Derde Nota Waddenzee

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Derde Nota Waddenzee"

Transcriptie

1 Derde Nota Waddenzee Deel 1: ontwerp planologische kernbeslissing vastgesteld in Ministerraad op 19 januari 2001 PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 1

2 Inhoudsopgave ontwerp planologische kernbeslissing 1. Inleiding Algemeen Planhorizon en planperiode Gebiedsbegrenzing Internationaal kader Beleidsuitgangspunten Doelstellingen voor de Waddenzee Ontwikkelingsperspectief voor de Waddenzee Beleidskeuzen Ruimte voor natuur Ruimte voor menselijke activiteiten Afwegingskader Inleiding Omschrijvingen Afwegingscriteria Afwegingsmethodiek Doorwerking en evaluatie van het Waddenzeebeleid Doorwerking van beleid Externe werking Evaluatie van beleid Bestuurlijke organisatie pagina Bijlage 1: Nadere omschrijving van de grens en het coördinatenstelsel van het pkb-gebied aan de kant van de Noordzeekustzone en de waddeneilanden Pkb-kaarten:?? pkb-kaart 1: pkb-gebied Derde Nota Waddenzee ?? pkb-kaart 2: globaal afgewogen recreatieve zonering PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 2

3 Ontwerp planologische kernbeslissing Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Algemeen Deze planologische kernbeslissing (pkb) bevat de hoofdlijnen van het rijksbeleid voor de Waddenzee. De pkb is gebiedsgericht van karakter en integreert het ruimtelijk en ruimtelijk relevante rijksbeleid voor de Waddenzee. Het rijk zal de pkb gebruiken bij initiatieven tot internationale samenwerking op het terrein van ruimtelijke ordening, bij besluitvorming over ruimtelijke projecten en bij de voorbereiding van structuurschema s en sectornota s. Daarnaast is de pkb richtinggevend voor het ruimtelijk beleid van provincies en gemeenten. Sommige uitspraken in de pkb binden andere overheden direct. Dat zijn de concrete beleidsbeslissingen in de zin van artikel 2a, eerste lid van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. Andere overheden moeten deze beslissingen in acht nemen bij het opstellen van hun ruimtelijke plannen. De onderdelen van de pkb met de status van concrete beleidsbeslissing zijn vet, cursief en onderstreept weergegeven. De overige uitspraken in deze pkb dragen een indicatief karakter. Provincies en gemeenten zullen met deze uitspraken rekening moeten houden bij het opstellen van streek-, structuur- en bestemmingsplannen. Een aantal uitspraken is voor de uitvoering van het rijksbeleid van zodanig gewicht, dat zij de status van beslissing van wezenlijk belang hebben gekregen. Dat betekent dat het rijk alleen van deze uitspraken kan afwijken door de pkb te herzien. Deze beslissingen van wezenlijk belang als bedoeld in artikel 3, lid 2 van het Besluit op de Ruimtelijke Ordening zijn vet en cursief weergegeven. PM: IN DRUKVERSIE WORDEN BEIDE MET VERSCHILLENDE KLEUREN AANGEVEN. 1.2 Planhorizon en planperiode Voor de ruimtelijke visie voor het waddengebied en het ontwikkelingsperspectief voor de Waddenzee, wordt in deze pkb het jaar 2030 als planhorizon gehanteerd. Het in deze pkb opgenomen beleid voor de Waddenzee geldt voor een periode van 10 jaar; deze periode wordt aangeduid als de planperiode. De pkb kan tussentijds worden aangepast, bijvoorbeeld in het geval dat de uitkomsten van de in de pkb aangekondigde onderzoeken daartoe aanleiding geven. 1.3 Gebiedsbegrenzing Pkb-gebied In deze planologische kernbeslissing wordt onder het pkb-gebied verstaan, het gebied dat op pkb-kaart 1 is weergegeven. De grens van het pkb-gebied kan worden omschreven als het zeegebied van Den Helder tot de rijksgrens met Duitsland in de Dollard en de naar Nederlandse rechtsopvatting geldende grens PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 3

4 in het Eemsestuarium. Het pkb-gebied wordt aan de noordkant begrensd door de buitenteen van de hoogwaterkeringen en havendammen en de havenmondingen aan de Waddenzeezijde van de eilanden en bij het ontbreken daarvan omvat het mede de kwelders en platen van de Waddenzeekust van de eilanden, alsmede een deel van de zeegaten tussen de eilanden. Aan de zuidzijde wordt het pkb-gebied begrensd door de buitenteen van de hoogwaterkeringen en havendammen en de havenmondingen van het vasteland van Noord-Holland, Fryslân en Groningen en door de buitenteen van de Afsluitdijk. Het bijbehorende coördinatenstelsel is opgenomen in bijlage 1 bij deze pkb. Daar waar in deze pkb sprake is van de Waddenzee is het pkb-gebied bedoeld. Waddengebied Onder het waddengebied wordt in deze pkb verstaan de Waddenzee, de waddeneilanden, de zeegaten tussen de eilanden, de Noordzeekustzone tot 3 zeemijl uit de kust, alsmede het grondgebied van de aan de Waddenzee grenzende vastelandsgemeenten. Het in deze pkb geformuleerde beleid heeft ook betrekking op ontwikkelingen buiten het pkbgebied, voorzover deze van directe betekenis zijn voor het pkb-gebied zelf. Deze zogenaamde externe werking is in paragraaf 5.2 nader uitgewerkt. 1.4 Internationaal kader Het beleid van het kabinet met betrekking tot internationale aspecten van het Waddenzeebeleid richt zich op het volgende.?? De samenwerking met de regeringen van Duitsland en Denemarken zal worden versterkt en verder ontwikkeld. Een gezamenlijk opgesteld en op de regeringsconferentie te Stade aanvaard Waddenzee Plan, bevattende het gezamenlijk beleid en maatregelen, projecten en acties, zal worden uitgevoerd. Dit zal gebeuren in nauwe samenwerking met andere overheden en belanghebbenden.?? De wenselijkheid van en de mogelijkheid voor het instellen van een Internationaal Park Waddenzee zullen worden verkend.?? Het milieuprotocol bij het Eems-Dollardverdrag vormt de basis voor de afstemming van beleid en beheer voor het met Duitsland betwiste deel van de Eems-Dollard; de PKB Derde Nota Waddenzee vormt hierbij het Nederlandse uitgangspunt bij het met Duitsland te voeren beleid en beheer van dit gebied.?? De relatie die met betrekking tot de waterkwaliteit is gelegd tussen het Waddenzeebeleid, het Noordzeebeleid en het Rijnbeleid zal worden voortgezet en waar mogelijk versterkt. De in 2000 vastgestelde Europese Kaderrichtlijn Water vormt het middel voor de versterking tussen Waddenzeebeleid en Rijnbeleid.?? Verdere internationale samenwerking binnen de kaders van de Europese Unie, de Ramsar Conventie, de Conventies van Bonn en Bern en de World Heritage Convention zal worden voortgezet. PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 4

5 Hoofdstuk 2 Beleidsuitgangspunten 2.1 Doelstellingen voor de Waddenzee De hoofddoelstelling voor de Waddenzee is de duurzame bescherming en ontwikkeling van de Waddenzee als natuurgebied en het behoud van het unieke open landschap. Om dit te bereiken is het beleid gericht op de duurzame bescherming en/of een zo natuurlijk mogelijke ontwikkeling van:?? de waterbewegingen en de hiermee gepaard gaande geomorfologische en bodemkundige processen;?? de kwaliteit van water, bodem en lucht; de water- en bodemkwaliteit dient zodanig te zijn dat verontreinigingen slechts een verwaarloosbaar effect hebben op flora en fauna;?? de flora en de fauna; en tevens op behoud van:?? de landschappelijke kwaliteiten, met name rust, weidsheid, open horizon en natuurlijkheid. Tevens worden de in de bodem aanwezige archeologische waarden beschermd. De veiligheid van de bewoners van het waddengebied wordt gewaarborgd door een goede verdediging tegen de zee en de bereikbaarheid van de havens en de eilanden wordt gewaarborgd. Nieuwe activiteiten dan wel uitbreiding of wijziging van bestaande activiteiten met een economische en/of recreatieve betekenis zijn mogelijk, mits zij passen binnen de hoofddoelstelling voor de Waddenzee. 2.2 Ontwikkelingsperspectief voor de Waddenzee Het ontwikkelingsperspectief beschrijft de hoofdlijnen die het kabinet voorstaat voor de ontwikkeling van de Waddenzee op lange termijn tot Het geeft uitdrukking aan het streven naar duurzame ontwikkeling van het gebied, zowel op ecologisch als op sociaaleconomisch en toeristisch-recreatief terrein. Het perspectief is daarmee gericht op het voorzien in de behoeften van de huidige generatie, zonder de mogelijkheden in gevaar te brengen voor de behoeftenvoorziening van toekomstige generaties. Het overheidsbeleid met betrekking tot de Waddenzee is gericht op de realisering van het ontwikkelingsperspectief voor de Waddenzee op de lange termijn. Het ontwikkelingsperspectief ziet er als volgt uit:?? De Waddenzee is primair een natuurgebied en een uniek open landschap. De natuurlijke dynamiek van de fysische processen in de Waddenzee, op de waddeneilanden en in de Noordzeekustzone wordt zo min mogelijk beperkt, zodat zich nieuwe platen, geulen en jonge duin- en kustgebieden kunnen ontwikkelen. De rust, weidsheid en open horizon zijn gewaarborgd en worden hoog gewaardeerd.?? De waterkwaliteit is zodanig dat flora en fauna zich optimaal kunnen ontwikkelen.?? De flora en fauna zijn rijk, gevarieerd en in hoeveelheden aanwezig zoals die ook voor de periode van eutrofiëring aanwezig waren.?? Het areaal meer natuurlijke kwelders is vergroot.?? De verstoring van de bodem is zodanig beperkt dat ongestoorde natuurlijke mosselbanken en zeegrasvelden voorkomen. PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 5

6 ?? Zeezoogdieren, vissen en (trek)vogels zijn duurzaam verzekerd van voldoende voedsel en rust- en voortplantingsgebieden.?? De vrije migratie van aquatische organismen tussen de Waddenzee en het zoete binnenwater is gegarandeerd. Op meerdere plaatsen zijn zoet-zout gradiënten aanwezig. Bij de inrichting van nieuwe gradiënten is in ieder geval aandacht besteed aan landschappelijke en recreatieve aspecten.?? In de meest extensief gebruikte delen van de Waddenzee - met name de oostelijke Waddenzee - is de rust blijvend gewaarborgd.?? De in de bodem aanwezige archeologische waarden zijn goed bewaard gebleven.?? De veiligheid tegen overstroming is duurzaam gehandhaafd. De primaire waterkering blijft voldoen aan de eisen van de Wet op de waterkering.?? De luchtverbinding tussen eilanden en vasteland ten behoeve van de veiligheid en gezondheid van de inwoners van de waddeneilanden is gegarandeerd. De stilte en rust boven de Waddenzee worden gegarandeerd doordat alleen boven bepaalde hoogte gevlogen mag worden.?? De bereikbaarheid van de havens in en grenzend aan de Waddenzee is gewaarborgd.?? De economische bedrijvigheid in en rond de Waddenzee biedt de bevolking werk en inkomen en heeft een duurzaam karakter.?? De milieubelasting op de Waddenzee veroorzaakt door militaire activiteiten is verminderd. PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 6

