RAPPORT. Melding omgevingsvergunning Wabo. Samenvoegen tankputten. Zenith Energy Amsterdam Terminal B.V.

Transcriptie

1 RAPPORT Melding omgevingsvergunning Wabo Samenvoegen tankputten Klant: Zenith Energy Amsterdam Terminal B.V. Referentie: I&BBF R001F0.1 Versie: 0.1/Finale versie Datum: 6 februari 2017

2 HASKONINGDHV NEDERLAND B.V. Postbus GE Amsterdam Netherlands Industry & Buildings Trade register number: royalhaskoningdhv.com T E W Titel document: Melding omgevingsvergunning Wabo Ondertitel: Samenvoegen tankputten Referentie: I&BBF R001F0.1 Versie: 0.1/Finale versie Datum: 6 februari 2017 Projectnaam: Vergunningaanvraag Zenith - Samenvoegen tankputten Projectnummer: BF Auteur(s): Freek Schormans, Emilie Theunissen-van Heesch Opgesteld door: Freek Schormans Gecontroleerd door: Emilie Theunissen - van Heesch Datum/Initialen: 31 januari 2017 Goedgekeurd door: Emilie Theunissen - van Heesch Datum/Initialen: 1 februari 2017 Classificatie Projectgerelateerd Disclaimer No part of these specifications/printed matter may be reproduced and/or published by print, photocopy, microfilm or by any other means, without the prior written permission of HaskoningDHV Nederland B.V.; nor may they be used, without such permission, for any purposes other than that for which they were produced. HaskoningDHV Nederland B.V. accepts no responsibility or liability for these specifications/printed matter to any party other than the persons by whom it was commissioned and as concluded under that Appointment. The quality management system of HaskoningDHV Nederland B.V. has been certified in accordance with ISO 9001, ISO and OHSAS februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 i

3 Inhoud 1 Algemene gegevens Gegevens aanvrager Aard van de inrichting Beschrijving locatie en directe omgeving van de inrichting Verzoek Overzicht vergunningen en meldingen Leeswijzer 4 2 Beschrijving van de wijziging waarvoor vergunning wordt aangevraagd Algemene beschrijving wijziging Huidige situatie Toekomstig scenario Productiecapaciteit, werktijden en aantal werknemers 10 3 Wettelijk kader Wet milieubeheer, Bor-categorie en bevoegd gezag BBT-documenten Waterwet Wet natuurbescherming Bestemmingsplan 12 4 Milieueffecten Bodem Milieurisicoanalyse Lucht, geur en emissies Geluid en vervoer Energie, water, afvalwater en afvalstoffen Veiligheid 14 Bijlagen 1 Overzichtstekening inrichting Zenith 2 Tanklijst 3 Notitie Beschouwing PR en GR als gevolg van samenvoeging tankputten A/B, D/E en L/M, ten behoeve van vergunningaanvraag, inclusief PSU-bestanden 4 Notitie Berekening benodigde opvangcapaciteit geschakelde tankputten AB, DE en LM 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 ii

4 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 iii

5 Niet-technische samenvatting Zenith Energy Amsterdam Terminal B.V. (hierna Zenith) vraagt voor de Zenith Terminal Amsterdam een omgevingsvergunning (milieu) aan voor het permanent samenvoegen van verschillende tankputten, te weten tankputten A en B, putten D en E en putten L en M. Dit gebeurt in het kader van het waarborgen van de opvangcapaciteit van de tankputten. Milieuaspecten Bij de voorgenomen wijziging bij Zenith zijn de verschillende milieuaspecten van toepassing. Deze milieuaspecten worden hieronder beschreven. Beste beschikbare technieken BREF op- en overslag en BREF afgas- en afvalwaterbehandeling zijn van toepassing op de inrichting. Echter vinden er geen wijzigingen plaats aan de opslagtanks of de behandeling van afvalwater, daarom is het niet noodzakelijk de BBT te toetsen. Bodem De voorgenomen situatie is in overeenstemming met de vigerende vergunning. Water en afvalwater De voorgenomen wijzigingen in de tankputten hebben geen gevolg voor het waterverbruik en de hoeveelheid afvalwater ten opzichte van de revisievergunning. Afvalstoffen De voorgenomen wijzigingen in de tankputten hebben geen gevolg voor de hoeveelheden afvalstoffen ten opzichte van de revisievergunning. Emissies naar lucht De voorgenomen wijziging heeft geen invloed op de doorzet van de terminal. Daarom wijzigen de (geur)emissies en de immissies op de omgeving niet, ten opzichte van de huidige situatie. Geluid en trillingen De geluidsemissie wordt voornamelijk beïnvloed door het aantal lossingen, de losduur en de geluidsemissie van schepen. De voorgenomen wijzigingen in tankputten hebben geen wijziging van de doorzet, het type schepen en de locatie van lossen tot gevolg. Er zijn dan ook geen wijzigingen van de geluidsemissies Energie De voorgenomen wijzigingen in de tankputten hebben geen gevolg voor het energiegebruik ten opzichte van de revisievergunning. Veiligheid Door het verwijderen van de tankputdijken wordt het oppervlak van de betreffende tankputten groter. Dit leidt potentieel tot een groter risico voor het aspect externe veiligheid. Om deze reden is een nieuwe QRA-berekening uitgevoerd. Verkeer, vervoer en mobiliteit De voorgenomen wijzigingen in tankputten hebben geen wijziging van verkeer, vervoer en mobiliteit tot gevolg. 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 iv

