Nieuwe behandelmethoden voor auto-immuuntrombocytopenie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Nieuwe behandelmethoden voor auto-immuuntrombocytopenie"

Transcriptie

1 capita selecta Nieuwe behandelmethoden voor auto-immuuntrombocytopenie H.R.Koene Voor patiënten met idiopathische trombocytopenische purpura (ITP) bij wie de ziekte persisteerde of refractair was na behandeling met corticosteroïden, was splenectomie lange tijd de enige behandeling waarvan de effectiviteit was bewezen. Voor de patiënten die niet reageren op verwijdering van de milt staat de internist-hematoloog nog een uitgebreid arsenaal aan middelen ter beschikking, overwegend immunosuppressiva. De voordelen van de therapie wegen echter niet altijd op tegen de nadelen. In de laatste jaren zijn verschillende nieuwe en vernieuwde behandelingen van chronische refractaire ITP onderzocht. Kortdurende behandeling met hoge doses dexamethason is een effectief alternatief voor langdurige behandeling met corticosteroïden. Depletie van B-lymfocyten met behulp van rituximab, een procedure die een belangrijke plaats heeft gekregen bij de behandeling van het non-hodgkinlymfoom, blijkt ook effectief bij auto-immuunziekten in het algemeen en bij ITP in het bijzonder. Hoewel het probleem bij ITP schuilt in de toegenomen afbraak van trombocyten, blijkt stimulatie van de productie door middel van trombopoëtine(tpo)-receptoragonisten het trombocytenaantal ook te kunnen vergroten. Twee middelen staan op het punt geregistreerd te worden voor toepassing bij ITP: de TPO-receptoragonisten AMG531 en eltrombopag, die bij 70-80% van de patiënten een respons induceren. Ned Tijdschr Geneeskd. 2007;151: Academisch Medisch Centrum/Universiteit van Amsterdam, afd. Klinische Hematologie, Amsterdam (thans: St. Antonius Ziekenhuis, afd. Interne Geneeskunde, Postbus 2500, 3430 EM Nieuwegein). Hr.dr.H.R.Koene, internist-hematoloog Idiopathische trombocytopenische purpura (ITP), ook wel auto-immuuntrombocytopenische purpura genoemd, is een auto-immuunziekte waarbij trombocytopenie ontstaat doordat met autoantistoffen beladen trombocyten vroegtijdig worden afgebroken, vooral in de milt. De ziekte werd in 1735 voor het eerst beschreven door Paul Werlhof, een Duitse arts die tevens dichter, componist en taalkundige was. Hij beschreef een 16-jarige patiënte met hematomen en slijmvliesbloedingen die korte tijd na een infectie waren ontstaan. In 1951 infundeerde Harrington bij zichzelf en 8 vrijwilligers plasma van een ITP-patiënt, waarna een passagère trombocytopenie ontstond. 1 Later werd duidelijk dat de antiplaatjesfactor die hij meende aangetoond te hebben een autoantistof is. Bij ongeveer de helft van de patiënten manifesteert de ziekte zich op de kinderleeftijd met een zelflimiterend karakter. Wanneer ITP op volwassen leeftijd ontstaat, is het beloop meestal chronisch. Chronische refractaire ITP is een moeilijk te behandelen aandoening. In het algemeen geldt dat behandeling overwogen moet worden wanneer het trombocytenaantal onder de /l daalt. Men dient te streven naar een veilig bloedplaatjesniveau, waarbij het risico op ernstige bloedingen moet worden afgewogen tegen het risico op complicaties van de (vaak immunosuppressieve) behandeling. Chronische ITP gaat met ongeveer evenveel sterfte en morbiditeit gepaard als de behandeling van de ziekte. 2 De tabel geeft weer aan welke behandeling thans de voorkeur wordt gegeven en vermeldt de mogelijkheden bij therapiefalen; deze gegevens zijn gebaseerd op een recentelijk gepubliceerde leidraad. 3 In dit caput bespreek ik nieuwe mogelijkheden om ITP te behandelen: nieuwe corticosteroïdschema s, depletie van B-lymfocyten met rituximab en behandeling met trombopoëtinereceptoragonisten (figuur). behandeling van voorkeur Corticosteroïden. De behandeling van voorkeur bij ITP is nog steeds toediening van corticosteroïden. De meeste volwassen patiënten reageren hier goed op, maar langdurige remissies zijn ongewoon. Er zijn verschillende behandelschema s in omloop. Het meest gebruikte schema gaat uit van een prednisondosering van 1 mg/kg lichaamsgewicht/dag gedurende 2 à 3 weken, gevolgd door een afbouwschema. 4 Omdat langdurige behandeling met prednison veel bijwerkingen heeft, worden ook schema s voor korter durende therapieën gebruikt. Ook in dit tijdschrift zijn daarvan positieve resultaten gerapporteerd. 5 Ned Tijdschr Geneeskd november;151(47) 2609

2 Behandelingsmogelijkheden voor volwassenen met chronische refractaire idiopathische trombocytopenische purpura (ITP)* 3 toediening startdosering snelheid respons immunosuppressief eerste lijn prednison oraal 1-2 mg/kg 1 dd, 3 weken dagen + dexamethason oraal 40 mg 1 dd, 4 dagen dagen + tweede lijn splenectomie uren-weken + rituximab intraveneus 375 mg/m 2 wekelijks, 4 weken < weken + AMG531 subcutaan 3 μg/kg wekelijks 1-2 weken eltrombopag oraal 50 mg 1 dd 1-2 weken > tweede lijn azathioprine oraal 2 mg/kg 1 dd < 4 maanden + ciclosporine oraal 5 mg/kg 1 dd < 3 maanden + danazol oraal 10 mg/kg 1 dd < 3 maanden cyclofosfamide oraal 1-2 mg/kg 1 dd < 3 maanden + dapson oraal mg 1 dd < 3 maanden mycofenolzuur oraal 500 mg 2 dd < 3 maanden + *Alleen corticosteroïden en splenectomie zijn geregistreerde behandelingen voor ITP; de andere middelen worden off-label toegepast of registratie is aangevraagd. Dosering is per m 2 lichaamsoppervlak. Werking van rituximab, splenectomie en trombopoëtine(tpo)-receptoragonisten (AMG531 en eltrombopag) bij idiopathische trombocytopenische purpura (ITP). Door plasmacellen geproduceerde autoantistoffen veroorzaken een premature destructie van geopsoniseerde trombocyten, vooral in de milt. Bij B-celmaligniteiten richt rituximab zich tegen CD20 en veroorzaakt B-celdepletie. Bij autoimmuunziekten zoals ITP zorgt rituximab mogelijk via een depletie van geheugen-b-cellen voor een afname van de hoeveelheid plasmacellen, waardoor de productie van autoantistoffen afneemt. Splenectomie en TPO-receptoragonisten hebben waarschijnlijk geen invloed op het pathofysiologische mechanisme van ITP, maar vermeerderen het aantal circulerende trombocyten door de afbraak te verminderen respectievelijk de aanmaak te stimuleren. TPO-receptoragonisten zetten hierbij megakaryocyten aan tot proliferatie en differentiatie, waardoor het trombocytenaantal toeneemt Ned Tijdschr Geneeskd november;151(47)