7 Hoofdstuk 3 Beleidskeuzen In dit hoofdstuk zijn de beleidskeuzen weergegeven die het kabinet van belang acht voor het realiseren van de doelstellingen voor de Waddenzee zoals weergegeven in paragraaf 2.1 en gericht op de realisering van het lange termijn ontwikkelingsperspectief zoals weergegeven in paragraaf 2.2. De beleidskeuzen zijn uitgesplitst in maatregelen gericht op de natuur in brede zin (inclusief kwaliteit van water, bodem en lucht) en in maatregelen gericht op menselijke activiteiten. Bij laatstgenoemde maatregelen gaat het zowel om bestaande als om nieuwe menselijke activiteiten in de Waddenzee en daarbuiten, voorzover van invloed op de Waddenzee. Uitgangspunt bij de gemaakte beleidskeuzen is dat menselijke activiteiten zijn toegestaan voorzover zij verenigbaar zijn met de hoofddoelstelling voor de Waddenzee. Het bestaande gebruik in het pkb-gebied blijft in beginsel mogelijk in de huidige aard en intensiteit. Voor nieuwe activiteiten en voor uitbreiding of wijziging van bestaande activiteiten waarvoor in dit hoofdstuk geen of geen alomvattende uitspraken worden gedaan geldt dat die getoetst moeten worden aan de hoofddoelstelling door toepassing van het afwegingskader dat is opgenomen in hoofdstuk 4. De beleidskeuzen in dit hoofdstuk hebben betrekking op het pkbgebied de Waddenzee, tenzij anders vermeld. 3.1 Ruimte voor natuur Het beleid met betrekking tot natuur is gericht op een zo natuurlijk mogelijke ontwikkeling van het ecosysteem. Een beweeglijke kustlijn aan de meeste uiteinden van de waddeneilanden is mogelijk. Daar waar nodig voor behoud en ontwikkeling van de biodiversiteit van de Waddenzee is selectief ingrijpen mogelijk. Dit geldt bijvoorbeeld voor het herstel van zoetzout gradiënten, voor ingrijpen ten behoeve van behoud en ontwikkeling van het kwelderareaal, door het stimuleren van kweldervorming en door het uitpolderen van zomerpolders. Het kabinet streeft ernaar in de eerste helft van de planperiode van deze pkb tot besluitvorming te komen over herstel van zoet-zout overgangen. Met het oog op klimaatverandering en zeespiegelstijging zal het kabinet in de eerste helft van de planperiode van deze pkb nader onderzoeken op welke wijze vorm gegeven kan worden aan het zoveel mogelijk ruimte geven aan natuurlijke processen. Het kabinet zal hierover in overleg treden met betrokken provincies, gemeenten en waterschappen. De belasting van de Waddenzee met verontreinigingen en nutriënten zal worden teruggebracht overeenkomstig het landelijk waterkwaliteits- en Noordzeebeleid met speciale aandacht voor diffuse verontreinigingen en het (inter)nationaal beleid voor de lucht. Voor de lange termijn is het doel het bereiken van de streefwaarden voor water en bodem uit de Vierde Nota Waterhuishouding. In de planperiode van de Vierde Nota Waterhuishouding (tot 2006) wordt er naar gestreefd voor zo veel mogelijk stoffen de minimumkwaliteit (MTR) te realiseren. In het kader van het Beheersplan Waddenzee worden calamiteitenplannen geëvalueerd, herzien en op elkaar afgestemd, om de kans dat verontreinigende stoffen in de Waddenzee en de daarmee in open verbinding staande havens terecht komen tot een minimum te beperken en bij calamiteiten effectief op te kunnen treden. PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 7

8 3.2 Ruimte voor menselijke activiteiten a. Gesloten gebieden Ter bescherming van flora en fauna zijn delen van de Waddenzee het gehele of een deel van het jaar gesloten voor menselijke activiteiten. b. Inpolderingen Er worden geen concessies verleend voor inpolderingen van (delen van) de Waddenzee. c. Veiligheid Menselijke ingrepen gericht op de waarborging van de veiligheid voor de bewoners van het waddengebied zijn toegestaan. d. Scheepvaart De waterstaatswerken, waaronder het vaargeulonderhoud ten behoeve van de scheepvaart, zijn beperkt in omvang, volgen de natuurlijke morfologische ontwikkelingen en vinden uitsluitend plaats indien de bereikbaarheid van de havens, de waddeneilanden of de verkeersveiligheid in het geding zijn. De bereikbaarheid van havens en eilanden wordt gewaarborgd in de vorm van aanlegmogelijkheden voor veerboten en streefdieptes voor de vaargeulen. Voor beide geldt het in 1993 vastgelegde uitgangspunt dat vaartuigen die op dat moment gezien hun diepgang en afmetingen de havens bij gemiddelde zeestand en wind konden aandoen dit ook in de toekomst moeten kunnen. Voor alle schepen in de Waddenzee geldt een maximum vaarsnelheid van 20 kilometer per uur, uitgezonderd in een aantal betonde vaargeulen. Voor delen van de Waddenzee die vanwege hun natuurwetenschappelijke waarden in het bijzonder moeten worden ontzien kunnen verdere vaarbeperkingen worden ingesteld. Het rijk draagt zorg voor de betonning en bebakening van de vaarroutes in de Waddenzee. Er mogen in de Waddenzee geen luchtkussenvoertuigen worden gebruikt. e. Burgerluchtvaart Boven de Waddenzee en het overige waddengebied, met uitzondering van het landgedeelte van de vastelandgemeenten, geldt een minimale vlieghoogte voor de burgerluchtvaart van 450 meter. Alleen in expliciet benoemde omstandigheden zijn uitzonderingen mogelijk. Er mogen boven de Waddenzee en het overige waddengebied, met uitzondering van het landgedeelte van de vastelandgemeenten, geen ultra lichte vliegtuigen worden PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 8

9 gebruikt. Eveneens mogen daar geen reclamesleepvluchten worden uitgevoerd, met uitzondering van vluchten vanaf het luchtvaartterrein Texel rechtstreeks naar het vasteland en vice versa. Het kabinet onderzoekt de mogelijkheden voor een vliegverbod voor de kleine luchtvaart boven stiltegebieden en een verbod op reclamesleepvliegen. Er mogen in de Waddenzee en het overige waddengebied geen nieuwe vliegvelden worden aangelegd. Uitbreiding van bestaande vliegvelden in het waddengebied, met uitzondering van het landgedeelte van de vastelandgemeenten, zal alleen plaatsvinden in verband met de vliegveiligheid. f. Offshore-installaties Er mogen in de Waddenzee geen booreilanden en andere offshore-installaties worden geparkeerd. g. Kabels en buisleidingen De aanleg van kabels en buisleidingen door de Waddenzee dient van geval tot geval te worden beoordeeld, als uitgangspunt geldt hierbij dat in beginsel aangesloten dient te worden bij bestaande leidingzones. h. Haven- en industriegebieden Er mogen geen nieuwe haven- en industriegebieden worden aangelegd in of grenzend aan de Waddenzee. Bestaande haven- en industriegebieden grenzend aan de Waddenzee mogen niet zeewaarts worden uitgebreid; uitbreiding is alleen landinwaarts toegestaan. Zeewaartse aanleg of aanpassing van havendammen en veerdammen is in beginsel niet toegestaan, tenzij veiligheid of bereikbaarheid dat vereisen. Ontwikkelingsmogelijkheden op bedrijfsterreinen langs de Waddenzee kunnen worden benut, onder de voorwaarden dat wordt voldaan aan de landelijke milieuhygiënische normen en dat risicodragende bedrijven en/of stoffen worden toegestaan mits aangetoond wordt dat in geval van calamiteiten er geen onherstelbare schade kan worden toegebracht aan de Waddenzee. i. Bebouwing Er mogen in de Waddenzee geen gebouwen worden opgericht of geplaatst. Nieuwe bebouwing aan de rand van de Waddenzee mag alleen plaats vinden in de op basis van de Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening vast te leggen rode contouren en dient qua hoogte aan te sluiten bij de bestaande bebouwing. Bebouwing die gekoppeld is aan het gebruik van landelijke gebiedsfuncties, voorzover buiten de rode contouren is toegestaan, dient te passen in de aard van het landschap. Onder bebouwing worden alle bouwwerken verstaan, met uitzondering van windturbines. PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 9

10 j. Baggerspecie Er mag in de Waddenzee alleen baggerspecie afkomstig uit de Waddenzee en de rechtstreeks daarmee in verbinding staande havens worden gestort. Deze dient te voldoen aan de geldende kwaliteitsnorm. Voor de verspreiding van baggerspecie in de Waddenzee gelden richtlijnen om de invloed op het ecosysteem en andere gebruiksfuncties te minimaliseren. Het rijk zal zorgdragen voor een uit ecologisch oogpunt optimale situering van de stortlocaties. k. Diepe delfstoffen Er mogen in de Waddenzee geen proefboringen naar voorkomens van diepe delfstoffen worden uitgevoerd en er wordt geen toestemming gegeven voor nieuwe winning van diepe delfstoffen op locaties in de Waddenzee. Zolang niet alle onzekerheden en twijfel over mogelijk blijvende aantasting van de Waddenzee, als gevolg van winning van diepe delfstoffen op locaties in het waddengebied buiten de Waddenzee die leidt tot bodemdaling onder de Waddenzee, in voldoende mate zijn weggenomen, zal het kabinet geen nieuwe vergunningen verlenen voor proefboringen naar en winning van dergelijke diepe delfstoffen. De komende jaren zullen worden benut om inzicht te verkrijgen in de vraag of de resterende onzekerheden over de mogelijkheid tot het voldoen aan sluitende voorwaarden kunnen worden weggenomen. Er mogen in de Waddenzee geen afvalstoffen, waaronder boorspoeling, worden geloosd. l. Windenergie Er mogen in de Waddenzee geen windturbines worden geplaatst. Het kabinet kan in deel 3 van deze pkb hierop een uitzondering maken voor het plaatsen van windturbines langs de Afsluitdijk. In het kader van het Interprovinciaal Project Windpark Afsluitdijk is een m.e.r. en een nut en noodzaak-analyse in voorbereiding over plaatsing van windturbines langs de Afsluitdijk. Op basis hiervan dient het met de plaatsing gemoeide belang te worden afgewogen tegen de mogelijke aantasting van de wezenlijke kenmerken of waarden van de Waddenzee. Afhankelijk hiervan kan het kabinet een besluit nemen om een uitzondering te maken op het hiervoor genoemde verbod. De toelaatbaarheid van plaatsing van windturbines grenzend aan het pkb-gebied zal van geval tot geval worden beoordeeld. m. Ontgrondingen De zandwinning in de Waddenzee is met ingang van 2000 beperkt tot het bij het regulier onderhoud vrijkomende zand. PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 10

