TASKFORCE CO2 REDUCTIE IN DE BOUW EINDRAPPORTAGE. STRATEGISCH VOORRAADBELEID EN DUURZAAMHEID Een integrale levensduurbenadering 1 februari 2013

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "TASKFORCE CO2 REDUCTIE IN DE BOUW EINDRAPPORTAGE. STRATEGISCH VOORRAADBELEID EN DUURZAAMHEID Een integrale levensduurbenadering 1 februari 2013"

Transcriptie

1 TASKFORCE CO2 REDUCTIE IN DE BOUW EINDRAPPORTAGE STRATEGISCH VOORRAADBELEID EN DUURZAAMHEID Een integrale levensduurbenadering 1 februari

2 1. NAAR DUURZAAM STRATEGISCH VOORRAAD BEHEER: ONDERZOEKSVRAAG! Werkzaamheden Taskforce CO2! Onderzoeksvraag! Onderzoeksaanpak! VOORRAADBELEID IN DE PRAKTIJK! Doelstellingen van het Vooraadbeleid! Input van het voorraadbeleid! Systemen van het voorraadbeleid! Output van het voorraadbeleid! Implementatie van het voorraadbeleid! Conclusies en aanbevelingen voorraadbeleid in de praktijk! METHODE! Analyses op voorraadniveau! Naar een specifiek onderbouwing op strategisch niveau! Naar een integrale levensduurbenadering.! CONCLUSIES EN VERVOLG! Mogelijk vervolg!

3 1. NAAR DUURZAAM STRATEGISCH VOORRAAD BEHEER: ONDERZOEKSVRAAG 1.1 Werkzaamheden Taskforce CO2 De energietransitie zal op termijn een onontkoombare invloed hebben op de woningvoorraad. De eindigheid van fossiele brandstoffen zal betekenen dat op termijn ook de bestaande woningvoorraad van Nederland moet worden verduurzaamd. Met de exploitatieperiode van corporatiewoningen is die verre toekomst steeds iets om ook vandaag rekening mee te houden. Daar komt bij dat met structureel boven inflatie stijgende energieprijzen de betaalbaarheid van corporatiewoningen al veel eerder onder druk komt te staan dan de energietransitie noodzakelijk is. Vanuit deze achtergrond is de Stichting Taskforce CO2 Reductie in de Bouw (kortweg de Taskforce CO2) opgericht. Binnen de Taskforce CO2 werken verschillende marktpartijen samen die hun ervaring, aanvullende expertise en inventiviteit delen om de CO2-reductie in een breder kader te kunnen plaatsen. 1 Taskforce CO2 wil kennis ontwikkelen en uitwisselen omtrent de renovatie en verbetering van de bestaande woningvoorraad om zo te komen tot een beter afwegingskader. De Taskforce CO2 heeft eerder een quickscan ontwikkeld voor een integrale investeringsafweging bij de verbetering van woningcomplexen. In die quickscan wordt in vier scenario s een integrale investeringsafweging geboden. Er is aandacht voor CO2 besparing, labelsprongen, verbeteringen in beeld- en gebruikskwaliteit en terugverdienmogelijkheden via hogere huren, lagere woonlasten en waardeontwikkeling op termijn. De vier scenario s zijn: - uitexploiteren (sloop-nieuwbouw, 0-10 jaar) - uitgestelde investeringsbeslissing (15 jaar doorexploiteren) - levensduurverlenging (25 jaar) - nieuwe start (50 jaar). De investering kan op verschillende manieren rendement opleveren. Naast de energiebesparing gaat het om het financieel rendement (bijvoorbeeld huurverhoging en verlenging exploitatietermijn), verbetering van de woningmarktpositie, verbetering van toegankelijkheid of woningplattegrond van de woning voor verschillende doelgroepen, et cetera. Door de verschillende rendementen van de scenario s inzichtelijk te maken, komt het kader voor een integrale investeringsafweging tot stand. Een dergelijke analyse op projectniveau is behulpzaam bij de investeringsafweging, maar uiteindelijk moet de afweging voor de toekomst van de huurwoningvoorraad op een hoger schaalniveau worden gemaakt. Voor één corporatie is de woningportefeuille de aangewezen schaal om afwegingen te maken. Om op portefeuilleniveau die afweging te kunnen maken is de kennis van complexen een noodzakelijke randvoorwaarde. Maar omgekeerd is het ook nodig inzicht te krijgen in de kwaliteiten en toekomstkansen van de gehele portefeuille om op complexniveau de juiste investeringsbeslissing te kunnen nemen. 1.2 Onderzoeksvraag De centrale vraag van dit onderzoek is hoe duurzaamheid en in het bijzonder energieverbruik een plek zou kunnen en moeten krijgen in het voorraadbeleid. Dit onderzoek is gericht op het 1 Naast oprichtster Evelyn van der Ploeg bestaat de Taskforce uit Bureau Middelkoop, Nieman Raadgevende Ingenieurs, Faro architecten en Amory + Jurriëns. 3

4 schaalniveau van de portefeuille van een corporatie en gaat daarmee een stap verder dan de eerdere complexonderzoeken. Wel is voor dit onderzoek nadere onderzoek op complexniveau verricht om voldoende gegevens te verkrijgen als input voor de methodiek voor de portefeuilleanalyse. Er is in dit onderzoek steeds gekeken naar: (1) de huidige plek van energie in het voorraadbeleid van corporaties; (2) de mogelijk toekomstige plek van energie in het voorraadbeleid van corporaties. Om die vragen te kunnen beantwoorden is het nodig de verschillende onderdelen van het voorraadbeleid afzonderlijk te belichten. Het voorraadbeleid is in het onderzoek schematisch als volgt ingedeeld: Strategisch Voorraad Beheer Doelstellingen Input Systemen Output Implementatie 1.3 Onderzoeksaanpak De huidige plek van energie in het voorraadbeleid De eerste stap van het onderzoek bestond uit het analyseren van het huidige strategisch voorraadbeleid in de praktijk. Er is bij 3 corporaties op een systematische manier gekeken naar de wijze waarop invulling wordt gegeven aan het voorraadbeleid. Diezelfde corporaties zijn actief betrokken bij het vervolgonderzoek. Tevens zijn de conclusies van het onderzoek bij deze corporaties getoetst. De corporaties zijn geselecteerd op een aantal duidelijk verschillende kenmerken. De eerste deelnemende corporatie (Wooncompagnie) heeft een zeer groot werkgebied, met een aantal grotere en veel kleinere kernen verspreid over zeer veel verschillende gemeenten. De tweede corporatie (Brabant Wonen) heeft een werkgebied verspreid over 2 stedelijke kernen. De derde corporatie (SWZ) werkt in een stad, in verschillende wijken, waar steeds verschillende corporaties een positie hebben. Die verschillen maken dat in het strategisch voorraadbeleid steeds op een andere manier, in relatie tot de totale voorraad van het gebied en in relatie tot de totale voorraad van de corporatie, afwegingen moeten worden gemaakt. Door een drietal duidelijk 4

5 verschillende corporaties te kiezen, is het mogelijk een divers beeld te verkrijgen van het voorraadbeleid in de praktijk. Bij dit voorraadbeleid in de praktijk is op een systematische manier gekeken naar de verschillende aspecten van het voorraadbeleid. Er wordt een aantal conclusies getrokken over de huidige positie van energiedoelstellingen in het voorraadbeleid als basis voor voor het beantwoorden van de onderzoeksvraag hoe energie in de toekomst een plek zou kunnen krijgen in het voorraadbeleid De mogelijke plek van energie in het voorraadbeleid van corporaties De volgende stap in het onderzoek is om, op basis van de praktijkanalyse, te kijken wat de toekomstige plek van energie in het voorraadbeleid van corporaties zou kunnen zijn. Het beantwoorden van die vraag is vooral praktisch en instrumenteel opgevat. Er is gekeken naar de mogelijkheden uitgaande van de praktijk van vandaag. Dat betekent dat de suggesties die worden gedaan ook aansluiten op die praktijk van vandaag. De voorstelen die worden gedaan voor het meer structureel introduceren van energetische aspecten in het voorraadbeleid zijn ook getoetst bij de deelnemende corporaties. 5

6 2. VOORRAADBELEID IN DE PRAKTIJK Er is bij drie corporaties gekeken naar de praktijk van het voorraadbeleid. De corporaties zijn in het onderzoek tevens als klankbord gebruikt voor de conclusies van het onderzoek. De kern van dit onderzoeksverslag is niet een rapportage over de afzonderlijke corporaties. Het doel is om op basis van een analyse van de praktijk bij de drie corporaties, in beeld te brengen of en hoe energiedoelstellingen een plek hebben in het voorraadbeleid. Onderstaande schema geeft weer wat het onderwerp van het voorraadbeleid is. Het gaat er om de discrepantie tussen de huidige voorraadkenmerken en de toekomstige vraag op te lossen door ingrepen in de voorraad. Huidige Voorraad bestaande discrepanties Huidige Vraag ingrepen vhv-opgave prognose Wensvoorraad Toekomstige Vraag Om de vraag te beantwoorden of en hoe energie daarbij een rol speelt, wordt de indeling van het voorraadbeleid aangehouden zoals die in het vorige hoofdstuk is geformuleerd. (doelstellingen, input, systemen, output, implementatie) 2.1 Doelstellingen van het Vooraadbeleid Het strategisch voorraadbeleid van de drie geanalyseerde corporaties komt op de volgende punten sterk overeen: A. De kerntaak van het hebben van voldoende betaalbare woningen voor de primaire doelgroep staat centraal. B. Sturen op woonlasten (in plaats van sturen op kale huren) wint aan belang. C. Er is een duidelijke sturing op de kwaliteit van de voorraad nu en in de toekomst (daarbij is het aanpassen van de voorraad aan vergrijzing een belangrijk thema) D. De verjonging van de voorraad wordt vanuit financieel oogpunt noodzakelijk geacht. E. Een financieel gezonde exploitatie staat centraal. Er is in ieder geval bij de onderzochte corporaties geen sprake van een ondubbelzinnige uitwerking van duurzaamheidsdoelstellingen of energie in het voorraadbeleid. Een quickscan van het voorraadbeleid van andere corporaties laat zien dat die conclusie in het algemeen geldt. De geconstateerde gemeenschappelijke doelstellingen van het voorraadbeleid komen direct voort uit het Besluit Beheer Sociale Huursector (BBSH) waarin de doelstellingen en kerntaken van de 6

