortijdig schoolverlaters (onder 23 jaar, zonder startkwalificatie) Wet educatie en beroepsonderwijs Wet inburgering Wet werk en bijstand 4

5 3. Geworteld in en gevoed door Noordoost-Brabant Onze missie is helder. Een wezenlijke bijdrage leveren aan een welvarend Noordoost-Brabant door mensen kansrijk te maken en hen een leven lang te laten leren. Het middelbaar beroepsonderwijs en Loopbaancentrum van ROC de Leijgraaf hebben hierin een spilfunctie. s-hertogenbosch Boxtel Best Tiel Lith St-Michielsgestel Maasdonk Schijndel Eindhoven Oss Bernheze Sint-Oedenrode Veghel Landerd Uden Laarbeek Helmond Wijchen Boekel Grave Mill Gemert-Bakel Nijmegen Deurne Cuijk Mook Sint Anthonis Gennep Boxmeer De ambitie om tot de Europese top van kennis- en innovatieregio s te behoren, is de kern van de agenda van provincie Noord-Brabant. De toekomst van Brabant en dus ook van Noordoost-Brabant wordt bepaald door de mate waarin we erin slagen deze ambitie te bereiken. De Provincie formuleert aldus een tweetal kerntaken: versterking van het concurrerend vermogen van de provincie; komen tot regionaal economisch beleid. Een van de belangrijke thema s die aldus wordt aangemerkt door de provincie is het middelbaar beroeps onderwijs. Vanuit de economische agenda van de Provincie ontstaat de noodzaak van een sociale agenda. De economische agenda én een Leven lang leren zal in het licht van de toekomstige arbeidsmarkt (vergrijzing en ontgroening) gekoppeld moeten worden aan de sociale agenda (de noodzakelijke handjes, brede participatie). Venray Bergen Het Kennispact Om de gezamenlijke ambities (overheid onderwijs - ondernemingen) mogelijk te maken vragen wij om de oprichting van een kennispact met bijbehorend fonds, waarmee het mbo de nood zakelijke stappen kan zetten in overleg met de provincie en het bedrijfsleven. Om te komen tot de oprichting van een dergelijk fonds is ook input op dit position paper van belang door lokale overheden, de provincie, het bedrijfsleven (ook het MKB). Zij zullen als feitelijke opdrachtgevers moeten optreden voor de ROC s en de vakinstellingen van Brabant. Wat bereikt wordt is een Brabantse samenleving die zich richt op en positioneert binnen Europa, waar nieuwe bedrijven zich willen vestigen, nieuwe bedrijvigheid ontstaat en (maar minstens zo belangrijk) een Brabantse social inclusive society wordt: iedereen is belangrijk, iedereen is gewenst en iedereen doet mee. Bron: Position Paper Brabantse BVE Instellingen: Op weg naar een kennispact: het MBO en de Brabantse ambities. Jan Verbindingskracht Mensen kansrijk maken betekent innoveren, zorgen voor kwalificatie en participatie. Voor jong en oud. Dat is onze opdracht. Theorie en praktijk verbinden, en mens en maatschappij bij elkaar brengen. Door samenwerkingsverbanden te creëren, tonen we onze verbindingskracht. Samen met onze studenten, het bedrijfsleven en instellingen in onze regio. Hierbij zetten wij al onze opleidings- en trainingsmogelijkheden in en buiten de praktijkleercentra graag in. 3.2 Gewoon doen Wij zijn een zelfbewuste, actieve en mensgeoriënteerde opleider die doordrongen is van zijn verantwoordelijkheid. Wij hebben oog voor hoofd, hart en handen. Een opleider zijn met de genen van een regio waar mensen gewoon doen en producten gemaakt worden. Een praktijkgerichte opleider zijn. Punt. Maar nog belangrijker is wat wij niet zijn, we zijn geen leerfabriek. Wij zijn kleinschalig, bereikbaar en in het bezit van een geborgen cultuur waarin we de mens centraal stellen. Bij ons ben je welkom. Nieuwe studenten kiezen niet bewust voor een bepaalde toekomst, ze kiezen vooral voor de juiste plek. Daar waar ze kunnen beleven en leren, en waar ze zich thuis voelen. Een overzichtelijke school in de buurt waar ze omgeven zijn door een goede en enthousiaste sfeer die aanzet tot leren. Een plek waar ze als mens meetellen, aandacht krijgen en persoonlijk begeleid worden in het maken van de juiste keuzes. 3.3 Dichtbij zijn Het heersende beeld dat scholen overal hetzelfde zijn betekent dat het onderscheidende vermogen naar de achtergrond wordt gedrongen. Alle scholen geven aan dat de student het allerbelangrijkste is. Logisch. Maar welk roc maakt dit waar en hoe precies? Je werkelijke kracht etaleren, is van doorslaggevende betekenis. Maar dan moet je wel weten wat die kracht is. ROC de Leijgraaf is letterlijk dichtbij, met diverse vestigingen verspreid in de regio en individuele loopbaanbegeleiding van onze studenten. Dat is waar regionaal voor staat: er concreet zijn voor studenten, overheid en ondernemingen. Het maakt ons uniek. Alleen zo kunnen we de aansluiting creëren tussen theorie en praktijk, tussen mens en maatschappij. Gegarandeerd door de bescheiden grootte van onze organisatie. Geworteld in en gevoed door Noordoost-Brabant. 3.4 Leven lang leren Onze missie is mensen in de regio kansrijk maken. Een leven lang. Benedenstaand schema laat dat duidelijk zien. Daarmee helpen we een toekomst te creëren voor jongeren en volwassenen. Dat doen we door voltijd- en deeltijdopleidingen en trainingen zo breed mogelijk aan te bieden, voor een diverse doelgroep en gericht op de behoefte die er in de regio bestaat. Jij wilt... Beroepsopleiding die leidt tot een diploma DIngen bijleren terwijl je al een diploma hebt Je weg vinden en werk vinden in Nederland NIeuwe ideeën voor je bedrijf Wij bieden... Kwalificeren Doorleren Participeren Innoveren Een beroepsopleiding richt zich op de kwalificatie voor verschillende niveaus van beroepsuitoefening. Het middelbaar beroepsonderwijs kent vier niveau s: 1 2 Assistent-opleiding Basisberoepsopleiding 3 4 Vakopleiding voor zelfstandig werkende Middenkader- en specialistenopleiding Iedereen van 16 jaar en ouder kan bij ons instromen, wij kennen hierbij geen drempel. Wij willen de mensen in Noordoost-Brabant kansrijk maken en een leven lang laten leren. Dit sluit aan bij de intenties van de Provincie Noord-Brabant. 5

6 ROC de Leijgraaf heeft de afgelopen jaren een geleidelijke stijging van studentenaantallen meegemaakt. Deze stijging heeft zich in 2010 voortgezet. Hierbij dient wel te worden aangetekend dat het genoemde aantal studenten op 1 oktober 2010 vóór de definitieve controle van de accountant is vastgesteld. Er kunnen dus nog wijzigingen in dit aantal plaatsvinden. Aantal studenten bol, deeltijd bol en bbl 1 oktober oktober oktober Onderwijskundige ontwikkelingen 2010 Na de Leijgraafbrede start van het competentiegerichte onderwijs in schooljaar is tijdens de invoeringsfase het motto voor de onderwijsontwikkeling van innoveren naar implementeren. De onderwijskaderbrief geeft de richting aan voor die koers. In 2010 werden daarvan twee actielijnen opgestart: de basics op orde en het onderwijsconcept verder uitwerken. In de lijn basics op orde zijn de interne audits geïntensiveerd en uitgebreid en werden de cgo-instrumenten vanaf 2010 breed ingezet voor de onderwijsontwikkeling. In de lijn onderwijsconcept uitwerken is in oktober 2010 een project gestart dat begin 2011 een uitgewerkt onderwijsconcept oplevert. Dit onderwijsconcept levert de kaders om de nu ingezette flexibilisering vanaf 2012 verder uit te bouwen. leereenheden buiten de eigen afdeling te volgen. In de eerste periode heeft 47% van de studenten gekozen voor een leereenheid buiten de eigen afdeling. In de organisatie van flexibel onderwijs zijn op roc niveau zowel inhoudelijk als in de ontwikkeling van de systemen flinke stappen gezet. Daardoor konden wij ook een pilot inbrengen in een groot landelijk project dat de onderwijslogistiek voor de totale sector verder doorontwikkelt. Ten aanzien van de begeleiding kan gemeld worden dat het project Loopbaanleren is afgerond. De instrumenten zijn opgeleverd, pilotgroepen zijn geschoold en iedere afdeling heeft een borgingsplan om loopbaanleren verder in te regelen. Om dit succesvol te laten verlopen zal in ieder geval ook nog in 2011 loopbaanleren projectmatig worden georganiseerd en gemonitord. Ten aanzien van samenhang in onderwijskundig beleid kan gemeld worden dat het onderwijskundig instrumentarium breder en intensiever gebruikt wordt, dat de afstemming op gebieden als (effectieve) instroom en beroepspraktijkvorming de eerste vruchten afwerpt en dat het samenhangend beleid op het thema school zonder uitval ook in 2010 een nog verdere daling heeft laten zien op het landelijke beleidsspeerpunt voortijdig schoolverlaten Organogram en juridische structuur ROC de Leijgraaf is juridisch als volgt opgebouwd: Bij de implementatie van competentiegericht onderwijs zijn voor ons vier thema s van belang: Praktijkgerichtheid Begeleiding Flexibilisering Samenhang ROC de Leijgraaf B.V. (100%) Stichting ROC de Leijgraaf Leijgraaf Glasvezel B.V. (100%) Warmm B.V. (40%) Ten aanzien van het thema praktijkgerichtheid is in 2010 verder geïnvesteerd in praktijkleercentra. Leren in de praktijk kan in een echt bedrijf, maar kan bij ons ook in een praktijkleercentrum. Onze praktijkleercentra zijn samen met bedrijven opgezet en zijn zeer divers van aard. Word wat je wilt. Bij ROC de Leijgraaf kan het! Dat is het centrale thema van onze wervingscampagne. Wij bieden studenten de ruimte om de opleiding voor een deel zelf in te vullen. Door het inzetten van vrije keuze leereenheden is een grote stap gezet in het mogelijk maken van eigen keuze in het onderwijsprogramma. In 2010 zijn de vrije keuze leereenheden verder uitgebouwd. Vrije keuze leereenheden blijken te voorzien in een behoefte bij onze studenten. Hierbij is het mogelijk om Stichting ROC de Leijgraaf kent een aantal juridische entiteiten waar personeel in dienst kan zijn. Op dit moment zijn dat ROC de Leijgraaf en ROCV de Leijgraaf. Op personeel van ROC de Leijgraaf is de cao bve van toepassing. Op personeel van ROCV de Leijgraaf zijn eigen arbeidsvoorwaarden van toepassing. Deze arbeidsvoorwaarden sluiten grotendeels aan bij cao bve. In de Glasvezel B.V. wordt het glasvezelnetwerk waar ROC de Leijgraaf gebruik van maakt beheerd. In deze B.V. is geen personeel in dienst. WARMM B.V. is een re-integratie-/detacheringsbedrijf, opgericht door ROC De Leijgraaf en Bounce. Later is ook IBN toegetreden als aandeelhouder. WARMM B.V. werkt samen met marktpartijen in de regio Noordoost- Brabant die serieus, laagdrempelig en blijvend werk aanbieden. Organogram ROC de Leijgraaf Secretariaat College van Bestuur Medezeggenschapsraad Speciale projecten Directeur Bedrijfsvoering Directeur Onderwijs en Ontwikkeling Personeel & Organisatie Huisvesting & Facilitaire Zaken Financiële Zaken ICT Bedrijfsinformatie & Cursistenadm. Marketing & Communicatie Onderwijs innovatie Examinering Projectleiderspool Kwaliteitszorg Internationalisering Commercieel Directeur Front Office C&T Afd. directeur Afd. directeur Afd. directeur Afd. directeur ICT Techniek Economie Gezondheidszorg & Welzijn Loopbaancentrum Way2Go Servicepunt Leren & werken WARMM Kenniscentrum (incl. ondernemerschap, duurzaamheid) C&T C&T C&T C&T C&T Functionele relatie Hiërarchische relatie 6

