DEMONAMIDDAG SPRUITKOOL

Transcriptie

1 DEMONAMIDDAG SPRUITKOOL 11 november 2017 start 13u15 en 15u00 Vijvedreef 58, 8710 Sint-Baafs-Vijve 1

2 Toelichting Op het praktijkveld van Rudi en Ria Vandekerckhove met een oppervlakte van 2,5 ha oogstklare spruiten is een demoplatform aangelegd. Vanuit een gezamenlijk initiatief van Departement Landbouw en Visserij, Ingro, Taco, Inagro, PCG en BB organiseren we een interessante en unieke SPRUITKOOLDEMO met medewerking van de zaadhuizen Syngenta, Sanac, Bejo en Hazera, constructeurs De Man, Tumoba en Dauchy-Frimout bvba. Volgende proeven worden toegelicht: - Demorassenproef met 20 rassen van de zaadhuizen Syngenta, Sanac, Bejo en Hazera, - Ziektegevoeligheidsproef van rassen, - Bemestingsproeven: stikstofbijmestingproef en glazigheidsproef, - IPM gewasbeschermingsproef. Er is een oogstdemonstratie met de nieuwste machines van Deman en Tumoba. Spuittechniek en het toepassen van gewasbeschermingsmiddelen worden toegelicht. Het breedstrooien van slakkenkorrels wordt gedemonstreerd. In de ontvangstzaal worden verschillende sorteersystemen in beeld gebracht en wordt het aanbod van spruiten in de retail besproken. We wensen u een leerrijk bezoek. Namens de organisatie, Bart Debussche Vlaamse overheid DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ 2

3 Programma Er worden 2 rondgangen georganiseerd: eerste start om 13u15 tweede start om 15u00 Programma per rondgang: Ontvangst en verwelkoming Rondgang demoplatform: rassen, IPM, bemesting Demonstratie van oogstmachines Spuittechniek en toepassing gewasbescherming Toelichting sorteerinstallaties Aanbod spruitkool retail Afsluitende drink 3

4 Schema demoplatform spruitkool Glazigheidsproef Bijbemesting Rasgevoeligheidsproef Rassenproef IPM Vijvedreef 4

5 Belang van spruitkool bij Ingro In 2017 kwam er een grote volume stijging voor spruitkool bij Ingro (na twee jaar op rij dalingen; zie Fig. 1) en werd er eveneens een prijsstijging toegekend van 6% op de contracten. Het is nu al duidelijk dat de gevolgen van de droge zomer nog altijd te zien zijn, door dichte schakeling onderaan op de stam. Bovendien is het de laatste weken ook heel warm voor de tijd van het jaar. De oogst van spruitkool voor de industrie is nog maar net gestart. Het is dus nog even afwachten voor we de informatie hebben over de effectieve volumes en kwaliteiten. Ingro heeft dit jaar gewerkt aan duidelijkere en correctere contractteksten. Er werd per teelt één basistekst bekomen die gebruikt wordt door alle afnemers, met eventuele aanvullingen voor een teelt in een bijlage. Voor spruitkool werd de berekening van de basisprijs van spruiten verduidelijkt. De manier van berekenen van de toegelaten hoeveelheid grote (30-35mm) en kleine spruiten (15-30mm) binnen de overeengekomen contracthoeveelheid was bij bijna elke afnemer verschillend. Vanaf 2017 gebruikt iedereen dezelfde berekeningsmethode. Deze werd eveneens toegelicht in het basis contract met een paar voorbeelden. Tot slot ook nog een klein overzicht van het voorgaande seizoen. Ingro telt 105 telers die in 2016 spruitkool hadden staan. De opbrengst van spruitkool viel heel hard tegen in De teelt onderging de moeilijke weersomstandigheden en daarbovenop werd die geteisterd door ziekten en plagen. De combinatie van de contractdaling en de lage opbrengsten zorgen ervoor dat de totale tonnage aan spruiten van de Ingro telers gehalveerd werd in vergelijking met het jaar ervoor (zie Fig. 1) contract geleverd Fig. 1. Tonnage spruitkool door Ingro telers gecontracteerd versus geproduceerd in seizoen 2014, 2015 en

6 1. Schema demoveld spuitspoor3 spuitspoor2 spuitspoor1 Gladius 1594 Crispus Cobus Aurelius 1587 Helios Steadia Sofia* Cryptus Lewitus Brenden rassengevoeligheid, Inagro 1m blanco 1m blanco Sofia Abacus Octia Marte * Bronson Profitus Neptuno IPM, Inagro wendakker: 6 x 4 rijen, Sofia Vijvedreef glazigheidsproef, Aurelius, PCG 10 m tussen bijbemestingsproef, Sofia, PCG 15 m tussen rassengevoeligheid, Inagro 5 m tussen IPM, Inagro