11 De schelpenwinning in de Waddenzee wordt gereguleerd door contingentering en zonering. Uitgangspunt is dat de jaarlijks gewonnen hoeveelheid schelpen in de Waddenzee niet meer mag bedragen dan de gemiddelde jaarlijkse natuurlijke aanwas. Schelpenwinning wordt alleen toegestaan beneden -5 meter NAP. n. Archeologie Onderzoek naar en berging van archeologisch waardevolle scheepswrakken en verdronken en ondergeslibde nederzettingen in de Waddenzee kan onder voorwaarden worden toegestaan, als deze door toedoen van natuurlijke fysische processen aan de oppervlakte van de zeebodem komen. Menselijke activiteiten in de Waddenzee mogen in beginsel niet leiden tot aantasting van in de bodem aanwezige archeologische waarden. o. Recreatie Het rijksbeleid ten aanzien van de recreatie op de Waddenzee is gericht op het beheersbaar maken en houden van het recreatief medegebruik en het ontwikkelen van duurzame vormen van recreatie, waarbij de natuurlijke draagkracht van het gebied uitgangspunt is. Voor het recreatief medegebruik geldt een zonering waarbij de voor verstoring gevoelige gebieden worden ontzien. Een kaart met een globaal afgewogen recreatieve zonering is bij deze pkb gevoegd (pkb-kaart 2). Er mogen geen nieuwe jachthavens in of direct grenzend aan de Waddenzee worden aangelegd. In de westelijke Waddenzee en in het Eemsgebied wordt een beperkte capaciteitsvergroting voor de recreatievaart binnen bestaande havens mogelijk geacht. Het aantal ligplaatsen voor de recreatievaart in de bestaande havens in of direct grenzend aan de Waddenzee mag maximaal 4400 bedragen. De Waddenzee mag niet worden gebruikt voor waterskiën, jetskiën en vergelijkbare gemotoriseerde activiteiten. Er mogen in de Waddenzee geen speedboten worden gebruikt. Aan de waddenprovincies wordt gevraagd om het recreatiebeleid voor de Waddenzee met inachtneming van deze pkb verder inhoud te geven. p. Visserij Het aantal vergunningen voor de kokkel - en mosselzaadvisserij, alsmede voor de garnalenvisserij in de Waddenzee mag niet worden uitgebreid. Visserij op andere schelpdiersoorten in de Waddenzee mag niet worden toegestaan. Het gedifferentieerde beleid van permanente sluiting van gebieden voor de mosselzaadvisserij, de handmatige en mechanische kokkelvisserij alsook voor de visserij met bodemvistuigen met wekkerkettingen wordt voortgezet. Het beleid om in voedselarme jaren aanvullende maatregelen te nemen om voldoende voedsel voor vogels te reserveren wordt voortgezet. Hiertoe wordt op de wadplaten (het litoraal) minimaal 10 miljoen kg kokkel- en mosselvlees en in het sublitoraal van de Waddenzee en de aan de Waddenzee grenzende Noordzeekustzone minimaal 8,6 PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 11

12 miljoen kg kokkel-, mossel- en spisulavlees gereserveerd voor de vogels. Op basis van de kansrijkheid van gebieden voor de vorming van stabiele mosselbanken en zeegrasvelden op droogvallende platen, zullen naast de permanent gesloten gebieden, aanvullend gebieden van schelpdiervisserij worden gevrijwaard. De 5% droogvallende platen met de meeste kans op het ontstaan van stabiele mosselbanken zal onbevist worden gelaten. Hiermee neemt het areaal ongestoord gebied in vergelijking met de vorige PKB Waddenzee per saldo toe. De kokkelvisserij in de Waddenzee mag niet meer bedragen dan 10 miljoen kg kokkelvlees per jaar. De mosselzaadvisserij mag niet meer bedragen dan een driejaarsgemiddelde van 65 miljoen kg mosselzaad. Er mag niet op de platen worden gevist indien in het sublitoraal meer dan 40 miljoen kg mosselzaad visbaar is. Indien op de platen wordt gevist dan zullen de 10% droogvallende platen die het meest kansrijk zijn voor het ontstaan van mosselbanken niet worden opengesteld. De garnalenvisserij is in de gesloten gebieden voor de bodemberoerende visserij niet toegestaan op de wadplaten (het litoraal). De garnalenvisserij zal in het sublitorale deel van deze gebieden uitsluitend zijn toegestaan aan garnalenvissers waarvan de schepen zijn voorzien van een black-box. De visserij met overige sleepnetten - al dan niet voorzien van wekkerkettingen - is op de wadplaten (het litoraal) in het gehele pkb-gebied niet toegestaan. De betreffende visserij in het sublitoraal is uitsluitend toegestaan voor zover de schepen zijn voorzien van een black-box. In de komende jaren zal op basis van een afweging van de ecologische en economische aspecten worden bezien of in de periode na 2003 de sleepnetvisserij met of zonder wekkerkettingen in het sublitoraal blijft toegestaan. Hierop vooruitlopend worden geen nieuwe vergunningen uitgegeven. Voor degenen die reeds langer dan één jaar een vergunning gereserveerd hebben, zonder dat zij een voor de sleepnetvisserij geschikt vaartuig bezitten, vervalt de reservering en ook het recht op een vergunning. Ten aanzien van het gebruik van vaste vistuigen in de Nederlandse kustwateren vindt in 2000 een evaluatie plaats. Op basis hiervan zal in deel 3 van de PKB Derde Nota Waddenzee beleid voor deze visserijvorm worden geformuleerd. Op basis van artikel 17 van de Natuurbeschermingswet zijn gebieden in de Waddenzee het gehele jaar of een gedeelte daarvan gesloten. Dit geldt ook voor alle visvaartuigen. Er wordt een monitorings- en evaluatieprogramma uitgevoerd dat de basis zal zijn voor de besluitvorming over de toekomst van de kokkelvisserij en de omvang van de schelpdiervisserij in de periode na q. Militaire activiteiten Het kabinet acht een substantiële vermindering of een verplaatsing van militaire activiteiten uit het waddengebied niet reëel. De bestaande activiteiten worden van dusdanig maatschappelijk belang geacht dat zij in de planperiode op de bestaande PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 12

13 locaties worden gehandhaafd en dat een doelmatig functioneren gewaarborgd moet zijn. Wanneer de regering de activiteiten om welke reden dan ook niet meer noodzakelijk oordeelt, zullen zij worden beëindigd. De mogelijkheden om de milieubelasting in de Waddenzee te verminderen worden t.a.v. de volgende activiteiten nader onderzocht:?? draaiing van de schietrichting van het Cavalerieschietkamp (CSK) Vlieland;?? wijziging van de aanvliegroute naar de schietrange op de Vliehors;?? opheffing van het gedeelte van de laagvliegroute voor gevechtsvliegtuigen over de Waddenzee. Het kabinet zal een afweging maken van alle hiermee samenhangende positieve en negatieve aspecten. Wanneer de positieve aspecten domineren zal het kabinet de maatregelen effectueren. r. Pierenwinning Het aantal vergunningen voor het mechanisch winnen van wadpieren mag niet worden uitgebreid. De vergunningen voor deze activiteit worden slechts afgegeven aan de huidige vergunninghouders en zijn niet overdraagbaar. PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 13

14 Hoofdstuk 4 Afwegingskader 4.1 Inleiding De Waddenzee is een gebied waar mensen werken en recreëren. Dit menselijk gebruik van de Waddenzee is mogelijk mits dat past binnen de hoofddoelstelling voor de Waddenzee. Nieuwe activiteiten en uitbreiding of wijziging van bestaande activiteiten in de Waddenzee dienen daarom aan de hoofddoelstelling te worden getoetst. Dat geldt zowel voor activiteiten waarvoor in hoofdstuk 3 geen of geen alomvattende uitspraken zijn gedaan, als voor beleidsvoornemens van overheden die van invloed kunnen zijn op de hoofddoelstelling van deze pkb. Om deze toetsing te kunnen uitvoeren is in dit hoofdstuk een afwegingskader opgenomen, bestaande uit afwegingscriteria en een afwegingsmethodiek. Het afwegingskader is zo opgesteld dat daarin alle essentiële elementen en criteria uit de andere voor het pkb-gebied van belang zijnde op natuurbescherming en -ontwikkeling gerichte afwegingskaders zijn meegenomen. Het gaat daarbij om de Natuurbeschermingswet, de Habitat- en Vogelrichtlijn en het Structuurschema Groene Ruimte, zoals die gelden voor (delen van) de Waddenzee. Het afwegingskader zet de bestaande wet- en regelgeving niet opzij. Het rijk hanteert dit afwegingskader bij de beoordeling van nieuwe activiteiten en uitbreiding of wijziging van bestaande activiteiten in de Waddenzee. Provincies en gemeenten in het waddengebied dienen het in deze pkb geformuleerde afwegingskader over te nemen en te laten doorwerken in hun instrumentarium, waaronder streek- en bestemmingsplannen voor de Waddenzee en het afwegingskader te hanteren bij de beoordeling van nieuwe activiteiten en uitbreiding of wijziging van bestaande activiteiten in de Waddenzee. Het bevoegd gezag dient de toelaatbaarheid van een nieuwe activiteit of uitbreiding of wijziging van een bestaande activiteit op basis van de in het afwegingskader opgenomen criteria te toetsen aan de hoofddoelstelling. Indien er meerdere overheden als bevoegd gezag bij de besluitvorming zijn betrokken, dan acht het kabinet coördinatie van de besluitvorming en harmonisatie van procedures noodzakelijk. Het rijk zal in de eerste helft van de planperiode van deze pkb, in overleg met de waddenoverheden, de mogelijkheid bezien om te komen tot één loket voor toestemming/vergunningaanvraag. Het afwegingskader dient ook te worden toegepast voor activiteiten buiten het pkb-gebied die de wezenlijke kenmerken of waarden van de Waddenzee kunnen aantasten (externe werking; zie paragraaf 5.2). 4.2 Omschrijvingen Onder activiteiten worden in dit afwegingskader verstaan alle (voorgenomen) menselijke handelingen gericht op inrichting, beheer of gebruik van de Waddenzee, waarvoor op basis van wet- of regelgeving een vergunning of anderszins toestemming nodig is. Het gaat hierbij zowel om (voorgenomen) nieuwe activiteiten als om (voorgenomen) uitbreiding of wijziging van bestaande activiteiten. Onder activiteiten worden eveneens begrepen beleidsvoornemens van overheden. PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 14

15 Onder bevoegd gezag wordt verstaan iedere overheid(sinstantie) die toestemming geeft - via plangoedkeuring of vergunningverlening - voor de betreffende inrichtings-, beheers- of gebruiksactiviteit. Onder wezenlijke kenmerken of waarden worden verstaan:?? waterbewegingen en de daarmee gepaard gaande geomorfologische en bodemkundige processen;?? natuurlijk bodemreliëf;?? kwaliteit van water, bodem en lucht;?? biologische processen, waaronder de migratiemogelijkheden van dieren;?? gebiedsspecifieke planten- en diersoorten;?? fourageer-, broed- en rustgebieden van vogels, de werp-, rust- en zooggebieden van zeezoogdieren en de kinderkamerfunctie van vis;?? unieke landschappelijke kwaliteiten: rust, weidsheid, open horizon en natuurlijkheid;?? archeologische waarden. Onder aantasting van wezenlijke kenmerken of waarden wordt elke aantasting van wezenlijke kenmerken of waarden verstaan, waaronder ook de aantasting van wezenlijke kenmerken of waarden door plannen of projecten, die significante gevolgen kan hebben voor de Waddenzee zoals bedoeld in artikel 6 van de Habitatrichtlijn. Onder dwingende redenen van groot openbaar belang worden onder meer belangen verstaan die verband houden met de menselijke gezondheid, de openbare veiligheid of met voor het milieu wezenlijk gunstige effecten, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard. Het begrip dwingende redenen van groot openbaar belang is ontleend aan artikel 6 van de Habitatrichtlijn en betekent naar de mening van het kabinet hetzelfde als het begrip zwaarwegend maatschappelijk belang. Onder mitigatie wordt verstaan het verminderen van de nadelige effecten van een activiteit op de wezenlijke kenmerken of waarden. Onder compensatie wordt verstaan het creëren van nieuwe waarden die vergelijkbaar zijn met de verloren gegane waarden. Indien het volledig onvervangbare waarden betreft heeft de compensatie betrekking op het creëren van zo vergelijkbaar mogelijke waarden. 4.3 Afwegingscriteria Het afwegingskader bevat criteria op grond waarvan beoordeeld wordt of een activiteit kan worden toegestaan. Voor het gehele pkb-gebied gelden dezelfde criteria. Deze zijn gericht op het maken van een zorgvuldige afweging uitgaande van de hoofddoelstelling en rekening houdend met het belang van de activiteit. 1. Best beschikbare informatie Ten behoeve van een zorgvuldige besluitvorming dient bij alle gegevens die nodig zijn voor de beoordeling van nieuwe en uitbreiding of wijziging van bestaande activiteiten gebruik te worden gemaakt van de best beschikbare informatie. 2. Cumulatieve effecten PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 15