7 Op dit moment is ROC de Leijgraaf een van de aandeelhouders met een belang van 40% in WARMM B.V.. Op 1 oktober 2010 werkten bij ROC de Leijgraaf 582 medewerkers. Daarnaast waren 128 personeelsleden gedetacheerd vanuit ROCV, waarmee het totaal aantal werkzame personen uitkwam op 710. Een beschrijving van de organisatie-onderdelen is te vinden op De organisatiestructuur van ROC de Leijgraaf zag er in 2010 als volgt uit: 3.7 Instellingsprofiel ROC de Leijgraaf De inspectie publiceert vanaf december 2010 voor de bekostigde en niet-bekostigde instellingen beroepsonderwijs en volwasseneneducatie (bve) een instellingsprofiel. Deze instellingsprofielen zijn gebaseerd op de gegevens die geregistreerd staan bij DUO. Met de publicatie van deze profielen wil de inspectie meer inzicht geven in de algehele kwaliteit van deze instellingen. Wij zijn bijzonder trots op ons instellingsprofiel. ROC de Leijgraaf Landelijk gemiddelde Instellingsprofiel ROC de Leijgraaf (gemeten over schooljaar ) Rendementsbeoordeling Gediplomeerden per jaar 73% 66% Gediplomeerde uitstromers 71% 65% Vroegtijdig schoolverlaters ,5% 10,5% Vroegtijdig schoolverlaters ,7% 8,9% Financiële informatie Rijksbijdrage van de totale inkomsten 75,1% 80,0% Solvabiliteit 0,42 0,51 Liquiditeit 1,15 0,86 Rentabiliteit 0,1% 0,7% Aanbod en studenten Studenten voltijd (bol) 59% 63% Studenten deeltijd (bol) 2% 2% Studenten werken en leren (bbl) 38% 32% Examendeelnemers 1% 3% Studentenpopulatie Autochtone studenten 84% 72% Westerse allochtonen 5% 6% Niet-westerse allochtonen 10% 22% Studenten woonachtig in achterstandsgebieden 8% 21% Studenten 23 jaar en ouder 22% 21% 4. Bestuur, toezicht en verantwoording 4.1 Verantwoording aan... ROC de Leijgraaf heeft te maken met verschillende klantgroepen en belanghebbenden. Elke groep heeft zijn eigen wensen, eisen en doelen. ROC de Leijgraaf wil samen met deze partners toekomst voor jongeren en volwassenen in de regio creëren. Opleidingstrajecten en projecten worden daarom samen met onze partners tot stand gebracht. Gemeenten, bedrijven en instellingen zien ons als een belangrijke speler vanwege onze vele en kwalitatief hoogwaardige activiteiten. ROC de Leijgraaf heeft zich gecommitteerd aan de principes van good governance. Belangrijke principes hierbij zijn inbreng van belanghebbenden, verantwoording naar belanghebbenden en een volwaardige rol voor toezichthouders. Dit betekent transparantie, naar ouders, gemeenten, bedrijven, media en andere mensen met vragen over wat er op het ROC gebeurt. Lokale overheden Ouders Leerplichtige ROC de leijgraaf Leveranciers Participatieplichtige (re)integratieplichtige Onze belanghebbenden verschillen erg in de kennis over het ROC en in de belangen die zij hebben bij ons onderwijs. Aangezien wij bijzonder belang hechten aan goed overleg met de verschillende partijen is er voor alle partijen een andere manier van communiceren gezocht. Overleg met onze partners vormt een bijzondere inspiratiebron voor het organisatiebeleid. Deelnemers: Sinds 2010 worden er op basis van de 2-maandelijkse studententevredenheidsmetingen gesprekken gevoerd met studenten. Deze panelgesprekken geven het afdelingsmanagement inzicht in de goede punten en verbeterpunten in het onderwijs. Bedrijven en instellingen: Bedrijven en instellingen zijn vertegenwoordigd in adviesraden van de onderwijsafdelingen. Deze adviesraden voorzien wij van informatie over onze resultaten en betrekken wij bij onze strategische keuzes. Gemeenten: Gemeenten zijn voor ons zowel partners als klanten. Dat maakt overleg met gemeenten vaak heel bijzonder. Overleg met gemeenten vindt structureel plaats in het portefeuillehoudersoverleg. Bij dit overleg geven wij als roc inzicht in de resultaten die wij behalen en de koers die wij uitzetten voor de toekomst. Eind 2010 is een imago-onderzoek uitgevoerd bij alle belanghebbenden. Begin 2011 zal met alle partijen gesproken worden over het bedrijfsplan Hierbij zullen de belangrijkste conclusies uit het imago-onderzoek meegenomen worden. In 2010 is er geen stakeholdersbijeenkomst georganiseerd, om overlap te voorkomen met de gesprekken die in 2011 gevoerd worden over het bedrijfsplan Landelijke overheid Om- en bijscholer Personeel Bedrijven Het jaarverslag is voor ROC de Leijgraaf dan ook meer dan verantwoording en verslaglegging van het jaar Het is voor ons een manier om onze meerwaarde voor de regio te toetsen. Om de horizontale en verticale verantwoording vorm te geven, wordt naast dit geïntegreerd jaardocument voor het verslagjaar 2010 ook een publieksversie van het jaarverslag opgesteld. 7

8 4.2 Sturen Verantwoorden doen we om aan externen te laten zien welke resultaten wij in 2010 geboekt hebben en hoe ROC de Leijgraaf zich ontwikkeld heeft. Intern gebruiken we gedurende het jaar een aantal instrumenten om in de gaten te houden of we op koers zijn. Hierbij hebben we instrumenten waarmee teams kunnen sturen, zoals het managementdashboard en Qualiscoop. Met het managementdashboard volgen we de kritische prestatie-indicatoren van ROC de Leijgraaf. Binnen Qualiscoop worden de vorderingen op het gebied van onderwijskwaliteit gemonitord. Daarnaast hebben we instrumenten waarmee het afdelingsmanagement de resultaten kan volgen, zoals het managementdashboard en tussentijdse financiële rapportages. Deze tussentijdse financiële rapportages worden gevolgd door financiële prognoses. Het maken van deze financiële prognoses zorgt ervoor dat er periodiek wordt gereflecteerd op behaalde resultaten en dat daar waar nodig de koers wordt bijgesteld. Het managementdashboard bevat de volgende indicatoren (daar waar relevant zijn deze tot op team-niveau inzichtelijk): Onderwijs Financieel Personeel Deelnemers Aantal verzuimmeldingen Aantal VSV-ers Marktaandeel Doel bereikt inclusief lbc (diplomaresultaat) Solvabiliteit Geprognotiseerde marge per fte Aantal bekostigde studenten Status projecten Voortgang fo-/bo-gesprekken Ziekteverzuim Aantal studenten per fte Verhouding op/oop-obp Tevredenheid studenten Begeleiding geregeld (mentor + dossierstukken) In 2011 zal dit managementdashboard weer verder uitgebouwd worden met aanvullende indicatoren. Ter illustratie de stand van een aantal belangrijke indicatoren per december 2010: Vroegtijdig schoolverlaters dec 2010 doel dec doel Doel bereikt 73% 77% 77% 1 okt okt 2010 doel Deelnemers bol/bbl dec 2010 doel Deelnemerstevredenheid 64% 65% 75% dec 2010 doel dec 2010 Begeleiding geregeld Toezicht De Raad van Toezicht houdt integraal toezicht op het beleid van het College van Bestuur. Het College van Bestuur bestuurt de Stichting ROC de Leijgraaf. De Raad van Toezicht vervult haar taken bij: het strategisch (meerjaren)beleid van ROC de Leijgraaf; het aannemen en ontslaan van het College van Bestuur; het goedkeuren van jaarverslagen, begrotingen en jaarrekeningen; het accorderen van majeure strategische beslissingen; het versterken van onze externe relaties binnen en buiten de regio. 5. Bericht Raad van Toezicht Naar meer focus op het mbo!. Onder deze titel verscheen in november 2010 het rapport van de commissie Onderwijs en Besturing BVE. De commissie is in het voorjaar 2010 ingesteld door de staatssecretaris van OCW naar aanleiding van een hausse aan landelijke negatieve publiciteit over het mbo. De commissie moet onderzoek doen naar de organisatie en bestuurbaarheid van de bve-sector en komt tot de conclusie dat er qua prestaties grote verschillen bestaan tussen mbo-instellingen: Er zijn instellingen die het goed doen, maar er is ook een groep die niet goed presteert. De Raad van Toezicht constateert - met dank aan alle medewerkers- dat De Leijgraaf tot de instellingen behoort die het goed doen! In het verlengde van bovenstaande constatering adviseert de commissie een proportioneel toezicht van de rijksoverheid (minder verantwoordingslast voor goed presterende instellingen en verscherpt toezicht bij instellingen die structureel ondermaats presteren) en binnen de interne governance van de instellingen checks en balances op alle niveaus. De Raad van Toezicht kan zich volledig vinden in deze aanbevelingen, waarmee de kwaliteit van het mbo als geheel, en van de afzonderlijke instellingen, kan worden bevorderd. Eind 2009/begin 2010 zijn binnen De Leijgraaf statuten en een aantal reglementen in overeenstemming gebracht met de branchecode Goed bestuur in de bve-sector en met de wetswijziging inzake Raden van Toezicht en Colleges van Bestuur. Naast wijziging van de statuten heeft aanpassing plaatsgevonden van het Reglement van de Raad van Toezicht, het Reglement van het College van Bestuur, het Directiestatuut en is een Bestuursreglement opgesteld. In de loop van 2010 is gewerkt aan de reglementering van de drie vaste commissies die de Raad van Toezicht terzijde staan: de auditcommissie, de onderwijscommissie en de remuneratiecommissie. Dit raamwerk aan regelingen is een noodzakelijke voorwaarde om te komen tot een actueel en uitgebalanceerd systeem van interne governance. Bij het opstellen van dit raamwerk is dankbaar gebruik gemaakt van de aanbevelingen en voorbeelden in de Toolkit Toezicht Onderwijs, uitgegeven door het Nationaal Register Commissarissen en Toezichthouders. In het verslagjaar 2010 is de Raad van Toezicht vier maal in reguliere vergadering bijeengeweest. Medio 2010 heeft een extra bijeenkomst plaatsgevonden van de Raad van Toezicht met het College van Bestuur om uitgebreid van gedachten te wisselen over de Langetermijnstrategie van ROC De Leijgraaf. De agenda voor de vergaderingen van de Raad van Toezicht wordt voorbereid in een overleg tussen de voorzitters van Raad van Toezicht en College van Bestuur. De vergaderingen van de Raad van Toezicht worden in de regel bijgewoond door de leden van het College van Bestuur. Voorafgaand aan deze vergaderingen is er een bijeenkomst van de leden van de Raad van Toezicht onderling, ter voorbereiding op de agendapunten die in de vergadering aan de orde komen. 8

