WELSTANDSBEOORDELINGEN STADSBOUWMEESTER A M E R S F O O R T. Verslag d.d

Transcriptie

1 WELSTANDSBEOORDELINGEN STADSBOUWMEESTER A M E R S F O O R T weeknummer: 26/2017 Verslag d.d Status: vastgesteld Aanwezig: Stadsbouwmeester: mevr. ir. L.L.M. Oudenaarde Ambtelijke ondersteuning: Secr. dhr. ing. P. Bal pagina 1 van 11

2 B E O O R D E L I N G E N : PRINCIPEPLANNEN: Dossiernr: Vathorst, De Omlijsting Zuid-West, kavel 9, Straat van Dover het bouwen van een vrijstaande woning Naar aanleiding van het advies van de stadsbouwmeester d.d is door aanvrager een aangepast principeplan d.d ter beoordeling ingediend. In dit voorstel zijn de gevels enigszins aangepast. Het betreft de voorgevel, de achtergevel en de linkergevel. In de voorgevel en de linkerzijgevel zijn de ramen van de begane grond verdiept doorgezet tot aan het maaiveld en in der achtergevel is het kozijn van de dubbele deur verbijzonderd en zijn aan weerszijden zijlichten toegevoegd. Het uitgebouwde middengedeelte van de linkerzijgevel, wat juist om een heroverweging vroeg om deze gevel meer levendigheid te geven, is daarbij ongewijzigd gelaten. De stadsbouwmeester is van oordeel dat met de doorgevoerde wijzigingen in onvoldoende mate is tegemoet gekomen aan de opmerkingen in het advies van De doorgevoerde wijzigingen helpen daar wel enigszins aan omdat er hiermee zichtbaar meer openheid ontstaat, maar juist het uitgebouwde middengedeelte vormt een in het oog springend onderdeel van het ontwerp en geeft nu juist nog te weinig toegevoegde waarde aan het ontwerp. Verondersteld wordt dat vanwege een keukenopstelling hier gekozen is voor een vrij gesloten uitbouw aan de zijgevel, maar gevraagd wordt naar middelen te zoeken om dit deel van de woning meer expressie te geven. Op grond van de ingediende gegevens is de stadsbouwmeester van oordeel dat het in het kader van een vooroverleg behandelde plan, getoetst aan de door de gemeenteraad vastgestelde welstandscriteria, om genoemde redenen nog niet voldoende uitzicht biedt op een positieve welstandsadvisering. Gevraagd wordt het ontwerp op dit onderdeel nog te heroverwegen. Principeplan niet aanvaardbaar Dossiernr: Bloeidaal,De Belschuur, kavel Ba het bouwen van een woning Gasten dhr. Bastiaan Al, aanvrager/opdrachtgever dhr. Henk van Straaten, architect Het bouwplan wordt door de opdrachtgever en architect toegelicht. Meegedeeld werd dat het plan op 6 juni werd voorgelegd met de intentie om daarbij een uitspraak te krijgen over de haalbaarheid van de hoofdopzet. Er is kennis genomen van het daarbij op door de stadsbouwmeester gegeven advies, waarbij het principeplan met name vanwege de voorgestelde materialisering als niet aanvaardbaar werd beoordeeld. Tevens riep het verschil in stijlen van de beide langsgevels vragen op. Naar aanleiding van het advies van 6 juni is het principeplan aangepast. De belangrijkste wijziging zit in de voorgestelde wijziging in de materialisering. De gevels (met name de langsgevels) zullen nu uitgevoerd worden in een bruin gemźleerde dunne, langwerpige gevelsteen en het dak zal gedekt worden met een vlakke keramische pan. Gekozen is voor een eenvoudige hoofdvorm, simpel opgeknipt en met verbijzonderingen aan de beide langsgevels. Aan de linkergevel is het volume gedeeltelijk terugliggend naar binnen gemaakt en aan de andere langsgevel, de rechtergevel, komt dit volume juist naar buiten in een erkerachtig volume, waarvan het hellende dak in glas doorloopt als lichtkap in het dak van de woning. De gekozen vorm werd in eerste instantie in belangrijke mate Verslag beoordelingen Stadsbouwmeester d.d vastgesteld pagina 2 van 11