6 1 Algemene gegevens 1.1 Gegevens aanvrager Gegevens aanvrager Naam aanvrager Adres Zenith Energy Amsterdam Terminal B.V. Hornweg AR Amsterdam Havennr Telefoon Inschrijvingsnummer Kamer van koophandel Kadastrale gegevens Gemeente: Sectie(s): Sloten K Nummer(s): 3351, 3339 Eindverantwoordelijke Functie Contactpersoon Functie Dhr. Barry O Driscoll Terminal Manager Amsterdam Dhr. A.G.F. van Riet Teamleider HSSE & Compliance Telefoonnummer adres arjen.vanriet@zenithem.com De aanvraag is ingevuld en opgesteld door: Naam Contactpersoon Functie Royal HaskoningDHV Emilie Theunissen- van Heesch Projectmanager en consultant Telefoonnummer +31 (0) adres emilie.theunissen@rhdhv.com 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 1

7 1.2 Aard van de inrichting Zenith is een inrichting voor op- en overslag van vloeibare aardolieproducten en van tot vloeistof verdichte gassen. Dit betreft o.a. propaan (klasse 0), butaan (klasse 0), benzine (klasse 1), bio-ethanol (klasse 1), kerosine/jetfuel (klasse 2), gasolie/(bio)dieselolie (klasse 3). Opslag vindt plaats in opslagtanks en gasbollen. De totale opslagcapaciteit bedraagt circa 1 miljoen m 3. Aan- en afvoer van producten vindt plaats over water met zeeschepen, binnenvaartschepen en over de weg met tankauto s. Kleine hoeveelheden product (voornamelijk pentaan) en te verwerken chemicaliën (additieven) worden met tankauto s aangevoerd. 1.3 Beschrijving locatie en directe omgeving van de inrichting Locatie van de inrichting ten opzichte van de omgeving De inrichting is gelegen aan de Hornweg 10 te Amsterdam sinds De inrichting is gelegen op het geluidsgezoneerde industrieterrein Westpoort (Westelijk havengebied) in de gemeente Amsterdam. Het havennummer van de inrichting is Westpoort Het terrein van de inrichting heeft een oppervlakte van circa 95 ha. Ten noorden van het terrein van de inrichting bevindt zich het bedrijf Voorbij Beton (bedrijf voor productie van beton en betonproducten) met tussen Zenith en Voorbij Beton een braakliggend terrein van Haven Amsterdam en daarachter het Noordzeekanaal. Aan de oostzijde bevinden zich de bedrijven Hitachi (assemblage bedrijf voor grondverzet voertuigen), Groen Recycling (bedrijf voor verwerking van groenafval), Forkliftcenter en Oxea (fabriek voor productie van esters voorheen AEP). Aan de zuidzijde bevindt zich de Australiëhaven, waarin zich een aantal steigers van de inrichting bevinden. Ten westen van de inrichting bevindt zich de Amerikahaven, waarin zich eveneens een aantal steigers van de inrichting bevinden. De afstand van de terreingrens tot het eerste woongebied (Westzaner Overtoom) aan de noordkant is ongeveer 1 kilometer, aan de overzijde van het Noordzeekanaal. Aan de zuidzijde van de inrichting ligt het eerste woongebied op ongeveer 3,2 kilometer. Figuur 1: Omgevingsplattegrond Zenith (bron: Esri Nederland, Esri, Kadaster, CBS en Rijkswaterstaat) 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 2