9 Vaste agendapunten van de vergaderingen van de Raad van Toezicht zijn onder meer de mededelingen van het College van Bestuur over de gang van zaken binnen de instelling en in de relaties naar de regio en het landelijk niveau, alsmede de rapportage van de vaste commissies van de Raad van Toezicht. Uiteraard komen de wettelijke bevoegdheden van de Raad van Toezicht periodiek aan de orde, waaronder de goedkeuring van de begroting, de jaarrekening en het jaarverslag. Tevens wordt per vergadering in principe een inhoudelijk thema aan de orde gesteld dat relevant is in de ontwikkeling van de instelling. Deze thema s worden veelal door de functionarissen van de eigen instelling gepresenteerd. In het verslagjaar is naast de langetermijnstrategie aandacht besteed aan de thema s Sociale kaart en veiligheid, Marketing en communicatieplan, Internal branding en de ontwikkeling van een dashboard voor de bedrijfsvoering. De activiteiten van de vaste commissies van de Raad van Toezicht hebben zich in het verslagjaar toegespitst op de volgende onderwerpen. De onderwijscommissie heeft zich gebogen over het onderwijsconcept de ballenbak, de verantwoording over de ontwikkeling naar competentiegericht onderwijs en de audit en controlcyclus op de implementatie van het competentiegericht onderwijs en het daarbij gehanteerde instrumentarium. De auditcommissie heeft zich intensief beziggehouden met de opzet van een inzichtelijk dashboard om de ontwikkelingen binnen de instelling adequaat en tijdig te kunnen monitoren, alsmede met de problematiek inzake de noodzakelijke financiële ombuigingen, dit naast de reguliere taken van de commissie rond begroting, jaarrekening en accountantsverslag. De remuneratiecommissie heeft de bestaande honoreringsregeling van het College van Bestuur getoetst aan de landelijke richtlijnen en een aanpassing voorgesteld in de verhouding tussen de vaste en flexibele beloningscomponent. 6. Samenwerking met partners In het verslagjaar hebben leden van de Raad van Toezicht individueel gedurende een dagdeel een werkbezoek gebracht aan door henzelf gekozen onderdelen van de instelling. De bezoeken zijn door de leden van de Raad van Toezicht uitermate positief beoordeeld. Het contact met de werkvloer geeft meer inzicht in en voeling met de onderwijspraktijk, waarmee docenten en studenten van De Leijgraaf dagelijks worden geconfronteerd. Voorzitter en vice-voorzitter van de Raad van Toezicht hebben gedurende het verslagjaar een bijeenkomst bijgewoond met de medezeggenschapsraad. De voorzitter van de Raad van Toezicht neemt deel aan het landelijk Platform Raden van Toezicht van de MBO raad en rapporteert daarover naar de eigen Raad van Toezicht. Eind 2010 heeft de Raad van Toezicht zich gebogen over een drietal personele wijzigingen die in 2011 geëffectueerd worden. Het vertrek per 1 april 2011 van de huidige voorzitter van het College van Bestuur Marc Veldhoven. De Raad van Toezicht heeft Peer van Summeren benoemd tot zijn opvolger. Samen met Francis Joosten zal hij het nieuwe College van Bestuur gaan vormen. Het vertrek van Henny van Konijnenburg als lid van de Raad van Toezicht. De benoemingsprocedure voor een opvolger werd in gang gezet. De benoeming per 1 januari 2011 van Rob Prins als voorzitter van de Raad van Toezicht als opvolger van René Peters. Rene Peters, Voorzitter Raad van Toezicht De Raad van Toezicht bedankt bij deze de aftredende voorzitter voor zijn leiding in de afgelopen periode. 6.1 Samenwerking met VMBO toeleverende scholen De meeste studenten bij ROC de Leijgraaf stromen in vanuit een vmbo -opleiding uit de regio Noordoost-Brabant. Van de examenkandidaten vmbo uit de regio Oss en uit de regio Uden/Veghel/Gemert kiest iets minder dan de helft voor een vervolg bij ROC de Leijgraaf. In de regio Cuijk/Grave/Mill kiest één op de drie examenkandidaten voor De Leijgraaf. Onze regio wordt omgeven door steden als Den Bosch, Nijmegen en Eindhoven. Een deel van de studenten kiest bewust voor een stap naar de stad. Daarnaast zijn er specifieke opleidingen die wij niet aanbieden, zoals de creatieve opleidingen bij vakscholen. Toekomstige studenten maken op verschillende manieren tijdens hun vmbo-opleiding al kennis met het middelbaar beroepsonderwijs. Zo zijn onder andere de open dagen, oriëntatiedagen, sectorwerkstukken en mentor-tutorprojecten bedoeld om een soepele en weloverwogen overgang naar De Leijgraaf mogelijk te maken. Iedere leerling die zich aanmeldt bij ROC de Leijgraaf krijgt een intakegesprek. Tijdens het gesprek wordt gekeken of de leerling voldoet aan de eisen om bij een bepaalde opleiding geplaatst te worden. Hiervoor vragen wij van de vmbo s informatie over de betreffende leerling. Deze warme overdracht zorgt ervoor dat wij studenten op de juiste plek kunnen plaatsen en dat wij hem of haar al leren kennen voordat hij of zij begint. Ondanks alle zorg en voorbereiding die op het vmbo reeds heeft plaatsgevonden ten aanzien van beroeps- en opleidingskeuze is voor veel vmbo-leerlingen de overstap naar het mbo lastig. De praktijk wijst uit dat een deel zich niet inschrijft voor een vervolgopleiding in het mbo. En van de leerlingen die wél overstappen, vallen er tijdens de eerste paar maanden van het mbo te veel uit. De omschakeling naar een andere school blijkt voor velen een groot struikelblok. Met behulp van het onder regie van De Leijgraaf uitgevoerde programma Stick Together is het aantal vmbo ers dat in september na het afleggen van het examen nog niet stond ingeschreven bij een vervolgopleiding verder teruggebracht naar 1,5 %. Dit goede resultaat is mede tot stand gekomen door een hechte samenwerking met de vmbo-scholen in de regio. De drempelloze instroom betekent voor ROC de Leijgraaf dat ruim 35% van onze studenten ooit zonder of zonder het juiste diploma aan een opleiding bij De Leijgraaf is begonnen. Genoemd percentage ligt overigens nog duidelijk onder het landelijk gemiddelde van 39%. Als we kijken naar de studenten die per 1 oktober 2009 bij ons zijn gestart en per 1 oktober 2010 nog op het roc studeerden dan zien we de volgende aantallen: Behaald diploma door de student Instroom in niveau: Eindtotaal Basisvorming (alg. leerj. avo/vbo/vmbo) Havo Hbo 2 2 Mbo niveau Mbo niveau Theoretische leerweg vmbo (mavo) Vmbo excl. Theoretische leerweg (vbo) Vwo Geen diploma/onbekend/ Leijgraaf vooropleiding Eindtotaal

10 Het contact met de vmbo-scholen is voor ons erg belangrijk. Overleg met de ons omringende vmbo s is middels het Hofleveranciersoverleg op directieniveau en op bestuurlijk niveau geregeld. Om onze intenties op het gebied van voortijdige schooluitval kracht bij te zetten, zijn wij ook in 2010 actief betrokken geweest bij het convenant RMC regio 36. Voor de uitvoering van dit convenant is er op drie terreinen (Loopbaanoriëntatie, Stick Together en het versterken van de doorlopende zorgstructuur) sprake van intensief contact met de vmbo-scholen in de regio Noordoost-Brabant. Bovendien zijn we op verzoek van onze partners gestart met een kennismakingsprogramma mbo, speciaal gericht op vmbo-coaches. In nauw overleg met de vmbo-scholen in de regio worden aansluitende leerlijnen ontwikkeld die overstappen gemakkelijker maken. Een mooi voorbeeld hiervan is het vmbo-mbo2-traject dat samen met het Udens College wordt gedaan. De studenten hoeven in dit project de fysieke overstap van het vmbo naar het mbo niet te maken. In de leergang vmbo-mbo2 volgen studenten maximaal 4 jaar onderwijs vanaf de bovenbouw van de basisberoepsgerichte leerweg van het vmbo. Zij blijven in hun vertrouwde omgeving les krijgen van hun eigen vertrouwde leraren en met één pedagogisch-didactische aanpak, terwijl ze wel een regulier mbo-2 diploma behalen. 6.2 Samenwerking met hbo s Middelbaar beroepsonderwijs leidt in eerste instantie op voor een beroep als vakman of als middenkader in een bedrijf; een aanzienlijk en stijgend deel van onze gediplomeerden stroomt echter door naar het hbo. In cursusjaar 2009/2010 hebben 701 Leijgraaf-studenten een niveau 4-opleiding met goed gevolg afgerond. Hiervan hebben 376 studenten ( = 52,4 %) hun opleiding voortgezet aan een hbo. In 2009 was dit ruim 40%. Fontys Hogescholen ( 133), Avans ( 102) en de Hogeschool Arnhem Nijmegen (94) waren de meest gekozen instellingen. De indeling van afdelingen bij hbo-instellingen wijkt in sommige gevallen af van de door De Leijgraaf gehanteerde afdelingsstructuur. Globaal genomen hebben Leijgraafstudenten als volgt gekozen: Economie/Recht/Communicatie/Marketing/Handel: 28 % Techniek/ICT: 32 % Maatschappelijke dienstverlening/gezondheidszorg/pedagogiek/ lerarenopleiding: 40 % Opvallend is het grote aantal studenten dat gekozen heeft voor een opleiding tot leraar basisonderwijs (55). In de beroepskolom vmbo-mbo-hbo krijgt de aansluiting vmbo-mbo veel aandacht. Niet verwonderlijk gezien de brede belangstelling die schooluitval en het behalen van minimaal een startkwalificatie (kwalificatieniveau 2 van het mbo) in maatschappelijk en politiek opzicht krijgen. De doorstroom mbo-hbo verdwijnt daardoor echter geenszins naar de achtergrond. De doelstellingen van de Lissabon-akkoorden impliceren dat op termijn minimaal 50% van de beroepsbevolking op hbo-niveau moet kunnen functioneren. Voor het mbo houdt dit in dat enerzijds de doorstroom naar het hbo moet toenemen en dat anderzijds de uitval van mbo-gediplomeerden op het hbo moet verminderen. De doorstroom vanuit mbo-4 naar het hbo is in 2010 toegenomen. Voor een belangrijk deel valt deze toename te verklaren uit de als gevolg van de economische crisis verslechterde arbeidsmarkt voor afgestudeerden. De door ROC de Leijgraaf in 2009 gestarte actie Upgrade Yourself (behoud en verdieping van kennis en kunde) heeft het doorstudeergedrag ook in 2010 gestimuleerd. Punt van zorg blijft het relatief grote aantal studiestakers/omzwaaiers met een mbo-achtergrond op het hbo. Positief is dat onze afstudeerders het vergeleken met andere ex-roc-studenten relatief goed doen. De afgelopen jaren heeft ROC de Leijgraaf zich met succes ingespannen om de contacten met de hbo s in de regio te intensiveren. De wijze waarop deze contacten vorm hebben gekregen, varieert per hbo. Samen met negen roc s uit Brabant en Limburg neemt ROC de Leijgraaf deel aan het overleg met Fontys Hogescholen. Aansluitingsverbetering en uitvalpreventie zijn in dit kader de sleutelbegrippen. De inzet van Kies Actief (voorheen de Fontys Competentiewijzer) blijkt een waardevol instrument in de doorlopende studieloopbaanbegeleiding mbo-hbo te zijn. RxH is de naam van het samenwerkingsverband tussen de Hogeschool Arnhem Nijmegen, ROC de Leijgraaf en een viertal Gelderse roc s. Ook hier staat de afstemming in loopbaanoriëntatie en keuzebegeleiding centraal. Contacten met Avans Hogescholen vinden op afdelingsniveau plaats. Naast de bestaande vierjarige hbo (bachelor) is de Associate degree (Ad), een wettelijk erkend hbo-diploma dat hoort bij een tweejarige opleiding, volop in ontwikkeling. Op het gebied van laboratoriumtechnische opleidingen werkt ROC de Leijgraaf samen met Hogeschool Arnhem en Nijmegen en ROC Rijn IJssel aan IJ-3. Eind 2010 is er hard gewerkt aan de aanvraag voor Het Centrum voor Innovatie Vakmanschap Chemie. Samen met Rijn IJssel, de hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) en enkele toonaangevende bedrijven uit de regio (Teijn Aramid, AKZO-Nobel, BLGG AgroXpertus B.V., Mead Johnson B.V.., Science Lynk, Intervet Boxmeer en MSD) is een partnership gevormd: IJ5 Lab. Begin 2011 is door staatssecretaris Halbe Zijlstra bekendgemaakt dat deze aanvraag is toegekend. 6.3 Samenwerking met ROC s en AOC s De samenwerking met andere roc s is voor ROC de Leijgraaf een vanzelfsprekendheid. Delen van kennis is onontbeerlijk in een tijd waarin de onderwijsontwikkeling in hoog tempo verloopt. De samenwerking richt zich deels op gezamenlijke kennisontwikkeling in landelijke projecten van het expertisecentrum beroepsonderwijs (ecbo) en het platform beroepsonderwijs (hpbo) en deels in meer regionale samenwerking om bijvoorbeeld de doorstroom vanuit het vmbo en naar het hbo te verbeteren. Landelijk participeren wij in projecten die kennis opbouwen rond onder andere onderwijslogistiek, loopbaanleren, effectief innoveren, integraal ontwerp van roc s, werkplekleren en kennisontwikkeling met het bedrijfsleven. Ook regionaal heeft ROC de Leijgraaf een rol in de ontwikkelingen. Zo waren we dankzij de samenwerking in het Brabants Beroepsonderwijs (alle mbo-instellingen en aoc s) in staat om voortvarend te kunnen opereren in het Brabantse crisisbestrijdigingsplan dat gericht was op het vasthouden en upgraden van gediplomeerde schoolverlaters om jeugdwerkloosheid te voorkomen. 6.4 Samenwerking met bedrijven De aanleiding voor het invoeren van competentiegericht onderwijs was de behoefte een betere aansluiting te krijgen tussen onderwijs en bedrijfsleven. In het moderne beroepsonderwijs staat daarom leren in de praktijk centraal. Dat gebeurt in binnenschoolse praktijksituaties, in projecten en door het werken aan werkelijke opdrachten uit het bedrijfsleven, maar vooral in de beroepspraktijkvorming (bpv). Op landelijk niveau zijn de reacties van het bedrijfsleven over de recente vernieuwingen niet onverdeeld positief. Uit onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat de extra tijd die een praktijkopleider besteedt aan begeleiding en beoordeling van een bol-student tijdens zijn beroepspraktijkvorming de afgelopen jaren ongevraagd is toegenomen met ongeveer 50%. Tevens zijn er kritiekpunten over de kwaliteit van de praktijkbegeleiding en de communicatie vanuit de scholen. Naar aanleiding van deze kritiek is in 2010 het bpv-protocol in werking 10

