RAADSCOMMISSIE VIII. - INFRASTRUCTUUR, WATERBELEID EN PATRIMONIUM

Transcriptie

1 RAADSCOMMISSIE VIII. - INFRASTRUCTUUR, WATERBELEID EN PATRIMONIUM Plaats: Leuven, Provinciehuis Voorzitter: de heer Manu CLAES Datum: 22 maart 2011 Ondervoorzitter: de heer Albert ABSILLIS Aanvangsuur: uur Aanwezig: de heer Manu CLAES, voorzitter de heer Albert ABSILLIS, ondervoorzitter De raadsleden : Jozef DE BORGER Fons HEYVAERT Nicole VANACKER-STAS Kris POELAERT Audrey VALKENIERS - VAN ZYL Ann SCHEVENELS Roger HEYVAERT Corinne OLBRECHTS Johnny VAN DROOGENBROECK Tom TROCH Daniël FONTEYNE Marcel STEEMAN Odette VAN BRUSSELEN Leen VAN AKEN Eléonore DE BROUCHOVEN DE BERGEYCK-DE MOERLOOSE An HERMANS Ben BESSEMANS Linda VAN DEN EEDE Geert SCHELLENS De gedeputeerden: Monique SWINNEN Walter ZELDERLOO Hilde TORFS, directeur infrastructuur Ward HERMANS, diensthoofd gebouwen Johan HUYBRECHTS, verantwoordelijke mobiele ploegen Wim VAN LEEMPUT, verantwoordelijke tekenkamer Johan GUILLEMYN, diensthoofd juridische dienst Jef FEYAERTS, bestuurssecretaris - jurist Tom HERROELEN, deskundige vastgoed Christiane KLEWAIS, diensthoofd facilitair beheer Guillaume WILLEMS, deskundige-werkcontroleur speciale technieken Rolf DE BRUYN, secretaris Verontschuldigd: Het raadslid : Arlette CAES De gedeputeerde : Karin JIROFLÉE raadscommissie VIII - infrastructuur, waterbeleid en patrimonium - 22 maart

2 Verslag : 1. Goedkeuring van het verslag van de vorige vergadering Voorzitter Manu Claes heet de aanwezigen welkom en opent de vergadering. Hij vraagt of de commissieleden ermee instemmen de volgende voorstellen omwille van hun dringende karakter aan de vergaderagenda toe te voegen: 1. Realisatie van een gecontroleerd overstromingsgebied in de vallei van de Birrebeek en Grote Heidebeek op het grondgebied van de gemeenten Meise en Kapelle-op-den-Bos - definitieve aanvaarding van het onteigeningsplan; 2. Opdracht voor het leveren, plaatsen en aansluiten van een gaswarmtepomp met watermodule ten behoeve van de serverroom in het Provinciehuis: niet-toewijzing volgens een openbare aanbesteding met Belgische publicatie; goedkeuring wijze van gunnen en ontwerpbestek; goedkeuring lijst van de te raadplegen kandidaat-inschrijvers. De commissieleden antwoorden positief op de vraag van de voorzitter. De punten worden aan de agenda toegevoegd. Voorzitter Manu Claes deelt mee dat gedeputeerde Karin Jiroflée zich laat verontschuldigen voor deze vergadering. Hij vraagt of er nog opmerkingen zijn bij het verslag van de vorige vergadering. Gedeputeerde Monique Swinnen vestigt er de aandacht op dat de vraag van raadslid François Van Hoobrouck d'aspre over de Vuilbeek te Wezembeek-Oppem beantwoord werd in het verslag van de vorige vergadering. De Vuilbeek is een waterloop van de derde categorie, die door de gemeente beheerd wordt. Daarom heeft de provincie in haar planning geen werken aan de Vuilbeek opgenomen. De Vlaamse Landmaatschappij (VLM) onderzoekt het openleggen van het bovenstrooms gedeelte van de Vuilbeek. Deze studie kadert in het landinrichtingsproject 'Plateau van Moorsel'. De provincie is vertegenwoordigd in de planbegeleidingsgroep van dit project. Raadslid Daniël Fonteyne komt terug op zijn vraag over het effect van dooizouten op de waterkwaliteit in de waterlopen. Hij heeft genoteerd dat de provincie niet bevoegd is voor de waterkwaliteit, maar zou graag weten waar hij wel terecht kan. Gedeputeerde Monique Swinnen verwijst naar de Vlaamse Milieumaatschappij, die de waterkwaliteit in Vlaanderen opvolgt. Er zijn geen andere aanvullingen of opmerkingen bij het verslag van de vorige vergadering. De raadscommissie keurt het verslag goed. 2. Inrichting van drie gecontroleerde overstromingsgebieden in de vallei van de Grote Molenbeek (Vliet) nr /II te Merchtem en Asse - goedkeuring van het ontwerp en vaststelling van de wijze van gunnen Gedeputeerde Monique Swinnen herinnert de raadsleden eraan dat de provincie al heel lang bezig is met dit project. Reeds op 21 september 2006 keurde de deputatie de startnota van dit project goed. In vergadering van 18 oktober 2007 heeft de deputatie het voorontwerp goedgekeurd en op 8 januari 2008 heeft deze raadscommissie kennis genomen van dit voorontwerp. Het project milieueffectenrapport (MER) voor de realisatie van het overstromingsgebied werd op 14 april 2008 goedgekeurd door de afdeling Milieu-, Natuur- en energiebeleid - dienst MER. Uit het milieueffectenrapport (MER) blijkt dat het Agentschap voor Natuur en Bos als bindende randvoorwaarde voor de aanleg van de geplande overstromingsgebieden oplegt dat het vervuild beekwater eerst gezuiverd moet zijn. Volgens de informatie van Aquafin worden in het voorjaar van 2011 de belangrijkste projecten in het zuiveringsgebied van de Grote Molenbeek voltooid. raadscommissie VIII - infrastructuur, waterbeleid en patrimonium - 22 maart

3 Ondertussen is het voorontwerp uitgewerkt tot een definitief ontwerp, waarin rekening gehouden werd met de bevindingen van de overstromingen van november 2010, die op 23 november 2010 in de provincieraad besproken werden. De totale kostprijs voor deze werken wordt geraamd op euro, inclusief btw. Daarvan zijn euro ten laste van de provincie Vlaams-Brabant en euro ten laste van TMVW-Aquario. Het project werd op 3 februari besproken met de burgemeesters van de betrokken gemeenten. Op 17 februari vond hierover nog een overleg plaats op het kabinet van minister Schauvliege. Het werd ook besproken met de Vlaamse administraties, in het bijzonder met de Vlaamse Milieumaatschappij, die als beheerder van het waterloopvak van de eerste categorie nog een bijkomend overstromingsgebied bouwt ter hoogte van de Robbroekstraat, stroomopwaarts van Londerzeel. Raadslid Ben Bessemans vraagt hoe groot de gerealiseerde buffercapaciteit is. In de drie ontworpen deelgebieden samen, licht gedeputeerde Monique Swinnen toe, kan ongeveer kubieke meter water gebufferd worden: kubieke meter in deelgebied 1, ter hoogte van de Trappenhoeve (Ichelgemstraat), kubieke meter in deelgebied 2, stroomafwaarts van de Neerkamstraat (terreinen aangekocht door de gemeente Merchtem), kubieke meter in deelgebied 3, ter hoogte van de Smidsestraat. Raadslid Leen Van Aken vraagt of er compensaties voorzien worden voor de eigenaars van percelen, die ten gevolge van de geplande werken geregeld zullen overstromen. Gedeputeerde Monique Swinnen bevestigt dat de provincie, wanneer zij gecontroleerde overstromingsgebieden inricht om woningen en andere gebouwen in overstromingsgevoelige zones te beschermen, ernaar streeft de eventuele nadelige gevolgen in het algemeen en het effect op het grondgebruik in het bijzonder tot een minimum te beperken. Het inschakelen van terreinen als overstromingsgebied is in vele gevallen verenigbaar met het gewone landgebruik als weide of akker, maar kan wel leiden tot opbrengstverlies en waardevermindering van de percelen. Wanneer de landbouwgronden overstromen tijdens het groeiseizoen, daalt de gewasopbrengst en kan in sommige gevallen zelfs de totale oogst verloren zijn. De grond kan in waarde verminderen wanneer de oppervlakte na herhaalde overstromingen 'verslempt' en de percelen daardoor minder gemakkelijk verpacht of verkocht kunnen worden. Het spreekt vanzelf dat de provincie de eigenaars en pachters van landbouwgronden in door haar ingerichte overstromingsgebieden correct moet vergoeden voor het opbrengstverlies en het waardeverlies dat het gevolg is van het herhaaldelijk overstromen van hun percelen. Het uitwerken van een rechtvaardige