3 ingegeven door de voorgestelde materilalisering met een metalen gevel. Voor het hout zal verkoold hout worden toegepast. Het is in zekere zin een spel tussen traditioneel en modern. De portalen in de kopgevels zullen in hout worden uitgevoerd. Het hout in het terugliggende deel in de linkergevel kan wellicht in zwarte houten planken worden gerealiseerd. De opzet is om een energieneutrale woning te realiseren met toepassing van een warmtepomp en met zonnepanelen. De stadsbouwmeester is van oordeel dat het gewijzigde bouwplan in deze opzet en materialisering denkbaar is. Hoewel deze woning met de eerder voorgestelde materialisering elders wellicht goed mogelijk zou kunnen zijn, moet voor het plangebied Bloeidaal erkend worden dat daarvoor een beperkt aantal vastgestelde kaders zijn meegegeven, die voor de materialisering wel bepalend zijn. De vorm en het materiaalgebruik moet refereren aan de meer kleinschalige bebouwing van omliggende woningen met een relatief lage goot. De gewijzigde materialisering sluit daarbij aan en is denkbaar. Desgevraagd deelt de stadsbouwmeester dat vanuit oogpunt van architectuur de kap wel iets karakteristieker zou kunnen door de nog iets hoger te leggen, waardoor de dakhelling toeneemt en de kap wat steiler wordt. Onderkend wordt dat dit is ingegeven door de randvoorwaarden vanuit het bestemmingsplan, maar als er ruimte is om binnen de regels met een afwijking een iets hoger dak toe te staan, dan wordt dit vanuit oogpunt van welstand ondersteund. Hoewel het niet direct leidt tot extra gebruiksoppervlak kan dit vanuit visueel oogpunt de beeldkwaliteit wel ondersteunen. Op grond van de ingediende gegevens is de stadsbouwmeester van oordeel dat het in het kader van een vooroverleg behandelde, gewijzigde plan, getoetst aan de door de gemeenteraad vastgestelde welstandscriteria en de voor het plangebied Bloeidaal benoemde beeldkwaliteit, voldoende uitzicht biedt op een positieve welstandsadvisering. Principeplan aanvaardbaar Dossiernr: Smallepad 3-5 het vervangen van het glas van de buitengevel Gasten dhr. Kees van Ruitenburg, projecmanager Rijksvastgoedbedrijf dhr. Henk de Haan, adviseur rijksbouwmeester Door betrokkenen is gevraagd om de ontwikkelingen bij het kantoorgebouw van het RCE aan het Smallepad te kunnen toelichten in verband met de werkzaamheden die aan het gebouw zullen moeten worden toegepast. Het gebouw is een ontwerp van de Spaanse architect Baldweg en is vanuit Nederland door architect Wim Woensdregt als uitvoerend architect begeleid. In de loop der tijd zijn er problemen met de dubbele glazen gevel en met andere bouwkundige en installatietechnische voorzieningen geconstateerd. In de loop van de tijd zijn er ook glazen panelen los geraakt. Hiernaar is inmiddels uitgebreid onderzoek gedaan. Het toegepaste gebogen glas is half gehard glas en het vlakke glas is van volledig gehard glas. Daarbij is onderzoek gedaan naar de kleurstellingen van het glas. Uitgangspunt is dat de transparantie van het glas en daarmee de dubbele gevel zo min mogelijk mag afwijken, onderling en ten opzichte van de bestaande situatie. Bij de studies is ook onderzoek gedaan naar betere zonwering. Uitgangspunt van architect Baldweg was dat de wolkenlucht moest schitteren, maar het glas zou niet moeten spiegelen. Geconstateerd is dat de temperaturen bovenin bij de gevel kunnen oplopen tot 70 C. Er zijn heel veel adviezen opgevraagd bij Saing Gobain en er zijn al veel bouwfysische berekeningen gemaakt. Op dit moment is er hierbij al weer veel meer mogelijk dan tijdens de nieuwbouw van het project. Naar aanleiding van de geconstateerde problemen en het daarvoor verrichtte onderzoek is geconcludeerd dat al het glas van de gevel er uit moet en vervangen moet worden. In plaats van lamellen is gekozen voor ramen die open en dicht gestuurd zullen kunnen worden. Onderzoek heeft aangetoond dat de verschillen moeilijk zichtbaar zullen zijn. In verband met de werkzaamheden zal ook de staalconstructie gecontroleerd moeten worden en de conclusie kan zijn dat de constructie verzwaard zal moeten worden. De planning is dat de werkzaamheden in 2018 gerealiseerd zullen moeten worden. Uitgangspunt voor de opdrachtgevers is dat er geen sprake zal zijn van uiterlijke Verslag beoordelingen Stadsbouwmeester d.d vastgesteld pagina 3 van 11