11 getreden. Hierin staan afspraken om de samenwerking tussen student, onderwijsinstelling, leerbedrijf en kenniscentrum kwalitatief en organisatorisch te verbeteren. Hoewel er landelijk dus behoefte is aan uniformering van afspraken is de waardering voor de organisatie en uitvoering van beroepspraktijkvorming (stage) door ROC de Leijgraaf goed. Periodiek onderzoek onder de leerbedrijven wijst uit dat we opnieuw een goede waardering ontvangen. De verschillende opleidingen hebben ondertussen alle een Raad van Advies met vertegenwoordigers van bedrijven of instellingen uit hun sector. Samenwerking tussen bedrijfsleven en ons onderwijs speelt ook een belangrijk rol voor het thema Een Leven Lang Leren en het daarvoor ontwikkelde onderwijsaanbod. Het organisatieonderdeel Cursussen & Trainingen dat belast is met het aanbieden van dit onderwijs stond in 2010 voor de nodige uitdagingen. De economische recessie en toename van concurrentie uit voormalige Oostbloklanden heeft in 2010 volop invloed op het bedrijfsleven uit onze regio. Onder andere Vos Logistics, Spierings Kranen en Unox worden geconfronteerd met gedwongen ontslagen. Het aangekondigde massaontslag bij farmaciebedrijf MSD, het voormalige Organon, moet als belangrijkste thema voor de Osse economie worden aangemerkt. Bovengenoemde ontwikkelingen hebben met name invloed gehad op de commerciële omzet van de afdeling Techniek & Samenleving. Een intensieve benadering van de logistieke markt met een maatwerkopleiding voor chauffeurs heeft daarentegen een buitengewone omzet opgeleverd voor opleiding Economie & Logistiek. Ondanks de turbulente ontwikkelingen is ROC de Leijgraaf er het afgelopen jaar in geslaagd het aantal verbindingen met instellingen en het regionale bedrijfsleven uit te breiden. Hiermee waarborgen we onze rol als kennisonderneming van, voor en door de regio. 6.5 Samenwerking met overheid In 2010 is de samenwerking met overheden vastere vormen gaan aannemen. Als eerste stap zijn naar aanleiding van de gemeenteraadsverkiezingen alle nieuwe colleges van B en W bezocht. Gesproken is over participatie (inburgering, educatie, vavo, re-integratie etc.) en innovatie in het midden- en kleinbedrijf (kennisplaza). Steeds maakten ook de diverse vormen van (sub)regionale samenwerking deel uit van de gesprekken. Een algemene conclusie uit de gesprekken is dat gegeven de uitdagingen waarvoor zowel de lokale overheden (maar ook de provincie) als het roc staan, samenwerking en transparantie noodzakelijk zijn. Transparantie over de doelgroepen, de vrijgemaakte middelen voor deze doelgroepen en de bezuinigen. Samen met de lokale overheden kijken wij naar vormen van samenwerking waarmee wij zoveel mogelijk bijdragen aan het verhogen van de participatie in de regio. In 2010 heeft ook de provincie Noord-Brabant aangegeven drastisch te moeten bezuinigingen. In de Agenda van Brabant trekt de provincie zich terug op haar kerntaken, die onder meer liggen in het regionaal economisch beleid en het versterken van het concurrerend vermogen van Brabant (regio s). Er wordt vanuit de kerndomeinen van provincie veel waarde gehecht aan het belang van de regio in een netwerksamenleving. Voor ROC de Leijgraaf betekende dit in 2010 dat de subsidieaanvraag Kennisplaza is aangehouden. De Provincie wil meer samenhang en synergie creëren tussen lopende en zich ontwikkelende initiatieven in de regio Noordoost-Brabant. Daartoe is tussen de kennisinstellingen (HAS Den Bosch, Avans Hogescholen, Koning Willem I College, ROC de Leijgraaf) met steun van de Provincie ingezet op een valorisatieaanvraag bij het ministerie van ELI (Economische zaken, Landbouw en Innovatie). Inmiddels is deze aanvraag toegekend. Ook in 2010 zijn de eerste stappen gezet om Kennisplaza met als brandpunt Land van Cuijk en Kop van Noord Limburg te ontwikkelen. Daartoe worden stappen ondernomen om met de regio het project subsidiabel te maken in het Interreg programma. Hier zal medio 2011 de uitkomst bekend zijn. In 2010 en ook in 2011 wordt verder gewerkt aan het kwartiermaken van Kennisplaza met steun van de 5-sterren regio. Kennisplaza is als generiek project binnen de context van Food, Health en Pharma een speerpunt binnen de 5-sterren regio. In 2010 is de regio Noordoost-Brabant succesvol geweest in de bestrijding van jeugdwerkloosheid (onderdeel van de crisismaatregelen van het kabinet Balkenende IV). De regionale taskforce Jeugdwerkloosheid heeft het project Loopbaanleren & Arbeidsmarkttoeleiding eind 2010 gehonoreerd. Ook een voortzetting van het project School-Ex is voor 2011 goedgekeurd. ROC de Leijgraaf participeert in diverse regionale overlegvormen waarin Overheid-Onderwijs-Onderneming elkaar raken en versterken. Participatie in de adviesraad IBE (Revus regio), As-50, platform Noordelijke Maasvallei en 5-sterren regio zijn voor ROC de Leijgraaf van groot belang. 6.6 Samenwerking met werkpleinen Ook in 2010 heeft het roc een structurele bijdrage geleverd aan de invulling van de drie Werkpleinen in de regio: Oss/Maasland, Frisselstein (Veghel/Uden) en Land van Cuijk. Op ieder werkplein is vanuit het roc een trajectbegeleider actief voor minstens een dag in de week. Zij vervullen de rol om samen met de partners alle binnenkomende vragen van opdrachtgevers, bedrijven/instellingen en individuele cliënten snel en goed af te handelen. De multidisciplinaire teams komen samen om bijzondere vragen of situaties vanuit verschillende invalshoeken te bespreken, waardoor de beste oplossing gekozen wordt. Het Loopbaancentrum levert de medewerkers die zo voor het hele roc het portaal vormen. Ook in het kader van de realisatie van de projecten uit het Convenant Jeugdwerkloosheid vormen zij de spil. In 2011 krijgt de regiobrede overlegstructuur vorm waardoor sociaal-economische vragen uniformer en adequater kunnen worden aangepakt. 7. Onderwijskundig verslag 7.1 Horizononderzoek De ambitie van ROC de Leijgraaf is: transformatie naar een kennisonderneming. Om deze ambitie te realiseren is de afgelopen jaren een grootschalig veranderproces in gang gezet onder de noemer integraal herontwerp. Dit herontwerp steunt op vijf pijlers, te weten: 1. Beroepsgerichte didactiek & pedagogiek; 2. Begeleiding van studenten; 3. Maatwerk/Flexibiliseren; 4. Werken in teams; 5. Regionale inbedding. Wij laten dit vernieuwingsproces onderzoeken door o.a. prof. dr. Sietske Waslander en drs. Maaike van Kessel. Het onderzoek is bekend onder de naam Horizononderzoek. In 2010 is als onderdeel van het onderzoek een rapport verschenen waarin de ontwikkelingen binnen De Leijgraaf in het jaar 2009 (het eerste onderzoeksjaar) beschreven zijn. Deze beschrijving is gebaseerd op interviews en een analyse van de belangrijkste kwantitatieve gegevens van het roc. Hieruit blijkt dat de vijf pijlers in de gehele organisatie bekend, herkend en zichtbaar zijn. Op alle pijlers zijn aantoonbare resultaten geboekt en de samenhang tussen beleid en 11