regeling is echter niet zo eenvoudig. De regeling moet immers conform zijn met alle Vlaamse, Federale en Europese wetgeving en regelgeving. Belangrijke aandachtspunten daarbij zijn fiscaliteit, schadeloosstelling, toeslagrechten en juridische omkadering. In het bijzonder moet de regeling in overeenstemming zijn met het uitvoeringsbesluit 'financiële instrumenten' van het decreet integraal waterbeleid. Op dit ogenblik werkt de provincie samen met verschillende Vlaamse administraties een regeling uit. Als die wat concreter is, zal de deputatie de uitgewerkte regeling aan de raadscommissie voorstellen. Raadslid Linda Van den Eede heeft in het voorstel aan de provincieraad gelezen dat de provincie eigenaar is van een deel van de gronden gelegen in het deelgebied in de Ichelgemstraat (1,74 ha) en het gemeentebestuur van Merchtem eigenaar is van het grootste gedeelte van het deelgebied Neerkamstraat (1,68 ha). Zij vraagt hoeveel grond er nog bijkomend aangekocht moet worden. Gedeputeerde Monique Swinnen antwoordt dat de exacte oppervlakte op dit ogenblik nog niet gekend is, omdat er nog besprekingen gevoerd moeten worden met de eigenaars om uit te maken welke delen best aangekocht worden, en voor welke een andere regeling getroffen kan worden. Het grondinnemingsplan zal tijdens een latere commissievergadering voorgesteld worden. De kostprijs van de aankoop van terreinen is niet begrepen in de raming van de werken. Raadslid Leen Van Aken verwijst naar het geplande project van de Vlaamse Milieumaatschappij ter hoogte van de Robbroekstraat en vraagt naar een stand van zaken. Gedeputeerde Monique Swinnen vermeldt dat dit project in een constructieve geest besproken werd tijdens de eerder vermelde raadscommissie VIII - infrastructuur, waterbeleid en patrimonium - 22 maart

4 vergadering met de burgemeesters op 3 februari Tijdens die vergadering had de burgemeester van Merchtem zijn bezorgdheid geuit over de mogelijke schadelijke gevolgen van deze werken. Verschillende omwonenden vrezen dat de inrichting van het overstromingsgebied Robbroekstraat de kans op wateroverlast zou doen toenemen ter hoogte van Breestraeten. Alle aanwezigen op de vergadering van 3 februari waren het erover eens dat geen enkele van de geplande ingrepen ook maar enig bijkomend risico mag inhouden voor bestaande bebouwing in de omgeving. Het oplossen van wateroverlast op één plaats mag nooit de kans op wateroverlast elders vergroten. De Afdeling Operationeel Waterbeheer heeft er zich daarom toe verbonden bijkomende topografische metingen te laten uitvoeren ter hoogte van Breestraeten. Mocht uit die opmetingen blijken dat er een risico bestaat voor de gebouwen in Breestraeten, dan wordt het ontwerp aangepast. Als aangetoond wordt dat er geen verhoogd risico is voor Breestraeten, worden de bezwaarindieners uitgenodigd om hun bezwaar in te trekken. Raadslid Jozef De Borger deelt mee dat de aangekondigde opmetingen veertien dagen geleden hebben plaats gevonden. Zij hebben uitgewezen dat de huizen in Breestraeten nog anderhalve meter hoger liggen dan het maximale peil in het overstromingsgebied. Gedeputeerde Monique Swinnen voegt er nog aan toe dat de Vlaamse Landmaatschappij erover waakt dat de landbouwers in het kader van de heropgestarte ruilverkaveling correct vergoed worden. Ook bij sommige landbouwers was er immers enige ongerustheid over de gevolgen van de inrichting van het overstromingsgebied voor hun bedrijf. Raadslid Jozef De Borger dringt aan op een goede communicatie met de gemeente Merchtem. Raadslid Fons Heyvaert stelt voor dat de deputatie een brief zou schrijven naar de gemeente Merchtem. Voorzitter Manu Claes sluit zich bij dit voorstel aan en laat dit in het verslag opnemen. Raadslid Fons Heyvaert informeert