8 1.3.2 Indeling van het terrein Het terrein van Zenith wordt voor een groot gedeelte in beslag genomen door tanks in tankputten. In deze tankputten staan atmosferische tanks voor de opslag van klasse 1, klasse 2 en klasse 3 producten. In totaal zijn er 69 tanks aanwezig in de inrichting. Verder zijn er zes gasbollen aanwezig voor de opslag van butaan en propaan. Zenith beschikt over 3 zeesteigers, 9 aanlegplaatsen voor de binnenvaart (verdeeld over 1 steiger voor binnenvaartschepen en 1 gecombineerde zee- en binnenvaartsteiger) en 12 tankauto laad-/losplaatsen voor producten. Verder zijn er diverse installaties aanwezig voor het mengen en behandelen van producten, alsmede kantoren, werkplaatsen en hulpvoorzieningen. 1.4 Verzoek Zenith wil verschillende tankputten permanent samenvoegen, te weten tankputten A en B, putten D en E en putten L en M. Dit gebeurt in het kader van het waarborgen van de opvangcapaciteit van de tankputten. Zenith kiest ervoor de opvangcapaciteit van de bestaande tankputten te vergroten door tankputten samen te voegen. Het alternatief om de tankputten te behouden en de bestaande tankdijken te verhogen is afgevallen wegens ruimtegebruik (veel oppervlak nodig om de dijken op juiste hoogte te krijgen), operationele aspecten (bij verhogen tankdijken worden deze steil en lastiger begaanbaar voor operators (traplopen, gras maaien)) en kosten. Zenith doet hierbij melding van deze wijziging en verzoekt het Bevoegd Gezag deze wijziging via de reguliere procedure te laten verlopen 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 3

9 1.5 Overzicht vergunningen en meldingen In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de vigerende vergunningen en meldingen op basis van de Wet milieubeheer. Naast onderstaande, in het verleden verleende, vergunningen en meldingen loopt momenteel een vergunningentraject voor een omgevingsvergunning (revisie) voor de gehele terminal bij de Provincie Noord-Holland (Omgevingsdienst Noordzeekanaal). Tabel 1: Overzicht vergunningen en meldingen Wet Milieubeheer Soort beschikking Omschrijving Kenmerk Datum definitieve beschikking Wabo reguliere meervoudige omgevingsvergunning Het vervangen van de leidingbrug tussen de additievenplant en het laadrek Wabo milieuvergunning Installeren 5 nieuwe productpompen / Wabo meervoudige reguliere vergunning Starten (ver)bouwwerkzaamheden/installeren 5 nieuwe productpompen / Wabo milieuvergunning Aanvraag permanente waterzuivering Wabo milieuvergunning Gelijktijdige opslag van klasse 1 en klasse 3 producten in tankput H / Wabo milieuvergunning Algehele revisievergunning OLO nummer Wabo milieuvergunning Verlengen instandhoudingstermijn contractoryard Wabo milieuvergunning Opslag product met H2S -- Wabo milieuvergunning Wijziging tank FB (ingediend) (ingediend) 1.6 Leeswijzer In deze vergunningaanvraag worden in hoofdstuk 1 de algemene gegevens, de aard van de inrichting, de beschrijving van de locatie en de reden van de aanvraag toegelicht. Vervolgens wordt in hoofdstuk 2 de beschrijving van de activiteiten waarvoor vergunning wordt aangevraagd beschreven. In hoofdstuk 3 worden het van toepassing zijnde beleid en de wet- en regelgeving beschreven op grond waarvan het toetsingskader van de milieueffecten wordt opgesteld. In hoofdstuk 4 is voor verschillende milieuaspecten getoetst hoe aan deze wet- en regelgeving voldaan wordt. 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 4