12 uitvoering is gemiddeld goed. De ontwikkeling in de pijler werken in teams is het minste. Tevens is in 2010 een onderzoeksrapport verschenen waarin de eerste bevindingen van een aantal casestudies worden beschreven. De casestudies vinden plaats bij het team Horeca binnen de afdeling Economie, maatschappelijke zorg bij GWO&O, laboratoriumtechniek bij Techniek &ICT, en AKA bij het Loopbaancentrum. Deze teams worden gedurende meerdere jaren gevolgd, waardoor inzichtelijk wordt hoe het integraal ontwerp zich ontwikkelt binnen de verschillende teams. Het Horizononderzoek wordt binnen het roc gevolgd door een klankbordgroep waarin alle afdelingen vertegenwoordigd zijn. Er is nadrukkelijk voor gekozen om ook docenten en een afvaardiging van de medezeggenschapsraad op te nemen in deze klankbordgroep. De groep komt gemiddeld twee keer jaar bijeen om de producten van de onderzoeksgroep te bespreken. 7.2 Kwalificeren; competentiegericht onderwijs In de kaderbrief voor schooljaar die gericht werd aan de onderwijsafdelingen kwamen deze vijf pijlers uiteraard terug. Er werd gewezen op het blijven werken aan goed onderwijs zoals ons dat voor ogen staat met als leidraad de vijf pijlers van ons integraal herontwerp: Praktijkleren als beroepsdidactiek Loopbaanleren als begeleidingsmethodiek Invoering van de ballenbak om flexibiliteit in tijd en inhoud te realiseren Regionale inbedding, kern van onze missie Resultaatverantwoordelijke teams als eenheid van productie van beroepsonderwijs Schooljaar stond in het teken van de basics op orde. Niets is meer funest voor ons imago dan dat we de basale zaken niet op orde hebben. En terecht, onze studenten hebben immers recht op voldoende onderwijstijd, de juiste informatie over hun opleidingstraject, passende onderwijsvormen, begeleiding en coaching door bevoegd en bekwaam personeel en goede examinering. Er is dus sterk gestuurd op het realiseren van de 850 klokurennorm, verbeteren van de studiewijzers en aanbieden van instrumenten en scholing op het gebied van curriculumontwikkeling Praktijkleren als beroepsdidactiek Competentiegericht onderwijs betekent binnen de Leijgraaf dat de praktijk centraal staat. De gehele leerweg bestaat uit een mix van ondersteunend theoretisch leren, binnenschools praktijkleren en buitenschools praktijkleren. Onze studenten zijn de toekomstige werknemers van de regio. Bedrijven in de regio zijn nauw betrokken bij het aansluiten van de opleiding op de toekomstige werkplek. Bedrijven en instellingen zijn mede betrokken bij het ontwikkelen van onderwijsprogramma s, als leerbedrijf en als werkgevers voor studenten die een diploma behaald hebben. Naast beroepspraktijkvorming en praktijkonderwijs geven de verschillende onderwijsclusters op eigen wijze vorm aan samenwerking met het bedrijfsleven of instellingen door middel van praktijkleercentra. Onze praktijkleercentra zijn samen met bedrijven opgezet en zijn zeer divers van aard. Wij beschikken over een fabriek, een hotel, een restaurant, een fitnesscentrum en nog veel meer. In bijlage 1 kunt u de ontwikkelingen in een aantal praktijkleercentra lezen. Een voordeel van deze praktijkleercentra is dat er geleerd kan worden in de praktijk, maar wel onder begeleiding van een docent. Daarnaast is het in enkele praktijkleercentra mogelijk om fouten en storingen te simuleren. In 2010 ontving de opleiding Techniek & Samenleving een geautomatiseerd distributiesysteem van VanderLande Industries. Dit systeem is geplaatst in de X-factory. Hiermee kan in deze leerfabriek geoefend worden met moderne machines. Hiermee sluit onderwijs in deze praktijkomgeving nog beter aan op de laatste ontwikkelingen in het bedrijfsleven. Verder hebben we 30 november de Vrije Teugel feestelijk geopend, een bijzondere samenwerkingsverband tussen zorginstelling Dichterbij, ROC de Leijgraaf en Fitland. Een unieke combinatie van zorg, onderwijs en horeca onder één dak Loopbaanleren als begeleidingsmethodiek Tegenwoordig ligt de loopbaan van werknemers geen tientallen jaren meer vast. Zelfs niet als zij gediplomeerd zijn en hun droombaan hebben gevonden. Functies veranderen (bijvoorbeeld door technologische ontwikkelingen) en medewerkers hebben allerlei redenen om van baan te wisselen (meer keuze in beroepen, meer mogelijkheden om werk en privé te combineren). Bij studenten zien wij dat het door alle keuzemogelijkheden steeds moeilijker is geworden om keuzes te maken. Daarnaast zien wij dat bij competentiegericht onderwijs van studenten verantwoordelijkheid en zelfstandigheid gevraagd wordt. Dit sluit ook aan bij wat er straks in een baan van werknemers gevraagd wordt; zelf de tijd indelen en eigen verantwoordelijkheid nemen. Wanneer studenten weten wat ze willen zijn ze beter gemotiveerd voor de opleiding. Dit is dan ook één van de pijlers van ons beleid om vroegtijdige schooluitval te beperken. Dit betekent wel dat een goede begeleiding tijdens de studie erg belangrijk is. Elke student heeft een eigen coach. Deze coach begeleidt de student in het leerproces, hierbij gaat het om studieresultaten en studievoortgang, maar zeker ook om loopbaanleren. Kwaliteitenreflectie Motievenreflectie Werkexploratie Loopbaansturing Netwerken De competenties van loopbaanleren Wat kan ik? Wat wil ik? Waarom wil ik dat? Waar vind ik werk dat bij me past? Hoe bereik ik dat? Wie kan me daarbij helpen? Het project Loopbaanleren in competentiegericht onderwijs had tot doel om studenten in staat te stellen een stabiele beroepswens te ontwikkelen en daardoor betere studiekeuzes te maken (Loopbaanleren). Centraal hierin staat het op gang brengen van een trialoog tussen student, docent/coach, praktijkopleider/werkgever. Om deze trialoog op gang te brengen zijn instrumenten ontwikkeld die zich richten op de beïnvloeding van het gesprek. Partners in het project waren ROC de Leijgraaf, bedrijven uit de regio Noordoost-Brabant, vmbo-scholen uit de regio, de Haagse Hogeschool, KPC Groep en landelijke kenniscentra. In 2010 vond de afronding plaats van het project loopbaanleren. Hierdoor komt nu de nadruk te liggen op borging: wat moet er op de afdelingen gebeuren om de resultaten van het project te implementeren? Er zijn hiervoor in 2010 borgingsplannen opgesteld. Alle borgingsplannen bevatten een onderdeel kennisdeling/kennisontwikkeling. Daarnaast bevatten alle borgingsplannen een scholingscomponent. Loopbaanleren zal dus ook na afronding van het project een belangrijk onderdeel blijven van ons onderwijs Invoering van de ballenbak om flexibiliteit in tijd en inhoud te realiseren In 2010 is de ontwikkeling van competentiegericht onderwijs verder voortgezet. Flexibilisering en samenhang stonden hierbij centraal. Met name op het gebied van flexibiliseren zijn in 2010 stappen gezet, namelijk: door het inzetten van vrije keuze leereenheden is een grote stap gezet in het mogelijk maken van eigen keuze in het onderwijsprogramma. In 2010 zijn de vrije keuze leereenheden verder uitgebouwd. Vrije keuze leereenheden blijken te voorzien in een behoefte bij onze studenten. Hierbij is het mogelijk om leereenheden buiten de eigen afdeling te volgen. In de eerste periode heeft 47% van de studenten gekozen voor een leereenheid buiten de eigen afdeling. Voor docenten zijn instrumenten ontwikkeld om vrije keuze leereenheden te ontwikkelen, zoals een format van de studiewijzer. 12

13 Het ontwikkelen van nieuwe vkl s is lastiger dan gedacht, het format ondersteunt deze ontwikkeling. De organisatie van deze vrije keuze leereenheden kan beter, met name de monitoring van het keuzeproces en de aan- en afwezigheidsregistratie moet beter georganiseerd worden. In de organisatie van flexibel onderwijs zijn op roc-niveau zowel inhoudelijk als in de ontwikkeling van de systemen flinke stappen gezet. Daardoor konden wij ook een pilot inbrengen in een groot landelijk project dat de onderwijslogistiek voor de totale sector verder doorontwikkelt. Binnen De Leijgraaf staan we nu voor de volgende stap in flexibiliseren van het onderwijs. Om deze stap goed te kunnen zetten is er in 2010 een werkgroep ingesteld die zich buigt over de inhoudelijke, logistieke en organisatorische uitwerking van het onderwijsmodel. Hoofdonderwerpen zijn studenten, onderwijsontwikkeling, uitvoering van het onderwijsproces, planning, systemen, locaties, betaalbaarheid en eisen aan medewerkers en management. De werkgroep zal begin 2011 zijn rapportage opleveren. Ten aanzien van samenhang in onderwijskundig beleid is in 2010 verder gewerkt aan het onderwijskundig instrumentarium. Hierbij is doorgegaan met het vastleggen van competentiegerichte curricula in de daartoe aangepaste studiewijzers. Daarnaast is het digitaal portfolio en de competentiemonitor verder ontwikkeld. Het gebruik van het digitaal portfolio wordt steeds breder en intensiever Landelijke Speerpunten Naast de ontwikkeling van competentiegericht onderwijs zijn er ook landelijk verschillende thema s waarin het beroepsonderwijs een belangrijke rol speelt. In de volgende paragrafen lichten wij toe hoe wij deze landelijke thema s hebben vertaald binnen ROC de Leijgraaf Leren Loopbaan Burgerschap Op dit gebied is niet zoveel veranderd bij ROC de Leijgraaf in In mei 2010 heeft de MBO Raad namelijk een nieuw voorstel Loopbaan en burgerschap in het mbo aan de staatssecretaris aangeboden. Een eventueel vernieuwde aanpak gaat in per studiejaar Tot die tijd blijft het brondocument LLB 2007 van kracht en geldt de tijdelijke constructie waarbij de instelling een verantwoordingsdocument LLB opstelt, op basis waarvan het inspectietoezicht plaatsvindt. De inspectie weegt de bevindingen niet mee in het eindoordeel over de examenkwaliteit van de opleidingen Taal en rekenen Ten aanzien van taal en rekenen is er in 2010 wél heel veel gebeurd. In 2010 stroomden de eerste studenten in die hun opleiding gaan afsluiten met een centraal ontwikkeld examen voor taal en rekenen. Wij willen ervoor zorgen dat deze groep goed toegerust aan dat examen gaat deelnemen. ROC De Leijgraaf heeft de kaders van de minister ten aanzien van taal- en rekenbeleid vertaald in een zogenaamde drieslag. Begin 2010 bestonden er verschillen tussen de afdelingen ten aanzien van het taal- en rekenbeleid. Op sommige plaatsen stond dit nog in de kinderschoenen, elders werden wel activiteiten ontplooid. Dit heeft veel te maken met de aard van de opleiding. Het is logisch dat rekenonderwijs bij de technische opleidingen een andere plaats inneemt dan bij de zorgopleidingen. De invoering van de taal- en rekenniveaus waarop geëxamineerd gaat worden gaf ons de mogelijkheid inzicht te krijgen in de prestaties van onze studenten. Begin 2010 was er geen inzicht in de aantallen studenten die voldoen aan het examenniveau. In de aanpak van taal en rekenen is in 2010 de aandacht met name uitgegaan naar: 1. in beeld brengen van de prestaties van studenten; 2. realiseren van extra taal- en rekenondersteuning; 3. ontwikkelen van een leerlijn Nederlands en rekenen voor de bol niveau 4-opleidingen; 4. analyse van de prestaties van studenten; 5. de basis leggen voor succesvol taal- en rekenbeleid; 6. opzetten van een informatie- en overlegstructuur. Nu het eerste projectjaar is afgerond, zijn voor bovenstaande speerpunten de volgende resultaten te melden. 1. Bij 2717 eerstejaars heeft bij aanvang van de opleiding de nulmeting taal en rekenen plaatsgevonden. 2. Op drie hoofdvestigingen zijn ctr s (Centrum Taal en Rekenen) ingericht. In deze centra krijgen studenten met achterblijvende resultaten ondersteuning bij Nederlands en rekenen. 3. Het opstellen van leerlijnen Nederlands en rekenen is in ontwikkeling. Voor alle opleidingen is deze minimaal voor de eerste 2 leerjaren afgerond. Voor sommige opleidingen ook voor andere leerjaren en niveaus en leerwegen. 4 De toetsresultaten zijn gebruikt om de voorgenomen projectactiviteiten te evalueren en bij te stellen. De toetsresultaten geven het volgende beeld: Niveau 1-2 Deelvaardigheid Serieuze achterstand Beoogde eindniveau behaald Lezen 12 % 28 % Luisteren 1 % 77 % Schrijven 29 % 20 % Rekenen 28 % 19 % Niveau 3-4 Deelvaardigheid Serieuze achterstand Beoogde eindniveau behaald Lezen 17 % 20 % Luisteren 7 % 50 % Schrijven 54 % 5 % Rekenen 66 % 2 % Eerste slag Tweede slag Taal/rekenen gericht op uitvoering van het beroep Taal/rekenen gericht op algemene niveauverhoging en onderhouden van taal-/rekenniveau s van studenten waardoor de taal en rekentaken in de eerste slag uitgevoerd kunnen worden Door Onderwijsafdeling Onderwijsafdeling Derde slag Extra taal/reken onderwijs Centrum voor Taal en Rekenen Onder serieuze achterstand wordt verstaan dat de student meer dan één niveau van het beoogde eindniveau verwijderd is. Deelnemers bij niveau 1 of 2 scoren hier dus onder niveau 1F. Bij de toetsgegevens vallen twee vaardigheden op: rekenen en schrijven. Aan de lage scores voor schrijfvaardigheid liggen regelmatig hiaten ten grondslag liggen die relatief makkelijk bij te spijkeren zijn. Voor rekenen ligt dit anders. 5. Om een basis te leggen voor toekomstig taal- en rekenbeleid is met name ingezet op betrekken en scholen van docenten. Alle taal- en rekendocenten zijn op de hoogte gebracht van de ontwikkelingen en 13