3 Een andere mogelijkheid is een 4-daagse behandeling met hoge doses dexamethason. Enkele jaren geleden werd gepubliceerd dat 85% van 157 onbehandelde ITP-patiënten een respons vertoonde na behandeling met dexamethason 40 mg/dag gedurende 4 dagen. 6 Bij ongeveer de helft van de patiënten die op de therapie reageerden hield de respons langer dan 6 maanden aan. De therapie is weliswaar niet gerandomiseerd vergeleken met andere corticosteroïdschema s, maar de te verwachten afname van bijwerkingen is aantrekkelijk. Dit mogelijke voordeel verdwijnt deels wanneer herhaalde blokjes dexamethason worden gegeven, hoewel dat misschien wel een positief effect heeft op de remissieduur. In Italiaans onderzoek werden in totaal 132 patiënten behandeld met 4-6 blokjes dexamethason bestaande uit 40 mg/dag gedurende 4 dagen, met een interval van 2-4 weken. 7 Het responspercentage lag net als in eerder onderzoek rond de 85, maar belangrijker is dat meer dan 80% van degenen die op de therapie reageerden na 15 maanden nog in remissie was. De volgende stap zal een onderzoek moeten zijn waarin de effectiviteit van dit schema direct wordt vergeleken met die van de standaardtherapie met prednison. Vooralsnog bestaat er geen wetenschappelijk onderbouwde voorkeur voor een van de beschikbare schema s, maar een 4-daagse behandeling met dexamethason als eerste therapie lijkt voordelen te bieden. behandeling bij therapiefalen Splenectomie. Splenectomie is geen nieuwe behandelvorm voor ITP, maar omdat deze behandeling het effectiefst is, verdient ze toch een plaats in dit caput. De responspercentages lopen uiteen van Splenectomie heeft twee grote nadelen: patiënten hebben na verwijdering van de milt een verhoogd risico op infecties, vooral met pneumokokken, en de respons is niet of nauwelijks te voorspellen. De reactie op immunoglobuline lijkt enige voorspellende waarde te hebben, maar is geen garantie voor succes. 9 Eliminatiestudies met trombocyten die met indium gelabeld zijn zouden ook een indicatie kunnen geven, 10 maar dit nucleair-geneeskundige onderzoek wordt in Nederland slechts in enkele centra routinematig uitgevoerd. Nu er alternatieven beschikbaar zijn, zien patiënten vaker af van een splenectomie, hoewel de responspercen tages bij deze nieuwere behandelingen vaak beduidend lager zijn en langetermijnresultaten en -complicaties veelal onbekend zijn. Rituximab. Hoewel tot dusver de meeste publicaties over rituximab gebaseerd zijn op studies met patiëntengroepen en onderzoeken zonder controlegroep, is het onomstreden dat dit middel werkzaam is bij ITP. 11 Rituximab is een chimere monoklonale antistof tegen CD20, die na intraveneuze infusie B-celdepletie veroorzaakt. In de afgelopen jaren heeft het middel een centrale plaats gekregen bij de behandeling van patiënten met B-celmaligniteiten. Het is niet direct duidelijk hoe rituximab werkt bij autoimmuunziekten in het algemeen en bij ITP in het bijzonder. Autoantistoffen worden geproduceerd door plasmacellen die CD20-negatief zijn en dus niet in staat zijn om rituximab te binden. Mogelijk spelen geheugen-b-cellen een belangrijke rol bij het handhaven van serologische immuniteit. Continue antigeenpresentatie zou proliferatie kunnen induceren van geheugen-b-cellen, die zich vervolgens differentiëren tot plasmacellen. De werking van rituximab bij autoimmuunziekten zou kunnen berusten op depletie van deze autoreactieve geheugen-b-cellen, hoewel de soms geobserveerde zeer snelle responsen met deze theorie niet goed te verklaren zijn. 12 Onlangs zijn alle onderzoeken naar de werkzaamheid van rituximab bij ITP geanalyseerd die gebaseerd waren op ervaringen bij minimaal 5 patiënten. 11 Bij 63% van in totaal 313 patiënten was er een respons (95%-BI: 53-73%). Bij 46% (95%-BI: 30-58%) ontstond er een complete remissie, gedefinieerd als een trombocytengetal hoger dan /l. De remissie duurde gemiddeld 10,5 maanden bij een followupduur van 6-21 maanden. In recent cohortonderzoek is echter aangetoond dat de respons zeer lang kan aanhouden bij patiënten die een complete remissie bereiken. 13 Dit resultaat lijkt duidelijk beter dan dat van andere ITP-behandelingen, waarvan het effect ofwel kortdurend is (intraveneuze immunoglobuline) ofwel afhankelijk is van onderhoudstherapie (danazol, ciclosporine, azathioprine). De respons op rituximab kan snel of vertraagd zijn: sommige patiënten reageren er al binnen 1-2 weken op, anderen pas na 3 maanden. 12 De snelle reactie is moeilijk te begrijpen omdat (auto)antistoffen een halfwaardetijd hebben van 2-3 weken. Een van de verklaringen zou kunnen zijn dat rituximab een effect heeft dat lijkt op dat van anti-d-antistoffen: de met rituximab beladen B-lymfocyt blokkeert de Fc-receptor op (milt)macrofagen en remt daardoor de van antistoffen afhankelijke destructie van trombocyten. 14 Het effect van rituximab moet echter breder zijn, omdat de respons gewoonlijk langer aanhoudt dan bij toediening van anti-dantistoffen. Het toxiciteitsprofiel dat uit de eerdergenoemde systematische review naar voren komt, is iets ongunstiger dan doorgaans wordt gedacht. 11 Bij ongeveer 21% van 306 patiënten werden lichte tot matige bijwerkingen geconstateerd, waarvan de meeste tijdens de infusie optraden. Daarnaast was er bij 4% van de patiënten een levensbedreigende bijwerking. Er overleden 9 patiënten (3%) binnen 6 dagen- 4 maanden na de toediening. Bij 7% van de patiënten ontstond na een aantal maanden een kortdurende, onbegrepen neutropenie. 15 Het is bekend dat rituximab de secundaire immuunrespons beïnvloedt bij patiënten met non-hodgkinlymfoom. 16 Wanneer dit ook zo is bij ITP lijkt het zinvol om patiënten vóór de behandeling met rituximab te vaccineren tegen pneumokokken en Haemophilus influenzae, zodat Ned Tijdschr Geneeskd november;151(47) 2611

4 degenen die mogelijk niet reageren op de therapie alvast zijn voorbereid op een eventueel noodzakelijke splenectomie. Net zoals bij de meeste andere ITP-behandelingen is bij therapie met rituximab de respons moeilijk voorspelbaar. Bij B-cellymfomen lijkt de duur van de respons samen te hangen met een IgG-Fc-receptor(FcγR)-isotype dat een hogere affiniteit heeft tot IgG. 17 Dit polymorfisme is bij reumatoïde artritis gecorreleerd met de mate van B-celdepletie door rituximab. 18 Het is voorstelbaar dat patiënten met een FcγR-isotype dat een lagere affiniteit heeft tot IgG geen baat hebben bij rituximab; ook is het mogelijk dat zij met hogere doseringen moeten worden behandeld. Een andere verklaring voor het feit dat niet altijd een respons optreedt zou kunnen zijn dat bij een aanzienlijk deel van de patiënten T-lymfocyten een belangrijkere rol spelen. Bij ongeveer 30% van de patiënten zijn geen autoantistoffen aantoonbaar, hoewel er tot nu toe geen correlatie is aangetoond tussen de aanwezigheid van autoantistoffen en de respons op rituximab. De theorie wordt gesteund doordat bij sommige patiënten cytotoxische T-cellen gericht tegen trombocyten zijn aangetoond 19 en doordat sommige patiënten reageren op ciclosporine, een selectieve remmer van T-celproliferatie. 20 Steeds meer hematologen passen rituximab toe bij de behandeling van ITP, onder andere vanwege de ruime ervaring met het middel bij de behandeling van non-hodgkinlym fomen. De effecten op lange termijn, zowel wat respons als wat toxiciteit betreft, zijn echter nog goeddeels onbekend. Bij lymfomen wegen de voordelen van de behandeling ruimschoots op tegen de mogelijke nadelen van langdurige B-celdepletie, maar bij een in principe goedaardige ziekte als ITP hoeft dit beslist niet zo te zijn. Onder auspiciën van de stichting Hemato-Oncologie voor Volwassenen Nederland (HOVON) loopt in Nederland sinds het najaar van 2005 een onderzoek naar de werkzaamheid van 3 verschillende doseringen rituximab bij ITP ( Trombopoëtinereceptoragonisten. Een nieuwe manier om ITP te behandelen is gericht op het stimuleren van de productie van trombocyten, via de receptor voor trombopoëtine (TPO). Het voornamelijk in de lever geproduceerde TPO speelt een essentiële rol bij de differentiatie en proliferatie van megakaryocyten in het beenmerg. Stimulatie van de TPO-receptor bij ITP lijkt enigszins onlogisch, omdat ITP een ziekte is van toegenomen afbraak en omdat de productie meestal niet gestoord lijkt. Het vinden van een normaal of toegenomen aantal megakaryocyten in het beenmerg vormt nog steeds een steun voor de diagnose. Bij een aanzienlijk percentage van de ITP-patiënten vertonen de megakaryocyten een toegenomen apoptoseneiging. 21 De precieze oorzaak hiervan is onbekend, maar een verklaring zou kunnen zijn dat de antitrombocytenantistoffen ook binden aan autoantigenen op de megakaryocyt. Recombinant humaan TPO bleek zeer effectief in het vergroten van het aantal circulerende trombocyten, 22 hoewel bij sommige patiënten neutraliserende antistoffen tegen TPO werden gevormd. De ontwikkeling van TPO-receptoragonisten die geen TPO-aminozuursequenties bevatten, is sindsdien ver gevorderd. AMG531 en eltrombopag. Voor 2 middelen lijkt het moment genaderd waarop ze kunnen worden geregistreerd voor de behandeling van corticosteroïdrefractaire ITP, te weten het subcutaan toe te dienen AMG531 en het oraal te gebruiken eltrombopag. Beide middelen stimuleren in vitro de proliferatie en differentiatie van megakaryocyten en veroorzaken in vivo een dosisafhankelijke stijging van het trombocytenaantal. 23 AMG531 is een zogenoemde peptibody ; het middel bestaat uit 2 IgG1-Fc-gedeelten die covalent gebonden zijn aan 2 identieke peptiden. De peptiden binden aan de TPOreceptor, maar hebben geen homologie met TPO. De Fcfragmenten zorgen voor een verlenging van de halfwaardetijd; die ligt tussen de 110 en 160 h. In fase I- en II-onderzoek bij ITP-patiënten bleek dat 60-70% van hen op de therapie reageerde met tenminste een verdubbeling van het trombocytenaantal. 24 Ook langdurige behandeling is effectief gebleken: bij 36 patiënten, van wie de meesten bijna een jaar onder behandeling waren, was er een stabiel tromboyctenaantal boven de /l en in veel gevallen kon de immunosuppressieve medicatie worden afgebouwd. 25 Staken van de behandeling resulteert in een daling van het trombocytengetal naar de uitgangswaarde, waarbij sommige patiënten een iets ernstiger trombopenie ( rebound ) krijgen die tot 2 weken aanhoudt. De meest voorkomende bijwerking is geringe hoofdpijn; die wordt door ongeveer de helft van de patiënten gemeld. Resultaten van placebogecontroleerd onderzoek naar langduriger behandeling met AMG531 zijn onderweg. Eltrombopag is een non-peptide-tpo-receptoragonist die als tablet beschikbaar is. Ook dit middel bleek effectief bij ITP-patiënten; in een gerandomiseerd, placebogecontroleerd fase II-onderzoek reageerde tot 86% van de patiënten met een plaatjesstijging tot boven de /l. 26 Bij staken van de therapie verdween het effect. Aantal, aard en ernst van de bijwerkingen in de met eltrombopag behandelde groep waren vergelijkbaar met die in de placebogroep. Zowel AMG531 als eltrombopag is effectief bij ITPpatiënten en heeft geringe bijwerkingen. Beide middelen hebben een aantrekkelijke toedieningsvorm: AMG531 wordt wekelijks subcutaan toegediend en eltrombopag wordt eenmaal daags ingenomen. De belangrijkste nog onbeantwoorde vraag bij beide middelen is of langetermijnbehandeling veilig is. Bij 2 ITP-patiënten die met hoge doseringen AMG531 werden behandeld, werd er in het beenmerg een reversibele toename van reticulinevezels waargenomen, een observatie die al bekend was uit onderzoek met re Ned Tijdschr Geneeskd november;151(47)