4 verschijningsvormen. In deze fase gaat het er vooral om de stadsbouwmeester over deze ontwikkelingen te informeren. In een later stadium zal nog moeten worden nagedacht in hoeverre en waarvoor eventueel vergunningen nodig zijn. De stadsbouwmeester neemt kennis van de aangereikte informatie en de daarbij gegeven toelichting. De voorgestelde aanpak geeft vertrouwen dat inderdaad het beeld van het huidige gebouw in stand zal kunnen blijven en dat er geen of nauwelijks verschillen in uiterlijke verschijningsvormen zullen ontstaan. De stadsbouwmeester spreekt haar waardering uit voor de nagestreefde zorgvuldigheid. Op grond van de ingediende gegevens en de daarbij gegeven toelichting is de stadsbouwmeester van oordeel dat het in het kader van een vooroverleg behandelde plan voor de renovatie van de gevel van het gebouw, getoetst aan de door de gemeenteraad vastgestelde welstandscriteria, voldoende vertrouwen biedt op een zorgvuldige aanpak met handhaving van het huidige beeld van het gebouw. Principeplan aanvaardbaar Verslag beoordelingen Stadsbouwmeester d.d vastgesteld pagina 4 van 11

5 AANVRAGEN (inclusief wijzigen van eerder beoordeelde plannen): Dossiernr: Knuppelweg 15 het bouwen van een berging en het plaatsen van een erfafscheiding De aanvraag betreft het bouwen van een nieuwe berging ter vervanging van een bestaande berging in het voorerfgebied van de woning. Bij dit blok rijwoningen, Knuppelweg 1 t/m 41, zijn de achtertuinen niet bereikbaar en om die reden is voorzien voor een bouwmogelijkheid in het voorerfgebied. De te bouwen berging komt met de voorgevel in de lijn van de andere bergingen, zoals dat voor die zijde op 2 meter uit de perceelgrens aan de voorzijde is toegestaan. De berging zal uitgevoerd worden in een vierkante vorm met wit gestucte gevels. Hoewel de aanzichten van de gevels in deze uitvoering een boeiboord doen veronderstellen, blijkt uit de doorsneden dat het stucwerk tot aan de dakrand doorloopt en dat de dakrand is afgedekt met een afdekker of aluminium daktrim. Verder zal aan de voorzijde voorzien worden in een houten erfafscheiding aan weerszijden (op de perceelgrens met zowel nr. 13 als 17), waarbij de erfafscheding tussen de woning en de berging een hoogte zal hebben van 2 meter en voor de berging, tot aan de perceelgrens een hoogte van 1 meter. De kleur van de erfafscheiding is in de aanvraag niet nader benoemd. De stadsbouwmeester is van oordeel dat de bouw van de voorgestelde berging en de te plaatsen erfafscheiding denkbaar is. Op basis van de overgelegde tekening is bij de beoordeling er van uitgegaan dat er geen boeiboord zal worden toegepast, wat bij deze verschijningsvorm voor de hand ligt. De kubistisch vorm gegeven berging voegt zich zo goed in het beeld van bergingen op deze lijn in het voorerfgebied. Hoewel er bij deze bergingen meerdere verschillende uitvoeringen werden toegepast is de kubistische opzet hiervoor een goed uitgangspunt. De erfafscheiding, waarvoor geen kleurgebruik werd vermeld in de aanvraag, dient daarbij uitgevoerd te worden in een donker dekkende kleur. aan de criteria van de door de gemeenteraad vastgestelde welstandsnota, daaraan voldoet mits uitgevoerd volgens de aandachtspunten in dit advies., mits: - de berging met de gestucte gevels, zoals de doorsnedetekeningen doen veronderstellen, wordt uitgevoerd zonder toepassing van een boeiboord, - de erfafscheidingen zullen worden uitgevoerd in een donker dekkende kleur. Dossiernr: Waterviolier 92 het plaatsen van een dakopbouw op de woning De aanvraag betreft het vergroten van de dakopbouw van de woning. De woning is gelegen in het blok rijwoningen Waterviolier 56 t/m 94. Deze woningen