nog naar de planning. Gedeputeerde Monique Swinnen antwoordt dat de deputatie de stedenbouwkundige vergunning zal aanvragen zodra de provincieraad het ontwerp heeft goedgekeurd. Ondertussen beginnen ook de besprekingen met de eigenaars over de aankoop van delen van percelen. Daarna kan de aanbesteding plaats vinden. De eigenlijke uitvoering van de werken is gepland voor De raadscommissie geeft een gunstig advies voor het voorstel aan de provincieraad: inrichting van drie gecontroleerde overstromingsgebieden in de vallei van de Grote Molenbeek (Vliet) nr /II te Merchtem en Asse - goedkeuring van het ontwerp en vaststelling van de wijze van gunnen. De raadscommissie vraagt dat de deputatie de gemeente Merchtem per brief informeert over dit project. 3. Hevelvistrap op de IJsse te Overijse - goedkeuring van het ontwerp - vaststelling van de wijze van gunnen van de installatie Ook voor dit project werd het voorontwerp al eind 2008 goedgekeurd, begint gedeputeerde Monique Swinnen haar toelichting. Tijdens de uitwerking van het definitief ontwerp was er geregeld overleg met de gemeente Overijse. De uitvoering, die snel kan volgen op de goedkeuring van het ontwerp, kan in dezelfde periode plaats vinden als de herinrichting van het Stationsplein. De provincie participeert in dat project van de gemeente, waar de IJsse in open bedding wordt heraangelegd. De kostprijs van de werken voor de bouw van de hevelvistrap wordt geraamd op ongeveer euro, inclusief btw. Deze kostprijs is vergelijkbaar met de aanleg van een 'klassieke' vispassage, die bestaat uit een nevengeul. De oplossing met een nevengeul was echter hoe dan ook niet haalbaar in Overijse, omdat de ruimte ontbreekt, het verval groot is en het debiet maximaal beschikbaar moet blijven voor het opwekken van groene stroom. Voorzitter Manu Claes heeft in het voorstel gelezen dat er volgens het definitief ontwerp geen ramen komen in de hevel. Hij vraagt of deze keuze bepaald is door de kostprijs. Het aanbrengen van ramen zou inderdaad de kostprijs verhogen. Bovendien migreren de vissen vooral 's nachts, zodat er overdag toch niet veel te zien zou zijn. raadscommissie VIII - infrastructuur, waterbeleid en patrimonium - 22 maart

5 Raadslid Eléonore de Brouchoven de Bergeyck-de Moerloose vraagt hoe een hevelvistrap werkt. Gedeputeerde Monique Swinnen legt uit dat het principe van de hevelvispassage berust op een hevel, waar een grote luchtbel in zit. Door middel van een vacuümpomp wordt de grootte van de luchtbel geregeld. De onderdruk wordt met de vacuümpomp zodanig ingesteld, dat er water over het bovenste schot van de vispassage gaat stromen. Vervolgens wordt het hoogteverschil overbrugd via een in de buis gebouwde conventionele vistrap, waarbij alle compartimenten stromen met hetzelfde debiet. Raadslid Ben Bessemans vraagt de Engelse term 'bypass' te vermijden, en liever gebruik te maken van een Nederlandse term, bijvoorbeeld nevengeul of zijtak. Raadslid Marcel Steeman vraagt of er gegevens beschikbaar zijn over het aantal migrerende vissen in de IJsse. Gedeputeerde Monique Swinnen antwoordt dat het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) geregeld visbestandopnames uitvoert, waarbij vissen gevangen en geteld worden. Dit gebeurt ook geregeld op de IJsse. Uit de voorbije visbestandopnames blijkt dat er toch heel wat vis op de IJsse zit. Tijdens de informatiecampagne in het kader van de bekken- en deelbekkenbeheerplannen werd daar veel aandacht aan besteed. Zodra de hevelvistrap is aangelegd en de lange overwelving op het Stationsplein opgebroken, zal de provincie aan INBO vragen om opnieuw vaststellingen te doen en op die manier het effect van de investering op de vismigratie te bepalen. Raadslid Daniël Fonteyne vraagt naar de