7 corporatiesector zijn neergelegd. Wat dat betreft is het niet verrassend dat duurzaamheid en energie geen duidelijke plek hebben. Duurzaamheid en energie zijn immers niet als zelfstandige doelstelling neergelegd in het BBSH. Dat vormt ook een directe verklaring dat het energiezuinig maken van woningen, in deze tijd waarin corporaties noodgedwongen investeringen heroverwegen, een doelstelling is die snel wordt geschrapt. Noodgedwongen terug naar de kern betekent dan snel terug naar de kern van het BBSH waar duurzaamheid niet wordt genoemd. Argumenten van corporaties voor en tegen energie als onderdeel van de kerntaken zijn: 1. Goed ondernemerschap : Bij corporaties die deze redenering hanteren is een brede duurzaamheidsinspanning zichtbaar die verder gaat dan de duurzaamheid van woningen alleen. 2. Woonlasten: De prijsstijging van energie boven inflatie zet de betaalbaarheid van het wonen onder druk ondanks lage huren. 3. Ontbrekende urgentie: De stijgende energiepirjzen vormen een risico voor de toekomst, dat nu nog niet actueel en evident is. 4. Markt: Verduurzaming kan in de markt een onderscheidende kwaliteit zijn. Daarentegen wordt ook ingebracht dat duurzaamheid in de markt nu juist nog geen onderscheidende kwaliteit is. Indirect is zo te beargumenteren dat energiezsuinigheid wel degelijk onderdeel van het BBSH is. De kosten voor energie zijn in de afgelopen 10 jaar verdubbeld. Als dit doorzet, is het garanderen van een lage huur niet meer een garantie voor betaalbare woonlasten. Vanuit corporatieperspectief en vanuit de kerntaken geredeneerd, is energie onderdeel van het betaalbaarheidsvraagstuk. Op zijn minst zijn er op termijn risico s ten aanzien van de betaalbaarheid. Feitelijk zijn de duurzame doelstellingen van de geanalyseerde corporaties een samenstelling van deze overwegingen, waarbij sprake is van accentverschillen. Doelstellingen Energie Formeel - Bouwbesluit - niet in BBSH - convenanten - lokale beleidsregels Inhoudelijk - betaalbaarheid - waarde(ontwikkeling) - goed ondernemerschap - woongenot De verschillen tussen corporaties zijn er niet alleen in de argumentatie die ten grondslag ligt aan de doelstellingen, maar ook in de uitwerking van de doelstellingen zelf. Die verschillen worden ook mede door de verschillende argumentatie veroorzaakt. De eerste corporatie kiest er voor de voorraad in te delen in drie huurklasse-groepen met eigen kwaliteitskenmerken een eigen exploitatiehorizon en een daarop afgestemde ingrepenprogramma. De corporatie focust daarbij vooral op haar eigen kerntaak. Energie wordt (nog) niet als onderdeelvan die kerntaak beschouwd. De investeringen zijn primair zijn gericht op de bouwkundige kwaliteit van de woning. Eventuele energieconcepten of installaties die leiden tot 7

8 een verdere reductie van energieverbruik kunnen door derden (de huurder of anderen) worden toegevoegd. Bovendien kan de corporatie in de toekomst, als betaalbaarheid door energieprijzen een probleem wordt, altijd nog een keer een stap maken in het reduceren van het energieverbruik. De tweede corporatie heeft een duurzaamheidsbeleid waarbij meer in de breedte naar de hele organisatie wordt gekeken. Dat vertaalt zich onder andere in de doelstelling om de hele voorraad voor 2020 op label C te brengen en minimaal 60% op B. In de praktijk is deze doelstelling nog niet zeer sturend bij projecten. Bij de derde corporatie ligt het accent van het voorraadbeheer veel meer op locatie en markt. Dat accent komt ook voort uit het gespreide bezit van deze corporatie en de verschillende marktomstandigheden op die plekken. In het voorraadbeleid staat dan de vraag centraal of er op de lange termijn op de gegeven plek wel behoefte is aan een woning en wat de kwaliteit van de woning op die plek dan moet zijn. Ook duurzaamheid wordt primair vanuit dat perspectief bekeken. 2.2 Input van het voorraadbeleid In het schema aan het begin van dit hoofdstuk is in het rood aangegeven op welke punten in het voorraadbeleid informatie nodig is als input voor het voorraadbeleid. Het gaat om: - huidige voorraadkenmerken - prognose van de vraag - mogelijke ingrepen - huidige financiële situatie - kosten en opbrengsten van de ingrepen Op basis van input op die onderdelen is het mogelijk de wensvoorraad te bepalen en de haalbaarheid van het realiseren van die wensvoorraad vast te stellen. Voor de geanalyseerde corporaties is de input van het voorraadbeleid min of meer gelijk. Er zijn wel accentverschillen. Die hangen echter niet zo zeer samen met een verschillende visie op het voorraadbeleid. Verschillen hangen veel meer samen met keuzen die worden gemaakt in de operationalisatie. In de praktijk is het noodzakelijk bij het voorraadbeleid te komen tot een vereenvoudiging van de werkelijkheid en een beperking van de input. Het is niet mogelijk alles te kwantificeren als input voor het voorraadbeleid. Daarmee zou een onoverzichtelijke brei aan gegevens ontstaan. Juist in de keuzen die hierin worden gemaakt ontstaan verschillen tussen corporaties. Voorraadkenmerken De kwaliteit van de huidige voorraad is bij de verschillende corporaties in beeld op het niveau dat nodig is een goed voorraadbeleid te voeren. De technische kwaliteit is in beeld en vormt een belangrijke input voor het moment van ingrijpen. Tevens is duidelijk op welke manier de kwaliteit van de voorraad aansluit op de verschilllende doelgroepen. In het voorraadbeleid wordt ook duidelijk gestuurd op deze voorraadkenmerken in relatie tot de vraag. Ook omtrent energetische kwaliteit is door de labeling van woningen informatie beschikbaar die bij de sturing in het voorraadbeleid wordt gebruikt. Er is hier nog wel een slag mogelijk als het gaat om een scherp beeld van de verbetermogelijkheden van verschillende typen uit verschillende periode. Er kunnen grote verschillen bestaan tussen woningen die hetzelfde label hebben. 8

9 Prognose van de vraag Bij alle corporaties is het gebruikelijk te werken met prognoses van de omvang van de doelgroep van beleid. Dat gebeurt op basis van een demografische prognose en een extrapolatie van de huidige inkomensverdeling op basis van die demografische prognose. Op de korte termijn kan er, zoals vandaag, een groter verschil tussen vraag en aanbod ontstaan doordat sprake is van een negatieve economische ontwikkeling. Er wordt door de verschillende corporaties nog nauwelijks gerekend met de betaalbaarheid op woonlastenniveau. Het is realistisch te veronderstellen dat een structurele stijging van energieprijzen boven inflatieniveau invloed kan hebben op de betaalbaarheid van het wonen en daarmee ook op de vraagprognose voor de kerndoelgroep van beleid. Mogelijke ingrepen, Als input van het voorraadbeleid is slechts zeer grof sprake van een onderbouwing van de ingrepen. De ingrepen worden op een aantal onderdelen grof geformuleerd: - sloop - nieuwbouw - levensduurverlenging (15jr/20jr/25jr/etc.) - verkoop - verbetering (geschiktheid voor senioren/overig) - energielabel Er is bij de ingrepen een koppeling aan locaties en aan kwaliteitskenmerken van het bezit. Daarbij spelen marktkwaliteit (van plek en woning) en functionele en technische kwaliteit van de woning een rol. De mate waarin die verschillende kwaliteiten een rol spelen lijkt mede afhankelijk van de kenmerken van de regionale woningmarkt. Wanneer de woningmarkt slechter is, vormt de marktpositie een groter risico, en speelt als vanzelfsprekend een belangrijker rol in de afweging. Het formuleren van ingrepen is als het gaat om locatie en typen vrij exact. De toekomst van complexen wordt als het om het voortbestaan gaat met het portefeuillebeleid bepaald. Een bijzondere positie neemt de verkoop hierbij in. Zoals ook elders in dit rapport opgemerkt heeft het verkopen van energetisch slechtere woningen steeds een positieve invloed op de samenstelling van de voorraad en vaak ook een positieven financiële invloed. Als het gaat om de verbetering en het energielabel als onderdeel van die verbetering is het voorraadbeleid minder duidelijk sturend. De ingreep lijkt in belangrijke mate te worden bepaald door de financiële afweging op projectniveau. De input van mogelijke ingrepen is daarmee vrij grof. Huidige financiële situatie De huidige financiële situatie van de corporatie is in detail bekend. De financiële situatie vormt ook de basis om een doorrekening te maken van de effecten van de ingrepen. Een kritisch punt is wel dat de huidige financiële situatie slechts in beperkte mate een beeld van de werkelijkheid geeft. De waardering van woningen gebeurt op basis van een contante waardeberekening van de toekomstige kasstromen. Echter zonder de ingrepen die met het voorraadbeheer worden geformuleerd, is het sterk de vraag of die kasstromen wel haalbaar zijn. Zonder geplande 9

10 woningverbetering is een woning wellicht snel onverhuurbaar, terwijl het uitgangspunt in de boeken is dat de woning nog 10 jaar wordt verhuurd. Een ander kritisch punt is dat de waardering gebeurt op basis van gemiddelde kosten en parameters. Daarmee schijnt een bepaalde woning rendabel te zijn, terwijl feitelijk sprake is van hoge onderhoudskosten en een groot leegstandsrisico. Voor het voorraadbeleid is die gebrekkige input problematisch, omdat de ingreep steeds wordt afgewogen tegen de in de boeken geformuleerde 0-situatie. Dat probleem geldt ook voor energetische ingrepen. De energetische ingrepen vormen een antwoord op een probleem dat in de huidige financiële situatie niet zichtbaar is. Kosten en opbrengsten van ingrepen In het verlengde van de constatering dat de ingrepen zelf beperkt zijn uitgewerkt in het voorraadbeleid, moet worden geconstateerd dat ook de kosten en opbrengsten van ingrepen slechts in beperkte mate onderdeel vormen van de afwegingen in het voorraadbeleid. Als het gaat om energetische ingrepen worden de volgende gegevens gebruikt: - huidige labels woningen - benadering gemiddelde kosten labelsprongen - mogelijke huurverhogingen labelsprongen Het is goed mogelijk en ook wenselijk de input van het voorraadbeleid, als het gaat om energieverbruik en verbetering van de energieprestatie, uit te breiden: - Er is een scherper beeld mogelijk van de energieaspecten dan door de labels wordt gegeven. - Het zou waardevol zijn een beeld te hebben van de kosten van ingrepen in verschillende delen van de voorraad, in plaats van te werken met gemiddelde kosten. - Er is de kans meer te zoeken naar optimalisaties van ingrepen door tegelijk met de verbetering van de energieprestatie ook rendement te behalen op andere vlakken zodat synergie ontstaat. - Door energieprijsstijging te betrekken bij de betaalbaarheid van het wonen op woonlastenniveau kan de toekomstige betaalbaarheid beter worden onderbouwd. - Het woonwaarderingsstelsel geeft wel mogelijkheden tot huurverhoging, maar die is niet dekkend. Dat terwijl het totale energievoordeel wel dekkend kan zijn. Bij die input gaat het deels om informatie die goed beschikbaar is. Vooral voor de relatie energieprijsstijging, woonlasten en betaalbaarheid is eenvoudig de input te organiseren. Voor een deel gaat het om informatie die nog slechts in beperkte mate beschikbaar is. Vooral de kosten van verbetermogelijkheden van verschillende woningtypen zijn niet op hoofdlijnen beschikbaar, zodat het lastig is op de schaal van de voorraad daarin afwegingen te maken. 2.3 Systemen van het voorraadbeleid Om richting te geven aan het voorraadbeleid worden door de corporaties verschillende systemen gebruikt. Daarbij kan een onderscheid worden gemaakt tussen de systemen die gericht zijn op het kwalitatief en kwantitatief in beeld brengen van de voorraad enerzijds en de systemen die gericht zijn op het in beeld brengen van de financiële consequenties anderzijds. De systemen die corporaties gebruiken om de kwalitatieve en kwantitatieve aspecten van hun voorraad in beeld te brengen zijn niet sterk principieel verschillend. Een belangrijke overeenkomst is steeds dat het nodig is te komen tot een vereenvoudiging van de voorraadkenmerken om te komen tot een overzichtelijke afweging. 10