zijn voorzien van een bestaande dakopbouw met lessenaarsdak, waarvan de hoge gevel terugliggend is geplaatst ten opzichte van de voorgevel van de woning. Bij enkele woningen, zoals nr. 88 en 94, werd deze dakopbouw al uitgebreid waarbij het lessenaarsdak werd verlengd en de voorgevel van de dakopbouw op de bestaande voorgevel is opgetrokken. De uitbreiding van de dakopbouw zal in uitvoering (vorm, detaillering en materialisering) gelijk zijn aan de al gerealiseerde opbouwen bij nr. 88 en 94. De te vergroten dakopbouw zal dus aansluiten op de vergrote dakopbouw van nr. 94. De stadsbouwmeester constateert dat de uitbreiding van de dakopbouw gelijk zal zijn aan de al gerealiseerde dakopbouwen die daarmee als trendsetter gelden voor deze situatie. De te vergroten dakopbouw voegt zich daarmee in het heersende gevelbeeld en biedt daarmee de mogelijkheid dat ook toekomstige uitbreidingen van dakopbouwen bij belendende woningen hierop kunnen Verslag beoordelingen Stadsbouwmeester d.d vastgesteld pagina 5 van 11

6 aansluiten. aan de criteria van de door de gemeenteraad vastgestelde welstandsnota, daaraan voldoet. Dossiernr: Orpheuspad 3, 5, 15, 19 en 23 het plaatsen van een dakopbouw op de woning Op werd onder dossiernummer CRO een omgevingsvergunning verleend voor het bouwen van een dakopbouw op het platte dak van de woningen Orpheuspad 3, 5, 15, 19 en 23. Daaraan lag een instemmend advies van de stadsbouwmeester d.d ten grondslag, waarbij met de te bouwen dakopbouwen werd ingestemd, mits de uitwerkingen van de dakopbouwen zullen zijn afgestemd op de uitwerking van de dakopbouw voor Orpheuspad 9, waarvoor op onder dossiernummer CRO een afzonderlijke vergunning werd verleend. Het gaat daarbij om de kleur van het toe te passen plaatmateriaal en de plaatverdeling. Door de architect is nu voorgesteld om voor de woning Orpheuspad 23 in de kopgevel van de dakopbouw een raam toe te passen. De stadsbouwmeester is van oordeel dat het toepassen van een raam in de kopgevel, in afwijking van het eerder beoordeelde plan waarvoor vergunning werd verleend, denkbaar is, mits (de afmetingen van) het raam goed wordt ingepast binnen de plaatverdeling van het plaatmateriaal van de kopgevel van de dakopbouw. Daarmee wordt aangesloten bij de voorwaarde van het advies van , waarbij ook is aangegeven dat de plaatverdeling van de dakopbouwen voor Orpheuspad 3, 5, 15, 19 en 23 zou moeten worden afgestemd met die van de dakopbouw voor Orpehuspad 9. aan de criteria van de door de gemeenteraad vastgestelde welstandsnota, daaraan voldoet mits plaatsing goed wordt ingepast in de plaatverdeling., mits afmetingen en positie van het raam goed worden ingepast in de plaatverdeling. Dossiernr: Kapelweg 43 Het bouwen van een berging Het onder dossiernummer CVO geregistreerde principeplan werd op door de stadsbouwmeester als niet aanvaardbaar beoordeeld. Bij dit voorstel zou aan de linkerzijde (buitenzijde van het blok) haaks op de dwarskap een langskap in het profiel van die mansarde kap worden gerealiseerd in lijn van de langskap van de tussenwoningen. Dat werd niet aanvaardbaar beoordeeld omdat daarmee de compositie van het blok teveel zou worden aangetast. Bij de nu ingediende aanvraag om omgevingsvergunning is dat onderdeel in het bouwplan komen te vervallen en heeft het bouwplan nu primair betrekking op de plat afgedekte uitbreiding aan de achtergevel met in aansluiting daarop de aangepaste garage/berging met daarop een afzonderlijke mansardekap in de lengterichting, overeenkomstig de hoofdkap van deze hoekwoning. De stadsbouwmeester constateert dat met dit bouwplan aan de opmerkingen bij het principeplan uit het advies d.d is tegemoet gekomen. Het bouwplan in de voorgestelde opzet is denkbaar en voegt zich met de nieuwe en gewijzigde bebouwing naast en achter de woning voldoende in het beeld van dit blokje van 4 woningen met aan weerszijden de kap haaks op de lengterichting van het blok. Verslag beoordelingen Stadsbouwmeester d.d vastgesteld pagina 6 van 11