5 combinant humaan TPO bij patiënten met acute leukemie. 27 Het is voorstelbaar dat continue stimulatie van de hematopoëtische voorloper een myelofibroseachtig ziektebeeld kan veroorzaken. Om na te gaan of dit ook werkelijk gebeurt, wordt thans longitudinaal onderzoek verricht. Op dit moment lijken de middelen veilig toegepast te kunnen worden wanneer een kortdurende stijging van het plaatjesaantal voldoende is, bijvoorbeeld bij patiënten die een (electieve) operatie of een andere invasieve ingreep moeten ondergaan. conclusie Hoewel er nog veel vragen zijn over het werkingsmechanisme, staat het vast dat rituximab effectief is bij ITP; het middel verdient overweging als tweede- of derdelijnstherapie. In de komende jaren zullen waarschijnlijk 2 TPO-receptoragonisten beschikbaar komen. Medicijnen uit deze groep hebben het voordeel dat ze niet immunosuppressief zijn en dat ze bij een hoog percentage van de patiënten een respons induceren. Een nadeel van zowel rituximab als TPO-receptoragonisten is de relatief hoge kostprijs. De beide middelen lijken echter effectieve alternatieven voor patiënten die niet reageren op een splenectomie of die een dergelijke operatie niet willen ondergaan. Over de langetermijntoxiciteit van deze nieuwe behandelingen bestaan nog vragen; deze dienen in longitudinaal onderzoek beantwoord te worden. Het is bij de behandeling van chronische refractaire ITP van essentieel belang dat behandelaars niet alleen naar het trombocytenaantal kijken, maar ook de voor- en nadelen van de therapie tegen elkaar afwegen. Belangenconflict: de auteur maakt deel uit van een advisory board van GlaxoSmithKline die het bedrijf adviseert over indicaties voor behandeling met eltrombopag en over klinische studies met dit medicament, en van een advisory board van Amgen voor advisering omtrent AMG531. Aanvaard op 5 september 2007 Literatuur 1 Harrington WJ, Minnich V, Hollingsworth JW, Moore CV. Demonstration of a thrombocytopenic factor in the blood of patients with thrombocytopenic purpura. J Lab Clin Med. 1951;38: Portielje JEA, Westendorp RGJ, Kluin-Nelemans HC, Brand A. Morbidity and mortality in adults with idiopathic thrombocytopenic purpura. Blood. 2001;97: Cines DB, Bussel JB. How I treat idiopathic thrombocytopenic purpura (ITP). Blood. 2005;106: Stevens W, Koene HR, Zwaginga JJ, Vreugdenhil G. Chronic idiopathic thrombocytopenic purpura: present strategy, guidelines and new insights. Neth J Med. 2006;64: Visser R, Zweegman S, Ossenkoppele GJ, Huijgens PC. Intraveneuze hoge dosis methylprednisolon effectief als behandeling van idiopathische trombocytopenische purpura bij volwassenen. Ned Tijdschr Geneeskd. 1999;143: Cheng Y, Wong RSM, Soo YOY, Chui CH, Lau FY, Chan NPH, et al. Initial treatment of immune thrombocytopenic purpura with highdose dexamethasone. N Engl J Med. 2003;349: Mazzucconi MG, Fazi P, Bernasconi S, de Rossi G, Leone G, Gugliotta L, et al. Therapy with high-dose dexamethasone (HD-DXM) in previously untreated patients affected by idiopathic thrombocytopenic purpura: a GIMEMA experience. Gruppo Italiano Malattie Ematologiche dell Adulto (GIMEMA) Thrombocytopenia Working Party. Blood. 2007;109: Kojouri K, Vesely SK, Terrell DR, George JN. Splenectomy for adult patients with idiopathic thrombocytopenic purpura: a systematic review to assess long-term platelet count responses, prediction of response, and surgical complications. Blood. 2004;104: Law C, Marcaccio M, Tam P, Heddle N, Kelton JG. High-dose intravenous immune globulin and the response to splenectomy in patients with idiopathic thrombocytopenic purpura. N Engl J Med. 1997;336: Najean Y, Rain JD, Billotey C. The site of destruction of autologous 111In-labelled platelets and the efficiency of splenectomy in children and adults with idiopathic thrombocytopenic purpura: a study of 578 patients with 268 splenectomies. Br J Haematol. 1997;97: Arnold DM, Dentali F, Crowther MA, Meyer RM, Cook RJ, Sigouin C, et al. Systematic review: efficacy and safety of rituximab for adults with idiopathic thrombocytopenic purpura. Ann Intern Med. 2007; 146: Cooper N, Stasi R, Cunningham-Rundles S, Feuerstein MA, Leonard JP, Amadori S, et al. The efficacy and safety of B-cell depletion with anti-cd20 monoclonal antibody in adults with chronic immune thrombocytopenic purpura. Br J Haematol. 2004;125: Patel V, Mihatov N, Cooper N, Stasi R, Cunningham-Rundles S, Bussel J. Long term follow-up of patients with immune thrombocytopenic purpura (ITP) whose initial response to rituximab lasted a minimum of 1 year. Blood. 2006;108:abstract Bennett CM, Rogers ZR, Kinnamon DD, Bussel JB, Mahoney DH, Abshire TC, et al. Prospective phase 1/2 study of rituximab in childhood and adolescent chronic immune thrombocytopenic purpura. Blood. 2006;107: Dunleavy K, Hakim F, Kim HK, Janik JE, Grant N, Nakayama T, et al. B-cell recovery following rituximab-based therapy is associated with perturbations in stromal derived factor-1 and granulocyte homeostasis. Blood. 2005;106: Kolk LE van der, Baars JW, Prins MH, Oers MH van. Rituximab treatment results in impaired secondary humoral immune responsiveness. Blood. 2002;100: Cartron G, Dacheux L, Salles G, Solal-Celigny P, Bardos P, Colombat P, et al. Therapeutic activity of humanized anti-cd20 monoclonal antibody and polymorphism in IgG Fc receptor FcgammaRIIIa gene. Blood. 2002;99: Anolik JH, Campbell D, Felgar RE, Young F, Sanz I, Rosenblatt J, et al. The relationship of FcgammaRIIIa genotype to degree of B cell depletion by rituximab in the treatment of systemic lupus erythematosus. Arthritis Rheum. 2003;48: Olsson B, Andersson PO, Jernås M, Jacobsson S, Carlsson B, Carlsson LM, et al. T-cell-mediated cytotoxicity toward platelets in chronic idiopathic thrombocytopenic purpura. Nat Med. 2003;9: Kappers-Klunne MC, Veer MB van t. Cyclosporin A for the treatment of patients with chronic idiopathic thrombocytopenic purpura refractory to corticosteroids or splenectomy. Br J Haematol. 2001;114: Ned Tijdschr Geneeskd november;151(47) 2613