16 Er dient rekening te worden gehouden met eventuele cumulatieve effecten van verschillende activiteiten op de wezenlijke kenmerken of waarden van de Waddenzee. 3. Aantasting van wezenlijke kenmerken of waarden Nagegaan dient te worden of er sprake is van aantasting van wezenlijke kenmerken of waarden van de Waddenzee. Het betreft al die kenmerken of waarden van de Waddenzee waarvan, in beginsel, geen aantasting geaccepteerd wordt omdat dit strijdig is met de hoofddoelstelling voor de Waddenzee. 4. Voorzorgbeginsel Toestemming voor een activiteit kan slechts worden gegeven nadat zekerheid is verkregen dat de activiteit de wezenlijke kenmerken of waarden van de Waddenzee niet zal aantasten. Het voorzorgbeginsel brengt met zich mee dat er bij twijfel wordt uitgegaan van aantasting van wezenlijke kenmerken of waarden en van de meest verstrekkende effecten voor de Waddenzee (worst-case scenario). 5. Reële alternatieven Het translocatiebeginsel dient te worden gehanteerd, hetgeen inhoudt dat nagegaan dient te worden of er reële alternatieven voor de activiteit buiten het pkb-gebied gevonden kunnen worden. Voorzover dat niet het geval is dient nagegaan te worden of er reële alternatieven binnen het pkb-gebied (elders, in een andere periode van het jaar of op een andere wijze) gevonden kunnen worden, zodat geen of minder aantasting van de wezenlijke kenmerken of waarden plaats zal vinden. 6. Dwingende redenen van groot openbaar belang Voor een activiteit die leidt tot aantasting van de wezenlijke kenmerken of waarden en waarvoor geen reële alternatieven aanwezig zijn dient te worden nagegaan of er sprake is van dwingende redenen van groot openbaar belang. Indien dit het geval is, dan dient een afweging plaats te vinden tussen de in de hoofddoelstelling aangegeven belangen ten opzichte van de met de activiteit gemoeide dwingende redenen van groot openbaar belang. 7. Mitigeren en compenseren Bij een activiteit die leidt tot een aantasting van de wezenlijke kenmerken of waarden dienen mitigerende en compenserende maatregelen getroffen te worden. Deze maatregelen dienen in onderlinge samenhang te worden bezien waarbij de eis geldt dat geen netto verlies aan wezenlijke kenmerken of waarden optreedt. Aan compensatie worden verder de volgende eisen gesteld:?? compensatie in directe nabijheid van het gebied;?? indien fysieke compensatie onmogelijk is, dan compensatie door kwalitatief gelijkwaardige waarden;?? indien fysieke compensatie of compensatie door kwalitatief gelijkwaardige waarden onmogelijk is, financiële compensatie (ten goede komend aan natuur);?? tijdstip besluit over ingreep is tijdstip waarop helderheid wordt gegeven over compensatie;?? tijdstip van de daadwerkelijke compensatie is gerelateerd aan het tijdstip van de ingreep. 4.4 Afwegingsmethodiek PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 16

17 Het volgende stappenschema bevat de methodiek om systematisch de bij de afweging te hanteren criteria te doorlopen. Stap 1: Bepaling van de gevolgen Allereerst dient bepaald te worden of er sprake is van aantasting van wezenlijke kenmerken of waarden van de Waddenzee. Die bepaling dient gebaseerd te zijn op de best beschikbare informatie, rekening te houden met cumulatieve effecten en uit te gaan van het voorzorgbeginsel. Het bevoegd gezag beoordeelt of hieraan is voldaan. Is er sprake van aantasting van wezenlijke kenmerken of waarden? Ja verder met stap 2 Bij twijfel op basis van het voorzorgbeginsel verder met stap 2 Neen toestemming voor de activiteit Stap 2: Bepaling van alternatieven Indien er sprake is van een activiteit die leidt tot aantasting van wezenlijke kenmerken of waarden, dan is de vraag aan de orde of er op basis van de best beschikbare informatie reële alternatieven aanwezig zijn. Allereerst dient te worden nagegaan of er buiten het pkb-gebied reële alternatieven voor de activiteit gevonden kunnen worden (translocatiebeginsel). Indien dit niet het geval is dient vervolgens nagegaan te worden of er binnen het pkb-gebied reële alternatieven voor de activiteit gevonden kunnen worden. Hierbij gaat het om de vraag of die activiteit elders binnen het pkb-gebied, in een andere periode van het jaar of op een andere wijze kan worden gerealiseerd, zodat geen of minder aantasting van wezenlijke kenmerken of waarden plaats zal vinden. De initiatiefnemer van de activiteit dient voor de afweging van alternatieven (lokaties, tijdstip, manier van realisatie) een onderzoek uit te (laten) voeren naar de gevolgen van die alternatieven voor de wezenlijke kenmerken of waarden van de Waddenzee. Het bevoegd gezag beoordeelt of er sprake is van reële alternatieven. Zijn er reële alternatieven? Ja geen toestemming voor de activiteit Neen verder met stap 3 Stap 3: Afweging van de mate van aantasting van de wezenlijke kenmerken of waarden ten opzichte van de met de activiteit gemoeide dwingende redenen van groot openbaar belang Een activiteit die leidt tot aantasting van de wezenlijke kenmerken of waarden en waarvoor geen reële alternatieve aanwezig zijn kan alleen worden toegestaan bij dwingende redenen van groot openbaar belang. Hiertoe dient een afweging plaats te vinden tussen de mate van aantasting van de wezenlijke kenmerken of waarden en de met de activiteit gemoeide dwingende redenen van groot openbaar belang. Naarmate het met de activiteit gemoeide belang groter is, zal er eerder aanleiding zijn om een met de activiteit samenhangende aantasting van wezenlijke kenmerken of waarden van de Waddenzee te rechtvaardigen en de activiteit binnen randvoorwaarden toe te staan. PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 17

18 Rechtvaardigen de dwingende redenen van groot openbaar belang de mate van aantasting? Ja verder met stap 4 Neen geen toestemming voor de activiteit Stap 4: Mitigeren en compenseren Indien er sprake is van een activiteit die leidt tot een aantasting van de wezenlijke kenmerken of waarden van de Waddenzee, waarvoor geen reële alternatieven aanwezig zijn en waarvan de dwingende redenen van groot openbaar belang op de wijze als hierboven bepaaldzijn vastgesteld, dan dient de initiatiefnemer aan te geven welke mitigerende en/of compenserende maatregelen getroffen zullen worden. Het bevoegd gezag beoordeelt of er voldoende mitigerende en/of compenserende maatregelen worden getroffen voor de activiteit. Indien dit niet het geval is, dan bepaalt het bevoegd gezag, in het te nemen besluit of de te verlenen vergunning, welke aanvullende mitigerende en/of compenserende maatregelen worden vereist, dan wel dat de activiteit geen doorgang mag vinden. De Europese Commissie wordt op de hoogte gehouden van de genomen compenserende maatregelen. Worden er voldoende mitigerende en/of compenserende maatregelen getroffen? Ja toestemming voor de activiteit Neen geen toestemming voor de activiteit PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 18

19 Hoofdstuk 5 Doorwerking en evaluatie van het Waddenzeebeleid 5.1 Doorwerking van beleid Het kabinet zal er op toezien dat de in deze pkb vastgelegde beleidsuitspraken worden nageleefd. Provincies en de gemeenten dienen met deze beleidsuitspraken bij het opstellen of herzien van hun ruimtelijke plannen rekening te houden. Beleidsuitspraken die zijn aangemerkt als concrete beleidsbeslissing moeten daarbij in acht worden genomen. Voor de uitvoering van het pkb-beleid, alsmede voor de onderlinge afstemming en samenhang, wordt een integraal Beheersplan Waddenzee opgesteld. Het beheersplan wordt minstens éénmaal in de vijf jaar herzien. Op basis van het Beheersplan Waddenzee wordt jaarlijks een Maatregelenprogramma Waddenzee opgesteld, waarin de overheden hun maatregelen en acties voor de komende vijf jaar beschrijven. Voorts wordt jaarlijks een Rapportage Maatregelenprogramma Waddenzee uitgebracht, waarin verslag wordt gedaan van de uitvoering van het maatregelenprogramma. Ten slotte wordt jaarlijks een Handhavingsprogramma Waddenzee opgesteld, waarin de wijze van handhaving van het beleid wordt vastgelegd. Deze plannen worden door de in het Regionaal Coördinatiecollege Waddengebied vertegenwoordigde partijen vastgesteld. De verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het Beheersplan, het Maatregelenprogramma en het Handhavingsprogramma ligt bij de overheid die voor het betreffende onderwerp bevoegd is. Bewoners en belangengroepen worden nadrukkelijk betrokken bij de uitvoering van het beleid. De wijze waarop de communicatie met de beleidsomgeving gestalte krijgt is geregeld in het Kaderplan Communicatie Overheden Waddenzee. 5.2 Externe werking Het realiseren van de doelstellingen voor de Waddenzee is - met name gezien de ecologische relaties - mede afhankelijk van de ontwikkelingsmogelijkheden die aan de natuur en andere functies geboden (kunnen) worden buiten het pkb-gebied. Het kabinet zal hiervoor een actief beleid voeren en nodigt de andere overheden uit om potentiële mogelijkheden hiertoe buiten het pkb-gebied nader in te vullen via de eigen beleidskaders. Nieuwe activiteiten dan wel uitbreiding of wijziging van bestaande activiteiten, alsmede beleidsvoornemens van overheden, buiten het pkb-gebied, die een aantasting kunnen opleveren voor de wezenlijke kenmerken of waarden van de Waddenzee, dienen aan de hoofddoelstelling van deze pkb te worden getoetst. Het kabinet zal die handelingen daarom aan het in deze pkb opgenomen afwegingskader onderwerpen. Bij beleidsvorming van de met de Waddenzee in verbinding staande watersystemen, zoals bijvoorbeeld de Noordzee, het IJsselmeer en het Rijnstroomgebied, vormt deze pkb een belangrijk gegeven. Provincies en gemeenten in het waddengebied dienen eenzelfde benadering te volgen. PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 19

20 Deze externe werking zal vooral relevant zijn voor nieuwe of uitbreiding of wijziging van bestaande activiteiten in het waddengebied en voor beleidsvoornemens van overheden voor het waddengebied. Het kan hierbij onder meer gaan om de volgende activiteiten:?? in de Waddenzee geluidhinder opleverende activiteiten door voorgenomen industrievestiging, defensieactiviteiten, jacht of andere activiteiten;?? aanleg van kabels en buisleidingen in de directe nabijheid van het pkb-gebied;?? baggerstort in de directe nabijheid van het pkb-gebied;?? voorgenomen industrievestiging in de directe nabijheid van het pkb-gebied die een aantasting van de waterkwaliteit van de Waddenzee betekent;?? aantasting van de kenmerkende open horizon door voorgenomen vestiging van windmolens en andere hoge bouwwerken aan de rand van de Waddenzee;?? aanleg van (jacht)havens nabij het pkb-gebied;?? visserijactiviteiten in de wateren direct grenzend aan het pkb-gebied;?? winning van ondiepe en diepe delfstoffen nabij de Waddenzee. Het kabinet zal bezien of een uitbreiding van deze lijst mogelijk is. Gezien de mogelijke effecten op de Waddenzee zijn in hoofdstuk 3 van deze pkb ook beleidsuitspraken gedaan die de grens van het pkb-gebied overschrijden, vanwege hun belang voor de realisering van de hoofddoelstelling voor de Waddenzee. Hiermee is de externe werking voor een aantal activiteiten reeds geoperationaliseerd. 5.3 Evaluatie van beleid Het kabinet wil met de waddenoverheden gezamenlijk invulling geven aan het kennismanagement Waddenzee. Het trilateraal monitoring- en beoordelingsprogramma zal worden uitgevoerd. In de planperiode zullen de doelstellingen verder worden geoperationaliseerd in meetbare en toetsbare indicatoren. Voor het aflopen van de planperiode zal het kabinet aangeven of de pkb al dan niet wordt herzien, wordt gehandhaafd, dan wel wordt ingetrokken. Bij gehele of gedeeltelijke herziening zal het kabinet aangeven welke onderdelen van het geformuleerde beleid bijstelling behoeven en in welke richting. Daaraan voorafgaand zal een evaluatie van het gevoerde beleid plaatsvinden. Bij die evaluatie zullen onder meer de resultaten worden betrokken van de in deze pkb aangekondigde onderzoeken. PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 20