11 Binnen de gehanteerde systemen is het goed mogelijk informatie omtrent duurzaamheid en energieverbruik toe te voegen als relevante kwaliteiten. Het is niet nodig daarvoor systemen sterk aan te passen. Als het gaat om de gehanteerde financiële systemen valt op dat er eigenlijk geen systemen worden gebruikt specifiek gericht op de financieel, kwalitatieve afwegingen van het voorraadbeleid. Het is veel meer zo dat de reguliere financiële systemen worden gebruikt om de scenario s van het voorraadbeleid financieel te toetsen. Met behulp van een dergelijk op scenarioanalyse gericht systeem zou de financiële toetsing van het voorraadbeleid zeer snel en flexibel kunnen zijn. Nu lijkt eerder zo te zijn dat er een afweging wordt gemaakt op basis van kwalitatieve en kwantitatieve overwegingen, waarbij het geld meer gevoelsmatig wordt meegewogen. Vervolgens wordt het uitgewerkte scenario in het primaire financiële systeem getoetst. Dat primaire systeem is vrij complex en er niet specifiek op toegesneden om snel verschillende voorraadscenario s door te rekenen. Met een andere benadering zou het proces van het tot stand komen van voorraadbeleid een veel meer iteratief karakter kunnen hebben. 2.4 Output van het voorraadbeleid Het voorraadbeleid moet als output een beeld geven van de mate waarin de wensvoorraad wordt bereikt en de financiële consequenties die daaraan zijn verbonden. Juist daarin kan op een aantal punten nog flinke winst worden behaald. In de eerste plaats is het inzicht in de financiële consequenties van het voorraadbeleid nu vaak nog beperkt. Er is alleen een output via de omweg van de reguliere financiële systemen die niet zijn gericht op snelle scenario-analyse. In de tweede plaats is er weliswaar een goed beeld van de wensvoorraad als het gaat om de omvang en kwaliteit, maar niet als het gaat om de betaalbaarheid in relatie tot energie en totale woonlasten. Hierin is zeker nog winst te behalen. 2.5 Implementatie van het voorraadbeleid De implementatie van het voorraadbeleid staat of valt met de kwaliteit van de gemaakte afweging en de onderbouwing. Daarin is grote winst te behalen door in het voorraadbeleid meer te zoeken naar een optimalisatie van ingrepen. Door meer uitgebreid onderbouwd een afweging in het voorraadbeleid zelf te maken, wordt het mogelijk de conclusies van het voorraadbeleid directer te implementeren Het voordeel daarvan is dat daadwerkelijk een strategische afweging wordt gemaakt. Hierbij moet overigens worden aangetekend dat de institutionele context en marktcontext momenteel zo snel veranderen dat het voorraadbeleid nauwelijks meer sturend lijkt. Snel veranderende omstandigheden zijn zo sterk bepalend voor corporatiebeleid, dat de strategie ondersneeuwt. Een en ander neemt niet weg dat het van belang is een systeem te hebben waarbij het mogelijk is strategisch onderbouwde consequenties te trekken uit die gewijzigde omstandigheden. Op dat punt is nog winst te behalen. 2.6 Conclusies en aanbevelingen voorraadbeleid in de praktijk De analyse van het voorraadbeleid van de deelnemende corporaties is er niet op gericht een volledig beeld te schetsen van de dagelijkse praktijk van het voorraadbeleid. Het gaat er meer om een basis te leggen die het mogelijk maakt uitspraken te doen over de mogelijke praktische positie van duurzaamheid en energieverbruik in het voorraadbeheer. Samenvattend is er een aantal conclusies te trekken uit deze analyse: 11

12 - Er is geen formele basis in het BBSH voor duurzaamheids- en energiedoelstelingen. Er zijn echter wel degelijk inhoudelijke argumenten om energieverbruik kernonderwerp van het voorraadbeleid te maken. - Het is opvallend dat verschillende corporaties geneigd zijn, mede op basis van de inhoud van gesloten convenanten, de energiedoelstellingen vrij rigide in het voorraadbeleid op te nemen door labeldoelstellingen voor de hele voorraad ineens te formuleren. Daarmee gaat het voorraadbeheer voorbij aan een aantal vraagstukken: * Het is mogelijk te kiezen voor grotere labelsprongen in delen van de voorraad versus kleinere labelsprongen verspreid over de voorraad. * Het is de vraag in welk deel van de voorraad (typologie/bouwjaar) energiespongen het meest opleveren, zowel kwalitatief als in rendement. - Er is winst te behalen door een veel meer iteratief proces van het opstellen van het voorraadbeleid, waarbij bepaalde voorraadscenario s op hun consequenties worden getoetst zowel in termen van financiën, als vraag/aanbod en betaalbaarheid. - Daarvoor is een eenvoudig financieel systeem nodig om de scenario s van het voorraadbeleid te toetsen. - Op het gebied van de parate kennis van de mogelijkheden, kosten en rendementen van verbetering van de bestaande voorraad is winst te behalen. - Er is een toenemend besef dat een benadering van de betaalbaarheid op het niveau van woonlasten cruciaal is. Die benadering zal onder omstandigheden leiden tot andere conclusies in het voorraadbeleid dan momenteel worden getrokken. - De inhoud en het systeem van het huidige voorraadbeleid zijn geschikt om op eenvoudige wijze te komen tot een verdere verdieping van het voorraadbeleid ook als het gaat om energie. De conclusies sluiten sterk aan op de veronderstellingen van de Taskforce CO2 dat er slechts in beperkte mate informatie beschikbaar is over de kosten van ingrepen in de bestaande woningvoorraad, gericht op energieverbetering. Daarnaast komt uit het onderzoek bij de 3 corporaties echter ook een aantal andere punten duidelijk naar voren. Op basis daarvan komt de Taskforce CO2 tot een 4-tal aanbeveling voor het voorraadbeleid. Verantwoord strategisch voorraadbeleid wordt volgens Taskforce CO2 bereikt door: 1. Op strategisch niveau: Minimaal in beeld brengen van de risico s ten aanzien van betaalbaarheid en waardeontwikkeling van de voorraad zijn in relatie tot het energieverbruik 2. Op tactisch en strategisch niveau: Het formuleren van doelstellingen gebaseerd op specifieke inputgegevens met betrekking tot de kwaliteit van de voorraad en financieel onderbouwde specifieke ingrepen 3. Tactisch, strategisch en operationeel: Een integrale benadering van de levensduur van woningen 4. Proces: Het proces van het voorraadbeleid moet iteratief worden doorlopen. De gevolgen van de veronderstelde ingrepen moeten steeds worden getoetst. Die toets vormt de basis voor het bijstellen van de ingrepen. In het vervolg van dit onderzoek wordt nader ingegaan op deze aanbevelingen en wordt aangegeven op welke manier daaraan invulling kan worden gegeven. 12

13 3. METHODE Op basis van de analyse van het voorraadbeleid in de praktijk en de analyse van het voorraadbeleid van de deelnemende corporaties heeft het onderzoek zich geconcentreerd op het uitwerken van mogelijkheden om, aansluitend op de dagelijkse praktijk, het onderwerp energie meer tot een integraal onderdeel van het voorraadbeleid te maken. Daarbij zijn de 4 aanbevelingen aan het einde van het vorige hoofdstuk leidend. (3.1) Strategisch: analyse op voorraadniveau Het gaat er om op voorraadniveau de risico s voor de betaalbaarheid als gevolg van energieprijsstijgingen duidelijk in beeld te brengen. Dat vraagt primair om een benadering van de betaalbaarheid op het niveau van woonlasten. Voorts is het van belang in scenario s over de voorraad en de betaalbaarheid na te denken. Dat kan in theorie met behulp van de bestaande financiële systematiek van corporaties. Het zou wel waardevol zijn een flexibeler instrument te gebruiken. Voor dit onderzoek is een rekenmodel gebruikt dat door Bureau Middelkoop en Finance Ideas is opgesteld in opdracht van Platform 31. (3.2) Tactisch en Strategisch: Specifieke input ingrepen Dit vormt een feitelijk voortzetting van eerder onderzoek van de Taskforce, waarbij door het doen van complexonderzoeken meer kennis omtrent de mogelijkheden en kosten van ingrepen bij woningen uit verschillende bouwperioden is verzameld. Voor dit onderzoek is op basis van de eerdere complexonderzoeken en op basis van aanvullende complexanalyses een rekenmodel opgesteld dat het mogelijk maakt om snel in beeld te brengen wat de kosten zijn van verschillende ingreepscenario s in verschillende delen van de voorraad. Op die manier is het mogelijk veel specifieker te formuleren welke ingrepen op welke plek en op welk moment aantrekkelijk zijn. Er ontstaat de mogelijkheid om in het voorraadbeleid ook te komen tot een kostenoptimalisatie van ingrepen. (3.3) Strategisch, tactisch en operationeel: Integrale levensduurbenadering De Taskforce CO2 heeft bij de complexonderzoeken een afwegingsmethode gehanteerd om de kwaliteit van complexen vanuit verschillende invalshoeken te belichten. Deze methode is ook zeer geschikt om op voorraadniveau in te zetten. Het is niet voldoende een woning technisch voor 50 jaar in de lucht te houden. Er moet in de periode ook een vraag naar de woning zijn. De markttechnische levensduur moet ook aansluiten op de technische levensduur. Het energieconcept van de woning moet even lang mee kunnen. De woonkwaliteit moet 50 jaar meekunnen. De exploitatie moet 50 jaar gegarandeerd zijn. Het gaat om een samenhang tussen de verschillende kwalitatieve en financiële benaderingen van het voorraadbeheer die niet meer kwantitatief in een systeem of model te vatten zijn. In dit onderzoek is die kwalitatieve benadering de integrale levensduurbenadering genoemd. (3.4) Iteratief proces Bovenstaande instrumenten kunnen worden ingezet om in een iteratief proces verschillende voorraadscenario s te toetsen en te optimaliseren. In het vervolg wordt een nadere uitwerking van deze onderwerpen gegeven en van het proces van Voorraadbeheer dat met deze instrumenten mogelijk is. 13

14 3.1 Analyses op voorraadniveau Een belangrijke conclusie uit de praktijkanalyse van het voorraadbeleid bij de drie corporaties is dat het wenselijk is de risico s ten aanzien van de betaalbaarheid op portefeuilleniveau inzichtelijk te hebben, als het gaat om het energieverbruik. Dat betekent dat in ieder geval een benadering van de betaalbaarheid op woonlastenniveau wenselijk is. Voorts zou het goed zijn als de denkbare ingrepen direct op hun consequenties kunnen worden getoetst als het gaat om die betaalbaarheid én als het gaat om de financiële consequenties. Veel corporaties gebruiken voor het maken van dergelijke scenario s het systeem WALS (Woningcorporaties Assets & Liabilities System) van Ortec. Daarmee is het mogelijk verschillende ingreepscenario s in te voeren en de financiële consequenties en risico s inzichtelijk te maken. Het model is wel zo uitgebreid en gedetailleerd, dat het in principe mogelijk is om alle variabelen te onderzoeken, met de kanttekening dat er voor niet direct de mogelijkheid is om op een directe manier betaalbaarheidsscenario s te onderzoeken op woonlastenniveau. Dit kan wel indirect, omdat zeer veel variabelen kunnen worden ingevuld. Een handicap is bovendien dat sterk is toegesneden op de afdeling finance en control en primair daar wordt gebruikt. De flexibiliteit en het detailniveau van het model is direct het nadeel. Er kan zo veel worden ingevuld en onderzocht dat het voor een direct scenario-onderzoek in het voorraadbeleid snel te ingewikkeld is. Het model is niet opgesteld met het oog op dergelijke scenario-analyses op hoofdlijnen. Het is veeleer bedoeld voor de eindbeoordeling van het voorraadbeleid. Er is eigenlijk een eenvoudiger financieel instrument nodig om een dergelijke scenario-analyse snel uit te voeren. Binnen WALS is die oplossing denkbaar door specifiek gericht op het voorraadbeheer, energie en woonlasten scenario-analyse eenvoudiger toegankelijk te maken. Zolang dat niet het geval is, is er in de praktijk duidelijk een zoektocht gaande naar dergelijke modellen. Er is het model Fimaren van Builddesk, dat een inzicht geeft in de ontwikkeling van labels en woonlasten bij verschillende investeringsvarianten. Het model geeft een output in grafieken van de huurontwikkeling, woonlastenontwikkeling en kasstromen die samenhangen met de investering. Het is in het model echter niet goed mogelijk de output direct te beoordelen. Het is onduidelijk welke huren nog betaalbaar zijn en welke kasstromen financieel draagbaar. De sturing van het model vindt vooral plaats op labels. Het zou binnen dezelfde mechaniek bijvoorbeeld waardevol te zijn direct te sturen op bestaalbaarheid of haalbaarheid van scenario s. Inmiddels is er in opdracht van Plaform31 door Finance Ideas en Bureau Middelkoop een model ontwikkeld om analyses te maken wat de gevolgen zijn van investeringen in duurzaamheid (energiebesparing) voor de ontwikkeling van de woonlasten (betaalbaarheid), solvabiliteit, liquiditeit van woningcorporaties. Dit model heeft zowel kenmerken van WALS, in die zin dat het gekoppeld is aan de boeken van de corporatie, als van Fimaren, omdat sprake is van een prognose van woonlasten op basis van ingrepen en inergieprijsascenario s. Dit model is specifiek opgesteld met het oog op een dergelijke portefeuilleanalyse. Het model sluit inhoudelijk nauw aan op de activiteiten en visies van de Taskforce CO2. Bovendien is er steeds ook een nauw verband geweest tussen het opstellen van dit model en het onderzoek naar het voorraadbeleid voor Agentschap NL omdat Bureau Middelkoop ook deelnemer is in de Taskforce CO2. Het model van Platform 31 is een open model dat in de nabije toekomst voor iedereen beschikbaar komt. In dit onderzoek is het rekenmodel van Platform 31 gebruikt om de risico s ten aanzien van de betaalbaarheid in beeld te brengen: 14