6 21 Houwerzijl EJ, Blom NR, Want JJ van der, Esselink MT, Koornstra JJ, Smit JW, et al. Ultrastructural study shows morphologic features of apoptosis and para-apoptosis in megakaryocytes from patients with idiopathic thrombocytopenic purpura. Blood. 2004;103: Kuter DJ, Begley CG. Recombinant human thrombopoietin: basic biology and evaluation of clinical studies. Blood. 2002;100: Kuter DJ. New thrombopoietic growth factors. Blood. 2007;109: Bussel JB, Kuter DJ, George JN, McMillan R, Aledort LM, Conklin GT, et al. AMG 531, a thrombopoiesis-stimulating protein, for chronic ITP. N Engl J Med. 2006;355: Kuter DJ, Bussel JB, George JN, Aledort LM, Lichtin A, Lyons RM, et al. Long-term dosing of AMG531 in thrombocytopenic patients with immune thrombocytopenic purpura: 48-week update. Blood. 2006;108:abstract Bussel JB, Cheng G, Saleh M, Kovaleva L, Stone N, Mayer B, et al. Analysis of bleeding in patients with immune thrombocytopenic purpura (ITP): a randomized, double-blind, placebo-controlled trial of eltrombopag, an oral platelet growth factor. Blood. 2006;108:abstract Douglas VK, Tallman MS, Cripe LD, Peterson LC. Thrombopoietin administered during induction chemotherapy to patients with acute myeloid leukemia induces transient morphologic changes that may resemble chronic myeloproliferative disorders. Am J Clin Pathol. 2002; 117: Abstract New approaches to the treatment of idiopathic thrombocytopenia For many years, splenectomy has been considered the only therapy with proven efficacy in patients with relapsed/refractory idiopathic thrombocytopenic purpura (ITP) following corticosteroid therapy. A broad spectrum of (mostly immunosuppressive) agents are available for patients who fail to respond to splenectomy. However, the risks associated with these agents sometimes outweigh their benefits. Recently, several new or renewed strategies have been evaluated for chronic refractory ITP. Short-term therapy with high-dose dexamethasone is an effective alternative to long-term treatment with corticosteroids. Depletion of B lymphocytes with rituximab, an agent that has an established role in the treatment of non-hodgkin s lymphoma, also appears to be effective in autoimmune disorders, particularly in ITP. Although the main problem in ITP is the increased destruction of thrombocytes, stimulation of thrombocyte production with thrombopoietin(tpo)-receptor agonists can increase thrombocyte counts. Two TPO-receptor agonists, AMG531 and eltrombopag, induce responses in 70-80% of ITP patients and are expected to gain approval for use in ITP soon. Ned Tijdschr Geneeskd. 2007;151: Ned Tijdschr Geneeskd november;151(47)

Immuun trombocytopenie (ITP) Een overzicht

Immuun trombocytopenie (ITP) Een overzicht Immuun trombocytopenie (ITP) Een overzicht Dr. Peter A.W. te Boekhorst Internist-hematoloog Erasmus MC ITP: Inleiding Ziekte van Werlhof Paul Werlhof (1699-1767) Idiopathische trombocytopenische purpura

Nadere informatie

Behandeling van ITP bij kinderen

Behandeling van ITP bij kinderen Behandeling van ITP bij kinderen Daarom: de TIKI studie! K.M.J. Heitink-Pollé Kinderarts, hematoloog/oncoloog WKZ en Flevoziekenhuis The Harrington-Hollingsworth Experiment 1951 Schwartz RS. N Engl J Med

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum 12 maart 2009 Farmatec/FZ-2919252 13 juli 2009

Uw brief van Uw kenmerk Datum 12 maart 2009 Farmatec/FZ-2919252 13 juli 2009 Aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ 'S-GRAVENHAGE Uw brief van Uw kenmerk Datum 12 maart 2009 Farmatec/FZ-2919252 13 juli 2009 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer

Nadere informatie

Immuun trombocytopenische purpura (ITP)

Immuun trombocytopenische purpura (ITP) Interne geneeskunde/hematologie Patiënteninformatie Immuun trombocytopenische purpura (ITP) U ontvangt deze informatie, omdat bij u immuun trombocytopenische purpura (ITP) is vastgesteld. Bij deze bloedaandoening

Nadere informatie

Aan de minister voor Medische Zorg en Sport Postbus EJ S -GRAVENHAGE

Aan de minister voor Medische Zorg en Sport Postbus EJ S -GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 320, 1110 AH Diemen Aan de minister voor Medische Zorg en Sport Postbus 20350 2500 EJ S -GRAVENHAGE 2018022713 Zorginstituut Nederland Zorg I Interne Geneeskunde Eekholt 4 1112 XH

Nadere informatie

Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350

Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 > Retouradres Postbus 320, 1110 AH Diemen Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ 's-gravenhage 0530.2016120415 Zorginstituut Nederland Pakket Eekholt 4 1112 XH Diemen

Nadere informatie

PJP profylaxe bij prednison. Amelieke Cremers, AIOS MMB

PJP profylaxe bij prednison. Amelieke Cremers, AIOS MMB PJP profylaxe bij prednison Amelieke Cremers, AIOS MMB 30-10-2018 Q 1. Indicatie 2. Wanneer starten PJP Prednison Profylaxe PJP Wat is het Waar komt het vandaan Welke problemen Hoe toon je het aan Lymfocyten

Nadere informatie

hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen uur bereikbaar via de polikliniek Interne geneeskunde, tel. (078)

hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen uur bereikbaar via de polikliniek Interne geneeskunde, tel. (078) ITP Uw hoofdbehandelaar is: hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen 08.30 17.00 uur bereikbaar via de polikliniek Interne geneeskunde, tel. (078) 654 64 64. 1 Inleiding U heeft van de specialist

Nadere informatie

Rituximab Mab Thera. Ziekenhuis Gelderse Vallei

Rituximab Mab Thera. Ziekenhuis Gelderse Vallei Rituximab Mab Thera Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: rituximab. Hoe werkt rituximab? Bij patiënten

Nadere informatie

De achilleshiel van CLL

De achilleshiel van CLL De achilleshiel van CLL Dr. S.H. Tonino 22 november 2012 Afdeling Hematologie AMC, Amsterdam Chronische lymfatische leukemie 1. wat is chronische lymfatische leukemie (CLL?) 2. behandeling anno 2012 3.

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum 13 april 2010 Farmatec/FZ augustus 2010

Uw brief van Uw kenmerk Datum 13 april 2010 Farmatec/FZ augustus 2010 Aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ Den Haag Uw brief van Uw kenmerk Datum 13 april 2010 Farmatec/FZ2999687 27 augustus 2010 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer

Nadere informatie

TTP. Anke te Stroet Hemovigilantiemedewerker

TTP. Anke te Stroet Hemovigilantiemedewerker TTP Anke te Stroet Hemovigilantiemedewerker Disclosure belangen spreker bijeenkomst Onderwijsbijeenkomst Kennisplatform Transfusiegeneeskunde ZO Geen (potentiële) belangenverstrengeling Naam: Anke te Stroet

Nadere informatie

Nieuwe behandelingsmogelijkheden bij ITP

Nieuwe behandelingsmogelijkheden bij ITP Nieuwe behandelingsmogelijkheden bij ITP Martin Schipperus Internisthematoloog HagaZiekenhuis Den Haag Diagnose ITP Trombocytopenie (< 100 x 10 9 /L) Geen onderliggende ziekte als oorzaak trombopenie.

