How To Do Alarmen op mbconnect24 V2

Transcriptie

1 How To Do Alarmen op mbconnect24 V2 Inhoud 1. Inleiding Aanmaken Network Component Network Component; VIPA PLC Tag Server Tags aanmaken Alarmprofiel gebruiker Alarmprofiel maken Alarmgroep Maken van een alarmgroep Alarm Alarm maken Bewerken of kopiëren van een alarm Configuratie synchroniseren met de router Weergave alarm Weergave op het portaal SMS Alarmgeschiedenis bekijken Voorbeeld alarmen USB status VPN status I/O op device Scaling DATUM WIJZIGING BEWERKER Document gemaakt D. Stoelinga Revisie met portaal aanpassingen HowToDo omgezet naar Nederlandse portaal D. Stoelinga Versie 21 april 2017 Onder voorbehoud van drukfouten en technische veranderingen.

2 1. Inleiding Met deze How To Do geven we een uitleg hoe alarmen gemaakt kunnen worden met het remote service portaal mbconnect24 V2. We gaan er vanuit dat een project en router al zijn gemaakt. Deze procedure is te vinden in de Opstarthandleiding mbconnect24 V2. Indien de tags al gemaakt zijn sla dan hoofdstuk 2 over en ga verder bij hoofdstuk 3. Voorbeeld alarm binnen het mbconnect24 V2 portaal. Voorbeeld alarm via SMS. Voorbeeld alarm via . Pagina 2

3 2. Aanmaken Network Component 2.1 Network Component; VIPA PLC Allereerst moeten we een Network Component aanmaken. In dit voorbeeld is dit een VIPA SLIO CPU, maar dit kunnen ook Siemens PLC s, Rockwell of andere devices zijn. Bij een alarm via I/O op router kan dit hoofdstuk overgeslagen worden en verder gegaan worden bij hoofdstuk 3. Open het project via Administratie (1) en klik vervolgens op de desbetreffende router (2). We bevinden ons nu op de configuratiepagina van de router. Klik hier op LAN (1) om een nieuwe Netwerk Component toe te voegen. We bevinden ons nu in de LAN configuratie van de router. Klik nu op en vervolgens op Nieuw netwerk component. Pagina 3

4 Vul nu de gevraagde gegevens in en klik daarna op Opslaan. Active Type Name IP Netwerk Component Activeer Netwerk Component. Kies het type, voor VIPA CPU s kies voor S Vul een gewenste naam in voor de Netwerk Component. IP-adres van de PLC. De andere tabbladen zijn voor een uitgebreidere configuratie en zijn niet verplicht. Het Netwerk Component is nu aangemaakt. 2.2 Tag Server Bij het maken van de Netwerk Component is gelijk al de Tag Server aangemaakt. Deze is optioneel nog naar wens aan te passen. Dit kan door op de bij de Tag Server op de button (1) te klikken. Pagina 4

5 Pas hier indien gewenst de instellingen aan en kies nog de gewenste Mnemonic (1) en sla de wijzigingen op via Opslaan (2). Tag Server Actief Activeer Tag Server. Type ISOTCP, niet aan te passen. Naam Vul een gewenste naam in voor de Tag Server. Poort Altijd bij VIPA/Siemens poort 102. Slot Slot adres van de PLC. Rack Rack adres van de PLC. Protocol Altijd TCP; internet protocol. Mnemonic Ongeacht de in het portaal gekozen taal kan hier gekozen worden voor de Mnemonic taal voor een datapunt voor de S7-besturingssystemen. U kunt kiezen uit Duits & Internationaal. Een voorbeeld voor de Mnemonic instellingen, links Duits en rechts Internationaal. Pagina 5