15 - In het model is de huidige voorraad van de deelnemende corporaties worden ingevuld. - Per huurprijscategorie wordt de betaalbaarheid op woonlastenniveau mede op basis van een energieprijsscenario inzichtelijk. - Er kunnen verschillende ingrepen worden ingevuld zodat in de tijd een beeld ontstaat van de ontwikkeling van de voorraad. - De kosten van ingrepen zijn gekoppeld aan de boeken van de corporatie, zodat een beeld ontstaat van de ontwikkeling van solvabiliteit en kasstromen. - De energiebesparing van maatregelen kan worden ingevuld zodat een beeld ontstaat van de betaalbaarheid in de tijd op het niveau van woonlasten. - Er is een directe koppeling met de vraagontwikkeling. Op een snelle manier zijn zo diverse scenario s in beeld te brengen, zoals het scenario niet investeren: de voorraad loopt dan uiteindelijk terug naar 0 omdat de woningen uit hun economische levensduur lopen. De beschikbaarheid van betaalbare woningen loopt eveneens sterk terug omdat de woonlasten van veel woningen sterk gaan toenemen. In het model wordt tevens inzichtelijk gemaakt dat er een duidelijk verschil is wanneer wordt gestuurd op huurprijzen en wanneer de totale woonlasten in relatie tot een betaalbare woonquote als basis voor afwegingen wordt genomen. Onderstaande afbeelding geeft een illustratie van een bepaald ingreepscenario en de effecten op de voorraad, overschotten en tekorten in de voorraad en de financiële toestand van de corporatie. Het onderstaande schema geeft aan op welke punten het model inhoudelijke input toestaat. Huidige Voorraad bestaande discrepanties Huidige Vraag aantallen kwaliteit huur energie ingrepen vhv-opgave prognose Wensvoorraad Toekomstige Vraag kwantitatief kwalitatief betaalbaarheid Er kan zo snel inzicht verkregen worden in diverse scenario s en de financiële consequenties van die scenario s. Daarmee kan een belangrijke toevoeging worden gedaan op het voorraadbeleid zoals dat vandaag praktijk is. Op een eenvoudige manier kunnen verschillende opties worden getoetst, zowel financieel als aan de vraagontwikkeling. Wanneer de risico s ten aanzien van betaalbaarheid inzichtelijk zouden worden gemaakt met een model als WALS (of een verder doorontwikkelde versie van Fimaren) dan zou dezelfde input noodzakelijk zijn. Om in dergelijke modellen een scherpe analyse van de investeringsmogelijkheden te maken is een specifieke input noodzakelijk. Die specifieke input is nodig ten aanzien van de kosten van het verduurzamen van de woningvoorraad, het huidig energiegebruik, de toekomstige vraag naar woningen zowel kwantitatief, kwalitatief als op het gebied van huren/woonlasten. Welk model ook wordt gehanteerd om de risico s inzichtelijk te maken en een financieel economische onderbouwing van het voorraadbeleid te maken, die voorraadspecifieke getallen zijn steeds een voorwaarde om een goede afweging te kunnen maken. 15

16 Hieronder is een voorbeeld gegeven van de exercitie die met het model van Platform 31 kan worden gemaakt Woningen per prijscategorie Duur Midden Betaalbaar Goedkoop In bovenstaande grafiek is het uitgangspunt dat geen ingrepen in de voorraad worden gedaan. Er is afleesbaar dat de voorraad huurwoningen in 50 jaar daalt naar nul Prijscategorieën Woonlastencorrectie Duur Midden Betaalbaar Goedkoop Wanneer rekening wordt gehouden met de totale woonlasten en een bepaald energieprijsscenario blijkt het aantal goedkope en betaalbare woningen sneller terug te lopen Prijscategorieën Woonlastencorrectie Duur Midden Betaalbaar Goedkoop Bij sterker stijgende energieprijzen neemt het aantal goedkope en betaalbare woningen veel sneller af. 16

17 Operationele kasstroom Operationele kasstroom na 2% normatief In het model is ook een koppeling gemaakt met de boeken van de corporatie zodat de operationele kasstroom, de solvabiliteit en de schuld per woning afleesbaar is Vraag Aanbod Totaal 664,66 524,37 366, Tot slot is ook een koppeling gemaakt met de vraagontwikkeling van de doelgroep, zodat zichtbaar wordt welke tekorten en overschotten er zijn in verschillende huurprijscategorieën (rekening houdend met de totale woonlasten). De analyses met het model zoals die in het onderzoek zijn gedaan voor het voorraadbeheer geeft een aantal interessante conclusies: - Zonder ingrepen in de verbetering van de energieprestatie van woningen ontstaan ook bij behoudende scenario s van energieprijsstijging (3%) op een termijn van 10 jaar al grote tekorten aan goedkope en betaalbare woningen. - Wanneer de corporatie niet investeert, neemt de omvang en totale levensduur van de voorraad neemt af, terwijl de schuldpositie niet verbetert. - Er ontstaan overschotten aan woningen in de middencategorie en duurdere woningen als voor de vraag alleen naar de doelgroepen van de corporaties wordt gekeken. Dat betekent dat in ontspannen woningmarktgebieden, waar geen beroep kan worden gedaan op andere doelgroepen, verhuurbaarheidsproblemen kunnen ontstaan. - Een verbetering naar B label leidt voor een periode van jaar tot een sterk verbeterde betaalbaarheid van het wonen. De extra huurinkomsten zijn echter geniet dekkend voor de extra investering. 17

18 - In het model wordt in het 4 de scenario steeds gestreefd naar het niveau van energienotaloos, waarbij de energierekening van de gebruiker bij normaal gebruik op 0 zou komen. In die variant komt de energiebesparing volledig terug in een huurverhoging, waarbij die verhoogde huur maximaal met inflatie stijgt. Het is interessant te zien dat in die scenario s op de langere termijn het wonen betaalbaar kan blijven en tegelijk de financiën van de corporatie zich goed ontwikkelen. Daarmee is dit scenario een valide alternatief voor de huidige praktijk. Daarbij moet wel worden aangetekend dat er nu in regelgeving praktische belemmeringen zijn voor het op die manier volledig incasseren van de energiebesparing voor de corporatie. De besparing op energielasten die met de verbetering van de woning wordt gerealiseerd kan immers niet volledig worden doorberekend in de huur, bij het huidige puntensysteem. Het alternatief, om eenvoudigweg voor energiezuiniger woningen op termijn (na harmonisatie) hogere huren te rekenen, werkt evenmin goed, omdat daarmee de huursubsidiegrenzen kunnen worden overschreden, terwijl door de lage energielasten, in praktische zin nog wel degelijk sprake is van een betaalbare woning. Wanneer het model ten opzichte van het huidige voorraadbeleid wordt geplaatst dan ontstaat het beeld zoals in de onderstaande tabel: Input Boeken (10 jr. solvabiliteit/kasstromen) Voorraadkenmerken (aantallen/huurcategorieën) Vraagontwikkeling (huishoudens, demografie, overig aanbod, scheefwoners... etc) Ingrepen (huurprijs, investering, energiescenario, overige parameters Scenario s Systeem Output Neemt plek in tussen voorraadbeleid en financiële sturing op concernniveau Eenvoudige analyse als toevoeging aan het huidige beleid Geeft beeld van discrepantie vraag aanbod als het gaat om betaalbaarheid op woonlastenniveau Betaalbaarheid komt in beeld Financiële continuïteit Kwaliteit voorraad op hoofdlijnen Implementatie Onderdeel van iteratief proces van SVB Betaalbaarheid, financiële continuïteit en het onderzoek van Taskforce CO2 De Taskforce CO2 presenteert met dit onderzoek geen nieuw rekenmodel om aan te tonen dat er op termijn problemen met de betaalbaarheid van het wonen ontstaan, of om aan te tonen dat de doelstellingen voor investeringen in de duurzaamheid van de voorraad al dan niet haalbaar zijn. Er is wel gekeken naar de mate waarin bestaande modellen geschikt zijn om die analyse te maken. Conclusie is dat met WALS zo n analyse mogelijk is, zij het dat het model vrij ingewikkeld en gedetailleerd is. Dat is ook de reden dat de snelle tussentijdse analyse in de praktijk niet plaatsvindt, terwijl corporaties wel het model hebben en gebruiken. Met het model van Platform 18

19 31 is het ook mogelijk. Fimaren is nog niet echt toegesneden op dergelijke analyses, vooral omdat niet de output wordt gegenereerd die nodig is om bij het voorraadbeleid op te sturen. De modellen maken het mogelijk te achterhalen waardoor bepaalde effecten worden veroorzaakt, zodat aanpassing gericht op die aspecten makkelijk mogelijk is. De modellen zijn een hulpmiddel om valide scenario s op te stellen. Het Platform 31 model combineert eenvoud en een brede benadering waardoor direct een relatie kan worden gelegd tussen de investering, de energiebesparing, de woonlasten en de financiën. Uit een snelle analyse met het Platform 31 model blijkt dat bij 3% jaarlijkse stijging van de kosten van energie (boven inflatie) er na 10 jaar nauwelijks goedkope woningen meer zijn in Nederland volgens de huidige definitie. Als het percentage van 5% energieprijsstijging wordt ingevuld, zijn er na 2033 zelfs geen betaalbare woningen meer beschikbaar. Daarmee voldoen alle corporaties niet meer aan de kerndoelstelling. Bovendien ontstaat in veel deelmarkten een verhuurrisico. De aansluiting met het onderzoek van Taskforce CO2 ligt vooral hierin dat het bij alle modellen nodig is steeds ook aan te geven wat het investeringsniveau van de ingreep is, en wat onderhoudskosten en energieverbruik na de ingreep zijn. Alle modellen, variërend van WALS en Platform 31 tot Fimaren vragen om deze specifieke input, zonder de input zelf te leveren. Dat betekent dat veel van de met de modellen uitgevoerde analyses zeer onbetrouwbaar zijn, zolang dergelijke gegevens niet goed beschikbaar zijn. - 19