14 hebben met het nieuwe referentiekader kennisgemaakt. Op verschillende afdelingen hebben verdiepingsbijeenkomsten plaatsgevonden. Verder is een veertiental docenten opgeleid als taalcoach. Zij hebben de taak de teams te ondersteunen bij het vormgeven van taalbeleid. Op verschillende afdelingen is daarnaast een begin gemaakt met de scholing van de overige docenten. 6. Binnen de afdelingen zijn projectgroepen taal en rekenen gestart. Deze groepen bestaan uit vertegenwoordigers van alle opleidingsteams. Op deze wijze is geborgd dat ieder team geïnformeerd wordt over de ontwikkelingen ten aanzien van taal en rekenen en dat ze hun onderwijs hierop kunnen inrichten. Andersom wordt in deze projectgroepen de voortgang per team gemonitord. Vanuit deze groepen is één lid afgevaardigde in de roc-brede projectgroep taal en rekenen. In deze roc-brede projectgroepen wordt beleid geformuleerd en wordt de voortgang van de implementatie gemonitord. Conclusies: Voor 2011 zijn nieuwe speerpunten benoemd: Verhoogde aandacht voor het onderdeel rekenen. In het eerste projectjaar is een stevige basis gelegd voor de activiteiten van de tweede en derde slag: het uitvoeren van taalen rekenlessen en voor de ondersteuning in het ctr. In 2011 zullen deze verder worden verstevigd. Er zal een aanvang worden gemaakt met het concretiseren van de eerste slag: rekenen en taal geïntegreerd in de beroepsgerichte opleidingsonderdelen. Voor het organiseren en afnemen van de centrale examens zal een examenbureau worden ingericht. 7.3 Doorleren: evc In de beroepspraktijk zijn er voortdurend veranderingen en dat geeft de behoefte tot bij- en omscholing. Daarom bieden wij aan medewerkers in bedrijven in Noordoost-Brabant de mogelijkheid om door te leren. Dit kan op meerdere manieren, bijvoorbeeld door een cursus bij ons te volgen, een ervaringscertificaat aan te vragen of een beroepsopleiding te kiezen. Evc staat voor ervaringscertificaat. Dit is een methode om competenties zichtbaar te maken en te erkennen. Een evc-procedure omvat inventarisatie van persoonlijke competenties, vergelijking daarvan met een bepaalde opleidingsstandaard en een vorm van erkenning van de competenties. Aantal aanmeldingen Afgeronde trajecten Advies maatwerkscholing 24 Advies diplomering 51 (27 keer certificaat goed gastouderschap) Voortijdig staken procedure 37 Doorlopend in Evc stond in 2010 stond in het teken van het gastouderproject, in dit kader heeft het evc-centrum in studenten van verschillende gastouderbureaus gehad, zoals gastouderbureau Lokowo en Fides. Daarnaast heeft in 2010 het evc-centrum weer studenten van Dichterbij gehad, 42 in totaal. We zien een terugloop in studenten van UWV-werkbedrijf en gemeenten. In 2010 kregen we negentien studenten uit deze hoek aangemeld. Daarnaast worden steeds meer kandidaten van de instellingen Cello en SWZ aangemeld. Ook hebben we dit jaar weer vier studenten van Defensie aangemeld gekregen. Ten aanzien van evc s is landelijk een kwaliteitsslag ingezet. Ook voor ons evc-centrum betekende dit dat we kritisch naar ons product hebben gekeken en dat we aanpassingen hebben gedaan. Van elke evc-aanbieder wordt beoordeeld of hij voldoet aan de landelijke evc-kwaliteitscode. Sinds dit jaar worden de evc-aanbieders niet beoordeeld door de onderwijsinspectie, maar door een beoordelende instantie. ROC de Leijgraaf is beoordeeld door de instantie Hobéon. Iedere erkende evc-aanbieder moet zich nu per crebo laten erkennen. Indien een evc-aanbieder voor een crebo een erkenning heeft, dan kan de opdrachtgever gebruik maken van de subsidie WVA in het kader van de kosten voor een evc-traject. Daarnaast staat de erkende evc-aanbieder met zijn erkende crebo s vermeld in het landelijke evc-register op de site van Kenniscentrum EVC. Net voor de kerstvakantie op 21 december heeft het evc-centrum een audit gehad en zijn we beoordeeld. We ontvangen een erkenning van 3 jaar voor de volgende crebo s: Medewerker maatschappelijke zorg, Medewerker volwassenenwerk, Medewerker gehandicaptenzorg, Helpende zorg & welzijn en Pedagogisch werk niveau 3. Daarnaast ontvangen we een erkenning van 1 jaar voor Pedagogisch werk niveau Participeren Wij zijn van mening dat onze maatschappelijke opdracht een bredere is dan alleen verzorgen van goed beroepsonderwijs. Daar waar wij van betekenis kunnen zijn voor de regio Noordoost-Brabant en haar bewoners willen wij deze rol pakken. Dat betekent dat we er ook moeten zijn voor integratie en re-integratietrajecten voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Kortom, De Leijgraaf wil zijn maatschappelijke opdracht blijven waarmaken en dat bieden waar de regio om vraagt. Wij vinden het belangrijk dat mensen in de regio deelnemen aan onze maatschappij. Ons handelsmerk is hierbij het leveren van maatwerk voor jongeren en volwassenen. Dit gebeurt in een praktijkgerichte omgeving waardoor studenten de meeste kans hebben op een succesvolle overstap naar een opleiding, naar de arbeidsmarkt of volwaardige participatie in Nederland. Dit hebben wij georganiseerd in ons loopbaancentrum. In 2010 is het WEB-budget voor het Loopbaancentrum aanzienlijk verkleind: zo n 25% van het budget is overgeheveld naar het beroepsonderwijs ter versterking van het reken- en taalonderwijs. Het Loopbaancentrum heeft de opdracht gekregen in het Centrum Taal en Rekenen de taal- en rekenvaardigheid van de mbo-studenten remediërend te trainen. De gemeenten zijn sinds 2009 afzonderlijk verantwoordelijk voor de besteding van het aan hen toegekende WEB-budget. Voorheen werd er over de hele regio gewerkt met een gezamenlijke productovereenkomst voor de veertien gemeenten. Het WEB-budget is binnen het participatiebudget beschot hetgeen betekent dat er geen overheveling kan plaatsvinden naar of van het inburgerings- of WWB-deel. In 2011 wordt het WEB-budget opnieuw gekort met 19%. Met de gemeenten is overeenstemming bereikt over de verdeling van de middelen tot medio 2012 waarbij de vavo-voorziening op het peil van juni 2010 blijft. Dit betekent dat er minder trajecten voor laaggeletterden en staatsexamenkandidaten kunnen worden ingezet. Wat de inburgering betreft heeft 2010 een stijging laten zien ten opzichte van 2009 in het aantal uitgevoerde trajecten. Kort na de zomer is bekend gemaakt dat de regering in drie jaar tijd het Wet inburgeringsbudget zeer sterk wil verkleinen tot minder dan 1/3e van het budget voor Voor 2011 betekent dit voor het Loopbaancentrum een reductie van de WI-omzet met 15%. Het Loopbaancentrum richt zich de komende jaren op een nieuwe en duidelijkere positionering in de participatie-, re-integratie- en employabilitymarkt. Zowel trainingen en opleidingen als jobcoaching en jobhunting rekenen wij tot onze core business hoewel het accent op de eerste twee ligt. De combinatie van de participatietrajecten van het Loopbaancentrum met het beroepsonderwijs is een sterk punt van het roc in deze markt waarop het Loopbaancentrum dan ook extra inzet door het aanbieden van gecombineerde en geïntegreerde trajec- 14

15 ten. Afhankelijk van de wens of opdracht van een gemeente, bedrijf of UWV-werkbedrijf kunnen trajecten ingezet worden die gericht zijn op het begeleiden van mensen naar een hogere trede op de participatieladder of een bestendiging of verbetering van de positie op een trede (sociale activering) Leven lang leren In 2008 en 2009 heeft ROC De Leijgraaf samen met haar partners in de regio met behulp van subsidies van de projectdirectie Leren & Werken (OCW/SZW) en Provincie Brabant, een goede infrastructuur op kunnen zetten om een Leven lang leren mogelijk te maken. In de eerste helft van 2010 zijn al deze subsidietrajecten met een volledige beschikking goedgekeurd en afgerond. Ook in 2010 is volop gebruikgemaakt van de infrastructuur: de leerwerkloketten op de werkpleinen kenden een groeiend aantal bezoekers, die bovendien aangaven tevreden te zijn over de dienstverlening. De Leijgraaf is een van de partners die de bemensing van deze loketten voor haar rekening neemt. de werkgeversbenadering van de verschillende regionale partners vindt steeds meer in afstemming plaats. Onder meer via coördinatie in het sectorservicepunt Zorg & Welzijn, en het sectorservicepunt Detailhandel; in beide participeert De Leijgraaf actief. Maar ook door persoonlijke contacten tussen de accountmanagers van De Leijgraaf, de adviseurs van de kbb s, de werkgeversadviseurs van het UWV en de gemeenten, et cetera. Het Servicepunt Leren & Werken organiseert ook uitwisselingsbijeenkomsten, waardoor het netwerk steeds hechter wordt. het evc-centrum van De Leijgraaf krijgt een steeds steviger positie in de regio. Zie elders in dit verslag. ROC de Leijgraaf kent nog steeds een groeiend aantal opleidingstrajecten op maat voor bedrijven en instellingen. Om een extra kwaliteitsimpuls te geven aan de beroepsopleidingen die wij verzorgen voor volwassenen participeren we sinds eind 2008 in het project Werkplekleren. Een doorbraakproject met subsidie van HPBO waarin naast De Leijgraaf nog vijf andere scholen en hun regio participeren. In onze regio werken we in dit onderzoeksproject samen met Dichterbij en MSD. Doel is om een model te beschrijven voor het leren van volwassenen. In 2010 heeft het IVA op een aantal thema s onderzoek gedaan bij ons en bij de andere regio s die in het project participeren. Zo is er onder meer een rapport verschenen over het leren en werken van volwassenen, waarin good practices vergeleken zijn. Op dit moment loopt er nog een deelonderzoek naar de werkplekanalyse. Op basis van de onderzoeksresultaten, ervaringskennis en literatuurstudie is een werkgroep inmiddels volop aan de slag met de beschrijving van een model voor het leren van volwassenen. In februari 2010 is er vanuit HPBO een audit geweest op het project. Mede vanwege de aanbeveling vanuit deze audit om te focussen, is tussen maart en mei gewerkt aan een herzien plan van aanpak. Vanuit dit plan van aanpak wordt nu heel gericht gewerkt aan de realisatie van de doelstellingen, zodat zomer 2011, de einddatum van het project, de geplande producten beschikbaar zijn. 7.5 Innoveren: Kennisplaza Kennisplaza is de plek waar het midden- en kleinbedrijf en creatieve starters terecht kunnen met innovatiegerichte vragen aan de regionale kennisinstellingen. Het doel van Kennisplaza is drieledig, namelijk het stimuleren van samenwerking tussen bedrijven en opleiders, kennistransfer van opleiders via studenten en docenten naar werknemers en omgekeerd en tenslotte het creëren van een boeiende leeromgeving voor alle betrokken partijen. Innovatiekansen Gedurende 2010 ontving Kennisplaza ruim 50 aanvragen voor ondersteuning bij de uitvoer van innovatieve projecten. In een aantal gevallen leverde dit werk op waarbij zowel studenten als docenten betrokken waren en in een aantal gevallen werd de inzet beperkt tot een docent of stagiaire. Een aantal projecten is toegewezen aan hogeronderwijsinstellingen omdat de benodigde kennis daar beter voorhanden is. Dat er sprake is geweest van een diversiteit aan aanvragen verduidelijken de volgende voorbeelden; het ontwikkelen van een automatische handlift voor het plaatsen van deuren in de bouw, het uitvoeren van een vestigingsplaats onderzoek voor een modeketen en de ontwikkeling van een digitaal muziekapparaat voor de Horeca. Ondernemerskringen Ongeveer twintig personen hebben deelgenomen aan onze ondernemerskringen. Onder leiding van docenten van ROC de Leijgraaf en managers van grote bedrijven wisselen ze ervaringen uit en werken ze samen aan hun bedrijfsstrategie. Docenten verzamelen op deze wijze kennis en cases over vragen en behoeften die in het bedrijfsleven spelen. Daarnaast bouwt ROC de Leijgraaf een vertrouwensrelatie op die vaak leidt tot nieuwe opdrachten voor docenten en studenten. Intensivering samenwerking met andere kennisinstellingen Samen met Avans Hogeschool, HAS Den Bosch, Koning Willem 1 College en de Ondernemerslift is een subsidieaanvraag ingediend bij OP Zuid met als doel de krachten van de regionale kennisinstellingen te bundelen en als één loket naar buiten te treden voor vragen vanuit het mkb. Hoewel de aanvraag ontvankelijk is verklaard, is er geen bijdrage ontvangen wegens sluiting van het betreffende loket. Wel is er een subsidie vanuit de 5 sterrenregio ontvangen voor het kwartiermaken van de samenwerking tussen de vijf partners. Momenteel wordt gewerkt aan een haalbaarheidsonderzoek voor Kennisplaza, het loket van de regionale onderwijsinstellingen voor innovatieve vraagstukken uit de regio. 7.6 ROC de Leijgraaf; school zonder uitval De ambitie van ROC de Leijgraaf is een school zonder uitval te zijn. Dit houdt in dat geen enkele student, zonder gebruik te hebben gemaakt van de juiste zorg of begeleiding, ROC de Leijgraaf mag verlaten. Onder de projectnaam Integraal Deelnamebeleid proberen we deze doelstelling te bereiken. Als het gaat om uitvallen op het mbo scoort ROC de Leijgraaf met 5,7 % voortijdig schoolverlaters landelijk het best van roc s waar opleidingen worden aangeboden waarbij sprake is van een drempelloze instroom. Het beleid van ROC de Leijgraaf met betrekking tot het voorkomen van uitval is gebouwd op een goede samenwerking met de toeleverende scholen, alsook met de diverse gemeentes in de regio. Samen dragen ze zorg voor een zo laag mogelijke uitval. Alleen zo kan een goede begeleiding van vmbo naar mbo worden gegarandeerd. Het Integraal Deelnamebeleid kent een viertal aandachtsgebieden met daaraan gekoppeld specifieke doelstellingen: 1. De overstap voortgezet onderwijs mbo 2. Monitoring en registratie verzuim en uitval 3. Interventie 4. Maatwerktrajecten afgestemd op de individuele student De activiteiten van Kennisplaza hebben zich afgelopen jaar geconcentreerd rondom een drietal thema s; innovatiekansen, ondernemerskringen en intensivering van de samenwerking met andere kennisinstellingen. 15