planning. Gedeputeerde Monique Swinnen antwoordt dat de deputatie de stedenbouwkundige vergunning zal aanvragen zodra de provincieraad het ontwerp heeft goedgekeurd. Omdat er geen grond moet aangekocht worden en ook geen aanbesteding georganiseerd, kunnen de werken beginnen zodra de stedenbouwkundige vergunning verleend is. Het is de bedoeling dat de werken dit najaar nog uitgevoerd worden, samen met de werken aan het Stationsplein. De raadscommissie geeft een gunstig advies voor het voorstel aan de provincieraad: hevelvistrap op de IJsse te Overijse - goedkeuring van het ontwerp - vaststelling van de wijze van gunnen van de installatie. 4. Interreg IVA - een aantal maatregelen ter verbetering van de ecologische toestand en waterbergingscapaciteit van de onbevaarbare waterloop van de 2de categorie De Grote Vliet en zijn vallei te Linter, de vallei van de Grote Gete te Zoutleeuw en te Hoegaarden In dit project, legt gedeputeerde Monique Swinnen uit, ligt de klemtoon op de verbetering van de ecologische toestand en de waterbergingscapaciteit van enkele waterlopen. De ingrepen zijn vooral gesitueerd in de vallei van de Grote Vliet te Linter. Daar heeft de provincie Vlaams-Brabant een perimeter afgebakend waarbinnen zij reeds een aantal jaren aankopen realiseert om te komen tot een groot aaneengesloten gebied dat na een periode van intensieve landbouw moet evolueren naar een meer natuurlijk valleisysteem met alluviale bossen, extensief begraasde weiden en hooilanden. Nu de functie van landbouw naar natuurgebied geëvolueerd is, is de sterk drainerende functie van de Grote Vliet niet langer noodzakelijk en kan de natuurlijke grondwaterstand van het gebied weer hersteld worden. Dit gebied is bovendien gelegen in Habitatrichtlijngebied vanwege de aanwezigheid van Kamsalamander. Deze is momenteel slechts in zeer beperkte mate aanwezig. Het aanleggen van een aantal extra poelen zal deze soort meer mogelijkheden geven. Het gebied heeft een ecologische doelstelling die mee gerealiseerd wordt door samenwerking met de lokale landbouw in de vorm van extensieve begrazing. In dit project willen we experimenteren met doorwaadplaatsen voor het vee door de beek, in navolging van reeds bestaande voorbeelden. Naast deze maatregelen te Linter wordt er binnen dit project ook in twee extra poelen voorzien in het Provinciedomein Het Vinne en een beperkte verhoging van de grondwatertafel in het provinciaal wachtbekken te Hoegaarden. raadscommissie VIII - infrastructuur, waterbeleid en patrimonium - 22 maart

6 De kostprijs van dit project wordt geraamd op euro, inclusief btw. De provincie ontvangt hiervoor ook EFRO-subsidies. Voorzitter Manu Claes vraagt of de EFRO-subsidies 50 procent bedragen. Gedeputeerde Monique Swinnen bevestigt dit subsidiepercentage. De raadscommissie geeft een gunstig advies voor het voorstel aan de provincieraad: Interreg IVA - een aantal maatregelen ter verbetering van de ecologische toestand en waterbergingscapaciteit van de onbevaarbare waterloop van de 2de categorie De Grote Vliet en zijn vallei te Linter, de vallei van de Grote Gete te Zoutleeuw en te Hoegaarden. 5. Sanering van de Leibeek VHAG6690/B1003 te Zemst - goedkeuring van het bestek en de bijbehorende opdrachtdocumenten vaststelling van de wijze van gunnen Gedeputeerde Monique Swinnen licht dit project toe. De Leibeek te Zemst is een traagstromende waterloop met weinig verval. Het eigen debiet van de waterloop is beperkt. Op de Leibeek waren tot voor kort praktisch de volledige dorpskernen van Eppegem en Zemst aangesloten. Ondertussen heeft de nv Aquafin op het grondgebied van Zemst een aantal belangrijke collectorwerken uitgevoerd. Hierdoor werd bijna de volledige vuilvracht van het centrum van Zemst afgekoppeld van de Leibeek. Een