7 2. Rassenoverzicht 2.1 demorassenproef Plantdatum: 6 mei 2017 Plantdichtheid: 36,5 X 70 of pl/ha Bemesting: 20 ton runderstalmest/ha 30 ton effluent 100 E N KAS Opdeling in minder groeikrachtige rassen (12) en groeikrachtige rassen (8) en opgedeeld volgens: Minder groeikrachtige rassen Gladius 1594 Crispus Cobus Aurelius 1587 Helios Steadia Sofia* Cryptus Lewitus Brenden Ras - Zaadhuis Bijbemesting (kg N/ha) totaal Waarnemingen 16/mei 17/jul 3/aug 6/sep 4/okt 26/okt (kg N/ha) # spruiten (2/10) % bladval (26/10) glazigheid (26/10) Gladius - Syngenta weinig Syngenta weinig Crispus Syngenta weinig Cobus Syngenta weinig tot matig Aurelius Syngenta weinig tot matig 1587 Syngenta matig Helios Bejo matig Steadia Sanac geen Sofia Sanac* weinig Cryptus Syngenta matig Lewitus Syngenta weinig Brenden Hazera geen 7

8 Groeikrachtige rassen Sofia Abacus Octia Marte * Bronson Profitus Neptuno Ras - Zaadhuis Bijbemesting (kg N/ha) totaal Waarnemingen 16/mei 17/jul 3/aug 6/sep 4/okt 26/okt (kg N/ha) # spruiten (2/10) % bladval (26/10) glazigheid (26/10) Neptuno Bejo weinig Profitus Syngenta geen tot weinig Bronson Hazera weinig Hazera* matig Hazera veel Marte Bejo geen Octia Sanac matig Abacus Syngenta matig 8

9 2.2 Ziektegevoeligheid rassen Rassenproef (Inagro) waarbij er geen behandeling is gebeurd tegen ziekten. De rassen zijn beoordeeld op 8 november waarbij aanwezigheid van echte meeldauw en botrytis (smet) is gescoord. Een score 9 duidt op geen aantasting, score 1 op een grote aantasting. Tabel ziektegevoeligheidsproef rassen waarnemingen 8 november 2017 Ras Zaadhuis Echte Meeldauw (1=veel; 9=geen) Botrytis (1=veel; 9=geen) Abacus Syngenta 6,0 5,7 opmerkingen Octia Sanac 4,7 6,3 echte meeldauw vooral op stam Marte Bejo 2,0 7,3 Sofia Sanac 7,0 8,7 echte meeldauw vooral op stam Hazera 7,5 8,5 echte meeldauw enkel op stam Bronson Hazera 8,0 6,7 Profitus Syngenta 9,0 9,0 Neptuno Bejo 7,0 9,0 echte meeldauw vooral op stam Gladius Syngenta 8,0 9, Syngenta 8,3 6,3 Crispus Syngenta 2,0 6,3 Aurelius Syngenta 8,0 8,7 echte meeldauw vooral op stam Cobus Syngenta 7,3 8,3 SGB1587 Syngenta 8,3 8,3 Helios Bejo 8,0 8,3 Steadia Sanac 8,0 7,3 Lewitus Syngenta 7,3 8,3 echte meeldauw vooral op stam Cryptus Syngenta 8,7 8,0 Brenden Hazera 8,7 9,0 Thor Bejo 8,0 9,0 9

10 3. IPM proef in spruitkool Inagro 1 DOELSTELLINGEN Het doel van deze proef is om verschillende spuitschema's te vergelijken met elkaar. De spuitschema's die worden onderzocht zijn IPM en ganbare schema's met als focus het bestrijden van plaaginsecten die in spruitkool de meeste problemen vormen (koolvlieg, rupsen(koolmot, kooluil, groot en klein koolwitje), bladluizen en witte vlieg). Proefplan en objecten Plantafstand 70 x 37 cm Netto plot Lengte: 4 m, Breedte: 1,4 m Bruto plot Lengte: 6,3 m, Breedte: 2,8 m Aantal parallellen 4 Statistisch ontwerp Gerandomiseerde blokkenproef Nr. Object 1 IPM a schema 2 IPM b schema 3 Goede Agrarische Praktijkschema (GAP) 4 niet GAP schema 5 proefmiddelen schema Tabel 1: Overzicht van behandelingstijdstippen Tijdstip Datum A (phyto-drip behandeling) 13/03/2017 B (plantbakbehandeling) 03/05/2017 C 12/06/2017 D 27/06/2017 E 14/07/2017 F 26/07/2017 G 09/08/2017 H 21/08/2017 I 15/09/2017 J 11/10/