16 7.6.1 De overstap voortgezet onderwijs - mbo: Verhoging van de kwaliteit van de instroom vanuit het voortgezet onderwijs naar ROC de Leijgraaf moet leiden tot een bewuste en goed ondersteunde keuze voor een vervolgopleiding. Naast het verder professionaliseren van voorlichtingsactiviteiten is het borgen van de warme overdracht speerpunt van het beleid. Het feit dat iedere aangemelde student wordt uitgenodigd voor een persoonlijk intakegesprek en het maken van sluitende afspraken over doorlopende leerlijnen en zorglijnen moet een succesvolle overstap borgen. Op initiatief van het College van Bestuur is per januari 2010 onder de naam effectieve instroom een project gestart. Dit project heeft als doelstelling: Organiseer een effectief instroomproces dat gericht is op het plaatsen van zoveel mogelijk studenten op een optimaal passend traject (inhoud opleiding, soort begeleiding, ) vanaf de start. We noemen dit first time right. Definieer Definieer het project evaluatie Meet Stel de meerwaarde vast Controleer het meetsysteem Voer een nulmeting uit evaluatie Analyseer Bepaal de doelstelling Breng de mogelijke factoren in kaart Beoordeel de factoren evaluatie Verbeter Verminder de factoren Controleer het meetsysteem Bepaal de tolerantie van de factoren evaluatie Borg Controleer het proces Borg de verbeteringen Vertaal de verbeteringen Daarmee beogen we uiteindelijk (nog) minder uitval te realiseren; De gebruikte aanpak is de Six Sigma Methodiek. Plusdelta begeleidt De Leijgraaf in het werken volgens deze methodiek, waarbij doel is om in volgende projecten zelf de methodiek te kunnen hanteren. In de meet- en analysefase is van februari tot april het hele instroomproces (van aanmelding en plaatsing, tot overdracht van de intakeinformatie naar de coach of begeleider) onder de loep genomen. Vele sleutelfunctionarissen uit het instroomproces zijn hierbij betrokken. Uiteindelijk heeft dit geresulteerd in een verbeterplan en een conceptschets van een eenduidig procesmodel. Zie afbeelding 1. In de periode mei juli 2010 zijn de stappen in het procesmodel en de sturing verder ontworpen. Ook zijn werkgroepen per afdeling geformeerd waarvan het de bedoeling is dat ze gedurende het project overgaan in lijn-overleggen. De afdelingswerkgroepen hebben van september december 2010 hard gewerkt aan: de detailuitwerking van het nieuwe proces tot en met de oplevering van nieuwe brieven en aanmeld- en intakeformulieren; het opstellen van plaatsingscriteria en screeningcriteria; het benoemen van verantwoordelijken in het proces op naam en in rol. Beeld van succes: Een klantvriendelijk, effectief en efficiënt instroomproces Beeld van succes: Een klantvriendelijk, effectief en efficiënt instroomproces Proces-sturing Aanmelden Screenen Zorgbehoefte bepalen Intake uitvoeren Intake plus uitvoeren plaatsen Leertraject bepalen Overdracht naar coach Niet plaatsen Eén procesmodel voor instroom Effectief screenen van aanmeldingen op aanvullende deelnemer behoefte Duidelijke en bekende beslissingscriteria voor plaatsing Afstemming met bekende info omtrent zorgbehoefte up-front Leertrajecten geven aan wat deelnemer nodig heeft; plaatsing beslist wat Leijgraaf kan bieden Proces gestuurd op basis van data afbeelding 1 Ook is gewerkt aan het beschikbaar maken van sturingsinformatie: procesindicatoren en indicatoren van effect zijn benoemd, er is een databestand en vanaf februari 2011 zijn er rapportages per team waarin maandelijks de indicatoren gerapporteerd worden. Al met al zijn we klaar voor de instroom van 2011 volgens het nieuwe proces en wordt het proces vanaf februari 2011 mede gestuurd op basis van data. In aansluiting op de regionale projecten (convenanten vsv van OCW en provincie Noord-Brabant) werden in 2010 de volgende maatregelen geconcretiseerd: Doorlopende Loopbaanoriëntatie en begeleiding (LOB), het borgen van de resultaten van het project Stick Together en het versterken van de zorgstructuur, waarbij zowel de fysieke warme overdracht als de professionalisering van zorgcoördinatoren/functionarissen speerpunten waren Monitoring en registratie verzuim en uitval Vroegtijdige signalering en nauwkeurige registratie moet leiden tot snelle interventie en sluitende aanpak. Doel hiervan is te komen tot het realiseren van wat het ministerie van OCW een sluitende belegging van verantwoordelijkheden rond externe meldingsvoorschriften met in achtneming van de wettelijke termijnen noemt. Voor De Leijgraaf kan hieraan interne meldingsvoorschriften met inachtneming van de afgesproken termijn worden toegevoegd. In 2010 is zowel de verzuimprocedure als de uitschrijfprocedure doorontwikkeld en is aan de afstemming hierover met het Regionaal Bureau Leerplicht een nieuwe impuls gegeven. In het registratieprogramma ipas wordt de verzuimregistraties duidelijker vastgelegd. Daarnaast hebben coaches en docenten realtime inzicht in het verzuimgedrag van hun studenten. Ouders en verzorgers van studenten worden tijdens ouderavonden geïnformeerd over ipas en de mogelijkheid om het verzuimgedrag van zoon of dochter te monitoren. Het door De Leijgraaf gehanteerde systeem voor aanwezigheidsregistratie (ipas) werd in 2010 uitgerold over alle afdelingen van het beroepsonderwijs. Voor het vavo staat cursusjaar 2010/2011 in de planning. Bovendien is er een dashboard voor het management gerealiseerd waardoor wekelijks informatie beschikbaar komt over verzuim, uitval en switchgedrag Interventie en maatwerk De noodzakelijke vervolgstap na monitoring en registratie bestaat uit een tijdige en adequate interventie door de afdeling zelf en/of door 16

17 deskundigen van het Servicecentrum onderwijs in goede samenwerking met het regionaal bureau Leerplicht en RMC. Begeleiding en ondersteuning moet ertoe leiden dat de student het gekozen traject succesvol kan vervolgen dan wel op een verantwoorde wijze tot een andere keuze gebracht kan worden. In 2010 is de systematiek van doorverwijzing vanuit de afdeling naar het sco duidelijker in beeld gebracht en gecommuniceerd naar de betrokkenen. Het sco is de partner voor de teams en de afdelingen bij vragen m.b.t. studentbegeleiding. Doel hiervan is cursisten die op enigerlei wijze stagneren te ondersteunen, zodat uiteindelijk het diploma behaald wordt en de kansen op de arbeidsmarkt worden vergroot. In 2010 is het sco actief geweest met ruim 2000 meldingen m.b.t. studentbegeleiding. In onderstaand overzicht is te zien hoe daarbij de verdeling was over de verschillende aandachtsgebieden (een melding kan betrekking hebben op meerdere aandachtsgebieden). Beroepskeuze % Dyslexie % Motivatieproblemen % Gedragsproblematiek % Capaciteiten % Studievaardigheden % Verlengde intake % Sociaal-psychologische problematiek % Studie en handicap % Sociale vaardigheid/faalangst % Interculturele problematiek % Warme overdracht % Anders % Het sco biedt producten voor de coaches en voor studenten zoals ondersteuning bij de intake, diverse testen (zoals beroepskeuze, dyslexie, studievaardigheid), trainingen voor docenten (workshops, presentaties) en studenten (zoals faalangst), begeleidingsgesprekken. Sco speelt een belangrijke rol in de advisering aan coaches om de problematiek van een student in te brengen in het zorgadviesteam (ZAT), indien gesignaleerd wordt dat dit gewenst is (signaleringsfunctie). Ook vindt doorverwijzing plaats naar de ondersteuning op het gebied van Nederlands en rekenen in het Centrum voor Taal en Rekenen en individuele ondersteuning en remedial teaching op het gebied van Nederlands, Engels, rekenen/wiskunde, studievaardigheden, plannen en organiseren, Ondersteuning bij leerachterstanden en leerproblemen SCO biedt al jarenlang individuele ondersteuning en remedial teaching bij leerproblemen op het gebied van Nederlands, Engels, rekenen/ wiskunde, studievaardigheden, plannen en organiseren. In 2010 is daarnaast met het oog op de centrale examinering voor Nederlands en Rekenen, en gezien de geconstateerde achterstanden van onze instromende studenten op dit gebied, een Centrum voor Taal en Rekenen ingericht (zie ). Met name wat betreft de sociaal-emotionele/psychologische problematiek is de zorgstructuur bij De Leijgraaf in 2010 verder doorontwikkeld. Vanuit het uitgangspunt dat we voor deze problematiek de deskundigheid van de externe partners zo snel mogelijk willen kunnen inzetten, zijn er verschillende activiteiten: per regio (Land van Cuijk, Uden/Veghel, Oss e.o.) is er een zorgcoördinator. per regio organiseert de zorgcoördinator tweewekelijks een overleg van het Zorg Advies Team (gekozen is voor een mini-zat); vaste deelnemers zijn de zorgcoördinator en schoolmaatschappelijk werk. Hier vindt casuïstiekbespreking plaats en worden acties uitgezet om de verschillende interne en externe partners te betrekken in de begeleiding van een student en/of coach/ docententeam. Op verzoek sluiten bij deze partners ook aan bij het overleg (ongeveer 6-wekelijks zijn er in de praktijk externe partners (Novadic-Kentron, GGZ, leerplicht politie et cetera) aanwezig). verschillende externe partners hebben inmiddels ook een werkplek binnen de school, zodat de drempel naar zorg voor de studenten van De Leijgraaf zo laag mogelijk is en zodat zorg en onderwijs zo dicht mogelijk op elkaar georganiseerd zijn. Op dit moment zijn op alle locaties ambulant begeleiders en schoolmaatschappelijk werkers actief. Op één locatie zijn bovendien leerplichtambtenaren actief. In 2011 wordt dit verder uitgebreid. door de zorgcoördinatoren wordt twee keer per jaar een zorgbreedteteam georganiseerd. Hieraan wordt door schoolmaatschappelijk werk, leerplichtambtenaren, politie, GGD, GGZ, Novadic-Kentron, CJG en JJP deelgenomen. Vanuit het thema Van geval naar getal, worden thema s besproken en wordt nieuw beleid opgesteld. In het kader van de Wet op passend onderwijs is aangekondigd dat vanaf de gelden die nu worden uitgekeerd aan de regionale expertisecentra voor studenten met een rugzakje, direct naar de scholen zullen gaan. Scholen krijgen de plicht studenten die extra zorg nodig hebben goed en passend onderwijs te bieden. Scholen kunnen straks zelf bepalen waar ze de zorggelden aan uitgeven. Onze huidige inzet op het in de school halen van onze partners in de zorgstructuur, maar ook de activiteiten van het project Effectieve Instroom, waarbij we studenten met een maatwerkvraag op het gebied van zorg en/of onderwijs direct vanaf de intake een optimaal traject willen bieden, sluiten goed aan bij deze ontwikkeling van Passend Onderwijs. Wat betreft de aantallen studenten die gebruik maken van de diensten van het Servicecentrum onderwijs zien we dat de groei in het aantal meldingen nog altijd doorzet. De verwachting is dat dit de komende jaren met de inzet op Passend Onderwijs zo zal doorgaan. Daarbij kijken we dus goed hoe we ervoor kunnen zorgen dat dit niet altijd meer uitvoering van zorgbegeleidingstrajecten door De Leijgraaf zelf betekent, maar dat hier externe partners ingezet worden. In 2011 zullen we goed monitoren of we hierin slagen. Om cursisten weer terug te leiden naar een (beroeps)opleiding of naar de arbeidsmarkt zijn een tweetal nieuwe trajecten opgestart. Jongeren in Oriëntatie richt zich voornamelijk op cursisten op niveau 1 en 2 van het beroepsonderwijs, waarbij de problematiek duidelijk verder gaat dan alleen een keuzeprobleem. Door de inzet van de zogenaamde Scorenklas wordt getracht cursisten met een beroepskeuzeprobleem, afkomstig van de niveau 3 en 4-opleidingen, een verantwoorde nieuwe keuze te laten maken. 7.7 Aanpak en aantallen School Ex-kaarten In 2009 is vanuit de MBO raad School Ex opgezet. De aanpak van het School Ex-programma bestaat op hoofdlijnen uit twee elementen: een mobiliteitsregistratie het geven van opleidingsadviezen De mobiliteitsregistratie brengt in beeld wat examenkandidaten na het behalen van hun diploma willen gaan doen. Dit wordt vóór hun vertrek van school uitgevoerd. De examenkandidaten verkeren dan nog in hun schoolomgeving en kunnen dus gemakkelijk worden benaderd. De uitkomsten van de de enquête van jongeren die hun opleiding (willen) beëindigen en nog geen werk hebben, worden doorgeleid naar UWV-werkbedrijf, zodat UWV-werkbedrijf zo spoedig mogelijk een optimaal inzicht krijgt in de (potentiële) toestroom van schoolverlaters zonder werk uit het beroepsonderwijs. Zodoende kan het snel en adequaat inspelen op behoeften van deze categorieën door hun na de zomervakantie een bemiddelingstraject aan te bieden. De doelgroep van het School Ex-programma bestond uit studenten van ROC de Leijgraaf tot 27 jaar die mogelijk afstuderen in het schooljaar 17