7 aan de criteria van de door de gemeenteraad vastgestelde welstandsnota, daaraan voldoet. Dossiernr: Neptunusplein 46 het vervangen van de handelsreclame De aanvraag betreft het aanbrengen van reclame-uitingen op de doorlopende luifel langs deze winkelstrip in het winkelcentrum Neptunusplein, waar de winkel nr. 46 deel van uitmaakt. Op werd onder dossiernummer CRO een omgevingsvergunning verleend voor de wijziging van de winkelpui in de voorgevel. Daarbij werd afgesproken dat voor de reclame-uitingen een afzonderlijke aanvraag om vergunning zou worden ingediend. Hoewel in de aanvraag gesproken wordt over het vervangen van een reclame-uiting moet geconstateerd worden dat voor de bestaande reclame-uiting niet eerder een vergunning werd verleend. De aanvraag voorziet in een lichtbak op de luifel over nagenoeg de gehele breedte van de voorgevel. Deze lichtbak met een hoogte van 40cm wordt aan de rechterzijde voorzien van een vierkant opgebouwde lichtbak met logo met afmetingen van 60 x 60 cm en aan de linkerzijde voorzien van een haaks uitstekende bak met een zelfde logo en met gelijke afmetingen. Vanwege de sterk geschematiseerde tekeningen is de plaatsing op de luifel en de afstand tot de dakrand van de luifel niet duidelijk. Niet duidelijk is of de bestaande luifel bijvoorbeeld voorzien is van een dakrand. De stadsbouwmeester is van oordeel dat een lichtbak als reclame-uiting op de luifel in principe denkbaar is. De hoogte van het grootste element, de vierkante, opgebouwde gedeelte met het logo, is met 60cm te groot en mag maximaal 50cm hoog bedragen. Verder dient duidelijkheid gegeven te worden in de plaatsing van de bak ten opzichte van de dakrand van de luifel, waarbij het uitgangspunt moet zijn dat de luifel enigszins vrij komt van die dakrand, maar er ook niet te veel boven hangt. Een maat van 5cm zou daarvoor een goed uitgangspunt zijn, in ieder geval ter plaatse van het toegevoegde logo. Een reclame-uiting op een luifel wordt al gezien als een voor de gevel uit stekende reclame en een combinatie daarvan met een uitsteekbak is niet wenselijk. Geconstateerd wordt dat in deze strook enkele haakse reclame-uitingen in combinatie met de luifel aanwezig zijn. Daarvan is niet duidelijk in hoeverre die reclames met vergunning werden geplaatst en mogelijk als trendsetter moeten gelden. Gevraagd wordt eerst te inventariseren wat er ten aanzien van uitsteekbakken op/aan de luifel met vergunning werd gerealiseerd. In verband daarmee wordt een advies met betrekking tot deze aanvraag vooralsnog aangehouden, hoewel aanvrager er wel al rekening mee zal moeten houden dat het voorstel aanpassing behoeft ten aanzien van afmetingen en plaatsing ten opzichte van de dakrand, waarbij van de dakrand een gedetailleerder beeld zal moeten worden gegeven. In afwachting van de gevraagde inventarisatie wordt een advies met betrekking tot dit verzoek vooralsnog aangehouden. Aangehouden Dossiernr: Euterpeplein 11A het plaatsen van gevelreclame op de voorgevel De aanvraag betreft het wijzigingen van de reclame-uitingen aan de voorgevel van het winkelpand en de voorzijde van de doorlopende luifel in het winkelcentrum Euterpeplein. Bij dit winkelcentrum werd destijds in overleg met de ondernemers gekozen voor een standaard uitvoering van de doorlopende luifel met mogelijkheid van reclamevoering op de voorzijde van de horizontale band Verslag beoordelingen Stadsbouwmeester d.d vastgesteld pagina 7 van 11