21 Hoofdstuk 6 Bestuurlijke organisatie Het kabinet acht een goede horizontale en verticale afstemming van beleid essentieel voor het welslagen van het Waddenzeebeleid. De horizontale ambtelijke coördinatie tussen de bij het Waddenzeebeleid betrokken departementen, vindt plaats in de Interdepartementale Waddenzee Commissie. De verticale coördinatie tussen rijk, provincies en gemeenten vindt plaats in het Coördinatiecollege Waddengebied (CCW). Daarnaast functioneert het Regionaal Coördinatiecollege Waddengebied (RCW). In beide organen zijn rijk, waddenprovincies, waddenkustgemeenten en waddeneilanden vertegenwoordigd. Voorzitter van het CCW is de coördinerend minister voor het Waddenzeebeleid, de minister van VROM. Voorzitter van het RCW is de voorzitter van de Stuurgroep Waddenprovincies, gedeputeerde van de provincie Fryslân. Het CCW is het bestuurlijk overlegplatform voor:?? herziening van de planologische kernbeslissing Waddenzee;?? de slotfase van de voorbereiding van internationale/trilaterale onderwerpen;?? zaken die vanwege fundamenteel verschil van mening binnen het RCW in dat college niet zijn afgehandeld. Het RCW is het overlegplatform voor zaken die betrekking hebben op uitvoering en beheer van het Waddenzeebeleid. Van rijkszijde treden in het RCW door hun bewindspersonen gemandateerde ambtenaren op; waddenprovincies en -gemeenten zijn bestuurlijk vertegenwoordigd in het RCW. Uitgangspunt voor het RCW is: wat in de regio, c.q. het waddengebied, geregeld kan worden, wordt in goed overleg in het RCW afgedaan. Een en ander met inachtneming van de eigen verantwoordelijkheid van betrokken partijen en tegen de achtergrond van het streven van het kabinet om, daar waar dat doelmatig en doeltreffend is, bevoegdheden met betrekking tot de uitvoering van beleid en beheer voor de Waddenzee over te dragen aan de andere overheden door decentralisatie van instrumenten. In concreto betekent dit dat het RCW tot taak heeft de opstelling en vaststelling van:?? het Beheersplan Waddenzee;?? het Maatregelenprogramma Waddenzee;?? de Rapportage Maatregelenprogramma Waddenzee;?? en het Handhavingsprogramma Waddenzee. Daarnaast heeft het RCW tot taak om (voorgenomen) activiteiten die plaatsvinden buiten het pkb-gebied maar in het waddengebied, te toetsen aan de externe werking van de PKB Derde Nota Waddenzee. De organisatorische uitwerking van rol en positie van beide organen leggen de drie overheden concreet vast in een protocol. Voor de advisering over het Waddenzeebeleid is de Waddenadviesraad ingesteld. De Wet op de Waddenadviesraad zal worden aangepast zodat de Waddenadviesraad vanaf 1 januari 2002 blijft voortbestaan. PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 21

22 Bijlage 1 Nadere omschrijving van de grens van het pkb-gebied aan de kant van de Noordzeekustzone en de waddeneilanden Tot het pkb-gebied behoren de kwelders en platen van de Waddenzeekust van de waddeneilanden. Ter bepaling van het exacte beloop van de grens in deze gebieden is dezelfde grenspeillijn aangehouden als in de PKB Waddenzee Dit is het peil dat gemiddeld éénmaal per twee jaar werd overschreden, en waarvoor als gemiddelde het NAP + 2,50 meter werd gehanteerd. Grensbeloop op en tussen de waddeneilanden:?? over het Marsdiep de denkbeeldige lijn volgend tussen hoofdpaal 0 bij Huisduinen en paspuntpaal 64 (gemerkt ) op de Hors van Texel naar de zeewerende duinen, loopt vervolgens in zuidoostelijke richting, volgt de grenspeillijn aan de zuidzijde van de stuifdijk bij De Mok, rond de punt en langs de zuidoever van De Mok naar de buitenteen van de hoogwaterkering;?? bij het Eijerlandse Gat loopt de grens vanaf de buitenteen van de hoogwaterkering rond het Bolwerk van de vuurtoren langs de denkbeeldige lijn vanuit de noordelijke kerktoren in de Cocksdorp over de centrumpuntpaal 31 in de Eijerlandse Duinen in noordwestelijke richting en kruist hier de lijn getrokken over centrumpaal 35 en hoofdpaal 37 op de Vliehors tot aan de zuidwestelijke duinen bij de Kroonspolders op Vlieland, hier zuidelijk omheen gaat de grenspeillijn naar de duinen bij het Posthuis en aansluitend op de buitenteen van de hoofdwaterkering;?? over de Vliestroom gaat de grens vanaf de buitenteen van de haven van Vlieland, rond de duinen en langs de denkbeeldige lijn tussen hoofdpaal 51 op Vlieland en hoofdpaal 1 op Terschelling en het verlengde daarvan tot aan de zeewerende duinen op de Noordvaarder en volgt daar de grenspeillijn naar het Groene Strand bij West-Terschelling om buiten de havenkom aan te sluiten op de buitenteen van de hoofdwaterkering;?? vanaf de buitenteen van de hoogwaterkering op Terschelling bij de Wierschuur loopt de grens langs de grenspeillijn rond het oostelijk duinmassief over hoofdpaal 20a naar de Derk Hoekstrastuifdijk en volgt deze langs de Boschplaat tot het baken Noordkaap;?? vanaf de Noordkaap volgt de grens de lijn over het Borndiep naar hoofdpaal 3 op Ameland en loopt van daar uit in zuidelijke richting over de grenspeillijn langs de duinen bij Hollum naar de buitenteen van de hoofdwaterkering;?? vanuit het oostelijke eind van de hoogwaterkering op Ameland loopt de grens langs de grenspeillijn rond de Kooiduinen naar de splitsing met de weg naar het strand en de weg onderlangs de stuifdijk, en volgt daarna de Kooi-oerdstuifdijk langs de Zoute Weide naar de Oerdduinen, loopt hier zuidelijk omheen tot de denkbeeldige rechte lijn tussen hoofdpaal 24 en hoofdpaal 5 op Schiermonnikoog, en volgt vervolgens de grenspeillijn bij de duinen langs het Westerstrand tot aan de buitenteen van de hoofdwaterkering;?? de grens volgt deze tot de Kooiduinen op Schiermonnikoog, en loopt daarna weer langs de lijn van het grenspeil, rond de Kooi- en Kobbeduinen naar de denkbeeldige rechte lijn tussen paal 8 en hoofdpaal 16;?? vanuit hoofdpaal 16 volgt de grens van het pkb-gebied de lijn die loopt over de noordwestelijke en oostelijke punt van Rottumerplaat om via hoofdpaal 11 op Rottumeroog in de richting van de vuurtoren op Borkum te gaan tot aan de rijksgrens volgens Nederlandse rechtsopvatting in het Ranselgat. Coördinatenstelsel volgens Rijksdriehoeksmeting X Y NOORD-HOLLAND hoofdpaal , , 20 TEXEL paspuntpaal 64, gemerkt , ,43 centrumpuntpaal , ,10 prot. Kerk Cocksdorp , ,60 VLIELAND centrumpaal , ,96 hoofdpaal , ,34 PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee 22

DERDE NOTA WADDENZEE. Deel 1: ontwerp planologische kernbeslissing

DERDE NOTA WADDENZEE. Deel 1: ontwerp planologische kernbeslissing DERDE NOTA WADDENZEE Deel 1: ontwerp planologische kernbeslissing 1 Brief van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Aan de Voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer der

Nadere informatie

DERDE NOTA WADDENZEE. Deel 3: kabinetsstandpunt planologische kernbeslissing

DERDE NOTA WADDENZEE. Deel 3: kabinetsstandpunt planologische kernbeslissing DERDE NOTA WADDENZEE Deel 3: kabinetsstandpunt planologische kernbeslissing 1 Brief van de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Aan de voorzitters van de Tweede en Eerste

Nadere informatie

Concept aangepast deel 3 pkb Derde Nota Waddenzee

Concept aangepast deel 3 pkb Derde Nota Waddenzee > www.vrom.nl Concept aangepast deel 3 pkb Derde Nota Waddenzee Kabinetsstandpunt planologische kernbeslissing Concept aangepast deel 3 pkb Derde Nota Waddenzee w Kabinetsstandpunt pkb Concept aangepast

Nadere informatie

Ontwikkeling van de wadden voor natuur en mens Deel 4 van de planologische kernbeslissing Derde Nota Waddenzee, tekst na parlementaire instemming

Ontwikkeling van de wadden voor natuur en mens Deel 4 van de planologische kernbeslissing Derde Nota Waddenzee, tekst na parlementaire instemming Ontwikkeling van de wadden voor natuur en mens Deel 4 van de planologische kernbeslissing Derde Nota Waddenzee, tekst na parlementaire instemming januari 2007 De pkb is opgesteld door het ministerie van

Nadere informatie

Ontwikkeling van de wadden voor natuur en mens

Ontwikkeling van de wadden voor natuur en mens > www.vrom.nl Ontwikkeling van de wadden voor natuur en mens Aangepast deel 3: kabinetsstandpunt pkb Derde Nota Waddenzee mei 2006 Ontwikkeling van de wadden voor natuur en mens Aangepast deel 3: kabinetsstandpunt

Nadere informatie

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Verordening vastgesteld: 26-06-2003 In werking getreden: 15-09-2003 COMPENSATIEVERPLICHTING Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan

Nadere informatie

DEEL 1 HOE BESTUURT DE OVERHEID DE WADDENZEE?

DEEL 1 HOE BESTUURT DE OVERHEID DE WADDENZEE? DEEL 1 HOE BESTUURT DE OVERHEID DE WADDENZEE? 21 Hoofdstuk 2 De Wadden: coördinatie van bestuur en beleid 2.1 Voorgeschiedenis 2.1.1 De juridische status van het Waddenbeleid: van Waddenwet tot PKB Na

Nadere informatie

1. Inleiding en plantechnische zaken /1.3. Betekenis, functie en status van het IBW Begrenzing en werkingssfeer 4

1. Inleiding en plantechnische zaken /1.3. Betekenis, functie en status van het IBW Begrenzing en werkingssfeer 4 Evaluatie IBW Inhoud 0. Vooraf 2 1. Inleiding en plantechnische zaken 3 1.2./1.3. Betekenis, functie en status van het IBW 3 1.4. Begrenzing en werkingssfeer 4 2. Hoofdlijnen van beleid 7 2.1. Betekenis

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Postbus 20701 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 318 81 88 Fax (070) 318 78 88 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Datum 29 februari 2008 Ons kenmerk D/2008004808

Nadere informatie

TEKST VAN DE PROJECT-PLANOLOGISCHE KERNBESLISSING. Zoals deze luidt na goedkeuring door de Tweede en Eerste Kamer der Staten Generaal.