6 2.3 Tags aanmaken Nu kunnen de Tags aangemaakt worden. Open het Netwerk Component via Administratie > Naam Router > LAN (1) en klik hier op Nieuwe tag (3). (2) en kies vervolgens voor Vul hier nu de gewenste informatie in en klik op Opslaan (1). Actief Naam Omschrijving Tag Server Adresmask Adres Weergeven als Scaling Leesbare tag Schrijfbare tag Tag Activeer tag. Naam van de tag. Omschrijving bij de tag (optioneel). Selectieveld van beschikbare Tag Servers. Selectieveld van beschikbare adresformaten. Adres van tag (zie tabel Tag omschrijving voor meer informatie). Selectieveld beschikbare tag typen. Selectieveld met de schaleringen die op dit moment al aanwezig zijn. Deze selectie bepaald of de gelezen waarde geschaald wordt of niet. Zie hoofdstuk 8 voor meer informatie over scaling. Wanneer deze geselecteerd is kan de waarde gelezen of gelogd worden. Wanneer deze geselecteerd is kan de waarde van de tag worden geschreven. Dit heeft geen relatie met de loggings. Pagina 6

7 Resultaat: Tag omschrijving ISOTCP Adres Lengte Omschrijving Adres Lengte Omschrijving DB[x].DBX[y].[z] Bit Databouwsteen Bit A[x].[y] Bit Uitgang Bit DB[x].DBB[y] Byte Databouwsteen Byte AB[x] Byte Uitgang Byte DB[x].DBW[y] Word Databouwsteen Word AW[x] Word Uitgang Word DB[x].DBD[y] Double Word Databouwsteen Double AD[x] Double Word Uitgang Double Word Word M[x].[y] Bit Flag Bit PE[x].[y] Bit Periferie Bit MB[x] Byte Flag Byte PEB[x] Byte Periferie Byte MW[x] Word Flag Word PEW[x] Word Periferie Word MD[x] Double Word Flag Double Word PED[x] Double Word Periferie Double Word E[x] Bit Ingang Bit T[x] Timer (4 bytes) Timer EB[x] Byte Ingang Byte Z[x] Counter (4 bytes) Counter EW[x] Word Ingang Word ED[x] Double Word Ingang Double Word 3. Alarmprofiel gebruiker Alarmprofielen zijn een uitbreiding van het project en device alarmen. Wanneer een alarm actief is, is dit standaard zichtbaar in het portaal, via zijn in het portaal om een alarm waar te nemen en te reageren.. Dit wil zeggen dat een betrokkenen ingelogd moet De gebruiker kan ook actief worden gewaarschuwd wanneer er een alarm is via het alarmprofiel. Hierbij zijn de volgende instellingen mogelijk: Notificatie tijdstip Op welke weekdag en op welk moment moet het de gebruiker een melding krijgen? Alarmprioriteit Op welke prioriteit in het alarmmanagement moet de gebruiker een melding krijgen? Notificatietype Hoe moet de gebruiker een melding krijgen? Via , SMS of instant message in het portaal? Er zijn meerdere alarmprofielen mogelijk per gebruiker. Pagina 7

8 3.1 Alarmprofiel maken Open de instellingen van de gebruikers via Administratie >Gebruikers > Gebruiker (1) en klik hier op Alarmprofiel (2). Standaard is al een profiel aangemaakt. Deze is te bewerken door op de profielnaam (1) te klikken of voeg een nieuwe toe door op (2) te klikken. We gaan er nu vanuit dat we het huidige profiel aanpassen. Nu zien we het huidige profiel om deze te bewerken klikken we op (1). Pagina 8

9 Vul nu in wanneer en hoe de gebruiker op de hoogte gebracht moet worden van een alarm en sla op via Opslaan (1). Er kan hier bij adres of telefoonnummer ook een ander adres of telefoonnummer ingevuld dan in het profiel van de gebruiker. Moet die van het profiel gebruikt worden laat dan deze velden leeg. Pagina 9

10 4. Alarmgroep Een alarmgroep is een vast onderdeel van alarmeringen. In een alarmgroep, worden de gebruikers aangegeven die via SMS of een melding krijgen als er een alarm actief is. Een alarmgroep moet altijd aangemaakt worden ook al moet er maar één gebruiker op de hoogte gebracht worden. 4.1 Maken van een alarmgroep Kies voor Administratie > Projectnaam en klik hierna op Alarmen (2). Nu bevinden we ons in het onderdeel Alarmen van het project. Kies nu voor of om een nieuwe alarmgroep toe te voegen. Pagina 10