10 2 Beschrijving van de wijziging waarvoor vergunning wordt aangevraagd 2.1 Algemene beschrijving wijziging Zenith wil verschillende tankputten permanent samenvoegen: tankputten A en B; tankputten D en E; tankputten L en M. Dit gebeurt in het kader van het waarborgen van de opvangcapaciteit van de tankputten. In de huidige situatie zijn de tankputdijken ingeklonken waardoor de opvangcapaciteit per tankput niet meer gewaarborgd kan worden. Gezien de ruimte die nodig is, om de bestaande tankputdijken voldoende op te hogen, wil Zenith tankputten samenvoegen, zodat de opvangcapaciteit over een groter gebied beschikbaar is en de huidige tankputdijken volstaan dan wel in beperkte mate hoeven worden opgehoogd en vloeistofkerend gemaakt. Het alternatief om de tankputten te behouden en de bestaande tankdijken te verhogen is afgevallen wegens ruimtegebruik (veel oppervlak nodig om de dijken op juiste hoogte te krijgen), operationele aspecten (bij verhogen tankdijken worden deze steil en lastiger begaanbaar voor operators (traplopen, gras maaien)) en kosten. Op dit moment heeft Zenith al toestemming van Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied voor het tijdelijk samenvoegen van deze tankputten. Deze tijdelijke toestemming wil Zenith met deze melding omzetten in de permanente situatie. Zie bijlage 1 voor de overzichtstekening. Zie bijlage 2 voor de aangepaste tanklijst. 2.2 Huidige situatie In onderstaande Figuur 1 is een overzicht van de huidige situatie van de tankputten A, B, D en E weergeven. In de tanks in deze tankputten worden klasse 1 producten opgeslagen. 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 5

11 Figuur 2: Huidige situatie tankputten A, B, D en E In onderstaande Tabel 2 zijn de kenmerken van deze huidige tankputten weergegeven. Tabel 2: Huidige kenmerken tankputten A, B, D en E Tankputnr. Tankputoppervlakte (incl. opp. tanks) Inhoud [m 2 ] [m 3 ] Type tank Type product A EFR* K1 B EFR K1 D EFR K1 E EFR K1 * Tank met extern drijven dak In onderstaande Figuur 3 is een overzicht van de huidige situatie van de tankputten L en M weergeven. In de tanks in deze tankputten worden klasse 3 producten opgeslagen. 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 6

12 Figuur 3: Huidige situatie tankputten L en M In onderstaande Tabel 3 zijn de kenmerken van deze tankputten weergegeven. Tabel 3: Huidige kenmerken tankputten L en M Tankputnr. Tankputoppervlakte (incl. opp. tanks) Inhoud [m 2 ] [m 3 ] Type tank Type product L VD* K3 M VD K3 * Tank met een vast dak 2.3 Toekomstig scenario Tankput AB en DE Zenith is voornemens een aantal tankputten permanent samen te voegen, te weten tankputten A en B, tankputten D en E en tankputten L en M. Dit gebeurt in het kader van het waarborgen van de opvangcapaciteit. Het toekomstige scenario van tankputten AB en DE is in onderstaande Figuur 4 weergeven. De tussendijk bij zowel tankput AB als DE zal deels worden afgegraven, om te waarborgen dat bij het vrijkomen van de inhoud van de tankput deze uitstroomt naar de gehele tankput. Deze tussendijk (met blauw gearceerd) zal deels als drempel worden behouden, zodat in het geval van het vriikomen van (een deel van) de tankinhoud dit niet direct over de hele tankput verspreid. De gehele omringende tankputdijk (met geel gearceerd) zal worden opgehoogd en vloeistofkerend worden gemaakt. Op sommige plekken worden de bestaande doorvoeren van leidingen door de tankdijken langer. De bestaande doorvoeren worden aangepast naar de stand der techniek. 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 7

13 Figuur 4: Toekomstige situatie tankputten AB en DE 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 8

14 Opvangcapaciteit nieuwe tankput AB De opvangcapaciteit van de tankputten is getoetst aan de PGS 29-richtlijnen uit 2008 en De tankputten voldoen zowel aan de oude PGS 29:2008 als de nieuwe PGS 29:2016 eisen. In bijlage 4 is de notitie Berekening benodigde opvangcapaciteit geschakelde tankputten AB, DE en LM, d.d. 16 januari 2017 van Arcadis opgenomen waarin deze toetsing is beschreven. Tabel 4: Opvangcapaciteit tankputten AB en DE in nieuwe situatie Tankputnr. Tankputoppervlakte (incl. opp. tanks) [m 2 ] [m 3 ] AB DE Opvangcapaciteit vrijboord inhoud (excl. 25 cm overhoogte) Tankput LM Het toekomstige scenario van tankput LM is in onderstaande Figuur 5 weergeven. Deze tussendijk (met blauw gearceerd) zal deels worden afgegraven, om te waarborgen dat bij het vrijkomen van de inhoud van de tankput deze uitstroomt naar de gehele tankput LM. Deze tussendijk (met blauw gearceerd) zal deels als drempel worden behouden, zodat in het geval van het vriikomen van (een deel van) de tankinhoud dit niet direct over de hele tankput verspreid. De gehele omringende tankputdijk (met geel gearceerd) zal niet worden gewijzigd. Door het deels verlagen van de tussendijken wordt het oppervlak van de betreffende tankputten groter. De gehele omringende tankputdijk (met geel gearceerd) zal worden opgehoogd en vloeistofkerend worden gemaakt. Op sommige plekken worden de bestaande doorvoeren van leidingen door de tankdijken langer. De bestaande doorvoeren worden aangepast naar de stand der techniek. Figuur 5 Toekomstige situatie tankput LM 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 9