8 van de luifel. Het voorstel voorziet in het aanbrengen van een reclame-uiting op de voorzijde, waaruit niet duidelijk wordt of deze uiting, bijvoorbeeld geplakt, aangebracht wordt op de bolling van de luifelband, of dat hierbij op de luifel een reclamebord wordt aangebracht. Verder wordt aan weerszijden van de breedte van deze winkel op de luifel een uitsteekbak aangebracht met een rond vorm (dus tweemaal een uitsteekbak). Verder wordt aan weerszijden op de etalageruiten een verdiepingshoge beplakking aangebracht met een breedte van minder dan de helft van de breedte van de betreffende ruit. De stadsbouwmeester is van oordeel dat de voorgestelde reclamevoering vragen oproept. De reclame-uiting op de luifel boven de entree van de winkel is niet concreet gespecificeerd. Bij dit winkelcentrum werd gekozen voor een luifel met een uniforme aanpak voor wat betreft de mogelijkheid voor reclamevoeren. Direct op de luifelband. In dit geval ligt het daarbij voor de hand dat de reclame-uiting in losse letters geplakt/gemonteerd wordt op de luifelband, waarbij dan de kleur van de luifelband kan doorlopen. De afmetingen van deze reclame-uiting moet nader gespecificeerd in relatie tot de afmetingen van de luifelrand. Een luifel met reclamevoering wordt aangemerkt als een voor de gevel uit stekende reclame. Een combinatie met uitsteekbakken is daarbij niet wenselijk en tot nu toe bij deze luifels aan het Euterpeplein ook niet toegepast. De op te ruiten aan te brengen beplakking bedraagt minder dan 40% van het ruitoppervlak van de voorgevel van deze winkel, waarbij in het centrale gedeelte voldoende transparant gedeelte overblijft voor een goede interactie tussen binnen en buiten. De aan te brengen beplakking is daarmee denkbaar. aan de criteria van de door de gemeenteraad vastgestelde welstandsnota, daaraan niet voldoet. Niet aanvaardbaar Dossiernr: Lage Maten 21 het uitbreiden van de tweede verdieping van de woning De aanvraag betreft het vergroten van de dakopbouw van de tweede verdieping. Aan Lage Maten 9 t/m 27 staan vijf dubbele woningen van het zelfde type die op de begane grond onderling gekoppeld zijn. Deze woningen hebben van oorsprong allemaal een dakopbouw, per twee geclusterd. Bij deze ten opzichte van de eerste verdieping terugliggende dakopbouwen werd rondom die dakopbouwen boven het dak van de eerste verdieping in een pergola-achtige constructie voorzien. Inmiddels werd bij een aantal woningen, zoals nr. 9, 11, 13, 15, 17 en 23, al een uitbreiding van de dakopbouw gerealiseerd. Bij nr. 21 zal dit nu op gelijke wijze gebeuren. Gebleken is dat bij de woning Lage Maten 21 deze pergola-achtige constructie verwijderd werd door de vorige eigenaar. De nieuwe eigenaar die de dakopbouw zal realiseren heeft meegedeeld deze constructie weer terug te zullen brengen en daarmee met het beeld weer te zullen aansluiten bij het beeld van de omliggende woningen. De stadsbouwmeester is van oordeel dat met de uitbreiding van deze dakopbouw, met herstel van de oorspronkelijke pergola, aangepast aan de nieuwe situatie, wordt aangesloten bij het bestaande beeld en de gerealiseerde trendsetters waar het de vergrotingen betreft. aan de criteria van de door de gemeenteraad vastgestelde welstandsnota, daaraan voldoet. Verslag beoordelingen Stadsbouwmeester d.d vastgesteld pagina 8 van 11

9 Dossiernr: Zeeuwsestraat 16 het plaatsen van een overkapping op het dakterras De aanvraag betreft het plaatsen van een overkapping op het dakterras van de woning Zeeuwsestraat 16. Het betreft het dakterras van de woning op de vierde bouwlaag in het blok van het complex langs de Groningerstraat. Aan deze kopse zijde van het blok is aasnluitend op de kapverdieping een dakterras aanwezig. Dit dakterras is omsloten door een oplopende opgetrokken gevel als terrasafscheiding. Op dit dakterras staat een opbouw met de toegang van beneden tot het dakterras. Aansluitend op deze opbouw met oplopend dak zal een overkapping geplaatst met een dakhelling gelijk aan de bestaande opbouw. De te plaatsen overkapping staat daarmee op het dakterras op enige afstand tot de dakrand met relatief hoge borstwering. De stadsbouwmeester is van