20 3.2 Naar een specifiek onderbouwing op strategisch niveau De analysemethode uit de vorige paragraaf maakt het mogelijk verschillende ingrepen in te vullen en hun effect op betaalbaarheid en financiën te beoordelen. De modellen bieden echter nog geen oplossing voor de vraag wat precies moet worden ingevuld. In bijvoorbeeld Fimaren kan worden ingevuld dat een labelsprong wordt gemaakt van F naar B, maar wat zijn precies de ingrepen die daarvoor nodig zijn en wat zijn de kosten van die ingrepen? Ook in WALS en in het Platform 31 model zijn dergelijke ingrepen in te vullen, maar welke investering tot welke energiebesparing leidt is een vraag die de gebruiker van het model zelf moet beantwoorden. Een bestaand model, zoals VABI maakt het deels wel mogelijk die link te leggen, maar dat model heeft een zeer groot detailniveau en is duidelijk bedoeld om op projectniveau zeer precies in beeld te brengen wat de kosten en effecten van een ingreep zijn. Dat is iets anders dan de vraag beantwoorden wat er gebeurt als alle 1000 portiekwoningen in een bepaalde wijk naar label B worden gebracht, of naar energienotaloos. Het is tot nu toe niet goed mogelijk op dat niveau, waarop strategisch de investeringsafwegingen moeten worden beoordeeld, input te genereren voor het portefeuillebeleid. Op dat vlak lagen juist de eerste acties van de Taskforce CO2, waarbij op basis van een analyse van 24 archetypen van de woningvoorraad werd gepoogd informatie te vergaren over de verbetermogelijkheden, zodat deze informatie ook in het voorraadbeleid zou kunnen worden ingezet. De eerste stap was het opzetten van structuur voor een kennisbank met informatie over het verbeteren van 24 typen complexen naar vier ingreepniveaus: 1. sloop-nieuwbouw (0-10 jaar), 20

21 2. doorexploiteren (15 jaar): uitgesteld besluit. 3. levensduurverlening (25 jaar), bij voorkeur naar label B. 4. een nieuwe start (50 jaar), minimaal naar label A. In eerste instantie zijn door de Taskforce CO2 reeds 8 complex onderzoeken verricht op om het bovenstaande schema van 24 archetypen te vullen met informatie. Die onderzoeken waren deels gericht op dezelfde typen. Vervolgens zijn nog een 3-tal complexonderzoeken verricht. In het kader van dit onderzoek is een analyse uitgevoerd van de ontbrekende typen, volgens de methodiek van het eerdere complexonderzoek, zodat in totaal van de 17 typen meest voorkomende archetypen informatie beschikbaar is. In het schema op de volgende pagina is groen omcirkeld welke typen onderwerp waren van de eerste 8 onderzoeken. In de gele omkadering is aangegeven welke typen voor dit onderzoek aanvullend zijn geanalyseerd. Vervolgens is de opgave centraal gesteld om de kennis uit die eerdere onderzoeken en de nieuwe analyse te verbreden en meer algemeen toepasbaar te maken zodat de informatie omtrent complexen ook op een eenvoudige manier actief is in te zetten in het voorraadbeleid. Is het mogelijk om te komen tot algemene kengetallen van complexen en daarmee kennis van de voorraad? Het accent heeft hierbij zoals gezegd gelegen op de 17 meest voorkomende archetypen. Ten opzichte van de eerdere 8 complexonderzoeken van de Taskforce CO2, zijn voor dit onderzoek dus 12 woningtypen toegevoegd. De beneden-bovenwoningen en duplexen zijn op hoofdlijnen bekeken en uitgewerkt. 21

22 Het gaat er om voor verschillende typologieën uit verschillende perioden inzichtelijk te maken wat de kosten zijn van bepaalde standaardingrepen. Op het moment dat de kosten van dergelijke standaardingrepen voor verschillende typen inzichtelijk zijn, wordt is het veel beter mogelijk goed onderbouwde afwegingen te maken voor ingrepen in de voorraad. Die informatie is van belang omdat de kosten van de woningverbetering en energetische ingrepen niet alleen afhankelijk zijn van de gestelde doelstelling, maar ook van de huidige kenmerken van de voorraad. Dat betekent dat, wanneer niet de hele voorraad een impuls krijgt, de kosten van de verbetering sterk afhankelijk zijn van de keuze welk deel wordt verbeterd. Wanneer de hele voorraad een impuls krijgt zijn de kosten sterk afhankelijk van de volgorde van verbetering en de stappen die worden genomen om tot het gewenste eindresultaat te komen. De nadere analyse van complexen laat zien dat er zeer veel factoren zijn die tezamen betalen wat de kosten van een ingreep zijn. Daarmee bleek het zeer lastig om de kennis verder te operationaliseren door middel van kengetallen, zoals bij de aanvang werd gedacht. Het is wel denkbaar een bibliotheek met ervaringskosten aan te leggen, daarvoor zou het nodig zijn om een veelvoud van het aantal complexen te onderzoek wat de Taskforce CO2 tot nu toe heeft gedaan. Om die reden heeft de Taskforce CO2 er uiteindelijk voor gekozen om de kennis van de complexen maar via een model te operationaliseren. Daarmee is ten opzichte van de onderzoeksopzet eigenlijk een stap verder gezet dan was gedacht. Het was vooraf niet bedacht dat de stap naar een dergelijk model in één keer zou kunnen worden gemaakt. Een dergelijk model kan ondersteunend zijn om daadwerkelijk operationele keuzes te maken en kan de input genereren om in te vullen in het eerder gepresenteerd Platform 31 model. Het wordt mogelijk om veel preciezer afwegingen te maken in welk deel van de voorraad wanneer moet worden geïnvesteerd. S#ch#ng Taskforce CO2 Reduc#e Bestaande Bouw KvK Triodosrek: #

Verduurzaming woningportefeuille: de woonbundel. 4 maart 2013

Verduurzaming woningportefeuille: de woonbundel. 4 maart 2013 Verduurzaming woningportefeuille: de woonbundel 4 maart 2013 Verduurzamingsambitie woningcorporaties onder druk Het belang van verduurzaming van het corporatiebezit wordt erkend: Convenant Energiebesparing

Nadere informatie

MODEL SWOT ANALYSUS REAL ESTATE SWOT-ANALYSUS REAL ESTATE TOELICHTING EN HANDLEIDING

MODEL SWOT ANALYSUS REAL ESTATE SWOT-ANALYSUS REAL ESTATE TOELICHTING EN HANDLEIDING MODEL SWOT ANALYSUS REAL ESTATE SWOT-ANALYSUS REAL ESTATE TOELICHTING EN HANDLEIDING PORTEFEUILLEMANAGEMENT EN SWOT ANALYSE Portefeuillemanagement is een dynamisch proces waarbij telkens opnieuw geanalyseerd,

Nadere informatie

VASTGOEDSTURING OP COMPLEXNIVEAU

VASTGOEDSTURING OP COMPLEXNIVEAU VASTGOEDSTURING OP COMPLEXNIVEAU INLEIDING In onze voorgaande blog hebben we verschillende gangbare waarderingsmethoden toegelicht: de historische kostprijs, de bedrijfswaarde en de marktwaarde. Dit deden

Nadere informatie

SBI. Hulpmiddel bij strategische portefeuillesturing

SBI. Hulpmiddel bij strategische portefeuillesturing SBI Hulpmiddel bij strategische portefeuillesturing Inhoudsopgave Inleiding... 3 1 Maatschappelijke doelstellingen... 4 2 Wensportefeuille... 4 3 Financiële kaders... 5 4 Beleidsmaatregelen... 5 5 Risicoanalyse...

Nadere informatie

Verhuurderheffing en corporaties Alternatieve scenario s

Verhuurderheffing en corporaties Alternatieve scenario s Verhuurderheffing en corporaties Alternatieve scenario s Johan Conijn en Wolter Achterveld 8 februari 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Beleidsalternatieven... 3 2.1 Basis... 3 2.2 Beleidsalternatieven...

Nadere informatie

Huurinkomsten van corporaties, De gevolgen van het regeerakkoord

Huurinkomsten van corporaties, De gevolgen van het regeerakkoord Huurinkomsten van corporaties, 2012 2021. De gevolgen van het regeerakkoord Johan Conijn & Wolter Achterveld Inleiding Op verzoek van Aedes heeft Ortec Finance de financiële gevolgen van het regeerakkoord

Nadere informatie

Gevolgen Woonakkoord voor corporaties

Gevolgen Woonakkoord voor corporaties Gevolgen Woonakkoord voor corporaties Johan Conijn en Wolter Achterveld 14 februari 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Doorrekening Woonakkoord... 3 2.1 Uitgangspunten... 3 2.2 Financiële randvoorwaarden...

Nadere informatie

Vastgoedsturing bij Ymere.

Vastgoedsturing bij Ymere. Ymere Vastgoedsturing bij Ymere. Pablo van der Laan strategisch adviseur Kennisochtend NVDO Kwaliteitsborging en vastgoedsturing Utrecht, 18 september 2015 Groot stedelijke corporatie in Metropool Regio

Nadere informatie

Samenvattend overzicht bod corporaties reactie gemeente

Samenvattend overzicht bod corporaties reactie gemeente Samenvattend overzicht bod corporaties reactie gemeente In deze bijlage wordt per thema aangegeven wat gezamenlijk en daarnaast wat afzonderlijk door de corporaties dan wel de gemeente (aanvullend) is

Nadere informatie

Collegebesluit Collegevergadering: 11 december 2018

Collegebesluit Collegevergadering: 11 december 2018 ONDERWERP Prestatieafspraken 2019 SAMENVATTING Gemeente, de Heemsteedse woningcorporaties Elan Wonen en Pre Wonen en hun huurdersorganisaties Bewonersraad Elan Wonen en Bewonerskern Pre streven een gemeenschappelijk

Nadere informatie

FINANCIËLE HAALBAARHEID DOELSTELLINGEN ENERGIEAKKOORD CORPORATIESECTOR. 12 oktober 2016

FINANCIËLE HAALBAARHEID DOELSTELLINGEN ENERGIEAKKOORD CORPORATIESECTOR. 12 oktober 2016 FINANCIËLE HAALBAARHEID DOELSTELLINGEN ENERGIEAKKOORD CORPORATIESECTOR 12 oktober 2016 MANAGEMENTSAMENVATTING Aanleiding In 2012 is het Convenant Energiebesparing Huursector ondertekend. Hiermee heeft

Nadere informatie

WOONLASTENAGENDA 2015. BrabantWonen

WOONLASTENAGENDA 2015. BrabantWonen WOONLASTENAGENDA 2015 BrabantWonen ALGEMENE INLEIDING BrabantWonen, Kleine Meierij, Zayaz, gemeente s-hertogenbosch en het Stedelijk Huurdersplatform (SHP) hebben in 2014 het Woonlastenakkoord gesloten.

Nadere informatie

5 Kwantitatief en kwalitatief regionaal woningbouwprogramma

5 Kwantitatief en kwalitatief regionaal woningbouwprogramma 5 Kwantitatief en kwalitatief regionaal woningbouwprogramma Het regionale woningbouwprogramma moet actueel blijven. Dynamiek is ook nodig omdat nu niet te voorspellen is wat er over een aantal jaar nodig

Nadere informatie

Woonlastenbeleid als uitweg uit de crisis. 5 juni 2013 Bert Weevers, kennismiddag woonlasten.