15 Opvangcapaciteit nieuwe tankput LM De opvangcapaciteit van de tankputten is getoetst aan de PGS 29-richtlijnen uit 2008 en De tankputten voldoen zowel aan de oude PGS 29:2008 als de nieuwe PGS 29:2016 eisen. In bijlage 4 is de notitie Berekening benodigde opvangcapaciteit geschakelde tankputten AB, DE en LM, d.d. 16 januari 2017 van Arcadis opgenomen waarin deze toetsing is beschreven. Tabel 5: Opvangcapaciteit tankput LM in nieuwe situatie Tankputnr. Tankputoppervlakte (incl. opp. tanks) [m 2 ] [m 3 ] LM Opvangcapaciteit vrijboord inhoud (excl. 25 cm overhoogte) 2.4 Productiecapaciteit, werktijden en aantal werknemers De toekomstige situatie blijft op het gebied van productiecapaciteit, werktijden en het aantal werknemers ongewijzigd ten opzichte van de huidige situatie. Ook het productenpakket blijft ongewijzigd. 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 10

16 3 Wettelijk kader In dit hoofdstuk is de relevante wet- en regelgeving voor Zenith beschreven. In hoofdstuk 4 is voor verschillende milieuaspecten getoetst hoe aan deze wet- en regelgeving voldaan wordt. 3.1 Wet milieubeheer, Bor-categorie en bevoegd gezag Op grond van de categorie 5.3 uit onderdeel C van bijlage I van het Besluit omgevingsrecht (Bor) is de inrichting van ZENITH vergunningplichtig, met ODNZKG als bevoegd gezag. 3.2 BBT-documenten De activiteiten van Zenith worden niet genoemd in bijlage I van de RIE. Hiermee is de inrichting geen RIEplichtige en daarmee hoeft bij het vaststellen van de Best Beschikbare Technieken (BBT) alleen rekening gehouden te worden met de Nederlandse BBT documenten. Volgens artikel 5.4 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) worden bij ministeriële regeling BBT-documenten aangewezen waarmee het bevoegd gezag rekening moet houden bij het toetsen van de aanvraag. De Nederlandse BBT-documenten zijn aangewezen in artikel 9.2 van de Regeling omgevingsrecht (Mor) en opgesomd in bijlage 1 van de Mor. De voor Zenith relevante documenten zijn weergegeven in Tabel 6. Tabel 6 Overzicht BBT-documenten BBT-documenten Nader informatie in Nederlandse Richtlijn Bodembescherming (NRB) Paragraaf BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling BREF Op- en overslag bulkgoederen PGS 29:2008 Richtlijn voor bovengrondse opslag van brandbare vloeistoffen in verticale cilindrische tanks Van toepassing maar niet op de uitbreiding, vinden geen wijzigingen in behandeling afvalwater plaats. Van toepassing maar niet op de uitbreiding, aangezien het geen tanks betreft. Paragraaf Toetsing wijziging aan PGS 29 De opvangcapaciteit van de tankputten is getoetst aan de PGS 29-richtlijnen uit 2008 en De tankputten voldoen zowel aan de oude PGS 29:2008 als de nieuwe PGS 29:2016 eisen. In bijlage 4 is de notitie Berekening benodigde opvangcapaciteit geschakelde tankputten AB, DE en LM, d.d. 16 januari 2017 van Arcadis opgenomen waarin deze toetsing is beschreven. De huidige voorzieningen voor brandveiligheid voldoen ook in de nieuwe situatie en blijven ongewijzigd. Het Beleidskader bestrijding plasbrand in tankputten PGS 29, is niet van toepassing op Zenith. Dit beleidskader beperkt zich tot PGS 29-inrichtingen met tankputten waarin zich tanks met een vast dak en met klasse 1- en/of klasse 2-vloeistoffen bevinden. Deze situatie komt niet voor in de betreffende tankputten. Voor de andere onderwerpen in PGS 29 volgt Zenith de voorschriften zoals die in de vigerende vergunning zijn beschreven. 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 11