oordeel dat het toevoegen van deze overkapping aan het dakterras denkbaar is. De zichtbaarheid vanuit het openbaar gebied is zeer beperkt en door de terugliggende positie heeft deze toevoeging weinig effect op de architectuur van het pand. aan de criteria van de door de gemeenteraad vastgestelde welstandsnota, daaraan voldoet. Dossiernr: Beemster 32 het plaatsen van een dakopbouw De aanvraag betreft het vergroten van de woning door het bouwen van een opbouw op de plat afgedekte aanbouw aan de woning aan de noord- en de westzijde. Op het langwerpige bouwvolume aan de noordzijde zal een kap worden gebouwd die in een verkleinde uitvoering in opzet gelijk is aan de kap van de bestaande woning. De opzet is in basis een overeenkomstig tentdak, waarbij het middengedeelte met een plat gedeelte van de nieuwe kap zal aansluiten op de kap van de bestaande woning. In materialisering en detaillering is deze kap daarmee gelijk. Op het doorstekende dakvlak van de nieuwe kap in de zuidgevel wordt een smalle dakkapel met een breedte van 1,60 meter geplaatst. Op het dakvlak van de op het noorden gerichte zijgevel zal een brede dakkapel geplaatst worden met een breedte 6,37 meter. Deze dakkapel is breder dan de helft van de dakvlakbreedte, gemeten op halve hoogte van de dakkapel in verband met de variabele breedte van het dakvlak. De stadsbouwmeester is van oordeel dat het vergroten van de woning met de voorgestelde toevoeging van een kap op de platte uitbouw denkbaar is en zich in voldoende mate voegt naar het ontwerp van de woning, waarbij de kap op de uitbouw in voldoende mate ondergeschikt is. De te plaatsen dakkapel op het zijdakvlak (noordzijde) is breder dan de helft van de dakvlakbreedte als bedoeld in de welstandsnota voor dakvlakken die zoals in dit geval gericht zijn naar het openbaar toegankelijk gebied van het hofje waaraan de woningen zijn gelegen. De dakkapel wijkt daarmee enigszins af van de volgens de welstandsnota toegestane breedte. Een relatief brede dakkapel is hier denkbaar, mits deze zal voldoen aan het criterium van de halve breedte van het dakvlak. Geadviseerd wordt om de dakkapel dan versmald, maar symmetrisch te plaatsen. Die aanpassing zou dan goed gevonden kunnen worden in de twee gesloten vlakken in het midden van de kozijnindeling. De detaillering en materialisering van de te plaatsen dakkapellen moet dan gelijk zijn aan de al op het hoofddak aanwezige dakkapel. aan de criteria van de door de gemeenteraad vastgestelde welstandsnota, daaraan nog niet volledig voldoet., mits de dakkapel op het zijdakvlak aan de noordzijde niet breder zal zijn dan de Verslag beoordelingen Stadsbouwmeester d.d vastgesteld pagina 9 van 11

10 helft van de dakvlakbreedte, gemeten op halve hoogte van de dakkapel. Dossiernr: Heiligenbergerweg 171 het bouwen van een woning Gasten dhr. Wim van der Schalk en mevr. Juane Xue, aanvrager dhr. Robin van Rossum, architect, OOK Architecten Onder de dossiers CRO en CRO (vergroting kelder) werd op respectievelijk en de omgevingsvergunning voor de bouw van een woning aan de Heiligenbergerweg 171. Het daaraan ten grondslag liggende bouwplan werd op door de stadsbouwmeester als aanvaardbaar beoordeeld, mits de toe te passen kleuren voor de houten gevelbekleding voor uitvoering zullen worden bemonsterd en ter goedkeuring zullen worden voorgelegd aan de stadsbouwmeester. Inmiddels is met de bouw begonnen en de kelder tot en met de begane grond vloer gerealiseerd. Door de architect is daarvoor een nadere uitwerking gemaakt van de toe passen kleuren voor de houten delen van de gevelbekleding. Daarvoor is een eenvoudige maquette gemaakt en zijn stalen vervaardigd van houten delen zoals die zullen moeten worden toegepast. De daaraan ten grondslag keuzen worden door de architect toegelicht. In de meer gedetailleerde uitwerking is gebleken dat gezien de complexe vorm hout een geschikt