sanering van de waterbodem is dus wenselijk, zowel om de normale waterafvoer in de toekomst te verzekeren als voor het ecologisch herstel van deze waterloop. Het uitvoeren van een grondige ruiming en het deponeren van het slib op de oevers, zoals dat in het verleden gebeurde, is niet aanvaardbaar. Op de oevers van de beek bevinden zich immers terreinen waarvoor elk risico op vervuiling uitgesloten moet worden, onder andere een speelweide van een jeugdvereniging. Bovendien zou het deponeren van slib op de oever het natuurlijk overstromingsregime van de waterloop in het benedenvak verstoren. De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op euro, inclusief btw. Raadslid Leen Van Aken vraagt naar het verwachte effect van de bodemmaaiing. Gedeputeerde Monique Swinnen antwoordt dat een bodemmaaiing alleen niet volstaat. Het is immers nodig dat de sliblaag van verschillende jaren volledig verwijderd wordt. Enkel zo kan de aanwezige vervuiling uit de bedding van de waterloop verwijderd worden. Alle slib dient daarom afgevoerd te worden. Raadslid Daniël Fonteyne vraagt of de vervuiling gekend is, en hoe die de kostprijs beïnvloedt. Gedeputeerde Monique Swinnen antwoordt dat de Leibeek volledig opgemeten werd en dat de waterbodem werd bemonsterd en onderzocht naar bodemverontreiniging. Het slib is deels sterk vervuild met hoofdzakelijk minerale olie en in mindere mate met pcb's en zware metalen. In functie van de slibkwaliteit werd de Leibeek, met een totale lengte van bij benadering strekkende meter, onderverdeeld in dertien zones. De raadscommissie geeft een gunstig advies voor het voorstel aan de provincieraad: sanering van de Leibeek VHAG6690/B1003 te Zemst - goedkeuring van het bestek en de bijbehorende opdrachtdocumenten vaststelling van de wijze van gunnen. 6. Rapportering 'doelstellingen' 2010 en globaal onderhoudsplan - gebouwen Voor een toelichting bij het globaal onderhoudsplan geeft gedeputeerde Monique Swinnen het woord aan Hilde Torfs, die uitlegt wat het globaal onderhoudsplan inhoudt, welke methodiek er gevolgd wordt, over welke cijfers en resultaten de provincie vandaag beschikt en welke conclusies er getrokken kunnen worden. De aanwezige commissieleden ontvangen een afdruk van de gebruikte presentatie. raadscommissie VIII - infrastructuur, waterbeleid en patrimonium - 22 maart

7 Raadslid Ben Bessemans vraagt de Engelse term 'knowhow' te vermijden, en liever gebruik te maken van de gelijkwaardige Nederlandse term 'kennis'. Raadslid Eléonore de Brouchoven de Bergeyck-de Moerloose vraagt waarom terrassen niet tot het onderhoudsplan behoren. Hilde Torfs verduidelijkt dat de aanleg van terrassen buiten het toepassingsgebied valt; het gewone onderhoud van terrassen behoort er natuurlijk wel toe. Raadslid Tom Troch meent te mogen besluiten dat de provincie de vastgestelde norm niet haalt. Gedeputeerde Monique Swinnen merkt op dat er grote verschillen zijn tussen de verschillende instellingen, en dat het daarom niet mogelijk is een algemene conclusie te trekken. Bovendien heeft Hilde Torfs er in haar toelichting uitdrukkelijk op gewezen dat onderhoud per definitie over verschillende jaren bekeken moet worden. Raadslid Tom Troch vraagt zich af of het dan de boodschap is dat wie het meest uitgeeft ook het best scoort. Gedeputeerde Monique Swinnen ontkent dit, en wijst er nogmaals op dat de norm slechts een indicatie geeft, die met de nodige relativiteit en op een langere termijn moet bekeken worden. De boodschap is dat iedereen aandacht moet hebben voor preventief onderhoud. De opgestelde inventaris en het onderhoudsplan helpen daarbij. Voor een toelichting bij de rapportering over de doelstellingen 2010 van de dienst gebouwen geeft gedeputeerde Monique Swinnen het woord aan Ward Hermans. De