11 2 RESULTATEN object Witte vlieg (aantal planten bezet met witte vlieg en score) Behandelingen tegen witte vlieg en bladluizen 13/03 03/05 12/06 27/06 14/07 26/07 09/08 21/08 15/09 1 IPM schema a Cruiser Verimark Benevia Movento+Benevia Benevia 2 IPM schema b Cruiser Confidor Benevia Movento+Benevia+Plenum* Benevia 3 GAP schema Confidor Movento Benevia Benevia+Pirimor Movento+Decis* 4 niet GAP schema Karate Zeon* Prod1+Decis* Karate Zeon* Prod 1+Okapi* Karate Zeon* Movento+Decis+Karate Zeon* 5 proefmiddelenschema Confidor PM1 PM1+Decis* Benevia PM 4 *Deze producten zijn werkzaam tegen bladluizen, maar niet tegen witte vlieg. De druk van witte vlieg was relatief laag. Er was een tendens dat aan de rechterkant van de proef (perceelsrand) meer witte vlieg aanwezig was. De druk van witte vlieg nam wel toe vanaf september. Op 22 september en 26 oktober (visuele waarneming) lijkt het of het niet gap schema iets meer witte vlieg aantasting vertoont dan de andere objecten. De objecten waar zowel Movento en Benevia werden ingezet vertonen iets minder (niet significant) aanwezigheid van witte vlieg. Het proefmiddelenschema zit daar ergens tussen. Nr Object score witte vlieg (1=geen witte vlieg; 9=veel witte vlieg) Omschrijving 22/09/17 1 IPM schema a 1,7 a 2 IPM schema b 1,9 a 3 GAP schema 1,9 a 4 niet GAP schema 3,4 a 5 proefmiddelenschema 2,4 a Gemiddeld 2,3 KWV VC (%) 39,7 p-waarde Factor1 0,114 11

12 2.1.1 Bladluizen (groene perzikluis en melige koolluis) Op 6 juli was in het niet GAP schema 2 % van de planten aangetast met melige koolluis. Dit was dan ook het enige object die geen plantbakbehandeling Confidor/phytodrip Cruiser kreeg. Later in het seizoen (24 juli en 7 aug) waren alle objecten volledig vrij van bladluizen. De druk was er nochtans wel. Nr Object planten bezet met melige koolluis (%) Omschrijving 06/07/17 Referentie ruwe data 1 IPM schema a 0 a 2 IPM schema b 0 a 3 GAP schema 0 a 4 niet GAP schema 2 a 5 proefmiddelenschema 0 a Gemiddeld 0 KWV VC (%) 447 p-waarde Factor1 0,445 12

13 2.1.1 Rupsen object Behandelingen tegen rupsen en koolvlieg 03/05 12/06 27/06 14/07 26/07 09/08 21/08 15/09 1 IPM schema a Verimark Steward* Xentari* Benevia Benevia Tracer Benevia 2 IPM schema b Tracer Steward* Xentari* Benevia Benevia Tracer Benevia 3 GAP schema Tracer Steward* Steward* Benevia Benevia Tracer Decis 4 niet GAP schema Tracer Karate Zeon Decis Karate Zeon Prod 2 Prod 2+Okapi Karate Zeon Decis+Karate Zeon 5 proefmiddelenschema Tracer Affirm* PM2 Decis+Affirm* Benevia PM3 *Deze producten zijn enkel werkzaam tegen rupsen, maar niet tegen koolvlieg. De druk van koolmotrups was laag. De aanwezige rupsen waren vooral rupsen van kooluil en klein koolwitje. Typisch is dat zij zich vestigen op één plant en bijgevolg de schade zeer groot is op één enkele plant. Op 22 juni werden enkele rupsen gevonden in de objecten die plantbakbehandeling met Tracer toegepast kregen. De objecten met Verimark en Tracer+Karate Zeon vertoonden op dat moment geen rupsen. Op 6 juli zaten in het object waar nog niet werd behandeld en de objecten met het rupsenmiddel Steward enkele planten met rupsen. In het niet GAP schema waar tweemaal werd behandeld met pyrethroïden waren geen rupsen aanwezig. Toch was toen in alle objecten rupsenschade te zien (12-25 % van de planten vertoonden rupsenschade). Op 24 juli was in de objecten 2 (Tracer-Steward-Xentari) en 5 (Tracer-Affirm) enkele planten zwaar bezet met rupsen van kooluil en klein koolwitje. 13