materiaal is voor de gevelbekleding. Bij de analyse voor de toe te passen kleuren werd wit afgeraden en is men teruggegaan tot wat neutralere tinten. Van de toe te passen kleuren zijn monsters aanwezig (met foto ook vastgelegd). Het kleureffect wordt ook sterk bepaald door de mate van bezaagd zijn; van grof bezaagd tot glad geschaafd. Voor het verkrijgen van een beeld wordt ook kennis genomen van beelden van werk van Renzo Piano. Uit die beelden blijkt dat daarbij de houtstructuur wel enigszins zichtbaar is. Naar het oordeel van de architect zal ook bij gladder hout de verflaag in de loop van de tijd verschralen en de houtnerf zich toch ook weer meer gaan tonen. De wens van de opdrachtgever is om een stralend huis te realiseren. De stadsbouwmeester is van oordeel dat met de voorgestelde kleuren in de daarbij behorende mate van gladheid van het hout een redelijk fel beeld zal ontstaan. De voorkeur gaat uit naar een uitstraling waarbij de houtstructuur meer zichtbaar zal zijn waardoor het beeld ook enigszins verzacht zal worden. Daardoor wordt het wel meer een kleur en zal het minder een materiaal worden. Omdat de kleur wit op advies van deskundigen niet zal worden verwerkt zal het beeld toch enigszins donkerder zijn dan eerst was voorzien. Geadviseerd wordt om enige vrijheid te nemen in de mate van ruwheid van het materiaal, waardoor het materiaal meer zal gaan leven. Onderkend wordt dat de verf inderdaad zal gaan verschralen en het beeld zal vergrijzen. Gelet op die overwegingen kan de stadsbouwmeester instemmen met het overgelegde kleurpalet en laat zich overtuigen dat op deze wijze het eerder beoogde beeld voor de woning kan worden gerealiseerd. Op grond van de ingediende gegevens is de stadsbouwmeester van oordeel dat het voorstel voor de materialisering en de kleurstelling, getoetst aan de criteria van de door de gemeenteraad vastgestelde welstandsnota, daaraan voldoet en in de lijn is van de eerder verleende omgevingsvergunning. Verslag beoordelingen Stadsbouwmeester d.d vastgesteld pagina 10 van 11

11 Overig/Handhaving Dossiernr: Schimmelpenninckstraat 55A verzoek om handhaving Naar aanleiding van een ingediend verzoek om handhaving is door Toezicht en Handhaving aan de stadsbouwmeester om advies gevraagd met betrekking tot een geplaatste afvoer op het plat afgedekte bouwwerk dat als winkelruimte is bedoeld. Deze afvoer is gezien vanaf de straat - in de hoek rechts-achter geplaatst en was als onderdeel niet opgenomen in het bouwplan waarvoor op onder dossiernummer CRO een omgevingsvergunning werd verleend. Op enkele onderdelen, zoals de afscheiding rondom het dakterras dat op het platte dak is voorzien, werd nog niet volledig uitvoering gegeven aan de verleende vergunning. De stadsbouwmeester is van oordeel dat gezien de beleving vanuit het openbaar gebied de gekozen positie voor een op het platte dak te plaatsen dakdoorvoer niet onlogisch is. Het betreft hier een technisch functionele voorziening die rechtstandig door het dak is doorgevoerd, wat vanuit oogpunt van welstand denkbaar is. Onderkend wordt dat deze voorziening vanzelfsprekend vanaf omliggende percelen zichtbaar is, maar is naar het oordeel van de stadsbouwmeester in deze positie wel denkbaar. Los van andere overwegingen, zoals bijvoorbeeld milieutechnische redenen die niet ter beoordeling zijn voor de stadsbouwmeester, is de geplaatste installatie vanuit oogpunt van welstand hier denkbaar. Deze installatie is in bouwkundige zin ook netjes ingepast en leidt niet tot een niet aanvaardbare verstoring van het beeld. Op grond van de ingediende gegevens is de stadsbouwmeester van oordeel dat de geplaatste afvoer, getoetst aan de criteria van de door de gemeenteraad vastgestelde welstandsnota, daaraan voldoet. Amersfoort, 19 juli 2017 de secretaris, P. Bal Verslag beoordelingen Stadsbouwmeester d.d vastgesteld pagina 11 van 11