18 2009/2010. Het primaire doel van het School Ex-programma is om de studenten te attenderen op het feit dat de kredietcrisis het soms lastig maakt om een baan te vinden en dat het wellicht verstandig is om door te leren. ROC de Leijgraaf heeft een resultaat op het School Ex-programma van 1402 geldige ingevulde kaarten, wat overeenkomt met een respons van 100,93%, afgezet tegen 1389 behaalde diploma s van De aanpak van het School Ex-programma is besproken met vertegenwoordigers van alle onderwijsafdelingen. Vorig jaar is het School Ex-programma middels de Upgrade Yourself campagne reeds goed onder de aandacht gebracht bij de coaches. Daarin stond het advies centraal aan afstudeerders die hun diploma mogelijk behalen om gezien de crisis niet de arbeidsmarkt op te gaan, maar door te leren door zich te verbreden of verdiepen. Aangezien dit al goed onder de aandacht is gebracht, is er in 2010 voor gekozen deze campagne niet te herhalen, maar om verschillende activiteiten uit te zetten richting het benaderen van de afstudeerders. Van 1402 afstudeerders van ROC de Leijgraaf is bekend wat hun antwoord is op de vraag: Wat ga je na het afronden van deze opleiding doen? De antwoorden waren als volgt: Doorstuderen hbo 25,1% Doorstuderen mbo 19,9% Leren en werken (mbo bbl) 17,4% Werken, ik heb al een baan 18,9% Werk zoeken 7,4% Iets anders doen 2,2% Weet het nog niet 9,1% 8. Behaalde resultaten 8.1 Algemene toelichting op de resultaten In dit hoofdstuk staan de resultaten die ROC de Leijgraaf heeft behaald. Grotendeels zijn dit de resultaten die begin 2011 zijn aangeleverd door DUO. De uitsplitsing naar niveaus en leeftijdsgroepen zijn gebaseerd op de gegevens die DUO in 2010 heeft aangeleverd. Deze deelresultaten liepen echter tot schooljaar De resultaten van schooljaar komen uit diverse bronnen, te weten de VK2-rapportage uit Bron (voor diplomaresultaat en jaarresultaat), de cijfers op de website aanval op schooluitval (voor vsv) en onze eigen jaarrekening (voor financiële indicatoren). Doordat zij uit diverse bronnen komen, zijn deze uitsplitsingen naar niveaus en leeftijd niet helemaal zuiver, maar ze geven wel een beeld van de globale ontwikkeling. 8.2 Deelnemersaantallen ROC de Leijgraaf heeft de afgelopen jaren een geleidelijke stijging van studentenaantallen meegemaakt. Deze stijging heeft zich in 2010 voortgezet. Hierbij dient wel te worden aangetekend dat het genoemde aantal studenten op 1 oktober 2010 vóór de definitieve controle van de accountant is vastgesteld. Er kunnen dus nog wijzigingen in dit aantal plaatsvinden. Aantal studenten bol, deeltijd bol en bbl 1 oktober oktober oktober okt-10 1-okt-09 bbl bol C & T DT bol INBUR KSE NT2 VAVO Eindtotaal Eindtotaal Economie G & W ICTO Loopbaancentrum Techniek Eindtotaal Diplomaresultaat Diplomaresultaat is door het ministerie van OCW gedefinieerd als het percentage studenten dat met een diploma het roc verlaat, ten opzichte van alle studenten die in het verslagjaar de instelling verlaten. In de onderstaande tabel staat het resultaat voor de afgelopen schooljaren: DR=Diplomaresultaat DR ROC de Leijgraaf 62,6% 64,6% 69,4% 74,3% DR vergelijkingsgroep 61,0% 62,3% 64,6% 66,7% DR jonger dan 23 66,9% 68,2% 70,4% DR 23 en ouder 53,8% 57,2% 71,3% DR Niveau 1 51,2% 50,9% 68,4% 78,30% DR Niveau 2 49,4% 60,0% 62,3% 71,10% DR Niveau 3 70,6% 71,2% 73,8% 82,60% DR Niveau 4 71,6% 71,5% 74,8% 77,90% 18

19 60.0% 50.0% DR Niveau % 90.0% 30.0% 80.0% DR Niveau % In 70.0% de onderstaande grafiek is te zien dat in schooljaar het diplomaresultaat voor alle opleidingsniveaus gestegen is. 60.0% 10.0% DR Niveau 3 0.0% 90.0% 50.0% DR Niveau % 40.0% 70.0% 30.0% DR Niveau % 20.0% 50.0% 10.0% DR Niveau 3 DR Niveau % 30.0% DR Niveau 4 DR Niveau % 10.0% DR Niveau 3 0.0% DR Niveau % % Ten 60.00% opzichte van het gemiddelde van de roc s heeft ROC de Leijgraaf een hoog diplomaresultaat. Tevens is in de onderstaande grafiek te zien dat de stijging gestaag doorzet % 80.00% 40.00% 70.00% 30.00% 60.00% 20.00% 80.00% 50.00% 10.00% 70.00% 40.00% 60.00% 30.00% 50.00% 20.00% 40.00% 10.00% 30.00% 20.00% 10.00% 0.00% De resultaten van de studenten ouder dan 23 jaar zijn in jaar duidelijk verbeterd. De diplomaresultaten zijn nu nagenoeg gelijk aan de resultaten van de studenten die jonger zijn dan 23 jaar. 80.0% % 40.0% Jonger dan 23 jaar 20.0% 23 jaar en ouder 80.0% 60.0% Jonger dan 23 jaar 40.0% % 20.0% Jaarresultaat 23 jaar en ouder Het jaarresultaat is door het ministerie van OCW gedefinieerd als het percentage gediplomeerde studenten die op 1 oktober waren ingeschreven op 60.0% een instelling ten opzichte van alle studenten op 1 oktober waren Jonger ingeschreven dan 23 jaar die in het verslagjaar de instelling verlaten plus de op 1 oktober 40.0% waren ingeschreven en een diploma halen. In onderstaande tabel staan de jaarresultaten van de afgelopen schooljaren. 20.0% 23 jaar en ouder 0.0% JR=Jaarresultaat DR ROC de Leijgraaf DR vergelijkingsgroep DR ROC de Leijgraaf DR vergelijkingsgroep DR ROC de Leijgraaf DR vergelijkingsgroep JR ROC de Leijgraaf 66,9% 67,9% 72,0% 74,8% JR vergelijkingsgroep 63,6% 63,6% 65,9% 67,5% JR jonger dan 23 70,4% 70,8% 71,6% JR 23 en ouder 55,2% 57,0% 70,1% JR Niveau 1 57,0% 58,3% 74,3% 79,50% JR Niveau 2 67,6% 70,1% 72,7% 75,40% JR Niveau 3 71,4% 68,1% 68,5% 76,20% JR Niveau 4 68,0% 67,9% 70,2% 74,50% 19

20 In 90.0% de onderstaande grafiek is te zien dat het jaarresultaat voor alle opleidingsniveaus verbeterd is. 80.0% 70.0% 90.0% 60.0% 80.0% 50.0% 70.0% JR Niveau % 60.0% 30.0% 50.0% JR Niveau % JR Niveau % 10.0% 30.0% JR JR Niveau Niveau % JR Niveau % JR Niveau 3 0.0% JR Niveau Hierbij scoort ROC de Leijgraaf weer beduidend beter dan het gemiddelde van de roc s % 74.00% 76.00% 72.00% 74.00% 70.00% 72.00% 68.00% 70.00% 66.00% JR ROC de Leijgraaf 68.00% 64.00% 66.00% JR JR vergelijkingsgroep ROC de Leijgraaf 62.00% 64.00% 60.00% JR vergelijkingsgroep 62.00% 58.00% 60.00% 58.00% Bij jaarresultaat is, in onderstaande grafiek, ook te zien dat met name de resultaten van studenten ouder dan 23 jaar verbeterd zijn. 80.0% 60.0% 40.0% 20.0% 0.0% 12.00% 10.00% 12.00% 8.00% 10.00% 6.00% 8.00% 4.00% % Vsv % VSV-ers vergelijkingsgroep ROC de Leijgraaf ROC 4.00% de Leijgraaf heeft sterk geïnvesteerd in het terugdringen van het aantal voortijdig schoolverlaters. Dit heeft de afgelopen jaren geresulteerd in 0.00% een 2.00% sterke daling van het vsv-percentage. In onderstaande VSV-ers tabel vergelijkingsgroep is te zien dat ROC de Leijgraaf sterk blijft scoren. 0.00% Vsv = Percentage Nieuwe vsv ers Vsv ers ROC de Leijgraaf 7,5% 6,3% 5,7% 5,90% Vsv ers vergelijkingsgroep 10,2% 9,6% 9,1% 8,6% Vsv ers Niveau 1 41,1% 37,6% 38,1% Vsv ers Niveau 2 10,7% 9,3% 11,0% Vsv ers Niveau 3 3,3% 1,3% 3,4% Vsv ers Niveau 4 3,9% 3,4% 4,7% JR jonger dan 23 JR 23 en ouder VSV-ers ROC de Leijgraaf 20