14 Figuur 1: links rups van klein koolwitje en rechts rups van kooluil. Deze rupsen worden veel groter dan het koolmotrupsje Aantasting van ziekten Alle objecten werden volgens een vast schema preventief behandeld tegen ziekten en waren daardoor volledig beschermd. Op 22 september werd een eerste waarneming uitgevoerd naar echte meeldauw. In geen enkel object was echte meeldauw aanwezig. Bij de eindbeoordeling waren op sommige spruitjes beginsymptomen van echte meeldauw zichtbaar. 26/7 9/8 21/8 15/9 11/10 rudis nativo rudis signum folio gold rudis nativo rudis signum folio gold rudis nativo rudis signum folio gold rudis bravo rudis signum folio gold PM 5 PM 5 rudis PM 5 folio gold 14

15 2.1.3 Eindbeoordeling spruitjes op 31 oktober Nr Object % gezond % aantasting door % Omschrijving koolvlieg groene perzikluis rupsen trips aardvlo echte meeldauw misvor md 1 IPM schema a 50 a 1 a 23 a 1 a 2 a 2 a 6 a 0 a 10 a 2 IPM schema b 59 a 3 a 3 ab 0 a 2 a 2 a 6 a 3 a 16 a 3 GAP schema 58 a 4 a 4 ab 1 a 2 a 3 a 4 a 3 a 18 a 4 niet GAP schema 49 a 4 a 12 ab 0 a 5 a 1 a 8 a 1 a 16 a 5 proefmiddelenschema 53 a 5 a 1 b 3 a 3 a 8 a 5 a 3 a 17 a Gemiddeld KWV VC (%) p-waarde Factor1 0,620 0,106 0,024 * 0,577 0,483 0,344 0,799 0,381 0,609 % rot Eind oktober werd een algemene eindbeoordeling uitgevoerd op de onderste spruitjes. Hierbij werden per veldje 100 spruitjes gecontroleerd (10 spruitjes per plant). Er waren redelijk veel rotte spruiten aanwezig als gevolg van glazigheid. De misvormde en rotte spruiten hebben dus niets met de gewasbescherming te maken. Tussen de objecten waren bij de eindbeoordeling nauwelijks verschillen. Enkel de aanwezigheid van groene perzikluis op de onderste spruiten gaf wel verschillen tussen de objecten, waarbij het proefmiddelenschema het best beschermd was tegen deze plaag. Het IPM a schema had het meest spruitjes met groene perzikluis, gevolgd door het niet gap schema. Figuur 2: Tripsschade op spruit is vergelijkbaar met tripsschade in witte kool. Zwarte puntjes en aan de binnenkant van het blad kurkvorming als reactie op de zuigprik van de trips 15

16 Figuur 3: larven van witte vlieg zitten vaak op de zijblaadjes aan de bladsteel, waardoor ze moeilijk te bestrijden zijn. Verschillende stadia kunnen tegelijk voorkomen. Wanneer een 'zwart kruis' zichtbaar is op de rug, is de larve ontloken tot een volwassen witte vlieg. Figuur 4: bij hoge druk van witte vlieg, produceren de massale aantallen larven honingdauw met bevuiling van de plant en spruitjes als gevolg. Niet enkel de bevuiling is nefast voor de kwaliteit, het vormt tevens een voedingsbodem voor roetdauwschimmels die zich verder kunnen ontwikkelen. 16

17 3 BESLUIT In deze proef was het spuitschema intensief waardoor in beperkte mate verschillen zichtbaar waren tussen de objecten. De druk van witte vlieg en rupsen was eerder beperkt. Er was een hoge druk van bladluizen en een matige druk van koolvlieg. Witte vlieg Het niet GAP schema waar vooral veel pyrethroïden werden gebruikt vertoonde wat meer aanwezigheid van koolwittevlieg. Significante verschillen waren niet zichtbaar. Bladluizen Algemeen was de bladluisbestrijding in alle objecten goed tot zeer goed tot begin oktober. Door de warme temperaturen in oktober was er een verhoogde kans op kolonisatie van groene perzikluizen op de onderste spruiten. In het IPM a schema werd eind oktober het meeste groene perzikluizen gevonden, gevolgd door het niet gap schema. De andere objecten (waar Plenum of Pirimor werden ingezet 9 augustus) vertoonden veel minder groene perzikluizen. Het proefmiddelschema boodt hier de beste bescherming. Rupsen Koolmotrupsen waren miniem aanwezig. De aanwezige rupsen waren vooral grote rupsen van het klein koolwitje en de kooluil. Half juni waren in de objecten die enkel Tracer kregen enkele rupsen aanwezig. Bij Verimark en Tracer-Karate Zeon waren geen rupsen aanwezig. In deze proef blijkt tevens dat de producten Steward, Xentari en Affirm niet de beste middelen zijn om grote rupsen te bestrijden zoals rupsen van kooluil en klein koolwitje. Koolvlieg De druk van koolvlieg was matig in het proefveld. Regelmatig waren rondvliegende koolvliegen te zien. Verschillen zijn miniem, maar in de objecten waar Benevia nog laat werd ingezet (15/09= begin 3 e vlucht), lijkt iets minder aantasting van koolvlieg (1 en 3 % tegenover 4 en 5%). 17