Woonlastenbeleid als uitweg uit de crisis. 5 juni 2013 Bert Weevers, kennismiddag woonlasten. Woonlastenbeleid als uitweg uit de crisis. 5 juni 2013 Bert Weevers, kennismiddag woonlasten. Onderwerpen 1. Wat zijn woonlasten? 2. Betaalbaarheid onder druk 3. Oorzaken Na de pauze: 4. Woonlastenbeleid

Nadere informatie

WSW trendanalyse woningcorporaties 2013-2017

WSW trendanalyse woningcorporaties 2013-2017 WSW trendanalyse woningcorporaties 2013-2017 Risico s voor borgstelsel nemen toe Corporaties nemen maatregelen om de financiële conti - nuïteit te waarborgen. Dit is het gevolg van de overheidsmaatregelen

Nadere informatie

Teveel CO 2. Stijgende energiekosten. Transformatie heeft de toekomst. 99% van de reductieopgave is in de bestaande voorraad te vinden!

Teveel CO 2. Stijgende energiekosten. Transformatie heeft de toekomst. 99% van de reductieopgave is in de bestaande voorraad te vinden! Teveel CO 2 Transformatie heeft de toekomst Stijgende energiekosten 20% besparen in 2018 3 1 4 Verborgen kosten (o.a. gezondheidszorg) economische noodzaak 2 99% van de reductieopgave is in de bestaande

Nadere informatie

Platform Wonen Assen 3 oktober 2013

Platform Wonen Assen 3 oktober 2013 Platform Wonen Assen 3 oktober 2013 Aanvalsplan wonen Albert Smit wethouder financiën, vastgoed, grondzaken en wonen 1 Aanvalsplan wonen: aanleiding Sinds 2008: Economische recessie Stagnerende woningmarkt

Nadere informatie

Tijd voor keuzes in Noord-Holland Noord

Tijd voor keuzes in Noord-Holland Noord Tijd voor keuzes in Noord-Holland Noord Samen kiezen voor een sterke woningmarkt Martin Hoiting/Rob Ravestein 14 oktober 2013 verandering in denken: één woningportefeuille welke woningen hebben we nodig

Nadere informatie

Advies. Bewoners Advies Groep. Begroting 2014

Advies. Bewoners Advies Groep. Begroting 2014 Advies Bewoners Advies Groep Begroting 2014 November 2013 Het advies in hoofdlijn: 1. De ambitie van Nijestee moet vooral gericht zijn op de kerntaken, goede en betaalbare huisvesting voor de doelgroep

Nadere informatie

NEUTRAAL EN AARDGASVRIJ OP NAAR CO 2. -neutraal en/of aardgasvrij wonen. Uw navigatie naar toekomstbestendig CO 2. Bepaal je eigen route naar CO 2

NEUTRAAL EN AARDGASVRIJ OP NAAR CO 2. -neutraal en/of aardgasvrij wonen. Uw navigatie naar toekomstbestendig CO 2. Bepaal je eigen route naar CO 2 P NAAR C 2 NEUTRAAL EN AARDGASVRIJ Uw navigatie naar toekomstbestendig C 2 -neutraal en/of aardgasvrij wonen Bepaal je eigen route naar C 2 -neutraal en aardgasvrij, met een toekomstbestendig, gewild en

Nadere informatie

u kunt er niet omheen

u kunt er niet omheen EPA-W Advies Het energielabel: u kunt er niet omheen Eigenaren van woningen zijn bij de verkoop of verhuur verplicht om een Energielabel te overhandigen aan de koper of huurder. Als erkend EPA-W Adviseur

Nadere informatie

Samenwerkingsafspraken Enschede 2014-2015 Vanuit een gedeelde visie, onderling vertrouwen en gelijkwaardigheid

Samenwerkingsafspraken Enschede 2014-2015 Vanuit een gedeelde visie, onderling vertrouwen en gelijkwaardigheid Samenwerkingsafspraken Enschede 2014-2015 Vanuit een gedeelde visie, onderling vertrouwen en gelijkwaardigheid Vastgesteld en ondertekend in het bestuurlijk overleg d.d. 26 november 2014 1 Jaarlijks terugkerend

Nadere informatie

Strategisch Voorraadbeleid Ons Doel 2015

Strategisch Voorraadbeleid Ons Doel 2015 SVB samenvatting voor HOOD: Strategisch Voorraadbeleid Ons Doel 2015 Wat is strategisch voorraadbeleid? Beleid waarin keuzes gemaakt worden over hoe wij met onze woningen ( de voorraad) om willen gaan

Nadere informatie

Energieambities in strategisch voorraadbeleid

Energieambities in strategisch voorraadbeleid TEN KROODE & VAN ZEE ORGANISATIE-ADVISEURS Energieambities in strategisch voorraadbeleid Artikel 090.003 12 februari 2008 In opdracht van SenterNovem Ten Kroode & Van Zee, organisatie-adviseurs www.tkvz.nl

Nadere informatie

Achtergrondinformatie Woonsymposium WONEN IN STAD.NL SESSIE BETAALBAAR- HEID

Achtergrondinformatie Woonsymposium WONEN IN STAD.NL SESSIE BETAALBAAR- HEID Achtergrondinformatie Woonsymposium WONEN IN STAD.NL SESSIE BETAALBAAR- HEID donderdag 19 maart 2015 BETAAL- BAARHEID Groningen is de jongste stad van Nederland. Van de totaal circa 200.000 inwoners zijn

Nadere informatie

Investeren in groen en betaalbaar wonen

Investeren in groen en betaalbaar wonen Beleidsplan van Het Gooi en Omstreken 2013-2018 Investeren in groen en betaalbaar wonen Activiteiten in 2013 In Baarn, Bunschoten, Blaricum, Bussum, Hilversum en Wijdemeren Investeren in groen en betaalbaar

Nadere informatie

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus

Nadere informatie

Knelpuntenanalyse Novelle en BTIV 2015

Knelpuntenanalyse Novelle en BTIV 2015 Knelpuntenanalyse Novelle en BTIV 2015 Frank Vermeij Augustus 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Aanpak... 3 3 Juridische scheiding... 3 3.1 Aannames... 3 3.2 Resultaten... 4 4 Administratieve scheiding...

Nadere informatie

Sociaal Huurakkoord 2018

Sociaal Huurakkoord 2018 Sociaal Huurakkoord 2018 Dit Sociaal Huurakkoord 2018 is moeizaam tot stand gekomen. De oorzaak is een steeds grotere fiscale druk bij corporaties, die zich uiteindelijk één op één vertaalt in ófwel huren

Nadere informatie

ENERGIEAKKOORD. Gevolgen, verplichtingen en kansen THOMAS KOKSHOORN

ENERGIEAKKOORD. Gevolgen, verplichtingen en kansen THOMAS KOKSHOORN ENERGIEAKKOORD Gevolgen, verplichtingen en kansen THOMAS KOKSHOORN 2 - Wie zijn wij? - Visie Ekwadraat - Beleid - Doelstellingen - Middelen - Financiering Inhoud - Conclusies en aanbevelingen 3 INLEIDING

Nadere informatie

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus

Nadere informatie

Woningwet woningcorporaties en gemeenten. Informatie voor gemeenten. de piketpalen gaan nu de grond in

Woningwet woningcorporaties en gemeenten. Informatie voor gemeenten. de piketpalen gaan nu de grond in Woningwet 2015 woningcorporaties en gemeenten Informatie voor gemeenten de piketpalen gaan nu de grond in drs. ad hereijgers april 2016 drs. ton streppel 1 Inhoud informatie over gemeente en Woningwet

Nadere informatie

EEN BUSINESSMODEL VOOR ALL ELECTRIC

EEN BUSINESSMODEL VOOR ALL ELECTRIC EEN BUSINESSMODEL VOOR ALL ELECTRIC NUL OP DE METER WONINGEN Rob Rötscheid Ede 11 november 2014 UITDAGINGEN VOOR DE CORPORATIESECTOR Kwaliteit voorraad Betaalbaarheid Duurzaamheid TWEE FINANCIËLE VRAAGSTUKKEN

Nadere informatie

WHITEPAPER Model SWOT analyses real estate

WHITEPAPER Model SWOT analyses real estate WHITEPAPER Model SWOT analyses real estate AHA-Adviseurs Bezoekadres Postadres Internet T 0522 46 09 95 Achthoevenweg 8b Patrijs 29 www.aha-adviseurs.nl F 0522 46 05 15 7951 SK Staphorst 7951 VG Staphorst

Nadere informatie

Prestatieafspraken Gemeente IJsselstein / / Gemeente *7/ IJsselstein Providesv

Prestatieafspraken Gemeente IJsselstein / / Gemeente *7/ IJsselstein Providesv ^ Gemeente *7/ IJsselstein Providesv Gemeente IJsselstein / / Gemeente IJsselstein - Provides - HVIJ lad 1 van 1 Gemeente IJsselstein Provides Woningwet 2015 In de nieuwe Woningwet (per 1 juli 2015 ingegaan)

Nadere informatie

Kiezen, Delen én Doen Samen voor een sterke woningmarkt. platform woningcorporaties noord-holland noord

Kiezen, Delen én Doen Samen voor een sterke woningmarkt. platform woningcorporaties noord-holland noord Kiezen, Delen én Doen Samen voor een sterke woningmarkt platform woningcorporaties noord-holland noord Voorwoord Op 15 december 2011 is door ruim 20 corporaties uit de subregio s Noordkop, West-Friesland,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 2391 Vragen van het lid

Nadere informatie

Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Ooststellingwerf. Samen werken aan goed en betaalbaar wonen

Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Ooststellingwerf. Samen werken aan goed en betaalbaar wonen Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Ooststellingwerf Samen werken aan goed en betaalbaar wonen Goed en betaalbaar wonen in Ooststellingwerf Onze bijdrage 2018 aan uw woonvisie Gewoon

Nadere informatie

neutraal & aardgasvrij

neutraal & aardgasvrij Op naar CO 2 neutraal & aardgasvrij UW NAVIGATIE NAAR TOEKOMSTBESTENDIG CO 2 NEUTRAAL EN/OF AARDGASVRIJ WONEN KAW architecten en adviseurs Juni juni 2018 Voegt u graag daad bij het woord? Wilt u een concrete

Nadere informatie

BuildDesk kennisdocument

BuildDesk kennisdocument BuildDesk kennisdocument Groot economisch en maatschappelijk voordeel van energieneutraal renoveren Woningverbetering naar energieneutraal in de sociale huursector is economisch en maatschappelijk zeer

Nadere informatie

Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Leeuwarden

Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Leeuwarden Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Leeuwarden Samen werken aan goed en betaalbaar albaar wonen Goed en betaalbaar wonen in Leeuwarden Onze bijdrage 2018 aan uw woonvisie Gewoon dóen!