TEKST VAN DE PROJECT-PLANOLOGISCHE KERNBESLISSING. Zoals deze luidt na goedkeuring door de Tweede en Eerste Kamer der Staten Generaal. Project-planologische kernbeslissing Locatiekeuze Demonstratieproject Near Shore Windpark Tevens Partiële Herziening Tweede Structuurschema Electriciteitsvoorziening Deel 4 2 TEKST VAN DE PROJECT-PLANOLOGISCHE

Nadere informatie

Grenzen verleggen in het Waddengebied. Maarten Hajer

Grenzen verleggen in het Waddengebied. Maarten Hajer Grenzen verleggen in het Waddengebied Maarten Hajer De Waddenzee versterken: ja, maar hoe? 2 Waar J.C. Bloem niet geldt 3 En dan: wat is natuur nog in dit land? Waddenzee van (inter)nationaal belang Grootste

Nadere informatie

Datum 17 december 2010 Betreft Verlenging vergunning Nb-wet storten van onderhoudsbaggerspecie in het Marsdiep

Datum 17 december 2010 Betreft Verlenging vergunning Nb-wet storten van onderhoudsbaggerspecie in het Marsdiep > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Bedrijfsgroep Vastgoed Dienst Vastgoed Defensie t.a.v. Kapitein ter zee H.P.P. van Rede Postbus 8002 3503 RA UTRECHT Keizersgracht 5 5611 HB Eindhoven Postbus

Nadere informatie

Ministerie van VROM Eindrapport passende beoordeling van het Ministerie van VROM >

Ministerie van VROM Eindrapport passende beoordeling van het Ministerie van VROM > > www.vrom.nl Passende beoordeling Derde Nota Waddenzee Eindrapport passende beoordeling van het concept aangepast deel 3 van de planologische kernbeslissing Derde Nota Waddenzee Passende beoordeling Derde

Nadere informatie

DERDE NOTA WADDENZEE. Deel 3: kabinetsstandpunt planologische kernbeslissing

DERDE NOTA WADDENZEE. Deel 3: kabinetsstandpunt planologische kernbeslissing DERDE NOTA WADDENZEE Deel 3: kabinetsstandpunt planologische kernbeslissing 1 Brief van de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Aan de voorzitters van de Tweede en Eerste

Nadere informatie

PlanMER/PB Structuurvisie Wind op Zee Resultaten beoordeling Natuur. Windkracht14 22 januari 2014 Erik Zigterman

PlanMER/PB Structuurvisie Wind op Zee Resultaten beoordeling Natuur. Windkracht14 22 januari 2014 Erik Zigterman PlanMER/PB Structuurvisie Wind op Zee Resultaten beoordeling Natuur Windkracht14 22 januari 2014 Erik Zigterman Korte historie 2009: Nationale Waterplan! 2 windenergiegebieden aangewezen! Borssele en IJmuiden

Nadere informatie

DERDE NOTA WADDENZEE. deel 2: reacties op ontwerp planologische kernbeslissing ...

DERDE NOTA WADDENZEE. deel 2: reacties op ontwerp planologische kernbeslissing ... Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer November 2001...... deel 2: reacties op ontwerp planologische kernbeslissing DERDE NOTA WADDENZEE DERDE NOTA WADDENZEE Deel 2: reacties

Nadere informatie

Nr.: /48/A.9, LG Groningen, 27 november 2003

Nr.: /48/A.9, LG Groningen, 27 november 2003 Aan de leden van Provinciale Staten Nr.: 2003-20.009/48/A.9, LG Groningen, 27 november 2003 Behandeld door : A.H. van Schaik : Telefoonnummer : (050) 316 4815 Onderwerp : Uitgangspunten voor herziening

Nadere informatie

Ontwikkeling van de wadden voor natuur en mens

Ontwikkeling van de wadden voor natuur en mens > www.vrom.nl Ontwikkeling van de wadden voor natuur en mens Inspraakwijzer pkb Derde Nota Waddenzee Ontwikkeling van de wadden voor natuur en mens Inspraakwijzer pkb Derde Nota Waddenzee - passende beoordeling

Nadere informatie

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Deltaprogramma Waddengebied Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Colofon Deltaprogramma Waddengebied Nieuwe Uitleg 1 Den Haag PROBLEEMANALYSE DELTAPROGRAMMA WADDEN Datum 10 augustus 2011 Status

Nadere informatie

Regionale betrokkenheid bij de voorbereiding van de nominatie

Regionale betrokkenheid bij de voorbereiding van de nominatie Directie Regionale Zaken De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum DRZN. 2007/4545 13 december 2007 onderwerp doorkiesnummer

Nadere informatie

Oplegnotitie bij de Havenvisie Wadden Verantwoord Varen op het Wad (eindversie Havenvisie 27 maart 2010).

Oplegnotitie bij de Havenvisie Wadden Verantwoord Varen op het Wad (eindversie Havenvisie 27 maart 2010). Definitief concept oktober 2010 Oplegnotitie bij de Havenvisie Wadden Verantwoord Varen op het Wad (eindversie Havenvisie 27 maart 2010). Inleiding In Deel 4 van de pkb Derde Nota Waddenzee (januari 2007)

Nadere informatie

Programma naar een Rijke Waddenzee

Programma naar een Rijke Waddenzee Programma naar een Rijke Waddenzee n Symposium Waddenacademie Kees van Es Inhoud presentatie 1. Aanleiding, opdracht en context 2. De mosseltransitie in het kort Kennisvragen 3. Streefbeeld: Wijze van

Nadere informatie

Gebruiksfuncties van de Noordzee

Gebruiksfuncties van de Noordzee Ministerie van Verkeer en Waterstaat stuvwxyz Programmadirectie Ontwikkeling Nationale Luchthaven Gebruiksfuncties van de Noordzee Gebruiksfuncties van de Noordzee in en rond het zoekgebied voor een vliegveld

Nadere informatie

Ministerie van VROM Eindrapport strategische milieubeoordeling Ministerie van VROM >

Ministerie van VROM Eindrapport strategische milieubeoordeling Ministerie van VROM > > www.vrom.nl Strategische milieubeoordeling Derde Nota Waddenzee Eindrapport strategische milieubeoordeling van het concept aangepast deel 3 van de planologische kernbeslissing Derde Nota Waddenzee Strategische

Nadere informatie

PvA Verbetering beheer Waddenzee

PvA Verbetering beheer Waddenzee PvA Verbetering beheer Waddenzee Coalitie Wadden Natuurlijk maart 2014 De agenda (2014 2018) we gaan zoeken naar meer samenhang we werken alsof we één beheerder zijn we gaan aan de slag met concrete stappen

Nadere informatie

Ministerie van VROM Eindrapport strategische milieubeoordeling Ministerie van VROM >

Ministerie van VROM Eindrapport strategische milieubeoordeling Ministerie van VROM > > www.vrom.nl Strategische milieubeoordeling Derde Nota Waddenzee Eindrapport strategische milieubeoordeling van het concept aangepast deel 3 van de planologische kernbeslissing Derde Nota Waddenzee Strategische

Nadere informatie

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Deltaprogramma Waddengebied Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Colofon Deltaprogramma Waddengebied Nieuwe Uitleg 1 Den Haag PROBLEEMANALYSE DELTAPROGRAMMA WADDEN Datum 10 augustus 2011 Status

Nadere informatie

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen NL.IMRO.1730.ABdorpsstr74zuidlv-0301 Projectgebied Situatie Dorpsstraat 74 Zuidlaarderveen 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Huidige en beoogde

Nadere informatie

Visie op Zuid-Holland. Verordening Ruimte. Wijzigingsbesluit behorende bij ontwerpherziening Herijking EHS

Visie op Zuid-Holland. Verordening Ruimte. Wijzigingsbesluit behorende bij ontwerpherziening Herijking EHS Visie op Zuid-Holland Verordening Ruimte Wijzigingsbesluit behorende bij ontwerpherziening Herijking EHS GS 21 mei 2013 ONTWERP VERORDENING TOT WIJZIGING VAN DE VERORDENING RUIMTE Provinciale Staten van

Nadere informatie

Zoutboom. Sodafabriek. Natriumbicarbonaat. Soda

Zoutboom. Sodafabriek. Natriumbicarbonaat. Soda STAND 1 Hoe was het ook al weer? Zoutboom Sodafabriek Soda Natriumbicarbonaat Wat doet Frisia? Frisia wint zout door middel van oplosmijnbouw op 2,5 tot 3 km diepte. Het gewonnen zout is van zeer hoge

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (PvdD), A. van Hunnik (GL) en H. van Dieren (SGP/CU) (d.d. 4 mei 2017) Nummer 3292

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (PvdD), A. van Hunnik (GL) en H. van Dieren (SGP/CU) (d.d. 4 mei 2017) Nummer 3292 van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PvdD), A. van Hunnik (GL) en H. van Dieren (SGP/CU) (d.d. 4 mei 2017) Nummer 3292 Onderwerp Schriftelijke vervolgvragen bebouwing strand Hoek van

Nadere informatie

Ontwerp Wijzigingsplan. Ballumerweg 23 te Nes Ameland

Ontwerp Wijzigingsplan. Ballumerweg 23 te Nes Ameland Ontwerp Wijzigingsplan Ballumerweg 23 te Nes Ameland Ontwerp Wijzigingsplan Ballumerweg 23 te Nes Ameland Inhoud Toelichting op wijzigingsplan 1. Beschrijving van het plan 2. Beleidskader 3. Omgevingsaspecten

Nadere informatie

Planologische Kernbeslissing Derde Nota Waddenzee

Planologische Kernbeslissing Derde Nota Waddenzee vra2002vrom.005 Planologische Kernbeslissing Derde Nota Waddenzee LIJST VAN VRAGEN De vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer heeft een aantal vragen voorgelegd aan

Nadere informatie

PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN

PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN Concept PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN BELEIDSNOTITIE VAN GEDEPUTEERDE STATEN DECEMBER 2004 1. Doel en Aanleiding In haar brief van 11 november 2003 aan de Tweede Kamer heeft de Minister van

Nadere informatie

Datum 26 november 2009 Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij

Datum 26 november 2009 Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Keizersgracht 5 5611 HB Eindhoven Postbus 6111 5600 HC Eindhoven www.minlnv.nl Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij Geachte heer, Bij brief van

Nadere informatie

Quickscan Haalbaarheidsstudie windparken binnen 12-mijlszone

Quickscan Haalbaarheidsstudie windparken binnen 12-mijlszone Quickscan Haalbaarheidsstudie windparken binnen 12-mijlszone Juni 2013 Inhoudsopgave 1 Aanleiding Haalbaarheidsstudie... 3 2 Uitgangspunten... 3 3 Aanpak quickscan... 4 4 Uitkomsten quickscan... 4 5 Hoe

Nadere informatie

Ontwerp omgevingsvergunning nr

Ontwerp omgevingsvergunning nr Ontwerp omgevingsvergunning nr. 18132 Projectbeschrijving op 29 juni 2018 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning binnengekomen voor het verbeteren van de vaarroute tussen Holwerd en Ameland. Het

Nadere informatie

Provincie Noord-Holland

Provincie Noord-Holland Provincie POSTBUS 3007 2001 DA HAARLEM AANTEKENEN Gedeputeerde Staten van Groningen Per adres: afdeling Omgeving&Milieu Postbus 610 9700 AP GRONINGEN Gedeputeerde Staten Uw contactpersoon J.C.M. van der

Nadere informatie

Bijlage 1 bij besluit DRZ/08/286/HD/SM, d.d.10-01-2008 DEFENSIEOEFENING ZOUTKAMPERLAAG INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN

Bijlage 1 bij besluit DRZ/08/286/HD/SM, d.d.10-01-2008 DEFENSIEOEFENING ZOUTKAMPERLAAG INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN Bijlage 1 bij besluit DRZ/08/286/HD/SM, d.d.10-01-2008 DEFENSIEOEFENING ZOUTKAMPERLAAG INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN 1 De aanvraag Het betreft een gezamenlijke oefening van Defensie en Rederij Wagenborg. Er

Nadere informatie

Bijlage 1 Wettelijk kader

Bijlage 1 Wettelijk kader Bijlage 1 Wettelijk kader Inleiding In deze bijlage worden de wettelijke kaders voor ecologische beoordelingen van ruimtelijke ingrepen en andere handelingen beschreven. In de natuurbeschermingswetgeving

Nadere informatie

Procedureel Uw aanvraag is op 18 december 2009 door mij ontvangen. Bij brief van 18 december 2009 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Procedureel Uw aanvraag is op 18 december 2009 door mij ontvangen. Bij brief van 18 december 2009 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd. > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur Postbus 116 4400 AC YERSEKE Keizersgracht 5 5611 HB Eindhoven Postbus 6111 5600 HC Eindhoven www.minlnv.nl

Nadere informatie

De paragrafen en worden in het kader van deze partiële herziening als volgt gewijzigd;

De paragrafen en worden in het kader van deze partiële herziening als volgt gewijzigd; Partiële herziening Omgevingsplan Flevoland 2006 Beleidsaanpassing windenergie inzake vrijwaring van de gemeenten Noordoostpolder en Urk en Markermeer, IJmeer en IJsselmeer. De paragrafen 5.7.1 en 7.3.4

Nadere informatie

BIJLAGE 13 VERWERKING ADVIES COMMISSIE VOOR DE M.E.R.