18 4. BEMESTING PCG 4.1 Proef 1: Stikstofbemesting in Spruitkool Doel Nagaan wat het effect van een bijbemesting met stikstof in het najaar is op de opbrengst, spruitkwaliteit en voorkomen van geel blad op de spruiten. In de proef worden verschillende stikstofmeststoffen en dosissen vergeleken. Objecten Object Product meststof Mineraal (E) Toep. Code 1 0-bemesting - geen teelt bemesting beplant 0 3 Start 140 E N, 95 A 3 geen bijbemesting 0 4 Start 140 E N, 95 A 4 bijbemesting met 1 x 40 E N - kas 40 B 5 Start 140 E N, 95 A 5 bijbemesting met 40 E N - kas 40 B 5 bijbemesting met 40 E N - kas 40 C 6 Start 140 E N, 95 A 6 bijbemesting met 1 x 80 E met traagwerkende N - ureum 80 B 7 start 140 E N 95 A 7 bijbemesting met 1 x 80 E met traagwerkende N - Sulfammo 80 B Tijdstip Toepassingscode Bodemvoorraad N voor het planten: 50 E N Voor het ploegen: ton stalmest A: bij plant : bemesting met 95 E N met ammoniumnitraat B: bijbemesting 1: 4 oktober 2017 C: bijbemesting 2: 26 oktober

19 Voorlopige resultaten Tabel: Beoordeling gewaseigenschappen (7 november 2017) Object Aantal spruiten/stam Kleur spruiten Geel blad spruiten Bladval in % Bemerkingen Fijn, klein Grover dan , Voller gewas Groen , Fijne spruiten , Grovere spruiten 1 = Bleek Veel 9 = Donker Geen 4.2 Proef 2: Voorkomen glazigheid in spruitkool Doel Nagaan of men glazigheid kan verminderen of voorkomen door het toepassen van bemesting (natrium/potas/stikstof) Objecten Object Product meststof Samenstelling Mineraal (E) Toep. Code Dosis/ha 11 Ammoniumnitraat A 12 Chloorpotas A Chloorpotas A Landbouwzout (Na) 38 Na 76 A Kainiet Mg 44 A 400 Tijdstip Toepassingscode A: bij plant: 4 oktober 2017 Voorlopige resultaten Tabel: Beoordeling gewaseigenschappen (7 november 2017) Object Glazigheid cm glazig vanaf de grond gemeten (min max) Glazige spruiten/stam , ,5 1 = Veel 9 = Geen 19

20 5. Demonstratie Oogstmachines 5.1 Deelnemende constructeurs Constructeur Contact DE MAN DEMAN s Graventafelstraat PASSENDALE T Fax Mail : info@nvdeman.be Website : TUMOBA B.V. TUMOBA B.V. Gebroken Meeldijk 77D Postbus AC Barendrecht, Holland T. +31 (0) Fax. +31 (0) Mail : info@tumoba.nl Website : 20

21 5.2 Beschrijving oogstmachines DEMO OOGSTMACHINE 1: Type 2-rij zelfrijdende spruitenoogstmachine Kenmerken: - 2 plukkoppen (6 mesjes) met 1e en 2e plukdruk - Onderhoudsarme kopplaat met 2 groefkogellagers Ø 165mm - Uitwerprollen en onderhoudsarme centreerders - Kipbak en Opbergruimte (zijdeuren) - Digitaal dashboard - Radio - Toerenteller koppen - Voorzien van afzetsysteem (zonder snelkoppeling en poten) - Camera - Side-Shift mm/ mm - Rijlijninstelling mm/ -200 mm - Rijwerk S6/30 FL X ( ) - 53 platen van 500mm breed - Bosch Hydromatique Transmetal Bonfiglioli Berco kettingen - Kipbak 7,5 m³ - Iveco Motor N45MNSX kW bij 2200tr - 4 cilinder- 4,5 liter turbo intercooler - Verwarming 4DL airtronic - PLC Sturing koppen - Verdeelsysteem met 1 riem en sleper op bak - Extra krachtige radiale afzuiger met schroef Ø350 mm Mogelijke opties: Uitdraairiem kipbak -lengte 800,center-center, met meenemers Afzetsysteem (met snelkoppelingen en poten) 2e ventilator - Visualisatie en instellingen via robuust IP67 interface scherm - Datamanagement en logging op machine zelf of via internet - Via controller al wandelend rijden met de machine - GPS Machine tracking via website (Nieuw) (Nieuw) (Nieuw) (Nieuw) 21