11 Geef de alarmgroep een Naam (1), koppel bij Leden (2) minimaal 1 gebruiker en klik op Opslaan (3). De alarmgroep is nu aangemaakt. Pagina 11

12 5. Alarm Als er een alarm is, wordt de waarde van een tag permanent gelezen en vergeleken met een specifieke referentie waarde. Als deze grenswaarde (bij definitie) niet meer groter, gelijk of kleiner is dan de grenswaarde is wordt het alarm geactiveerd en weergegeven in het portaal. Alarmen kunnen tags bevatten van een het device (b.v. digitale ingangen router), systeem tags of een verbonden componenten, b.v. een VIPA of Siemens PLC. Een alarm is altijd gebaseerd op de bewaking van een tag (systeem tag, tag van een component en tag I/O op device). Om deze reden kan een alarm alleen aangemaakt worden bij een device en niet een project. Dus altijd via Administratie > Apparaat > Alarmen. Een alarm kan samen met een alarmgroep worden aangemaakt binnen het project waarin het desbetreffende device is gekoppeld. 5.1 Alarm maken Open de configuratiepagina van het device via Administratie > Routernaam (1) en klik hier op Alarmen (2). Pagina 12

13 Klik vervolgens op (1) en Nieuw alarm (2) om een nieuw alarm toe te voegen. Configureer nu in tabblad Alarm (1) naar wens het alarm (2). Alarm Actief Activeer alarm. Naam Naam van het alarm. Omschrijving Omschrijving bij het alarm Tag Kies hier de tag van een component, systeem tag of I/O tag van het device. Scaling Kies hier een gewenste scaling. (meer informatie in hoofdstuk 9). Trigger Selecteer de juiste vergelijking voor wanneer het alarm actief moet worden, keuze uit ==, <>, <=, >=, <, >. Status Referentiewaarde voor activering van het alarm. Alarmgroep Kies de gewenste alarmgroep. Prioriteit Kies uit Melding, Pre-alarm, Waarschuwing, Storing, Onmiddellijk. Pagina 13

14 Configureer nu welke informatie er via of SMS verzonden moet worden. En in het laatste tabblad kan nog een bericht geschreven worden hoe het alarm te verhelpen is en sla op via Opslaan. Het alarm is nu aangemaakt. Pagina 14

15 5.2 Bewerken of kopiëren van een alarm Door op een alarm te klikken kan deze bewerkt of gekopieerd worden. Nu bevinden we ons in het alarm. Via de diverse buttons kan het alarm bewerkt of gekopieerd worden. Kopieer alarm. Verwijder alarm. Bewerk alarm. De configuratie is nu afgerond. Nu moet deze nog gesynchroniseerd worden met de router, zie hiervoor hoofdstuk 6. Pagina 15

16 6. Configuratie synchroniseren met de router De configuratie is nu gereed. Nu moet het portaal mbconnect24 en de mbnet router nog gesynchroniseerd worden. We gaan er op dit moment vanuit dat de router al online is met het portaal. Voor het laden van een configuratie in een lege router verwijzen we naar de Opstarthandleiding mbconnect24 V2. Open het project via Administratie (1) en klik nu op (2) om de configuratie te synchroniseren. Klik nu op Synchroniseer. Uitgebreidere informatie over het synchroniseren in de helpfunctie van het portaal. In het portaal wordt het symbool oranje wat aangeeft dat de configuratie gereed is voor synchronisatie. De configuratie wordt gesynchroniseerd en de router start vervolgens opnieuw met de nieuwe configuratie. Pagina 16

17 7. Weergave alarm 7.1 Weergave op het portaal Wanneer er nu een alarm actief is, is dit op het portaal te zien. Boven in het account komt er een actief alarm te staan. InfoIs het bolletje oranje i.p.v. rood dan is er alarm nog niet bevestigd, maar is het signaal van het alarm al wel weggevallen. Op het portaal kan het alarm dan bevestigd worden bovenin te klikken en op het gewenste alarm te klikken. De configuratiepagina van de router wordt geopend en hier kan je via Set receipt (1) het alarm bevestigen. Pagina 17