eerste doelstelling gaat over de ondersteunende rol van de dienst gebouwen. Daar ligt de klemtoon op goed overleg en pro-actieve informatie-uitwisseling, om zo te komen tot een werkbare planning. Belangrijk daarbij is dat er nu voor elk gebouw een gebouwverantwoordelijke is aangesteld. Het voorbeeldproject op het vlak van hedendaags, duurzaam en energiezuinig bouwen, waarover de tweede doelstelling gaat, is het nieuwe gebouw van 'De Sterretjes' in Tienen. De uitvoering van deze doelstelling heeft enige vertraging opgelopen, omdat de offerteprijzen bij de openbare aanbesteding merkelijk hoger lagen dan de raming. Om die reden moest er overgegaan worden tot een onderhandelingsprocedure. Ook aan de derde doelstelling, de opmaak en uitvoering van de planning, rekening houdend met de ingeschreven budgetten en het opstellen van een technische onderhoudsstrategie voor het hele bestuur, is hard gewerkt. Er bestaat een duidelijk planningsinstrument voor de werken, en er is een onderhoudsstrategie voor de technische installaties. Johan Huybrechts, verantwoordelijke voor de mobiele ploegen, gaat nog even in op het onderhoud van de technische installaties. Hij waakt nauwgezet over de conformiteit en de keuringen van die installaties. Alle installaties zijn ondertussen geïnventariseerd. De keuringen verlopen via de mobiele ploegen. Raadslid Ben Bessemans vraagt wat de term 'Cavaedium' betekent. Dit is de naam van het planningsprogramma, dat de dienst gebouwen gebruikt. 7. Rapportering 'doelstellingen' - tekenkamer 2010 Voor een toelichting bij de rapportering over de doelstellingen 2010 van de tekenkamer geeft gedeputeerde Walter Zelderloo het woord aan Hilde Torfs en Wim Van Leemput. De eerste en de derde doelstelling hebben betrekking op de eigen werking en handelen respectievelijk over het implementeren en optimaliseren van de interne afspraken en de vastgelegde werkwijzen (procedures) met het oog op een efficiëntere dagdagelijkse werking van de tekenkamer en over het verhogen van de veiligheid bij de meetploegen van de tekenkamer. De tweede doelstelling heeft betrekking op het 'patrimoniumbeheer'. Er is tot doel gesteld om tegen het einde van de legislatuur over een opmetingsplan te beschikken van ieder domein en instelling. Sommige opmetingen worden in eigen beheer uitgevoerd, de anderen worden aanbesteed. Hilde Torfs geeft in een overzicht aan welke opmetingen reeds verwezenlijkt werden, welke in uitvoering zijn en welke nog moeten gebeuren. Wim Van Leemput toont bij wijze van voorbeeld het opmetingsplan van het domein Huizingen. Dat is een gedetailleerd grondplan van de bestaande toestand, met onder andere raadscommissie VIII - infrastructuur, waterbeleid en patrimonium - 22 maart

8 alle nutsleidingen. Gedeputeerde Walter Zelderloo beklemtoont de noodzaak om de exacte ligging van alle nutsleidingen in de provinciedomeinen en instellingen in kaart te brengen. Voorzitter Manu Claes vraagt of er, zoals in de eerste operationele doelstelling vermeld staat, beroep is gedaan op een externe firma om werkwijzen vast te leggen en tekenafspraken te maken. Hilde Torfs antwoordt dat dit tot nu toe nog niet gebeurd is. Om vanzelfsprekende redenen moet de verdere verbetering van de interne werking soms wijken voor dringende opdrachten van andere diensten. Zij verwijst naar de dossiers van de dienst waterlopen, waarvan er tijdens deze commissievergadering verschillende besproken werden. De uitwerking van deze dossiers, in het bijzonder het uittekenen van de plannen en de opmetingen, zijn in belangrijke mate het werk van de tekenkamer. Precies omdat voorrang gegeven moet worden aan opdrachten van andere diensten, staat bij deze doelstelling genoteerd dat ze in uitvoering is 'met vertraging'. 