22 DEMAN Type 2-rij zelfrijdende spruitenoogstmachine De Man Nv s Graventafelstraat Passendale T Fax Mail : info@nvdeman.be Website : 22

23 DEMO OOGSTMACHINE 2: Type 4-rij zelfrijdende spruitenoogstmachine Kenmerken: - 4 plukkoppen (6 mesjes) met 1e en 2e plukdruk - Onderhoudsarme kopplaat met 2 groefkogellagers Ø 165mm - Uitwerprollen en onderhoudsarme centreerders - Kipbak en Opbergruimte (zijdeuren) - Digitaal dashboard - Radio - Lift mast design, chassis blijft plat - Voorzien van afzetsysteem (zonder snelkoppeling en poten) - Camera - Rijwerk S30/30 D X ( ) - Verdeelsysteem met dwarsriem en automatisch vullen systeem - 54 ipv 51 platen van Bosch Hydromatique Transmetal Bonfiglioli Berco kettingen - Kipbak 16 m³ - Iveco Motor N67 MNT X20-129kW bij 2200 tr - 6 cilinder - 6,7 liter turbo intercooler - Verwarming 5DL airtronic - Zijdeuren - Side-Shift mm/ mm - Rijlijninstelling mm/ -200 mm - Voorsortering overmaten en ondermaten - Uitdraairiem kipbak 4-rij lengte 1250,center-center, met meenemers - Tweede brandstoftank: 400 liter - Extra krachtige radiale afzuiger met schroef Ø350 mm - Extra krachtige radiale afzuiger met schroef Ø400 mm - Visualisatie en instellingen via robuust IP67 interface scherm - Datamanagement en logging op machine zelf of via internet - Via controller al wandelend rijden met de machine - GPS Machine tracking via website (Nieuw) (Nieuw) (Nieuw) (Nieuw) 23

24 DEMAN Type 4-rij zelfrijdende spruitenoogstmachine De Man Nv s Graventafelstraat Passendale T Fax Mail : info@nvdeman.be Website : 24

25 DEMO OOGSTMACHINE 3: Type 4-rijige spruitenplukker type SP4-B4S 6 cam Machine full option uitgerust zoals onder andere met: - Verbrede optische 6 camera voorsorteerder vlinder - Spijlenband onder plukkoppen - Blindelings insteek systeem - Automatische smering - Grote RVS inox brandstof tank TUMOBA B.V Type SP4-B4S 6 cam 25

26 TUMOBA B.V Type SP4-B4S 6 cam TUMOBA B.V. Gebroken Meeldijk 77D Postbus AC Barendrecht, Holland T. +31 (0) Fax. +31 (0) Mail : info@tumoba.nl Website : 26

27 6. Spuittechniek 6.1 Demo slakkenkorrelstrooier Verdeler Contact DAUCHY-FRIMOUT BVBA Dauchy Peter Wijtschatestraat KEMMEL T Website : OUTCAST UNIT - Bestaat uit een voorraadvat met ventilator met verdeling naar de verschillende strooiers - 3 aparte strooiers: 2 op spuitboom, 1 op chassis van de sproeier - Elke strooier heeft ook een eigen voorraad slakkenkorrels - Gelijkmatige verdeling - Werkbreedtes tot 36 meter. DAUCHY-FRIMOUT BVBA Peter Dauchy Wijtschatestraat Kemmel T Website : 27