Nadere informatie

Pas je huizen aan of breng je mensen in beweging? Kees Konings, DomaVita Vastgoedadvies

Pas je huizen aan of breng je mensen in beweging? Kees Konings, DomaVita Vastgoedadvies Transformatie bestaande woningvoorraad Pas je huizen aan of breng je mensen in beweging? Kees Konings, DomaVita Vastgoedadvies Kansen en uitdagingen voor West-Brabant Thema s/ Agenda: 1. Steden en (kleine)

Nadere informatie

Stookjerijk2015 Apeldoorn. Kansen huurdersparticipatie vanuit de nieuwe Woningwet. Vooroverleg met raadsleden, do 16 april, 19.00u

Stookjerijk2015 Apeldoorn. Kansen huurdersparticipatie vanuit de nieuwe Woningwet. Vooroverleg met raadsleden, do 16 april, 19.00u Stookjerijk2015 Apeldoorn Kansen huurdersparticipatie vanuit de nieuwe Woningwet Vooroverleg met raadsleden, do 16 april, 19.00u Onderdelen presentatie Doel Stookjerijk Beleid SER akkoord 2013 Actuele

Nadere informatie

Woning Waarde. Energiesprong 26 Mei 2014

Woning Waarde. Energiesprong 26 Mei 2014 Woning Waarde Energiesprong 26 Mei 2014 Introductie Roland van der Klauw Vanuit NRG031 faciliterend voor Waifer & Wocozon. Voorzitter platform Woningwaarde van Platform 31. NRG031 helpt Nederland met energiebesparing

Nadere informatie

Vragen HBV n.a.v. eerste concept Koers

Vragen HBV n.a.v. eerste concept Koers Vragen HBV n.a.v. eerste concept Koers - Wat zijn de risico s als WEL zelfstandig blijft De HBV krijgt een apart stuk aangereikt waarin staat beschreven met welke risico s WEL te maken krijgt als zij zelfstandig

Nadere informatie

Agenda. Integrale sturing

Agenda. Integrale sturing Agenda Wat gebeurt er in de markt? Het sturingsplatform van Ortec Finance en Vabi Het sturingsplatform en ERP Cegeka-DSA, Ortec Finance en Vabi Live preview Asset Management Live preview Vastgoeddata op

Nadere informatie

Evidence based assetmanagement. ofwel: onderbouwd kaders stellen en keuzes maken

Evidence based assetmanagement. ofwel: onderbouwd kaders stellen en keuzes maken Evidence based assetmanagement ofwel: onderbouwd kaders stellen en keuzes maken Even voorstellen: Stadlander Woningcorporatie West Brabant 15.000 VHE Bergen op Zoom en Tholen Reorganisatie achter de rug:

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag Nederland www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Energiebesparing in de Leidse huursector

Energiebesparing in de Leidse huursector - Leiden - 2014 Rondetafel 26 juni Energiebesparing in de Leidse huursector Bert Bakker StookjerijkTrofee 2014 prijsuitreiking op slotbijeenkomst do avond 20 november te Utrecht Energieprestaties 2013

Nadere informatie

Introductie in: Resultaatgericht Samenwerken bij Investeren en Onderhouden

Introductie in: Resultaatgericht Samenwerken bij Investeren en Onderhouden Introductie in: Resultaatgericht Samenwerken bij Investeren en Onderhouden November 2013 Hank Herfkens (Havensteder) & Hans van der Krogt (Smits Vastgoedzorg) deelnemers Inkoop - / aanbestedingsvormen

Nadere informatie

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN Onderwerp Actieplan Sociale Huur Steller R. Asschert De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN Telefoon 8635 Bijlage(n) 1 Ons kenmerk 6884967 Datum Uw brief van Uw kenmerk - Geachte heer,

Nadere informatie

Start prestatieafspraken 2018 en woonruimteverdeling (050)

Start prestatieafspraken 2018 en woonruimteverdeling (050) en woonruimteverdeling Sander Akkerman De leden van de raad (050) 367 80 91 2. 6250120 Geachte leden van de raad, Met de komst van de nieuwe Woningwet maken huurders, corporaties en gemeente jaarlijks

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag Uw kenmerk 2019Z01304

Nadere informatie

Rekenkamer Metropool Amsterdam T.a.v. de heer J. de Ridder Postbus 202 1000 AE Amsterdam

Rekenkamer Metropool Amsterdam T.a.v. de heer J. de Ridder Postbus 202 1000 AE Amsterdam pagina 1 / 5 Rekenkamer Metropool Amsterdam T.a.v. de heer J. de Ridder Postbus 202 1000 AE Amsterdam Datum: 15 maart 2016 Kenmerk: 201/0007, JvdV Archiefnummer: 5.90/3 Betreft: Bestuurlijke Reactie op

Nadere informatie

Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Smallingerland. Samen werken aan goed en betaalbaar wonen

Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Smallingerland. Samen werken aan goed en betaalbaar wonen Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Smallingerland Samen werken aan goed en betaalbaar wonen Goed en betaalbaar wonen in Smallingerland Onze bijdrage 2018 aan uw woonvisie Gewoon dóen!

Nadere informatie

Duurzame obligatie bindt meer beleggers aan de corporatiesector

Duurzame obligatie bindt meer beleggers aan de corporatiesector Duurzame obligatie bindt meer beleggers aan de corporatiesector Prof. dr. ir. Bastiaan Zoeteman en ir. René Goorden 1 Op 6 juli 2016 heeft BNG Bank haar eerste duurzame Social Bond ten behoeve van de financiering

Nadere informatie

Ondernemingsplan 2014 2017. Ambities blijven overeind door scherpe focus op kerntaken

Ondernemingsplan 2014 2017. Ambities blijven overeind door scherpe focus op kerntaken Ondernemingsplan 2014 2017 Ambities blijven overeind door scherpe focus op kerntaken Missie QuaWonen QuaWonen is dé woningcorporatie voor de Krimpenerwaard. Wij bieden goede huisvesting aan mensen die

Nadere informatie

Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Tytsjerksteradiel. Samen werken aan goed en betaalbaar wonen

Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Tytsjerksteradiel. Samen werken aan goed en betaalbaar wonen Bijdrage 2018 WoonFriesland aan de woonvisie gemeente Tytsjerksteradiel Samen werken aan goed en betaalbaar wonen Goed en betaalbaar wonen in Tytsjerksteradiel Onze bijdrage 2018 aan uw woonvisie Gewoon

Nadere informatie

Achtergrondinformatie Woonsymposium WONEN IN STAD.NL SESSIE DUURZAAMHEID

Achtergrondinformatie Woonsymposium WONEN IN STAD.NL SESSIE DUURZAAMHEID Achtergrondinformatie Woonsymposium WONEN IN STAD.NL SESSIE DUURZAAMHEID donderdag 19 maart 2015 Duurzaamheid Duiding en context Groningen heeft de ambitie om in 2035 een energieneutrale stad te zijn.

Nadere informatie

Financiële bijdrage van de huurder bij investeringen in verduurzaming en vergroening

Financiële bijdrage van de huurder bij investeringen in verduurzaming en vergroening O P I N I E S T U K Financiële bijdrage van de huurder bij investeringen in verduurzaming en vergroening Bijna iedereen is het er wel over eens dat een significante vermindering van het energieverbruik

Nadere informatie

Prioriteiten volkshuisvesting

Prioriteiten volkshuisvesting Prioriteiten volkshuisvesting Programma Inleiding: Sinisa Boksic (BZK) Toelichting 4 prioriteiten: Annelies Dassen (BZK) Uitkomsten startmeting prioriteiten: Hanjo Lagas (Atrivé) Prioriteiten in lokaal

Nadere informatie

Investeringsstatuut Stichting Wonen Zuid. Werk in uitvoering

Investeringsstatuut Stichting Wonen Zuid. Werk in uitvoering Investeringsstatuut Stichting Wonen Zuid Werk in uitvoering Vastgesteld door de Bestuurder op 17-06-2014 Goedgekeurd door de Raad van Commissarissen op 26-03-2015 INHOUD INVESTERINGSSTATUUT INLEIDING...

Nadere informatie

de gemeenten in de regio Alkmaar Woonwaard, Kennemer Wonen, Van Alckmaer, Wooncompagnie en Ymere

de gemeenten in de regio Alkmaar Woonwaard, Kennemer Wonen, Van Alckmaer, Wooncompagnie en Ymere Alkmaar, juni 2014 Aan: Van: de gemeenten in de regio Alkmaar Woonwaard, Kennemer Wonen, Van Alckmaer, Wooncompagnie en Ymere Met deze notitie bieden wij u het rapport Betaalbaar Wonen in de regio Alkmaar

Nadere informatie

Groen? Het is te doen! Audit.Tax.Consulting.Financial Advisory.

Groen? Het is te doen! Audit.Tax.Consulting.Financial Advisory. Groen? Het is te doen! Audit.Tax.Consulting.Financial Advisory. Een uitdagend klimaat 20 20 2020 In 2020 moet de uitstoot van CO 2 in de EU met 20% zijn teruggebracht ten opzichte van het 1990 niveau.

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018-2019 34 940 Wijzing van de Wet op de huurtoeslag in verband met het laten vervallen van de bepaling dat de eigen bijdrage in de huurtoeslag wordt geïndexeerd

Nadere informatie

OVERZICHTSNOTITIE INZENDINGEN

OVERZICHTSNOTITIE INZENDINGEN OVERZICHTSNOTITIE INZENDINGEN Deze notitie behandelt enkele conclusies op hoofdlijnen, gebaseerd op de 36 inzendingen die zijn ingediend voor de pilot woonconcepten voor EU-arbeidsmigranten. Positieve

Nadere informatie

Alumni event MRE TIAS 29 oktober 2014

Alumni event MRE TIAS 29 oktober 2014 Alumni event MRE TIAS 29 oktober 2014 Nieuwe aanbesteding- samenwerkingsvormen heeft een aanbod van zo n 13.500 huurwoningen; Actief is zorg (5% van de totale portefeuille); Beperkte BOG portefeuille;

Nadere informatie

Energie Prestatie in beleid en organisatie

Energie Prestatie in beleid en organisatie 1 Energie Prestatie in beleid en organisatie 6 november 2008 2 Patrimonium naoorlogse woningvoorraad ca. 6000 woningen 2/3 gestapelde bouw (galerij en portiek) 1/3 grondgebonden jaarlijks ca. 100 nieuwbouw

Nadere informatie

Aanpak energiebesparing woningvoorraad Portaal Nijmegen. 13 mei 2014 Stephan Huisman afdeling Strategie & Vastgoed Senior projectleider

Aanpak energiebesparing woningvoorraad Portaal Nijmegen. 13 mei 2014 Stephan Huisman afdeling Strategie & Vastgoed Senior projectleider Aanpak energiebesparing woningvoorraad Portaal Nijmegen 13 mei 2014 Stephan Huisman afdeling Strategie & Vastgoed Senior projectleider Wat loopt er allemaal? Duurzaamheid is: Energiebesparing Gezond wonen

Nadere informatie

herijkte ondernemingsplan 2016 / 2017 WONINGSTICHTING SWZ

herijkte ondernemingsplan 2016 / 2017 WONINGSTICHTING SWZ herijkte ondernemingsplan 2016 / 2017 WONINGSTICHTING SWZ Voorwoord Voor u ligt het herijkte ondernemingsplan van SWZ. Dit is het antwoord op de vraag die we onszelf en onze belangrijkste stakeholder huurdersbelangenvereniging

Nadere informatie

Beoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking

Beoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking Nederlandse Associatie voor Examinering 1 Beoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking Met de scriptie voor Compensation & Benefits Consultant (CBC) toont de kandidaat een onderbouwd advies

Nadere informatie

1 juli a.s. is het moment van de jaarlijkse huurverhoging. Uiterlijk 1 mei hebben huurders de aangekondigde huurverhoging ontvangen.