Nadere informatie

Ontwikkelingen voor de behandeling van AL amyloïdose

Ontwikkelingen voor de behandeling van AL amyloïdose Ontwikkelingen voor de behandeling van AL amyloïdose Reinier Raymakers, internist-hematoloog Patientendag 17 feb 2018 Plasmacellen in Multipel Myeloom, MGUS en AL amyloidose (voorloper) kwaadaardige plasmacellen

Nadere informatie

Pneumocystis jirovecii pneumonie Behandeling met corticosteroïden. Teske Schoffelen, arts-assistent IC

Pneumocystis jirovecii pneumonie Behandeling met corticosteroïden. Teske Schoffelen, arts-assistent IC Pneumocystis jirovecii pneumonie Behandeling met corticosteroïden Teske Schoffelen, arts-assistent IC 28-02-2019 Casus Vrouw, 67 jaar Presentatie Koorts, niet-productieve hoest, dyspnoe Acuut hypoxisch

Nadere informatie

Beknopte gids voor thuistoediening van Nplate

Beknopte gids voor thuistoediening van Nplate Om een maximaal voordeel te halen voor uw gezondheid uit de effecten van het geneesmiddel Nplate, om voor een goed gebruik ervan te zorgen en om de ongewenste effecten ervan te beperken, zijn er bepaalde

Nadere informatie

hoofdstuk 11 9/21/00 1:12 PM Pagina 203 Samenvatting in het Nederlands

hoofdstuk 11 9/21/00 1:12 PM Pagina 203 Samenvatting in het Nederlands hoofdstuk 11 9/21/00 1:12 PM Pagina 203 Samenvatting in het Nederlands hoofdstuk 11 9/21/00 1:12 PM Pagina 204 204 SAMENVATTING IN HET NEDERLANDS Inleiding Het humaan immuundeficiëntie virus (HIV) is de

Nadere informatie

De rol van apc en steroiden. Intensive Care, UMC St Radboud Nijmegen

De rol van apc en steroiden. Intensive Care, UMC St Radboud Nijmegen De rol van apc en steroiden Peter Pickkers Intensive Care, UMC St Radboud Nijmegen NIVAS 2012 De controverse omtrent APC, Eli-Lilly en de Surviving Sepsis Campaign De studies De sponsering Het commentaar

Nadere informatie

Rituximab. MabThera, Rixathon

Rituximab. MabThera, Rixathon Rituximab MabThera, Rixathon Inhoud Hoe werkt rituximab? 3 Voor welke aandoeningen wordt rituximab gebruikt? 3 Hoe moet ik het gebruiken? 3 Hoe moet ik het bewaren? 4 Wat zijn mogelijke bijwerkingen? 4

Nadere informatie

Geneesmiddelentherapie

Geneesmiddelentherapie https://www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro Geneesmiddelentherapie Versie 2016 13. Biologische geneesmiddelen Er zijn de laatste jaren nieuwe perspectieven geïntroduceerd met stoffen biologische

Nadere informatie

Chronische lymfatische leukemie Arnon Kater

Chronische lymfatische leukemie Arnon Kater Chronische lymfatische leukemie Arnon Kater http://www.lymmcare.nl/ CLL Epidemiologie Prognostische factoren Biologie en targeted therapy Huidige behandeling en studies CLL: epidemiologie CLL is de meest

Nadere informatie

HOVON 93 (Leukemie, AML) / acute myeloïde leukemie

HOVON 93 (Leukemie, AML) / acute myeloïde leukemie HOVON 93 (Leukemie, AML) / acute myeloïde leukemie Onderzoek naar een nieuwe behandeling voor patiënten met acute leukemie (acute myeloïde leukemie (AML) of myelodysplasie (MDS) type RAEB of RAEB-t) die

Nadere informatie

Agonisten-geïnduceerde plaatjes reactiviteit voorspelt bloeding in hemato-oncologische patiënten

Agonisten-geïnduceerde plaatjes reactiviteit voorspelt bloeding in hemato-oncologische patiënten Agonisten-geïnduceerde plaatjes reactiviteit voorspelt bloeding in hemato-oncologische patiënten Birol Batman 1, Esther R. van Bladel 1, Mariska van Hamersveld 2, Pieternel C.M. Pasker 1, Suzanne J.A.

Nadere informatie

Is er een rol voor het gebruik van Immunoglobulinen bij CML? M. Roeven Canisius Wilhemina Ziekenhuis Nijmegen

Is er een rol voor het gebruik van Immunoglobulinen bij CML? M. Roeven Canisius Wilhemina Ziekenhuis Nijmegen Is er een rol voor het gebruik van Immunoglobulinen bij CML? M. Roeven Canisius Wilhemina Ziekenhuis Nijmegen Opbouw Casus Bespreking literatuur Hypothesen met betrekking tot casus Voorgeschiedenis: 1957

Nadere informatie

Samenvatting. Reumatoïde artritis: biologicals en bot

Samenvatting. Reumatoïde artritis: biologicals en bot * Samenvatting Reumatoïde artritis: biologicals en bot Samenvatting In deel I van dit proefschrift worden resultaten gepresenteerd van onderzoek naar gegeneraliseerd botverlies (osteoporose) in patiënten

Nadere informatie

Infliximab Inflectra, Remicade, Remsima

Infliximab Inflectra, Remicade, Remsima Infliximab Inflectra, Remicade, Remsima Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: infliximab. Hoe werkt infliximab?

Nadere informatie

Zeldzame juveniele primaire systemische vasculitis

Zeldzame juveniele primaire systemische vasculitis https://www.printo.it/pediatric-rheumatology/nl/intro Zeldzame juveniele primaire systemische vasculitis Versie 2016 2. DIAGNOSE EN THERAPIE 2.1 Wat voor types vasculitis zijn er? Hoe wordt vasculitis

Nadere informatie

ITP: de stap durven nemen naar splenectomie

ITP: de stap durven nemen naar splenectomie 7 ITP: de stap durven nemen naar splenectomie Editorial bij de bijdrage van A. Sobels, C.S.J. Duchateau en M.R. Schipperus, getiteld De ITP lever/miltscan: een mogelijke voorspeller van de kans op remissie

Nadere informatie

Nieuwe. behandelingen. bij inhl/cll. Ann Janssens, MD, PhD Hematology, Leuven 14 oct 2016

Nieuwe. behandelingen. bij inhl/cll. Ann Janssens, MD, PhD Hematology, Leuven 14 oct 2016 Nieuwe behandelingen bij inhl/cll Ann Janssens, MD, PhD Hematology, Leuven 14 oct 2016 Indicaties voor behandeling CLL/iNHL Diagnose Behandeling Uitgebreide ziekte aantal en grootte klieren Grootte milt,

Nadere informatie

Hairy cell leukemie (HCL)

Hairy cell leukemie (HCL) Interne geneeskunde Patiënteninformatie Hairy cell leukemie (HCL) U ontvangt deze informatie, omdat bij u hairy cell leukemie (HCL) is geconstateerd. Hairy cell leukemie (HCL) is een zeldzame aandoening,

Nadere informatie

HOVON 132 AML/SAKK 30/13

HOVON 132 AML/SAKK 30/13 Patiënteninformatie ten behoeve van het verzamelen van beenmerg, bloed en speeksel voor wetenschappelijk onderzoek Informatie behorende bij het hoofdonderzoek HOVON 132 AML/SAKK 30/13: Onderzoek naar de

Nadere informatie

De ITP-lever/miltscan: een mogelijke voorspeller van de kans op remissie na splenectomie bij ITP-patiënten

De ITP-lever/miltscan: een mogelijke voorspeller van de kans op remissie na splenectomie bij ITP-patiënten 7 De ITP-lever/miltscan: een mogelijke voorspeller van de kans op remissie na splenectomie bij ITP-patiënten The ITP-liver/spleenscan: a possible predictor for long-term respons of splenectomie in ITP-patients

Nadere informatie

STANDPUNTEN ANAKINRA (VOORLOPIGE BEHANDELRICHTLIJN) Oktober 2002

STANDPUNTEN ANAKINRA (VOORLOPIGE BEHANDELRICHTLIJN) Oktober 2002 NVR map Anakinra 12-03-2003 09:36 Pagina 1 STANDPUNTEN ANAKINRA (VOORLOPIGE BEHANDELRICHTLIJN) Oktober 2002 NVR map Anakinra 12-03-2003 09:36 Pagina 2 De door de gepubliceerde richtlijnen en standpunten