28 6.2 Spuittechniek en toepassing gewasbescherming Vanaf 2017 is het gebruik van minstens 50%-driftreducerende spuitdoppen (of driftreducerende technieken) verplicht in het kader van het IPM-lastenboek. Daarnaast laat het gebruik van driftreducerende technieken eveneens toe om de verplichte productspecifieke bufferzones langs waterlopen en perceelsranden te verkleinen. Afhankelijk van het doptype en de dopmaat (debiet) worden de spuitdoppen ingedeeld in 4 driftklasses: 0%, 50%, 75% en 90% driftreductie. De actuele lijst met driftreducerende doppen die in Vlaanderen erkend zijn, is terug te vinden als bijlage bij de IPM-checklijst in de Praktijkgids Gewasbescherming en op fytoweb ( Enkel de spuitdoppen die in deze lijst opgenomen zijn, mogen nog gebruikt worden! Soorten spuitdoppen 1. Standaard spleetdoppen Dit doptype heeft een ellipsvormige opening waardoorheen de spuitvloeistof geperst wordt en daarna uiteenvalt in druppels. Afhankelijk van de dopgrootte, de tophoek en de spuitdruk varieert de druppelgrootte van fijn tot medium (90 à 300 micrometer) wat resulteert in een relatief hoge driftgevoeligheid. Hoe hoger de spuitdruk, hoe kleiner de dopgrootte en hoe groter de tophoek; hoe fijner het geproduceerde druppelgroottespectrum. Van dit type spuitdop zijn momenteel enkel nog grote dopmaten (ISO 05 en groter) toegelaten op een standaard spuitboom! (zie lijst erkende spuitdoppen) De optimale spuitdruk bedraagt 2-4 bar. 2. Driftreducerende spleetdoppen Spuitdruk : 2 4 bar Driftreducerende spleetdoppen verschillen enkel van de klassieke spleetdoppen door de aanwezigheid van een extra restrictorplaatje in de dop. Dit plaatje zorgt voor een drukval waardoor de spuitvloeistof uiteindelijk aan een lagere druk verneveld wordt. Hierdoor vermindert het aandeel kleine en driftgevoelige druppels. De geproduceerde druppelgroottes variëren van gemiddeld tot grof (200 à 450 micrometer) waardoor dit doptype driftreducerend is en globaal bekeken in de 50%- driftreductieklasse geklassificeerd wordt. 28

29 3. Luchtmengdoppen Luchtmengdoppen bestaan uit een grote mengkamer waarin, via een opening, lucht aangezogen wordt in de spuitvloeistof. Het aanzuigen van de lucht gebeurt door een drukval die gecreëerd wordt door de passage van de spuitvloeistof doorheen een Venturi. Lucht en vloeistof worden gemengd waardoor grove druppels geproduceerd worden die bovendien met luchtbelletjes gevuld zijn. De geproduceerde druppelgroottes variëren van grof tot zeer grof (> 450 microns); wat resulteert in een driftreductieklasse van 50 tot 90% afhankelijk van de dopmaat. Spuitdruk : - Klassieke (lange) types: 3 tot 8 bar - Nieuwe (korte) types: 1 tot 4 bar 4. Ketsdoppen Bij ketsdoppen ontstaat de spuitnevel doordat de vloeistofstroom met grote kracht tegen een wand geketst wordt. Hierdoor wordt een nauw druppelgroottespectrum gevormd wat goede driftreducerende eigenschappen oplevert. Ze worden voornamelijk gebruikt bij rugspuiten en op veldspuiten om vloeibare meststoffen of bodemherbiciden te verspuiten. Spuitdruk : 1 4 bar 5. Luchtondersteunde doppen (Agrifac HTA, Cleanacres Airtec, TeeJet Airjet) Bij dit type doppen wordt door middel van een luchtinjectiesysteem perslucht in de spuitdop vermengd met de spuitvloeistof. Hiervoor is de spuitmachine voorzien van een compressor. Door het variëren van de hoeveelheid lucht kan de druppelgrootte aangepast worden. Hoe meer lucht, hoe fijner de druppels. Naargelang de (weers)omstandigheden kan men het geproduceerde druppelgroottespectrum aanpassen met het oog op het beperken van drift. De perslucht zorgt bovendien voor een sterke verhoging van de uitgangssnelheid van de druppels uit de dop. Hierdoor verhoogt de indringing in het gewas. Tevens is het mogelijk om met minder water te spuiten. Deze doppen zijn geklasseerd als 75%-driftreducerend in de bufferzonereglementering. 29