1 juli a.s. is het moment van de jaarlijkse huurverhoging. Uiterlijk 1 mei hebben huurders de aangekondigde huurverhoging ontvangen. Huurverhoging 2016 1 juli a.s. is het moment van de jaarlijkse huurverhoging. Uiterlijk 1 mei hebben huurders de aangekondigde huurverhoging ontvangen. In de gesprekken met de corporaties is de insteek

Nadere informatie

Fakton. Financial Engineering in de Praktijk Asset Management: sturen op verdienvermogen, waarde en rendement. Solving complex real estate challenges

Fakton. Financial Engineering in de Praktijk Asset Management: sturen op verdienvermogen, waarde en rendement. Solving complex real estate challenges Fakton Solving complex real estate challenges Financial Engineering in de Praktijk Asset Management: sturen op verdienvermogen, waarde en rendement Wim Weide, Partner Fakton 1 Relevante context / ontwikkelingen

Nadere informatie

Investeren in groen en betaalbaar wonen

Investeren in groen en betaalbaar wonen Verkort Beleidsplan Het Gooi en Omstreken 2013-2018 Investeren in groen en betaalbaar wonen Ambities in 2017 In Baarn, Blaricum, Bunschoten, Gooise Meren, Hilversum en Wijdemeren Voorwoord Maarten van

Nadere informatie

Allocatie van vermogen aan doelstellingen

Allocatie van vermogen aan doelstellingen 05 Naar een optimale voorraadstrategie Allocatie van vermogen Woningcorporaties zijn de grootste spelers op de Nederlandse woningmarkt. Sinds de brutering focussen deze ondernemingen zich steeds meer op

Nadere informatie

3 Management van ICT-kosten en baten

3 Management van ICT-kosten en baten 3 Management van ICT-kosten en baten Stand van zaken in de woningcorporatiesector Patrick van Eekeren en Menno Nijland Het bepalen van de hoogte van de ICT-kosten (en baten), bijvoorbeeld door gebruik

Nadere informatie

We beginnen steeds met de vraag die we voorgelegd hebben. Daarna volgen grafieken die de uitkomsten helder in beeld brengen.

We beginnen steeds met de vraag die we voorgelegd hebben. Daarna volgen grafieken die de uitkomsten helder in beeld brengen. In maart 2015 vroegen wij in een enquête onze huurders, woningzoekenden, collega corporaties, gemeenten, medewerkers en via social media om mee te denken met ons beleid. In totaal hebben 3.700 deelnemers

Nadere informatie

Wordt wonen in Oisterwijk een luxe? Pro-Plein Wonen

Wordt wonen in Oisterwijk een luxe? Pro-Plein Wonen Wordt wonen in Oisterwijk een luxe? Pro-Plein Wonen Frenkel Beerens Adviseur wonen 7 maart 2018 Inhoud Woningmarkt (5 min) Woonvisie (10 min) Onderzoek locaties sociale huur (5 min) WONINGMARKT Economische

Nadere informatie

Inleiding In deze memo wordt een toelichting gegeven op de woningmarktmonitor. De toelichting bestaat uit de volgende onderdelen:

Inleiding In deze memo wordt een toelichting gegeven op de woningmarktmonitor. De toelichting bestaat uit de volgende onderdelen: Memo Woningmarkt monitor Inleiding In deze memo wordt een toelichting gegeven op de woningmarktmonitor. De toelichting bestaat uit de volgende onderdelen: Achtergrond Opzet van de monitor Proces Korte

Nadere informatie

Agenda van de vergadering in Het Rode Hert van 16 april 2015

Agenda van de vergadering in Het Rode Hert van 16 april 2015 Agenda van de vergadering in Het Rode Hert van 16 april 2015 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering in Het Rode Hert van 16 april 2015 Datum: donderdag 16 april 2015 Aanvang: 19:00 Traject

Nadere informatie

KENGETALLEN PORETEFEUILLE STRATEGIE

KENGETALLEN PORETEFEUILLE STRATEGIE In de loop van 2015 is door Eigen Haard een nieuwe Ondernemingsstrategie ontwikkelt en als uitwerking daarvan een nieuwe Portefeuille strategie. Over de Portefeuillestrategie is advies gevraagd aan Alert.

Nadere informatie

Raadsstuk. Onderwerp: Aanvullende uitgangspunten Woonvisie ; Haarlem, duurzame ongedeelde woonstad; BBV nr: 2015/387028

Raadsstuk. Onderwerp: Aanvullende uitgangspunten Woonvisie ; Haarlem, duurzame ongedeelde woonstad; BBV nr: 2015/387028 Raadsstuk Onderwerp: Aanvullende uitgangspunten Woonvisie 2012-2016; Haarlem, duurzame ongedeelde woonstad; BBV nr: 2015/387028 1. Inleiding Sinds de vaststelling van de Woonvisie 2012-2016 Haarlem, duurzame

Nadere informatie

Duurzaamheid - enquête Bo-Ex Panel

Duurzaamheid - enquête Bo-Ex Panel Duurzaamheid - enquête Bo-Ex Panel Duurzaamheid speelt een steeds belangrijkere rol in onze maatschappij. Vaak vanuit het besef dat het verstandig is om anders om te gaan met onze aarde. Op het gebied

Nadere informatie

Meer huur voor minder huis. Gereguleerde huren in de commerciële sector

Meer huur voor minder huis. Gereguleerde huren in de commerciële sector Meer huur voor minder huis Gereguleerde huren in de commerciële sector Gereguleerde huren in de commerciële sector Meer huur voor minder huis AANLEIDING Corporaties en commerciële verhuurders bieden beiden

Nadere informatie

Bijlage I 20111278-07 Investeringen en energielasten Energiesprong woningbouw Maria van Bourgondiëlaan te Eindhoven. 1 Inleiding

Bijlage I 20111278-07 Investeringen en energielasten Energiesprong woningbouw Maria van Bourgondiëlaan te Eindhoven. 1 Inleiding Bijlage I 20111278-07 Investeringen en energielasten Energiesprong woningbouw Maria van Bourgondiëlaan te Eindhoven Datum Referentie Behandeld door 13 december 2011 20111278-07 P. Smoor/LSC 1 Inleiding

Nadere informatie

Verhuurderheffing en corporaties Een financiële analyse. Johan Conijn & Wolter Achterveld

Verhuurderheffing en corporaties Een financiële analyse. Johan Conijn & Wolter Achterveld Verhuurderheffing en corporaties Een financiële analyse Johan Conijn & Wolter Achterveld 7 november 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 SBI en de inrichting daarvan... 4 2.1 Inrichting van SBI... 4 3

Nadere informatie

WatKostDe(Ver)BouwVanEenHuurwoning

WatKostDe(Ver)BouwVanEenHuurwoning WatKostDe(Ver)BouwVanEenHuurwoning Dit is een korte beschrijving van: 1. De applicatie Watkostdebouwvaneenhuurwoning, die sinds 2011 door verschillende corporaties wordt gebruikt bij de sturing op nieuwbouw.

Nadere informatie

revolving fund ten einde?

revolving fund ten einde? Corporatiesector als revolving fund ten einde? Johan Conijn Bijzonder hoogleraar Woningmarkt Universiteit van Amsterdam en directeur Ortec Finance Tussen Scylla en Charybdis De Vernieuwde Stad 23 juni

Nadere informatie

Vraag 1 Wat is uw reactie op het artikel Corporaties zoeken geld om heffing Rijk te betalen. Sociale huurwoningen fors duurder geworden?

Vraag 1 Wat is uw reactie op het artikel Corporaties zoeken geld om heffing Rijk te betalen. Sociale huurwoningen fors duurder geworden? 2014Z05130 Vragen van het lid Paulus Jansen (SP) aan de minister voor Wonen en Rijksdienst over woningcorporaties die de huurprijs van sociale huurwoningen fors verhogen (ingezonden 20 maart 2014). Vraag

Nadere informatie

ENERGIE IN VASTGOEDSTURING

ENERGIE IN VASTGOEDSTURING Inhoud ENERGIE IN VASTGOEDSTURING Het strategisch belang van de energieprestatie van de woning 0. Bert Weevers 2 Missie Organisatie -> grote dekking Missie Organisatie -> grote dekking Strat adviseur Ontwikkelaar

Nadere informatie

WOONLASTENAGENDA BrabantWonen

WOONLASTENAGENDA BrabantWonen WOONLASTENAGENDA 2016 BrabantWonen ALGEMENE INLEIDING BrabantWonen, Kleine Meierij, Zayaz, gemeente s-hertogenbosch en het Stedelijk Huurdersplatform (SHP) hebben in 2014 het Woonlastenakkoord gesloten.

Nadere informatie

Woonlastenbeleid en woonlastentool.

Woonlastenbeleid en woonlastentool. TITEL IN 40 PUNTS UNIVERS BOLD Studiemiddag BuildDesk 5 juni 2013 Woonlastenbeleid en woonlastentool. Karo van Dongen directeur-bestuurder Woonstichting Etten-Leur Etten-Leur, 5 juni 2013 Agenda 1. Waarom

Nadere informatie

Huurbeleid Mooiland. Terugblik op 2017 Vooruitblik op 2018

Huurbeleid Mooiland. Terugblik op 2017 Vooruitblik op 2018 Terugblik op 2017 Vooruitblik op 2018 Inhoud Inleiding Wat hebben we gedaan in 2017? Kerngebied Overig werkgebied Vooruitblik 2018 Vragen Inleiding Nieuwe strategie: volwaardige woningcorporatie We willen

Nadere informatie

Resultaatgericht samenwerken bij investeren en Onderhoud

Resultaatgericht samenwerken bij investeren en Onderhoud Resultaatgericht samenwerken bij investeren en Onderhoud BouwLokalen 1 oktober 2015 Klantgericht bouwen door gericht vakmanschap Thomas Chaulet Introductie Missie Smits Vastgoedzorg richt zich op het voorspelbaar

Nadere informatie

Corporatie in Perspectief

Corporatie in Perspectief Analyse CFV 2009 Corporatie in Perspectief L1548 Amstelveen CFV 2009 Corporatie in Perspectief L1548 Inhoud 1 Algemeen 1.1 Algemene gegevens corporatie 4 1.2 Vraag- / aanbodverhoudingen 4 1.3 Situering

Nadere informatie

dekken. Het veiligheidsniveau geeft dus weer WAT het bestuur van de organisatie verwacht. De bestuurlijke uitgangpunten geven hier invulling aan.

dekken. Het veiligheidsniveau geeft dus weer WAT het bestuur van de organisatie verwacht. De bestuurlijke uitgangpunten geven hier invulling aan. dekken. Het veiligheidsniveau geeft dus weer WAT het bestuur van de organisatie verwacht. De bestuurlijke uitgangpunten geven hier invulling aan. Veiligheidszorg geeft invulling aan de HOE-vraag en is

Nadere informatie

WELKOM Routekaart CO2 neutraal

WELKOM Routekaart CO2 neutraal WELKOM Routekaart CO2 neutraal 8 februari 2018 Ronald Franken (Aedes) Robert Arts (Thuis) Jeffrey Mennen (Stroomversnelling) Ronald Franken Adviseur Duurzaamheid en Energiebesparing Aedes Vragen vooraf?

Nadere informatie

Samenvatting: Winst en waarde van energie renovaties in de woningbouw

Samenvatting: Winst en waarde van energie renovaties in de woningbouw Samenvatting: Winst en waarde van energie renovaties in de woningbouw De opgave is groot De Rijksoverheid streeft naar een energieneutrale bebouwde omgeving in 2050. Op weg daar naar toe is de ambitie

Nadere informatie

*ZE9E061ECF3* Raadsvergadering d.d. 19 februari 2015

*ZE9E061ECF3* Raadsvergadering d.d. 19 februari 2015 *ZE9E061ECF3* Raadsvergadering d.d. 19 februari 2015 Agendanr.. Aan de Raad No.ZA.14-31083/DV.15-441, afdeling Ruimte. Onderwerp: Woonvisie 2014-2030 Sellingen, 12 februari 2015 Algemeen Deze Woonvisie

Nadere informatie

Samen thuis in d e buurt. F&C Annemieke van Berkel adviesaanvraag huuraanpassing 2019

Samen thuis in d e buurt. F&C Annemieke van Berkel adviesaanvraag huuraanpassing 2019 Samen thuis in d e buurt Themawerkgroep huurverhoging uw brief datum 7 februari 2019 nummer behandeld door telefoonnummer onderwerp F&C.02.2019 Annemieke van Berkel 0317-47 16 56 adviesaanvraag huuraanpassing

Nadere informatie