17 3.3 Waterwet Onder de uitbreiding worden en geen nieuwe lozingspunten voorzien, dus ten aanzien van de Waterwet worden geen wijzigingen aanvraagt. 3.4 Wet natuurbescherming Gezien de aard van de wijziging zijn er geen andere effecten op natuur dan die in de huidige vergunning zijn beschreven. Daarom is geen aanvullende vergunning of melding nodig. 3.5 Bestemmingsplan De uitbreiding past binnen het bestemmingplan en de veiligheidscontour bevi zoals vastgesteld in het bestemmingsplan Amerikahaven (Vastgesteld 3 juli 2013). 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 12

18 4 Milieueffecten 4.1 Bodem Bescherming De huidige tankputten hebben vloeistofkerende dijken. Dit zal zo blijven in de nieuwe situatie. Deze situatie is in overeenstemming met de vigerende vergunning Bodemkwaliteit Er worden geen nieuwe producten opgeslagen in de tankputten. Er hoeft dan ook geen nieuw nulsituatie bodemonderzoek plaats te vinden. 4.2 Milieurisicoanalyse Er is een milieurisicoanalyse (MRA) opgesteld waarmee de risico s van onvoorziene lozingen veroorzaakt door de activiteiten van Zenith inzichtelijk zijn gemaakt. Het samenvoegen van de tankputten heeft geen invloed op de bestaande MRA. Voor de tankputten A & B en D & E wijzigt de afstroom naar het oliehoudend riool niet en dus wijzigen de scenario s en bijbehorende risico s niet. Voor tankput LM wijzigt het huidige toppingscenario niet. 4.3 Lucht, geur en emissies De voorgenomen wijziging heeft geen invloed op de doorzet van de terminal. Daarom wijzigen de (geur)emissies en de immissies op de omgeving niet, ten opzichte van de huidige situatie. Ook wijzigt het productenpakket niet en is er geen sprake van emissie van meer of andere Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS). Hetzelfde geldt voor de VOS-emissies. 4.4 Geluid en vervoer De geluidsemissie wordt voornamelijk beïnvloed door het aantal lossingen, de losduur en de geluidsemissie van schepen. De voorgenomen wijzigingen in tankputten hebben geen wijziging van de doorzet, het type schepen en de locatie van lossen tot gevolg. Er zijn dan ook geen wijzigingen van de geluidsemissies. 4.5 Energie, water, afvalwater en afvalstoffen De voorgenomen wijzigingen in de tankputten hebben geen gevolg voor het energieverbruik, het waterverbruik, de hoeveelheid afvalwater en de hoeveelheden afvalstoffen ten opzichte van de revisievergunning. 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 13

19 4.6 Veiligheid Externe veiligheid Door het verwijderen van de tankputdijken wordt het oppervlak van de betreffende tankputten groter. Dit leidt potentieel tot een groter risico voor het aspect externe veiligheid. Om deze reden is een nieuwe QRA-berekening uitgevoerd met het rekenmodel Safeti-NL. In bijlage 3 is de notitie opgenomen Beschouwing PR en GR als gevolg van samenvoeging tankputten A/B, D/E en L/M, ten behoeve van vergunningaanvraag d.d. 13 januari 2017 opgesteld door Royal HaskoningDHV. De voorgenomen bedrijfssituatie leidt niet tot wijziging van de PR 10-6 per jaar contour, maar wel tot een zeer beperkte toename van de hoogte van het GR ten opzichte van de thans vergunde situatie Brandveiligheid Voor het samenvoegen van de tankputten gelden dezelfde regels als voor de huidige vergunning. Aan de regels, zoals beschreven in PGS29, wordt voldaan. Voor de tankpuuten A, B, D en E geldt een rim seal fire als het maatgevend scenario en de tankput als escalatiescenario. Dit blijft ongewijzigd in de nieuwe situatie. 6 februari 2017 SAMENVOEGEN TANKPUTTEN I&BBF R001F0.1 14