30 6. Kantdoppen In combinatie met driftreducerende doppen kan op een standaard spuittoestel ook een kantdop gebruikt worden. Deze doppen begrenzen het spuitbeeld aan het uiteinde van de spuitboom en voorkomen op die manier dat er te veel spuitvloeistof naast het perceel terechtkomt. Bovendien wordt de laatste gewasrij behandeld aan de volle dosis. 7. Meerstraaldoppen Dit is een doptype dat enkel gebruikt wordt bij het toedienen van vloeibare kunstmeststoffen. Vroeger was dit beperkt tot 3 stralen, maar tegenwoordig zijn van dit doptype ook versies op de markt met 5, 9 of meer stralen. Ook aandacht voor spuitdruk en spuitboomhoogte Werk steeds binnen de voorgeschreven drukmarges voor de gebruikte doppen. Te hoge spuitdrukken zorgen voor een snelle slijtage en te lage drukken voor een vervormd spuitbeeld. Te hoge drukken leveren geen betere indringing op! Bij een standaard dopafstand van 50 cm is de optimale spuitboomhoogte 50 cm (bij doppen met tophoek 110 ) tot 70 cm (bij doppen met tophoek 80 ) boven het gewas. Op die manier wordt een dubbele overlapping van de spuitkegels bekomen, wat een gelijkmatig spuitbeeld oplevert. Een te hoge spuitboomhoogte (meer dan 70 cm boven het gewas) zorgt voor meer drift en een ongelijkmatige verdeling van de spuitvloeistof onder de spuitboom. Meer informatie: Donald De Keyser ILVO Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek Technologie en Voeding Agrotechniek Burg. Van Gansberghelaan 115, bus Merelbeke (Belgium) T donald.dekeyser@ilvo.vlaanderen.be 30

31 6.3 HighTechAirPlus Type Lucht/Vloeistofdop Lucht/Vloeistofdop - Optimaal druppelspectrum - Onafhankelijk van rijsnelheid - Geen spuitdoppen wisselen - Automatische druppelgrootte regeling mogelijk Instelbare druppelgrootte: - Het HTA systeem geeft een druppelgrootte die nodig is voor het gewas en de weersomstandigheden - Voordelen: o Betere penetratie van druppels in het gewas o Betere dekking van de bladeren o De HTA spuitdoppen minimum 75% driftreductie Systeem - Extra luchtleiding - Hydraulisch aangedreven compressor voor de HighTechAirPlus spuitdoppen - Drukregulatie voor optimale luchttoevoer HighTechAirPlus Type Lucht/Vloeistofdop 31

32 Deelnemende bedrijven: Contactpersoon : Celine Denys Syngenta N.V. Technologiepark 30 B 9052 Zwijnaarde M (0) Mail : Celine.denys@syngenta.com Website : Contactpersoon: Ignace Carron Sanac NV Menesesteenweg 305 B 8940 Wervik T. +32 (0) / M. +32 (0) Mail : Ignace.carron@sanac.be Website : Contactpersoon: Dirk Vanparys Seline Vandecaveye Bejo Zaden Belgium B.V.B.A. Berkenhoekstraat 6 B 2861 O.L.V. Waver M / Mail: dirk.vanparys@bejo.be seline.vandecaveye@bejo.be Website : 32

33 Contactpersoon : Johan Vandenabeele - Denis Desrumaux Hazera Seeds BV Schanseind PM MADE Nederland T (Johan Vandenabeele) T (Denis Desrumaux) Mail : Johan.vandenabeele@hazera.com Denis.desrumaux@hazera.com Website : DAUCHY-FRIMOUT BVBA Peter Dauchy Wijtschatestraat Kemmel T Website : De Man Nv s Graventafelstraat Passendale T Fax Mail : info@nvdeman.be Website : TUMOBA B.V. Gebroken Meeldijk 77D Postbus AC Barendrecht, Holland T. +31 (0) Fax. +31 (0) Mail : info@tumoba.nl Website : 33

34 Organisatie: Vlaamse overheid Departement Landbouw en Visserij Koning Albert I-laan 1/2, bus Brugge Bart Debussche T. 050/ M. 0473/ Mail : bart.debussche@lv.vlaanderen.be Website : Telersvereniging Industriegroenten Ingro cvba Diksmuidsesteenweg 329 B 8800 Roeselare Hilde Dhuyvetter T. 051/ Mail : hilde.dhuyvetter@ingrocvba.be Website : Vandewiele Rudi Liesbet Bruyneel Luc De Reycke M. 0492/ M. 0497/ M. 0477/ Rudi.vandewiele@tacocvba.be Liesbet.bruyneel@tacocvba.be Luc.dereycke@tacocvba.be 34

35 Inagro vzw Ieperseweg Rumbeke-Beitem Danny Callens Tine Maes T. 051/ Mail : danny.callens@inagro.be tine.maes@inagro.be Website : Provinciaal Proefcentrum voor de groenteteelt Oost-Vlaanderen Karreweg Kruishoutem Luc De Reycke M. 0477/ Mail: lucdr@pcgroenteteelt.be Website: www. pcgroenteteelt.be Boerenbond Ter Reigerie Roeselare Stefanie Delbeke T. 051/ Mail : Stefanie.delbeke@boerenbond.be Website : 35

36 36