BIJLAGE 13 VERWERKING ADVIES COMMISSIE VOOR DE M.E.R. BIJLAGE 13 VERWERKING ADVIES COMMISSIE VOOR DE M.E.R. Verwerking van advies Commissie m.e.r. (5 september 2017 / projectnummer 3228) in MER # Advies Commissie m.e.r. Waar beschreven in MER? 1 Essentiële

Nadere informatie

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug Notitie Contactpersoon Gosewien van Eck Datum 14 november 2013 Kenmerk N001-1220333GGV-evp-V01-NL Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug 1 Inleiding De gemeente

Nadere informatie

Wijziging Natuurbeschermingswet 1998 door de Crisis- en herstelwet

Wijziging Natuurbeschermingswet 1998 door de Crisis- en herstelwet Wijziging Natuurbeschermingswet 1998 door de Crisis- en herstelwet De Natuurbeschermingswet 1998 (hierna: Nb-wet) voorziet met het oog op het behoud van de biodiversiteit, in regels ter bescherming van

Nadere informatie

Blad 2. Beoordeling verzoek

Blad 2. Beoordeling verzoek Ruimtelijke onderbouwing voor het afwijken van het bestemmingsplan ten behoeve van het dempen van een kadesloot en verbreden van watergangen in de Wergeastermarpolder Door het Wetterskip Fryslân is een

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456 0000

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst concept-beheerplan Natura 2000 Lauwersmeer

Informatiebijeenkomst concept-beheerplan Natura 2000 Lauwersmeer Informatiebijeenkomst concept-beheerplan Natura 2000 Lauwersmeer 1 Programma Welkom door Douwe Hollenga, voorzitter van de stuurgroep - Wat is Natura 2000 - Waar staan we: wat is geweest en wat komt Toelichting

Nadere informatie

SPELREGELS EHS. Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies. Ministeries van LNV en VROM en de provincies

SPELREGELS EHS. Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies. Ministeries van LNV en VROM en de provincies SPELREGELS EHS Spelregels voor ruimtelijke ontwikkelingen in de EHS Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies Ministeries van LNV en VROM en de provincies 2 De Ecologische Hoofdstructuur, ook

Nadere informatie

Bijlag. Marien Ruimtelijk Plan Bijlagen Bijlage 3

Bijlag. Marien Ruimtelijk Plan Bijlagen Bijlage 3 Bijlag 1 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. ter realisatie van algemene doelstellingen... 3 3. ter realisatie van de milieudoelstellingen... 3 4. ter realisatie van de veiligheidsdoelstellingen... 4 5. ter realisatie

Nadere informatie

Bijgaand doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen gesteld door de leden Jacobi en Cegerek (beiden PvdA) over waterveiligheid in het kustgebied.

Bijgaand doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen gesteld door de leden Jacobi en Cegerek (beiden PvdA) over waterveiligheid in het kustgebied. > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant

Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant Bijlage 3 Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant Artikel 2.1 - Zorgplicht voor ruimtelijke kwaliteit 1. Een bestemmingsplan dat voorziet in een ruimtelijke ontwikkeling buiten bestaand stedelijk

Nadere informatie

Bijlage 1 bij besluit DRZ/09/2001/AN d.d. 12 juni 2009 HELIKOPTER-INZET MULTIDISCIPLINAIRE OEFENING INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN

Bijlage 1 bij besluit DRZ/09/2001/AN d.d. 12 juni 2009 HELIKOPTER-INZET MULTIDISCIPLINAIRE OEFENING INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN Bijlage 1 bij besluit DRZ/09/2001/AN d.d. 12 juni 2009 HELIKOPTER-INZET MULTIDISCIPLINAIRE OEFENING INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN DE AANVRAAG De voorgenomen helikopter-inzet maakt deel uit van een multidisciplinaire

Nadere informatie

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2 Directie en Biodiversiteit Bijlage nummer 1 Horend bij kenmerk DGAN-NB/18096623 Inhoud 1 ONDERWERP AANVRAAG... 2 2 PROCEDURE... 2 3 WETTELIJK KADER... 2 3.1 Relevante artikelen Wet natuurbescherming...

Nadere informatie

Bij brief van 18 juni 2002 heeft verweerder een verweerschrift ingediend.

Bij brief van 18 juni 2002 heeft verweerder een verweerschrift ingediend. Zaaknummer: 200201349/1 Publicatie datum: woensdag 9 april 2003 Tegen: de Ministerraad, te dezen vertegenwoordigd door de Minister van Economische Zaken Proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig Rechtsgebied:

Nadere informatie

Gebiedsbescherming, Windparken op Land en de praktijk van de Provincie Groningen. Aaldert ten Veen, Stibbe Olaf Slakhorst, Provincie Groningen

Gebiedsbescherming, Windparken op Land en de praktijk van de Provincie Groningen. Aaldert ten Veen, Stibbe Olaf Slakhorst, Provincie Groningen Gebiedsbescherming, Windparken op Land en de praktijk van de Provincie Groningen Aaldert ten Veen, Stibbe Olaf Slakhorst, Provincie Groningen Stibbe & Pondera Winddag 11 oktober 2016 Windparken en gebiedsbescherming:

Nadere informatie

Beleidsbesluit Uitgifte vergunningen ex Visserijwet 1963 voor de handmatige kokkelvisserij in de periode

Beleidsbesluit Uitgifte vergunningen ex Visserijwet 1963 voor de handmatige kokkelvisserij in de periode Beleidsbesluit Uitgifte vergunningen ex Visserijwet 1963 voor de handmatige kokkelvisserij in de periode 2002-2003 1. Inleiding Op basis van de Visserijwet 1963 zijn in 1989 aan 92 natuurlijke personen

Nadere informatie

Ontwerp-wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta

Ontwerp-wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta Ontwerp-wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta De Staatssecretaris van Economische Zaken Gelet op de artikelen 10a en 15 van de Natuurbeschermingswet 1998; BESLUIT: Artikel 1 Het besluit van 19

Nadere informatie

Aan de leden van Provinciale Staten

Aan de leden van Provinciale Staten Aan de leden van Provinciale Staten Datum : 4 september 2007 Briefnummer : 2007-32.263/36/A.42, LGW Zaaknummer: 42548 Behandeld door : Opheikens H.M. Telefoonnummer : (050) 316 4543 Antwoord op : Bijlage

Nadere informatie

Nota van Toelichting Bij deel 4 van de planologische kernbeslissing Derde Nota Waddenzee

Nota van Toelichting Bij deel 4 van de planologische kernbeslissing Derde Nota Waddenzee > www.vrom.nl Nota van Toelichting Bij deel 4 van de planologische kernbeslissing Derde Nota Waddenzee Nota van Toelichting Bij deel 4 van de planologische kernbeslissing Derde Nota Waddenzee januari 2007

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 17024 21 augustus 2012 Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 14 augustus 2012, nr. IENM/BSK-2012/145416,

Nadere informatie

Natuurwetgeving & Windenergie op land. Marieke Kaajan 15 juni 2016 NWEA Winddagen

Natuurwetgeving & Windenergie op land. Marieke Kaajan 15 juni 2016 NWEA Winddagen Natuurwetgeving & Windenergie op land Marieke Kaajan 15 juni 2016 NWEA Winddagen Windenergie en natuur; kansen en bedreigingen 1. Aandachtspunten gebiedsbescherming (Natura 2000) Marieke Kaajan ENVIR Advocaten

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van aanvraag omgevingsvergunning voor het plaatsen van een gedeelte van een woonwagen en voor een meterkast buiten de aangelegde woonwagenlocatie aan de Heelalstraat.

Nadere informatie

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 28 april DRZ/07/3012/FB/HG onderwerp doorkiesnummer bijlagen

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 28 april DRZ/07/3012/FB/HG onderwerp doorkiesnummer bijlagen Directie Regionale Zaken Zeehondencrèche Lenie t Hart t.a.v. Hoofdstraat 94a 9968 AG Pieterburen uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 28 april 2007 - DRZ/07/3012/FB/HG 01-08-2007 onderwerp doorkiesnummer

Nadere informatie

3. Gewenste ontwikkeling Milieu Planbeschrijving Inspraak Voorschriften 7

3. Gewenste ontwikkeling Milieu Planbeschrijving Inspraak Voorschriften 7 TOELICHTING INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Bestaande situatie 3 2.1 Plangebied 3 2.2 Vigerende bestemmingsplan 3 2.3 bestaande situatie 4 3. Gewenste ontwikkeling 4 4. Milieu 4 5. Planbeschrijving 6 6.

Nadere informatie

Project Mainportontwikkeling Rotterdam Procedurewijzer

Project Mainportontwikkeling Rotterdam Procedurewijzer Project Mainportontwikkeling Rotterdam Procedurewijzer meer ruimte voor haven verbetering kwaliteit leefomgeving 2 Projecten voor haven en leefomgeving procedures voor de uitvoering Het Project Mainportontwikkeling

Nadere informatie

ALGEMENE REGELS WATERKWANTITEIT KEUR WATERSCHAP HUNZE EN AA S 2014 Onderdeel 1 STEIGER pagina 1 van 5

ALGEMENE REGELS WATERKWANTITEIT KEUR WATERSCHAP HUNZE EN AA S 2014 Onderdeel 1 STEIGER pagina 1 van 5 Onderdeel 1 STEIGER pagina 1 van 5 Artikel 1 Begripsbepalingen a. Steiger: constructie, die over een oppervlaktewaterlichaam is geplaatst en is verankerd in het achterliggende perceel. b. Natuurvriendelijke

Nadere informatie

N.v.t. Nee (art. 5) Natuur. Riet en Ruigte. Stadsweide Roermond. Maaien. Waterstaat Stroomvoerend rivierbed. Nee (art. 9) N.v.t. Natuur. Nee (art.