18 7.2 SMS Een alarm per SMS ziet er als volgt uit: 7.3 Een alarm per ziet er als volgt uit: 7.4 Alarmgeschiedenis bekijken Om de alarmgeschiedenis te bekijken moet de alarmpagina binnen het project geopend worden via Administratie > Projectnaam > Alarmen (1) en kan er geklikt worden op Alarm geschiedenis (2). Pagina 18

19 Hier zijn dan alle alarmen te zien. Hier is ook te zien of er nog alarmen bevestigd moeten worden via Set receipt. 8. Voorbeeld alarmen 8.1 USB status Voordeel van dit alarm is dat hiermee bewaakt kan worden dat de USB stick in de router verbonden blijft. Zo kan bij defect van de USB of het er uithalen van de USB een alarm gegenereerd worden. Open de alarmpagina van de router via Administratie > Routernaam > Alarmen (1) en voeg via (2) een nieuw alarm toe. Pagina 19

20 Configureer nu het alarm naar wens. Belangrijk is bij Tag te kiezen voor apparaatnaam.usb State (USB_STATE) en bij Status voor 0. Indien de USB stick geplaatst is, is de waarde van de USB State 1.USB eruit is 0 en activatie van het alarm. Als alles naar wens is ingesteld, ook de tabbladen Alarm Tekst en Todo omschrijving, sla dan het alarm op via Opslaan. Nu moeten alleen de instellingen nog gesynchroniseerd worden met de router. Wordt de USB stick uit de router gehaald wordt er een alarm gegenereerd en via verzonden. Pagina 20

21 8.2 VPN status Via een alarm op de VPN status kan een alarm gegenereerd worden als de VPN tunnel van de router met het portaal is verbroken. Open de alarmpagina van de router via Administratie > Routernaam > Alarmen (1) en voeg via (2) een nieuw alarm toe. Configureer nu het alarm naar wens. Belangrijk is bij Tag te kiezen voor apparaatnaam.vpn State (VPN_STATE) en bij Status voor 0. Indien de VPN verbinding is opgebouwd, is de waarde van de VPN State 1. Indien geen VPN dan waarde 0 en activatie alarm. Als alles naar wens is ingesteld, ook de tabbladen Alarm Tekst en Todo omschrijving, sla dan het alarm op via Opslaan. Nu moeten alleen de instellingen nog gesynchroniseerd worden met de router. Pagina 21

22 Als de VPN verbinding is verbroken wordt er een alarm gestuurd via I/O op device Eerder in deze HTD hebben we alarmen gemaakt direct vanuit I/O tags uit een PLC. Het is ook mogelijk om een alarm te generen op de I/O die al aanwezig is op de mbnet router. Open de alarmpagina van de router via Administratie > Routernaam > Alarmen (1) en voeg via (2) een nieuw alarm toe. Configureer nu het alarm naar wens. Belangrijk is bij Tag te kiezen voor devicename.din1 (DIN1) en bij Status voor 1. Als alles naar wens is ingesteld, ook de tabbladen Alarm Tekst en Todo omschrijving, sla dan het alarm op via Opslaan. Nu moeten alleen de instellingen nog gesynchroniseerd worden met de router. Pagina 22

23 Als er een 24Vdc signaal op I1 wordt gezet, wordt er een alarm gestuurd via Scaling Een scaling is te maken in een router, maar ook in een project. Voordeel van een scaling op projectniveau is dat dezelfde scaling ook gebruikt kan worden in Tag Servers van andere routers binnen hetzelfde project. In dit voorbeeld maken we een scaling binnen het project. Open het project via Administratie > Project (1) en kies vervolgens voor Scaling (2). Klik op om een nieuwe scaling toe te voegen. Configureer de scaling nu. Activeer nu de Schaal waarden. Pagina 23

24 Bovenstaand voorbeeld een scaling van decimale waarde naar 0-10 Volt. Analoge ingang VIPA/Siemens. Als laatste kan nog de uitgangswaarde geconfigureerd worden. Via Opslaan kan alles opgeslagen worden. De scaling is nu gereed en kan bij een tag gebruikt worden. Pagina 24