Nadere informatie

Medicamenteuze Therapie

Medicamenteuze Therapie www.printo.it/pediatric-rheumatology/nl/intro Medicamenteuze Therapie Versie 2016 13. Biologische geneesmiddelen (biologicals) Er zijn de afgelopen jaren nieuwe, veelbelovende geneesmiddelen geïntroduceerd

Nadere informatie

Post Transfusie Purpura

Post Transfusie Purpura Post Transfusie Purpura Leendert Porcelijn Immunohematologie Diagnostiek Trombocyten/Leukocyten Serologie 19 mei 2017 1 19 mei 2017 2 Serum van mevrouw Zw in Plaatjes ImmunoFluorescentie Test (PIFT) met

Nadere informatie

Chronische lymfatische leukemie 2018

Chronische lymfatische leukemie 2018 Chronische lymfatische leukemie 2018 Arnon Kater Afd. Hematologie Academisch Medisch Centrum, Amsterdam beenmerg plaatjes witte bloedcellen rode bloedcellen antistof producerende cel milt en lymfekier

Nadere informatie

Anakinra Kineret. Ziekenhuis Gelderse Vallei

Anakinra Kineret. Ziekenhuis Gelderse Vallei Anakinra Kineret Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: anakinra. Hoe werkt anakinra? Bij patiënten met een

Nadere informatie

Informatie bijeenkomst. Aplastische Anemie. Afdeling Hematologie 12 december 2016

Informatie bijeenkomst. Aplastische Anemie. Afdeling Hematologie 12 december 2016 Informatie bijeenkomst Aplastische Anemie Afdeling Hematologie 12 december 2016 Wat is Aplastische Anemie? Fred Falkenburg Internist-hematoloog Stamcellen in het beenmerg maken alle bloedcellen en afweercellen

Nadere informatie

www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro De Ziekte van Behçet Versie 2016 2. DIAGNOSE EN THERAPIE 2.1 Hoe wordt het gediagnosticeerd? De diagnose is voornamelijk klinisch. Het kan een tot vijf

Nadere informatie

Abatacept Orencia. Ziekenhuis Gelderse Vallei

Abatacept Orencia. Ziekenhuis Gelderse Vallei Abatacept Orencia Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: abatacept. Hoe werkt abatacept? Bij patiënten met

Nadere informatie

Aplastische Anemie (AA)

Aplastische Anemie (AA) Aplastische Anemie (AA) Stijn Halkes en Jennifer Tjon Afdeling Hematologie Geen belangenverstrengeling Aplastische Anemie (AA) introductie December 2005: 23 jarige jongen met spoed naar Eerste hulp UMC,

Nadere informatie

www.printo.it/pediatric-rheumatology/nl/intro De Ziekte Van Behçet Versie 2016 2. DIAGNOSE EN THERAPIE 2.1 Hoe wordt het gediagnosticeerd? De diagnose is voornamelijk klinisch. Het kan een tot vijf jaar

Nadere informatie

De behandeling van sarcoïdose: een stapsgewijze benadering

De behandeling van sarcoïdose: een stapsgewijze benadering De behandeling van sarcoïdose: een stapsgewijze benadering Bij de behandeling van sarcoïdose zijn de volgende drie vragen met name van belang: welke patiënten hebben behandeling nodig, waarmee dienen deze

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum 21 maart 2008 GMT/VDG juni 2008

Uw brief van Uw kenmerk Datum 21 maart 2008 GMT/VDG juni 2008 Aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ 'S-GRAVENHAGE Uw brief van Uw kenmerk Datum 21 maart 2008 GMT/VDG2839323 5 juni 2008 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer

Nadere informatie

Azathioprine Imuran, Azafalk

Azathioprine Imuran, Azafalk Azathioprine Imuran, Azafalk Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: azathioprine. Hoe werkt azathioprine?

Nadere informatie

Tocilizumab RoActemra

Tocilizumab RoActemra Tocilizumab RoActemra Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: tocilizumab. Hoe werkt tocilizumab? Bij patiënten

Nadere informatie

Nieuwe middelen in acute lymfatische leukemie. Anita W Rijneveld Erasmus MC, Rotterdam

Nieuwe middelen in acute lymfatische leukemie. Anita W Rijneveld Erasmus MC, Rotterdam Nieuwe middelen in acute lymfatische leukemie Anita W Rijneveld Erasmus MC, Rotterdam EFS bij volwassenen 100% 80% 1989-1994 1995-2000 2001-2006 2007-2012 RSR 60% 40% 2007-2012 20% 0% 1989-1994 0 1 2 3

Nadere informatie

ANNEX III WIJZIGINGEN IN DE SAMENVATTINGEN VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN DE BIJSLUITER

ANNEX III WIJZIGINGEN IN DE SAMENVATTINGEN VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN DE BIJSLUITER ANNEX III WIJZIGINGEN IN DE SAMENVATTINGEN VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN DE BIJSLUITER Deze aanpassingen aan de SPC en bijsluiter zijn valide op het moment van de beschikking van de commissie. Na de beschikking

Nadere informatie

STANDPUNTEN STANDPUNT NEDERLANDSE VERENIGING VOOR REUMATOLOGIE OVER ABATACEPT.

STANDPUNTEN STANDPUNT NEDERLANDSE VERENIGING VOOR REUMATOLOGIE OVER ABATACEPT. STANDPUNTEN STANDPUNT NEDERLANDSE VERENIGING VOOR REUMATOLOGIE OVER ABATACEPT. Indicatie en behandeling van reumatoïde artritis met de selectieve T-cel modulator Abatacept. April 2008 De door de Nederlandse

Nadere informatie

OLIJFdag 3 oktober 2015

OLIJFdag 3 oktober 2015 OLIJFdag 3 oktober 2015 Nieuwe behandelingen bij eierstokkanker Els Witteveen Internist-oncoloog Huidige en nieuwe inzichten Intraperitoneale toediening Toevoeging van bevacizumab Dose dense toediening

Nadere informatie

Prednison/Prednisolon

Prednison/Prednisolon Prednison/Prednisolon Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: prednison. Hoe werkt prednison? Bij patiënten

Nadere informatie

Tamil Study version 1.0 PatInfo (NKI)/ (AMC)

Tamil Study version 1.0 PatInfo (NKI)/ (AMC) Titel van het onderzoek Onderzoek naar door de behandeling veroorzaakte veranderingen in de omringende cellen van het folliculaire Non Hodgkin lymfoom. De TAMIL studie Inleiding Geachte heer/mevrouw, Wij

Nadere informatie

Methotrexaat bij reuma Ledertrexate, Emthexate, Metoject

Methotrexaat bij reuma Ledertrexate, Emthexate, Metoject Methotrexaat bij reuma Ledertrexate, Emthexate, Metoject Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: methotrexaat.

Nadere informatie

bij patiënten met een ernstige, actieve vorm van de ziekte die nog niet eerder met methotrexaat zijn behandeld;

bij patiënten met een ernstige, actieve vorm van de ziekte die nog niet eerder met methotrexaat zijn behandeld; EMA/502328/2014 EMEA/H/C/000955 EPAR-samenvatting voor het publiek tocilizumab Dit document is een samenvatting van het Europees openbaar beoordelingsrapport (EPAR) voor. Het geeft uitleg over de aanpak

Nadere informatie

Adalimumab Humira. Ziekenhuis Gelderse Vallei

Adalimumab Humira. Ziekenhuis Gelderse Vallei Adalimumab Humira Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: adalimumab. Hoe werkt adalimumab? Bij patiënten

Nadere informatie

DOORBREEKT DE KETEN VAN CHRONISCH BRAKEN

DOORBREEKT DE KETEN VAN CHRONISCH BRAKEN DOORBREEKT DE KETEN VAN CHRONISCH BRAKEN CHRONISCH BRAKEN: EEN VICIEUZE CIRKEL Bij chronische gastritis is er sprake van een ontsteking van de maagwand. De oorzaken van chronische gastritis zijn (vaak)

Nadere informatie

Handout bij presentatie behandeling van pemphigus en pemfigoïd drs Annemarie van Houten

Handout bij presentatie behandeling van pemphigus en pemfigoïd drs Annemarie van Houten Ziet u links géén menu, klik dan hier. Handout bij presentatie behandeling van pemphigus en pemfigoïd drs Annemarie van Houten Behandeling per groep van blaarziekten: Pemphigus (PV,PF, drug-induced pemphigus,

Nadere informatie

Etanercept Enbrel, Benepali

Etanercept Enbrel, Benepali Etanercept Enbrel, Benepali Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: etanercept. Hoe werkt etanercept? Bij

Nadere informatie

belangrijke cijfers over hematologische kankersoorten

belangrijke cijfers over hematologische kankersoorten belangrijke cijfers over hematologische kankersoorten Een overzicht van het voorkomen, de behandeling en overleving van hematologische kankersoorten gebaseerd op cijfers uit de Nederlandse Kankerregistratie

Nadere informatie

Titel: HOVON 105. Rituximab bij het primair centraal zenuwstelsel lymfoom. Een gerandomiseerd HOVON / ALLG onderzoek

Titel: HOVON 105. Rituximab bij het primair centraal zenuwstelsel lymfoom. Een gerandomiseerd HOVON / ALLG onderzoek Titel:. Rituximab bij het primair centraal zenuwstelsel lymfoom. Een gerandomiseerd HOVON / ALLG onderzoek Officiële titel: Rituximab in Primary Central Nervous system Lymphoma. A randomized HOVON / ALLG

Nadere informatie

Hairy cell leukemie. Mariëlle Wondergem hematoloog VUmc

Hairy cell leukemie. Mariëlle Wondergem hematoloog VUmc Hairy cell leukemie Mariëlle Wondergem hematoloog VUmc Wie krijgen leukemie? Elk jaar krijgen in Nederland rond de 1500 mensen leukemie Ongeveer 750 acute leukemie Bij de anderen gaat het om chronische

Nadere informatie

Waarom was het onderzoek nodig?