N.v.t. Nee (art. 5) Natuur. Riet en Ruigte. Stadsweide Roermond. Maaien. Waterstaat Stroomvoerend rivierbed. Nee (art. 9) N.v.t. Natuur. Nee (art. ONDERWERP Bestemmingsplan check DO 9 DATUM 21-03-2016 VAN Simone Loohuizen In uiterwaarde 9 is het volgende bestemminsplan vigerend: Bestemmingsplan, aan de noordkant van de uiterwaarde In tabel 1 is per

Nadere informatie

FRYSLÂN FOAR DE WYN. Plan van aanpak. Finale versie, 14 november 2013

FRYSLÂN FOAR DE WYN. Plan van aanpak. Finale versie, 14 november 2013 FRYSLÂN FOAR DE WYN Plan van aanpak Finale versie, 14 november 2013 Albert Koers, Comité Hou Friesland Mooi Hans van der Werf, Friese Milieu Federatie Johannes Houtsma, Platform Duurzaam Friesland FRYSLÂN

Nadere informatie

enteame1ana eenteame1ana .tx 1 schiv Provincie provinsje fryslân provincie fryslân b provinsje fryslîn SCHIER M 0 N Nl K000 WAD DEN EILANDEN

enteame1ana eenteame1ana .tx 1 schiv Provincie provinsje fryslân provincie fryslân b provinsje fryslîn SCHIER M 0 N Nl K000 WAD DEN EILANDEN WAD DEN EILANDEN Pl eenteame1ana gemeente SCHIER M 0 N Nl K000 WAD DEN EILANDEN Ministennvan Binnenlandse Zaken en Knninkrijksrelaties Provincie Noord-Holland provinsje fryslân provincie fryslân b schiv

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401

Nadere informatie

INSPRAAKREACTIE WADDENVERENIGING. op de PKB DERDE NOTA WADDENZEE

INSPRAAKREACTIE WADDENVERENIGING. op de PKB DERDE NOTA WADDENZEE INSPRAAKREACTIE WADDENVERENIGING op de PKB DERDE NOTA WADDENZEE Waddenvereniging, mede namens: Greenpeace Nederland, Landschapszorg Texel, Kiesvereniging Schiermonnikoogs Belang, Stichting Marnelandschap,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 14, derde lid, van het Besluit burgerluchthavens;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 14, derde lid, van het Besluit burgerluchthavens; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 8348 25 maart 2015 Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 20 maart 2015, nr. IENM/BSK-2015/59034,

Nadere informatie

Publicatie beoordelingscriteria zonneparken op maaiveld Dalfsen

Publicatie beoordelingscriteria zonneparken op maaiveld Dalfsen Beoordelingskader (grote) zonneparken op maaiveld in Dalfsen Publicatie beoordelingscriteria zonneparken op maaiveld Dalfsen Zonneparken op maaiveld Op 26 juni 2017 heeft de gemeenteraad van Dalfsen besloten

Nadere informatie

De das in de nieuwe wet natuurbescherming. Beleven, benutten en beschermen

De das in de nieuwe wet natuurbescherming. Beleven, benutten en beschermen De das in de nieuwe wet natuurbescherming Beleven, benutten en beschermen Integratie van bestaande natuurwetten Natuurbeschermingswet 1998 gebieden hoofdstuk 2 Flora- en faunawet soorten hoofdstuk 3 Boswet

Nadere informatie

NWEA Winddagen Natuurwetgeving & Windenergie op land Aandachtspunten soortenbescherming

NWEA Winddagen Natuurwetgeving & Windenergie op land Aandachtspunten soortenbescherming NWEA Winddagen Natuurwetgeving & Windenergie op land Aandachtspunten soortenbescherming Harm Dotinga (harm.dotinga@vogelbescherming.nl / 15 juni 2016 Flora- en faunawet (Ffw): toetsingskader voor windparken

Nadere informatie

Waddebat. Een internetdiscussie. voor het. Voortgezet Onderwijs. Cases. Steef Steeneken

Waddebat. Een internetdiscussie. voor het. Voortgezet Onderwijs. Cases. Steef Steeneken Waddebat Een internetdiscussie voor het Voortgezet Onderwijs Cases Steef Steeneken Casus 1: Wat gas winnen of niet Stand van zaken: De jaren zestig De minister van economische zaken verleent vergunningen

Nadere informatie

2014D04091 LIJST VAN VRAGEN

2014D04091 LIJST VAN VRAGEN 2014D04091 LIJST VAN VRAGEN Nr. Vraag 2 Hoe verhoudt de ontwerp-rijksstructuurvisie zich met de voorgestelde Europese kaderrichtlijn op het gebied van maritieme ruimtelijke ordening en geïntegreerd kustbeheer?

Nadere informatie

Overwegingen bij besluit vergunning Wet natuurbescherming project TO-meting monitoring pilotsuppletie Amelander Zeegat

Overwegingen bij besluit vergunning Wet natuurbescherming project TO-meting monitoring pilotsuppletie Amelander Zeegat Overwegingen bij besluit vergunning Wet natuurbescherming project TO-meting monitoring pilotsuppletie Amelander Zeegat Directie en Biodiversiteit Behandeld door T 070 379 7976 F 088 223 3334 Datum 24 juli

Nadere informatie

Gelet op artikel 32, zesde lid, van de Provinciale Ruimtelijke Verordening,

Gelet op artikel 32, zesde lid, van de Provinciale Ruimtelijke Verordening, Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 8 december 2015, nr. 717771-720123, tot vaststelling van de Uitvoeringsregeling verdeelprocedure herstructurering Wind op Land. Gedeputeerde Staten

Nadere informatie

NET OP ZEE HOLLANDSE KUST (WEST BETA) Werksessie 2 offshore

NET OP ZEE HOLLANDSE KUST (WEST BETA) Werksessie 2 offshore NET OP ZEE HOLLANDSE KUST (WEST BETA) Werksessie 2 offshore 28-maart-2019 Opening 1. Opening, toelichting agenda en verslag 2. Alternatieven 3. Beoordelingskader 4. Participatie en planning 5. Afsluiting

Nadere informatie

ONTWERP BESCHIKKING. Inhoudsopgave

ONTWERP BESCHIKKING. Inhoudsopgave ONTWERP BESCHIKKING Onderwerp (Ontwerp) Watervergunning Wijziging kabeltraject Windpark Fryslân deel ten oosten van Kornwerderzand tot het Friese vaste land Inhoudsopgave 1. Aanhef 2. Besluit 3. Voorschriften

Nadere informatie

Verstandig Beheer. Visie SVRR op het Beheer van Rottumeroog en Rottumerplaat. Uitgegeven door: Bestuur SVRR. Datum: 7 oktober 2005 Versie: 1.

Verstandig Beheer. Visie SVRR op het Beheer van Rottumeroog en Rottumerplaat. Uitgegeven door: Bestuur SVRR. Datum: 7 oktober 2005 Versie: 1. Verstandig Beheer Visie SVRR op het Beheer van Rottumeroog en Rottumerplaat Uitgegeven door: Bestuur SVRR Auteur: Dick Spijker Datum: 7 oktober 2005 Versie: 1.0 Inleiding In dit document geeft het bestuur

Nadere informatie

windenergie beter te vertegenwoordigen in de structuurvisie dan nu het geval is.

windenergie beter te vertegenwoordigen in de structuurvisie dan nu het geval is. ... Datum: Pagina: 1 van 15 INHOUDSOPGAVE...... 1 Inleiding 3 2 Uitgangspunten 4 2.1 Afstand tot woningen 4 2.2 Ontwerp Ruimtelijk Plan van de Structuurvisie Hoeksche Waard 4 2.3 Nota

Nadere informatie

Staatsbosbeheer & Windenergie

Staatsbosbeheer & Windenergie Staatsbosbeheer & Windenergie Staatsbosbeheer staat voor het beschermen, beleven en benutten van natuur in Nederland. Die natuur geeft energie. Wij leveren immers al jarenlang bijdragen in de behoefte

Nadere informatie

Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân

Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân Inhoud 1. Doel van de notitie 2. Vigerend beleid ree in Fryslân 3. Wettelijke status ree 4. Schade, overlast en risico s 5. Wettelijk kader bescherming

Nadere informatie

Windpark Fryslân. Toetsingsadvies over de aanvullende notitie bij het milieueffectrapport. 14 juli 2016 / projectnummer: 2673

Windpark Fryslân. Toetsingsadvies over de aanvullende notitie bij het milieueffectrapport. 14 juli 2016 / projectnummer: 2673 Windpark Fryslân Toetsingsadvies over de aanvullende notitie bij het milieueffectrapport 14 juli 2016 / projectnummer: 2673 1. Oordeel over de aanvullende notitie bij het milieueffectrapport (MER) Windpark

Nadere informatie

De beleidsopgave vanaf 1990

De beleidsopgave vanaf 1990 1 De beleidsopgave vanaf 1990 Kustzone Slufter in de duinenrij bij Bergen, bij (hoge) vloed kan zeewater in de eerste duinvallei binnenstromen. Dit biedt een geschikt milieu voor veel zeldzame (planten)soorten.

Nadere informatie

Raadsvergadering d.d. 2 maart Voorstel nr.: 17/06.

Raadsvergadering d.d. 2 maart Voorstel nr.: 17/06. Raadsvergadering d.d. 2 maart 2006. Voorstel nr.: 17/06. Onderwerp: Herhaling voorbereidingsbesluit Wilhelminapark en Geesten. Bijl.: 2. Oegstgeest, 31 januari 2006. Aan de raad. 1. Relatie met Programbegroting

Nadere informatie

Analyse van jurisprudentie inzake de Vogel- en Habitatrichtlijn

Analyse van jurisprudentie inzake de Vogel- en Habitatrichtlijn Analyse van jurisprudentie inzake de Vogel- en Habitatrichtlijn 1. Aanleiding De aanleiding van deze nota is het besluit van de Ministerraad van 28 januari 2005 om de jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak

Nadere informatie

Beleidskader windenergie

Beleidskader windenergie Bijlage 1 Beleidskader windenergie Europese richtlijn 2009/28/EG De Europese richtlijn 2009/28/EG verplicht Nederland om in 2020 14 procent van het totale bruto-eindverbruik aan energie afkomstig te laten

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 002 Wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 en de Flora- en faunawet in verband met uitbreiding van de werkingssfeer van beide wetten naar

Nadere informatie

29 januari 2019 Documentnummer: , ECP Nummer 4/2019 Dossiernummer : K13901

29 januari 2019 Documentnummer: , ECP Nummer 4/2019 Dossiernummer : K13901 v o o r d r a c h t 29 januari 2019 Documentnummer: 2019-004240, ECP Nummer 4/2019 Dossiernummer : K13901 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen inzake de vaststelling

Nadere informatie

Investeren in het waddengebied is de moeite meer dan waard!

Investeren in het waddengebied is de moeite meer dan waard! > www.vrom.nl Investeren in het waddengebied is de moeite meer dan waard! 2e Tender Waddenfonds 8 september tot en met 17 oktober 2008 Investeren in het waddengebied is de moeite meer dan waard! 2e Tender

Nadere informatie

Nota zienswijzen ontwerpbestemmingsplan "Recreatieve Poort 2015" Behoort bij het besluit van de raad van de gemeente Goirle van 9 juni 2015 Mij bekend, De griffier Gemeente Goirle Afdeling Ontwikkeling

Nadere informatie

VNG. 9 maart 2017 T.E.P.A. Lam

VNG. 9 maart 2017 T.E.P.A. Lam VNG 9 maart 2017 T.E.P.A. Lam Kerntaken provincies Duurzame ruimtelijke ontwikkeling (o.a. waterbeheer) Milieu, energie en klimaat Vitaal platteland, natuurbeheer en ontwikkeling natuurgebieden Regionale

Nadere informatie

Datum 26 november 2009 Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij. Geachte heer,

Datum 26 november 2009 Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij. Geachte heer, > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Keizersgracht 5 5611 HB Eindhoven Postbus 6111 5600 HC Eindhoven www.minlnv.nl Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij Geachte heer, Bij brief van

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015-2016 33 872 Wijziging van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (verbetering vergunningverlening, toezicht en handhaving) A herdruk 1 GEWIJZIGD

Nadere informatie

Wet natuurbescherming

Wet natuurbescherming Wet natuurbescherming Aanleiding Evaluatie natuurwetgeving 2006-2008: vereenvoudiging wenselijk Kabinet Rutte I: Europese verplichtingen uitgangspunt Kabinet Rutte II: bijdrage aan biodiversiteit, geharmoniseerde

Nadere informatie