8. Realisatie van een gecontroleerd overstromingsgebied in de vallei van de Birrebeek en Grote Heidebeek op het grondgebied van de gemeenten Meise en Kapelle-op-den-Bos - definitieve aanvaarding van het onteigeningsplan Dit agendapunt wordt besproken in besloten vergadering. 9. Opdracht voor het leveren, plaatsen en aansluiten van een gaswarmtepomp met watermodule ten behoeve van de serverroom in het Provinciehuis: niet-toewijzing volgens een openbare aanbesteding met Belgische publicatie; goedkeuring wijze van gunnen en ontwerpbestek; goedkeuring lijst van de te raadplegen kandidaat-inschrijvers. Gedeputeerde Monique Swinnen verwijst naar de bespreking van dit dossier in de commissievergadering van 28 september Overeenkomstig het voorstel dat daar besproken werd, heeft de provincieraad op 5 oktober 2010 beslist de opdracht voor het leveren, plaatsen en aansluiten van een gaswarmtepomp met watermodule ten behoeve van de serverroom in het Provinciehuis te gunnen via een openbare aanbesteding. Bij de opening van de offertes op 17 november 2010 bleven de offertes echter uit. De wetgeving op de overheidsopdrachten voorziet uitdrukkelijk in de mogelijkheid in dergelijk geval over te gaan tot een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Aan de provincieraad wordt voorgesteld van die mogelijkheid gebruik te maken, en de drie in het voorstel vermelde firma's uit te nodigen om een offerte in te dienen. Raadslid Linda Van den Eede vraagt of het bedrijf, dat over een klasse 1 (werken tot euro) beschikt en om die reden niet kon deelnemen aan de openbare aanbesteding, nu uitgenodigd wordt. Guillaume Willems antwoordt daarop dat, rekening houdend met de geraamde kostprijs van de opdracht, een klasse 2 noodzakelijk is. De raadscommissie geeft een gunstig advies voor het voorstel aan de provincieraad: opdracht voor het leveren, plaatsen en aansluiten van een gaswarmtepomp met watermodule ten behoeve van de serverroom in het Provinciehuis: niet-toewijzing volgens een openbare aanbesteding met Belgische publicatie; goedkeuring wijze van gunnen en ontwerpbestek; goedkeuring lijst van de te raadplegen kandidaat-inschrijvers. 10. Rondvraag Voorzitter Manu Claes herinnert de commissieleden eraan dat deze commissie, naast de rapportering raadscommissie VIII - infrastructuur, waterbeleid en patrimonium - 22 maart

9 voor de dienst gebouwen en de tekenkamer, ook de rapportering voor de dienst waterlopen en de dienst facilitair beheer bespreekt. Dat zal in de volgende vergadering gebeuren. De volgende vergadering zal plaats vinden op dinsdag 24 mei 2011 om uur in het Provinciehuis te Leuven, aansluitend op de vergadering van commissie II (jeugd, cultuurbeleid en Vlaams karakter). Er worden broodjes klaargezet. In de loop van dit werkjaar zal de raadscommissie een bezoek brengen aan een project in uitvoering, namelijk de inrichting van drie overstromingsgebieden in de vallei van de Neerpedebeek te Dilbeek en Lennik. Deze vergadering zal plaats vinden op dinsdag 27 september 2011 om uur. De exacte locatie wordt nog meegedeeld. Op woensdag 1 juni organiseert de provincie een studienamiddag over verschillende thema's in verband met water. De leden van raadscommissie VIII. - Infrastructuur, waterbeleid en patrimonium die aan deze studienamiddag deelnemen, beschouwen dit als een commissievergadering. Raadslid Johnny Van Droogenbroeck vraagt hem te willen verontschuldigen voor de commissievergadering van 24 mei. Raadslid Eléonore de Brouchoven de Bergeyck-de Moerloose kan niet deelnemen aan de commissievergadering-studienamiddag van 1 juni. Einduur van de vergadering: uur Volgende vergadering: dinsdag 24 mei 2011 om uur in het Provinciehuis te Leuven raadscommissie VIII - infrastructuur, waterbeleid en patrimonium - 22 maart