Waarom was het onderzoek nodig? Een onderzoek om te testen of BI 4936 de geestelijke vermogens verbetert bij in de vroege fase van de ziekte van Alzheimer Dit is een samenvatting van een klinisch onderzoek bij patiënten met de ziekte

Nadere informatie

Immuuntrombocytopenie (ITP) Een praktische handleiding voor verpleegkundigen en andere paramedici

Immuuntrombocytopenie (ITP) Een praktische handleiding voor verpleegkundigen en andere paramedici Immuuntrombocytopenie (ITP) Een praktische handleiding voor verpleegkundigen en andere paramedici Inhoud Chapter 1: Immuuntrombocytopenie: de hoofdpunten 3 Chapter 2: Herkennen van immuuntrombocytopenie

Nadere informatie

Rituximab in plaats van splenectomie bij 4 kinderen met chronische of refractaire auto-immune hemolytische anemie

Rituximab in plaats van splenectomie bij 4 kinderen met chronische of refractaire auto-immune hemolytische anemie casuïstische mededelingen Rituximab in plaats van splenectomie bij 4 kinderen met chronische of refractaire auto-immune hemolytische anemie S.T.H.van Daalen, P.J.van Dijken, R.Y.J.Tamminga en P.P.T.Brons

Nadere informatie

Beknopte gids voor thuistoediening van Nplate

Beknopte gids voor thuistoediening van Nplate De Europese gezondheidsautoriteiten hebben bepaalde voorwaarden verbonden aan het in de handel brengen van het geneesmiddel Nplate. Dit verplicht plan voor risicobeperking in België, waarvan deze informatie

Nadere informatie

HIT. MDO-onderwijs d.d Claire Slegers Fellow Intensive Care

HIT. MDO-onderwijs d.d Claire Slegers Fellow Intensive Care HIT MDO-onderwijs d.d. 01-12-2014 Claire Slegers Fellow Intensive Care Casus Man 68 RvO: Dag 1 TAAA - Buisprothese VG: o.a. 97 AAA - Buisprothese, ACS wv. ASA Postoperatief start LMWH (nadroparine 1dd2850

Nadere informatie

Oseltamivir. Herjan Bavelaar AIOS MMB

Oseltamivir. Herjan Bavelaar AIOS MMB Oseltamivir Herjan Bavelaar AIOS MMB Inhoudsopgave à Introduc5e à Globaal overzicht evidence algemene popula5e à IC- specifieke literatuur à Conclusie/ discussie Introduc5e Influenza Familie: Orthomyxoviridae

Nadere informatie

Opmerkingen: Inductie 1, level 2, kuur 1 LET OP: alleen kuur 1 (langzaam R schema):

Opmerkingen: Inductie 1, level 2, kuur 1 LET OP: alleen kuur 1 (langzaam R schema): In studieverband :.. Buiten studieverband HOVON 109 inductie 1, level 2 Rituximab, Chloorambucil, Lenalidomide Therapielijst\ aftekenlijst\aanvraag cytostatica Patiëntsticker: Datum aanvraag Afdeling 12-NAT

Nadere informatie

SAMENVATTING EN CONCLUSIES

SAMENVATTING EN CONCLUSIES SAMENVATTING EN CONCLUSIES De afgelopen 10 jaar hebben de taxanen paclitaxel (Taxol ) en docetaxel (Taxotere ) een belangrijke plaats verworven in de chemotherapeutische behandeling van kanker. Beide geneesmiddelen

Nadere informatie

Disease morbidities 1; Polyneuropathy, Bing Neel, Amyloid

Disease morbidities 1; Polyneuropathy, Bing Neel, Amyloid International Waldentrom s Patient Meeting 9 oct 2016, Amsterdam Disease morbidities 1; Polyneuropathy, Bing Neel, Amyloid Monique Minnema, internist-hematoloog Morbus Waldenström Kankercellen : Waldenström

Nadere informatie

Verpleegkundig protocol plerixafor

Verpleegkundig protocol plerixafor Verpleegkundig protocol plerixafor Indicatie 3 Werkingsmechanisme 4 Toedieningsschema 6 Dosering per toediening 7 Bijwerkingen 10 Afwijkende nierfunctie 11 Aandachtspunten 11 Dit protocol kwam tot stand

Nadere informatie

Ervaring Aantal ouderen bestudeerd in Randomized Controlled Trials (RCTs) 196 patiënten, gemiddelde leeftijd 67 jaar.(4)

Ervaring Aantal ouderen bestudeerd in Randomized Controlled Trials (RCTs) 196 patiënten, gemiddelde leeftijd 67 jaar.(4) Fosinopril C09AA09, januari 2018 Indicatie Hypertensie en hartfalen. Standpunt Ephor In het rapport over de ACE-remmers van december 2017 wordt fosinopril door Ephor als behandeling van hypertensie niet

Nadere informatie

Nieuwe behandeltargets en behandelconcepten in stolling

Nieuwe behandeltargets en behandelconcepten in stolling Nieuwe behandeltargets en behandelconcepten in stolling Moderator Prof. dr R.E.G. Schutgens Spreker Prof. dr H.C.J. Eikenboom Belangenverklaring In overeenstemming met de regels van de Inspectie van de

Nadere informatie

M studie (Longkanker) / luchtpijp & longkanker

M studie (Longkanker) / luchtpijp & longkanker M14-361-studie (Longkanker) / luchtpijp & longkanker Onderzoek naar een nieuwe behandeling voor patiënten met vergevorderde kleincellige longkanker die behandeld worden met carboplatine en etoposide (standaardbehandeling).

Nadere informatie

Behandeling op maat. Mammacarcinoom en targeted therapy 4 e mammacongres Harderwijk. Carolien P. Schröder, MD, PhD Internist oncoloog UMCG

Behandeling op maat. Mammacarcinoom en targeted therapy 4 e mammacongres Harderwijk. Carolien P. Schröder, MD, PhD Internist oncoloog UMCG Behandeling op maat Carolien P. Schröder, MD, PhD Internist oncoloog UMCG Mammacarcinoom en targeted therapy 4 e mammacongres Harderwijk C.P. Schröder internist oncoloog Mammacarcinoom en targeted therapy

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING 146 Klinische en immunologische aspecten van pretransplantatie bloedtransfusies Inleiding Bloedtransfusies worden in de meeste gevallen gegeven aan patiënten die een tekort hebben

Nadere informatie

Tweede serie vragen:

Tweede serie vragen: Tweede serie vragen: Vraag van Argos: Er zijn goede resultaten met het afbouwen van venlafaxine via zogenaamde taperingstrips: hierbij gaat de patiënt in 4 of meer weken terug in dagelijks gebruik van

Nadere informatie

Welke behandeling voor obese type 2 patiënten? Gewoon insuline?

Welke behandeling voor obese type 2 patiënten? Gewoon insuline? Welke behandeling voor obese type 2 patiënten? Gewoon insuline? Joost Hoekstra, internist, AMC Potentiële belangenverstrengeling Klinische Diabetologie AMC ontvangt sponsoring van cq doet projecten met

Nadere informatie

Hypereosinofiel syndroom

Hypereosinofiel syndroom Hypereosinofiel syndroom R. Fijnheer Meander Medisch Centrum/UMCUtrecht HES Incidentie: 2-4 per 1.000.000 per jaar Man> vrouw Leeftijd: 30-70 erg in belangstelling: glivec, mepolizumab etc. Lastig voor

Nadere informatie

RISICO MINIMALISATIE MATERIAAL BETREFFENDE REVOLADE (eltrombopag) VOOR ITP EN SAA VOOR BEHANDELAARS

RISICO MINIMALISATIE MATERIAAL BETREFFENDE REVOLADE (eltrombopag) VOOR ITP EN SAA VOOR BEHANDELAARS RISICO MINIMALISATIE MATERIAAL BETREFFENDE REVOLADE (eltrombopag) VOOR ITP EN SAA VOOR BEHANDELAARS 2 RISICO MINIMALISATIE MATERIAAL BETREFFENDE REVOLADE (ELTROMBOPAG) VOOR ITP EN SAA VOOR BEHANDELAARS

Nadere informatie

Dosisgids bestemd voor de arts voor de behandeling van Reumatoïde Artritis (RA) met RoACTEMRA

Dosisgids bestemd voor de arts voor de behandeling van Reumatoïde Artritis (RA) met RoACTEMRA De Europese gezondheidsautoriteiten hebben bepaalde voorwaarden verbonden aan het in de handel brengen van het geneesmiddel RoACTEMRA. Het verplicht plan voor risicobeperking in België, waarvan deze informatie

Nadere informatie

HOVON 119 (Mantelcel lymfoom, MCL) / Lymfomen & Reticuloendotheliale Tumoren, non-hodgkinlymfoom

HOVON 119 (Mantelcel lymfoom, MCL) / Lymfomen & Reticuloendotheliale Tumoren, non-hodgkinlymfoom HOVON 119 (Mantelcel lymfoom, MCL) / Lymfomen & Reticuloendotheliale Tumoren, non-hodgkinlymfoom Onderzoek naar een nieuwe behandeling voor oudere patiënten met mantelcel lymfoom (MCL). Onderzocht wordt

Nadere informatie

Ustekinumab Stelara. Ziekenhuis Gelderse Vallei

Ustekinumab Stelara. Ziekenhuis Gelderse Vallei Ustekinumab Stelara Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: ustekinumab. Hoe werkt ustekinumab? Bij patiënten

Nadere informatie

Etanercept. Enbrel, Benepali

Etanercept. Enbrel, Benepali Etanercept Enbrel, Benepali Inhoud Hoe werkt etanercept? 3 Voor welke aandoeningen wordt etanercept gebruikt? 3 Hoe moet ik het gebruiken? 3 Hoe moet ik het bewaren? 4 Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Nadere informatie

CHAPTER 10 NEDERLANDSE SAMENVATTING

CHAPTER 10 NEDERLANDSE SAMENVATTING CHAPTER 10 NEDERLANDSE SAMENVATTING 167 168 Systemische lupus erythematosus (SLE) is een chronische auto-immuunziekte waarbij auto-antilichamen een ontstekingsreactie door het gehele lichaam kunnen veroorzaken.

Nadere informatie

Chapter 7. Algemene Discussie en Samenvatting

Chapter 7. Algemene Discussie en Samenvatting Algemene Discussie en Samenvatting 75 76 Algemene Discussie en Samenvatting Plaveiselcelcarcinoom van het oog bij runderen (BOSCC) en het vulva papilloma en carcinoma complex bij runderen (BVPCC) zijn

Nadere informatie

Sulfasalazine Salazopyrine

Sulfasalazine Salazopyrine Sulfasalazine Salazopyrine Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: sulfasalazine. Hoe werkt sulfasalazine?

Nadere informatie

Dosisgids bestemd voor de arts voor de behandeling van Reumatoïde Artritis (RA) met RoACTEMRA

Dosisgids bestemd voor de arts voor de behandeling van Reumatoïde Artritis (RA) met RoACTEMRA De Europese gezondheidsautoriteiten hebben bepaalde voorwaarden verbonden aan het in de handel brengen van het geneesmiddel RoACTEMRA. Het verplicht plan voor risicobeperking in België, waarvan deze informatie

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting Respiratoir syncytieel virus Het respiratoir syncytieel virus (RSV) is een veroorzaker van luchtweginfectiesvan de mens. Het komt bij de mens met name in het winterseizoen voor.

Nadere informatie

Paroxysmale nachtelijke hemoglobinurie. Saskia Langemeijer Radboud UMC, expertisecentrum PNH

Paroxysmale nachtelijke hemoglobinurie. Saskia Langemeijer Radboud UMC, expertisecentrum PNH Paroxysmale nachtelijke hemoglobinurie Saskia Langemeijer Radboud UMC, expertisecentrum PNH Wat is paroxysmale nachtelijke hemoglobinurie? PNH is een aandoening van de bloedcellen Het lichaam maakt continu

Nadere informatie

Flash: chemotherapie en allergie

Flash: chemotherapie en allergie Flash: chemotherapie en allergie Karen Geboes UZ Gent 4 december 2015 Opbouw Herkennen/graderen Bij welke producten/wanneer Behandeling Preventie? 2 Herkennen/graderen 3 4 5 6 Allergy 2013 7 Bij welke

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Het multipel myeloom of de ziekte van Kahler is een kwaadaardige celwoekering van plasmacellen in het beenmerg die een monoklonale zware of lichte keten immunoglobuline produceren.

Nadere informatie

HOVON140, Fludarabine, Cyclofosfamide, Rituximab(FCR), Standaard behandeling 65 jaar, kuur 2 en verder

HOVON140, Fludarabine, Cyclofosfamide, Rituximab(FCR), Standaard behandeling 65 jaar, kuur 2 en verder HOVON140, Fludarabine, Cyclofosfamide, Rituximab(FCR), Standaard behandeling 65 jaar, kuur 2 en verder Therapielijst\ aftekenlijst\aanvraag cytostatica Patiëntgegevens: Datum aanvraag Afdeling 12-NAT:

Nadere informatie

Moderator. Speaker Drs. A.M.P. Demandt Internist-hematoloog MUMC

Moderator. Speaker Drs. A.M.P. Demandt Internist-hematoloog MUMC MYELOFIBROSE: DILEMMA VAN TRANSPLANTEREN Moderator Dr. B.J. Biemond Speaker Drs. A.M.P. Demandt Internist-hematoloog MUMC Belangenverklaring In overeenstemming met de regels van de Inspectie van de Gezondheidszorg

Nadere informatie

Tocilizumab. RoActemra

Tocilizumab. RoActemra Tocilizumab RoActemra Inhoud Hoe werkt tocilizumab? 3 Voor welke aandoeningen wordt tocilizumab gebruikt? 3 Hoe moet ik het gebruiken? 3 Hoe moet ik het bewaren? 4 Wat zijn mogelijke bijwerkingen? 4 Zijn

Nadere informatie

Achtergrond Gerandomiseerde studie om de waarde van autologe stamceltransplantatie aan te tonen bij nieuw gediagnosteerde multipel myeloom.

Achtergrond Gerandomiseerde studie om de waarde van autologe stamceltransplantatie aan te tonen bij nieuw gediagnosteerde multipel myeloom. Samenvatting Hovon 95 Achtergrond Gerandomiseerde studie om de waarde van autologe stamceltransplantatie aan te tonen bij nieuw gediagnosteerde multipel myeloom. Populatie Eerstelijns behandeling bij multipel

Nadere informatie

Atropine oogdruppels ter voorkoming/afremming van hoge myopie

Atropine oogdruppels ter voorkoming/afremming van hoge myopie Atropine oogdruppels ter voorkoming/afremming van hoge myopie Bij uw zoon of dochter is myopie waargenomen. Dit betekent dat het oog van uw kind te lang is of een te sterke ooglens heeft. Zonder behandeling

Nadere informatie

Een patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie

Een patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie Thema: Leukemie Een patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie Prof.dr. Hanneke C. Kluin-Nelemans Afdeling Hematologie Samenstelling van onstolbaar gemaakt bloed Bloedcellen

Nadere informatie

Standpunt Nederlandse Hoofdpijn Vereniging (NHV) inzake de behandeling van Chronische Migraine met Botuline Toxine (BT)

Standpunt Nederlandse Hoofdpijn Vereniging (NHV) inzake de behandeling van Chronische Migraine met Botuline Toxine (BT) Standpunt Nederlandse Hoofdpijn Vereniging (NHV) inzake de behandeling van Chronische Migraine met Botuline Toxine (BT) Dr. G.M. Terwindt en Prof. Dr. M.D.Ferrari, neurologen LUMC Chronische Migraine (CM)

Nadere informatie